Zonen. DE OORLOG. S. COLTOF S. COLTOF Ingezonden Mededoellng. Iiaibiuis Monsterkamers 2119 A en B. Tindmiddilan - Eu da Cclogca - Pailumaiiie. St.lantkaikhol distributie art. alleen in uiterste ge vallen raison beeft. Maar ia de toe stand hier, in vergelijking met andere gemeenten, zoo ongunstig? Spreker meent van niet. Er heerscht hier geen groote werkeloosheid, en tal van visschers, rijkswerklieden etc. maken, dat wy in vrtj gunstige omstandigheden verkeeren. In Am sterdam, in Schiedam zyn de toe standen vrywat ongunstiger. Spr.'s fractie vindt het geen noodzakelijk heid het voorstel te steunen. Gegevens omtrent de urgentie ervan zijn niet verstrekt. Het voorstel komt in stemming en wordt verworpen met 12 tegen 6 stemmen. Yóór de heeren Yan Breda, ZondervaD, Michels, Baak en Spangen berg. De agenda is hiermede afgehandeld en de Raad gaat in comité-generaal, ter behandeling van reclames pl. dir. belasting. De legerberlchten van 22 Februari. Van het W e s t e 1 ij k front. Mist en regenachtig weer belemmeren nog steeds de operaties, waardoor de actie beperkt blijft tot artilleriegevechten en schermutselingen van patrouilles, afgewisseld door overvallen van beide zijden. De Engelsche en Fransche com- muniqué's maken melding van kleine vijandelijke aanvallen, o.m. bij Bethin- comt (op den linker Maasoever), ten O. van Vermelles en ten Z. van nieuw Capelle, die alle afgeslagen werden. Het Duitsche leger bericht geeft aant dat ten Z. van Armentières de Engel- schen in de Duitsche stellingen wisten door te dringen. Door een legeraanval werden zij er echter weder uitge worpen. 200 dooden bleven in de stellingen liggen. Ook verloren de Ingelschen 89 man aan gevangeneD. Een gelijk verloop had een zwakke aanval der Franschen ten W. van Flirey. Verder spreekt het bericht van het terugdrijven van vijandelijke verken- ningsafdeelingen, o. a. ten Z.W. van Warneton, ten Z. van het la Bassée kanaal en tusschen Ancre en Somme. Verwacht men in Duitscbland actie aan het front in den Elzaa? Een bericht uit Zurich schijnt daarop te wijzen. Hierin toch wordt gemeld dat verschillende stukken van hooge kunstwaarde uit de kerk van Col mar (Opper Elzas) verwijderd en voodoo- pig in het kunstmuseum te Mbnchen opgeborgen. Ook is, ondanks de scherpe afslui ting der grenzen bij Genève, die eenige dagen geduurd heeft, door gelekt, dat sterke transporten Itali- aansche troepen voorby gekomen zjjn met bestemming voor het Fransche front. Ook op het o o s t e 1 y k e-, het Roe- meensche- en Macedonische front bepaalde de bedrijvigheid zich tot artillerie- en patrouillegevechten. Van het Oostenryksch-Ita- liaansche front wordt gemeld, dat de Oostenrykera opnieuw de stellingen der Italianen by den monte Zebio (op het plateau van Asiago) aanvielen. Zy werden evenwel teruggeslagen. Eveneens mislukte een zwakke vyandeiyke aanval ten O. van Sober. D* duikboot- en mljnoorlog. Van Engelsche zijde wordt gemeld, dat in de grond geboord werden het Zweedsche s.s. „8kogland"(2903 ton), het Engelsche stoomschip „Per- 86UB" (6728 ton) en de schoener „Teewljn". Van de opvarenden van de „Peraeus" worden drie Chineezen en een Europeaan vermist. Een Duitsch bericht geeft aan, dat de volgende schepen tot zinken werden gebracht op 4 Februari: het Noorscbe s.s. „Solbakken" met 3740 ton tarwe van Buenos Aires naar Cherbourg; den 6en het Noorscbe s.s. „Ellavora" met vruchten en wijn van Napels naar Londen, en het Noorsche s.s. „Havjard" met aard- noten naar Duinkerken. (Het vernietigen van deze schepen werd reeds van Engelsche zijde ge meld). Twee duikbooten die Woensdag op hun basis terug keerden, hebben 24 stoom-, drie zeilschepen en negen visscheravaartuigen in den grond geboord. De schepen hadden o.m. de volgende ladingen9100 ton steenkool, 30.000 ton ijzererts, 8500 ton levensmiddelen (de helft daarvan beBtond uit boter en margarine), 2200 ton graan en hooi, 2700 ton oorlogsmaterieel voor Italië bestemd, 400 ton zink, 800 ton stukgoed en 800 ton hoefyzers. Voorts bevond zich onder de in den grond geboorde schepen een tank- stoomschip van 7000 ton. Zen van de duikbooten heeft een kanon buitgemaakt. Omtrent de vernietiging van het Italiaanache transportschip „Minas", (reeds 19 Februari gemeld) wordt thans van Duitsche zijde nog mede gedeeld dat het 2854 ton metende schip door een torpedoboot in den grond werd geboord. Het ss. had 1000 man troepen, en een groote lading munitie en goud, ter waarde van 8 millioen mark, voor Baloniki aan boord. De bemanning van het s.s. en de zich aan boord bevindende troepen zyn omgekomen, behalve twee man nen, die door de duikboot gered zijn. In de buurt van Cartagena is door de Spaansche overheid een boei ont dekt die 81 kisten bevatte, waarvan er 1 met correspondentie, de andere met afzonderlijke deelen voor duik booten gevuld waren. Et zijn drie Dultschers aangehouden. Minister Garson over do duikbootenoorlog. In het Eogelsche Lagerhuis heeft minister Carson de Duitsche onder zeebooten-bedreiging besproken, waarbij hij begon met het geven van een overzicht over het werk van de zeemacht. Hij wees met nadiuk op het groote belang van hetgeen de groote vloot doet. De Admiraliteit had krachtig mede- geholpen by de expedities naar Mesopotamiö, Saloniki en Egypte en had bovendien de zeeën vrij te houden. Ter illustratie van hetgeen de vloot had gedaan, deelde de ministpr mede, tot 80 Octobef acht millioen menschen door de vloot over zee waren vervoerd, bovendien meer dan negen millioenton ontplofflngsmid- delen en meer dan een millioen zieken en gewonden. t In volle zee of in de havqn waren in het afgeloopen jaar 15,150 schepen doorzocht, in Januari van dit jaar alleen in Britsche havens 1764 en het totale aantal in Februari zal niet minder zyn dan in Januari. Ds onderzeeörsbedreiging, zoo ver volgde de minister, was geen bedrei ging van den laatsten tyd. Maanden lang had z(j Engeland reeds boven het hoofd gehangen. De bedreiging was ernstig en ze is nog niet afge wend. De minister was echter vol vertrouwen, dat de ernst van de dreiging door de ontwikkeling van de maatregelen, die reeds genomen zyn of nog beraamd worden, geleideiyk belangryk zou verminderen. In de jongste twee maanden is het aantal bewapende hand elsschepen met 47.5 procent vermeerderd. Dat heeft ontzagiyk veel arbeid gekost. Thans gaat het met de bewapening der schepen met elke week beter. Van de bewapende handelsschepen ontkwamen na een. aanval 75 proc., van de onbewapende 24 proc. De moeiiykheden betreffende de bewapende handelsschepen in neutrale havens z(jn zoo goed als alle uit den weg geruimd. In de eerste 10 dagen van Februari zyn in de Engelsche havens 6,076 schepen aangekomen en 5873 uitge klaard. De verliezen der Engelschen zijn ernstig, maar lang niet zoo zwaar als de blufferige Duitsche mededeelingen het. wel willen doen voorkomen. Hoewel de neutralen zenuwachtig en verschrikt zyn geweest, zy zullen, naar de minister geloofde, het voor beeld der Engelschen volgen spoedig de vaart hervatten. De minister was van plan in het vervolg, zoo mogelijk dageiyks het aantal Engelsche handelsschepen, dat door my'nen of torpedo's tot zinken zyn gebracht, te publiceeren met dat van de handelsschepen, die de havens van het Vereenigd Koninkrijk binnen komen of verlaten en tevens een lijst der schepen, die door onderzeeërs zyn aangevallen en ontkomen. Met betrekking tot het vernietigen der onderzeeörs zeide Caraon, dat de thans gevolgde methode, en het ver zwijgen van dergelijke gevallen, de minst aangename voor den vyand was. Het eenige wat de Duitsche admi raliteit thans te weten komt is, dat de boot niet ia teruggekeerd. De minister heeft 40 rapporten ontvangen omtrent gevechten met onderzeeërs van het begin van Fe bruari af. Dat 40 malen In 18 dagen een gevecht heeft plaats gehad, is reeds een buitengewone prestatie. De minister deelde den inhoud mede van een reeks rapporten, om de verschillende graden van meer dere of mindere zekerheid, dat de overwinning was behaald, aan te toonen. Als een geval van besliste zekerheid noemde htj het geval van een onderzeeërs, die met zyn beman ning door een torpedojager was ge nomen. Twee andere gevallen, die hy ver meldde, wijzen sommige der metho den aan, die de Admiraliteit in den strijd tegen de onderzeeörs toepast, by voorbeeld een rapport van een luchtschip, dat een bom had laten vallen juist op het punt, waar een onderzeeër was ondergedoken, en nog een rapport van een hydroplane betreffende een anderen onderzeeër. Omtrent de quaeatie van den scheepsbouw verklaarde Carson, dat geen enkele scheepshelling in de volgende maand onbezet zal blijven en by deed een beroep op de arbeiders om met onverzwakte kracht door te werken en op de natie om mede te werken aan beperking van den invoer, ten einde de taak der Admiraliteit te vergemakkelijken. De minister verklaarde overtuigd te *yn, dat de bedreiging dan machteloos gemaakt zou kunnen worden. Da munltla-ontploffing te Arohangel. Omtrent de munitie-ontploffing te Archangel, op 27 Jan. j.1, wordt thans gemeld, dat dit een verschrikkeiyke ramp was, die duizenden menschen- offers heeft geëischt. De ontploffing had een buitengewone kracht, het was alsof een aardbeving woedde. De voorraden munitie en oorlogs materieel bedekten een oppervlakte van twee K.M. lengte en een K.M. breedte. De ontploffingen volgden buiten gewoon snel op elkander. Door de eerste werd reeds een op twee K.M. afatands liggend spoorwegstation verhield. De materiëele schade wordt ge raamd op honderden millioenen roebel. Men schryft de ramp algemeen aan kwaadwilligheid toe. Tot dusver zyn reeds 100 Finnen in hechtenis genomen, verdacht van deelneming aan een complot om de fabrieken in de lucht te laten springen. Schending van da Neutraliteit. Uit Christiania wordt d.d. 22 Febr. gemeld, dat, aangezien twee Engel sche torpedobooten op 20 Febr. het Noorsche s.s. „Sortland" in de Noor sche territoriale wateren by Statt hebben aangehouden, de minister van buitenlandsche zaken den gezant te- Londen opgedragen heeft by de Engelsche regeering te protesteeren tegen deze schending der neutraliteit. 141 KANAALWEG 142. Groote keuze: Kapok Springveeren Staaldraad Hut Stroo en Zeegras De Vereenlgde Staten en Dultschland. Eender geschilpunten, betge vangen houden der Amerikaansche opvaren den van de Yarrowdale", is uit den weg geruimd. Zy zijn door de Duitsche regeering in vryheid gesteld. Naar een bericht uit Washington aangeeft, is een nota der Amerikaansche regeering, waarin op vrylating werd aangedron gen Maandag toch nog verstuurd geworden. Naar men weet waB deze nota opgehouden in verband met geruchten dat de gevangenen reeds vrygelaten waren. Deze geruchten werden echter niet officieel bevestigd, waarin de Amerikaansche regeering reden vond de nota toch nog te ver- kenis. Dan komt een noodtoestand,' waarin de eisch tot levensonderhoud alles overstemt, waarin van „menache- lykheid en beschaviug", thans dikwy ls zoo oDjuisb in de debatten betrokken, niets overblijft. Van voedsel versto ken schipbreukelingen plegen dikwyis te eindigen in ouderlingen stryd en de sterkeren slachten de zwakken en worden menscheneters. Ea tot zoo iets komen zelfs de meest vreedzame en idealistische menschen. Waar men thans nog en ook by ons tal van personen heeft, die reclame ma ken voor een steeds voortzetten van den oorlog, zy er op gewezen, welk beeld van „menschelykheid en be schaving" in het verschiet ligt. Ook wij neutralen - Nederland, Scandi navië, Zwitserland zullen dan aan het noodlot niet ontkomen. Een Duitsch bericht van den 22sten zegt nu dat de bemanning in vryheid werd gesteld, ofschoon ingevolge de omstandigheden, die Amerikanen als krygsgevangenea zouden kunnen worden behandeld, heeft men hen by uitzondering vrygelaten. Dit was reeds lang tevoren besloten, om dat zy by het begin van de reis niet wisten, dat zij als deel van de beman ning van vyandelijke bewapende kruisers als krygsgovangenen zoudeD worden behandeld. De in Duitschland de afbreking der diplomatieke betrekkingen uit de Ver. Staten ontvangen telegrammen over de in beslagneming der Duitsche schepen do interneering del Duitsche schepelingen, deden het echter raad zaam schijnen, die lieden (de Ame rikanen van de „Yarrowdale") niet in vryheid te stellen, voor de officieels Amerikaansche mededeeling over de werkeiyke toedracht van zaken zou zyn iDgekomen. Dit is thans geschied, nu de officieels mededeeling is in gekomen, dat de Duitsche schepen in de Ver. Staten niet zyn in beslag genomen en hun bemanningen niet ^ya geïnterneerd. De toestand is echter ook al is dit geschil uit den weg geruimd niet verbeterd. In Amerika gaat men voort met het nemen van voorberei dende maatregelen. Zoo beeft de minister van oorlog, Baker, na een conferentie met president Wilson, bekend gemaakt, dat hy bij het Cod gres een wetsontwerp ter invoering vsn don algemeenen militairen oefonplicht zal indienen, welk ontwerp is uit gewerkt door den generalen staf. D6 president zou een voorstander zyn van het beginsel van den al gemeenen militairen oefeDplicht, in dien die op practische wljzo kan worden toegepast. Verder wordt uit Washington ge meld, dat Wilson thans definitief besloten heeft het Congres te vragen hem algemeene machtiging te geven tot het nemen van geschikte maat regelen ter bescherming van Ameri kaansche schepen tegen de Duitsche duikbooten. Wanneer de president voor het Congres versqhynt, zal hy duidelyk doen uitkomen dat hy niet raadt tot het proclameeren van den oorlog. Hy zal niet verder gaan dan alleen het verzoek tot onmiddellijke aanneming der voorstellen, die hem buitengewone bevoegdheden zullen moeten geven over leger en vloot in het tydvak tusschen de zittingen van het con gres. Hy zal een verklaring afleggen omtrent den tegenwoordigen abnor- malen toestand en wyzen op de belangryke besluiten, waarvoor men zal komen te staan. Men verwacht onmiddeliyk de ver breking van de diplomatieke betrek kingen met Turkye en spoedig die van de betrekkingen met Oostenryk, Da Europa bedrelgande hongaranood. De „N. Rott. Crt." bevat een artikel, waarin gezegd wordt, dat bij voort zetting van den oorlog niet alleen Duitscbland, maar geheel Europa met hongersnood wordt bedreigd. De schryver geeft aan dat in normale jaren van de consumptieartikelen een zekere reserve overbiyft, doch men kan rekenen, dat die reserve van voor den oorlog thans wel is opgebruikt. De kwade dag breekt dus aan. De wereldoogst van 1916 was slecht. Een groote oogst is voor 1917 onwaar- schyniyk. De oorlog treedt ook te dien opzichte storend tusschen beide. De Entente en Amerika zullen den toevoer van kali moeten missen, terwyl Europa de chilisalpeter niet voldoende aangevoerd zal kunnen krijgen. Wat er nog komt wordt grootendeels door Engeland vastge houden. De conclusie van den schryveris minder productie over een groot deel van de aarde, gemis van gelegenheid tot vervoer, zoodat veel bederft. Groote voorraden dagelyks naar den bodem der zee wegzakkende in plaats van te belanden in de graanpakhuizen van de spoedig noodlydende bevolking. In Rusland, waar een groot deel van den veestapel reeds is geslacht, schynt in sommige streken de toestand hoogst ernstig. Reizigers, die Rusland passeerden, spreken van jammeriyke tooneelen van hongersnood. Het Grieksche volk wordt met den hon gerdood bedreigd. Het is wenscheiyk alles duideltjk onder de oogen te zien. Geheel Eu ropa wordt bedreigd met ondergang. Nog is hot tyd veel te redden. Er is een taak voor allen, die zich willen aangorden tot het redden van „menschheid en beschaving". Men meene niét, dat het by de redding daarvan in de eerste plaats de vraag geldt welke groep in den oorlog zal overwinnen. Komen zooals te vreezon is tyden van absoluut gebrek, dan verliest de vraag van overwinning of nederlaag betee- Het „H.blad" deelt de meening van den schryver niet, die reeds meer zich aan zeer sombere voorspellingen over een komenden hongersnood heeft gewaagd. Een dergeUjk pessimisme acht het „H.blad" ongegrond. De schrijver - zegt het blad - heeft een voedingsbalans voor de geheele wereld opgemaakt. Echter niet met voldoende gegevens. De misoogst van verleden jaar was geheel aan klimatologische invloeden te wijten en toch is van hongersnood, veroorzaakt door gebrek aan wereld productie, nog nergens sprake. Ook in ons land niet, ook in het oorlog voerend Engeland niet waar de maatregelen op besparing van voedsel- verbruik een uiteriyke vorm zyn ook in Griekenland niet. Alle voedsel- moeiiykheden zijn te wyten aan ge brekkig transport. Als Nederland zyn schepen vrij kan laten varen, behoeft Nederland geen honger te vreezen. Als Griekenland niet meer geblok keerd wordt, is het gevaar voor Griekenland voorby. Als in Rusland het vervoer geregeld wordt, zal men in het land niet meer in ééa stad schaarschte, in een andere stad overvolle pakhuizen vinden. Indien men gaat berekenen, hoeveel er minder geproduceerd wordt, moet men ook nagaan hoeveel er thans minder verbruikt wordt. Duitschland past voor geheel Europa een groote besparing toe, van millioenen tonnen maïs en graan, dat anders naar Duitschland vervoerd wordt. Het hongerlijden, voorzoo ver door mindere productie noodzakely k gemaakt, wordt voor een gróót deel door Duitschland gedragen. En zelfs in Duitschland heerscht sinds de laatste maanden een toestand, die met het woord hongersnood schrouielyk overdreven wordt geteekend. Om te kunnen nagaan of er sprake van hongers nood kan zyn, zou men moeten weten met hoeveel het verbruik verminderd kon worden, voor er werkeiyk eruatige nood is. Hoeveel minder graan zou men, door de kostbare, en verspil lende votmestmethode in dieriyk vet kunnen laten omzetten, zonder dat nog een ernstige en voor de volks gezondheid schadeiyke vleeschvetnood ontstaat Duitschland mist, men ver- gete dat niet, ook alle ingevoerde plan ten vet ten 1 De 3chryver zegt, dat het gevaar van hongersnood zich in Europa dreigend begint te verheffen. Het is mogelyk. Maar nog niet door een wereldschaarschte aan voedingsmid delen, maar door een ontwrichting en vernietiging van het wereld trans port van voedingsmiddelen. Wy hebben reeds genoeg aan de euvelen, die er werkeiyk zijn, zonder er nieuwe euvelen by te bedonken. Zpo zal b.v. in een klimatologisch normaal aardappelenjaar de veenko lonie-aardappel voor de Nederland- sche volksvoeding volstrekt overbo dig zyn. En als wegens gebrek aan stikstofmest, daar boonen en niet aardappelen verbouwd worden, zal de Nederlandsche volksvoeding daar van voordeel, niet nadeel ondervinden, Met het bovenstaande willen wy echter niet zeggeD, dat wy niet goed zullen doen zuinigheid in alles be trachten. Integendeel, wy gelooven dat het noodzakeiyk is, dat wij op levens middelen sparen wat wy kunnen. Nieuwe misoogsten zyn mogelyk, verslechtering van het wereld vervoer is ook niet uitgesloten, zoodat zeker ieder zich tot plicht moet rekenen van geen levensbehoefte meer te ge bruiken, dan bepaald noodig is. De zuigelingensterfte In Duitsehland, De „Vorw&rta" wyat er op, dat de verhooging van den melkprys van 32 op 44 pfennig per liter waarschynlijk het sterftecijfer voor zuigelingen nog hooger zal dry ven dan het reeds het laatste jaar was. Volgens de statis tieken voor Beriyn was de zuigelingen sterfte in September, October en November 9.62, 9.25 en 9.83 °/0 van het aantal levendgeborenen; in 1916 was het percentages over dezelfde maanden resp. tot 11,62, 10.25 en 11.68 gestegen. Tegen de jeugdverwllderlng. Te Münster wordt met kracht op getreden tegen bandeloosheid en ver- waarloozing der jeugd. Zoodra het donker invalt, mag zy verschillende straten en pleinen o.a. van Münster niet betreden, niet rooken in het openbaar, niet vertoeven in koffie huizen, banketwinkels, ververscbings- salons e.d. zonder toezicht van ouders of overheden; noch in schouwbur gen, waar lichtbeelden worden ver toond of specialiteitengezelschappen optreden in restaurants en herbergen, waar zanguitvoeringen, voordrachten, enz. worden gehouden. Onder jeug dige personen worden hier verstaan jongens en meisjes onder de 17. 1 Maart a.s. zal het 25 jaar geleden zyn, dat de heer De Glopper, brigadier van politie, bij de politie in dienst trad. Op het Donderdag te Utrecht gehouden examen, slaagden voor de acte nuttige handwerkeD, de dames M. G. Duinker en P. J. Dunk, alhier. Spaarbank R. K. Volksbond. Onder voorzitterschap van den heer W. C. van Breda had Woensdagavond in het Bondsgebouw de jaarvergade ring plaats der Spaarbank „H. An- Lonius van Padua". In zijn openingswoord constateerde de voorzitter een Hinken vooruitgang van het ingelegde bedrag en van het aantal inleggers. Uit het verslag van den penning meester stippen wy het volgende aan Aan ingelegde gelden werd ontvangen f 48810.65'. uitbet. werd f28856.07'. Het gezamenlyk saldo der inleggers bedroeg op 1 Jan. 1917 f83712.54. Naast de vaste rente van 8 procent kan aan de inleggers nog 0.2 procent worden uitgekeerd. De premie-inleg gers, dat zyn zy, die meer dan 15 maal een inlage deden, krygen 3.75 procent. De waarde der effecten was be rekend naar den beurskoers op 31 December. Deze was gemiddeld 1.8 procent hooger dan verleden jaar. Uit de overwinst werd een bedrag van f650.— gereserveerd voor even tueel verlies op effecten. Het reservefonds is thans f 3679.31, zijnde 4.5 procent van het ingelegde bedrag. Het aantal inleggers was op 1 Ja nuari 1.1. 514. Namens de commissie van verifl- eurs bracht de heer B. A. Meyer verslag uit. Alle boeken en beschei den, benevens de aangegeven effecten en hypotheekakten waren nagezien en in orde bevonden. Aan den penningmeester, den heer H. J. Mahieu, werd dank gebracht voor zijn accuraat beheer. Als lid van den Raad van Toezicht werd benoemd de heer J. A. Zoetelief. Tot leden van den bestuursraad werden herkozen de heeren W. C. van Breda, W. F. Ligteringen en M. Bock. Als verifieurs werden voor het loopende boekjaar aangewezen heeren B. A. Meyer, 3. Luyekx en P. J. Bosch. Met een dankwoord sloot daarop de voorzitter de vergadering. 141 KANAALWEG 142. Groote keuze: Wollen Watten Zijden Molton en Fantasie PLAATSELIJK NIEUWS. Ds orlils aan flnanolln. Bij Koninklijk Besluit van Woens dag is aan mr. dr. A. van Gyn met ingang van Donderdag eervol ontslag verleend als minister van financiën, met dankbetuiging voor do vele en gewichtige diensten, en is benoemd tot minister van financiën prof. mr. W. F. Treub. Prof. Treub is Donderdag door de Koningin beëedigd. De afgetreden Minister van Finan ciën, mr. Van Gijn, heeft Donderdag ochtend van de ambtenaren van zyn Departement afscheid genomen. De nieuwbenoemde Minister van Financiën, mr. Treub, heeft Donder dagmiddag de portefeuille van zyn ambtsvoorganger overgenomen en heeft Vrijdagochtend zyn gewone ambtsbezigheden op het Ministerie aangevangen. Het lid van de Tweede Kamer de heer Troelstra heeft Donderdag tot minister Cort van der Linden de vol gende vraag gericht: Wil de minister de Tweede Kamer mededeeling doen van de oorzaken en het verloop van de crisis aan het ministerie van financiën? Kan worden aangenomen, dat de nieuwe minister van financiën ten opzichte van het verschil tusschen Z. E. en de Kamer, dat hem intertyd noopte zyn ontslag te nemen, een gedragsiyn zal volgen, die niet tot nieuwe conflicten te dier zake zal leiden? BINNENLAND Onze scheepvaart. Een deputatie uit het bestuur der Vereeniging van Nederlandsche Ge zagvoerders en Stuurlieden ter Koop- vaardy, vergezeld van verscheidene gezagvoerders, had Donderdagmiddag een conferentie met Z.E. den Minister van Marine, ter bespreking van de veiligheid der vaart op de Noordelijke route. O. m. werd de wenschelykheid uitgesproken van het leggen van een tweede vuurschip in de vrygelaten doorvaart. Van het resultaat vau deze bespre king en van nog eenige andere om standigheden als het verkrygen van overeenstemming met dereedereten opzichte v. d. vracht, zal het afhangen, wanneer de schepen, die graan voor de regeering varen, zullen vertrekken. Z.E. zegde toe, zoo spoedig dit feiteiyk mogelyk was met het oog op bezwaren van personeel en materiee het door de vereeniging voor de thuisvaartnoodzakelyk geachte tweede vuurschip te zullen doen uitleggen, terwyl alsdan het thans uitgelegde vuurschip zal worden verlegd naar de door de vereeniging in overweging gegeven plaats. Da „Drlebargsn". Het stoomschip „Driebergen" had toen het getorpedeerd werd, lading steenkool aan boord .en was, na lossing daarvan, bestemd om te Baltimore graan voor de Nederland sche regeering te halen. B(j het ministerie van buitenland sche zaken is van den Nederlandschen consul te Brest bericht ontvangen van de torpedeoring in open zee van het stoomschip „Driebergen". By de afzending van het bericht werd de equipage, die gered ia, spoedig te Brest verwacht. De „Ambon". De Tel. verneemt uit Lenden, dat het Nederlandsche stoomschip „Am- bon" Woensdag door een Duitsche duikboot aangehouden werd. De be manning verliet het schip, dat ver volgens getorpedeerd werd. De „Am- bon" bleef echter drjjjvend. Bijgevolg gingen de kapitein en vier officieren naar hun schip terug, terwyl de rest der bemanning aan land is gezet. Misschien blyft het mogelyk het schip te redden. Da vaart op Oott-IndiS. Het van Batavia thuiskomende stoomschip „Kawi", dat de reis via het Panamakanaal maakt, is 13 dezer van Padang vertrokken en het uit gaande stoomschip „Djebres", dat te Bergen (Noorwegen) binnenliep, heeft heden de reis voortgezet. Een lange reis. Het 19 November 1916 met stuk goed voor de N. O. T. van New-York naar Rotterdam vertrokken stoom schip „Sekstant" is eerst Dinsdag daar aangekomen. Het oponthoud is ontstaan doordat het stoomschip te Bristol een gedeelte ladiDg (350 ton) heeft moeten lossen en omdat er verschillende moeilijkheden, ook wat de uitvaartvergunning betreft, waren ontstaan. 1 Jan. 1917 liep de „Sekstant" te Bristol binnen. Het heeft dus 51 dagen oponthoud gehad. Da mail galost. Het s.s. „Krakatau", 18 dezer van Batavia te Amsterdam aangekomen, heeft op last van de EngelBche auto riteiten, de post te Falmouth moe ten lossen. Gedroogd* groenten. Naar het Hbl. verneemt zyn by de Groen tencentrale maatregelen in voorbereiding tot het beschikbaar stellen in den kleinhandel van ge- droogdè groenten (Julienne). 141 KANAALWEG 142. Groote kouze: Aan de Nederlander (c. h.) wordt medegedeeld, dat de oplossing van de crisis in parlementaire kringen met zeer weinig instemming is ontvangen. Het Nederlandsch Correspondentie bureau in den Haag heeft den afgetre den min. Van Gyn geïnterviewd om trent de oorzaken van zyn aftreden. Wy vermelden hieruit het volgende: Mr. Van Gijn, aanvankelyk niet genegen, die inlichtingen te verschaf fen, kwam hierop terug na lezing van een artikel in „Het Vaderland", dat z. i. allerlei aparte onjuistheden zegt en dat de zaak op zy wegen brengt, welke met de crisis niets uitstaande hebben. Het verschil lag, .zoo deelde mr. Van Gyn mede, by de crisis uitgaven, met name by de distributie uitgaven. „Gy kunt reeds uit de toelichting van het 80 millioenontwerp zien, dat er over de opdrijving van die uitgaven reeds in November vóór de indiening van het ontwerp een woordje gevallen was. Anders neemt men niet in de toelichting op, dat de minister van fioanciön zich slechts noode met de zaak kon vereenigen. Het is duidelijk, dat het cyfer van f 80 millioen niemand bond, dat de minister van landbouw niet kon op houden met de distributie, als het cyfer bereikt was, noch de minister van financiën verdere uitbetaling kon weigeren, als het zoover was. Feiteiyk is de f 80 millioen een memoriepost dat er een cyfer wordt neergezet is slechts om de Rekenkamer in staat te stellen de uitgaven gaandeweg te verevenen op een begrootingspost. Dat weet ieder, die ooit met dergelyke uitgaven te maken had. De geheele paragraaf 5 van de 'Memorie van Toelichting had ten doel te laten blyken, dat de minister van financiën zich met het geheele, in die toelich ting ontwikkelde plan, maar matig kon vereenigen en dat ook zyn collega van landbouw erkende, dat het nu welletjes werd, en niet zonder meer kon toegelaten worden, dat de zaak misschien nog meer ging kosten. Maar gy liet de indiening dan toch destyds doorgaan, zoo merkten wy op. „Ja", zeide mr. Van Gyn, „om des lieven vredes wilde distributiewet is nu eenmaal uit te voeren en ik hoopte, dat de Kamer zich ook nog wel eenB zoude bedenken, alvorens zulk een sprong in 't duister goed te keuren. Dat kon al uit het voorloopig verslag blyken. Dit verslag kwam na twee maanden. Inmiddels was het my steeds duideiyker geworden, dat er van de f80 millioen een groot bedrag ten goede komt aan wie het niet bepaald behoeven. Ik bedoel hier niet zoozeer de betrekkeiyk kleine categorie van de menschen met f 3000 en meer. Die betalen toch straks weer in den vorm van belastingen watzy nu proflteeren. Neen, ik bedoel de zeer breede kringen van menschen, die 25 pet., 50, 70 ja soms 100 pet, meer loon hebben (velen door hun hoog loon zelf de tarwe duur helpen maken) en voor wie de schatkist nu groote offers brengt, hen nog daaren boven aan een byzonder gunstigen toestand wennende, die niet bfijven kan. Daarom heb ik, toen het voor loopig verslag verschenen was, dat nu juist niet van groote ingenomen heid met deze koBtbare aangelegen heid sprak, gepoogd een weg te wyzen, langs welken zy, die het noodig hebben, beter zouden worden gehol pen, en zy, die het niet of nagenoeg niet behoeven, geen steun wegens de duurte zouden krygen. Deze poging is mislukt en ik moet erkennen, dat de bezwaren van de uitvoering vele waren, al waren ze by zorgvuldig overleg met deskundigen wel te ver minderen geweest. Het sprak vanzelf, dat ik er prys op stelde, nadat die poging mislukt wsb, dat althans de fout van het bestaande stelsel een zoo klein mogelyke werkingsfeer kreeg of behield, en daarom gaarne gezien bad, dat de memorie van antwoord van het 80millioen-ontwerpzóó werd gesteld, dat zy naar langzame inkrim ping wees. De Kamer kon dan aan haar neiging om in die richting te gaan, ook gemakkeiyker toegeven. De lieden, die werkeiyk sterke be hoefte hebben aan veel artikelen onder kostprys, kon men dan nog individueel op andere wyze trachten te helpen. IntuBschen - en hier zit de knoop alle overleg inzake de memorie van antwoord werd my geweigerd. Ik heb het stuk tegeiyk mogen lezen met eiken anderen Nederlander. En dat by een ontwerp, waarby elke ook oogenscbyniyk onbelangryke - be slissing tientallen van millioenen kost. Dat kon ik moeiiyk op my laten zitten. Er zyn toen nog onderhandelingen gevoerd, maar die brachten een op- S, vatting van myn verantwoordelijk- heid (feitelyk ook van de hunne) bij f myne ambtgenoolen aan het licht, I die het verschil nog erger maakte, i Men stelde zich op het standpunt i en vorderde, dat ik dit zou aan- j vaarden, dat, wanneer het zoo genaamde criais-uitgaven geldt, de I minister van financiën zich heeft neer te leggen by de besluiten van den ministerraad en zyn verantwoor deiykheid naar buiten alsdan gedekt moet achten door zulke besluiten (al acht hy ze nog zoo strydig met een behooriyk beheer van de finan- j ciën.) Het spreekt vanzelf, dat hij J zich op zulk een besluit niet zoude T kunnen beroepen, als by in de Kamer j ter verantwoording werd geroepen dat zou de Kamer niet dulden. Trou f wens, wie zou zulk een pover figuur j willen slaan De minister van financiën, aldus verder de kersversche verantwoorde- I ïykheidsleer, kan het gewicht van 1 zyn persooniyke verantwoordelykheid I en de consequentiën daarvan slechte in de weegschaal leggen, wanneer het geldt de indieniDg van i een credietaanvrage by de Staten- Generaal. Eenmaal zulk een crediet- aanvrage goedgevonden hebbende, gaat hem de zaak niet meer aan." Wy vroegen den oud-minister, of dan zijns inziens de minister van financiën zich met de besteding van het by eiken begrootingspost toege stane bedrag moest bemoeien. „Allerminst", luidde het antwoord. Maar wanneer het om begrootings- posten gaat, die feitelijk slechts Btelpoaten, verkapte memorieposten zyn, die dus slechts formeel begroo- tingsposten zyn, dan staat de'zaak anders. By zulke begrootingsposteD, die op zich zelf niets zeggen, is het naar myn meening de onafwyabare plicht van den minister van financiën om, wat de hoofdzaken der besteding aangaat, die ten slotte het eindbe drag van de werkeiyke uitgaaf be palen, zooveel mogelyk toe te zieD, dat slechts bet zeer noodige geschiedt. Voor de beachikking over zulke pos- sten is de minister van financiën mede verantwoordeiyk, wat de hoofd- lynen aaugaat; hy moet toezien.dat op groote schaal meer wordt uitge- gegeven dan noodzakeiyk is. Doet hy zulks niet, dan is er fei telyk niemand, die de verantwoorde- deiykheid op zich neemt, dat de uitga ven door den begrootingspost niet merkeiyk gelimiteerd - niet tot zoo danig bedrag zullen stygen dat daar voor niet op behooriyke wyze dek king kan worden gevonden. Mr. Van Gijn houdt zich overtuigd, dat tegen het verleenen van de reus aebtige formeel gelimiteerde, doch feitelyk blanco-credieten voor crisis uitgaven zeer ernstig bezwaar by de volksvertegenwoordiging zoude rijzen, indien bekend werd, dat de minister van financiën, die in de eerste plaats de verantwoordelykheid voor de staats financiën op zich neemt en veronder steld mag worden daarvan het beste overzicht te hebben, die verantwoor delykheid door besluiten van den ministerraad gedekt acht, óók ingeval hy persoonlyk meent, dat door de opvoering van de uitgaven de financiën in ernstige ongelegenheid zullen ko men of dat er op groote schaal on- noodig geld wordt uitgegeven. „Ik heb mitsdien," zoo beBloot de oud-minister, „aan dien eiach niet kunnen toegeven." Wy veroorloofden ons ten slotte de vraag, of de heer Van Gyn niet vreesde, dat de zyns inziens verder- felyke leer dan nu toch gehuldigd zoude worden. Het antwoord luidde, dat hy daaromtrent geheel gerust was. „Een tweede rangspersoon, een niet met staatszaken bekend man of een onverschillige had men allicht bereid gevonden, zulk een kersversche leer omtrent de ministerieele verantwoor delykheid op gezag aan te nemen. Maar by een eerste rangs-man als thans gevonden is, is dat ondenkbaar. Myn gezonde opvatting, waarmede ik voor ieder, die met ons constitu- tioneel-parlementair stelsel goed op de hoogte is en met de werkeiykheid van het flaanciëele beheer bekend is, durf verschynen, overwint nu onge- twyfeld tot nader order en ik hoop wederom voorgoed." Onlustëi in de Bataklandsn. (Officieel). By het Departement van Koloniën is ontvangen het volgende telegram van den Gouverneur-Gene raal van Nederlandsch-Indië. De Resident van Tapanoeli bezocht op Samosir zonder eenige militaire voorzorg eene byeengeroepen volks vergadering, waaraan verscheidene honderden leden der bevolking deel namen. Omtrent de oorzaken van het verzet meldde de Resident dat de gewillige en onderdanige, doch buitengewoon lichtgeloovige bevol king opgestookt was door kwaad willigen van Siboga, die voorgaven een onafhankeiyken staat te willen stichten. De in een vorig bericht bedoelde - aanval op onze troepen had plaats onder bedreiging en onder den in vloed van drank. Vele aanvallers waren ODgwapend. Overstroomingen in Palembang. Batavia, 22 Febr. De resident van Palembang seint dat daar groote óveratroomingen en landverschuivin gen zyn voorgekomen. Op véle wegen staat het water een meter hoog. Bruggen, sluizen en huizen zyn ver nield. Huizen aan de Oganrivier zy'n weggebroken omdat rivieroevers be zweken. Alle rystvelden in Ogenoeloe zyn overstroomd en waarscbyniyk geheel vernield.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1917 | | pagina 2