HELDERSCHECOURANT
ff 2.9
DE FINANTIEELE NOOD DER GEMEENTEN.
HEERENSTOFFEN.
COSTUMES NAAR MAAT
GRUNWALD,
No. 5028
DINSDAS 10 DECEMBER 1918
JAARGANG
U ftg ewriftM
7000
Ata
In de »t»d ff 1.10, per poat f 1.96,
Los»© ex. 8 cent
Adwrt©«ttê© por regel 15 eeot.
Ten bewijze, hoe niet alleen de
groote steden, maar niet 't minst de
middelgroots gemeenten gedupeerd
worden door de gebrekkige verhouding
der Rijks- en öemeentefinanciön kan
als afschrikwekkend voorbeeld de
Gemeente Helder dienen.
Eén der oorzaken is daar vooral,
dat, hoewel de gemeente uitgaven
heeft, als elke plaats van dien omvang,
haar belasting-terrein zoo uiterst
beperkt is.
Was b.v. in den Haag in 1916 het aan
tal aanslagen in de plaatselijke inkom
stenbelasting boven een zuiver inko
men van f 10.000. 61 van alle aan
slagen, in den Helder was dit slechts
3 (Zie voorwoord begrooting.)
De Ryksuitkeerlng naar de wet
van 1897 is absoluut onvoldoende en
houdt in gemeenten, die langzaam in
bevolking stijgen (de uitkeering wordt
per hoofd bepaald) maar wier uit
gaven natuurlijk even hard omhoog
gaan als elders, geen verband meer
met een der factoren, die bij de tot
standkoming dier Wet golden, n.1. de
diensten der Gemeenten als Rijksor
gaan en als behartigster van belangen,
die ver over de Gemeentegrenzen
heen reiken.
We hebben uit de Begrootingen
der Gemeente enkele cijfers geput,
om dit aan te toonen.
Daartoe hebben we uit die begroo
tingen zuiver genomen de posten, die
een werkelijke ontvangst of uitgaaf
bedoelden, dus geen posten als kasgeld-
leeningen e.d. die bij ontvangst en
uitgaaf voorkomen.
De uitgaven aan Onderwijs en
Armenzorg zijn netto genomen, d.w.z.
na aftrek der schoolgelden subsidiën,
rijksuitkeeringen en vergoedingen
door derden.
Bij de onderwijs-uitgaven is een
bedrag aan rente en aflossing voor
scholenbouw geteld, terwijl deze
laatste post zelf daarmee en met die
der bedrijven is verminderd.
Bij de ontvangsten is dus alles
weggelaten, wat reeds uit dien hoofde
in mindering der uitgaven is gebracht.
Zoo verkrijgt men een juist beeld
van de baten en lasten, die op 'fc
gemeentebudget drukken. Als jaren,
die we vergeleken namen wij 1906,
1910, 1914 en 1919. We vonden dan
de volgende bedragen als ontvangsten
Hiervan
Jaar.
Totale
ont
vangsten
Hiervan
eigen
belasting
In
v. d.
ontv,
Uit
keering
bedrijven
Ryks-
uitk.Wet
1897
°/o
Rest der
ont
vangsten
1906
f 256.927
f 138.432
f 45.656
18
f 36.400
14
f 36.539
15
1910
303.843
152.350
50
62.479
22
,'40.500
13
48.514
15
1914
335.290
168.316
50
95.892
29
39.650
12
31.432
9
1919
483.590
375.000
79*
18.948
Si
46.766
9i
44.886
7*
Wij zijn hier dus onder den invloed
van den oorlog, maar ook, omdat
met de bedrijven een betere politiek'
is gevolgd (den Helder behoorde tot de'
Gemeenten, die de flnancieele nood het
ergst heeft bedekt door ongeoorloofde
roof op de bedrijven) iB het zoover
gekomen, dat de eigen belastingen tot
de hoofdbron van 't inkomen zijn ge
promoveerd en de betéekeais der
bedrijfsuitkeeringen tot nul is gere
duceerd.
Maar ook de beteekenis der Rijks-
uitkeering wordt gaandeweg minder.
Er is een voortdurende daling in,
zoodat ze geen verband meer heeft
met de totale ontvangsten.
Nog minder is dit echter het geval,
wanneer men de uitgaven ziet, die
de Gemeente in die jaren achtereen
volgens met boven aangehaalde mid
delen moest bestrijden.
Hoofdstuk
Begrooting
Jaren
1906
1910 1914 1919
Kosten van bestuur
f 20.670
f 25.25o|f 30.495|f 67.387
Invordering belastingen
11.766
14.116 19.051 L 32.987
Publieke werken
23.415
82.29QL 35.570, 61.374
Politie
34.500
87.760 42.219 15.080
Openb. Gezondh.zorg (incl. reiniging)
14.644
14.409 16.129 31.462
Onderwys
53.880
72.740 75.825, 170.000
Armwezen
54.704
62.580 61.276 118.052
Rente en Aflossingen
24.987
24.000, 21.500 9.6301)
Pensioenwezen enz
4.500
5.552 11.660 39.558
Andere uitgaven
11.616
8.870, 14.179, 1.792
Onvoorzien
1.940
3.812, 4.779 9.269
Totaal
f 256.632
f 301.379 f 382.582 f 592.691»)
i) Door instelling grondbedrijf en invoering commercieel beheer der
reiniging, drukt deze post ineens zooveel minder rechtstreeks op de
begrooting.
s) Op begreottng 1919 is f 110.000 tekort geraamd, te dekken uit «en
eventueele extra uitkeering van het Rijk uit de oorlogswinstbelasting.
In dit staatje is niet van't grootste
belang de geweldige stijging der uit
gaven tljdems de oorlogsjaren. Belang
rijker is het percentage, dat drie
voorname posten in die jaren van de
totale uitgaven vertegenwoordigen;
dat zijn Onderwas, Politie en Armen
zorg.
Deze drie alleen bedragen
1906 f 148,084 66 aller uitgaven.
1910 f 178,080 57
1914 f 179,319 54°/,
1916 f 338,132 67
Yoor het onderwas alleen waren
die percentages respectievelijk 21,
24, 24 en 80.
Het volgende staatje geeft een overzicht van de Onderwijskosten,
verdeeld naar de dekkingsmiddelen
Gemeente
Schoolgeld
Rijk en Prov.
Totaal
1906
f 63.1
21.400
65.866
f 180.645
100
1910
f 72.740
19.050
65.940
f 157.730
100
1914
f 75.1
19.850
71.646
f 167.320
100
1918
f 170.000
29.900
107.640
307.540
100
Ten duidelijkste blijkt hieruit, hoe
in den oorlogstijd het Rijk achteraan
komt met 't betalen van zijn recht
matig deel in een zóó algemeene zaak
als 't onderwijs. Zijn aandeel daalde
in de oorlogsjaren met 8 eQ waar
het schoolgeld, hetgeen normaal is,
een steeds geringer percentage ver
tegenwoordigt, stijgt de last voor de
gemeente bovenmatig.
Indien we ten slotte'nog zien welk
percentage de Rijksuitkeering volgens
de Wet van 1897 van de drie Uit-
gaafsposten, Onderwijs, Politie en
Armenzorg uitmaakt, dan moet ieder
teegeven, dat deze bijdrage absoluut
geen verband meer houdt met de
nieuwe toestanden. We vinden dan
1906 f 36.400 van f 143.084 of 25*%
1910 40.500 ,173.080 23*%
1914 39.650 ,179.319 22
1919,46.756 ,338.112 13*%
Naast een dalende vergoeding van
het Rijk voor diensten, die des Rijks
zijn, staat een onmiskenbare stijging
der uitgaven juist voor die diensten.
En men Yergete niet, dat den Helder
nog maar betrekkelijk weinig op dit
gebied praesteert. Het onderwijs
schreeuwt eenvoudig om hervor
ming, f rmenzorg begint pas wat
uit de kluiten te schieten, terwijl het
bedrag aan politie voor een gemeente
als den Helder vergeP'ienderwljze
belachelijk laag ls. Her /rmingen zijn
en worden dan ook in zulke plaatsen
belet en opgehouden, omdat ze een
voudig niet zijn te betalen. Met de
f 300,000 Inkomstenbelasting en
f 75,0®0 andere belastingen (de op
centen worden tot 't maximum
geheven), ls de uiterste grens der
draagkracht bereikt.
En de tijden, die den Helder
voorshands tegemoet gaat, wijzen eer
op vermindering dan verheoging dier
draagkracht, zonder dat aan de stijging
der uitgaven een eind kan en mag
komen.
Nieuwe belasting-objecten heeft een
dergelijke gemeente niet, zoodat alleen
een betere Rijksbijdrage hier kan
helpen. Daartoe wilde deze penne-
vrucht nog een pleidooi zijn.
A. W. Micusls.
Da wapenstilstand en vrades-
ondarnandelingan.
Varlinglng van daa wapenatilatand.
Het Pransche opperbevel heeft het
Duitsche opperbevel om de aanwijzing
van gevolmachtigden ter verlenging
van den wapenstilstand verzocht. De
samenkomst zou 12 of 13 December
's morgens te Trier plaats hebben.
Het „Tageblatt" verneemt, dat de
regeeringen der Entente sedert vier
weken, dus sedert het begin der
revolutie elk rechtstreeksch diploma
tiek verkeer met de ryksregeeringof
die der afzonderlijke staten van
Duitschland hebben vermeden. Ook
is te Berlijn geen mededeeling ge
daan, dat de Entente de Duitsche
scheepvaart in de Oostzee niet meer
zal toelaten, waarvan men de
Deensche regeering wèl op de hoogte
heeft gebracht.
Hieruit zou men kunnen opmaken,
dat de Entente het tegenwoordige
rijksbestuur niet geschikt acht voor
het voeren van onderhandelingen.
Oo uitleierlsg dar locomotieven.
De „Lok. Anz." schrijft: Inzake de
door Foch geöischte groote locomo
tieven vernemen wij te bevoegder
plaatse, dat de in reparatie zijnde
machines van 19 tot 27 Nov. met
een aantal van 300 zijn toegenomen.
In totaal waren of zijn echter 35
van al onze locomotieven, de reeds
uitgeleverde inbegrepen, in reparatie.
Het schijnt, dat deze cijfers ook op
Foch indruk hebben gemaakt, zoodat
hij het Duitsche tegenvoorstel tot
uitstel der levering tot 1 Februari
heeft aangenomen.
Da «orlogs- ai handalsvloot van
Duitschland.
Over het verloop der wapenstil-
slandsonderhandelingen betreffende
de zee-aangelegenheden en de ten
uitvoerlegging verneemt het W. B.
van bevoegde zyde
De commissie van admiraal Brow
ning gaat dezer dagen naar Ham
burg om de zich in Duitsche handen
bevindende handelsschepen van de
Entente te inspecteeren. De Engelsche
commissie bestaat uit zes leden. De
geallieerden eischen niet alleen terug
gave van alle in Duitschland ge-
interneerde schepen, maar oek uit
levering van alle schepen, die door
het prijsgerecht wettelijk verbeurd
verklaard zijn.
Volgens do bepalingen van het vol
kenrecht zijn deze schepen Duitsahe
schepen. Derhalve is tegen den eisch
van uitleveren geprotesteerd. Admi
raal Browning heeft echter de bespre
king van elko rechtsvraag afgewezen
hij verlangt slechts tenuitvoerlegging
van zyn eisch. De uitlevering van
de vijandelijke handelsschepen moet
voor Engeland en Belgiö in de Tyne,
voor Frankrijk in de haven van Duin
kerken plaats hebben. De schepen
moeten voorzien zyn van proviand
en kolen; schépen, welke niet op
eigen kracht kunnen varen en zeil
schepen, moeten door Duitsche sleep-
booten worden overgebracht. Van
Duitsche zijde zal moeten worden
gezorgd voor don terugkeer der
equipages.
Opmerkelijk is, dat do Entente on
voorwaardelijk eischt, dat, zoodra de
woningtoestanden aan land dat ver
oorloven, alle oorlogschepen geheel
buiten dienst moeten gesteld worden
en de equipages aan land moeten
worden gehuisvest.
Een geheel nieuwe eisch van de
Entente is die betreffende de afgifte
van volgens de nieuwste gegevens
opgemaakte lijsten van alle afge
werkte, en in aanbouw zijnde oorlog
schepen. Ook moet een verklaring
worden afgegeven, dat sinds het
afsluiten van het wapenstilstands
verdrag geen Duitsche handelssche
pen onder eenige neutrale vlag naar
elders zyn overgebracht. De inspectie
van de werven te Friedrichshafen
met de daar liggende luchtstrijd
krachten wordt verlaad.
Deze eischen gaan verre de bepa
lingen van het wapenstilstandsver-
drag te buiten.
Polin slicht bsk deal dar Ooitan-
rljksche vloot.
Rome, 7 Dec. De vertegenwoordiger
van de Poolsche regeering zond aan
generaal Cagni met verzoek om door
zending aan do overige geallieerden
een nota, waarin gezegd wordt, dat
het Poolsche volk aan de kosten van
den bouw en het onderhoud van de
Oostenrijksch-Hongaarschevlootheeft
meegewerkt en dus in geval van
liquideering recht meent te hebben
op een overeenkomstig deel.
De oorlogavargoBding.
De „Dailly Mail" schrijft: Naar
verluidt zal Lloyd George vandaag
mededeelen dat de vergoeding in geld,
welke Engeland en de Dominions
van Duitschland zullen eischen, 8000
miliioen pond sterling bedraagt.
BUITENLAND
Bloeriige betooglngan te
Berlijn.
Te Berlijn hadden Zaterdag, naar wij
reeds in een gedeelte onzer vorige op
laag mededeelden, bloedige botsingen
plaats met de leiders der Spartacus-
groep en de soldaten. Al dagen
heerschte de grootste spanning, en
werd overal gefluisterd over een op
handen zljnden zet der volgers van
Liebknecht. En toen nu een aantal
soldaten van het front terugkwamen,
oordeelden dezen het noodig de
Spartacusgroep aldus worden
Liebknechts volgelingen genoemd
die de orde verstoorde, te doen ver
dwijnen. Er kwam bij dat overal
in de stad biljetten waren aangeplakt,
waarop werd aangemaand Liebknecht
dood te slaan. De soldaten onder
steunden Ebert omdat zij In hem
Ingezonden mededeling.
Zuivar wollen Engeltcht
Spscials aanbieding voor militairen, die
zich burgerkleding aanschaffen willen.
Hat voordoeligste adres.
van af 35 galden.
Prima coupe en afwerking.
KEIZERSTRAAT 108*
(«nrraadmagszljn bovanwinkal).
den sterken kraohtmensch zien, die
het vaderland er bovenop kan helpen.
Zy kennen hem als verstandig man,
en wilden beproeven, door hem tot
president der republiek uit te roepen,
hem te bevrijden van den verwar-
renden invloed van den Uitvoerenden
Raad. De soldaten hebben evenwel
den toestand onderschat, en het
gevolg is geweest, dat de aanslag
mislukte wegens het dilettantisme,
waarmee hij werd uitgevoerd.
De gebeurtenissen hadden als volgt
plaats
Nadat in de Spartacusvergadering
een motie tegen de huidige regeering,
tot afdanking van het leger alsmede
het op de been brengen van een roode
garde aangenomen was, verscheen
in de Germania-zalen een vertegen
woordiger der deserteurs. Opgewonden
sprong hij op het podium en riep hij
tot de onthutst toeluisterende menigte:
kameraden, om( uur ia de .Uit- j
voerende Raad gevangen genomen.
Officieren der reactie hebben onze
commissie gepakt. Ebert is tot presi
dent (van de Duitsche republiek. Red.)
uitgeroepen. Als u nu de zaal verlaat,
zult u verbouwereerd staan. Soldaten
met de bajonet op het geweer houden
do straten bezet.
Op deze woorden brak een onbe
schrijflijk kabaal los. Plotseling slin
gerde een der aanwezigen zich op het
tooneel en riep boven het geraas
uit: kameraden, laten we den Uit
voerenden Raad wreken. Laten we
de „rijks-kanselarij-kast" bestormen
Ebert aan de eerste de beste
lantaarn ophangen. Volg mij.
Nog vóór de stoet zich'nu op straat
had opgesteld, zetten reeksen sol
daten met de bajonet op het geweer
de Invaliedenstraat naar beide kanten
en de Chausseestraat naar het Zuiden
af. Door roode-vlaggedragers vooraf
gegaan, naderde de stoet den hoek
der Iuvaliedenstraat. Daar schalde
het soldatenbevelrechts richt u.
Tegelijk werd den betoogers „terug"
toegeroepen. Daar ze voor deze som
matie doof bleven, liet men den stoet
tot aan den hoek der Invaliedenstraai
naderen. Hier werd hij met gevelde
bajonet naar den Westkant der
Invaliedenstraat gedreven, wat zonder
bloedvergieten in zijn werk ging. Men
geloofde al aa* een vreedzamen
afloop der demonstratie, toen plotse
ling bericht kwam, dat de stoet
terugkeerde en wel van den Zuidkant
der Chausseestraat af.
Aanstonds werd bevolen, ruimbaan
te maken, waarbij allen een.goed
heenkomen zochten. Teen dan de kop
van den stoet onder hoerageroep op
Liebknecht den heek van de Invalie
denstraat naderde, werd den deel
nemers wederom een „terug" toege
roepen. Daar ook dit vruchteloos bleef,
ratelde machinegeweervuur, door ge
weervuur ondersteund, los. Anderhalf
tot twee minuten maar duurde het
vuren. Onder doordringend hulpge
roep en geschreeuw stoof alles uit
een wegens het geheel de straat be
strijkende vuur, wie nog niet op den
grond lag probeerde zich in veilig
heid te brengen. In dolzinnige haast
schoof en drong de een den ander
opzij. De eene sleepte in zijn val den
ander mee op den grond. Tal van
burgers, die in hun radeloosheid niet
wisten .wat te doen, werden door de
met het vuur vertrouwde soldaten
mee neergetrokken en -gehouden. Zoo
wat twintig menschen stortten zich
in blinden angst door het groote uit
stalraam van het warenhuis Fabisch.
De wonden niet tellend, welke de
vluchtelingen opliepen, drongen allen
achter de beschermende muren. Een
tramrijtuig waarvan de bestuurder,
van den prins geen kwaad wetend,
tot daar was gereden, raakte eveneens
in het vuur. Schreeuwend en luidkeels
om hulp roepend, stormden de inzit
tenden, de een den ander omtrekkend,
naar buiten. Wat kon loopen, redde
zich in de dichtst bij zijnde huizen.
Een verhuiswagen, die het tramrijtuig
trachtte voorbij te rijden, raakte ook
al in het machinegeweervuur. Het
paard werd door ettelijke kogels ge
troffen, terwijl de koetsier er met een
lichte heofdwond afkwam. In alle
huizen hadden de bewoners het licht
gedoofd en angstig de achterkamers
opgezocht.
Toen de soldaten met vuren waren
opgehouden, bleef het een of twee
seconden bijna volkomen stil. Be
schroomd waagden de eersten zich
toen buiten de deur en namen het
tooneel van den strijd op. Vlak vóór
de Invaliedenstraat vóór den ingang
van het bovengenoemde warenhuis
lagen zoo wat 20 menschen luid
zuchtend en om hulp roepend dwars
over elkaar. Wat verder naar achte
ren lagen vijf menschen, o.w. een
Yreuw, op het trottoir. Groote bloed
plassen lagen op de steenen. Een deel
der seldaten gordde zich op last der
aanvoering terstond aan om de ge
wonden te bergen. Vele gekwetsten
hadden zich met hun laatste krachten
naar de naast bij z(jnae portalen ge
sleept, waar ze ineenzonken. In de
eerste minuten der verwarring kon
niemand zich om de beklagenswaar-
digen bekreunen. Pas toen de ge
weren waren verstomd trachtte men
hun lot te lenigen. Men droeg de ten
deele licht gewonden in particuliere
huizen en daar er bij toeval in de buurt
verscheiden geneesheeren waren,
konden de gewonden geholpen wor
den. Men haalde de dooden weg en
beurde de gekwetsten op in allerijl
ontboden wagens om hen in de dicht
by zijnde apotheken aan de afdeeling
van H. B. O. en in het Virchow-
ziekenhuis ter geneeskundige verzor
ging af te dragon.
Even na vijven Meldden zich eenige
matrozen en soldaten in het rijks
kanseliergebouw en deelden den niets
vermoedenden Ebert mede, dat zij
hem tot president der Duitsche repu
bliek hadden uitgeroepen. Ebert hield
daarna een redevoering, doch toen
hem op den man af gevraagd werd
of hy het hem aangeboden president
schap aanvaardde, antwoordde hij
slechts voorwaardelijk. De soldaten
trokken na het antwoord van Ebert
ordelik af.
Men is in Berlijn zeer zenuwachtig
wegens het gebeurde en verwachtte
voor Zondag nieuwe onlusten. Toch
schijnt het aantal aanhangers van
Liebknecht niet zoo groot te zijn als
men meende. By de onlusten heeft
men tot nu toe-elf dooden geteld;
er zijn er echter meer, en het aantal
ernstig gewonden is meer dan 40.
Over de inhechtenisneming van den
Uitvoerenden Raad wordt het volgen
de gemeld: Kleine groepen seldaten,
matrozen en burgers begaven zich
naar het Huie van Afgevaardigden,
waar de Uitveerende Raad zitting
houdt en verklaarden dien Raad voor
gevangen. De volksgevolmachtigde
Barth wilde een schriftelijk bevel tot
inhechtenisneming zien, doch dit kon
niet worden getoond. De leden van
den Uitvoerenden Raad weigerden
hierop zich in hechtenis te laten
ïemen ei bleveu, door soldaten be
waakt, in het Huie van Afgevaardig
den achter, terwijl men nieuwe in
structies ging halen. Het bleek echter
aanstonds, dat Bbert geen bevel tet
inhechtenisneming had gegeven, en
Haase zeide, dat het sen verzinsel
met bepaalde bedoeling was.
Een mlllloensn-varduistarlng.
Een bediende van de bank Bleich-
röder Bericke te Berlijn, is wegens
verduistering van ongeveer vijf
miliioen mark gearresteerd. HU gaf
het geld aan den zoon van den
vroegeren houder van een ren-stal,
Stempel. De bank heeft een schade
post van twee miliioen te dekken.
BIHNWLAND.
China en Nederland.
Zijne Excellentie Tang-Tsai-Fou,
gezant van China, te 's-Gravenhage,
heeft een der medewerkers van de
Telegraaf" een onderhoud toegestaan
In beginsel wijs ik alle interviews
van de hand", waren de weinig
bemoedigende woorden, waarmede de
gezant den vertegenwoordiger ont
ving, „maar ik ben bereid voor uw
blad een uitzondering te maken, mits
u zekere bescheidenheid in uwe vragen
betracht."
In de eerste plaats of het juist was,
dat de Chineesche regeering een nota
aan de Nederlandsche had doen toe
komen, waarin de onmiddellijke
terugroeping van den gezant te
Peking, jhr. mr. F. Beelaerts van
Blokland, werd gevraagd.
Zyne Excellentie verzekerde, dat
geen enkele nota was overhandigd,
maar by bevestigde, dat kleine
moeilijkheden waren gerezen, welke
haar invloed doen gelden op de positie
van den Nederlandschen gezant, die
de behartiging van de Duitsche be
langen, 'welke hem zijn toevertrouwd,
niet opvatte naar het genoegen van
de Chineesche regeering. En de gezant
voegde er aan toe: „Zeg aan de
lezers van uw blad, dat de betrek
kingen tusschen China en Nederland
steeds uitstekend zullen blijven. Ik
kan geen enkel misverstand en nog
veel minder een conflict tusschen de
beide regeeringen zien. Bovendien
bestaat er tusschen beide landen een
tractaat tot verplichte arbitrage voor
geschillen van allerlei aard, welke
men niet langs diplomatieben weg
zou kunnen bijleggen. Ik heb zelfde
onderhandelingen over dit tractaat
met de Nederlandsche regeering ge
voerd en het draagt ook mijne onder-
teekening. Welnu, men zou het zich
ten nutte kunnen maken, indien zich
een geval in de practijk voordeed,
maar zulk een geval doet zich nog
niet voor. Dat is wel het beste bewijs,
dat de geest van goede verstand
houding nimmer heeft opgehouden
te domiueeren over de betrekkingen
tusschen de beide landen. Dat is het
wat ik u kan bevestigen."
Vervolgens werd gevraagd naar den
aard der moeilijkheden, die zich te
Peking met den Nederlandschen
gezant hadden voorgedaan.
„Ik weet van dat alles," antwoordde
de gezant, „slechts wat in de
offlcieele communiqué'» is gepubli
ceerd, en dit weet gij ook. Ik kan u
bovendien verzekeren, dat de Neder
landsche belangen niet In het spel
zijn. In édn woordde moeilijkheden,
die aich voordoen, zijn gemakkelijk
te overwinnen en zij zullen in geen
enkel opzicht de goede betrekkingen,
die tot het welzijn van beide landen
bestaan, kunnen schaden. Die betrek
kingen kunnen slechts verder in de
gewenschte richting uitgebreid wor
den door bet blijvend voltrouwen en
onze wederzljdsche pogingen."
De Chineesche gezant droeg geen
kennis van een conflict tusschen Siam
en den daar geaccrediteerden Neder
landschen gezant.
Ten slotte vroeg de vertegenwoor
diger nog naar het resultaat van het
onderhoud, dat Z.E. Zaterdag met
minister Van Karnebeek heeft gehad,
maar de gezant weigerde zich over
deze conferentie uit te laten. Hij
zeide slechts„Alles gaat goed.
Ik ben zeer tevreden en wij waren
het volkomen eens."
Nadarlind en BalgiS.
Naar aanleiding van de buiten-
landsche perscampagne tegen Neder
land heeft de „Telegraaf' zich Zondag
tot den Belgischen gezant, baron
Fallon, gewend, om zijn meening
over de verhouding tusschen Neder
land en Belgiö te mogen vernemen.
De gezant verklaarde: „Ik kan u
verzekeren, dat de betrekkingen
tusschen onze heidelanden evengoed
zyn als voorheen. De Belgische re
geering is met de beste voornemens
bezield om de goede verstandhouding
en da banden van vriendschap, dia
tusschen ons en Nederland bestaan,
te handhaven en nauwer aan te
halen."
De gezant bevestigde echter, dat
de houding der Nederlandsche regee-
riDg in zake den doortocht over
Limburg op België en zijn geallieerden
een slechten indruk had gemaakt.
Baron Fallon sprak zijn vertrouwen
uit, dat de economische betrekkingen
tusschen Nederland en België na het
sluiten van den vrede zich krachtig
zouden ontwikkelen.
Betreffende de motie van de „Cercle
Maritime" te Brussel, waarin annex-
tionistische wensch6n werden gefor
muleerd, verklaarde de gezant,hiervan
geen andere kennis te dragen, dan
uit de dagbladen. Deze „cercle", die
niet hel minste officieel karakter
draagt, was den gezant onbekend.
Naar uit Rrussel gemeld wordt
zullen heden de regeering en het
parlement de heeren Villalobar, ge
zant van Spanje, Brand Whitlock,
gezant van Amerika en Van Vollen
hoven, gezant van Nederland, doer
het parlement worden ontvangen,
om uiting te geven aan de dankbaar
heid voor de diensten, welke deze
diplomaten tijdens deD eorlog aan de
burgerlijke bevolking hebben bewezen.
De bijeenkomst zal in het parlement
plaats hebben.
In de „N. Rott. Ct." schrijft Emiel
Hullebroek o. m.:
Ik kan mij niet weerhouden »ljn
grondigen afkeer uit te spreken over
de schaamtelooze drijverijen van
eenige frankiljonscheBelgische bladen,
tegenover uw land. "Waarlijk, men
zou zich moeten beginnen te schamen
Belg te zijnIk wil hier echter in 't
midden brengen, dat het Vlaamsche
volk aan die drijveryen niet meedoet
en dat het zich ten kraohtigste zal
verzetten tegen elke poging om
Nederlandsch grondgebied in te
palmen.
De Vlaamsche bladen protesteeren
thans reeds tegen dezen schandelijken
aanslag. Ik ben zeker dat al de bladen
van het Vlaamsche land zich zoo
formeel zullen uitspreken als hot
„Laatste Nieuws" van Julius Heste.
Dat intusschen ook andere bladen als
„Indépendance" en „Bruxelles-
Dep6che" meor bezadigde stukken
drukken, stemt my dankbaar en laat
ml) verhopen dat de overmoed van
den overwinningsroes ook bij de
andere bladen «al bedaren.
Laten de Belgen gezamenlijk
werken om de sympathie te behouden,
die zij thans de gansche wereld door
hebben verworven.
Ingezonden mededeeling.
Harman Nypels,
Telef. Intere. 148, Spoorstraat 41.
Hsarfn Ondergoederen,
Kalf- en haal wal.
Overhemden. - Handschoenen.
Billijke prijzen.
al door te trachten de geallieerden
te bewegen hun wapenstilstands
voorwaarden ten gunste van Duitsch
land te verzachten. Des te pijnlijker
zal dus het ontwaken voor Nederland
worden, wanneer de rekening met
de geallieerden moet worden afge
sloten.
Oa gewezen Buitsche keizer.
Een draadloos telegram van Lyon
meldt:
De Duitsche regeering heeft zoo
juist besloten, zich niet te verzetten
tegen een mogelyken eisch van de
zijde der enteDte, dat de gewezen
keizer en kroonprins gedaagd zullen
worden voor een internationaal hoog
gerechtshof om zieh te verantwoorden
op tegen hen ingebrachte beschul
digingen.
De Duitsche regeering heeft de«e,
hare, zienswijze reeds aan de Neder
landsche regeering meegedeeld.
In de „Times" schrijft F. C. Mon-
tagne een woord van protest tegen
de streeming, di© Wilhelm II voor
het gerecht wil brengen. Hij zegt
o.m.Gy kunt Duitschland niet ver
nietigen; gy kunt den Buitschers
niet beletten een groote en machtige
natie te blijven; gy kunt niet ver
hinderen, dat vele, misschien de
meeste, Duitschers monarchale ge
voelens koesterengij kunt de Buit
schers niet dwingen evenals gij over
de verantwoordelijkheid voor den
oorlog te denken.
Maar wel kimt gy de Duitschers
helpen hun gelederen te «luiten; gij
kunt de krzcht van de monarchale
gevoelens tienvoudig versterkengy
kunt een stralenkrans brengen om
het gevallen huis Hohenzollerngy
kunt een martelaar en een legende
maken, waardoor gy de* hartstocht
naar wraak, dien de Duitschers,
evenals elk overwonnen volk, waar-
schynlflk koesteren, verdiept en on-
uitbluschbaar maakt."
Het eindoordeel moet, betoogt
Montagne verder, aan de geschiede
nis blijven. Een particuliere misdaad
is gewoonlijk het werk van een in
dividu. Het openbare onrecht wordt
met een ontzaglijke menigte helpers
bedreven. Als dus Wilhelm II een
moordenaar ls, is elk lid van het
Duitsche parlement, dat voor de
oorlogscredieten gestemd heeft, een
medeplichtige. Er kan geen geschikt
gerechtshof gevonden worden, om
den beschuldigden vorst te veroor-
De Schaldekwestla.
In een artikel dat tot opschrift
draagt: „Waarborgen van België"
zegt de „Temps", dat Nederland
reeds den derden Augustus 1914
mededeelde dat de Schelde
werd gesloten.
Het is duideiyk, vervolgt het blad,
dat dit besluit onder Duitschen druk
werd genomen. Thans, nu Beriyn
geheime documenten over den oor
sprong van den oorlog zal publiceeren,
zou Den Haag verstandig doen wan
neer het de stukken bekend maakte
waardoor ex-keizer Wilhelm, zijn
regeering of zijn generale staf
Nederlandsche personaliteiten
weuschen en verlangens van Duitsch
land kenbaar hebben gemaakt. Het
zou vau belang zijn te weten op
welk tijdstip en in welke termen
beloofd werd, dat Duitsche legers het
Nederlandsche grondgebied- zouden
eerbiedigen en ook op welken datum
en onder welken vorm Duitschland
het sluiten van de Schelde heeft
geëischt.
Indien deze onthullingen overeen
komen met onze vermoedene, zou
daaruit het dubbele voordeel ont
staan, dat de Nederlandsche ministers
persoonlijk van hunne verantwoorde
lijkheid ontslagen werden en dat de
door Duitschland gevolgde politiek
nauwkeurig vast te stellen is. In 't
belaDg van Nederland zelf, dat onze
vriendschap altijd gespaard heeft, xou
het beter zijn dat van uit Ben Haag
hoe eer hoe liever klaarheid over
deze zaak kome.
Weer de „Daily Express".
De Londensche correspondent van
de N. Rott. Ct. meldt: De corres
pondent van de Daily Express, van
wien ik dezer dagen het rooskleurig
verhaal seinde over de voedselvoor
ziening in Nederland, gaat voort met
misbruik te maken van de Neder
landsche gastvrijheid. Hij seint uit
Amsterdam aan zyn blad:
Men neemt aan, dat van Neder
land gevraagd zal worden vergoeding
te geven voor het verlof tot den in
breuk op zijn onzydigkeid, door aan
de Duitsche treepen toe te staan
door Limburg te trekken en tevens
door Duitsche oorlogsschepen uit
Antwerpen toe te laten. De aard van
deze vergoeding moet nog beslist
worden, behalve dan de afstand van
grondgebied aan de Belgische grens,
sedert het verdrag van 1889 tot
Nederland behoorend, als het zuide
lijk deel van Nederlandsch Limburg,
dat hoofdzakelijk door Belgen bewoond
wordt.
Weinig me*schen in Nederland
schijnen den ernstigen aard te be
grijpen van de domheden, door de
Nederlandsche regeering begaan, voor-
Geen onzydige regeering zou hare*
onderdanen toestaan, om als rechters
in zulk een hof te zitten. De gealli
eerde regeeringen kunnen niet onpar-
tydig zyn, en weten dat zij dat niet
kunnen zijn. Onder zulke omstandig
heden is gee* eerlijk rechtsgeding
mogelijk. De veroordeeling en terecht
stelling van Wilhelm II zeu in
werkeiykheid een daad van wraak
zijn, van die laffe, vrouwelijke wraak,
die vijanden verbittert, zonder hen
te verzwakken. Beleedigingen heugt
men zich langer dan nadeel, en een
natie van 70 Miliioen, die verbitterd
wordt door het smadelQk uiteinde
van haar vroegere hoofd, moet vroeg
of laat gelegenheid tot vergelding
vinden.
Sohaurwst voor 1919
De mimiter van Landbouw heeft
bepaald, dat in elke provincie het
navolgende aantal hectaren graaland
in bouwland zal moeten worden
omgezet
Groningen 4000 H.A. Friesland
9000 H.A. Drenthe 3500 H.A. Over-
Ijsel 4000 H.A. Gelderland 7000 H.A.
Utrecht 8500 H.A. Noordholland 8500
H.A. Zuidholland 9000 H.A. Zeeland
1600 H.A. Noordbrabant 6500 H.A.
Liraburg 1500 H.A. Totaal 58.000 H.A.
Hierin zyn begrepen de oppervlak
ten grasland in 1918 reede gescheurd
voor den verbouw van1 koolzaaad en
wintertarwe of winterrogge en die,
welke vrijwillig zyn gescheurd met
reeht op schadeloosstelling.
De omzetting moet zijn geschied
vóór «f op 15 Maart 1919, en de be
bouwing der gronden meet zijn ge
schied vóór of op 15 Mei 1919.
Vragen van Kamerleden.
Door den heer Van der Voort
van Z ij p is het volgende gevraagd
aan den Minister van Marine:
Is de Minister bereid aan de Kamer
mede te deelen welk materieel der
Marine by de demobilisatie is buiten
dienst gesteld?
Ligt het in het voornemen vaD
den Minister deze schepen of een
gedeelte er van op te ruimen
Indien het laatste, kan de Minister
opgave doen van de schepen, die
voor verkoop in aanmerking komen,
en van de plannen, die men met de
overige heeft?
De heer Van de Bilt heeft aan
de Ministers van Marine en van
Oorlog het volgende gevraagd:
1. Is het waar, dat de ontwikke
lingscursussen voor de zee- en land
macht zijn opgeheven en, zoo ja,
welke zijn de redenen, die daartoe
hebben geleid?
2. Achten de Ministers het niet
mogeiyk, in het belang van studee
renden en van hen die hun diensttyd
zoo goed kunnen gebruiken voor
eigen ontwikkeling, die ontwikke
lingscursussen, zy het dan ook in
verminderd aantal, te bestendigen,
waar de boeken en andere leer
middelen toch aanwezig Zyn en
leiders Yoor die cursussen zonder
financieel bezwaar kunnen gevonden
worden in de onder de wapens zynde
onderwijzers, leeraren e.d,?