HELDERSCHE COURANT Eerste Blad. Ei zijn vul msnschan Hotel Bellevue. Diners. Soupers. No. 4766 ZATERDAS 21 APRIL 1917 46e JAARGANG Op- en ondergang van Zon en Maan en tijd van hoogwater (Texel). (Zomertijd). K*» Sr April opoudoroponderv.m.oj Zondag 32 fit. 6.98 a. 1.56 5.49 8.9 9.36 9.4 Maandag 38 6.8 .11.19 6.47 8.11 10.5 10.2 Dinsdag 83 6.48 m. 0.14 6.46 8.18 19.50 11.6 Waenad. 84 7.87 1.- 6.48 8.15 11.20 11.4 Dondard. 26 8 37 1.6 5.41 8.17 1166 9.3 VrQdag 37 9.43 1.41 6.89 8.19 0.80 1.- Zatardag 28 10-53 8.13 6.S7 8.21 1.6 1.X0 DE WEEK. 17 April. Wy leven nu in periode van zomer tijd. De Eerste Kamer der Staten- Generaal hesft er gedurende de twee dagen van haar jongste samenzijn (toen de Algemeene Beschouwingen over het Staatsbudgefc-1917, Justitie en Binnenlandsche Zaken met onge- kenden, verbijsterendan spoed voor het Staatsblad werden rijp gemaakt) voor gezorgd, dat in den nacht van Zondag 15 op Maandag 16 April 1917 te twee ure de klokken ia Patria plotseling op drie ure kenden wor den gezet krachtens beyel d9r hooge O verheid. 'c Is Zomertijd en ongeveer een maand reed3 offlcieele lente, maar wy lezen neg steeda van de arms mensebjes, die kleumend en huive rend staan te wachten bij de Dlsfcri- butie-buroaux, smeekend om brand stoffen. Ba wy verdiepen ons in de vraagwaar schuilt de oorzaak dezer Ingezonden mededeellng. Do eigenlijk gezsgde zieken zijn in werkelykheid weinig in aantaldaar entegen vormen zy die, zonder te zyn aangetast door een bepaalde kwaal, altyd onwel en afgemat zyn en zich voortdurend over allerlei on ge mak ken beklagen, in één woerd de oigestel- den, zeker de groote meerderheid van het menschdona. Dit komt doordat de meeste menschen deze eenvoudige voorzorgsmaatregel verwasrloozen, die daarin bestaat dat, om hst lichaam in goeden staat te doen biyven, de kracht en ds weerstand vai het. bloed en van het zenuwstelsel, die twee bestanddeelen van het volmaakt lichamelijk evenwicht, moeten onder houden worden. Deze nalatigheid is te minder f.e verontschuldigen, daar met de Piuk Pillen, het onderhoud van bet bloed en der zenuwen een eenvoudig' en weinig kostbare zaak is. En waarom, zult gij vragen, hebben het bloed en ds zenuwen behoefte zoo zorgvuldig te worden onderhouden? Heel eenvoudig omdat onder den invloed der vermoeienissen, der .buitensporigheden, der zorgen, zoowel als van de ongestadigheden en veran deringen der seizoenen, het bloed zyn rijkdom en het zenuwstelsel zjjn weerstandsvermogen verliest. En het zijn de verarming van het bloed de verzwakking der zenuwen die de herhaalde storingen voortbrengen als maagpynen, slechte spijsvertering, schele hoofdpijnen, zenuwpijnen enz. De Pink Pillen, nu, die het bloed nieuw leven schenken en de zenuwen veraterken, tegelijk dat zij de eetlust en de verterlngsfuncties opwekken, herstellen zeer spoedig de verslapte organismen. Hunne werkdadlgheid tegen alle aandoeningen die de bloed armoede en de zenuwzwakte tot oorsprong hebben, is bovendien sedert langen tyd bekend. Neemt dus de gewoonte aan regelmatig - voorna .melijk by de wisseling der seizoenen - een kuur met de Pink Pillen to doen (deze pillen kosten nooit meer dan f 1.75 het doosje in alle apotheken) en gy zult deel uitmaken van die soort van gelukkige Bter velingen die niet over hunne gezondheid bezorgd behoeven te zyD, en dus overal beter in slagen dan anderen dit doen. De Pink Pillen zijn verkrijgbaar h f 1.75 per doos, en f9.— per zó?, doozen bij het Hoofddepót der Pink Pillen, Dacostakade 16, Amsterdam; voor Helder en Omstreken byAlb. TEN KLOOSTER, Keizerstraat 98, en H. W. ZEGEL, Kanaal weg 68; te Schagen bij J. ROTGANS; te den Burg (Texel) by T. BUIS, en verder by verschillende Apothekers en goede Drogisten. FEUILLETON. DE GEVANGENE VAN ZENDA. 4). Hoorende, dat ik naar Strelaau wenschte te gaan, kwam hy bij my, toen ik aan het entbyt zat en vertelde my, dat een zuster van hem, die in Strelaau een welgestelden winkelier getrouwd had, hem had uitgenoodigd bij haar te komen. Hy had dit aan genomen, maar was later tot de ontdekking gekomen, dat hy niet uit Zenda weg kon. Hy stelde mij daarom voor, dat, wanneer eenvoudige, dech wel zindeiyke kamers my zouden aanstaan, ik in zijne plaats by zy'ne zuster zou gaan legeeren. Zy zou hiermede wel genoegen nemen; buitendien zou het voor my veel gemakkelijker zyn. Ik nam zyn aan bod zonder een oogenblik aarzelen aan, en hy ging daarop aan zyne zuater telegrafeer en, terwijl ik aan het pakken ging om d6n volgenden trein te nemen. Maar ik dacht nog aan het woud en het jachthuis, en toen myn kleine Bchoone my gezegd had, dat ik door een mijl of tien door het woud te wandelen aan een volgend station den trein kon nomen, besloot ik myne bagage naar het door Johan genoemde adres vooruit te zenden en aan het verdere station eerst den trein af te wachten. Johan was reeds weggegaan en wist van de verande stremming in de natuur. die de lente belet tot ons door te dringon Is de kanonnade, dag en nacht voort durend en die dood en verderf blijft verspreiden in het rampzalig Europa, er werkelijk medeschuldig aan? Wy tasten in duister en nevelen. Sommigen klampen zich nu weer vast aan do voorspelling, opgedolven uit de papieren van den 15de eeuw schen ïerschen bisschop, volgens welke de generale moordpartij op 28 Augustus a.s. een eind zou moeten nemen. Qui vivra vorra Da twee dagen budget-debat, in ons Hoegerhui3 gevoerd, waren niet geh«el onbelaugryk. Wij hebben ge hoerd de „zaebto vermaning" van don heer Henri Polak, tot het hooge College gericht, om als straks do ontwerpen Grondwetsherziening aan de orde komen, goen spaak in het wiel te steken. Zacht en gemoedeiyk klonk dit woerd, wanneer men denkt aan de hartstochtelijke taal, waarin mr. Troelstra den Senaat dreigde voor het geval de haeren 't zouden ondernemen, de pacificatie Cort v. d. Linden af-te w|Jzon. Intusachen, „Kuyper locutus est". De Kanaal straat heeft gesproken. Er is wer- keiyk geen ernstige roden tot be zorgdheid. Dat minister Treub ten opzichte van de Staatsmonopolie plannen op zijn stuk zou biyven staan; wie durfde 't ia twyfel trekke* -Een „kleine commissie van ambtenaren" - vernam men - is bezig den minister van advies te dienen met betrekking tot technische herziening („verbetering" noemde mr. Treub 't) van het Invoerrechten-tarief. Dat uit het kamp der prefectioniaten klanken zouden kompa, - Jubelend, dat hün haan nu toch maar koning gaat kraaien: 't was te voorzien. Maar de jongste Senaals-zittingen hebben o. a. de suprise gebracht, dat een zóó aan de freetrade beginselen gehecht vrybandelaar als de heer Stork bleek te gevoelen voor tydeiyke, tamelijk krachtige versterking van de invoer rechten, zy 't dan ook- alwéér nood gedwongen. En een andere „verrassing" was deze, dat de soc.-democratische sena tor Henri Polak erkende, hoe „hot niet mogelijk is, den last der bslas tingen in nog noemenswaardige wy'ze te verzwaren"." En de heer Polak voegde erbij: „Tot in hot oneindige directe belastingen opleggen, gaat niet. Volgens de officieels vaderland sche geschiedenis was één van de factoren, die den 80jarigen oorlóg deden ontstaan: de heffing van den tienden penning. Ik geloof, dat wij thans zeer na toe zijn aan de heffing van' den tienden penning, en dat er niet weinigen in don lande gevonden worden, van wie reeds de negende of de achtste penning wordt ge heven" Deze woorden, van deze lippen komend, zullen ongetwijfeld voor velen eene „surprise" geweest zijn. Maar we weten nu eenmaal allen, dat de dagen, waarin men hot recht had zich over wat-ook té'verbazen, immers zeker sinds Augustus 1914 achter ons liggen. „Ik geloof" zei minister Tieubo.a. in de Eerste Kamer op Doüderdag 12 April j J. „dat nu in den tegen- woordigen tyd, waarin men de toe komst zoo weinig kan doorzien en die ook nog voor allerlei verrassingen kan stellen, die men nog niet kan peilen, niet tort et travers moet vasthouden aan een dogmatisch vryhandelsbeginsel, maar toeh wel, dat men uiterst voorzichtig moet zyn met de gavallen, waarin men dat beginsel zal loslaten." Nog dit enkele uit hetgeen mr. Treub laatsteiyk in den Senaat heeft gezegd. Onze kranige groet financier mr. Van Nierop heeft voorgerekend, weet men en do minister van Financiën sloot zich daarby aan dat men (vooral tegenvallors" daargelaten) de Crisis uitgaven, waarmee Neder land ten slotte zal moeten rekening houden, op een milliard kan stellen. Duizend millioen gulden 1Reu-' zebedrag, waarvan vóór de wereld crisis Diemand zal gedroomd hebben, als eenmaal zullende drukken op het arme vaderland. Men hoore nu minister Treub over den „noodstand". „Ik acht het by een goede bandels- politiek" (aldus Z. Bxc.) „en hierby denk ik niet alleen aan een goede handelspolitiek van de zijde van de Rsgêermg, maar ook van do zijde van de Bank en van de ztjde der ny veren en groepen van nij veren verre van uitgesloten, dat wy in de toekomst en naar ik wil hopen in de naaste toekomst, zoodanige verhoo ging van welvaart zullen krygen, dat do inkomsten uit cyize Inkomsten belasting en Vermogensbelasting wel zoo zullen stygon, dat met do nieuwe belastingen, welke reeds zyn ingevoerd of werden voorgesteld,, zonder verdere groote of kleine middelen in staat zullen zijn niet alleen enzo gewone uitgaven, doch ook onze crisis uitgaven te dekken." Dit pittig-energioko „woord van Treub als aanmoediging en verster king van allicht-inzinkond optimisme voor de velen in den lande, die 't behoeven. Men ziet: uit de dorro „Handelingen" is vooral wanneer „de toovenaar van den Haagschen Kneuterdijk" aan 't woord is nog wel eens iets interessants te halen Aan mannen als dezen, die nu wederom bewaker onzer Schatkist werd, kunnen wy ons, ook wat frissehe levensmoed in benarde tyden betreft, met auccès spiegelen. Wat er in verband met de plannen tot stichting der Export- vereeniging onder Staatshoede, aan is van de geruchten, dat 't tusschen de ministers Treub en Poathuma zou „spannen"; laatst- osmde beducht is voor onwil der laudbouwers en eerstgenoemde be windsman in dat geval de „stok achter de deur", krasse middelen, willen gebruiken; 't zal moeten blyken. De lijst der getorpedeerde Neder- landsche bodems is weêr grooter ge worden^. En daartegenover staat het ou misken baar succes, dat het vaste beleid van den minister Louden had, waar Duitschland dan toch in hst torugkeeron naar hun land bewilligde van duizeuden Belgen, als „werk- loozen" naar Duitschland wegge voerd. Licht en schaduw "biyven elkaar gestaèg afwisselen en helaas de schaduw is nog verreweg OYer- heerschend. Wie naar „lichtpunten in da duisternis" blijft zoeken, zal er ook een kunnen via den in het schitterend, door niemand betwiste succes, dat Herman Heyerroasa' jongste stuk („Eva Bonheur") heeft gevonden. Men heeft den echten, ohden, geeatigen Heyermans terug gekregen! En hoevele malen is ook van dezen auteur niet voorspeld, dat hy „z'n beste dagen achter den rug heeft"? Maar geluV.vjg worden de pessi- eu alarmisten nu en dan op geweldige wijze gelogenstraft. Ook dit ia een uiGOi en schitterend lichtpunt. Mb. Antonio. Ingezonden Mederieellng. Helder. Café-Restaurant. Telefoon Intorc. 49. Partijen speciale condities. Vergaderzalen disponibel. Wl LH E LM I NA-BI LLARD. Gewone consumptieprijzen. Diners worden aan huis bezorgd. BINNENLAND. W. H. Martin, f Donderdag is te Rotterdam over leden, 66 jaar oud, de beer W. H. Martin, sedert jaren hoofdingenieur van de maatschappij „De Schelde" te Vlissinge», ridder in de orde van den Neder 1. Leeuw. Mr. Troelstra naar Stockholm. Mr. P. J. Troelatra ia Donderdag over Duitschland naar Zweden ver trekken. Nederlandsehe trailer verongelukt. Omtrent de ramp van den stoom- treiler „Vischjan IJM 82", deelde schipper E. Sloot van dan stoomtreiler „Flamingo", die in de onmiddeliyke nabijheid van de „Yiscbjan" vertoefde, het volgende mede: De „ViBchjan" was Dinsdag 10 dezer van IJmuidea naar de visschery vertrokken en bevond zich Woensdag des morgens te ongeveer 8 uur met nog drie andere treiiers op 24 mijl Noordoost ten Noorden van het Terschellinger vuurschip in de z.g. vry'e vaargeul. De „Flamingo" bsvond zich op nog geen 200 meter van de „Yiscbjan", toen men aan boord van dezen treiler om halfnegen een ont ploffing boorde en op de plek van den stoomtroiler „Vlscbjan" een geweldige waterzuil zag opstijgen. Nauwelijks was deze waterzuil neer gevallen, of men zag niets meer van de „Viscbjan". De „Flamingo" kapte •nmiddeliyk de netten en stoomde naar de plaats van het onheil om zoo ring myner plannen nleta af. Daar ik echter alleen een paar uur later zou aankomen, dan afgesproken was, vond ik geen reden om hem hier mede nog lastig te vallen. Zijne zuster zou zich buitendien over my wel niet ongerust maken. Ik lunchte vroeg, na myne gast- dames vriendeiyk vaarwel te hebben gezegd en haar beloofd te hebben, op myn terugkeer by haar aan te komeD, ging ik heen om don heuvel •te bestygen, die naar het kasteel leidde 4sn vandaar het woud van Zenda to bereiken. In ongeveer een haif uur was-ik aan het ka'steel.Dit moest In vroeger dagen een vestiDg geweest zyn; het oudste gedeelte daarvan was nog goed bewaard en r indrukwekkend. Achter dit stuk, en daarvan gescheiden door een diepe en breede gracht, die om het heele oude gebouw liep, stond een meer modern huis, door den laatsten koning gebouwd, dat nu de landeiyke residentie vormde van den hertog. Het oude en het nieuwe gedeelte waren verbonden door een draaibrug, welke de eenige verbinding tusschen het oude gedeelte en de buitenwereld vormde. Naar het moderne huis leidde een breede en aangename laan. Het' was een ideaal residentie; als „Zwarte Michael" gezelschap verlangde, kon by woneu in bet nieuwe huiszoo een aanval van misantropie hem overviel, hoefde hy slechts over de draaibrug te gaan, die te sluiten en slechts door een regiment artillerie zou hy er uit gehaald kunnen worden. mogeiyk nog hulp te bieden, doch ter plaatse gekomen Was noch van het schip, noch van de bemanning een spoor te ontdekken. Na eenigen tyd in de nabyheid rondgeatoomd te hebben, keerde men naar IJmuiden terug. By deze ramp zyn II mensehen omgekomen, to weten vier uit IJmuiden, onder wie de schipper, 8 uit Velzeroord, ééa uit Helder, één uit Vlanrdingen, één uit Amsterdam en één uit Amersfoort. Aan boord voeren twee zoons, resp. 18 en 16 jaar oud, van den wal3chipper der maatschappij, terwijl één der matro zen gedurende eenigen tijd als schip per op een logger van dezelfde maatschappij voer. Omdat zyn schip voorloopig was opgelegd, had hy nu tijdelijk een plaats als matroos op den trawler aangenomen. De ramp heeft te IJmuiden groote ontroering gewekt en men vree3t, dat het van grooten invloed zal zyn op het uitvaren van de stoomtreilera. Ds August Kesslsr. Volgens een hier to lande ontvan gen brief van een der opvarenden van het getorpedeerde tankschip August Kessler, van de petroleum- maatschappij de Oorona is het sehip geheel uitgebrand te F&lmouth bin nen gesleept. Kort na het vertrek uit New-York was aan boord een epreer uitgebroken onder de Chineeseha bemanning, ten gevolge waarvan het schip in és haven moest terugkeeren. Om de Chineezcn te bedwingen heeft men gebruik moeten maken van revolvers; terwijl' de officieren geaeodzaakt waren een gedeelte van de reis naar Engelaad zelf de ketels te stoken en de machines te drijven. Op de „Amstel8troom"achtergelaten. In de Donderdag gehouden zitting van d6n Raad voor de Scheepvaart las de voorzitter eön verklaring voor, afgelegd voor den Nederlandschen eonsul-ganeraal to Lenden cloor H. Bakker, licht matroos aan boord van hst, a.s. „Amstelstroom", Welk «chip, zooals men weet, den 28aten Maart j.i. tot zinken werd gebracht. Vit de verklaring bleek, dat Bakker zich in den avond van 22 Maart t6 half tien naar kooi had begeven. Hij werd des ochtends te 5.45 uur wak ker, kleedde zich en ging aa* dek. Nergens was een meuscheiyk wezen te zien en drie floepen bleken ge streken. Esn rondgang l&erde hem, dat het bruggendek, het stuurhuis, de kapi- teicshut, de kaartenkamer en andere vertrekken vernield waren, en ook ontdekte hij verschillende gaten in den scheepsromp. In de machinekamer bleek water op de vuurplaat to staan. Nergens was een vaartuig in zieht. De „Amstel stroom" maakte gean water. Bakker heesch de noodvlaggen en schoot In den loop van den dag vfif vuurpijlen af. Het weder was kalm, doch werd den velgenden echtend slecht. Bakker achtte hst toen raad zaam de nog overgebleven reddings sloep uit te laten. Terwijjl hy daar mede bezig was, naderde een duikboot die do Britscho vlag voerde. Dit vaartuig bracht hem naar Harwlch, waar hij aan wal werd gezet. Na het voorlezen van dezsverkla ring werd het onderzoek in zake den „Amstelstrocm" gesloten. Uitspraak volgt later. Ik wandelde verder, mij verheugende, dat de armo Zwarte Michael, al kon hy dan al geen troon of geen prinses hebben tenminste toch eau even schoone residentie had als welke prins van Europa dan ook. Ik kwam spoedig in het bosch en wandelde meer dan een uur in zijne koele schaduwrijke lanen. Da groote boomen vormden een bladerdak boven mijn hoofd en de zon kon hare stralen alleen door kleine smalle openingen naar beneden zenden. Deze stralen waren echter als van diamant zoo mooi. Ik was met de geheele om geving dan ook zeer ingenomen, en, by een gevelden boom gekomen, zette ik my neder om op myn gemak en onder het genot van een heeriyke sigaar de goddelijke natuur te be schouwen. Toen de sigaar geheel in rook was opgegaan en ik, veronder stel ik, zooveel sehoenheid ala maar even mogeiyk was had ingeademd, viel ik in een heerlijken slaap, mij noch om myn trein, noch om het late middaguur bekommerend. Aan een trein te denken op die plaats zou heiligschennis zijn gsweest. In plaats daarvan droomde ik, dat ik getrouwd was met prinses Flavia en dat ik in. het kasteel van Zenda woonde. Ge heele dagen bracht ik met myn liefste in het woud door. Het was een verrukkelijke droom. Ik was juist bezig een stevigen kus te drukken op de lippen mijner prinses, toen ik een uitroep hoorde (eerst Hcheen het my nog een gedeelte van myn droom toe): „Wat weerlicht! Beheer hem en hy kon onae koning zija." Het denkbeeld scheen zonderling genoeg voor een droom. Boor het afscheren van mijn baard en keizer lijk gepunten snor werd ik in een monarch veranderd. Ik wilde de prinses opnieuw kusaea, toen ik tot de ontdekking kwam, dat ik geheel wakker was. Ik opende myne oogen en zag twee mannen, die mij zesr nieuwsgierig aanstaarden. Beiden waren zij in jachtcostume. Se een waa tameiyk klein on dik, met een rond kogel vormig hoofd, een grooten grijzen snor, en kleine grijsblauwe c-ogen. Se ander was een slanke jongeman met eeu donker uiterlijk en van middelmatige grootte. Zyne houding waB die van een echten gentleman. Ik zag don eersten aan voor een oud soldaat en den ander voor een, die gewend is zich in goede kringen te bewegen ea toch niet onbekend is met het militaire leven. Naderhand bleek my, dat ik goed had gezien. De oudste hser naderde my, den jongeren aanstootendo om hem te volgen. Deze deed dit ook, beleefd zyn hoed afnemende. Ik stond fluks op. „Hy is even groot ook", hoorde ik den oudste fluisteren, toen hy myn lengte opnam. Daarna wendde hy zieh met een groet tot my „Mag ik U uw naam vragen?" „Daar gy het eerste tot kennis making zyt overgegaan, myne i heeren", zeide ik glimlachend, „ver Daan vlaaachultvosr. Naar het Haagache Correspondentie bureau uit goede bron vernoemt, ligt het niet in de bedoeling, tot uitvoer van rundvleesch over te gaan. Staankolen. De correspondent van het Hbl. te Rotterdam meldt: Bouderdag is hier van Leith aan gekomen hot Nederlandsehe staom schip „Woensdxecat", geladen met steenkolen. Het stoomschip heeft sinds Februari te L?ith geladen go- logen en brengt dan ook de eerste steenkolenlading uit Engeland aan sindB den verscherpten duikbootoor log. Men raag echter niet vermoeden dat dit de horstelling van hot geregeld steeDkolenrerkesr beduidt. Be aan komst van genoemd stoemsemp zal wel hieraan moeten toegeschreven worden, dat een ander stoomschip van deza reedorij te Londen is ge arriveerd. Dit toont aan dat slechts in Eageland schepen worden vrygs- geven, indien anderzyda het verkeer op dat land hervat wordt. Een poging verijdeld? Op de Noordzee troffen do torpedo jager „E 8" en do poiitioboot „Zee meeuw" twee atoomtrawlora aan, die op reis naar Dalfzyi heetten. Vermeed werd eehter dat ze naar Duitschland verkocht waren, zoodat de schepen genoodzaakt werden onder geleide naar Harlingen te stoomen. Het zyn twee vaartuigen van de IJmuider Reederij „Witte Ster", de IJ.M. 48 „Majssfcie" en de IJ.M. 201 „Olympic". In het dok te Harlingen worden ze thans door militairen bewaakt. Z% zyn zwaar beladen, hoewel geen netten aan boord zijn. Vermoed wordt dat contrabande aan boord ia, zoodat de lading zeer waarscbyniyk zal gsloat worden. De bemanning is voor h6t greotate deel vertrokken. Over de grens gekomen. Dinsdagnacht werd de bakker A. S. te Bchere gewekt deor een 17-tal jonge mannen, Belgische vluchte lingen, die op de een ef andere w£ze - hoe wilden - ze niet zeggen het bezetto gebied van België waren ontvlucht.Uitgehongord verkleumd van keude kwamen zo aan een goed adres een bakker terecht. Nadat ze zich wat gewarmd en gespyzigd hadden, vertrokken ze naar den landbouwer B., waar ze het verdere gedeelte van den nacht in de schuur doorbrachten. Woensdagmorgen zyn ze met den eersten trein vertrokken om dienst te nemen in h6t Belgische leger. Verschrikkelijke verhalen werden ge daan over den toestand in Bslgiö. Onder de vluchtelingen bovenden zich twee burgemeesters, een notaris en een advocaat. Een afschuwelijke moord. Uit Groningen wordt aan het Hbl. gemeld Gelyk men zich herinnert werd te Groningen sinds den 21en September van hot vorige jaar vermist mejuf frouw Jansen, die zich dien dag 's namiddags te 8 uur per rywiel naar Paters wolde had begevenWoens dag heeft een houthakker in een boschje schuin tegenover het familie hotel te Paterswolde het lijk gevon den. Hy zag een gedeelte van een vrouwenlichaam, ontdaan, van alle kleeding en in verregaanden staat van ontbinding en deed aangifte by de politie. De commissaris van politie en de inspecteur der recherche te Groningen, alsmede het parket be gaven'zich derwaarts ea lieten het ïyk opgraven. Blijkbaar had oen hond het lyk te voorschijn gebracht, dat dientengevolge afschuwelyk verminkt was. Het gedeelte van het lyk, dat nog onder den grond lag, was slechts door eenige lichte ondorkleeding gedekt. Aan de schoenen en kousen heeft i familie kunnen vaststellen, dat dit het lyk was van ue vermiste. In de nabijheid van het lyk lag een opge rolde blauwe werkmanskiel. De ont brekende kleeding van het meisje heeft men nergens iu de buurt kun nen vinden. Indertijd'hebben twee kinderen uit dit boschje hulpge schreeuw meenen te hooren. Een. onderzoek met politiehonden leidde toen tot geen resultaat. Vermoed wordt, dat men hier te doen hseft met een lustmoord. Ds justitie uit au onderzoekt dit raadselachtige geval verder. PLAATSELIJK NIEUWS. Vereen. „Tot Steun", afd. Helder. Jaarverslag 1916. Het ledental bedraagt 56, dat der begunstigers 80, tegen 68 en 96 in het daaraan voorafgaande jaar, een teruggang, dus, die des te meer te betreuren is, daar de uitgaven steeds aanzienlijk atijgen. Door vertrek moest mej. A. Snellen als le secretaresse bedanken. In haar plaats werd gekozen de hesr IJ. Luns hof, zoodat het bsstuur thans ia samen gesteld als volgt: ds. J. W. Poort, voorzitter, IJ. Lunshof, le sacretaris, mevr. Do Bruijn-v. Ringelenstein, 2e secretaresse, ds. J. Koster, penning- meestor, mevr. Da Ven—Boon, mevr. Da Beer—Jongkees, mevr.Reitsma v. d. Berg, L. M. J. Gregory. Te Heiier en Alkmaar houden de leden van 't bestuur geregeld toezicht op de kinderen der vereaaiglng, ter wijl voor do elders verblyf houdenden daar ter plaatse gemachtigden zyn gezocht, die het bestuur voortdurend mot alles, de voogdQkinderen betref fende, op de hoogte houden. In het afgeloopenjaar werden twee leden- en veertien bestuursvergade ringen gvhouden. De eersten werden, als gewoonlijk, slecht, de laatsten zeer getrouw bezocht. Het aantal verpleegden was, even als het vorige jaar, 18. Deze waren alle vcogdykinderen. Do meeste ver toefden nog op dezelfde plaats. Tweo broertjes zyn uit de gezinnen, waarin ze verpleegd werden, geplaatst, te Beekzicht, omdat hun zigeuneraard dit wenseheiyk maakte. Beiden maken het daar goed. Een ander mannelijk veogdykind, dat na een ruim tweejarig verblyf op Beekzicht te Twello in een gezin was geplaatst, bleek al spoedig niet geschikt voor gezinsverpleging en is, om grooter teleurstelling to voor komen, te Mettray geplaatst. Van twee zuejes ging het eene van Beschzicat naar Groot Emaus te Er- melo, terwyi het andere by dö pleeg ouders vandaan moest worden ge nomen en tydeiyk in de inrichting van mej. Scheltsma is opgenomen, totdat voer haar een geschikt gezin is gevonden. De berichten omtrent de andere voogdijkinderen zyn over 't geheel gunstig, van enkele zelfs zeer gunstig. De gemiddelds kosten van C6n verpleegde bedroegen f 174,88*. Bijzondere propaganda werd dit jaar niet gemaakt, schoon de stijgende uitgaven (de kas van den penning meester toont een beduidenden achter uitgang), versterking van het ledental zeer wenseheiyk maken. „Sharlook Holmes" in Casino. Het alhier zoo gunstig bekende tooneelgezelschap van den heer Mer- tens uit Amsterdam, zal Zondag in „Casino" een voorstelling geven van het sensatie-detective drama „Sherlock Holmes". Dit spannende tooneelstuk word indertyd honderde malen met reusachtig succes opgevoerd in het „Grand Theater" te Amsterdam en is ook hier voor enkele jaren terug, by gelegenheid der kermis, meer dan ééu avond gespeeld. „Sherlock Holmes" is een der boeiendste detective-stukken van den daardoor zoo bekend geworden schrij ver Conan Doyle en Merten's Tóoneel- gezelschap h6eft zich hier reeds een goöden naam verworven. Extra zijn nog voor dezen avond geëngageerd het uitmuntende dans- duoMiss Jenny and Partner, welke in het 4e bedryf, „de Apachcnkelder", 0Gn bandietendans zullen uitvoeren. Voor verdere byzonderheden zio men do advertentie in dit blad. INGEZONDEN. Beks- en Worstelwedstr(|den. Deze wedstrijden, uitgeschreven door de marine sportvoreeniging „Zee macht" zuilen plaats hebben op Don derdag 26 April in hst Marine Gym nastiek- en Sportlokaal op 's Rijks werf, en Vrijdagavond 27 April de finale wedstrijden in hat Casino-ge bouw, met. medewerking van de Ko- ninkiyke Marine Stafmuziek. Hetaan- taldeelaemers van den wed3tryd welke alleen kunnen zyn de by de marine dienende militairen bedraagt in de 50. Leden der vereeniging „Z«emaeht" worden met hunne dames beleefd uitgenoodigd tot bijwoning van de eindwedatryden. Deelnemers hebben vry toegang. onderstel ik, dat gij wel eerst Uzelf voor zult stellen." De jonge man kwam met een vricndeiyken lach naar voren. „Hier ls", zeide hy, „Kolonel Sapt, en ik beu Frikz von Tarlen heim, wij zyn beiden in dienst van den koniug van Ruritania." Ik boog en myn hoed afuemend, antwoordde ik: „Ik ben Rudolf Rasaendyll. Ik hen een engolsch reiziger; eaa enkelen keer reis ik wel in opdracht van hare majesteit de koningin." „Dan zyn wy wel wapenbroeders", antwoordde Tarlenheira, zyn hand uitstekend, welke ik drukte. Rassenöyll I Rasaendyll I" mom pelde Kolonel Sapt. Toen droDg het verder tot hem door: „Maar lieve hemel, dan zyt ge van de Buriedonsl" „Mijn broeder is nu Lord Burledon", zeid® ik. „Uw hoofd verraadt U", merkte bij op, naar myn ongedekten bol wijzen de. „Kent ge de geschiedenis, Fritz?" De jonge man keek mij bodmin- meld aan. Hij toonde een fijngevoelig heid, welke mijn schoonzuster be wonderd zou hebben. Om hem op zijn gemak te zetten, zeide ik vriendelijk „De historie schijnt hier evengoed bekend te zijn als by ons." „Bekend", riep Sapt uit. „Als ge hier blijft, zal niemand in Ruritania aan U twijfelen geen vrouw zelfs." Op dit oegenblik kloDk achter ons een flinke stem De zeer mooie en de gelijke prijzen geschonken door verschillende autori teiten en bestemd voor de winnaars dezer wedstryden staan ter bezichti ging by den heer Verfaille, sigaren- magazyn Spoorstraat. Zaalopening op 27 April 's avonds in het Casino 7 uur. Tevens kaarten vorkrygbaar aan het loket. Toegangs prijs 26 cent. Aanvang 8 uur precies. Leden toonen hun bewijs van lidmaat schap. Kwartm. M. G. v. o. Laks. Mijnheer de Redacteur! Hoewel beschroomd, kom ik, die nog zoe kort in de geboorte registers sta ingeschreven, dus zoodoende niet kan schrijven van een halve eeuw geleden, van ons kleine „Vaderlandje", en dien grooten Wereldbol, nog be leefd een klein plaatsje in uw blad vragen, om, nu de heer Z. zijn „Omega" heeft geschreven, ook mijn einde" to doen hooren. Ik zou dan, naar aanleiding dezer kwestie de volgende conclusies willen trekken ten eerste: do heer Z., verzeke rende dat deer hem niet aan per- aooniyke besteding wordt gedaan, heeft in z>jn laatste schijven haast niets andera gedaan (getuige de zeer eigenaardige manier van zyn antwoorden) ten tweededoor my is geheel siet bestreden het recht van „critiek" uitoefenen op hoogere autoriteiten, (wel de maaier boe, en de zaken waarom dat gebeurt); ten derde al kreeg de hoer Z. _n zin, en was er een „directeur distributie-koolrapen deskuudige en keurmeester", dan nog kon het ge- beureu en wanneer het zeo hard had gevroren als dezen winter, dan nog zou het gebeuren, dat er in het voorjaar wel eens „rottige rapen" kwamen en ten vierde: de hear Z., volgens zyn schryven meer wetende van die „aardappelen-kwestie", heeft, en dit zal ieder uwer lezers, na aan dachtig z(jn stuk te hebben gelezen, toeh aeker hebben begrepen, de aaak niet goed voorgesteld. Waarom Immers, van tweeön, éénof dia aardappelen moesten weggestuürd, „Frits, Frits, man, waar zyt ge tcch." Tarlenheim schrok en zeide haastig „Dat is de koning." De oude Sapt lachte nog eens. Toon aprong een jonge man van aehter een boem vandaan en stond naast ons. Hem ziende, kon ik een uitroep van verbazing niet weer houden ook hy scheen zeer ver wonderd. Beheudens mijn baard en Bcor en een aangeboren waardigheid, welke zyuo positie hem verschaft had, en een miniem verschil in lengte, een verschil van misschien nog geen halve duim, ken de koning van Ruritania Rudolf RasBsndyll geweest zyn en ik, Rudolf, de koning. Wy stonden een oogenblik bewe gingloos elkaar aan te kijken. Teen nam ik myn hoed weer sf en boog eorbieaig. De koning kon weor spreken en vroeg nog onder den indruk „Kolonel, Fritz, wie is deze heer Ik wilde juist antwoorden, toen kolonel Sapt tusschen den koning en my ging staan en ep zachten toen tot hem begon te spreken. Over Sapt heen, en naar hem luisterende, zochten zyne oogen af en toe de myne. Ik keek hem lang en oplettend aan. Do geiykenis was zekeriyk wonderlijk, ofschoon ik wel eenig onderscheid bemerkte. E6t gelaat van den koniug was iets dikker dan het mijne. Ook was de ovale vorm iets meer geprononceerd. Zijn mond seheen my een iets minder vastbe- raden trek te hebben dan de mijne. Ingezonden Mededeellng. Uitputting dsr nieren tn middelen tot voorkoming. Een wijze tet voorkoming van uit putting der nieren is het vermijden van kouvatten en dit is niet moeilijk. Leef in goed geventileerde kamers, blijf nooit in natte kleeren zitten en ga nooit zonder voorzorg van heete kamers in de kou. Andere voorzorgen zyn lichaams oefening, regelmatig slaap, geregelde gewoonten, geen te zwaar voedsel, genoegzaam zuiver water en als dub bele beveiliging Foater's Rugpijn Nieren Pillen om de nieren in goeden staat te houden. De nieren hebben veel te ïyden van een hardnekkige keu of plotseling kouvatten. Zy hebben dan extra veel vergiften af te scheiden, waarmede het bloed door de onregelmatige Btoel- gasg en de geBloten huidporiön over laden wordt. Het is de taak der nieren om de vergiften uit het bloed te flltreeron en als zy er niet toe in staat zyn, wordt gy van kwaad tot erger. Urine zuur hoopt zich ep en voegt er hst zyne too by. Ontsteking van de nieren, rugpyn, niergruiB, blaas- ea urine- kwalen, spit, niersteen, ischias, rheu- matiek, waterzucht on ongenoesiyke graden van Bierzwakte kunnen cr het gevelg van zyn. Let by het eerste teeken van nier zwakte op zorgelooze gewoonten en verander deze onmiddeliyk'. Geef de nieren de noodigo hulp door haar te versterken en heelen met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Het eenige, waarop Posters Pillen aanspraak maken, is dat zy uitsluitend voor nier- en blaaskwalen dienen, niet voor iets anders. Op elke doos Foster's Rugpijn Nieren Pillen komt het handelsmerk de man mot zyn handen in de lendenen voor. Te den Helder verkrygb. by Alb. ten Klooster, Keizerstr. 98. Toe zending geschiedt franco ca ontv.v. postwissel i f 1.75 p. deesof 10.- p. zes dooaen. (58) Maar niettegenstaande dat, kwam de gelijkenis wonderiyk verbluffend uit. Sapt hield op met spreken, en de koning daebt nog ernstig na. Toen begonnen de hoeken van zyn mond te trekken, zyn neusvleugels bewogen zieh i6ts naar beneden (wat ik ook doe als ik lachen moet), zyne oogen begonaen te knippen en toen barstte hy in een lach uit, die door het woud weerklonk en hem als een recht jovialen man deed kennen. „Dat is eene aangename ontmoe ting, neef', riep kg'uit, my op don rug kloppend en nog immer lachende. „Neem my niet kwaiyk, dat ik eerst wat stil was. Men is er niet eiken dag op voorbereid zyn dubbelganger te zien, hé Frits?" „Ik moet U voor mijne vermetel heid pardon vragen", zeide ik. „Ik hoop, dat ze mij niet de gunst van Uwe Majesteit zal doen verliezen." „Lieve hemel, Mynheer", lachte bij. „Gy zult 'akonings gelykenis altyd by U hebben, of ik er op gesteld ben of niet en het zal my aangenaam zyn, als ik U daarby nog van dienst kan zyn. Waar reist gy heen „Naar Strelaau, Sire, naar de kroning." De koning keek zyne vrienden eens aan. Hy laehte nog, ofschoon zyn gelaat eenige bezorgdheid verried. Maar de humoristische kant van het geval liet hem niet met rust. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1917 | | pagina 1