COURANT
Erste Blad.
I. J. H. KOOPMAN,
OSTUIYIES
75.00.
en
n
n
No. $099
ZATEROttU 7 JUNI 1919
47e JAAKQANa
Redaeur-Uitgever: C. DE BOER Jr., Helder. - Oplaag 7000 ex. - abonnementsprijsIn de stad f 1.15, per post I 1.40. Buitenland 1 2.40. - Loss» ex. 3 el. - Adyartaatlén per regel 17'/, ot.
De positie
van et Grondbedrijf.
In ons tikel over Gemeentelijke
grondprijs, grondpolitiek en grond
bedrijven, ^genomen in de Held.
Ct. van Ito 29 Maart van dit jaar,
hebben wigetracht aan te toonen,
waarom e gemeente, die op het
gebied der'olkshuisvesting en voor
wat betrel aanleg en uitbreiding
van haar ebouwde kommen haar
piicht wil oen, metterdaad gedwon
gen is een elselmatige grondpolitiek
te voerenen dat voor dit doel
instelling in een grondbedrijf nood
zakelijk is
Wij wen er daarbij op, dit
flnaneieeleedenen in veel gevallet
aanleiding zijn geweest om tot
vorming vi een grondbedrijf over
te gaan, mr dat ook daar, waar
men geldelc gewin niet zoekt of
waarschijn!- acht, tot dezen maat
regel dient1,e worden overgegaan.
Wij zulleithans trachten aan de
hand der gejvens, voorkomende in
de gemeentöegrooting voor 1919
de positie va het grondbedrijf wat
nader te bezia.
In de eerst plaats kan gevraagd
worden, of dt gemeente verstandig
deed met in «n oorlogstijd tot de
vorming vamen grondbedrijf over
te gaan.
Deze vraagzou alleen dan ont
kennend beanvoord mogen worden,
wanneer vast tond, dat de gemeente
inderdaad abnimaal duur had ge
kocht en wehóó abnormaal duur,
dat met goedei grond mag worden
verwacht, dat'n een zeer nabije
toekomst een anmerkelljke prijs
daling is te wahten.
In een zeer nbije toekomst.
Want welke rer ken 3taan er niet
op het gemeentüjk programma voor
de eerste jaren,die meer of minder
urgent zijn, vaar voor grondbezit
absoluut onmisbar isl
Wanneer mei op een bepaald
oogenblik voor en werk, dat geen
uitstel van betekenis meer lijden
kan, grond moet giankoopen, is men
zoo goed als alt\d duur uit. Door
allerlei oorzaken U men in de keuze
van een terrein bêjerkt, en de eige
naars bij wie men mi koopen moet
aankloppen, kennen iun sterke positie
en weten er maar te goed gebruik
van te maken.
Nu is het natuurlek mogelijk, dat
ons binnen een of ejkele jaren een
ernstige crisis wacht/gepaard gaande
met een snelle daling van de grond
prijzen.
Op een dergelijke mogelijkheid te
apeculeeren zou echter de meest
onvoorzichtige politiek zijn, die zich
denken laat. Men moet leven en
werken in de onderstelling, dat men
den weg, dien men voor zich ziet,
ook ten einde zal kunnen gaan. Wie
om de mogelijkheid, dat er een onweer
zou kunnen opkomen, en dat dan de
bliksem in een boom zou kunnen
slaan, en dat die boom dan zou
kunnen omvallen, en een tak van den
omvallenden boom hem zou kunnen
treffen en dooden, thuisblijft, is voor
het leven niet geschikt.
Houden wij thans rekening met de
dingen gelijk die zijn, niet met een
in de lucht hangende mogelijkteid,
dan mag worden aangenomen,dat
de waarde van het gold beduidend
lager zal blijven dan voor den ooiog,
m.a.ww, dat ook in de toekomst alle
dingen en de grond zeker in de eeste
plaats, duurderzullen zijn dan vroger.
Of die prijsverhooging 30, 40, 6», of
misschien wel 70 a 80% zal be
dragen, is nog niet te zeggen, naar
er dient op gerekend te worden.
Bedenkt men nu, dat de gronen,
die de laatste jaren zijn aangekoht,
voor een zeer groot gedeelte oige-
veer fl.— perM* kostten, dan her
weinfg grond voor de onderstellag,
dat de gemeente in de eerstvolgade
jaren goedkooper zou kunnen koopn,
dan zij deed, en vrijwel zeker is,lat
zij, als zij voor bepaalde doeleihen
(woningbouw, stichting van een niaw
ziekenhuis, schoolbouw, enz.) grnd
noodig had, veel duurder uit gewest
zou zijn.
Daarnaast is de rentevoet gestego,
nadat de meeste aankoopen plass
vonden.
een rentevoet, die hoogstens "was
van den rentevoet, waarop voor de
eerstvolgende jaren gerekend moet
worden.
Dit beteekent, dat indien de ge
meente 5/4 X zooveel betaalde als
de gronden werkelijk in komende
jaren waard zullen zijn, de rentelast
precies even groot is, als bij aankoop
in die komende jaren geweest
zou zjjn. Betaalde de gemeente b.v.
voor zekere terreinen f 1,— per M*,
dan bedraagt de rente van de koop
som volgens de oude leeningen 44/10
cent voor eiken meter. Kon de ge
meente dienzelfden grond nu koopen
voor 80 cent per Ms, dan zou precies
evenveel rente verschuldigd zijn.
Men heeft ons tot nogtoe niet
kunnen overtuigen, dat de gemeente
te duur kocht. Indien dat echter
waar is, en zij betaalde gemiddeld
een vierde te veel voor alle boven
bedoelde gronden, dan is zij nog niet
duurder uit, dan wanneer zij in de
komende jaren gelegenheid mocht
vinden om ze voor de werkelijke
waarde van vroeger in haar bezit te
:rijgen.
Volgens bovenbedoelde opgave uit
gemeentebegrooting staat naast
ht grondbezit ter waarde van
f $6848.26, waarvan de koopsommen
uit vroegere leeningen zijn gedekt,
nog-^en bezit van f 66797.58, waar
van de koopsom uit de nieuwe
leenitr gevonden zal moeten worden.
Dit latste bedrag moet dan nog
vermeederd worden met dat van de
latere aiikoopen. Het feit staat vast,
dat de gmeente veel te laat begon
nen is int; te koopen. Daarover te
jammeren heeft echter geen- nut.
Men moetjet verleden aanvaarden
gelyk het d6 bovenstaande cijfers
wijzen er cn 0,i. 0p; dat dö ge
meente er ni, jUiSt tijdig by geweest
is om goed temaken, wat nog her
steld kon wor*,n. Uitstel zou waar
schijnlijk voor en aantal jaren afstel
zijn geweest eneen afstel, dat niet
genoeg betreurd ad kunnen worden,
omdat, zooals wlj^eds opmerkten,
mogelijkheid Van
de
woningpolitiek en an het behoorlijk
leiding gaven aan dejtadsuitbreiding
met het bestaan van t»p gemeentelijk
grondbezit van een?e beteekenis
schier onverbrekelijk «amen hangt.
En het grondbezit Tan onze ge
meente it, vergeleken uet dat van
vele andeien, nog zoo ui^rst gering.
Het is miscbien voldoende voor de
doeleinden waarvoor de gemeente
het in dt allereerste plaafc noodig
heeft, mar veel meer dan voldoende
zeer stellij niet.
Goed, zi men zeggen, lmt dit
alles waarzijn. Maar is dar toch
niet door alat koopen de finaniieele
positie val onze gemeente m de
waagschaakesteld Waar moet het
met dat bchriiven van rente en
aflossingenieen
In de este plaats moeten wij
hiertegen imerken, dat alleeD de
rente bijgphreyen wordt. De aflos
singen moim weer uit de opbrengst
van nieuw leeningen worden be
taald,' daabor wordt de schuld,
die op het idrijf rust, niet grooter.
Slechts stijji de geldelijke verplich
tingen der imeente zeer laugz&am,
doordat, zols de toestand nu is,
de nieuwe Iningen tegen hoogeren
rentevoet gsloten zullen worden
dan de oud De rente wordt bijge
schreven, mr ook alleen nog maar
in zoovere, i de opbrengst der-be
zittingen nii voldoende is om de
uitgaven te kken.
Volgens de lirooting van het grond
bedrijf voor 19 zou de gemeente over
dat jaar moeh betalen aan ^kosten
van onderhouigrondlasten enz, voor
het grondbedf f 1549.48
de inkomsten 'droegen 10086.26jr
zoodat voor de.icg dei-
rentelasten bebikbaar
Volgens den staat, voorkomene
op blz. 48 der gemeentebegrooting,s
voor de gronden, welke de gemeeie
eind 1918 bezat, dat zijn dus vrij«l
alle gronden uit het grondbedrijfje
koopsom geleend tegen den rentevot,
in het volgende staal je vermeld.
het bedrag d- rente
werd geraamd p
zoodat bijgescfeven
moest worden
f 8535.78^
15723.90
f 7187.124
dus nog iets Snder dan de helft
van het totaal ir rente.
Nu mag hetvaar zijn, dat door
de nieuwe leenif de rentelast het
volgende jaar groter zal worden,
daar staat tegemer, dat ook bij de
nieuwe verpachtgen in het begin
van dit jaar belatrljk hoogere huren
zijn bedongen.
Volgens de begrotingscijfers jvoor
1919 staat, zooa uit het boven
staande blijkt, teen over een bezit
ter waarde van f37345.84 (f306S48.!
begrepen in de ide leeningen
f 55797.58 nieuw te leenen) een
geraamde bljschrij'ng wegens onder
stelde waardevetieerdering van
f7187.12*, dat is rg geen 2%. Dit
laatste cijfer is een gmiddelde, omdat
de bijschrijving afzaderlijk geregeld
moet worden voor dcgroepen, waarin
de gronden naar hu aard en ligging
zijn verdeeld.
Een gemiddelde waardevermeer
dering van de ingeliachte gronden
van 2% is dus voorle rentabiliteit
van het grondbedrijf noodig. Mag
men onderstellen, dt grond, die
voor f 1.— werd aankocht over
50 jaren minstens f2- waard zal
zijn, dan is, voor zoovers de toestand
thans kan worden ovtzien, tegen
den gang van zaken b het grond
bedrijf in beginsel nietsin te bren
gen. Ons schijnt deze wardestijging
zoo buitengewoon gerig, dat wij
den toestand van het grondbedrijf
®let alleen gezond, maarieifs bljzon-
cg aer sterk achten.
MO O
De rentevoet ia op het oogenblik
reeds ruim 5% en zal de eerstvol
gende jaren zeer waarschijnlijk eer
stijgen dan dalen. Dit grootste ge
deelte der in het grondbedrijf ge
brachte gronden is dus gekccht b(j
DAMES-KLEEDERAAKER.
Maat, mat Zijde gevoerd,
Nederland en België.
RegeoririesveikUting.
De minister van buitenlandsche
zaken, jhr. mr. dr. Yan Karnebeek,
heeft gisteren in de Tweede en daarna
in de Eerste Kamer de volgende rede
gehouden
Naar aanleiding van de vragen
van den heer Marchant nopens den
stand der besprekingen in de con
ferentie van ministers van buiten
landsche zaken betreffende het vraag
stuk der herziening van de verdragen
van 1839 en nopens de door Belgiö
geformuleerde wenschen, heb ik de
eer het volgende mede te deelen:
De eerste bijeenkomsten hadden
den 19den en 20sten Mei plaats. Aan
het slot daarvan stelde de Belgische
minister voor, dat de beide volgende
vragen zouden worden onderzocht:
I. Kan de Maaslinie, die de eerste
verdedigingslinie van Belgiö is, af
doende verdedigd en gehouden worden
bij den territorialen toestand, ge
schapen door de tractaten van 1839,
die met Dame de stad Maastricht—
Mosae Trajectum de eeuwenoude
invalspoort der Germauen in Wes
telijk Europa, onder Nederlandsche
heerschappij gebracht hebben
II. Kan de Scheidslinie, deze- van
nature sterke linie, die de voornaam
ste verdedigingslinie van België is,
afdoende verdedigd worden zonder
dat Belgiö hare verdediging kan
steunen op de rivier over den ge-
heelen loop daarvan?
De Belgische desiderata werden
door den heer Hijmans voorts in
substantie aangegeven ouder de
volgende bewoordingen
I. Met betrekking tot de Wester-
Schelde en de aaarmede samenhan
gende vraagstukken
De vrije beschikking over den
uitgang naar zee langs de Schelde,
d.w.z. de bevoegdheden der souve-
reiniteit over den geheelen loop der
Wester-Schelde tusschen de zee- of
landdljken en tet in volle zee, be
nevens over alle tot de Wester-
Schelde behoorende wateren en tevens
over het kanaal en den spoorweg
van Gent naar Terneuzen, zoo ook
over de uitmonding van het kanaal
in de Wester-Schelde.
B. De erkenning door Nederland
van de noodzakelijkheid voor Belgiö
om de verdediging van zijn grond
gebied tp steunen op de Beneden-
Schelde over haren geheelen loop en
van het recht van die rivier in volle
vrijheid en ie allen 'tijde voor zijne
verdediging gebruik te maken, het
geen medebrengt dat Nederland af
ziet van eiken militairen maatregel,
die de uitoefening van dit recht door
Belgiö zoude kunnen tegenwerken.
C. Het beheer door Belgiö over
de sluizen, welke dienen voor de
afwatering van Vlaanderen.
D. Het herstel van de grieven
van de Belgische vis3chers van
Bouchaute.
II. Met betrekking tot de ver
bindingswateren tusschen de Wester-
Schelde en den Beneden-Rijn, met
ie het maken, op gemeenschap
pelijke kosten, van een kanaal met
groot proflei Antwerpen—Moerdijk,
ter vervanging van de waterwegen
vóórzien bij het tractaat van 1839.
III. Met betrekking tot Neder-
landsch-Limburg
De vestiging in Zuid-Limburg
van een regiem, dat Belgiö vrijwaart
tegen de gevaren, die voor zijne
veiligheid ontvloeien uit de configu
ratie van dit gebied en dat aan Belgiö
den waarborg zal verschaffen voor
zijne economische belangen, die be
nadeeld zijn door de bepalingen be
treffende giond- en watergebied van
de tractaten van 1839.
b. Een waterweg met groot profiel
RijnMaasSchelde.
IV. Met betrekking tot Baerle-
Hertog
Eene regeling, welke een einde
maakt aan de bezwaren, voortvloei
ende uit de tegenwoordige dooreen-
menging van Belgischen Nederlandsch
grondgebied.
De heer Hijmans ging daarbij uit
van de opvatting, dat het gebied
der revisie niet willekeurig en
priori kon worden beperkt en deed
het voorstel, dat de bestudeering
van een en ander zou worden opge
dragen aan één of twee commissies,
waarin de groote mogendheden,
Nederland en Belgiö vertegenwoor
digd zouden zijn.
In de volgende vergadering, welke
3 Juni plaats vond, had ik de eer
het standpunt der Nederlandsche
regeering ten aanzien van deze voor
stellen uiteen te zetten, onder aan
voering, dat ingevolge het door my
in de eerste zitting aanstonds ge
maakte uitdrukkelijke voorbehoud
ten aanzien van de integriteit van
het Nederlandsche land- en water-
ied, de regeeiing niet kontreden
in die Belgische voorstellen, welke
hetzij om economische, hetzij om
militaire redenen een overgang be-
oogeD van souvereiniteitarechten van
Nederland op Belgiö, dat de regeering
zich plaatst op den grondslag der
bestaande verhoudingen en er uiter
aard derhalve geen sprake kan zijn
van een herzienirig van de tractaten
van 1839 in dien zin, alsof de scheiding
tusschen België en Nederland, welke
in dat jaar haar beslag kreeg, opnieuw
en nog wel Daar andere beginselen
zou moeten worden ter hand genomen.
dat de regeering overigens «ten
aanzien van de punten, die de scheep
vaart- en economische belangen van
Belgiö betreffen, in beginsel totwtl-
willend onderzoek en overleg, bereid
is, waarbij uit den aard der zaak
dezerzijds de aandacht zon zlin te
vragen voor deinconvenienter, welke
de door de tractaten van 1839 ge
schapen verhouding ten aanzien van
de Nederlandsche belangen, in het
bijzonder wat betreft »de kanalisatie
van de gemeenschappelijke Maas,
heeft met zich gebracht,
dat ten slotte naar het oordeel
der regeering de militaire quaesties
Ingezonden mededeeling.
WIJ «erhulzMi binnen en buiten
de gemeente.
Tut en met Alkmaar over den
weg, specials prijzan.
Verioganwoordigsr:
F. C. v. d. HAAGEN,
SPUISTRAAT 8.
in het kader van den Volkerenbond
moeten worden beschouwd.
Met nadruk werd dezerzijds gewe
zen op het belang in het algemeen
van overleg, zij het aanvankelijk,
tusschen Belgiö en Nederland teza
men, met het oog op de verstand
houding tusschen de beide volken en
de wenschelijkheid, dat de eventueel
te treffen regelingen door een geest
van onderling vertrouwen worden
gedragen. In het bijzonder werd af
wijzing van dit overleg ongerijmd
geacht ten aanzien van belangen,
die sedert 1839 blijkens talrijke-in
het bizonder de waterwegen betref
fende tractaten, tusschen Nederland
en Belgiö alleen en zelfstandig gere
geld zijn geworden.
Nadat in de vergadering van 3 Juni
geen overeenstemming wa3 bereikt,
had ik de eer den daarop volgenden
dag van den Franschen minister van
buitenlandsche zaken, mede namens
zijne ambtgenooten der groote mo
gendheden, mededeeiingen te ontvan
gen van het treffen van de volgende
regeling
De mogendheden, de noodwendig
heid van de herziening van de ver
dragen van 1839 erkend hebbende,
vertrouwen aan een commissie, om
vattende de vertegenwoordigers van
de Vereenigde Staten van Amerika,
het Britsche Rijk, Frankrijk, Italië,
m, Belgiö en Nederland, de taak
toe der bestudeering van de maat
regelen, dié uit die herziening moeten
voortvloeien en voorstellen te doen,
die niet mogen medebrengen over
gang van territoriale souvereiniteit,
noch vestiging van „internationale
servituten".
„De commissie zal Belgiö en.Neder-
land uitnoodigen gemeenschappelijke
formules („formules communes") in
te dienen met betrekking tot de be
vaarbare waterwegen, zich daarbij
latende leiden door de algemeene
beginselen door de Vredesconferentie
aangenomen."
Het belang yan deze regeling ligt
daarin, dat wijziging vaD de terri
toriale souvereiniteit ter zijde wordt
gesteld, terwyl in het tweede deel
de weg wordt gewezen, die leidt
tot gezamenlijk overleg en gemeen
schappelijke regeling door de beide
meest betrokken Staten.
Mijnheer de Voorzitter, dit is in
hoofdtrekken de gang van zaken
geweest. Het is mfin indruk, dat
Nederland op dezen voet aan den
verderen loop van het internationale
geding kan deelnemen. Wat onze
verhouding tot België betreft, zal de
gedachte de regeering blijven leiden,
dat het op den geest, die tusschen
de volkeren gewekt wordt, meer
aankomt, dan op de formules, die
de Staten verbinden. Nederland, dat,
naar men weet, op zijne rechten
staat, heeft genoegzaam beWfis ge
geven, dat het met België niet anders
dan in vrede en vriendschap heeft
willen leven. Het begeert zulks óók
in de toekomst te doen, ondanks de
bedreiging, die uit het naburige land
opkwam en thaos ter zijde is gesteld.
Reuter seint uit Parlis:
In Amerikaansehe conferentie-krin
gen wordt verklaard, dat ten aanzien
van de herziening van het verdrag
van 1839 de raad van vijf zich heeft
uitgesproken ten gunste van een
formuleering, volgens welke Neder
land geen territoriale concessies zal
doen, doch bereid is, de Belgische
eischen betreffende de rechten op
de waterwegen toe te staan.
BUITENLAND.
Het Vrsdasierdiag,
Verschillende berichten geven Dins
dag a.s. aan als den dag, waarop
het antwoord van de geallieerden
op de Duitsche tegenvoorstellen zal
worden overhandigd. Tevens zal dan
de termijn worden aangegeven binnen
welke de Duitsche delegatie het
verdrag zal moeten onderteekenen.
Intusschen schijnt men het te Parijs
nog lang niet eens te zijn over de
in het ontwerp verdrag aan te bren
gen wijzigingen. De houding der
Amerikaansehe delegatie is reeds
voldoende bekend, terwijl berichten
als die, waarin gezegd wordt, dat
Lloyd George Daar verzachting streeft,
doen president Wilson zich daartegen
verzet, slechts kunnen dienen om
de oneenigheid duidelijker aan het
licht te doen komen.
Een feit is het blijkbaar, dat op
Lloyd George van verschillende zijden
krachtige druk wordt uitgeoefend
om de bepalingen van het verdrag
te wijzigen. Naar de Times uit Pa
rijs verneemt, is men ter vredes
conferentie van meening, dat deze
druk van verschillende kanten komt.
In de eerste plaats van de leiders
van de liberale en de arbeiderspartij,
die de voorwaarden te drastisch vin
den, en fundamenteele veranderingen
wenschenin de tweede plaats van
financieele kringen, die haring of kuit
willen hebben van den toekomstigen
toestand van Duitschland en erop
aandringen het bedrag van Duitsch-
land's oorlogsschuld aan de geallieer-
voorgoed vast te stellen, en in de
derde plaats van invloedrijke Britsche
staatslieden, die vinden dat de onder-
teekening door Duitschland wel eenige
concessies waard is, wegens de groote
moeilijkheden waartegenover de ge
allieerden zouden komen te staan,
als Duitschland weigerde en enkel
lijdelijk verzet bood. Men gelooft dat
Lloyd George zoo onder den indruk
is gekomen van die verschillende
argumenten, dat hij eenige concessies
aan Duitschland bepleit heeft.
Iq hetzelfde bericht uit „welinge
lichte kringen" aan de Times, wordt
daD verder gezegd, dat Clemenceau
zich krachtig verzet tegen elke
wijziging, terwijl ook Wilson de
meening zou zijn toegedaan, dat het
vredestractaat, zooals het thans is
opgesteld, „in strikte overeenstem
ming is met de beginselen van recht
en billijkheid". Wel zou hij bereid
zijn, eenige minder-beteekenende
wijzigingen toe te staan, doch mits
9 de beginselen niet aantasten.
Daarentegen zou de lialiaansche
afgevaardigde Orlando staan aan de
zijde van hen, die meenen, dat de
onderteekening van het vredesverdrag
door Duitschland, wel een compromis
waard is.
Het is nu maar de vraag, welke
beteekenis men moet hechten aan de
uitdrukking „minder beteekenend".
Het behoort geenszins tot de onmo
gelijkheden, dat men de aan te
brengen veranderingen van te voren
als onbeteekenend wil doen voorko
men, om de mogelijke oppositie van
onverzoenlyken zooveel doenlijk te
verzwakken. Want het is niet te
verwachten, dat Duitschland door
het veranderen van eenige kleinig
heden plotseling van het afwijzende
standpunt af te brengen zou zijn.
In verband hiermede is het ook
begrijpelijk, dat tot nog toe Diets
werd losgelaten betreffende de aan
te brengen wijzigingen. De börich ten
hierover aan de Engelsche bladen
uit Parijs gezonden, dienen dan ook
met voorbehoud te worden aanvaard.
Wij laten hier volgen, wat de
Palysche correspondent van de
Daily News aan zijn blad meldt:
Er is goede reden te verwachten,
dat de bepaling in het vredestrac
taat over de schadevergoeding een
radicale wijziging zal ondergaan.
Wat de territoriale veranderingen
betreft, is er alle kans op, dat men
voor Opper-Sileziö een volksstemming
zal goedkeuren en ook voor het
Saardal zal het wel tot een andere
regeling komen dan de nu voorge
stelde. De meerderheid van de geal
lieerden lijkt niet bereid om goed te
vinden, dat Duitschland tegelijk m«t
de onderteekening van het tractaat
lid van het vol kerenverbond wordt,
maar waarschijnlijk zal men het de
verzekering geven, dat het spoedig
zal toegelaten worden, misschien
wel bij gelegenheid van de eerste
vergadering van het verbond te
Washington in October.
Het vraagstuk van de bezetting
wordt nauwkeurig onderzocht door
een commissie, benoemd door den
Raad van vieren, en het lijdt weinig
twijfel, dat die commissie zal aan
bevelen en de raad zal goedkeuren,
dat het lichaam, dat het bezette
gebied controleert, een burgerlijken
geen militair lichaam zal zyn.
De Engelschen gaan waarschijn
lijk verder dan iemand anders in de
richting van een herziening, maar
er is geen sprake van, dat de Ame
rikanen hen zullen steunen bij de
voorstellen, die zfi daartoe doen.
Hiertegenover staat het bericht uit
New Vork aan de Manch. Guardian,
waarin wordt gezegd, dat de Duitsche
tegenvoorstellen in de Vereen. Staten
een goeden indruk hebben gemaakt.
Afgezien van den eisch van een
volksstemming in Elzas-Lotharingen,
het verkrijgen (door Duitschland) van
de mandaten over hun (vroegere)
kolomen en de quaestie van het niet
betalen van interest op de „reparation
bonds" wordt het Duitsche plan
beschouwd als een volledige aan
vaarding van de nederlaag en een
erkenning van al hetgene, waarvoor
de geallieerden hebben gestreden. Een
bedrag van 5.000.000.000 wordtin
New York beschouwd als de uiterste
grens van wat Duitschland ooit hopen
kan te zullen kunnen betalen.
Het is echter niet de tegenstand
der verschillende delegaties waar
mede men ter vredesconferentie re
kening dient te houden. De voor
naamste factor, althans een van
grooten invloed, is wel de houding
der arbeiders in de geallieerde landen
tegenover het vredesvoorstel aange
nomen. Indertijd meldden wij reeds
dat de Fransche arbeiders ,vri
scherp stelling namen tegen het
ontwerp. De moeilijkheden in de
verschillen de industrie en in Fran krijk
die hun oorzaak grootendeels
vinden in politieke eischen, doen
natuurlijk hun invloed gelden.
De Engelsche parlementaire
arbeiderspartij heeft ook protest
tegen het ontwerpverdrag aange-
teekend. In een manifest wordt het
verdrag fundamenteel verkeerd ge
noemd, daar het gegrond Is op
beginselen, die de oorzaak van den
oorlog waren. Verder wordt de door
Duitschland te betalen schadever
goeding niet buitensporig geacht,
doch in den' afstand van het Saar-
bekken aan Frankrijk, en tegen de
vaststelling der Poolsche grenzen
geprotesteerd.
Op- en ondergang van Zon en Maan
en tijd van hoogwater (Texel).
(Zomertijd.)
Maan
Zon
Hoogwater
Juni.
op:
onder
op:
onder
v.m.: n.m.
Zondag
8
a.
4.10 m.
1.54
4.42
9.14
4.50 4.50
Maandag
9
5.16
2.16
4.42
9.14
5.50 6.5
Dinsdag
10
6.20
2.40
4.42
9.16
6.50 7.-
Woensdag
11
7.21
8.9
4.42
9.17
7.40 7.50
Donderdag
12
8.18
8.44
4.41
9.18
8.20 8.30
Vrijdag
13
9.8
4.29
4 Al
9.1»
8.55 9.15
Zaterdag
14
9.61
5.21
4.40
9.20
9.30 9.65
een door den partijraad aangenomen
resolutie, wordt er tegen geprotes
teerd, dat gebieden met een Duitsche,
Oekrajiniscbe en Lettische bevolking
in strijd met het zelfbeschikkingsrecht
aan een Groot-Polen werden gekop
peld.
Het berooven van Duitschland van
zijn koloniën wordt evenzeer afge
keurd, terwyl men er een gevaar in
ziet voor Europa, indien Duitschland
Van zijn koloniale grondstoffen en
markten wordt beroofd.
De resolutie verlangt verder herstel
van de verwoeste landen, doch het
hiervoor benoodigde bedrag dient te
worden vastgesteld.
Aan Frankrijk wordt het recht
toegekend in het Saargebied vergoe
ding te zoeken voor de productie der
door de Duitschers verwoeste kolen
mijnen in Noord-Frankrijk. Het ma
nifest protesteert evenwel nadrukke
lijk tegen de daaraan in het vredes
verdrag ver bonden,verkapte annexatie
van dit gebied. Ten opzichte van aan
Belgiö toegewezen gebieden van Eupen
en Malmedy wordt een zuivere volks
stemming verlangd.
Ten slotte wordt in de resolutie
aangedrongen op waarborgen tegen
een nieuwen Duitschen aanval, doch
deze mogen niet liggen in een ver
hoogde bewapening bij de geallieerden
of een bezet houden van Duitsch
gebied, doch in een uitbröiding van
de ontwapening en toeneming van
de macht van den Volkerenbond.
Duitschland.
In Duitschland is het nog steeds
verre van rustig. Zoo af en toe heb
ben in verschillende steden nog schiet
partijen en ongeregeldheden nlaata
die sterk herinneren aan de dagen
toen de Spartacisten trachtten zich
van de regeering meester temaken.
Zoo werd te Wannsee, bij Berlijn,
door een aantal gewapende burgers
getracht, het kwartier van de mijn-
werperscompagnie von Lettow te
overrompelen hetgeen een schietpartij
tengevolge had.
Te Leipzig kwam het tot een
botsing tusschen het publiek en de
regeeringstroepen. Tijdens het gevecht
werd een soldaat gedood.
Te. Miinchen is de toestand even
eens nog steeds onzeker. Telkens
hebben in de stad nog ordeversto
ringen plaats. Communistische op
ruiers vinden er blijkbaar nog steeds
een goed terrein voor hunne agitatie.
Thans dreigen de gemeentewerklie
den met staking, waardoor de stad
zonder licht en water zal komen.
Erg zachtzinnig treedt de Beierscbe
regeering niet op tegen de commu
nisten. De Russische agitator Leviné,
een der voornaamste van de Beier-
sche radenrepubliek, die dus grooten
deels schuldig was aan den te Müochen
ontketenden burgeroorlog, werd ter
dood veroordeeld. Verschillende Duit
sche bladen, o.a. de Vorwarts en het
Berl. Tagebl. hadden tegen de hand
having van het doodvonnis gepleit,.
De Berlijnsche Vollzugsrat dreigde
zelfs met een algemeene staking
indien het vonDis ten uitvoer werd
gelegd, doch dit alles heeft te Mön-
chen blijkbaar geen indruk gemaakt.
Donderdagochtend werd Leviné in
gevangenis gefusileerd.
Bfi deze, reeds vroeger tot uiting
gekomen proteBten van EDgelsche
en Fransche zijde heeft zich thans
de afkeurende uitspraak van de
Belgische arbeiders gevoegd. In
De ter dood brenging van Leviné
zal den Onaf hanbelijken voor nieuwe
actie stof geven, waaraan het den
laatsten tijd toch al niet ontbreekt.
O.a. de invloed van de contra-revo
lutionaire officieren te Berlijn, tegen
over wier samenwerking de regeering
machteloos schijnt.
Na luitenant Vogel, die terzake
van den moord op Liebknecht en
Rosa Luxemburg werd veroordeeld,
is thans ook luitenant Mar lob; eenige
dagen voor zijn bevolen aanhouding,
ontvlucht. Blijkbaar was hij bijtijds
gewaarschuwd. Hij werd vervolgd,
omdat hfi 23 -Maart 32 in een val
ikte matrozen had laten dood
schieten. De Ryksregeering bad een
strenge vervolging toegezegd. Op zijn
aanhouding is nu een prijs van
3000 Mk. gesteld.
D« republitk Rijnland.
Berlijn, 5 Juni. Aan Clemenceau
werd gelijktijdig met de nota van
Erzberger aan generaal Nudent oen
nota overhandigd, waarin o.a, ge
constateerd wordt, dat de pogiDgen
tot afscheiding van het Rijnland en
de Palts niet alleen door de bezet
tingsautoriteiten worden geduld, doch
ook openlijk worden- gesteund. Duit
sche ambtenaren, die overeenkomstig
hun plicht tegen de aanstichters
wilden optreden en ze ter verant
woording wilden roepen, werden met
uitzetting bedreigd en vervolgd.
Verder wordt in de nota gezegd,
dat de Duitsche delegatie er de
aandacht der geallieerden op vestigt,
dat de bevordering der afscheiding,
die in hooge mate geschikt is om
de vredesonderhandelingen te storen,
in scherpe tegenstelling is met art.
vijf van de wapenstilstandsvoorwaar
den en dat de afscheiding van zot
groote deelen dor bevolking den
economischen ondergrond der capa
citeit van Duitschland zou-onder-
Door den afval van het Rijnland
te bevorderen, zouden dus de bezet
tingsautoriteiten de rechtswaarborgen
voor de doorvoering der vredesvoor
waarden verminderen. Aan het slot
eisebt de nota, dat de bezettings
autoriteiten worden geïnstrueerd
zich van iedere bevordering der
afscheidingpogingen te onthouden en
de Duitsche autoriteiten bij haar
bestrijding daarvan niet te hinderen.
Engnland.
De Stakiogtbeweglng in Caaada.
In ons vorig nummer deelden wjj
reeds een en ander mede over de
onrust in de Canadeesche arbeiders
wereld. Uit Montreal wordt thans
aan de Times gemeld* dat de politie
te Winnipeg heeft gecapituleerd. Zy
heeft er in toegestemd een verklaring
te teekenen om zich niet bij eenige
sympathie-staking aan te sluiten en
te allen tijde het bevestigde gezag
te ondersteunen en de orde te hand
haven.
Dit heeft den wind uit de zeilen
der stakers weggenomen en zal de
staking te Vancouver tegenwerken.
Drie van de voornaamste leiders te
Toronto.zfin afgetreden als protest
tegen het bolsjewisme in de gelederen
der arbeiders, én de staking schijnt
te verloopen.
Er moge in Winnipeg een geweld
dadige beweging uitbreken, de natio
nale beweging schQnt te zijn ver
oordeeld. Het Canadeesche gezond
verstand heeft het bolsjewisme ver
slagen.
Frankrijk.
Os stakingsa.
Te Parijs is in verschillende be
drijven de staking opgeheven. In de
metaalindustrie worden de besprekin
gen nog voortgezet. Omtrent de hou
ding van het spoorwegpersoneel is
nog niets, met zekerheid bekend.
Clemencau ontving Woensdag eenige
van hunne afgevaardigden.
Over het algemeen verwacht men
eenige verbetering in den toestand.
Ruslxid.
Een te Stockholm ontvangen be
richt uit St. Peterburg maékt mel-
diog yan de ontdekking eener samen
zwering te Moskou, om daar tegelijk
methet offensiëf van de Esten en
Finnen tegen St. Petérsburg, een
tegenrevolutie te beginnen en de
hoofdmannen der bolsjewikï, in de
eerste plaats Lenin, te vermoorden.
Na de ontdèkking hebben de bolsje
wikï een groote hoeveelheid wapens
in beslag genomen na een gevecht
met de samenzweerders, waarbij 11
dooden Zijn gevallen.
Kopenhagen, 5 Juni. „Berlingske
Tidende" meldt uit HelsingforsRei
zigers aan boöïd van hets.s. „Eskilstu-
na" dat daar uit Rusland isaangeko-
'men, melden, dat de stemming in
Rusland zeer zenuwachtig is, sedert
algemeen bekend werd, dat de
Engelschen de witte garde helpen.
In den laatsten tijd zyn te Pettrsbuig
en Moskou, talrijke, stakingen uitge
broken, met name in fabrieken voor
de vervaardiging van spoorwegma
teriaal.
fabrieken staau onder militaire
bewaking, welke vaak van haar
schietwapens tegen de arbeiders ge
bruik maakt. De oorzaak der stakingen
is overal, dat de arbeiders tegen den
.hongersnood protesteeren. De bolsje
wisten schijnen bereid te zijn vrede
te sluiten en met hun agitatie in
andere landen op te houden, onder
de voorwaarde, dat de grenzen van
Rusland daar zullen getrokken wor
den, waar het front thans is. Be-
yestigd, wordt, dat tal van bolsje
wisten van het Russische noordelijke
front wegens honger naar de ge-
allieeraeu zijn overgeloopen.
De „Times" meldt: Vóór dat Riga
door de Duitschers werd bezet, heeft
de stad een bolsjewistisch schrikbe
wind doorstaan. Meer dan 20.000
doodvonnissen werden uitgevaardigd,
doch er zijn slechts 1760 uitgevoerd.
In de gevangenissen hebben vele
sterfgevallen plaats gehadduizenden
zijn den hongerdood, aan besmettelijke
ziekten en de gevolgen van dwang
arbeid gestorven. Het hooge sterfte
cijfer aan pokken, influenza, long
ontsteking, enz. houdt aaD.
De levensmiddelentoeBtand is hope-
08: Honderdtwintig duizend inwo
ners zijn nooddruftig. Het platteland
is geheel van levensmiddelen beroofd.
De bolsjewiki hebben elk bezit van
1000 pds. af, alsmede de fondsen in
de banken opgevorderd, en duizenden
waardelooze bankbiljetten uitgegeven.
België.
Ontploffing in «ea mueitia-magazlja.
De „Soir" bericht, dat een granaten-
magazijn té Corteraarck in de lucht
gevlogen. Bijzonderheden ont
breken. Er zouden verscheiden dooden
en gewonden zijn.
Een buakrult-ontploffiag la de
Ver. State».
Wilkesbarre, 5 Juni. Tusschen de
75 en 100 mijnwerkers zyn gedood
en 40 gewond bij een ontploffing van
een met buskruit geladen goederen
wagen, welke aan deD trein gehecht
was, waarmede de mannen zich naar
de mijn begaven. De ramp had plaats
in een tunnel.