HELDERSCHE COURANT
TweedelBlad.
NiliMe Mmbiltransport- en
Advertentiën.
VOGELVRIJ
N». 6126
ZATBRDAQ 9 AUGUSTUS 1919
47a JAARGANG
Rejacleur-Ultaover: C. BE BOER Jr., Helder. Opl«»n 7000 Abonnement»pril»In da «tad I 1.15, per post I 1.40. Buitenland I 2.40. - Las»» ex. 3 ot. - Advartantlên p»r ragel 17'/, ot
Op- en ondergang van Zon en lllaan
en tijd van hoogwater (Texel).
Zondag
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
(ZomsrtIJd.)
Maan
Zon'
Hoogwater
Augustus.
op:
onder
op:
onder
v.m.:
n.m.
10 a.
7.30
m.
4.8
5.35
8.34
8.5
8.85
11 n
7.56
5.20
5.37
8.32
8.45
9.15
12
8.20
6.35
§.39
8.30
8.25
9 50
18
8.42
7.52
5.41
8.28
10.0
10.40
14
9.4
9.9
5.42
8.26
10.40
11.15
15
9.28
10.27
5.43
8.24
11.20
11.55
16
9.55
-
11.46
fc.4-5
8.22
0.0
0.85
DE WEEK.
5 Auguatu
Midzomer, vacantie- en rustperiode
met herleefden zonneschijn, weg
vluchtende regenlucht.
De 61ste geboortedag der zoo po
pulaire Koningin-Moeder is, op 2
Augustus, weer eenigszlns naar
„ouderwetschen" trant gevierd. B.w.z.
op een wijze, die herinneringen op
wekte aan de dagen van vooy'den
oorlog toen de wereld er zoo heel
anderB uitzag dan nu.
Er was jool, blijde opgewektheid,
dien 2en Augustus.
't Echte, ware, ls 't nog steeds
niet.
Wat er uit de Parjjsche onder
handelingen over de tractaten van
1839 zal voortkomen, ten slotte, -
wij weten 't nog niet. Wel hebben
wij alle reden om eene ontknooping
tegemoet te zien, dewelke de Bel
gische annexioniaten met de kous
op den kop huiswaarts zal doen
koeren.
Hoe dat Belgisch annexionisme
zich tot den laatsten dag heeft ge
roerd 1Daar was prof. Leon v. d.
Essen, die in „LaNation Beige"
betoogde, dat vrije beschikking moest
worden gevraagd over het Kanaal
Gent—Terneuzen en over zijn oevers
tot aan zijn uitmonding toe, met het
volstrekte recht Om er alle noodige
werken uit te voeren, die door den
vooruitgang van de moderne scheep
vaart worden geëischt. Alleen daar
door zou aan „den onduidbar en toe
stand van het kanaal Gent—Terneu
zen" een eind worden gemaakt, laar
was het comité voor Nationale Po
litiek te Brussel, met zjjn telegram
aan de Belgische afgevaardigden voor
de besprekingen te Parijs. Dat een
plebisciet in Limburg vroeg, opdat
„onze broeders in Limburg", -.zoo
als het Comité zich geliefde uit te
drukken weer tot België zouden
worden gebracht.
„Wij kunnen gerust zijn" schreef
De Nieuwe Leeuw, „Limburg en
Zeeuwsch-Vlaanderen blijven by Ne
derland en de Schelde blijft een Ne-
landsche rivier." Maar voegde het
blad erbij bet wordt geweldig
lastig ons in ernst voor te stellen,
een werkelijk warme harte
lijke verhouding tusschen de beide
volken.
Zoo is 't. De nieuwe tijd zou een
samengaan tusschen Nederland en
België meer dan ooit wenschelljk
hebben gemaakt. Maar de vrees is
verre van overdreven, dat het ge
beurde de tachtig jaar oude veeten,
die bijna vergeten waren, zal hebben
doen herleven. Dat is ten slotte het
voor beide volken treurige, haast-
onvermijdelljke gevolg van het door
de Belgische annexionisten opgerakel
de „avontuur 1".
De afgeloopen week stond overigens
in het teeken van de vliegsport. De
E.L.T.A. werd te Amsterdam geopend.
De dag van 1 Augustus 1919 -
schreef een der bladen terecht
zal in de geschiedenis vandeNeder-
landsche aviatiek niet worden ver
geten. Se opening van de E.L.T.A.
ia een feit van zoo groote beteekenis
in de Nederlandsche vliegwereld, dat
wy de expositie gerust mogen aan
merken als een monument in het
bestaan van de vaderlandsche lucht
vaart. Dat is. niet o verdreven gezegd.
Jammer, dat ook hier weer het oude,
weemoedige woord werd bewaarheid,
dat er geen rozen zonder doornen
zijnOp den allereersten dag van
de EL.T.A. wierp een droevig en
ernstig ongeval, dat een menschen-
leven kostte, sombere schaduw op
de feestvreugde. De zich met zeven
mijlslaarzen ontwikkelende vlieg
sport (hoe grappig lijkt dit beeld van
„snelheid" uit het oude sprookje van
moeder de Gans!) zal moet u
duchten - in de eerstkomende tijden
nog wel meer slachtoffers vergen.
Voor hen, die er zich aan wijden,
is behoedzaamheid, 't zich pantseren
tegen waaghalzerij, zaak. Ook
opdat de vliegerij, de „verovering
van de lucht", in steeds breeder kring
sympathie wekke.
Wij hadden, in de jongste week,
het Congres van de Internationale
Vakvereenigingen. Men zou inderdaad
met den Amsterdamschen corres
pondent van de „Opr. Haarl. Ct."
kunnen zeggen, dat het internationale
werklieden parlement te Amsterdam
byeen was. In elk geval vertegen-
woordige het, in ronde cijfers, tus
schen de zeventien en achttien millioen
leden. Een cyfer, dat voor sommigen
nog „nieuw" zal zyn
Of de zetel van deze internationale
beweging inderdaad in Nederland
zal worden gevestigd, 't is zeef
waarschynlyk, maar staat nog niet
vast.
De derde ton-gouds is uit Nederland
naar de Oost gezonden, ter leniging
van den nood der slachtoffers van
de Kloetramp. Met hetgeen in Indië
ia bijeengebracht, heeft men nu vol
doende om in den nood te voorzien.
Een d6rgelyke openbaring van al
truïsme, van offervaardige deernis
moet temidden van zoovele „tee
kenen des tyds", die geschikt zijn
om met angst de toekomst in te
zien tot vreugde en vertrouwen
stemmen.
Officieel is bevestigd, thans, dat
de oogst er goed voorstaat. Het
eerste halfjaar van 1919 was van
dien aard, dat wy een werkelijk ryken
oogst mogen verwachten.
Maarde prijzen van alles- en nog
watblyven schrikbarend en verbyste-
rend hoog Zoodat de Regeering ge
noodzaakt zal zyn maximum-pryzen
vast te stellen, gelyk reeds in uitzicht
is gesteld. Men heeft reeds in prent
gebracht den dollen wedstryd tus-
schen opdrijving van loonen en van
de pryzen der levensmiddelen, welke
er het natuurlijk en onvermydeiyk
gevolg van is. Twee wielrijders wa
gen den „match". Ze „racen" met
steeds-wilder wordende vaart. De
theoretici,;de oeconomen, de geleerden
voorspellen daling der pryzen. De
concurrentie-hartstocht had 't, be
seffen wy - al lang moeten veroor
zaken. Maar de praktijk heeft gespot
met alle theorieën. En zy, die -
niet behoorend tot de O.W.-ers of
andere rijkaards, van midzomer
willen profiteeren om een dag of wat
..en villégiature" te gaan, zy tellen
de opgepotte dubbeltjes herhaaldeiyk
na, terwyl zy met angstige bezorgd
heid denken aan wat de zachtkens
aansluipende herfst- en wintertyd zou
kunnen geven.
Toch is 't goed om waar 't
slechts even kan uit den dage-
lykschen tredgang te stappen.
Be tijd snelt voort. Be avonden
worden al bedenkeiyk langCarpe
diem 1Straks, als de volle werk
tijd weer aangebroken is, hebben
wy onze krachten allen driedubbel
noodig 1
Mb. Aniokio.
BUITENLAND.
Ingezonden mededoeling.
WIJ virhiiizin binnen in buiten
da gemunt*.
Tot ao met Alkmaar ovor den
weg, ipaolile prijzen. -
Vcrteganwoordigar:
F. C. v. d. HAAOEN,
SPUISTRAAT B.
DE VREDESONDERHANDELINGEN.
Do tegenvoorstellen van Duitsoli-
Oostenrijk.
ST. GERMAIN, 6 Augustus. (Korr.
Bur.) Op den door de Entente vastge-
stelden dag hoeft de vredesdelegatie
van Duitseli-Oostenrijlc aan do vredes
conferentie een nota overhandigd, die
de bezwaren bevat tegen het verdrag
in zijn geheel.
De nota vestigt or, naar aanleiding
van de inleidende woorden van den
oppersten raad de aandacht op, dat
D.-O. slechts zoodanige verzachtingen
in het verdrag verlangt;, als voor zijn
volk noodzakelijk zijn.
Wat de grenskwesties betreft heeft
D.-O. te vergeefs een beroep godaan
op hot beginsel dor nationaliteiten en
het zelfbeschikkingsrecht der volke
ren. ITet wijst thans de verantwoorde
lijkheid van de hand en laat de gevol
gen van de beslissing dor Entente aan
de geschiedenis over. Wanneer de ge-
biodseisehen van D.-O. vervuld wor
den tot hot minimum, zooals is aange
geven in de bijlagen der nota, dan zal
D.-O. trachten te gelooven, dat het bin
nen dit gebied zelfstandig en in vrede
leven kan. Het verwacht in dat geval,
dat de volkerenbond het in-tijden
nood zal bijstaan.
Intusschen is D.-O. roods thans vast
overtuigd, dat het de door hot verdrag
opgelegde ekonomisehe lasten niet kan
dragen en dat het, wanneer deze niet
aanzienlijk worden verzacht, zal be
zwijken. Deze verklaring moet even
ernstig worden opgenomen als zij
openhartig gegeven is. ITet is de plicht
D.-O. om to verlangen, dat zijn
lasten draaglijk worden gemaakt.
D.-O. wil slechts leven. Moge de vre
desconferentie het de zekerheid geven,
dat het ook zal kunnen leven.
De nota bespreekt dan in bijzonder
heden de ekonomisehe en finantieele
bepalingen van het ontwerp verdrag,
welke, indien zij onveranderd blijven
bestaan, oon noodlottige uitwerking
moeten hebben.
Er wordt in uiteengezet, dat. het
D.-O. de eerste maanden onmogelijk is,
mellckoeion en vee te leveren daar
zijn kinderen nu reods sterven tenge
volge van het gebrclc aan vleesch en
melk.
D.-O. moet zich onder de financioolo
controle der Entonte-mogendhedon la-
en stellen, doch het verwacht dat de
commissie voor het herstel de door
den wanhopigen toestand geboden cle
mentie zal betrachten en D.-O. de noo
dige kredieten ter verkrijging van
grondstoffen en levensmiddelen zal
toestaan. Zal aan deze commissie de
ei-vulling van haar taak echter niet
bij voorbaat onmogelijk worden ge-
akt, dau is het noodzakelijk, dat zij
aanzien van alle ekonomisehe on
financioolo vredesvoorwaarden de noo
dige vrijheid van handelen krijgt
Blijkbaar hebben do groote mogend
heden de grootte der ons opgelegde
schuld niet beseft, want anders kun
nen zij de ons opgelegde bepalingen ook
zonder die schuld onvermijdelijk ach
ten en meenon dat hot er niet op aan
komt boe groot onzo schuld wordt. De
nota waarschuwt tegen een dergelijke
opvatting en zegt dat D.-O., als men
het belast met een evenredig dool dor
staatsschuld, in staat zal zijn tot con
geregelde liquidatie, als het 't geheele
volksvermogen sterk aanspreekt. De
nota stolt daarom voor de staatsschul
den naar rechtvaardigen maatstaf over
do deelen van de voormalige monar
chie te verdeelen.
'Verder wijst de nota op het feit, dat
art. 202 van do vredesvoorwaarden
D. O. een ondraaglijk groot deel van
de in omloop zijnde bankbiljetten
(meer dan 51 milliard) heeft opge
drongen en dat met namo de bepaling
dat de bankbiljetten, die buiten Oos
tenrijk in omloop zijn, ten laste komen
van D. O. en Hongarije, onmogelijk na
te komen is. D. O. kan geen bankbil
jetten overnemon die uit.een der nieu
we staten naar bet buitenland zijn go-
zonden om er buitculandseh gold of
goederen voor te koopon. Ook kan on
mogelijk worden uitgemaakt welke
bankbiljetten zich op 15 Juni in hot
buitenland bevonden. De D. O. dele
gatie stelt daarom voor de regeling
van dit vraagstuk aan do voor de Oos-
tenrijksch-Hongaarschc Bank in te
stellen liquidatie-commissie over to la
ten in de biljetten over de onderschei
dene staten te verdeelen naarmate van
hot bedrag der bankbiljettenomloop
hun land.
Als do liquidatie der Bank op den
dag na het sluiten van den vrede zou
moeten beginnen, zou dat op een eko
nomisehe ramp uitloopen. De Bank wil
haar werkzaamheid onder toezicht van
de commissie voor het herstel ton min
ste tot het einde van dit jaar voort
zetten.
Verder zegt de nota dat de D. O. de
biteuren haar in buitenlandsohe va
luta aangegane verplichtingen slechts
kunnen vervullen als langdurige ter
mijnen van afbetaling en nieuwe kre
dieten worden toegestaan. De eisch
dat zij hun in kronen aangegane ver
stichtingen in buitenlandscho valuta
moeten betalen is niet na te komen
en zou op een bankroet uitloopen. De
schulden dienen betaalbaar te zijn in
de valuta, waarin zij zijn aangegaan.
De voorgenomen omrekenings-koers
voor de schulden aan de voormalige
onderdanen der O.-H. monarchie noemt
do nota monsterachtig en 't meest on
begrijpelijk van alle vredesvoorwaar
den, to moer daar in de meeste nieuwe
staten in het geheel geen eigen munt
bestaat cn hot daar in omloop zijnde
geld niet genoteerd is op buitonland-
sehe beurzen, hetgeen voor de uitvoe
ring van deze bepaling toch noodig zal
zijn.
De nota is door een omvangrijk
voorstel betreffende de territoriale on
politieke vraagstukken en hun toelich
ting vergezeld, hetwelk ongeveer 150
pagina's druk omvat.
HONGARIJE.
Do Ilongaarschc rcgecring afgetreden.
Woensdagavond verscheen generaai
Schnetzer, vergezeld door den inspec
teur van politic en een paar gewezen
ambtenaren, in hot kabinet van der
premier en verlangde, dat het kabinet,
dat op dat oogonblik daar vergaderd
zou aftredon, aangezion doze ro-
geering niet het gehoole volk verte
genwoordigt. Na een korte beraadsla
ging besloot de regeering af te treden.
De entente-missies hebben het hoog
ste gezag opgedragen aan aartshertog
Jozef. Deze heeft den vroogeren af-
deolingschef aan het ministerie van
oorlog Frederieh tot ministerpresi
dent benoemd, buitenlandsohe zaken
kreeg generaal Tanczas, oorlog gene
raal Sclinotze.
Weenen, 7 Augustus. De tijding, dat
aan aartshertog Jozef liet. regentschap
over Hongarije is opgedragen is eerst
laat in den nacht te Weenen aange
komen. De Arbclter Zeitung schrijft,
hoven liet bericht: „Een monarchisti
sche staatsgreep in Hongarije."
ENGELAND.
Tegen de spoorwegstaking.
Het uitvoerend comité van den in
ternationalen bond van spoorwegper
soneel besloot in oon te Londen ge
houden vergadering om geen actie te
beginnen ter ondersteuning van de po-
litiestalcing. De leden van den bond
die thans staken worden opgewekt on
middellijk den arbeid te hervatten.
Brisclic expeditie naar Spitsbergen.
De „Times" meldt uit Christiania,
dat „Morgenbladet" uit Hammerfest
Verneemt, dat een Britsche expeditie
dezer dagen van Tromsö naar Spits
bergen zal vertrokken. Er wordt bij
dc voorbereiding dezer expeditie groo
te geheimzinnigheid betracht.
Afgescheiden van die expeditie zal
»n Britsch vliegor, die thans te Ber
gen is, naar Tromsö vértroklcen om
ndaar naar Spitsbergen to vliegen.
Huldiging van aanvoerders en troepen.
Na de redevoering van Lloyd George
nam het Lagerhuis moties van dank
voor de in den oorlog bewezen
diensten gericht jegens allo strijd
krachten van Groot-Brittanniö en de
dominions en jogons maarschalk Focli.
Het, I-Ioogerhuis nam gelijkluidende
moties aan.
Het Lagerhuis keurde eveneens goed
om geldsclienkingen te doen aan ver
schillende aanvoerders van logor en
vloot, tot een gezamenlijk bedrag van
585,000 p. st. Haig en Beatty ontvan
gen elk 100,000 p. st.
Het proces tegen den keizer.
Blijkens een telegram van onzen
Londenschen berichtgever zullen, vol
gons de „Daily Mail", de bijzonderhe
den over het procos tegen den ex-kei
zer door de conferentie der geallieer
den te Parijs worden geregeld. Maar
na zeven maanden van hard werken
hebben de leden der conferentie be
hoefte aan rust en Maandag a.s. zullen
haar zittingen dus veertien dagen
worden verdaagd. Eerst na deze va
cantie zal de quaestie van het proces
tegen den keizer worden behandeld.
Intusschen zou doze, zoo zegt de
„Daily Mail", zich al bezig houden
met zijn verdediging en zou hij al met
Duitsche rechtsgeleerden in overleg
zijn getreden.
Nijpende broodscliaarschtc.
Er heerscht in verscheiden streken
van het land oen ornsig te kort aan
brood, als gevolg van do staking.
In do districten, waar veel armen
wonen ziet men lange queues voor de
bakkerswinkels. De kleine bakkers
hazen, die op zich zelf geen last van
de staking hebben, kunnen onmogelijk
do noodigo hoeveelheid producoeron.
Velen moeten na lang wachten zonder
brood naar huis gaan.
In Nottingham alleen waren Woens
dag ongeveer duizend families zonder
brood.
De patroons en de gezellen hebben
middelerwijl oon vergadering gehou
den van zeven uur zonder tot overeen
stemming te kunnen komen. Mot de
coöperatieve bakkerijen is dit wel ge
lukt, en bij deze inrichtingen zullen
5000 bakkers onverwijld het werk her
vatten.
FRANKRIJK.
Do wonden van liet land.
De Parïjsche correspondent van do
N. Rott. Crt. schrijft:
Wie denkt, dat het 's nachts in een
stad als Atreeht uitgestorven is, is er
geheel naast. Nooit heb ik levendiger
vertier in hot donker gehoord dan in
mijn sombere kamer in het gehavende
hotel. Spookachtig was het er vau in
derhaast opgeknapte vervallenheid: do
ramen zonder glas, de ruiten boven de
rap gesprongen met verwrongen roe
don, do vertrekken hol met. uitgesla
gen zoldering en wanden, waarop hot
behang grootendeels weggeteerd is, de
kalk door vocht vervreten. Het is tel
kens weer de indruk: een afgrijselijke
huidziekte, die dit land op enkele
plaatsen zoetjes-aan begint te boven
te komen. TIeel den oorlogsijd zijn er
winkels van levensbehoeften openge
bleven. Nu kan men er ook weer voor
minder noodige dingen als bloemen en
prentbriefkaarten terecht. Dat is voor
do toeristen.
Juist den ochtend, dat we naar
Atreeht spoorden, drong de Matin aar
op bevordering van hot toeristenver
keer door het verwoeste gebied als
middel tot herstel. De overheid zou
daartoe in don zak moeten tasten,
de eerste plaats voor de inriehing van
hotels. Het artikel beloofde enkele
miljarden in ruil voor do miljoenen,
daaraan ten koste loggen. De toeris
tenbond bleek al tijdens den oorlog
plannen in die richting te hebben ont
worpen. Daarbij was hij echter op on
verschilligheid gestuil. Ik heb onzen
gids in Atreeht naar de uitkomsten
van do tochten gevraagd, die eonigc
lichamen hier door de geteisterde
streek organiseeren en waarvan men
de groote gele auto's o.a. in de Rue
des Italiens ziet staan. Wat. zijn stad
aangaat is hij over do stoffelijke ha
ten niet bijster te sproken. In één dag
moet heel het program van dit deel
van het vroegere front worden afge
werkt, het is met de auto oen hoele
reis, ParijsAtreeht, geen wonder,
dat er nauwelijks tijd ovefblijft om
in de7.e stad iets van belang in klin
kende munt over te laten. En dit is
nog maar een sector van het front,
waar de Engelschen lagen. Reims en
Verdun, om deze twee namen to noe
men, spreken meer tot de Fransehe
verbeelding en herinnering.
De eerste pleisterplaats was Lens
en dat was ineens het ergste, wat men
op het stuk van verwoesting te zien
kan krijgen. Ik sprak menschen, die
Reims en andere plaatsen hebben be
zocht, waar de strijd het eerst is ge
weest Lens spant do kroon. Dat
Wilson dit niet heeft aanschouwd be
treurt men nog. Van Lens staat letter
lijk niets meer. Naar men weet lagen
de Dultsehers er, in de kelders, tot het
Engelsche geschut het verblijf ook
daar langer onhoudbaar maakte. Maar
dat heeft moeite gekost. De heele, eens
bloeiende industriestad van wel 50,000
inwoners ligt plat. Het is één puinhoop
zonder een enkel bewoonbaar huis en
ook de toegangen tot do mijnen zijn
onvindbaar.
Toch is het niet verlaten. Tusschen
het mortel en de verwrongen binten
kobben ondernemende lieden houten
estaminets on zelfs een winkel, waar
men prentbriefkaarten kan koopon, in
eengezet. Soldaten zijn er bezig. Doen
zc werkelijk wat? Noen, ik beschuldig
hen niet. Ze luieren. Als de auto voor
bijkomt, rusten ze natuurlijk even.
Maar zie wat eens de kerk was, nu een
vormlooze klomp. Onmogelijk zelfs,
maar de plek uit te vinden waar een
bepaald huis heeft gestaan. Iloe dan
met het opruimen te beginnen, waar
het oerst aan te trekken? Wie er eens
liet houweel heeft ingezet, moet zich
met het vorderen op een afgebakende
plok wel in wanhoop afvragen: wat
vermag ik, wat vermogen allen daar
tegen, die er tc werk zijn gezet? Van
ochtend heb ik gelezen, dat, als de
Duitsche commissie te Versailles met
de Fransehe vertegenwoordigers de
kwesties in verband met Duitschlaud
zal hebben geregeld, op de werkgevers
en arbeiders in dat land een beroep
zal worden gedaan om naar hot totaal
ontredderde gebied te komen.
Van Lens ging de tocht naar Sallan-
mines. Daar vindt men o.a. de mijn
van Oourrières, waar naar -men zich
herinnert ongeveer 1600 arbeiders
door ontploffing levond werden begra
ven. Toen zijn Duitsche kameraden
met de nieuwste toestellen to liulp ge
sneld, Een god enktoeken herinm
aan, eveneens door het vuur gesebon
den.
Een ingenieur en voorman der mijn
werkers hebben ons alles op oen
„siège" nauwkeurig getoond. De
Duitschers hebben de inrichtingen we
tenschappelijk stuk gemaakt. Dienten
gevolge staan do groeven onder water.
Bijna driehonderd dagen zal men die
nen te pompen om ze droog te krijgen.
Daartoe verwacht men instrumenten
van 20,000 K.G. Een man klauterde
oon put met een lantaarn naar bene
den om aan to geven, hoe hoog het wa
ter nu staat. Het was zoo wat 25 M.
liet is daarbij de vraag, in hoe ver do
schachtechoeiing, die het water moet
tegenhouden, het heeft uitgehouden.
Er zijn plannen van Duitsche mijnin
genieurs gevonden om op deze bezit
ting do werken op te blazen. Op 22
.mijnen is hun dat gelukt. Bij andore
hadden ze niet den tijd. Wel werden
daar de ontplofbare stoffen gevonden.
Do Duitschers hebben zich voor het
overige niet met halve maatregelen
tevreden gesteld. De ingenieur meen
de, dat ze het werk onder den grond
voor één jaar hadden kunnen verlam
men en wel door een „springbus" in
oon ketel to leggen. Nu zijn 2e voor
jaren onbruikbaar gemaakt, terwijl op
dit stukje grond 500,000 ton kolen per
jaar word gewonnen. Men denke hier
aan, als men van den winter over een
tekort en duurte van brandstof klaagt.
In 1917 voerden de Duitschers het ko
per en alles, wat hun nog te pas kon
komen, weg. Op het terrein staat nog
oen Duitsche wagon half gekanteld.
Die is door hel Engelsche granaatvuur
wrak geschoten vóór de andoren hen
in veiligheid konden brengen.
net motaal van den bovenbouw ligt-
er nu verwrongen en uiteengereten als
een stapel oud roest. Iu dezen toestand
is het natuurijk onbruikbaar. Maar ook
met deze overblijfselen is zuinigheid
de boodschap. Dus ziet men arbeiders
de brokken in stukken schroeien langs
den naden, waar de platen zijn aaneen-
gokocht. Zorgvuldig lieteu de Duit
schers de koepels der ketels springen.
Met de opreddering van een en ander
£ijn maanden gemoeid. Dit jaar hoopt
men daarmede gereed te komen. Dit
voorhoreidondo work alleen komt op
millioenen francs.
Vroeger wonnen hier 17,000
hun brood, op het oogenblik telt men
er 1500 tot 2000, een bewijs, dat het
leven zijn rechten herneemt.
Over de leef- en veerkracht, den
ijver en het vertrouwen van de men
schen hier, staat men telkens ver
baasd, van leiders zoo goed als arbei
ders en hun gezinnen. Dq jonge inge
nieur, dio ons mot onuitputtelijk ge
duld rondleidde, had don geheelen oor
log meogovochten. Hij was er nog goed
afgekomen, alleen mist hij den wijs
vinger van de rechterhand. De ander®
gids, oen arbeider, is onder liet vuur
op hot mijngebied gebleven. Men wees
ons de schuilplaats, die hem tot wo
ning diende. Een metgezel vond voor
de£e van zelfsprekende plichtbetrach
ting de juiste kenschets: als de gezag
voerder, die het zinkende schip niet
den steek wil laten. Nu woont de
n in een dier verplaatsbare „hut-
tes de guerre", welke het Engelsche
legerbestuur beschikbaar heeft gesteld
Wo liebbon er een van binnen beke
ken. De bewoners bleken er heel te
vreden mee, al zijn er nadeelen.
Eigenlijk zijn zo enkel dak, hot best
met een in do lengte doorgesneden cy-
linder van plaatijzer tc vergelijken,
twee lagen hoven elkaar met wat
•uimto duartusschen. In den zomer is
dat warm, 's winters koud. Maar ruim
zijn zo wel, drie vertrokken achter el
kaar. Van buiten doen zo aan prenten
an kafferkralon denken. De man, die
op zijn post was gebleven, had nu al
tuintje bij zijn woning aangelegd.
Deze frisscbo cn geurige oaze ver
blijdde tusschen al die dorre verwoes
ting. Het verbaasde mij, dat de man
dit zoo gauw had klaar gekregen: in
Atreeht had ik gehoord, dat de grond
in de huurt nog maar schaars wordt
bebouwd. Toon vertelde hij, dat de bo
dem erg vruchtbaar is, vooral voor
tuinbouw, en dat de Duitschers boven
dien mest hadden achter gelaten. Op
dit terrein had n.1. een paardenstal ge-
staan.
Op het oogenblik heeft men or geen
hulp van krijgsgevangënen jioodjg. De
gewone werklieden kunnen hot wel af.
Zij dienen in de eerste plaats de bo-
vongrondscho stellages in orde te
brengen, waarvan do Duitschers de
pooteu hebben opgeblazen, zoodat de
gevaarten inzakten.
De ingenieur woonde vóór den oor
log hier. Bij het uitbreken daarvan
was Lij er niet.
Niets, letterlijk niets heeft hij terug
gevonden. Nog wonen er menschen in
kelders. De treinen beginnen midde
lerwijl te loepen. Daar heeft men
spoed achter gezet met het oog op den
lovensmiddelenaanvoer. De sporen zijn
op het oogenblik nog niet voor de hon
derdon treinen berekend, waar dit land
in gewone omstandigheden behoefte
aan heeft, maar het volgende jaar re
kent men er op, hier eenige honderden
huizen te kunnen opslaan.
Sallaumines telde zoo wat 9000 in
woners. De schade op dit gebied wordt
op 700,000,000 franc geschat. Schat-
tingsconimisies halen de opgaven daar
van op. Bij gebreke van bewijsstukken
moeten ze op de goede trouw der
nadeelden afgaan.
Zoo de Heere wil en zij leven,
bopen onze geliefde Oudere,
TEUNIS DE BOER
en
AALTJE KORF,
den 17enAug. a.a. hun 30-jarige
Echtvaraenlging te herdenken.
Dat zij nog lang gespaard
mogen blyven, is de wensch
van hunne dankbare Kinderen
en Kleinkinderen.
S. RAS.
F. RAS-de Boer.
IJmuiden, A. v. SLOOTEN.
I W. v. SLOOTEN-
de Boer.
D. DE BOER.
J. DE BOER-
Kramer.
J. DE BOER.
C. DE BOER.
L. DE BOER.
J. DE BOER.
M. DE BOER.
Helder, 8 Augustus 1919.
Jan in 't Veldstraat 96.
Inplaate van kaarten.
Verloofd
J0. M. MATERS
en
JAN P. VERHAGEN,
3um. der P. en Ti
Theresiastraat 204, den Haag.
Postkantoor, Leiderdorp.
Eenige en algemeene kennisgeving.
Ondertrouwd
T. SMITS,
en
M. H. M0REE
Kerkgracht 15,
leider. 6 Aug. 1919.
Hoogstraat 70, 6
Huweiykavoltrekking 21 Aug. a.s.
Inplaate van kaarten.
Ondertrouwd
J. 8R0NDSMA
hST'! 6 Au8u8tus i919-
Huweiykavoltrekking 28 Aug.
Diep getroffen door develebiyken
van innige deelneming, ontvangen
by het overiyden van onze geliefde
Dochter on Zuster
BER0INA JOHANNA,
betuigen wy U onzen hartelijken dank.
Helder, 8 Aug. 1919.
Familie J. TROOST.
Binnenhaven 13a.
W eggeloopen
Schotsohe HERDERSHOND,
middelbare grootte (reu{.Luisterend naai
den naam „Max". Tegen hooge be
looning terug te bezorgen by
H. P. HEILKER, Zuid Scharwoude.
Gevraagd oen net MEISJE.
Adres: Fa. J. N. QUEftELLE,
Kanaalweg 13
Ondergeteekende wenscht voor het
dorschen van allerlei Tuinzaden een
fl^eohlkt gepensioneerd Marine-
Man, geschikt en bekwaam om ta
drijven een Motor, gedreven door
Petroleum en aangemaakt met Benzine.
Geen voldoende kennis onnoodig zich
aan te melden. Zich te vervoegen
persooniyk of schrifteiyk byF. DE
VRIES Es., Spoorbrug, Koegras.
Te koop oen baste Schoenmakers-
Naaimaohine. Te bezichtigen
Werkplaats, Gravenstraat 46.
Te koop een flink WINKELHUIS,
aan do Spoorstraat, en een WOON
HUIS, san do Torenstraat No. 28.
Te bevragen bijden Aannemer
WIJKER.
Dam»* I
Maarwark Is asn zaak van vertrouwen
Wendt U dan asn onderstaand asresj
fair wordsn alle soorten Haar-
werken gemaakt op staal, sn vos
uitgevallen haar.
G. WIJTSMA,
SPOORSTRAAT IS.
FEUILLETON.
door
DAVID HENNESSEY.
3-1).
Joe hiald zijn paarden dicht bij «en
vuur waar een man brood aan hot
bakken waa, iu en zeide. „Goeden
avond, vriendI"
„Goeden avond," antwoordde de
man, hem strak aankijkend, „ben je
op weg naar de Creek?"
Terwijl Joe eeu bevestigend ant
woord gaf, kwamen er nog drie man
nen uit een tont, dio onder bedekking
van wat kreupelhout opgeslagen was.
„Dan zul je je moeten haasten, om
daar vóór donker to zijn."
„Ben je een mijnwerker?" vroeg een
ander, die met den eersten man op ge-
dempten toon had gesproken
„Dat zou ik denken," antwoordde
Joe, terwijl hij met jeugdig zelfver
trouwen van zijn paard sprong; „ik
bon met een groot monster erts naar
Maitland op weg."
„Goud?" vroeg een hunner.
„Wa9 het maar zool Do baas zou me
niet met goud hebben, weggezonden;
het iB een bijzonder soort kopererts."
Er werd nog wat gefluisterd, toen
vun de mannen tegen Joe zeide:
„Wij zijn een troep goudzoeker#. Je
kan vannacht wel hier bij ons blijven,
als je wilt, het is nog een heel eind
van hier naar de Creek."
Joe nam hot aanbod dadelijk aan.
Hij hield ze voor een troep kolonisten,
die waarschijnlijk geen onderscheid
konden tusschen een goudwaschmachi-
ne en een ertsbak; goedhartige kerels
overigens. Hij zeide hun, dat hij Joe
heette.
Twee van hen vertelden dat zij pas
uit Cornwallis gekomen waren, en een
derde beweerde, dat hij iu stilte al
eenig fortuin gemaakt had. Zij had
don oton in overvloed en wilden niet,
dat Joe hot zijne van zijn paard pakte.
Na de thee haalden zij oen flescli
whisky te voorschijn en gingen op
hun gemak zitten, om oen partijtje
euchre*) te spelen. Joe voegdo zich
bij hen. „Jammer!" zei er een. dien ze
Dandy Snow noemden, „dat er nog
niet een is, dan konden we met ons
zessen spelen."
Juist op dat oogenblik werd een
coo-ee**) i het bosch gehoord. Een
hunner antwoordde en onmiddellijk
daarop kwam op een prachtig paard
u geestelijke aanrijden.
„Lieve Hemel," zeide hij, voorzich
tig het kamp binnenrijdend, „ik .was
bang, dat ik verdwaald was. Ik ben
zoo moe als een hond en heb honger
als een paard. Ik heb een paar dekens
bij me. Jullie zijt zeker mijnwerkers,
heb je er iets op tegen, dat ik hier
vannacht blijf?"
„Natuurlijk niet, eerwaarde," zoide
oen der mannen, dien de andoren Ned
Fenton noemden. „Zet den ketel op,
Dandy, terwijl ik dominee help zijn
Een kaartspel, dat veel op whist
golijkt.
Hot signaal der Australische
woudloopors.
paard af te zadelen on een kermisbed
voor hem in do tent maak."
„Drommels!" zeide Dandy tegen
Joe, terwijl hij de kaarten wegmoffel
de en den waterketel over het vuur
hing. „Ik had liever den duivel dan
oen dominee gozion; hij zal vanavond
wel een godsdienstoefening willen
houden, dat zal jo zien, en wij hadden
liever een zesden man voor ons par
tijtje euchre gehad gehad. Maar Fen
ton is oen beetje aan den fijnen kant,
en hij is vandaag do baas van 't spul."
Joe verwonderde zich over do atten
ties, die ze den geestelijke bewezen.
Hij was moo, zoido bij, van zijn rit cn
Fenton maakte daarom voor hom een
sterken heeten whiskygrog klaar, voor
hij zijn avondeten at, en de mannen
zaten, zooals de geestelijke later op
merkte, om hem heen als jongens oj>
dG Zondagsschool, behalve dan dat zij
een pijp rookten en whisky dronken.
De dominee had een goeden eetlust
en vertelde hun, dat hij ongeveer een
maand geleden zijn gemeente verlaten
had en in dien tijd twintig godsdienst
oefeningen gehouden, vijf paren ge
trouwd, veertien kinderen gedoopt en
verschillende dronkaards tot geheel
onthouders bekeerd had. Hij zeide ver
der, dat hij erg bang was voor woud
loopors en liet doorschemeren, dat hij
een heele collectie cadeaux gekregen
had. „Hot iö.mijn jaarlijksche tournee,"
nierke hij op, „die ik altijd in den
maaitijd maak."
De verbazing van Joe werd nog
grooter, toen de geestelijke een gou
den horlogo uit zijn zak halend, zeide:
„We hebben nog oen uur voor bedtijd,
broeders, en als ik mij niet vergis, wa
ren jullie aan een spelletje euchre be
zig. Ik ben niet zoo heel kleingeestig
en jullie lijken me kalme jongens. Wat
zou je er van zeggen, als we mot ons
zessen speelden, en dan een glas whis
ky uit mijn reisflosch dronken, voor
we onder de wol gaan?"
„Mot alle genoegen, eerwaarde," zei
de Fenton. „Ik zie, dat u er oen bent
van het goode soort, ik wou, dat cr
moor zulke dominees waren."
De geestelijke kreeg dien nacht de
tent voor zich alleen, tenminste dat
vertelde Dandy aan Joe, en Joe sliep
onder een jongen eucalyptus, ge
wikkeld iu zijn dekens en zijn hoofd
op zijn zadel.
Den volgenden ochtend reed Joe
naar Bakor's Creek in gezelschap van
den Eerwaarden Ignatius Small van
de Allerheiligenkerk te Maitland, die
bij zijn vertrok den gastvrijen mijn
werkers zijn zogen had gegeven. „Het
zijn boste kerels," zeide hij onder het
rijden, „en die Fenton is blijkbaar in
eerbied voor hot geestelijk kleed op
gevoed. Ik hoop van harte, dat hot hun
goed zal gaan."
De ontdekking bij Bakor's Creek
was zoo geheim mogelijk gehouden;
maar verscheidene personen waren er
toch bezig een vrij grooten voorraad
alluviaal goud te wasschen.
Er stond een schuur, voornamelijk
opgetrokken uit op elkaar geplaatste
pakkisten, aan don voorkant bedekt
door een zeildoek, waarop geschilderd
was „Brown Co." Het was een fili
aal van een groote Maitlandsche firma,
die alles verkocht wat mijnwerkers of
reizigers konden hopen op zoo'n plek
te vinden. Hier werd het kostbare me
taal ingewisseld tegen haar geld, ijzer
waren, tabak en soms whisky.
De geestelijke stapte af in het hotel,
als men dat zoo moclit noomon, terwijl
Joe zijn intrek nam in cèn pension
met muren van, calicot*) en een ijze
ren dak op een geraamte van groene
jonge hoornen. Hij had een aanbeve
lingsbrief "bij zich van Brown Co
in Maitland, dien hij onderweg aan
den filiaalhouder te Baker's Creek
moest laten zien. De eigenaars der ko
permijn waren goede klanten geweest,
en Joo vermoedde, dat hij op oen har
telijke ontvangst zou kunnen reke
nen; maar tot zijn groote blijdschap
merkte hij, dat Ned Chipman, een neef
van een lid der firma en een oude
schoolkameraad van hem, gedurende
de afwezigheid van den filiaalhouder,
diens plaats zoolang innam. Ouder dan
Joe, was hij een flinke kerel gewor
den met eon sterk karakter en een
groote zakenkennis.
ITij wilde er niets van hooren, dat
Joe dien middag verder ging. „Boven
dien oude jongen," zeide hij, „is het
voor mij een bof, dat je nu juist hier
gekomen bont. Je weet niet wie je
vertrouwen kunt Ik moet morgen zelf
naar Maitland en om moer dan één re
den zou ik graag sameugaan. We kun
nen vannacht op dc toonbank slapen;
ga je ransel uit het pension halen en
oot- hier tot we weggaan."
„Waarom slaap je op de toonbank?"
vroeg Joe; maar juist op dat oogen
blik kwamen er verscheidene klanten
binnen en met een „dat zal ik je onder
het lunchen wel vertellen," zond Ned
hom weg om zijn ransel te gaan halen.
Toen hij door de eenige straat van
het stadje liep, kwam eeu kleine, dik-
Bedrukt katoen.
ko man op hem af en zeide: „Vreem
deling, er is vanavond een godsdienst
oefening bij de Roll-up-boom; er zijn
fluiten cii violon bij en een echte do
minee om dio te leiden. Je komt zeker
ook?"
„Zeker, als mijn zaken bet me niet
beletten," zeide Joe.
Do man was oen Mehodist uit Corn
wallis en hij snelde heen met de woor
den: „Zeg aan allen, die je spreekt,
dat 2e moeten komen; het is een zeld
zame gelegenheid in een afgelegen
plokje als dit." Joe vermoedde, dat de
geestelijke, dien de man bedoelde, zijn
vriend Ignatius Smul! moest zijn.
Gedurende etenstijd sloten zij de
schuur en onder het eten kwam Ned
Joe buitengewoon zenuwachtig en af
getrokken voor.
„Wat scheelt er aan?" vroeg Joe.
„Jo kijkt zoo ernstig als een doodbid
der." Ned keek omzichtig het kleine
vertrek, in een hoek waarvan oen ijze
ren brandkast, stond mot een dubbel
loops pistbol er bovenop, rond en
fluisterde: „Ik zal hot je na het eten
wel vertellen, Joe." En daarop wat lui
der. „Weet je niet, dat ik de volgende
week ga trouwen?"
„Neen," riep Joe uit, „ou wio is de
jonge dame?"
„Zij zal dadelijk hier zijn met haar
tante. Zo komen van Dunbar Station.
Daarom slapen we vannacht op de
toonbank."
„Wat? Daar was Mr. Small eergiste
renavond," zeide Joe en vertelde ver
volgens zijn ontmoeting met den gees
telijke in het kamp der goudzoekers.
Ned bleef een tijdlang in gedachten
verzonken en vroeg daarna Joe aller
lei dingen over het kamp. „Voor zoo-
ik weet, zijn dien kant uit geen
mijnwerkers," zeide hij, „en ik lieh
nooit vau een dominee Ignatius Small
Maitland gehoord; misschien is hij
hulppredikant of zoo iets, maar we
moeten onze oogen goed open houden;
je weet nooit wat dio woudloopors in
den zin hebben. Heb je ook vuurwa
pens in het kamp gezien?"
„Ja," zeide Joe, „ze hadden een heel
rot geweren; maar als het woudloo
pors waren, dan kon de dominee toch
in ieder geval niet tot bon behooron."
„Zeg dat niet al te gauw. oude jon
gen." was Ned's antwoord. „liet zou
me niet verwonderen, als Jack Sala-
thiel als geestelijke vermomd was. Ik
heb hem nog nooit gezien, maar vol
gens het zeggen is hij de knapste
acteur buiten het tooneel. In het Zui
den heeft hij een tijdje voor school
meester gespeeld, en men zegt, dal,
wanneer hij zich grimeert, zijn eigen
moeder liern niet zou herkennen."
Na den eten presenteerde Ned Joe
een sigaar, oen buitengewone luxe in
die dagen, cn zoido, terwijl hij er zelf
ook een opstak: „We hebben nog
twintig minuten den tijd voor ik de
zaak weer open. Nu wil ik je nog even
vertellen, waarom ik ipderen vreem
deling verdacht vind. Gisteren om do
zen tijd was or voor meor don vijf dui
zend pond goud en contanten in mijn
brandkast, maar nu is het onderweg
naar Maitland. Natuurlijk weten ze
hiar hosl goed, dat ik een aardige som
aan goud en geld moet wegbrengen.
(Wordt vervolgd.)