HELDERSCHECOURANT
Hotel Bellevue.
Eerste Blad.
No. 4778
ZATERDAG 19 MEI 1917
45e JAARGANG
Op- tn ondergang van Zon on Maan
•n tijd van hoogwatar (Texel).
(Zomertijd).
X». SiSi'
Mei oponderoponderv.m.n.m.
Zondag 20 m. «.6 a. 8.61 4.68 8.66 8 20 8.86
Maandag 21 4.11 939 4.66 8.67 9— 9.20
Dinsdag 22 6.87 „10.66 4.66 8.68 9.46 10.6
Woenad. 28 6.84 „11.40 1.61 9.0 10.20 10.60
Donderd. 34 7.23 m. 013 4.62 9.3 li.- 11.80
Vrijdag 25 8-87 038 4 60 03 11.80
Zaterdag 26 9.46 0.68 4.49 9.4 0.6 0.40
OE WEEK.
15 M e i.
De 10a Mei 1917 zal ia Neder-
land's parlementaire geschiedenis
ongetwijfeld blijven behooren tot de
.historische data" van den eersten
rang. Da Tweede Kamer der Staten-
Generaa), aan den vooravond van
haar dood, welke toch eind dezer
Mei maand moest plaats hebben, heeft
dien Donderdag twee beslissingen
genomen van groote beteekenis. Z(j
heeft (met 88 tegen 81 stemmen)
aangenomen de motie, voorgesteld
door het soc.-democratische lid voor
ütrecht-II, dr. Van Leeuwen, vragend
wijziging van het Reglement van
Orde, opdat eene permanente com
missie kan worden ingesteld voor
buitenlandsche zaken. En de Kamer
heeft in den avond van den 10 Mei
met 44 t9gen 26 stemmen haar zegel
Ingezonden mededeeling.
Dit is van belang voor u
Dit is van belang voor u, want
het zou wel buitengewoon zijn, indien
gij u niet van tijd tot tijd over uw
gezondheid hadt te beklagen. Gebeurt
het u bij voorbeeld niet dat gij ver
moeid zijt zonder juist te weten
waarom? Is uw spijsvertering altijd
even gemakkelijk en laat uw eetlust
somwijlen niet te wenschen over?
Is uw slaap niet dikwijls onrustig,
zoodat gij, wanneer het uur van op
staan slaat, nog vermoeider zijt dan
toen gij gingt slapen? Al die ver
schijnselen zijn ongetwijfeld ernstig
genoeg dat gij er eenige aandacht
aan wijdt. In de eerste plaats moet
gij, als zij zich voordoen, u er aan
gewennen u zelf af te vragenHebt
gij u in den laatsten tijd' niet meer
of min overwerkt? Hebt gij u ook
niet eenige buitensporigheid te ver
wijten Of wel, zijt gij niet ten
prooi aan zorgen of verdriet Zonder
zelfs zoo ver te gaan, zijt gij zenuw
achtig of ontstemd door plotselinge
temperatuurs wisselingen of veran
deringen van het weer Welnu, hoe
onbeteekenend dit u ook schijne, al
deze oorzaken, die dikwijls samengaan,
hebben ean zeer slechten invloed op
uw gestel, hoe krachtig dit ook zijn
moge. Het gevoel van vermoeienis,
langzame spijsvertering, slaaploos
heid verraden een organische ver
zwakking, daaruit voortkomend dat
overwerk, buitensporigheden, zorgen,
ongestadigheid, door u tot handelen
te noodzaken om uw pbyaiek even
wicht te bewaren, den rijkdom van
uw bloed hebben bedorven en uwe
zenuwkracbten hebben aangetast. Ge
looft ons dus. In plaats van zoo te
willen voortgaan, moet gij uw bloed
vernieuwen en uwe zenuwkrachten
herstellen door eenvoudig eenige
doosjes Pink Pillen te nemen. Gij
brengt zoo langs natuurlijken weg
een heilzame reactie te weeg in ge
heel uw organisme, want de Pink
Pillen zullen in zeer korten tijd aan
uw bloed z\jn verminderden rijkdom
teruggeven en uwe zenuwen ver
sterken. Deze pillen worden in der
daad sedert langen tijd gewaardeerd
om hunne merkwaardige eigenschap
pen ais hersteller van het bloed en
veraterker der zenuwen. Dikwijls hebt
gij de voorbeelden hunner kracht
dadigheid kunnen lezen. Gij kunt
overtuigd zijn dat deza krachtdadig
heid zich op u even sterk zal doen
gevoelen.
De Pink Pillen zijn verkrijgbaar
h f 1.75 per doos, en f9.— per zes
doozen by het Hoofddepót der Pink
Pillen, Nassaukade814, Amsterdam;
voor Helder en Omstreken bijAlb.
TEN KLOOSTER, Keizerstraat 93,
en H. W. ZEGEL, Kanaalweg 63;
te Schagen by J. ROTGANS; te den
Burg (Texel) by T. BUIS, en verder
by verschillende Apothekers en goede
Drogisten.
FEUILLETON.
DE GEVANGENE
VAN ZENDA.
16).
„Wy verliezen te veel tijd", voegde
ik er aan toe. .Eiken dag dien wy
den koning laten waar hy is, bestaat
er nieuw gevaar. Eiken dag, dat ik
doorga met deze maskerade, is er
nieuw gevaar. Sapt, wy moeten spelen,
wij moeten het spel forceeren."
.Vooruit dan maar", zei hij
zuchtend.
Om kort te gaan, dien nacht om
half twaalf bestegen Sapt en ik onze
paatden. Fritz werd opnieuw als
wachter achtergelaten; wij hadden
hem niet gezegd, waar wij heen
gingen. Het was zeer donker. Ik had
geen sabel by mij, maar een revolver,
een langen dolk en een dievenlantaarn.
Wij kwamen aan het hek. Ik stapte
daar af. Sapt stak zijn hand uit.
.Ik zal hier wachten", zei hij., Als
ik een schot hoor, zal ik
.Blijven waar gy zijt Het iB de
eenige kans voor den koning. U moet
in geen geval iets overkomen."
„Gij hebt gelijk, mijn jongen. Goed
succes."
Ik opende het kleine hek. Naar
binnen gaande, kwam ik in een soort
wildernis. Er was een met gras
begroeid pad, en, rechts afslaande,
volgde ik het nauwkeurig. Mijn
lantaarn was gesloten en de revolver
gehecht aan de motie-Marchant,
waarbij het Parlement, den Minister
van Oorlog gehoord, 't verklaarde te
betreuren, dat Z.Exc. geen aanleiding
had gevonden om nadediscussiön
en het besluit van 4 Mei j.1. - geen
wijziging te brengen in het besluit
om de mllitielichting-1918 op te
roepen nh de Landstorm-jaarklasse
1908. Men weet, Minister Bosboom
had van 't aannemen of verwerpen
van deze motie de vraag afhankelijk
gesteld of hij zyn taak zou blijven
waarnemen. „Ik wil" zoo sprak de
heer Bosboom in de avondzitting van
10 Mei j.1., vlak vóór de stemming
„ten allen tijde een eerlyk man
zijn en ik meen dit te hebben ge
toond ik wenscb ten allen tijde open
kaart te spelenik geloof dat ik dat
ook heb getoond. Ik ga dus recht
streeks op de motie aan. De beteeke
nis en de strekking van de motie
zyn mü nu volkomen duidelijk. Ik
zal die strekking ook niet misver
staan. Wanneer de motie wordt aan
genomen, dan zal ik dat beschouwen
als een bewijs, dat de Kamer geen
prijs stelt op verdere samenwerking
met dezen Minister van Oorlog".
Dat was duidelijke, ondubbelzinnige
taal. En toen de motie-Marchant dan
ook was aangenomen, restte den heer
Bosboom niet anders dan zijn ontslag
by de Kroon aan te vragen, wat den
dag na het votum der Kamer weet
men is geschied.
Over dien loop van zaken is in
den lande zeer verschillend geoor
deeld. Ongetwyfeld zyn er velen,
die met mr. Lohman hier van mee
ning zyn, dat de Kamer zooala
de straks tachtigjarige leider der
chr.-historischen 't uitdrukte
niet „met een krommen stok een
rechten slag moet slaan." En de
heer De Savornin Lohman voegde
er nog by, hoe de wensch, dat „wan
neer de Kamer eeu uitspraak heeft
gedaan niet over een principe, maar
over het eigenlijke militair beleid,
de Minister dan daarvoor zou moeten
buigen", - in strijd komt met mr.
Lohman's constitutioneele beginselen.
De afgevaardigde weigert „het beleid
van het leger zelf over te brengen
op de Kamer."
Men kan zich duideiyk voorstellen
dat - geheel afgescheiden van de
vraag, hoe men over Gen.-Majoor
Bosboom oordeelt als hoofd van het
departement van Oorlog de wijze
waarop de Tweede Kamer hem noopte
af te treden, veler instemming mist.
Het beeld, door den hoogbejaarden
Lohman gekozen, h8t willen slaan
_een rechten slag met een krommen
stok", is hier treffend juist.
Hetzy dan jbr. L. A. M. von Schmid,
de kort geleden gepeusionneerde
kolonel der 7e brigade te Amsterdam
of een ander de zware taak over
neemt, door den heer Bosboom neer
gelegd, deze bewindsman verkeert
al-dadelijk in eene zeer lastige, nete
lige positie. Aangekondigd is bereids,
dat de Landstormers-1908 ondanks
het votum der Tweede Kamer toch
volgens Gen. Bosboom's bestek (dat
in December 1916 het Parlement in
alle bijzonderheden bekend was!)
thans zullen moeten opkomen. En
binnen enkele dagen zal aan het
leven van dit in 1913 geboren Lager
huis een einde worden gemaakt 1
Samenloop van omstandigheden,
waarvan men in de geschiedenis van
het constitutioneel geregeerde Konink
rijk der Nederlanden geen antecedent
zal kunnen aantreffen.
Den lOen Mei j.1. heeft de Kamer
zich ook, volgens dr. Van Leeuwen's
wensch, uitgesproken voor de instel
ling van een „vaste commissie voor
de buitenlandsche aangelegenheden",
tot het „plegen van regelmatig over
leg tusschen de Rsgeering en de
Staten Generaal over de zaken van
buitenlandsch beleid."
Wat i3 vau die Commissie aan
genomen, dat het Parlement, hetwelk
na 't stervende van nu zal komen
dit „legaat" overneemt, het R,
van Orde werkeiyk wijzigt volgens
Dr. van Leeuwen's bedoeling, te
wachten
Ik geloof, dat al te weinig gelet
is op hetgeen minister Loudon over
zulk een Commissie de vorige week
in het Parlement heeft gezegd. „Het
onschuldige, rekbaar, vage begrip-
overleg", zei Z. Exc. van Buitenland
sche Zaken, „zou dan juist ontaarden
in ongevraagde inmenging, in een
onmiskenbare poging dua tot mede
besturen. Daartegen zal, wordt de
Commissie ingesteld, de Regeering
met de meeste zorg moeten waken,
indien zy de Grondwet hoog wil hou
den. Wat ik daarby het meeBt zou
vreezen is, dat de verantwoordelijk
heid der Regeering een gedeelde ver-
antwoordeiykheid werd, dat haar
verantwoordelijkheidszin zou ver-,
flauwendat zy weifelend, dus zwak
zou worden. Die overweging doet
my gelooven, dat indien eene Com
missie voor buitenlandsche zaken
bestond en sedert het begin van den
oorlog bestaan had, ik er niet aan
gedacht zou hebben ik noem dit
als voorbeeld een enkele d9r aan
gelegenheden in de OraDjeboeken
behandeld, aan haar voorafgaand
oordeel to onderwerpen. Ea van het
doen van geheime mededeelingen aan
de Commissie ik behoef het nauw-
lijks te zeggen - zal ge^n spra
ke kunnen zyn."
Aldus Dr. Loudon. Deze verklaring
klopt woordeiyk met wat de veteraan
Lohman van de door Dr. van Leeu
wen gedachte Commissie zei: „Yan
eene meerdere mededeeling dan ge
schied is, van eene grootere publi
citeit bij de te voeren onderhande
lingen daarvan moet de Kamer
-zich geen illusie maken". Men heeft
dus te verbeiden, wat na de vorming
van het nieuwe parlement de loop
der zaken zal zijn.
En als ware 't niet genoeg, in de
week, walke op 11 Mei eindigde
werd de waarschynlykheid zeer groot
dat het voorstel Marchant c. s. tot
verhooging der minima jaarwedden
van de onderwijzers met f 100,—,
zou worden aangenomen. Terwijl
minister Cort van der Linden bleef
zyn herhaaldelyk uitgesproken
gevoelens, dat het arme, reeds zoo
dierlijk afgebeulde Ryksbruintja dien
nieuwen last van ruim drie millioen
voorloopig niet zou kunnen trekken.
De kans, dat de Rechtsche Senaats
meerderheid dit initiatief-ontwerp
van de Linksche Tweede Kamer-
groepen zou verwerpen, bleef groot.
Doch aangenomen dat de Eerste
Kamer het voorstel Marchant c.s.
zou bezegelen wat dan? Een ad
vies aan de Kroon om in deze van
het veto-recht gebruik te maken?
Een soort van „conflict" dus ook
hier, tusschen Kabinet en Staten-
Generaal, aan den vooravond der
verkiezingen, welke de groep-Samuei
van Houten c. s. tot een nederlaag
voor de R9visie-Cort v. d. Linden
zouden willen doen worden
Terwyl de Senaat, in de korte
spanne tijds tot Hemelvaartsdag 1917
die Revisie wilde pogen te bezegelen
En terwyl er (de Eerste Kamer had
nog het Indisch Budget-1917 vóór de
borstaan beide kanten van het
Haagsche Binnenhof moest „gespurt"
worden om vóór de stervensure nog
zooveel mogelijk legislatieven oogst
binnen te halen
Inderdaad, de politieke atmos
feer is thans even zwoel en drukkend
als de zomersche bloeiende Mei
maand; terwyi eindelijk hetheeriyk-
jonge, frlssche groen een zomerschen
Hemelvaartsdag en een „ouderwetsch"
Pinksterfeest belooft 1
De tarieven voor reizigers vervoer
zyn thans vyftig pCt. hooger dan
vóór het uitbreken van de wereld
crisis. En gaandeweg zullen ook de
mensehen, die| het bangst zijn voor
„wat de wereld ervan zegt", ervoor
durven uitkomen dat het maken van
uitstapjes de draagkracht van hun
budget overtreft. Geiyk 't niet kunnen
bescbikken over benzine, brandstoffen,
en nog veel andere dingen geen
„schande" meer is. Evenals 't ter
^slachtbank" moeten veroordeelen
van onze kippen, voor wie geen voêr
meer zal te krygen zyn, en voor wie
een snel einde te verkiezen is boven
de marteling van een hongerdood
't Is meer gezegd, maar telkens
dringt zich de verrassende waarheid
aan ons op: we zyn bezig ods aan
te passen tot nieuwe toestanden,
nieuwe denkbeelden en opvattingen
op allerlei gebied.
Wanneer wy lezen over schulden
last van milliarden, 't verbaast
ons evenmin als het kennis-krygen
van giften, een millioentje bedragend
(geiyk de heer Deterding, de mede
directeur der „Bataafache", beschik
baar stelde tot leniging der ellende
de bezette streken van Frankrijk),
't Ware te wenschen dat dergelijke
schitterende exempels meer zouden
„trekken" dan het geval is.
Want het bot-grove, ruwe egoïsme
bad ik in myn hand. Ik hoorde niets.
Eensklaps kwam van uit de duisternis
een groot zwart voorwerp voor myn
oogen. Het was het zomerhuisje. De
treden bereikende, ging ik deze op
en kwam ik by een groote houten
deur, welke vanzelf open ging. Eene
vrouw kwam te voorschijn en greep
mij by de hand.
„Doe de deur dicht", fluisterde
Ik gehoorzaamde, en liet toen het
licht myner lantaarn op haar vallen.
Zy was in avondtoilet. In den glans
van de dievenlantaarn verlichtte hare
donkere schoonheid op zonderlinge
wijze. Het prieel bestond uit een
enkele ruimte, spaarzaam gemeubeld
met een paar stoelen en een yzeren
tafel, zooals deze voor theetuinenen
caféterrassen in gebruik zyn.
„Zeg niets, wy hebbsn geen tijd",
zeide zij. „Luister 1 Ik ken U, Mr.
Rassendyll. Ik schreef dien brief op
bevel van den Hertog."
„Dat dacht ik wel", antwoordde ik.
„Binnen twintig minuten zullen
hier drie mannen zijn om U te
dooden."
„Drie... de Drie?"
„Ja. Tegen dien tyd moet ge weg
zyn. Zoo niet, zullen zy U dooden
„En
„Luister I Luister 1 Wanneer gy
dood zyt, zal men Uw lichaam in
een achterbuurt der stad brengen.
Daar zal het gevonden worden.
Michael zal direct daarna Uwe
vriendenKolonel Sapt en Kapitein
von Tarlenheim het eerstgevan
gen nemen, den staat van beleg in
Strelsau afkondigen en een boodschap
naar Zenda sturen. De andere drie
zullen den koning in het kasteel
vermoorden, en de hertog zal zichzelf
of de prinses als koning uitroepen
het liefst zichzelf, als hy zich daartoe
sterk genoeg voelt. In ieder geval
zal hy de prinses huwen, en dan
toch feitelijk koning worden. Begrijpt
gij
„Het is een heel aardig complot.
Maar waarom wiltgy, Mevrouw
„Zeg, dat ik christinne ben, of zeg,
dat ik jaloersch ben. Wat gy wilt.
Maar moet hy met haar huwen Ga
numaar herinner Udat is wat
ik U te zeggen heb dat gy nooit,
by dag noch by nacht, veilig zijt.
Drie mannen volgen U als bewaking?
Is dit niet zoo? Welnu drie andere
volgen hen op hunne beurt. Michael's
drie zyn nooit meer dan twee honderd
meter van U verwijderd. Uw leven
is niets waard, zoo zy U een oogen-
blik alleen treffen. Ga nu. Maar wacht,
het hek zal nu wel bewaakt worden.
Ga zacht verder. Loop nog ongeveer
honderd meter langs den muur, en
gij zult daar een ladder vinden.
Klim daarover en loop wat ge
kunt."
„En gy?" vroeg ik.
„Ik moet ook myn spel spelen.
Als hy te weten komt, wat ik gedaan
heb, zullen wy elkaar nooit meer zien.
Zoo niet, dan zal ikMaar nu niet
meer. Vertrek direct."
„Maar, wat zult ge hem zeggen?"
„Dat gy niet gekomen zyt. Datgy
de list doorzien hebt."
Ingezonden mededeeling.
Helder. Telef. 49.
Cafó-Restaurant.
Aangenaam gelegen In het
centrum der etad.
Riant uitzloht In het
Julianapark.
Binnenkort aanvang der
Avond-Concerten.
Tulnbezoek mr aanbevolen.
AMSTEL- en HAANTJESBIEREN.
Gewone Consumptieprijzen.
behoort eilacy niet tot de booze
dingen, die (met vele goede I) door de
groote crisis veranderd zyn. 't Heeft
zyn heerschappy op aarde nog be
houden. Zelfs een wereldoorlog is niet
by machte aan den demonischen in
vloed van dezen kwelduivel een eind
te maken
Me. Antonio.
BINNENLAND.
Lichting 1918.
Door den heer Duymaer van Twist
zyn enkele vragen aan den minister
van marine, ad interim minister van
oorlog, gesteld betreffende de opkomst
der militielichting 1918, in verband
met de oproeping der landstorm-
jaarklasse 1908.
Onze scheepvaart.
Naar de „N. R. Ct." verneemt, heb
ben de te Londen gevoerde onder
handelingen van den heer Snouck
HurgroDje, betreffende het hervatten
van de vrachtvaart op Amerika, ten
gevolge gehad, dat de Eogelsche
regeering er in heeft toegestemd, dat
de Nederlandsche schepen op hun
heen- en terugreis Halifax zullen
aandoen inplaats van een haven in
Engeland.
Het hervatten van die vaart zou
dan nu nog afhankelijk zyn van het
verkrijgen van zekerheid omtrent de
vraag, of de Amerikaansche regeering
bereid is, de schepen uit Amerika te
laten vertrekken. Een gunstige re
geling van dit laatste punt schijnt
binnen eenigen tyd verwacht te mo
gen worden.
Het stoomschip „Malang" van den
Rotterdamschen Lloyd, dat met graan
Cmais en lijnkoeken) beladen van New-
York te Rotterdam is aangekomen,
behoorde tot de Nederlandsche sche
pen, welke" wegens de afkondiging
van den verscherpten duikbootoorlog
op de thuisreis te Falmouth binnen
liepen en waarvoor door de Duitschers
op den laten Mei veilige overtocht
werd toegezegd. Het schip ia dan
ook inderdaad op laatstgenoemden
datum van Falmouth vertrokken en
heeft de reis om de Noord gemaakt.
Dat deze zoo lang duurde, moet aan
gebrek aan steenkolen worden gewe
ten. Het schip moest toch zonder
aanvulling van den bunkervoorraad
vertrekken en heeft slechts door zeer
langzaam te stoomen met de nog
aanwezige kolen de bestemming kun
nen bereiken. Ook de mondvoorraad
kon slechts zeer onvoldoende worden
aangevuld, zoodat ook daarmede zeer
spaarzaam moest omgegaan, te meer
waar zich aan boord nog bevonden
schipbreukelingen van de „Bandoeng"
en andere Lloydschepen, die het
slachtoffer zyn geweest van den be
kenden duikbootaanval, die 7 Neder
landsche schepen naar den bodem
van de zee de.ed verhuizen. De reis
i de „Malang" was overigens voor
spoedig. Toóh is het schip in de
vaargeul nog door een duikboot aan
gehouden, doch na inzien der papie
ren kon het de reis voortzetten.
Biykens bericht der opvarenden is
bet mede indertyd aangevallen stoom
schip „Menado" door de opvarenden
thans zoo ver voorloopig gerepareerd,
dat het weldra weer zeilklaar zal zijn.
Het in de eerste helft van Januari
naar Afrika vertrokken Nederlandsche
stoomschip „Titan" la met een lading
grondnoten in Amsterdam terugge
keerd. Yoor de reis van Duins, waar
het schip slechts kort werd opge-
Ik nam haar hand en drukte er
een kus op.
„Mevrouw", zei ik, „gy hebt den
koning van nacht een grooten dienst
bewezen. Waar bevindt hy zich in
het kasteel?"
Zy fluisterde nog zachter. Ik
luisterde oplettend.
„Achter de draaibrug is een donker
uitziende deur. Daar achter ligt
Maar wat is dat?"
Ik hoorde buiten voetstappen.
„Daar z$n zy. Zy zyn te vroeg
gekomen. Groote Hemel, zy zyn te
vroeg", en zy werd zoo bleek als de
dood.
„Het komt my voor, dat zy juist
op tyd zijn."
„Doe Uw lantaarn uit. Daar is een
kijkgaatje in de deur. Kunt gy
zien
Ik keek door het gaatje. Op de
onderste trede zag ik drie donkere
gestalten. Ik trok myn revolver.
Antoinette legde haastig hare hand
op de myne.
„Gy kunt er een dooden", zeide
zy. „Maar wat dan?"
Ik hoorde een stem van buiten
nog wel een goed engelsch spre
kende.
„Mr. Rassendyll", zei deze.
Ik gaf geen antwoord.
„Wy mooten U spreken. Belooft
gij niet te schieten, voor wy hiermee
klaar zyn?"
„Heb ik het genoegen Mijnheer
Detchard te spreken?"
„Namen komen er niet op aan."
„Noem dan den mijne ook niet.*'
houden, naar Amsterdam had men
den offlcieelen datum van 14 Mei
afgewacht en het schip met de veilige
kleuren beschilderd.
Behalve de „Titan die reeds uit
de Downs is aangekomen, worden nog
uit Falmouth hier te lande verwacht
de volgende schepen: „Ameland",
„Themisto", „Veenbergen", „Kil-
bergen", „Maasdyk", „Grotius" en
,Menado".
De vlsseharsvloot.
Het aanvankeiyk plan, ook do
Katwyksche trawiloggers stil te
leggen, is niet doorgegaan, want
Dinsdag en Woensdag vertrokken
de meeste binnengekomen schepen
weer ter visscherlj. Naar de bericht
gever van het „H.blad" te IJmuiden
verneemt, hebben de reeders in Kat-
wyk een onderling fonds gevormd.
Uit IJmuiden is verder nog in zee
gestoken de stoomtrawler „Lobelia",
van de Maatschappy Scheveningen.
Een Nederlandeche schoener tot
zinken gebracht.
De Nederlansche gaffelscboener
„Boreas" uit Groningen, is Dinsdag
nacht te half een door een Duitsche
duikboot op 24 myi N.W. van den
Nieuwen Waterweg tot zinken ge
bracht.
De schoener stond onder bevel van
kapitein Goumare en had in Gothen-
burg een lading zinkerts ingenomen
voor Rotterdam. Na een reis van
zeven dagen was men Dinsdagnacht
twaalf uur tot op 25 myien uit de
kust, ongeveer 24 myien N.W. van
den Waterweg, toen eenklaps een
schot tusschen de masten doorkwam.
De duikboot, die geen lichten voer
de, bleef steeds doorvuren en kwam
al nader. Ten slotte was zy zoo
dichtby, dat de bemanning van den
schoener de commando's van de Duit
sche officieren kon hooren. Men telde
in het geheel dertig schoten. Over
haast verlieten de vyf opvarenden,
onder wie één Deen, in de scheeps-
boot hun schip, dat in een oogenblik
als het ware in een wrak veranderd
was, en zetten koers in de richting
van de Nederlandsche kust. Woens
dagmorgen 10 uur werden zy dwars
van Zandvoort opgemerkt door den
trawllogger KW. 49 „Dirk", die hen
aan boord bracht en naar de buiten
gaats van IJmuiden kruisende stoom-
loodsboot bracht. Deze gaf de boot
met de menschen vervolgens weer
over aan het onderzoekingsvaartuig
.Billiton", dat hen te IJmuiden bin
nenbracht.
De geheele reis van den schoener
was vol wederwaardigheden, want op
de uitreis vau Rotterdam strandde
hij op de Deensche kust en werd, na
vlot gebracht te zyn, te Frederiks-
haven binnengesleept.
Als byzonderheid kan nog worden
gemeld, dat kapitein Goumare on
langs ook reeds als schipbreukeling
te IJmuiden binnenkwam, toen hy
zyn schoener schip „Pacific" eveneens
wegens torpedeering had moeten
verlaten.
Ds plaatsbepaling, waar de schoener
door de duikboot werd aangevallen,
is moeilijk met juistheid vast te stel
len, althans wat de lengte- en breedte
graad betreft. Volgens de mededeeling
van den kapitein bad men de laatste
drie dagen op be3tek gezeild en kan
alleen met eenige nauwkeurigheid
worden vastgesteld, dat men op
ongeveer 25 myl Noordwest IJmuiden
was, toen de duikboot-aanval midden
in den nacht plaats greep.
De beschieting was zeer hevig,
men begaf zich in alleryi in de
scheepsboot. Het schieten hield ook
toen nog aan, er werden zelfs nog
zes schoten gelost, toen men reeds
in de boot had plaats genomen.
Kapitein Goumare en een der ma
trozen kregen heel lichte verwon
dingen door granaatscherven. Of het
schip dadelyk gezonken is, weet men
niet met zekerheid te zeggen, doch
de treffers en de lading zinkerts in
aanmerking genomen, is daaraan
weinig twyfel. De duikboot zelf heeft
men niet te zien gekregen.
Dronken soldaten.
Dinsdagavond en -nacht was het
vrij rumoerig onder een zeker aantal
militairen van het eerste bataillon
negende regiment infanterie gelegerd
te Vught nabij Den Bosch. Tachtig
hunner zouden den volgenden dag
met klein verlof vertrekken, 't Scheen
„AU right, Sire. Ik heb een aan
bieding voor U."
Ik keek nog steeds door het kijk
gaatje. De drie waren twee treden
nader gekomen. Drie revolvers waren
op de deur gericht. „Wilt gy ons
binnenlaten? Wy geven U ons
woord, dat wy niet zullen schieten."
„Vertrouw hen niet!" fluisterde
Antoinette.
„W|j kunnen door de deur spreken'
zeide ik.
„Maar gij kunt de deur open maken
en op ons schieten", merkte Detchard
op, en hoewel wy U zouden dooden,
zoudt gij een van ons kunnen neer
schieten. Wilt gy Uw woord geven
niet te vuren, terwyl wy spreken?"
„Vertrouw hen niet", fluisterde
Antoinette opnieuw.
Plotseling kreeg ik een idee.Even
dacht ik er over na. Het scheen
uitvoerbaar.
„Ik geef U myn woord niet te
zullen schieten, voor gy het doet",
zei ik. „Maar ik laat U niet binnon.
Zeg daar buiten maar wat ge te
zeggen hebt."
„Dat is goed", antwoordde hy.
De drie kwamen de laatste tr-ede op,
en stonden juist buiten de deur. Ik
legde myn oor aan het kijkgat. Ik
kon niets hooren, maar ik zag dat
het hoofd van Detchard gebogen was
naar dat van een kleineren man, ik
dachl van de Gautet.
„Hm, hm, private onderhande
lingen", dacht ik. Toen zei ik
hardop
„Wel, Heeren, waar gaat het om?"
dat eenigen hunner hierin aanleiding
vonden om zich aan sterken drank
te buiten te gaan. Zy verschaften ook
sterken drank aan de wacht, waar
door eenige soldaten dronken zijn
geworden, en terwyl de sergeant der
wacht de posten controleerde, ver
lieten eenige dronken soldaten ge
wapend met hunne geweren het
wachtlokaal. Nauwelijks buiten ge
komen, vuurde het troepje dronken
militairen, op commando „vuur" van
een hunner, hun geweren in het
wilde af. Zy trokken verder het dorp
in, telkens vurende op het herhaald
commando van den dronken aanvoer
der. By de militaire ziekenzaal ge
komen gaven zy een waar saldo af,
waarop de schildwacht voor dat ge
bouw geplaatst zich haastig in veilig
heid moest brengen. Alsnu togen de
woestelingen naar het militaire sport
terrein aan den Helvolrtschen weg,
en begonnen daar opnieuw te vuren.
Op dat oogenblik kwam de korporaal
der wacht om den schildwacht op
dat sportterrein af te lossen. In den
donkeren nacht dat wilde vuren ziende,
was hy verplicht voor de overmacht
terug te trekken. Hy begaf zich naar
de wacht, rapporteerde een en ander
aan den sergeant, waarop deze met
de resteerende, niet beschonken sol
daten der wacht, er op uit toog om
de woestelingen te arresteeren. Door
zyn cordaat en overlegd optreden ge
lukte 'het hem de dronken soldaten
te omsingelen en in arrest te stellen.
Naar schatting zijn er ruim 50 schoten
gelost, gelukkig echter zonder iemand
te raken.
Een commissie van militaire auto
riteiten stelt een onderzoek in.
De bommen op Zlerlkzee.
De „N. Rott. Crt." schryft
In het door Reuter geseinde oom-
muniqué van de Engelsche regeering,
waarbij wordt betoogd, dat geen
Engelsch vliegtuig schuldig kau staan
aan den bomaanval op Zierlkzee,
komt het volgende voor: ...„Beide
toestellen hadden denzelfden tyd
14 minuten noodig om het doelwit
(de ;pier van Zeebrugge) te bereiken
en op hun ligplaats (de streek van
Duinkerken terug te keeren. Beide
waren langzame toestellen"
E9n lezer vraagt ons, hoe dit mogelijk
is. De afstand van Duinkerken naar
Zeebrugge bedraagt 67 K.M. Heen en
terug is dat 134 K.M., welken afstand
deze „laDgzame toestellen" in 14
minuten hebben afgelegd. Dat is dus
een „langzaamheid" van b|jna 10 K.M.
in de minuut, of precies vyfhonderd
en zeventig K.M. in het uur. Tot zulke
verrichtingen blijken dus, volgens een
„grondig onderzoek", langzame Eo
gelsche vliegtuigen in staat!
Nader blykt ons, dat de vlieger
aanval op Zeebrugge, waarby de
vijftien bommen zijn gegooid, die
's middags aan „De Telegraaf" werden
gemeld, en die in het Eagelsche
communiqué parade maken als „een
rys te meer, zoo dat noodig ware"
dat er geen bommen op Zierlkzee
kunnen zyn terechtgekomen, heeft
plaats gehad op 26 April. Een Beriynsch
officieel bericht van den 28sten April
doelt er op. Die aanval had plaats
overdag: „Eergistermiddag aldus
het offlcieele bericht uit Beriyn van
den 283ten hebben Eogelsche
vechtvliegtuigen - enkele voor de
Vlaamache kust kruisende torpedo
booten en de haven van Zeebrugge
vruchteloos met bommen aangevallen.
In de luchtgevechten, die onze vliegers
met. den vijand aanbonden, is een
Engelsch vliegtuig neergeschoten."
Wy nemen deze gelegenheid te
baat, om nog een kleine aanvulling
op onze uiteenzettingen van Woensdag
te geven. Wy schreven, dat
in den nacht van 29 op 30 April
toen, volgens het Eagelsche commu
niqué, de Eogelsche vliegers sterken
N.O. tegenwind hadden gehad
blijkens de waarnemingen van ons
meteorologisch instituut de wind
W.Z.W. met een snelheid van onge
veer 3 M. per sec. is geweest. Deze
snelheidsopga ve had eohter betrekking
op den wind aan het aardoppervlak.
In de hooger e luchtlaag (van 1000
tot 2000 M.) is de wind wat sterker
geweest, en moet hy op 6 tot 8 M.
per sec. worden geschat. De richting
van den wind was dezelfde als die
aan het aardoppervlak.
„Een vrijgeleide naar de grens en
vijftig duizend engelsche ponden."
„Neen, neen", fluisterde Antoinette
zoo zacht mogelijk. „Zy zyn niet te
vertrouwen."
„Dat is aannemeiyk", zei ik door
het kijkgat zieDde. Zy waren nu alle
drie bij elkaar, juist buiten de deur.
Ik had nu de schurken leeren
kennen, en ik had de waarschuwing
van Antoinette niet noodig. Zy wilden
mij dooden, zoo gauw wij in het
gesprek verdiept waren.
„Laat mij een minuut nadenken",
zei ik, en ik dacht hen daarbuiten te
hooren lachen.
Ik keerde my tot Antoinette.
„Ga pal tegen den muur staan,
zoodat ge van buiten af niet geraakt
kunt worden", fluisterde ik.
„Wat wilt ge doen vroeg zy
verschrikt.
„Dat zult ge wel zien", zei ik.
Ik nam de ijzeren tafel in myne
handen. Ze was niet erg zwaar voor
een man van myne krachten, en ik
hield ze by den poot vast. Het blad,
dat ik voor my uit hield, vormde een
compleet schild voor mijn hoofd en
voor myn lichaam. Ik bevestigde myn
lantaarn aan myn ceintuur en stak
m^n revolver in myn zak. Plotseling
zag ik de deur even bewegen
misschien kwam dit door den wind,
misschien trachtte men van buiten
ze te openen.
Ik ging zoover mogelijk achteruit,
en hield de tafel in de zoo even
beschreven houding. Toen riep ik:
„Heeren, op uw woord vertrouwend,
INGEZONDEN.
Da houding dar
Ghrlatan-Damocraten.
Het Bestuur van „Nederland en
Oranje", met bizondere waardeering
kennis genomen hebbende van het
groot aantal Btemmen, uitgebracht
op den candldaat Staalman, met
name in de gemeente Helder zelve,
waar z|jn stemmental klom tot circa
1400, terwyl op den candidaat der
Sociaal-Democraten 1098 en op den
Vrijzinnige 1022 werdén uitgebracht,
Overwegende, dat dit inderdaad
vereerend succes is bereikt, zonder
dat de heer Staalman, ook maar één
enkele maal voor de Kiezers is op
getreden, in tegenstelling met zyo
tegen candidaten, die avond aan avond
tot in de uiterste hoeken van het
district hunne redevoeringen hielden
en door de beste krachten hunner
partyen werden verdedigd en aan
bevolen,
Brengt zyn oprechten dank aan
alle kiezers, die tot dit sprekend en
schitterend resultaat hebben by ge
dragen en dit te meer, waar bet
vaststaat, dat vele stemmen op den
candidaat Staalman zijn uitgebracht
door kiezers, die niet behooren tot
de partij der Christen Democraten en
dat uit waardeering voor wat hy als
Kamerlid presteerde en uit over
tuiging, dat by ook thans als den
meest aangewezenen behoorde te
worden gekozen.
Overwegende voorts en dit In ver
band met ondervolgend besluit, dat
het belang dezer kiezers eischt, dat
de stryd voor de herstemming op
Dinsdag a.s. tusschen de vryzinnig-
democraten en sociaal-democraten
onderling zal worden gestreden en
beëindigd, adviseert hen met den
meeaten nadruk zich op Dinsdag a.s.
van stemming te onthouden en besluit
by de periodieke Kamerverkiezing,
die zal plaats hebben op Dinsdag
5 Juni a.s., aan deze verkiezing
deel te nemen en alsdan candidaat
te stellen den heer A. P. Staalman.
Het Bestuur vau
„Nederland en Oranje",
M. de Waabd, Secretaris.
Toelichting.
Het Bestuur werd by dit besluit,
waardoor alzoo in de volgende maand
een nieuwe stemming zal moeten
plaats hebben, geleid door de onder
volgende overwegingen:
De universeele minachting der
leidende Heldersche Vryzinnigen,
sedert vele jaren betoond, tegenover
de mlnderheidspartyen en groepen,
'iy deze verkiezing meer dan ooit
Ingezonden Mededeeling.
Schil lig wordin veroorzaakt
door gebrek aan nadenken.
Hebt gy er ooit aan gedacht, dat
uw pyoiyke rug, uw zenuwachtig
heid en waterstoornisaen te wyten
kunnen zyn aan wat gy eet en drinkt
en aan uw leefwyze?
Te veel eten en het voortdurend
gebruik van alcoholische dranken,
gepaard gaande met te weinig li
chaamsoefening in de buitenlucht,
rust en slaap, zal ongetwyfeld metter-
tyd de nieren verzwakken. En dan
komt de last. Rugpyn,zenuwkwalen,
wateratoornlssen,hoofdpyn,niergruis,
duizeligheid en waterzuchtige zwel
lingen zyn kenteekenen van te veel
urinezuur in het bloed en er bestaat
gevaar voor niersteen en ongenees-
ïyke nierziekten.
Matig eerst alle slechte gewoonten.
Help dan de verzwakte nieren door
een degeiyko kuur met Foster's Rug
pyn Nieren Pillen.
Foster's Pillen heelen en verzachten
de nieren, de urinewegen en blaas.
De onzuivere vloeistoffen worden uit
het lichaam afgevoerd en de afzettin
gen van urinezuur verwyderd.
De biyvende verlichting en baat,
die dit speciale geneesmiddel aan
nieriyders brengt, is over de gebeele
wereld bekend. Foster's Pillen maken
u niet alleen gezond, maar houden
u gezond.
Let er evenwel op dat gy de echte
Foster's Rugpyn Nieren Pillen krijgt,
voorzien van de handteekeoing van
James Foster op de-verpakking. Te
den Helder verkrygb. by Alb. ten
Klooster, Keizerstr. 98. Toezending
geschiedt franco na ontv. v. post
wissel ƒ1.75 p. doos of ƒ10.— p.
zes doozen. (45)
neem ik uw aanbod aan. Zoo gy de
deur wilt openen
„Open ze zelf", zei Detchard.
„Zy gaat naar bulten open", zei ik.
„Ga een weinig achteruit, heeren,
anders zou ik u kunnen bezeeren."
Ik ging en morrelde met den
grendel. Toen ging ik weer naar myn
plaats van zooeven terug.
„Ik kan ze niet open krygen. De
grendel geeft niet mee."
„Bah, ik zal ze openen", riep
Detchard. „Nonsens, Bersonin, waar
om niet? Zyt gy bang voor één
man?"
Ik lachte in myzelf. Een oogenblik
later was de deur open geworpen.
De glans myner lantaarn toonde m|j
de drie by elkander staande mannen
met opgeheven revolvers. Roepend
liep ik van myn plaats door het
prieel naar de deuropening. Drie
schoten weerklonken en sloegen af
op myn schild. Nog een oogenblik en
ik kwam naar buiten, de tafel vlak
tegen hen aanduwende, rolden zij en
ik in één kluwen van de treden af.
Antoinette de Mauban schrok, maar
ik stond op, luid lachende.
De Gautet en Bersonin lagen half
onmachtig. Detchard was onder de
tafel, maar, toen ik opstond, wierp
hy ze van zich weg en schoot nog
eens. Ik nam myn revolver en vuurde
hem af. Ik hoorde hem vloeken, en
toen liep ik als een haas langs het
prieeltje naar den muur.
(Wordt vervolgd.)