HELDER8CHE COURANT Eerste Blad. De dubbele Schaduw Hotel „BËLLEVUE". HERMANNYPELS, DE OORLOG. Ra. 4917 ZATBRDM 6 APRIL 1918 46a JAARGANG :C. Dl BOMM Jr., H.ldcr. Oplaag 6600 a». Ab»nnamant«arll«In de atad tlp,r ppgt I l.as. Buitenland >2.88. Laaaa Mul, - AN.«r1«ntlAn par ragal 10 a«n»> 19 oorlog»too«l«g Op- li sndtriing van Zin Mam ai tgd van boegwater (Tazal). (ZomartIJd). lfaan Eom HOOJ- w«ur April, ap: onder: op: oudar:7JB.:n.B. Zondag T m. 421 m. Ut 612 7.41 IH (.11 Maandag «.41 4.74 (.11 T.41 S.li «11 Dlnadag 14 6.82 0.17 7.40 7.1# TJS Woancd. 10 81# 7.20 #.1> 7.41 SA# II Dandard. 11 8 4# 8.4 8.11 7.1# Ii8 0 8 Vrijdag 12 (.1611.14 «.11 7 U #.4# 10.0 Xatardag 1# 0.81 ll.U 7 8» 10.10 10.48 De zaak Spruit en Art. 24 Gemeentewet. Voor zoover het gaat om het mo- re8le oordeel over de handelingen van het Raadslid Spruit ia do zaak na het vonnis, in de jongste zitting van don gemeenteraad uitgesproken, achter den rug. Er zit aan deze onverkwikkelijke historie echter een zakelijke kant, die door aeij bij de discuasifin, wel is waar kortelings, is besprokei, maar die m.i. toch wat al te sober door de pera is weergegoven. Ook in den raad zslf trouwens'is men op dit dilemma niet doorgegaan en zoodoende was er mijnerzijds weinig aanleiding, veel woorden aan die zaak te wijden. Begrijpelijk is, dat de vergelding voor bedreven kwaad bij onze vroede mannen domineerde en dat de daad zelf dus, los van alle theoretische verklaringen, moest worden veroor deeld. Toch achynt mij de kwestie van genoeg belang, om, nu zich een con creet geval heeft voorgedaan, artikel 24 van onze gemeentewet nader te bespreken en te zien, of verdutdoiyklng in dezen zin niet nood ig is, dat voortaan onder „leveringen" aan de gemeen schap zoowel roerende als onroerende zaken worden begrepen. Het artikel zelf is in dit opzicht woinig duidelijk en de jurisprudentie, om met Prof. Oppenheim te spreken, .weinig standvastig". Het artikel luidt immers: „De leden van den Raad mogen .noch mlddel(jk, noch onmlddelijk, ,detl nem»n aan onderhandsche .pacht van gemeentegoederen of .inkomsten, aan levering en of man- nemingen ten behoeve der gemeente, „enz." Zoo oppervlakkig beschouwd, is men geneigd, onder .levorlugen" alles wat geleverd kan worden, t# begrijpen zoo ook dus huizen, gronden, wegen, molens, vaarten, in't kort onroerende goederen. Ia men moet al toevallig wat verder deuken dan gewoonlijk ge schiedt, om in te zien, d&t .laveren" allicht bedoelt afgeven ter plaatee. Waar die plaats ia, doet er niet toe. Dit echter kan alléén met roerende goederen geschieden en sluit grond en huizen etc. absoluut uit. Man kan echter ook bij raste goe deren sprekon van koopen en leveren indien men tot het eerste do voor- loopige koop en tot het laatste de notariedle overdracht wil rekenen. 1 venals roerend goed bij de inachry* ving gekocht en ter zyner tjjd pas geleverd wordt. Voor zoover nü artikel 24 is ge ïnterpreteerd, ls ook van beiderlei zienswijze sprake geblektn. Er is lang en warm getwist, schrijft Prof. Oppenheim, wat men onder .levering" hebbe te verstaan. Bat ls begrijpelijk tevens. Wie ons Burgerlijk Wetbosk opslaat, leest ln art. 1610, dat een der twee hoofd verplichtingen van den verkooperis, om de verkochte taak te leveren. .Be levering", zegt het volgende artikel, .ts eone overiragt van het oerkochte goed in de magt en het betit van don kooper." Be artikelen 1612 tot en met 1520 bevatten allen bepalingen omtrent de levering van verkochte goederen en maken geen onderscheid tusscben roerend of onroerend goed. En om aan allen twijfel dienaan gaande een einde te maken, leze mt> art. 1520, waarin juist van leoering van onroerend goed sprake is. Moest ik artikel 24 Gemeente wet uit leggen, ik zou dus niet aarzelen, om de FEUILLETON. (Een Mysterie) SOOB WILLIAM LE QÜEUX. 04). .Dat het een zesr vernuftig en merkwaardig listig paar menschen was, wist ik ten volle, dus moest ik, teneinde hen te verslaan, zeer op mijn hoede zijn en mijn gedrag moet hen dan ook zeer hebben verbaasd. Mijn manier van doen was hoogst verdachtik deed d&t met opzet. Eu ik geloof wel, dat ik erin ben ge slaagd, ernstige verdenkingen op mij te laden," lachte hij. .Verdenkingen, die ledereen op een dwaalspoor brach ten zooals ook mijn plan wm. Toch geraakte ik nu on dan ln zeer ernstige moeilijkheden. Ik had met Stanyon Strange een val uitgezet en gedurende al die lange weken ."van geduldig waken en kalm onderzoek wachtten wij er op, dat de ware schuldigen erin zouden loopen." .Maar, Roger 1" riep Lady Baid uit, .ik heb hiervan geen oogenblik iets vermoed' Die man daar," ging zij voort, terwijl zij den gearresteerden schurk met zijn doodsbleek gelaat aanwees .die man verzekerde mi], dat gij eon limison had met Mademoiselle Sauvan en dat gij daar om haar vriendin, Avi» Bl&ckwood, had vermoordBoor een portrek had Mr. Shirland het feit vastgesteld, dat ti) niemand anders waart dan Stanyon Strange, den bewoner van de ver dieping, waarin de misdaad werd gepleegd. Hoe kon ik aan dat ver- baal twijfelen?" vroeg zty, terwijl handelingen van bet raadslid Spruit niet alleen in strijd met zijn ambts eed maar ook in strijd met de wet to achten en hem diens volgens op grond van artikel 26 schorsen als raadslid. Intusschen, degenen, welke ge roepen zijn, de wet toe te passen, en, zoo noodig, uit te leggen, hebben als regel een andere opvatting gehad. Een koninklijk besluit van 28 April 1853 S.J23 heeft eenmaal uitgemaakt, dat het artikel óók op onroerende goederen zag, maar daarna is moer dan eenmaal die uitspraak geïgnoreerd. Op 28 Maart 1855 werd do aan koop van een molen deor 's Graven- üage, eigondom van eoa wethouder dier gemeente, goed gekeurd. Eu toen indertijd de raad der ge meente Grijpskerk een zijner leden schorste, omdat bij een strook grond voor het dempen van een sloot aan de gemseate had verkocht, waren het de gedeputeerde staten der pro vincio Groningen, die dit besluit vernietigden en het gesohorato lid in zijn ambt herstelden. E#n der beste kenners van ons gemeenterecht, zooals Prof. Oppen heim, ia het met die beperkte be teek enig van het woord .levering" eins. De aard van het verbod; het logisch verband van de heele bepaling; de geschiedenis van de wet en het dool er van rechtvaardigen de uit spraak der reg«6rlne van 28 Mrt 1855 volgens hem. Hot woord levering ls, naar het schijnt, overgenomen uit art. 51 van het vóór da gemeentewet geldendo reglement voor de steden. Baariu werd vau levtrancie gesproken, een woord, dat alleen op roerende zaken duidt. .Men he#ft," schreef wijlen Mr. de Pinto in het Weekblad van hot Roeht No. 1596, -— leveranciers van aardappelen, vaa orwtea, booneu of steenkolen, maar van leveranciers van huizon, land of molens spreekt niemand." 9e behandeling van art. 24 in de Kamer schijnt eveneens grond voor deze opvatting te geven, zooals Prof. Oppenhelm in zijn boachrijviog over dit artikel ook aanhualt. En ca art. 68 der Belgische ge meentewet te hebban aangehaald, waarin sprake is van fourniture ou adjudication (leveraocle of aanne mingen) wrik artikel volgens hom niet zonder iuvlosd zal zijn geweeat, zegt bij ten slotte: .Eindelijk: toegepast op levoran tiin van benoodigdhoden voor den openbaren dienst, hooft het ver bod zin en beteekenis; toegepast op verkoopingen van huizen en gronden is het juridieke onzin en niets dan willekeur, want er zoude moeten werden uitgevonden eene dragelijke reden, wa&romdegemesn- te een gebouw of terrein, dat haar noodig of nuttig is, niet even goed zou mogen koopen of huren van een lid van den raad als van ieder ander." Bat klinkt zeer logisch en er schijnt wsinig reden, er anders over te denken. Toch Waag ik het, de juridieke onzin te bestaan en een duidelijk verbod ook van onroerend goed door Raadaleden in de wet aan te bevelen. Het kan zijn, dat dit van wat weinig eerbied voor de juristerij ge tuigt, van een poging echter om ons openbare leven zuiver te houden ge tuigt het evenzeer. Natuurlijk kan de gemeente even goed werden benadeeld door bulten dan Raad staanden, maar het ia toch voor het aanzien vsd ons vertegen woordigend lichaam veel erger, indien het door een zijner leden geschiedt dan door oen buitenstaander. Het komt me aiet in den zin, de vreegere bepaiing van de stedelijke regiementon fout te vinden. Onze voorvaderen (dit getuigen alle oude reglementen) verstondeu de kunst, om in weinig woorden veel to zeggen en het maken van wolten was hen gerustelijk toevertrouwd. Maar men vergete daarbij één ding yeoral niot. Zy hadden alleen to maken met grondbezitters en niet met grondspeculanten. Het verschil springt direct in .het ODg; Ba bezitter van den grond, die daarop laat werken, die zijn bezitting productief maakt, is maatschappelijk nuttig. De grondspeculant, die alleen door z|jn geldbezit in Btaat was ln goed koops tijd grond te koopen, om dit desnoods to laten braak liggen tot het zooveel rijksdaalders meir op brengt door bemoeiingen van anderen, is een maatschappelijke overbodigheid. De gemeenschap zelf was vroeger geen grondbezitter en had geen aan leiding het te worden. De bezitters van den grond vorm den tevens de regeering, erger, bet was een voorwaarde, om dat ambt te bekleedan. Buiten het bezit erkende men geen gemeenschapsrechten. Alles tezsmen was er geen enkele aanleiding om zelf# maar aan levering van vaste goederen te deuken, laat staan om het uit te sluiten. Met de anolle ontwikkeling der steden kwam er echter tusscben gemeenschap en grondbezitter een tegenstelling. Nadat de door die ontwikkeling geboren grondspeculanten der ge meenschap de noodzakelijkheid van eigen grondbozit voldoende hadden getoond, ging de gemeenschap meer en meer tot aankoop daarvan over. Ea waar de samenatelllng van onze gemeentelijke besturen wel niet zoo snol in wezen zal zQu veranderd, m.a.w. do bezitters daarin nog heel lang da groote mesrderheid vormden, zal da gemeente dikwijls wel bij haar eigen vertegenwoordigers terecht h3bben moeten komen. Be uitspraak van Prof. Oppenheim zal in den ttjd, toen hij z(jn werk schreef, door de praktijk zijn inge geven, maar dit beteekent niet, dat da ontwikkeling van onze gemeente lijke bestuursinrichting zulk een praktijk ebg van noode he#ft. Behoudens uitzonderingen, zullan de Gemeenteraden in meerderheid niet meer bestaan uit menschen, die grond In bezit hebben, dat te avond of morgen aan de gemeente moet komen. Het bezit zelf is al lang geen voorwaarde meer voor do gemeente lijke bestuurstaak, zoodat voor de uitzonderingsgevallen de last, die een uitbreiding van Artikel 24 opleveren zou, de voord6elen wel waard is. Men vergete niot, dat juist in eon tijd, d&t de gemeenten zich van grond gaan voorzien, het Raadslidmaatschap van grondspeculanten niet zonder bedenking is. Is het b.v. niet te mal, dat de Raad van den Helder eenmaal ln geheime zitting een besluit moest nemen, waarvoor geheimhouding moest wor den opgelegd, óók tegenovor de afwe zige raadsleden? En toch was het bitter noodzakelijk, omdat bij die afwezigen eon raadslid grondspeculant waa, van wisn men vermoedde, dat hij b|] die zaak be trokken was. Het is immers onduldbaar, dat de Raad zich zou mouten ia acht nemon voor en zich wapenen togen zflu eigen ieden? Ea toch zal zich dit dan bier dan daar, in de eene plaats erger dan in da andere, en In verschillende vormen wellicht, meer kunnen voordoen. Stol nu daartegenover, dat Artikel 24 uitdrukkelijk elke IeveriDg door Raadsleden verbood. Ba eenige last, die hier dan uit voort zou kunnen vloeien, ia deze dat de gemeente noodzakelijk een stuk grond of ander onroerend goed sou moeten hebben, dat toevallig aan een harer Raadsleden toebehoorde, dan zou dit Raadslid, vóór bij de koop met de gemeente kon afsluiten, moeten aftreden. Als de bepaling alleen al niet veroorzaakt, dat grondbezitters, die in deze omstandigheden denken te komen, eenvoudig het baantje al niet acceptabel achten. Een nieuwe verkiesing ia dan noodig. Zeker. Waut wij achten dat lid daarna evenzeer weer als Raadslid geschikt als elk ander. Tenzij h(j de gemsente zou hebben afgezet of op andere wjjse zyn boekje te buiten ware gegaan. Ea hier gaat het om. Daarover kan de burgerij, kunnen de kiezers z\j haar smeekeude oogen op hem richtte. jD&t konét gy ook niet, lieve Enid," antwoordde hij snel. „Ik alleen ben te laken ik alleen want ik misleidde u allen omdat ik de werkelijke waarheid trachtte op te sporen, de waarheid, die wij nu hebben vastgesteld en welke ons allen van ontzetting heeft vervuld. Ik belijd alles," ging hij glimlachend voort „ik belijd mijn verdachte houding, mijn verdachte handelingen en woorden. Maar dat alles was op één vast doel gericht waarbij trouw werd geholpen door mijn vriend Stanyon Strange en zijn be diende, Mr. Friend, die thans de schuilplaats van dien Burch in het oog houdt. Maar nu zou ik oerst Mrs. Koarton daar willen vragen, haar eigen ervaringen in Parijs te vertellen, hoe zij word misleid, ver leid en op wreede wijze in een val gelokt en wat zij naderhand toe vallig afluisterde in de kamers van den gevangene in Fig Tree Courk Zich dan tot M&ud wendende, zeide bij: ,Wees als 't u belieft zoo goed huu alles te vertellen, opdat zij zullen begrijpen, hoe intens slecht de ma nier van werken van dat paar men schen was." Eerst aarzelde de goed gekleede vrouw met de ernstigs oogen, maar een oogenblik later begon zij, met de band op den rug van 6tn stoel om zich een steun te goven, duide lijk en eenvoudig het wre9de verhaal van listen en intriges te vertellen. „Ik dacht niet, dat wy zulke directe bewijzen zouden krijgen als wij thans bezitten," riep Roger Heronsgate uit. vMaar bet ia misschien beter, dat ik u mededeel, wat er werkelijk ln Ingezondon mededoeling. Telef. Interc. 49. Café- Reeta u ra n t. Wilhwlmlna biljart, luim» oili&ii ii hit uitrol dir tdi Speciale gelegenheid voor party». Vergaderzalen disponibel. Clarendou Road gebeurde op den avond van het drama, voor zoover ik dat zelf weet en bovendien ge holpen door het verhaal van den getuige Friend. Op dien avond om ongeveer zgven uur was ik thuiaen kleedde ik my om naar den schouw burg te gaan, toen de telefoon ging en Friend die de woning van zijn meester bewaakte sn naar een' na burige herberg was gegaan mij vertelde, dat Ingloby en Burch beiden waren aangekomen en zich door middel van een 7alschen sleutel toe gang hadden verschaft tot de woning. HU vroeg of ik bij hem kon komen en hem helpen het huis gade te slaan. Ik liet geen tyd verloren gaan en twintig minuten later ontmoette ik hem op do plok, die hij had aacge duid. Ban gingen wij naar een kleinen boekenwinkel, waar wy van af de deur een goed gezicht op het huis hadden zonder zslf te worden gezlsn en daar wachtten wij, daar Friend alles reeds van tavoren met den winkelier in orde had gemaakt. Wij waren er nog geen tien minuten, toen Avis Black wood voorbij kwam naar het bewuste huis ging, waarin zij, na te hebben aangescheld, door Burch werd toegelaten. Toen ging de deur weer dicht en wij wacht ten ongeduldig. Het scheen zonder ling, dat het rendezvous plaats vond in het huis van een vreemdeling, want ofschoon Avis Bl&ckwood een vriendin was van Stanyon Strange, was het tweetal hem totaal onbe kend." .Waarom gingt gij daar niet dade lijk naar binnen?" vroeg Shirland. .Omdat ik op dat oogenblik aan geen valsch spel dacht Ik was om den tuin geleid, dat geef ik toe. Maar zelf dan rechten, door hem niet te herkiezen. Het beste correctiemiddel, dat wij nu alleen in verzoekenden vorm op den delicquent konden toepassen. Naarmate het grondbezit verder in handen van de gemeenschap zelf komt, wordt het gevaar voor die tusachenttjdsche verkiezingen of go- richten, trouwens minder. In de lust, om als grondBpeculant Raadslid te fungeeren neemt natuur lijk eveneens af. Wij weten niet, of het eenig succes zou hebben, indien do Raad hot lid Spruit eenvoudig schorste, indien bij althans zelf uit de aangenomen motie de consiquoutie niet wil trek ken, maar al ware het slechts, om de noodzakelijkheid der wijziging van art. 24 aan te toonen, zou een dergelijke schorsing o.i. zijn nut habben. Want dat d;e wijziging noodig is, dat staat bij ons onherroepelijk vast. A. W. Miohkls. Helder, 2 Apiil 1918. oe WEEK. 2 April. Aan den vooravond van het Paasch- feest-1918 kwam de boozo jobstijding, dat de duur van de broodkaart in Nederland tot op veertien dagen is gebracht. Bij het groeta Distributie- debat, dat der 23en Maart eindigde mot het bloediloos .compromis", i^. wel zeer duidelijk door de Regeoiin». .onderstreept", hoè noode men tot vermindering van het broodrantsoen zou overgaan. Toch heeft ook hier het „heilige moeten" den doorslag gegeven, eerder dan eigenlijk iemand verwachtte. Da maatregel staat begrijpt men in nauw verband met den inhoud der Rsgoeringsver- klaring inzake het gracicu«e 3anbod van de geassocieerde Regeeringeo, die onze schepen inpikten, roofd ea onder betuiging van harte]ijk-warme vriendschap, om graan te laten halen. Inderdaad, 't zou onverantwoor delijk zijn om zonder wei heel buiten gewone en rotsvaste waarborgen thans nog schepen te zendon naar de Ver- eonigde Suur ji-, «r »t.rulkroovera- methoden op na houdt on den bravon Hollander gelijkstelt met het on- noozele vogeltje, dat zich laat ver schalken door het zoet gefluit V3n den vogelaarBan zouden wo toch wel verdiend hebben gescholden te worden voor „Jan Gaft", gelijk Michiel de Ruyter deed toen men aanstalten maakte om zich te doen aanleunen de Britsch6 aanmatiging in de dagen, toen het oorlogvoeren neg iets riddtriyks had en niet gelijk stond met slache- en moordwerk in 't groot. Met-dat-al, - de toekomst is zeer duister. Minister Poathuma maakt zich sterk, 't met de broodkaart van tweo weken door te rekken tot don volgenden oogst. De greote vraag is maar, hoe wij die maanden doorkomen, mst eene rantsoeneering van brood, van vleescb, van nog allerlei m9er, die speciaal aan de maag van den armen „kleinen man" ongehoord- zwara eiscbeu gaat stellen. Straks, na 9 April, als wanneer op het Haagsche Binnenhof wéér het leven ontwaakt is voor den „zwanen zang", die uiterlijk 20 Mei a.s. zal eindige», krijgen we o.a. de interpel latie-Beumer over het onderhoud van de krijgsgevangenen. Nederland isoet in milds gastvrijheid do vreemde gasten den mond openhouden en tot nu wordt vruchteloos gewacht op de schadeloosstelling in natura. welko men gehouden !s ons uit te koeren. Op deze wijze wordt het arme Patria inderdaad .taillable et corvóable k merci", en 't wordt tijd, dat men iu den vreemd* ontwaart, hoe zel& dn elasticiteit van het Hollacdsche jobs geduld haar grens heeft I De houding van onze Rsgeering tegenover de daden van brute wille keur, waaronder wij nu to lijden hebben, was flksch ea sympathiek. Bat de Gouv. Generaal vanlnBUluKte minister Loudon telograflsch van de Indische aanhankelijkheid verzekering ontving is begrijpelijk. Aan de kloeke t&al, de .vlammende' en andere protesten moet echter door daden kracht bijgezet. Dat is gsschicd door de jongste verklaring. Eu dit moge ook geschieden ten opzichto van de wijze, waarop wij onze contrac tueel verplichtingen mat betrekking tot de krijgsgevangenen, thans binnen onze grenzen vertoevend, nakomen. Op de jongste Paaschdagen heb ik weinig kunnen bespeuren van een malaise stemming, van ongerustheid, gewekt door de onver wach te inperking van het broodrantsoen. Op 31 Maart en op 1 April was 't lekker, zoel lentewésr. Nu en dan kwam een vaderlandach buitje ons even herin neren, dat 't .niet altijd zonneschijn" kan weze». Maar men troostte zich op de gemo#deiykste wijze. Be café's, de bioscopen, de theaters waren ei- en propvol. Ik beroep my volstrekt niet, gelijk het Kamerlid Ter Spill deed, op dit verschijnsel om te b3toogen dat het ontbering-lijden „nog zoo erg Diet is". Ook hier immers geldt ten volle 't ,ce qu'oa voit et o qu'oa ne voit pas"Er zijn velen, zeer velen, die niet meedoen aan de generale pretmakerij en thuis door zware zorgen gedrukt worden. Hot mobili satie wee ia voor velen heel wat schrijnender, sohrikkelijkor dan men zich wel voor 't komende najaar gelijk mr. Treub ia uitzicht stelde de oeconomische noodstand tot vermindering van de mobilisatie zou "jiJen, en dezo verandering zou 'overeen te brengen zijn met den eisch der landsverdediging't ware een zegen voor duizenden. Thans - terwijl de vreeseltjke menschen sl&ch ting van het westerfront in vollen gang is - kan men geenerlei voor spelling daarover wagen. Wèlhebik mij op dejongste Paasch dagen weer telkens verbaasd over het „leuk-gomoedelyke", het onver schillige, onaandoenlijke ('t rechte woord is er niet gemakkelijk voor te vindon I) van onzen volksaard. Kranten kwamen er bijna niet uit op Paschen. Maar men verspreidde 'e ochtends en 'a middags bulletins, uitvoerige, met 't jongste nieuws. Er liepen vrouwen en jongens mot pakken .allerjongste telegrammen", wio zich een oogenblik verbeeldt dat er door Jan Publiek naar .gegrepen" werd, h|j vergist zich schromelijk. Men wachte hoogstens tot buurman, die zich de waalde van zeo'n bulletin had veroorloofd, gereed was metz'n lectuur. Soms achtte men't niet eens de moeite van het opnemen of vau 't een bril of lorgnet uit foedraal, te voorrebiju halen waard IVoor de 1 April-moppen-ltlt, die „taal- grè-tout" toch even opbloeide, schoon over 't algemean vrij duf van geur was nog wel .animo". Maar de worsteling in Frankrijk natuurlijk is dit niet op ieder, zelfs niet op do overgroote meerderheid misschien, van toepassing, maar dat „eene zeer aanzienlijks en beduidende minder heid" zoo is: G|j kunt er zeker van zijn. Gaandeweg raakten we aan allerlei grootere en kleinere ellende gewoon. Iftt komt er stellig bij. De crimina liteits-rubriek van eiken dag wordt in een t|jd, waarin men allerlei gebo»fte op vrije vooten moet laten loopen wijl er in gesn gevaugenia meer een hoekje of gaatj# „vrij" bleef, voort durend grooter en da inhoud mear- afgrijselijk. De tijding dat er, te Amsterdam, een moDster zou zijn ontdekt in menachengedaante, dat zijn eigen kinderen ruet vergiftigde jam doodde voor een handvol gelddoze tijding, de .faits et gestes" van wijlen Leidscbe .goade Moe" in de schaduw stellond, w#kto slechts voorbij- ik dacht er «eon oogenblik aan, dat men werkelijk van zins was een moord te plegon. Toen evenwel een half uur later de beide mannen na elkander te voorschijn kwamen en ijlings in vsrschillende richtingen weg snelden, werd ik aangegrepen door de vrees, dat er Iets verschrik kelijks was geschied." „Eu wat deedt gtj toen?" vroeg Shirland vol belangstelling. „Hij ie een leugenaar een hel- sche leugensari" schreeuwde IngleUy. „Ik ben daar ni9t geweest. Ik kan bewijzen, dat Ik daar dien dag niet ben geweest." „Wel ik zal trachten mijn daden te beschrijven," antwoordde Roger. „Luistert - ik zal u alias vertellen." HOOFDSTUK XXXIII. Besluit De man met do ronde brilleglazen barstte los in een razende woede. Hij worstelde met zijn bewakers, beot hen, vlookte en schuimbekte als een wild dier. Laat mij gaangij helsche beesten I" gilde bij. „Ik wil geen leugens meer hooren. Die kerel, die Horon&gate heeft haar vermoord - hfl heeft haar eerst door een drank bedwelmd en baar toen een onderhuldsche inspui ting gegeven nicotinine - h8t vocht, dat geen spoor achterlaat mits men over de wonde «en weinig monthol wrijft. Niemand zelfs niet de scheikundige aan het Mi nisterie van Binnenlandache Zaken met al zijn proefnemingen en glazen retorta kon vaststellen, dat er vergift was toegediend. Het is een snel, bqna oogenblik kelijk werkend gaande belangstelling, een oppervlak- kigen rilling van afreauw... Zullen de komende Juli verkiezin gen, waar een gansch nieuw Lagerhuis uit most geboren worden, meer leven in de brouwerij brengen Zullen het A. K. en de E. V., in verbond mot Stemplicht, dosn aanschouwen, een Niderhnd, zJeh werkelijk en met warmte, met geestdrift icterease6- rend voor de vraag, wie na Juli 1918 den wagen van Siact zal besturen en op wolken wag die zal worden ge bracht.' Da programma's worden nu vaatgentcld. Minister Treub heeft in het eerste nummer van het officieel orgaau vau den Economischen Bond het karakter van dien Bond, ook in den pelitiekeu strijd, geteekend en bewaarheid, dat hy is de motor, de ziel, de drijfkracht van den E. B., welke straks in den verki&ziags-kamp wellicht een rol van groote beteekenis zal hebben to vervullen. Zeker is, dat Nederland in de naaste toekomst een „loods" van groote vastberadenheid en van r|jke, rijpe ervariug noodig heeft. Verschijnselen als bet blijvend aceiès der Rijksmid delen, als do sterk-teenemende Inlage ter R. P. B. (in Februari j.1. werd bijna acht ton meer ingelegd dan terugbetaald), - ze z|Jn ongetwijfeld verblijdend en bemoedigend. Maar 't blijven „vliegjes ln brouwketel", ver- geloken by wat by voortduring van de vohatkist wordt gevorderd. Wel zeer te hopen is, dat er tusscben do Regeering, die straks zal komen en de Vertegenwoordiging een krachtige, zesrsolldo band van ver trouwen en samenwerking zal ont- slaau. Want slechts ln het besef daar van zal „de loods" in de ernstige ernstige tyden, die komende zyn, kunneu vervullen de loodzware taak, hem dan toe te vertrouwen. Ma. AjfTONio. Ingezonden mededeellng. HELDER. DAMES-MANTEtCOSTUUMS, MANTELS, ROKKEN. UITSLUITEND NAAR MAAT. EIGEN ATELIERS. vergift en het last geen spoor achter." „O!" zeide Shirland met een era- stigen glimlach vau voldoening. „Eo hoe weet gy dit alles van dat won dervolle vocht en haar werking - hè?" De gearresteerde hijgde naar adem en werd blaek tot aau do lippon. „Ik wel, ik - ik ik beb orvan gehoord," wae zyn ongelukkig antwoord. „Een dokter heef: het my eens verteld." „En gö hebt het ons waar verteld," antwoordde zyn voormalige vriend. „Gy hebt ons thans verteld, hoé Avis Black woed om het leven w#rd gebracht. Ja, dat was een slimme streek, naar Avis een telegram te zenden alsof het van Stauyon Strange kwam en toen hebt gy haar door zulk eon handig middel gedood, ter- wyl gy bet liet voorkoman, al«of er ean diefstal was begaan en habt gij papieren verbrand, zoodat de politie totaal in de war was gebracht. Eu ik heb de zaak neg geheimzinniger doen worden door de vinger afdruk ken te verwyderen en dan my voor te doen als Stanyon Strange en de politie in te lichtoa. Eaid zoo besloten was jk cm dezen lafhartigen moordenaar in den val te lokken, dat ik alle grenzen overschreed door de verdenking op mtj te b.den. Dat ik als Stanyon Strange naar de politie giDg was, dat geef ik toe, eon zeer onverstandige zet 7an myn kant,'' ging b|j voort, „omdat ik al heel spoedig bsgreep, dat Ingleby jacht op m|j was begonnen te maken in- plaata van dat ik hem kon gade slaan. Ik-zag in, dat ik zeer dwaas had gehandeld, maar het was tesn, belaas, te laat. Eörat was ik van plan naar Di Duitscheri hervatten het effeniief. Da Fraaie!], berichten van Bon derdagavond zeggon, dat de slag met de uiterste heftigheid is hervat. Ver moedelijk hebben de Duitschei s in de pauze sedert het laatste offensief meer troepen kunnen aanvoeren dan de geallieerden, en zyn zy dus eerder ges eed gekomen den aanval te her vatten. Het gaat thans om Amiens, en ie voor en om die stad eon ge weldige strijd to wachten. Het gevolg zal wel weer zyn, dat ook deze mooie stad grootendeels zal worden ver woest. Hieronder volgen de telegrammen, die betrekking hebben op de gebeur tenissen van Donderdag. De latere telegrammen kan mon vinden in het tweede blad. Berlyn, 4 April. Officieel avond- bericht: Onze aanvallen bezuiden] de Somme voortzettend, hebban wy op nieuw succes gehad. Tor vergelding van de sinds eenige dagen aan den gang zijnde beschie ting door de Franschen van onze kwartieren te Laon hebben wy Reims onder vuur genomen. Parys, 4 April. Officieel middag- bericht: Vannacht is de geschutstr|id in de streek benoorden Montdidler zeer in hiftigheid toegenomen. Ten N.W. van Reims in Cham pagne en op den linkeroever van de Maas drongen Fiansche troepen op verscheiden punten in de vyandelljke loopgraven. Deze invallen openden bun de gelegenheid om een dertigtal gevangenen, benevens twee maehlna geweren mee terug to brengen. O eer vallen der tegenstanders be oosten Reims, in het bosch van Avocourt en benoorden Saint Dié zyn op niets uitgeloopen. Parys, 4 April. Officieel avond- berich:. In de streek benoorden Mont didler is de slag vanochtend met de uiterste heftigheid hervat. Op het oogenblik is hy nog aan den gang. Be slag woedt over een uitge strektheid van ongeveer 15 K.M. van Grivetues af tot benoorden den weg van Amiens naar R»ye. De Buitschers hebban ontzagiyke hst Vasteland te gaan, totdat de zaak was dood gebloed, maar bij verdei nadenkeD, basloot ik te bl(j ven en my in Engeland schuil te hou leu, zood&t ik, met do hulp vau Friend en Stanyon Strange, kon voortgaan met myn geheim onderzosk." „Maar waarom gaaft gy hen niet dadelijk by de politie aan vroeg Lady Enid, hem in do rede vallende. „Gy zaagt toch hot arme msisjs daar binncu gaan en bet tweetal er later uit komen." „Er bestonden hoegenaamd geen beweegredenen," antwoordde by dade HJk. „Ik wist toen niet, wat ik nu weet, and&ra had ik Scotland Yard wei dadelijk ingelicht. Maar wetende, wat onn gladde vogel deze opperste misdadiger is, besloot ik goen t.eoken te gevon voordat ik volledige be wijzen had." „Ach! wat is dit alles wreed 1 Ik heb al dlsn tyd geloofd, dat gy een moordenaar waart, Roger 1" riep het meisje. „Ach! gij kunt niet beseffen, wat een zwaar gewicht er thans vaD myn ziel is afgewenteld, liefste. „En zy glimlachte zeer gelukkig tegen hom." „Ja. Die helsche duivel daar heeft zser handig tegen my geïntrigeerd, denk ik," antwoordde Heronsgate. „En als men my had gearresteerd, zou ik heel veel mo»iUjkh«d«n te overwinnen hebben gehad, om myn onschuld te bewyzen. Maar lk wist, dat ik er niet in zou slagen hem te ontmaskeren, tenzy ik dat erop waagde." In een oogweDk slaagde Ingleby erin, zonder dat de beide detectives iets van zyn voornemen vermoedden, iets uit zyn vestzak in zyn mond te steken en hst door te slikken. strydkrachten ingezet en aldus dan vasten wil blootgelegd om het Fran- scho front, het koste wat het wil, te doorbreken. Tot dusver heeft mon door ge vangenen de aanwezigheid van elf Buitich8 divisies vastgesteld. Do Fransche troepen weerstonden onversaagd den stoot der aanvals- drommeu, die door het geschutvuur werden weggemaaid. Ondanks de tien maal herhaalde Inspanning konden de Buitschers slechts ten koste van bloedige offers over 6enige honderden meters veld winnen en de dorpen Maiüy Ralne- val 6n Morisel nemen, waarvan de Franschen de aangrenzende hoogten houden. Griveones, bizonder heftig aange vallen, is in handen der Fransche troepen gebleven, die na alle aan vallen te hebben gefnuikt, een krach- tigen tegenaanval deden en op dat punt vooruitgang maakten. Tusschen Montdidier en Lassigny drukke wisseling van geschutvuur. Londen, 4 April. (Officioel avond- bericht) Na een hevige gc-schutvoor- berelding hoeft de vyand hedenochtend op het geheele front tusschen de flomme en de Avre een krachtigen aanval ingezet. Op den rechtervleugel en in het centrum der Britscho linie werd de Buitsche infanterie terugge worpen, doch op den linkervleugel werden onze troepen onder het gewicht van den stormloop in de nabyheld van het dorp Hamel, op den Zuidciyken oever van de Somme, over korten afstand teruggeworpen. De stryd duurt in deze streek voort. Hedenmiddag vroeg deed de vyand eveneens een aanval op onze linie bewesten Albert en werd volkomen teruggeworpen. Gedurende delaatBte dagen heeft de üanadoo»«h« cavalerie brigade zich in den zwaren .stiyd bezuiden de Luce bizocder onder scheiden in verscheiden geslaagde ondernemingen te paard zoowel alz te voet. D« duikboot- in mljnoorlog. Berlyn, 4 April. (Officieel). In bet Westen der Middollandsche Zee heb ben onze duikbooten 7 stoomschepen en 18 zeilschepen, meteengezamec- Ifiken inhoud van ten minste 25.000 ton, ln den grond geboord. Do Engolscho tcheepibouw. Londen, 8 April. De admiraliteit maakt bekend, dat de tonnenmaat aan koopvaardyschepen, die san de werven in het Vereem'gd Koninkryk in de maand Maart 1918 voltooiden in dienst gesteld is, 161.674 ton be dragen heeft, wat een recordcyfer is. In het jaar, dat 31 Maart 1917 ein- digdo, zyn 612.226 ton gebouwd, togen 1.237.175 in het jaar, dat 31 Maart 1918 eindigde. Hot Duitsche hoofdkwartier. Be „Echo Beige" verneemt, dat het groote lultacho hoofdkwartier op het oogenblik te Spa ls gevestigd. De Keizer toeft er meestentyds en ook de kroonprins houdt er met een tal- ryken staf verbiyf. Het ls daarem zeer meeiiyk geworden om de stad in of uit te gaan. Eon militaire kapel speelt dageiyks op de place Royale, en betCarinois uitsluitend voor de opperofflcloren der verschillende staven toegankeiyk. Op de wielerbaan aan dun weg van Géronstère ls een vliegpark iDgericht. De Keizer bewoont het kasteel van Spa, terwyl Hindenburg en Luden- dor ff in het hètel Britannique ver blijven. Alle overige groote hótels zyn door stafofficieren betrokken. Do Keizer onderneemt vaak autotochten in de omstreken van Spa. „Kykl Gauw!" schreeuwde Shir land. „Bij heeft iets ingenomen/" Oogenblikkelyk was alles in rep en roer en belde Glbbs per telefoon den dichtst bU wonenden dokter op. Maar nog terwyl dezo hiermede bezig was, word bet gelaat van Ingleby al bleeker en bleeker en veranderde het geheel. Het tooneel, dat zich daar voor deed, was verschrikkeiyk. Be ongelukkige moordenaar spande zich in om nog eenige uitdagende woorden uit te brengen, maar hy kon niet. Hy worstelde hevig, rilde en dan werden zyn kaken langzaam stijf, zyn mond ging open staan, zyn groote oogen achter de rondo brille glazen werden strak en zonder een geluid te uiten, zuchtte hy plotseling dlop en zonk bewegingloos ineen in de handon zyner bewakers dood I Om die reden en wy! Edgar Burch aan Italië werd uitgeleverd wegens een vrosgere beschuldiging van een moord met voorbedachten rade, be dreven te PegU by Genua, werd er in de couranten geou verder gewag gemaakt van de zaak van Ciarendon Road. Maar twee maanden later trouwde Lady Enid Haliiford met Roger Heronsgate in de aardige, mot klimop begroeide dorpskerk van Barton op het landgoed van Wy ven hoe en zjj leven nu gelukkig en in zeer ge zegende omstandigheden, terwyl hun bestaan niet langer wordt vordulsterd door „D« dubbele Schaduw". A

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1918 | | pagina 1