H
LEVERTRAAN
COR. STAALMAN
KEIZERSTRAAT 103
COR. STAALMAN,
Thee E. Brandsma
Passage bespreking
De Slem der Liefde.
„Hollandia Billards".
Fabr. J. VAN ROON en Zn.
Haarlem.
Oi
Dansinstituut Dijkstraat 37
Kroosschouw
NU
A. TEN KLOOSTER,
Agent P.B. Kampmeijer,
Waar hooge eischen gesteld worden
onderscheiden zich de
Diners
„HALLELUJA".
Openbare Uitvoering
AGENTUUR
VOOR HYPOTHEKEN
{{andschoenen
Magazijn.,DE STEK
Keizerstraat 90.
Men gaat dood-
Thee I"- ■"-! is
worden dagelijks aan huis bezorgd.
Bestellingen morgens voor 12
uur aan het van ouds bekend
KOOKHUIS DIJKSTRAAT 13.
Beleefd aanbevelend,
Wed. L. H. RIETBERGEN.
Bij C. BAK, B reestraat 36,
besteedt men de hoogste waarde
voor LOMPEN,. METALEN, enz.
Laat zich ook aan huis ontbieden.
OTHOUT's-1 HAARGROEI-BhXTRACT.
Een ziekte voorkomen is beter dan genezen, dit geldt niet het minst voor
haarziekten. Velen worden er dan eerst aan herinnerd als Kaalhoofdigheid
zichtbaar wordt.
Geachte lezers en lezeressen, laat wij U zeggen wanneer gij verstandig
doet het heilzame middel OOTHOUT's-HAARGROEI-EXTRACT aan te
wenden.
1. Indien gij veel roos op Uw hoofd' bemerkt.
2. Als na het kappen van Uw haar de kam vol uitgevallen haar is.
3. "Wanneer roos of schilfervorming tot verzwering is overgegaan, zoodat
het den haargroei geheel belemmerd.
4. Voor kaalhoofdigen bij wie nog fijne haartjes zijn waar te nemen.
5. Bij ringvormige kaalhoofdigheid.
6. Tegen het splijten der haren.
7. Voor kinderen die in hun eerste levensjaren veelal dunharig zijn.
Let nauwkeurig op het aanschaffen van „O.H.E." dat men U geen
namaak verkoopt. Het echte OOTHOUT's-HAARGROEI-EXTRACT is ver
pakt in blauwpapier, voorzien van het portret van den uitvinder. Een breed
voerige toelichting der behandeling is om elke flacon verpakt. De prijs is
45 cent .per flacon. „O.H.E." is in alle Apotheken en Drogistzaken ver
krijgbaar. Te Den Helder bij: A. ten Kloosteb Keizerstraat 93G. Haaqek,
Kanaalweg 147; W. Zegel, Kanaalweg 63; E. C. Bais, Koningsplein 112.
Inschrijving van leerlingen dagelijks
MAINTIEN - KALLISTHENIE - PLASTIEK
FRAAIE MODERNE DANSEN.
PRIVÉ LESSEN. BESLOTEN CLUBS.
Vleiende missives omtrent ons onderwijs, ook
van collega's (vakkundigen) staan ten dienste.
BuluuHelijk lestigen wij ie aandacht ip gei uitsluitend adiss: DIJKSTRAAT 37
Hoogachtend,
BenoTt H. POLAK en Zonen.
1 lil li
kotten ten behoeve van de zeemacht,
werd voor f 25,000 aandeelen genomen
in de Onderlinge Kolenreserve maat
schappij en werd als waarborgsom
gestort een bedrag van f250,000.
Deze sommen zijn mede begrepen
in het uitgetrokken bedrag voor aan
schaffing van steenkolen ad f 830,000,
doch zullen vermoedelijk grooten-
deels terug ontvangen worden en
komen dan weder ten goede van het
betrokken bc-grootingsartikel of ten
bate van de schatkist.
Een bedrag van f10,500 is uitge
trokken voor den aanmaak van stoelen
met ruikken voor opstelling van kns.
v. 3.7 cM. als anti-lucht.vaar tgeschut.
Een bedrag van. f20,790 wordt
aangevraagd voor de aanvulling van
mljnenmaterieol en van f300,000 als
tweede termijn voor het gereedmaken
van het waterterrein en emplace
ment voor het vliegstation en voor
het oprichten van de noodige vlieg-
tuigloodsen, met werkplaats en ge-
gebouwen tot huisvesting van het
personeel". Een en ander zal in het
voorjaar van 1916 gereed komen.
Van het buitengewoon krediet ad
f 5,000,000, toegestaan voor het dienst
jaar 1914, is besteed f4,038,218.49,
zoodat vermoedelijk f900,000 onbe-
sctaikt zal blijven.
Spoorgracht 37 en Stationsdwarsstraat.
Aanleg en onderhoud van Electrische geleidingen,
Gas- en Waterleiding. Fabriek van het Apparaat Electro.
Polder „het Koegras".
Het Oagalijksch Bestuur van den
polder „het Koegras" brengt ter
kennis van de ingelanden dat de
jaariijksche schouw over de slooten
In dien polder, gehouden zei worden
op Vrijdag 29 October a.s.
Helder, 11 October 1915.
CHRISTELIJKE ZANGVEREENIGING
VOOR GEMENGD KOOR.
Directeur: JOH. F. ASMA Jr.
J. A. v. d. VLIET, Piano. G. FULDNER, Orgol.
ter gelegenheid van haar
40-jarig Bestaan.
Met medewerking van het Kinderkoor
„DE HARPE DAVIDS",
D.V. op
WOENSDAG 13 OCTOBER 1915,
des avonds 8 uur,
In de GEREFORMEERDE KERK, Spoorstraat.
In de pauze hoopt als feestredenaar op
to tredende WelEerw. Heer Ds. STADIG.
Programma's, tevens bewijs van
toegang, ii 16 cent, verkrijgbaar
bij de leden der Vereeniging en aan
den ingang van het Kerkgebouw.
HET BESTUUR.
Te hum de Teekenschool aan
den Dijkweg, ook zeer geschikt voor
Schilders- of Timmermanswerkplaats.
Adres: W. C. VAN BREDA.
Te koop 10 broairamen, 1 Kettekar
(Collingsas), 1 groentekar.
Bij D. BAKKER,Middenvliet,Koegras.
Bouwterrein te koop, -
liggende v. Hoogendorpstraat en Leliestr.
Adres: Gebrs. VAN PELT, Kei
zerstraat 94 en 9.
KAPITAAL DISPONIBEL
TEGEN ZEER BILLIJKE RENTE.
Speciaal adres
voor OVERHEMDEN naar maat. B
OVERHEMDEN met piqué borst
f 2.75, prima kwaliteit.
is het de tijd om
Levertraan te gebruiken.
Gebruik dan
Lofodinsche Medicinale
van
J. TEf»| DOESSCHATE.
Verkrijgbaar bij:
Ass. Apoth.,
KEIZERSTRAAT 93. Tel. 78.
Spoorgracht 37 en Stationsdwarsstraat.
Beveelt zich beleefd aan tot het maken van
Kachelpijpen en het plaatsen van Kachels.
Vraagt Uwen Winkelier
Een geurig kopje.
voor
M<j. Nederland,
Rotterdamsche Lloyd
en Amerika-Lijn.
Hoofdgracht 37.
Gkcé^É^Tricoi
In- en Verkoog van
Te koop on te zien: des morgens
vau 10 tot 12 en des avonds van
6 tot 8 uur.
Lees en onthoudt dit!
De hoogste waarde ontvangt men bij
JAN VISSER, Wagenstraat 7,
bij de Spoorgracht, voor Lompen en
Metalen, Kleeren, geheele en gedeelten
van Inboedels, Kachels, enz.
Laat zich aan huis ontbieden.
DEKBOK.
Wederom beschikbaar de zuivere
witte hoornlooze Bok. Zuiver ras.
Dekgeld 40 cent h contant.
Adres Sluisdijkstraat 143, n/b. den
Overweg.
eenvoudig naar G. VISSER, West
straat 24, daar krijgt men de hoog
ste waarde voor: HUISRAAD, KLEE
DING, KOPER, LOOD, ZINK, enz. en alles
wat voorkomt.
Laat zich voor alles aan huis ontbieden.
onovertroffen vau kwaliteit en zeer
waterhoudend, 70, 80, 90 en 100
cent per pond.
Pakjes van - - 21/, ons.
In het oude Victualiehuis.
R. MAALSTEED, Dijkstraat 22, Helder
Wederverkoopers provisie.
Buitengewoon Marinekrediet.
Ingediend is een wetsontwerp tot
verhooging van Vide Hoofdstuk der
Begrooting 1915 (buitengewoon cre-
diet).
Dit wetsontwerp houdt verband
met de verdere uitgaven ter bestrij
ding van de kosten, voortvloeiende
uit het buitengewoon onder de wape
nen houden van de dienstplichtigen
der zeemilitie en uit alle verdere
maatregelen, verband houdende met
de buitengewone omstandigheden, die
daartoe hebben geleid, over het 4de
kwartaal 1915 daaruit grootendeels
te kunnen kwijten.
Daartoe; wordt noodïg geacht
f 2,500,000. De raming houdt verband
met de uitgaven over de laatste 5
maanden van 1914 en het eerste half
jaar van 1915, waarbij evenwel reke
ning is gehouden met de belangrijke
stijging van de prijzen der verschil
lende artikelen van levensmiddelen
en van steenkolen.
Het hooge bedrag, uitgetrokken
voor traktementen, soldijen en toe
lagen, vindt zijn oorzaak in de om
standigheid, dat in verband met het
buitengewoon onder de wapenen hou
den van de dienstplichtigen, maande
lijks f125,000 voor traktementen,
soldijen en toelagen meer 'oenoodigd
is dan in gewone omstandigheden en
hiervoor bij de raming van het bui
tengewoon krediet ten behoeve van
het 1ste halfjaar 1915 f 500,000 was
uitgetrokken, zijnde f 250.000 minder
dan in werkelijkheid gebleken is
noodig te zijn. In verband hiermede
is het bedrag, aangevraagd voor het
4de kwartaal ad f375,000 met
noemde som verhoogd.
Ten einde verzekerd te zijn van
de levering van een hoeveelheid van
8000 ton kolen en 17,000 ton brij
UII DE HELDERSCHE SAMENLEVING
Door P. N. v. R.
Na vijftig jaar.
„Woont hier het echtpaar Klein
„Jewel dan bent u terecht
wat moet u
„Is u vandaag geen vijftig jaar
„Getrouwd Welnee. Dat heb je
mis, vriendje. De negentiende van
deze maand as God blieft. Vandaag?
Hoe komt u daarbij? Wie is u als
'k vragen mag? M'n gezicht wordt
een beetje slecht en dat is lastig.
Kom eens dichterbij. Zoo, ja zoó. Nee
'k kan je toch niet. Wat kom je
doen? Van de „Heldersche Courant",
zeg je? Van de „H-e-l-d-e-r-s-c-h e
Oo-u-r-a-n-t"? Wat mot die nou in
vredesnaam?"
Ja ziet u we dachten
dat u dat u heden, Zaterdag 9
October volop bruiloft had, een echte
ouderwetsche bruiloft, want het is
toch wel de moeite waard wanneer
je een halve eeuw met elkaar
„Maar d'r is nog niks te doen, m'n
goeie man we benne wel in de
bruidsdage, maar dat is 't eigenlijke
nog niet nee, maat, de negentien
de is de dag je mot maar eens
in de „Heldersche Courant" kljke
daar mot 't instaan met duidelijke
letters negentien October aan
staande nou u
„Mag ik het blad eens even inzien,
moedertje
„Daar heb je niks an we hebbe
de advertentie er uitgeknipt en op-
geborrege."
„Mogen we die advertentie niet
eén oogenblikje lezen?"
„Maar ik mot 'm terug hebbe
'k ben d'r erg opgesteld, begrijp je
de bure ouder melkander hebben 't
opgemaakt hoe vindt je dat, hè?"
„Heel aardig. Zal ik u dan maar
naar binnen volgen?"
Het bejaarde vrouwtje monsterde
ons met ietwat wantrouwende, onder
zoekende blikken in het gangetje,
maar toen we in de huiskamer zaten,
werd ze vriendejljk en praatte ze vrij
en eenvoudig!; kwam aanstonds met
een glaasje limonade en een sigaartje
aan tafel en lag de uitgeknipte adver
tentie voor ons, die we, op haar ver
zoek, een paar keer hardop moesten
voorlezen.
„En waar is nou de bruidegom",
juffrouw?"
„M'n man bedoelt u - is naar de
barrebier maar hij zal wel gauw
thuis komme - hij blijft nooit lang
plakkeJa, u moet wete, dat we
zoo dikwuls tege mekaar hebbe ge
zegd: as we dht nog eens magge
beleve vijftig jaar getrouwd - en
zie, daar zijn we d'r bijnaOf
m'n man nog gezond is en nog werkt?
Hij is nog kras, al mot de stok er
bij as-ie wat ver loopt. Maar werreke
doet-ie niet meer.. Hij is veertig jaar
schoenmaker geweest voor z'n eïge
en dat kan wel toe, zou 'k meene.
Daar, in die boet achter, is-ie oud
geworden bij z'n leer en z'n gelapte
schoene en laarze en vijf jaar geleje
hoeft-ie 't bijltje er bij neergelegd
toen had-ie genoeg geploeterd maar
ouderdomspensioen krijge we niet,
want hij was z'n eige baas vat je
en die z(jn bij die wet niet in tel."
Nu stond de 85-jarige bruidegom
de oud-geworden schoenmaker
daar en die ging al spoedig praten,
het liefst over den. tijd toen hij in
onze gemeente actief optrad als een
van de stichters der Nationale Ge-
heel-Onthouders-Vereeniging. Want
Klein heeft bijna zijn gansche leven
lang in stilte gewerkt onder dronk
aards, soms zoekende, zwervende
zwabbers, wier leven één barre,
sombere tocht was naar het graf,
gehitst eu gejaagd door den drank.
Klein wèet boeiend te vertellen hoe
hij arme en ellendige gezinnen, die
moesten zorgen en tobben omdat,
vader of wel de beide ouders dronken,
door geduldig en onvermoeid Ijveren
heeft gered en waar dan later geluk
en blijdschap eu lust en welvaart
terugkeerden. Hij heeft vaak met al
de kracht van medelijden en over
tuiging de verstokste dronkaards,
wier tronies leelijk waren van den
drank en die haast iederen avond
bedwelmd in bed rolden en die
iederen morgen weer met een be
nevelden kop wakker werden omdat
hun lichaam te ziek en te slap was
om te werken, op den duur voor goed
genezen. Reusachtig moeilijk was het
herhaalde malen om menschen, die
geheel en al aan den drank verslaafd
waren en die zóó diep gezonken
waren, dat ze zelfs bij gebrek
aan jenever, eindelijk spiritus dron
ken en het uit een nachtlichtje
slurpten, uit hun treurig, verschrik
kelijk lijden te brengen, doch het was
een wonder, maar Klein had meer
dan eens het geluk om een Ieelijke
leefwijze te verjageu en werd boven
dien in staat gesteld, zoo noodig, om
de slachtoffers, die in hun zwarte
bestaan haast geheel aan lager wal
waren geraakt, financieel te helpen.
Treffende staaltjes kan hij daarvan
verhalen, 't Gebeurde wel, dat dronk
aards zich na véél gepraat, na
véél huisbezoek ten laatste bij de
vereeniging aansloten en dan alleen
lid werden om te kunnen profiteeren.
Die in zijn maatschappelijke betrek
king of zaak sterk achteruit was ge
gaan, kon meestal geld gebruiken en
hij deed zfin best om een uitsteken
de geheel-onthouder te wezen, doch
wanneer de beloofde duiten eenmaal
in zijn handen waren, dan werd het
weer mis opnieuw drinken.
Zulke ondankbare feiten zijn ver
drietig en .zouden den moed naar je
schoenen doen zinken. Maar Klein
gaf het niet spoedig op. De hoop
was voor hem een soort harnas teg'en
het aardscbe kwaad met de vaste
hoop dat de grootste dronkaard zich
eenmaal overgeeft om geheel-onthou
der te worden, voelde hij zich sterk
geDoeg om over alle teleurstellingen
te komen, en hij had wel bergen
willen verzetten om het geweten van
den felsten dronkaard te kunnen be
werken. Doch hij kon ook getuigen
van échte dankbaarheid, van mooie
resultaten. Lieden,-die vroeger zich
niet schaamden als ze maar raak
dronken en vrouw en kinderen te
kort deden, hebbfen zieh trouw aan
de vereeniging gegeven, zijn geluk
kige, werkzame, zuinige menschen,
en, heelemaal opgeknapt nu 2e het
jeneverglas niet meer aanpakken,
kijken ze vroolljk en opgewekt het
leven in. En zooiets doet vader Klein
natuurlijk goed. 't Is altijd prettig,
wanneer je moeite, je opoffering al
dus wordt beloond en daarom rede
neert hij thans eere-lid der Natio
nale GeheelODthouders-Vereeniging
nog eens gaarne over al die herinne
ringen als hij met zijn vrouw in hot
achterkamertje zit, dat uitzicht geeft
op de binnenplaats waar de oude,
zwart-geteerde schoenmakerswerk
plaats op een groen bleekje staat,
bij weelderige klimopranken, zonne
bloemen en Oost-Indische kers en
waar de oudjes, die het toch niet rijk
hebben, hun laatste dagen tevreden
slijten en die we durven het
wedden ua dit welbesteden leven,
op 19 October a.s_ wel niet geheel
vergeten zullen worden in de Harte-
straat No. 11.
SPORT.
H.F.C. H.B.S. 1-3.
De eerste plaatselijke ontmoeting
is geëindigd in een verdiende H.B.S.-
overwinning. De voorhoede van de
laatste is inderdaad stukken beter
dan die van H.F.C., niettegenstaande
we Kor ff daarin misten.
Om precies 2 uur stellen de elf
tallen zich op en blijkt dat H.B.S.
't eerst tegen wind in verkiest te
spelen, zoodat Dito aftrapt ten aan-
schouwe van een niet talrijk publiek.
Stellig was 't dreigende weer van
invloed op 't bezoek dat ons lang
niet meeviel.
't Begin is voor H.F.C., dat 't eerste
kwartier voortdurend op de H.B.S.-
helft vertoeft, maar door onoordeel
kundig spel der voorhoede niet tot
doelpunten kan komen. Als een
eokele maal H.B.S. doorbreekt, blijkt
direct dat die aanvallen vee! gevaar
lijker zijn. Voorloopig weet de rood
witte achterhoede, waarin Bak en
v. d. Poll. uitblonken, doelpunten te
voorkomen, totdat bij een vlug op
brengen van links, Hoek mooi voor
zet en Tan Arnhem over den bal
heentrapt. V03 komt alleen voor
Persoon te staan eu geeft dezen met
een kalm rollertje geen schijn van
kans.
Geprikkeld door dien achterstand
valt H.F.C. weer aan. Van beide
vleugels worden mooie voorzetten
naar binnen geplaatst, waarvan één
Dijkshoorn bijna noodlottig wordt.
Met moeite wordt 't hooge schot van
Groote opgevangen en weggewerkt.
Weer komt de linkervleugel opzet
ten. Kramer kan Groote niet beloopen
en een 2e schot van vrij verren afstand
is Dijkshoorn te machtig en brengt
de partijen op gelijken voet. Zoo blijft
de stand tot de rust.
Daarna krijgt H.B.S. den wind
achter zich en is 't vrijwel een strijd
geworden tusschen de achterhoede
van H.F.C. en den aanval van H.B.S.
Met uitzondering van den linker
vleugel presteerde de roodwitte aan
val niets, waarbij nog kwam dat
Aardweg vrijwel genegeerd werd.
De gevolgen bleven dan ook niet
uit. Binnen 10 minuten wist Kramer
2 maal te doelpunten, beide keeren
van zeer dichtbij. De rechtervleugel
van H.B.S., die vóór de rust weinig
uitvoerde, was nu zeer actief, voor
namelijk door een absoluut uit vorm
zijn van Kikkert, dien we nimmer
zoo slecht gezien hebben. Herhaalde
lijk werd hij gepasseerd en waren
Bak en ook v. d. Wal niet zoo op
hun qui-vive geweest, stellig was'de,
nederlaag, grooter geworden.
Op 't laatst scheen 't nog dat H.F.C.
zou ophalen maar alle aanvallen
stranden op Costermans en Kramer,
waarvan de laatste wel eens onnoodig
uittrapte zoodat 't eind Ijjvam met
een 3 i overwinning van H.B.S.
Van de spelers noemen we bij
H.B.S. natuurlijk Costermans het
eerst, dan Ten Hacken en in de voor
hoede Kramer en Vos, vooral na rust
ook den rechtsbuiten. Laten we vooral
Dijkshoorn niet vergeten, 't Elftal zit
goed in elkaar en als Korff weer
meedoet', voorspellen we dat de vol
gende week W.F.C. nog een zware»
dobber zal hebben. We gelooven'niet
dat de opname van Bol of Miiller 't
elftal erg zou versterken. Op Boers
is niet te rekenen, terwijl v. d. Ben
niet meer spelen mag, zoodat, op
Korff na, werkelijk H.B.S. gepasseer-
den Zondag wel volledig was te
noemen, ten spijt van de rits inval
lers, die een H.B.S.-enthousiast ons-
wist op te lepelen.
Bij H.F.C. was de achterhoede op
Kikkert na goed. Vooral Bak heeft
enorm gezwoegd. Persoon hield wat
te houden was, maar moet niet zoo
„mooi" met den bal doen. Dat weg
slaan uit de hand is hij tijdig inloo-
pen gevaarlijk.
In de voorhoede was Jan Groote
de beste speler. Den heolen wedstrijd
door vertoonde hij goed en vlug spel.
Na de rust was zijn buurman De
Boer er -ook aardig in. Daar voöv
verwaarloosde hij.'t samenspel te
veel evenals Dito, die geen oogenblik
vrij gelaten werd. Rapati ia geen
aanwinst. Veel te langzaam en geen
schot. Daarbij speelt hij bijna nooit
naar rechts zoodat Aardweg er vrij
wel voor gek bij liep, wat 'jammei-
voor zoo'n uitstekend speler is
Van 't H. B. S.-lerrein.
H.B.S. II E.V.C. I.
Als om half twee de scheidsrechter
beginnen iluit stellen beide vereeni-
gingen zich met 10 man op on zijn
3 toeschouwers aanwezig.
Aanvankelijk gaat de strijd gelijk'
op, maar H.B.S. wordt iets sterker
en weet dit dan ook in een doelpunt
uit te drukken. Spoedig maakt K.V.C.
gelijk, doch Hofman geeft H.B.S. weel
de leiding.
De rust gaat in met de stand 2- 1.
Onmiddellijk wordt gedraaid een
ijlbode van het terrein Bolweg ver
kondigt de stand 1 -1 in den wedstrijd
H.F.C.—H.B.S.
Spoedig maakt H.B.S. een derde
doelpunt. Nu is het met het. over
wicht gedaan; vier, soms vijf spelers
letten meer op wat op het H.F.C.-
terrein gebeurd dau op hun eigen
spel. Dankbaar profiteert E.V.C. hier
van en doelpunt tweemaal vlak op
elkaar. (Stand 3—3).
Dit wordt'H.B.S. te bar, alles wordt
opgezet, een bode verkondigt de stand
3-1 op het terrein Bolweg in 't
voordeel van H.B.S. Ben zwak ge
juich stijgt op, de gezichten verhel
deren, H.B.S. wordt weer-iets sterker
en doelpunt voor de 4e maal.
Hierbij blijft heten de H.B.S.-spelers
haasten zich naar den Bolweg om
nog even te genieten van den wed
strijd tusschen de rood-witten en
hunne favorieten.
FEUILLETON.
Naar het Engelsch door PAUL URQUHART.
16.)
HOOFDSTUK XXIH.
Lional wierp op zijn beurt een
doordringenden blik op den inspecteur.
„Mag ik weten, waarom U dit
vraagt?" begon hij.
„Ik heb niet de bevoegdheid U dat
te zeggen," antwoordde de inspec
teur". Ik vraag het U, daar ik ver
moedde, dat U ons zooveel mogelijk
van dienst zoudt willen zijn. U hebt
mij dat zelf gezegd. Als U evenwel
weigert, mijn vraag te beantwoor
den
Neal wachtte even en nam toen
zijn hoed.
Weedom overzag den toestand.
Men wist dat juffrouw Fritzgerald in
Parijs was, hoe, was onbegrijpelijk.
Hij wist, dat zij niet schuldig was
aan eenig misdrijf, dus waarom zou
hij zwijgen. Slechts was hem geheim
houding opgelegd over de operatie,
die hij gedaan bad.
Die geheimhouding zou hij niet
schenden. Overigens besloot hij, open
hartig te spreken.
„Een oogenblik, inspecteur", zei hij
toon hij opstond en naar de deur
ging. „U zult mijn wachten begrijpen,
als ik U zeg, dat de dame een pa
tiënte van mij is en dat ik dus aan ge
heimhouding gebonden ben".
„Ik vraag U niet, mij vakgeheimen
te vertellen," antwoordde de inspec
teur. „Ik vraag slochts, waar de dame
te vinden is".
„Ik verzeker U, dat de dame om
ringd is door een troep bandieten, en
alle reden heeft, zich schuil te hou
den," zei Weedom plotseling met
warmte.
„Ik zeg niets van de dame," viel
Neal in. „Ik wil alleen weten waar
zij is en 'zeg U, dat het ook voor
haar het beste zou zijn."
De inspecteur sprak rustig, als
iemand, die weet, wat hij wil en
Weedom vroeg zich af, wat die man
van de geschiedenis weten zou.
De dame is niet te Parijs, ant
woordde Weedom. Zij is te Versailles.
Ik zal U het adres geven."
„Dank U. Het adres heb ik al. Wij
weten ook, dat een Engelschman die
aan Uw signalement beantwoordt, er
twee dagen geleden was."
„Ja, ik was daar. Er is geen reden,
het te ontkennen, hoewel ik het on
gepast vind, dat men mij bespioneert"
zei hij opgewonden.
„Dat was niet het geval," ant
woordde Neal kalm. „Maar wanneer
een Engelschman in een vreemd land
komt, en er een gevecht levert op
den degen en met pistolen, dan wordt
dat wel bekend, en wil de Fransche
politie ook wel weten, of de Engel-
sche collega's dien persoon kennen.
U ziet dat ik voor-U wel den sluier
van het vakgeheim oplicht," voegde
hij er glimlachend aan toe.
„Maar waarom beticht U mij van
geheimhouding? U vraagt mty in
lichtingen, die ik U geef, docK. die
ge reeds blijkt te weten."
„De inlichtingen die ik vraag, is
waar de dame thans is, niet waar
zij twee dagen geleden was."
„Maar zij is daar nog, tenminste
voor zoover mij bekend is. Weet U
zeker dat zij het landhuisje verlaten
heeft?"
Weedom was plotseling opgewon
den. De gedachte, dat juffrouw Fritz
gerald misschien ontvoerd was, dooi
de lieden die naar Parijs waren terug
gekeerd, maakte hem angstig. De
inspecteur zag, dat hij het meende.
„Dus is het nieuws voor U, dat zij
Versailles verlaten heeft?" vroeg hij.
„Erger dan nieuws," antwoordde
Weedom," het vervult mij met angst.
Geloof mij, dat U bezwaarlijk meer
verlangend kunt |zijn dan ik om de
dame te ontdekken."
„Het spijt mij,dat ik U een on
aangename tijding hebt gebracht,"
sprak de inspecteur na een poosje.
Misschien kunnen wij elkaar nu ech
ter van dienst zijn."
Met deze woorden verliet hij den
dokter, voordat deze verdere vragen
kon stellen.
Weedom begaf zich naar Poole.
„Wat is er, mijn waarde?" vroeg
deze hartelijk. „Ik merk dat er iets
gebeurd is."
Weedom viel op een stoel neer en
bedekte het gelaat met de handen.
„De politie vervolgt haar," zei hij
wanhopig.
„Bedoel je dat een krantenartikel
dat meldt?"
„Neen, dat zag ik reeds in Parijs.
Maar zoo juist sprak ik inspecteur
Neal, die ontdekt heeft, dat ik me
voor haar interesseer en naar Parijs
geweest ben. Hoe kan hij dat weten
„Ik zei je wol, dat hij wel wat
meer weten zou. H(j begrijpt wel,
dat als iemand zooals gij, zich zooveel
moeite getroost, er een vrouw in het
spel is. Van de twee dames, die bij
kolonel Bloomer waren, is er een
dood en de andere is verdwenen.
Mijn interesse in deze zaak wordt
verklaard door Lou's geheimzinnige
verdwijning en het ligt voor de hand,
dat de verdwenen dame jouw belang
stelling vroeg."
„Maar het ergste heb ik je nog
niet gezegd. Juffrouw Fritzgerald is
niet meer te Versailles. Zij is sedert
twee dagen verdwenen, hoewel Fren-
tice schreef, dat er geen gevaar was.
Neal zegt, dat zij weg is.
„Hoe luidde de brief van den
Franschman? Kan hij ook bedoelen,
dat de dame naai- een veilige schuil
plaats "is?"
Weedom herhaalde Frentic's brief.
„Begin met de Indische terug te
vinden."
„Dat heb ik getracht, maar het is
een fiasco geworden."
Weedom beschreef zijn pogingen.
Poole kon een glimlach niet onder
drukken.
„Ik geloof, dat je meer diploma
tisch had moeten te werk gaan,"
zei hij."
„Morgenochtend zal ik het eens
probeeren. Blijf van nacht hier, dan
gaan we er morgenochtend op uit."
Den volgenden morgen gingen
beiden naar Charing Cross en Weedom
wees zijn neef den chauffeur, dien hij
reeds den vorigen dag ondervraagd
had.
Poole wachtte, tot het zijn beurt
van uitrijden was en sprong toen in
de auto, terwijl hij een der bekende
uitspanningen in een der buiten
wijken als doel van den tocht op
gaf.
„Je zult moeten wachten, wantik
ga weer terug ook," zei hij. De chauf
feur bracht zijn wagen in beweging.
Het vooruitzicht van een langen tocht
en de daaraan verbonden financieele
voordeelen schenen hem te verblij
den.
Bij hun bestemming gekomen ging
Poole naar binnen, doch kwam na
eenige oogenblikken reeds weder
terug.
„Ik kwam hier om te kegelen,"
zei hij, maar er is niemand. Kun je
den wagen aan den kant zetten, en
een partijtje met me spelen?
De chauffeur verwonderde zich over
de liefhebberij van iemand, die kegelt,
terwijl de auto wacht, die voor elke
5 minuten wachtens tien cent kost,
doch het leek hem wel.
Toen de partij geëindigd was, of
freerde Poole zijn partner een ver
frissing, waarna zij een sigaar op
staken.
„Ik moet naar een kegelwedstrijd,"
zei Poole, doch was niet zeker van
mijn spel en wilde me daarom op
een rustige plaats oefenen. Als iemand
je vraagt, waar je mij gebracht hebt,
wil je wel zoo goed zijn het niet te
zeggen, wel?
„Ik zeg nooit iets van mijn
„vrachtjes". Gisteren kwam er nog
een man vragen naar een paar dames,
die ik een paar dagen geleden had
gereden, maar hem heb ik ook niets
Zeker een aanbidder," zei Poole
achteloos.
„Aanbidder! Als de een jong en
de andere niet zwart geweest was,
zou dat mogelijk zijn geweest. Maar
ik denk, dat die heeren niets goeds
in den zin hadden. Ze zei me ook
zoo angstig-fluisterend dat ik haar
naar den trein voor Bradford moest
brengen."
„Zoo," zei Poole, en dan op zijn
horloge kijkend„Kom we zullen
maar weer teruggaan. Hé, wat betee-
kent dat?"
De chauffeur, die zijn sigaar we
derom wilde ontsteken, deed vergeef-
sche pogingen, de vlam bij het einde
van zijn sigaar te brengen. Hij wag
gelde naar de kant van de kegelbaan
en probeerde iets te zeggen.
„Iemand heeft er iets in gedaan,"
stamelde hij en bracht zijn hand naar
het hoofd. Zijn oogen werden wijder
en alle kleur week uit zijn gelaat,
terwijl hij met een luiden kreet
neerviel.
HOOFDSTUK XXIV.
Poole riep om hulp, die spoedig
kwam opdagen.
„Hij schijnt al wat gehad te hebben
voor hij hier kwam," meende de
waard.
„Neen," antwoordde Poole, „hjj is
niet dronken. Zendt om een dokter,
terwijl wij hem naar binnen dragen".
De plaatselijke geneesheer werd
gewaarschuwd en dpze constateerde
terstond, dat het hier geen dronken
schap gold.
Poole had nagedacht en wenkte den
waard in de kegelbaan.
„Is hier iemapd geweest, terwijl
wij speelden?" vroeg hij. „Een
vreemde
„Ja, iemand die in een auto kwam
en door dit kleine veDster uw spel
gadesloeg. Dorstig scheen hij niet
bijzonder te zijn, want hij had bijna
niets gedronken toen hij vertrok."
„Kon u zien wat hij deed bij het
venster, of hij soms iets deed met
onze glazen, die er vlak achter op
het tafeltje stonden?"
„U denkt toch niet, dat hij er iets
in deed? Het zou echter kunnen zijn,
want ik ben even weg geweest. Ik
heb wel gezien, dat iemand wat snuif
in een andermans bier deed en deze
daarvan stomdronken werd. Maar dit
is geen snuif. De arme kerel zal toch
niet sterven denkt u?"
(Wordt vervolgd).