COURANT
De verborgen Vallei
NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Eerste Blad.
No. 5187
WOENSDAG 31 DECEMBER 1919
47e JAARGANG
ABONNEMENTEN BI] VOORUITBETALING:
Hcldersche Ct. per 9 mnd. f 1.20. franco per post f 1.40. Buitenland f 2.40
Zondagsblad 0.50. 0.60. 1.05
Modeblad 0.951.05. 1.30
Losse nummers der Courant 3 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag en Zaterdagmiddag
REDACTEUR-UITGEVER: C. DE BOER Jr.. HELDER
Bureau: Koningstr at 29 - Interc. Telefoon 50
ADVERTENTIÊN.
20 ct. p. regel. Inge:, mededeelingen' (kolombr. als redactioneelc tekst) 60 ct.
Kleine advert. (qevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10
ct. bij vooruitb. (adresBur. v. d. bi. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra).
Bew.-exempl. 3';'s ct Adv. op bep. aangew pl. worden 25 °/0 hooger berekend.
Het jaar 1919.
Nu straks het jaar 3919 zal worden uitge
luid en het nieuwe jaar uit de onbekende
toekomst zal oprijzen, doet) zich voor den
overzicht-schrijver eeno grdotere moeilijk
heid voor dan vroeger bij het herdenken van
zoon oudejaar het geval was. Het is het
eerste jaar na den grooten oorlog, en nog
te zeer is heel de maatschappij ontwricht,
dan dat het mogelijk ware met eenige zeker
heid ecne balans op te maken en den toe
stand te overzien. Alles staat in het toeken
van overgang; hot moge, door do tallooze
malen waarop het in de afgeloopen maauden
herhaald is, bijna tot een gemeenplaats zijn
geworden, het is niettemin zoo volkomen
juist: een nieuwe maatschappij is in wor
ding, een oude wereld ligt. in puin. Nieuwe
gezichtspunten zijn aan den horizon van ons
bestaan verrezen; andere vergezichten doe
men op. Het zou nutteloos zijn en vervelend
dit alles in den breede te herbalen of uit te
spinnen; wij ondervinden-dagelijks aan den
lijve de barensweeën van deze nieuwe, ko
mende, wereld.
Voor iemand dus, die den niéuwen toe
stand overzien wil, doet zich de moeilijkheid
voor, dat die toestand nog maar een toe
stan d-in-wording .is, en dat f men volstrekt
niet weet wat ervan groeien zal. Het gansche
jaar, dat achter ons ligt, beeft gestaan in
bet teeken der duurte:'het duurte-vraagstuk
beheerschte het. geheele denken van den
mensch. En met kunstmatige middelen
toeslagen, loonsverhoogingrn, moties, ver-
eenigingen, e.d., trachtte hij het to bezwe-
reu. Duidelijk is echter, dat de prijzen zich
langs den natuurlijken weg zullen moeten
regelen, in verband natuurlijk met den ge
stegen levensstandaard, do koogere loouen,
den verkorten arbeidsduur.
Liever dan ons te wagen aan economische
beschouwingen of aau bespiegelingen om
trent de toekomstige ontwikkeling der maat
schappij, willen wij deze plaats gebruiken om
een blik achter ons te werpen, en te zien
wat de vredestoestand ons en speciaal onze
stad, reeds voor goed gebracht beeft.
Want dat is zeker: de lange, felle oorlog
is ook aan ons land, aan onze stad, niet on
beroerd voorbijgegaan.
Feller dan «ooit is een herleving geko
men van energie, van werkkracht, van
idealisme," na zoo laug passief afwachten,
angstig samenzitten niet do hand aau het
geweer. Tal van ideeën, tal van toekomst
plannen zijn geopperd, en als ook maar een
vierde daarvan verwezenlijkt wordt, za! dit
onze stad tot grooten bloei strekken. Moe
ten wij ze' opnoemen? De „Held. Crt." heeft
steeds plaatsruimte geboden aan hen, die
iets in het belang van onze stad meenden te
moeten zeggen. Men herinnere zich sléchts
do belangrijke artikelen van den heer Nypels
over dc toekomst van den Helder, in verband
ook niet de in 1917 opgerichte Economische
Commissie; men herleze het verslag van do
grooto vergadering dezer Commissie in het
laatst van Junjjom te woten welke moeïelijk-
heden nog overwonnen moeten worden. Dit
alles, ook het recente artikel van den heer
Joh. M. L. Saunders, aansluitend op dienè
belangrijke werk over de economische posi
tie wijst op actie, op terugkomende energie
en werklust, en wij kunnen slechts hopen,
dat de komende jaren hiervan dé goede
vruchten mogen dragen!
In een-en-twintig vergaderingen heeft de
gemeenteraad in het afgeloopen jaar veel en
nuttig werk verricht. Reeds begin Februari
gaf bij bet voorbeeld door voor het gemeen
te-personeel den 8-urigen werkdag in te voe
ren, en den nachtarbeid voor bakkers af te
schaffen, terwijl duurte- en vacantietoesla
gen, later nieuwe, verbeterde loonregelingen
werden gegeven. Zoodra dit eenigszins mo
gelijk was werd do benauwende gasrantsoc-
neering afgeschaft (25 Maart). Natuurlijk
FEUILLETON.
Door
HUL13EUT FOOTNEK.
34)
„Ik wil er in het minst geen geheim van
maken," zeide hij quasie-onverschillig. „Ik
kwam een paai' Indianen tegen, die de Camp
bell op voeren, en die hebben me meegeno
men. Ik bad een bepaald punt in het hoofd
waar ik heen wilde, in een mooie streek, en
vlak aan de daar ontworpen spoorlijn. Ik
ging de rivier op tot den Zwarte Paardenpas,
en verder langs de nieuwe spoorbaan. Toen
ik in San Fran cisco was, heb ik gebruik ge
maakt van mijn claim, en nu moet ik nog
weer terug 0111 een stuk grond daar te ont
ginnen er een blokhuis tc bouwen; je weet,
dat staat in de bepalingen."
„Is. dat het verhaal, dat je verspreid wilt
hebben?" vroeg Dan, een tikje achterdochtig.
„Zooals je wilt," antwoordde Ralph stijf.
Zij keerden tegen den tijd van het souper
naar Marocey terug.
Bij het binnentreden van de eetkamer za
gen zij, dat er nog slechts twee plaatsen aan
de algemeene tafel open waren. Toen Ralph
zijn hand op de stoel legde, om hem onder
tafel uit. te trekken, keerde zich een breede,
dikke rug aan zijn linkerkaut om, en keek
hij plotseling in het glimmend, opgeblazen
gezicht van Joe Mixer. Hij wachtte ijzig, wat
gebeuren zou.
Joe sprong op. „Hallo, dokter!" riep hij
joviaal. „Welkom thuis! ik ben hier ook pas
was, speciaal voor de loonregelingen, geld
noodig, en het heeft het gemeentebestuur
veel moeite gekost dat tc krijgen. Onze fi-
nantieele toestand.men weet bet,.gaf aan
B._ én W. aanleiding een schrijven aan den
Min. van'Financiën te richten. Gelukkig, het
geld is er gekomen, en belangrijke werken
konden nu tevens ter hand worden genomen.
Wij denken bijvoorbeeld aan het graven van
hot spui-kanaal, waardoor werkeloosheid in
de gemeente voorkomen werd.
Hoever het vraagstuk der electrificatie ge
vorderd is, wij weten het niet. Men mag
echter op goede gronden verwachten, dat
1920 het jaar van liet electrisch licht wordt.
De werkzaamheid der Centrale Keukeu,
•tijdens het kritieke jaar 1917 opgericht, werd
stopgezet en dc inventaris verkocht. Onge
twijfeld heeft deze inrichting in do dagen
van voedselschaarschte groot nut gedaan.
Minder groot was dat van de befaamde Bri-
kettenpers, een sciiadepostje voor de ge
meente van niet geringen omvang.
Het bestek van dit artikel laat niet toe uit
voerig op deze en andere zaken in te gaan.
In zijn nieuwe samenstelling onder het
stelsel der Evenredige Vertegenwoordiging
beeft de Raad nog te kort gearbeid, dan
dat wij hierover reeds nu een oordeel zou
den kunnen vellen, zoodat wij moeten af
wachten wat een volgend jaar ons hierom
trent leeren zal.
Onder do min of meer belangrijke plaat
selijke gebeurtenissen memoreeren wij den
brand in het kruitmagazijn aan de Buiten
haven, in Januari van dit jaar. De toen door
leefde angstige oogenbhkken liggen nog
versch in ieders geheugen. Voorts de op-
riohting eoner groenteumarkt, evenals de
Consumentenvereniging geboren uit de
duurte der levensmiddelen, en blijkens de
symptomen, gene evenals deze, gedoemd
weer ten onder te gaan. Jammer. Speciaal
een groentemarkt heeft in een plaats als de
onze wel reden van bestaan. Wij denken
voorts aau de stichting van" de gedenkbank
tor nagedachtenis van den luitenant ter zee
J. :A. de Jongh, en aan de plannen om tot
stichting van een algemeen monument voor
de slachtoffers der mobilisatie te komen.
Voor den Helder ongetwijfeld een belang
rijke kwestie, daar een monument bijdragen
zal het aspect der stad te verfraaien. Wij
denken voorts aan het tragische ongeluk in
de Emmastraat, dat aan drie p<jrsonerr het
leven kostte, aan de rede vim onzen afge
vaardigde van de Bilt over een betere
spoorwegverbinding, en een grooter station.
Ja, die spoorwegverbinding! Den Helder is
in dit opzicht stiefmoederlijk bedeeld. Ho
pen wij, dat het nieuwe jaar ons de vurig
verlangde verbeteringen moge brengen! Of
voorts \an al die, door verschillende inzen
ders ter sprake 'gebrachte desiderata er zul
len zijn, die verwezenlijkt worden? IS Octo-
ber bepleitte de „Held. Crt." de oprichting
van een gymnasium; een andere onderwijs
instelling, wij bedoelen de handelsdagscbool,
opgericht door de Winkeliers-Vereeniging,
is inmiddels geopend, aan het gebouw in de
Dijk straat wordt nog gewerkt. Een nieuwe
Cbr. M. U. L. O.-School wordt gebouwd, een
nieuwe chr. lagere te Koegras eveneens.
Geleidelijk is de scheepvaart bezig zich te
herstellen. Duitsche, Engelsche en Neder-
landsche mijnenvegers zuiveren de kust van
het ontüig, tijdens de onzaligo oorlogsjaren
aldaar door de oorlogvoerende mogendheden
gedeponeerd en die nog altijd oorzaak zijn
van ongelukken en indirect van vele
strandingen uit de laatste weken. Een nieuw
uitbreidingsplan, werd door den gemeente
raad aanvaard en biedt mogelijkheden tot
een verfraaiing van onze stad. De bestaande
vereenigingen voor volkshuisvesting blijven
diligënt, maar do grooto woningnood is en
blijft een nationaal, schier internationaal
probleem, dat geleidelijk en eerst langzamer
hand kan worden opgelost.
De kwestie van het Hoogheemraadschap
uitvloeisel van den watersnood van 1916
'aangekomen op mijn vlot. Er wordt daar
juist verteld, dat je zulke avonturen hebt be
leefd. Ga zitten, en vertel eens op!"-
Ralph was genoodzaakt de hand to druk
ken, die hem toegestoken werd, wilde hij niet
een hoogloopende ruzie uitlokken.
Het souper word zonder verdere inciden
ten genuttigd. Een groot gezelschap is door
gaans niet rijk aan opmerkers, en slechts eon
enkel paar scherpe oogen aan do andere
zijde van de tafel ontging Ralph's afgemeten
heid niet, één paar slechts zag de kwaadaar
dige glinstering in Joe's kleine oogen wan
neer hij zichzelf onopgemerkt waande.
Stack wachtte geduldig zijn beurt af. Toen
het later werd, vertrokken Ralph en Dan in
de richting van Ralph's blokhuis. Stack ma
noeuvreerde net zoolang tot hij er in geslaagd
was, Joe een eindje van de anderen weg te
krijgen.
„llc heb eon flescli Schotsche whisky op
m'n kamer," fluisterde Stack. „Ga mee die
kraken."
Schotsche whisky kostte op Fort Edward
vijf dollar dc flosch. „Graag!" zei Joe, ter-
wjjl hij in het blijde vooruitzicht reeds zijn
mond afwischte met den rug van zijn hand.
„Niet aan de anderen zeggen," waarschuwde
Stack. „Er,is niet genoeg in een flesch voor
de heete bende."
Zij zaten op Stack's kamer, met de flesch
tusschen zich in. Stack speelde de rol van
den bescheiden vrager naar ïnlichtingcu be
treffende de streek, tot hij oordeelde, dat Joe
ver genoeg heen was om uit hem te krijgen,
wat hij wenschte.
Voorzichtig tastend begon hij: „Er schijnt
moer achter dat reisje van den dokter te ste
ken, dan hij weten wil."
Joe sprong «op als geëlectriseerd. Zijn
wordt, naar wij hopen, op voor den Helder
bevredigende wijze opgelost.
Verschillende jubilea werden in het afge
loopen jaar gevierd. Vooral van R.-K. zijde
waren de lustra niet van de luclxt. De R.-K.
Volksbond, de R.-K. Militaire, en Maria-Ver-
eeniging, zij allen vierden hun feest. Ook de
heer G. Koppen als lid van het R.-K. paTo-
cchiaal kerkbestuur, blce^niot achter. Even
eens herdacht zijn 25-jarig bestaan de Soc.-
Dem. Arb. Partij, terwijl in gereformeerden
kring vader en moeder Teitsma van het Te
huis aan den Kanaalweg met het zilver ge
sierd werden. En is de blijde incornste van
het tijdens de mobilisatie naar alle hoeken
verspreide en in den aanvang van het jaar
plechtig ingehaalde 21e reg. infanterie óók
niet in zekeren zin een jubileum?
Aan overledenen herdachten we de heeren
L. F. Over de Linden, lid van den Raad
(f7 Jan. 1919) en de bekwame en beminde
arts dr. C. G. van der Lee (f 4 Aug.), terwijl
tevens zijn collega dr. J. E. Honcoop
(f 22 Aug.) moet worden, genoemd -als ver
dienstelijk medicus, die nog veel deed ver
wachten van de toekomst. Inmiddels is nog
een oud inwoner van' den, Helder overleden,
n.1. de heer C. D. Zur Miihlen, waaromtrent
wij in ons vorig nummer schreven.
Na zoovele jaren van ellende en narigheid,
kunnen wij xoor 1920 verwachten eene op
klaring van den toestand, een nieuw tijdperk
van'welvaart en opbloei. En dit zij voor onze
lezers en lezeressen, de troost, waarmede zij
het nieuwe jaar ingaan!
Gemeenteraad van Helder.
Vergadering van Dinsdag 30 December.
Afwezig de heer Boogaard met kennis
geving.
Aan de orde zijn:
Ingekomen stukken en mededeelingen.
Bericht van mevr. B. A. Ketnerde Jongh,
dat zij voor hare benoeming tot lid der Com
missie tot wering van schoolverzuim be
dankt en van J. P. Sweering en D. Bakker,
dat zij hunne benoeming, als zoodanig aan
nemen.
Voor kennisgeving aangenomen.
Schrijven van het bestuur der afd. Noord-
Holland van <ip Vereeniging van Nederland-
sche Gemeenten, inzake tariefswijziging le
vering electrischen stroom.
Idem.
Proces-verbaal der opneming van kas en
boeken van den ontvanger dezer gemeehte
op 3 December 1919.
Idem.
Berichten van aanneming, der benoeming
van
a. A. W. Michels en J. A. J. van Hors-
sen als leden der Commissie van Toezicht
op het Middelbaar Onderwijs;
b. J. W. van Aken, als regent van het
Algemeen Weeshuis;
c. A. Kramer, als onderwijzer aan school
no. S.
Idem.
Verzoek om eervol ontslag van de dames
A. P. de VenBoon, A. J. MeijersNienhuis
en P. CorporaalSpruit, als Regentessen en
van de heeren L. de Bxuijn, H. Buiskool en
Th. C. W. van Mierlo, als regenten van het
Algemeen Weeshuis.
Held. Crt. 27 Dec.
De Voorzitter stelt voor do ontslag
aanvrage niet goed te keuren en den dames
en heeren mede te doelen, dat de Raad hen
vraagt die in te trekken.
De heer Staalman meent, dat den vo-
rigen keer iets gebeurd is, waardoor het Col
lege van fegenten verstoord is. De thans
afgetreden voorzitter, dè heer do Jongh,
heeft lange jaren zijne functie verdienste
lijk vervuld, maar dit geeft het College niet
adem siste tusschen zijn tanden. Zijn gezicht
werd van rood purper. „Je hebt gelijk, er zit
meer achterl"- riep hij uit met een grovon
vloek. „Een vrouwmensch zit d'r achter.'1
„Zool?" 'zeide Stack, die zich den smaragd
hanger herinnerde.
„Hij heeft haar door een smerigen streek
van mij afgetroggeld," ging Joe voort. „Door
den heilige voor, haar te spelen, die melkmuil
met z'n zoetsappig gezicht. Een maand gele
den zijn zo er met z'n tweeën vandoor ge
gaan. Maar ik zal het hem betaald zetten, al
zou het mij m'n leven kosten."
„Hij heeft een boot bij z'n bagage," zeide
Stack zachtjes. „Misschien is hij nu op den
terugweg naar haar."
„Natuurlijk gaat hij weer naar haar toe!"
knikte Joe, en met dronkemans-gcheimzin-
nigheid liet hij er op volgen: „Ik wacht juist,
dat hij vertrekt!"
Het wilde Stack voorkomen, dat hij nu wel
meer gewaar zou kunnen worden, en vroeg
zich af, hoe hij dit het handigst zou aan
leggen.
„Ik heb het land aan dien ventl" barstte
bij plotseling uit, en onverholen haat vonkte
in zijn muizenoogen. „Hij verbeeldt zich won
der wat! Een ander behandelt hij als een stuk
vuil! Ik wou, dat Mk hem eens eon1 toontje
lager kon doen zingen 1"
Joe boog zich over de tafel heen, en strekte
zijn hand uit. „Sla toe, kameraadl" lalde hij
met dikke tong. „Het doet iemands hart
goed, je zóó te hooren spreken. Be heb m'n
maag van dien kerel vol ik word dol als
ik er aan denk, dat-die vlasbaard Joe Mixer
eenmaal te slim af is geweest. Maar ik heb
geen rust, voor ik met hem heb afgerekend."
Nog een glas en zij waren gezworen bond-
genooten.
het recht op den raad verstoord te zijn. Er
zijn thans andere raadsleden met andere in
zichten. Het Collége had kunnen volstaan
met aan den Raad te zeggen: gij hebt iets
gedaan, dat wij niet'goedvinden. Spr. stelt
voor het College alsnog mede te deelen, dat
de Raad het gebeurde betreurt en te komen
met een voorstel tot uitbreiding. Dan kun
nen de thans fungeerende dames en heeren
in functie blijven.
De heer Adriaanse hoort deze mede-
deeling met genoegen. Spr. vindt het beter
de voordracht terug te nemen. Ware van de
zijde van het College van regenten den vo-
rigen keer een wenk gegeven, dan hadden
B. en W. de voordracht aangehouden. De
Raad heeft mede schuld aan den gang van
zaken.
De heer de Zwart is het nieUeens met
deze redeneeringen. Spr. zal vóór net voor
stel van B. en W. stemmen. Hoo de heer
Adriaanse beweren kan, dat de Raad mede
schuld heeft, is spr. een raadsel.
In het program van de gezamenlijke par
tijen komt ook voor de Evenredige Verte
genwoordiging; ook voor het Weeshuis e.d.
en ds. Buiskool heeft indertijd in het „Dag
blad" betoogd, dat op dit punt liet program
geen uitvoering behoefde. Men kan ons dan
toch niets verwijten: men wist vooruit dat
de Raad zou breken met dc sleur om maar
weer de oude titularissen te benoemen; men
wist dus dat er verandering zou komen en
bad den Raad deze pil niet te slikken moe
ten geven. Het uitgesproken karakter van
den Raad na de verkiezingen was, dat wij
zouden doen zooals we deden en wij moe
ten de consequentie aanvaarden. Als de da
mes en heeren om deze redenen heengaan
willen en het welzijn der weezen afhanke
lijk maken van een punt van eer, zal spr.
nooit meer medewerken dezen ooit in een
of ander college te verkiezen.
De heer Staalman betreurt niet de be
noeming-van Aken en mevr. Spruit, alleen
de niet-benoeming van den oud-voorzitter.
Spr. wist niet, dat de heer db Jongh voor
zitter was. Had spr. dat geweten dan had bij
wellicht het voorstel gedaan de zaak uit te
stellen. Daarom wil spr. dus liever uitbrei
ding van bet College.
Den heer Grunwald doet het genor-
gen dat de heer Staalman aldus, sprak. Spr
betreurt ook, dat do heer de Jongh gewipt
wordt. De heer de Zwart spreekt van Evenr.
Vert., maar in de Commissie van Toezicht
op het Middelbaar Onderwijs is thans ook
een soc.-dera. gekozen. En 't gaat niet aan
nu dadelijk al den buit te willen binnenha
len; men weet niet of men dadelijk geschik
te andere la-achten vindt. Beter kon men
aan het College van Regenten vragen neem
die voordracht terug. Het was spr. niot be
kend dat men iets" dergelijks doen zou, en
spr. kan zich vereenigen met de redenen,
die de heer Staalman ontvouwt.
*De heer Bok kan zich niet voorstellen
dat dit do bedoeling is van Evenredige Ver
tegenwoordiging. Was er eene vacature ge
weest, dan was het nog wat anders en ware
dit niet krenkend geweest. Men had beter
gedaan om een kleine vingerwijzing te
geven.
De heer de Zwart: De heeren Bok en
Grunwald draaien de zaak om. Jarenlang is
het al een twistvraag geweest om eens per
sonen van andere richting in dergelijke col
leges te benoemen. Jarenlang zijn wij al
bezig een anderen geest aan te kweeken.
De heer Bok: Dan moet er op gewezen
worden.
De heer de Zwart: Dat is gedaan door
ds. Buiskool in liet „Dagblad". En nu zegt
do heer Bok: wachten op een vacature. Maar
men kan nog wel 20 jaar aanblijven en op
die manier komt er nooit nieuw bloed. Men
wist toch dat zoo iets te verwachten was en
dat men de kous op den kop zou krijgen,
't Gaat niet aan dat do Raad om een eer-
kwestio nu terugkomt on spreekt van „be
treuren".
„Wat ben je van plan?"- vroeg Stack.
„Ik heb een paar lui aangenomen, die daar
bij mij rondhingen,"- zeide Joe, „kerels, die
voor niets staan een blanke en een rood
huid. Die neem ik mee, en samen volgen wo
hem als hij teruggaat naar die meid. weet
niet waar hij haar achtergelaten heeft. En
dan," Joo wreef zich vergenoegd de vettige
handen „dan zullen wij met z'n drietjes dat
broekje eens een lesje geven."
Stack overlegde snel, de lippen, als proe
vend, toegespitst. De toestand werd ingewik
keld. Het was duidelijk, dat Joo niets van
goud wist. Misschien zou hij, Stack, dat ge
heim voor zichzelf kunnen houden, en toch
nog Joe tegen Ralph uitspelen. Dat Joe ge
zelschap meenam, beviel Stack niet, maar hij
had geen keus; slechts door zich bij hen aan
te sluiten had hij gelegenheid Ralph op zijn
tocht to kunnen volgen. Dit gaf don doorslag.
„Neem mij ook mee," zeide Stack in adem-
looze spanning.
„Hè wat?" zeide Joe, gedeeltelijk ont
nuchterend. Hij mat den kleinen man van
zijn hoofd tot de voeten en lachte smalend.
„Waar zou jij goed voor zijn?"
„Van vechten heb ik geen kaas gegeten,"
bekende Stack nederig. „Maar ik zou je goe
den raad kunnen geven. Zie je, ik heb her
sens ik heb voor advocaat gestudeerd."
„Loop naar den duivel met je advocaterij,"
vloekte Joe. Hij monsterde Staclc met een
sluwen blik. „Je moet je reis betalen," zei hij.
„Ik neem geen passagiers voor niets mee."
„Hoeveel?' vroeg Stack bang.
Joe keek hem aan met oogen als spelde-
koppen. „Nu laten we zeggen een ronde
som voor de heele reis," stelde hij voor. „Bij
voorbeeld tweehonderd vijftig dollar."
Stack slaakte een zucht van verlichting.
De heer Biersteker heeft voor het
voorstel-Staalman een sympathieker hou
ding dan voor dat van den heer de Zwart.
Men moet hier ook edschen van fatsoen doen
gelden.
De heer B 0 r k e r t' interrumpeert.
De vorige raadsmeerderheid heeft jaren
lang steeds haar eigen vrienden voorgetrok
ken.
De heer Biersteker protesteert tegen
deze uitlating en zal aan de hand van het
urgentieprogram daar nog wel eens nader
over spreken. Spr. houdt niet van duilcboot-
taktiek: wees royaal en zeg dan ik neem,
de voordracht terug. Wat nu geschiedde was
oen overval en die dit betreurt geeft blijk
het. werk van een ander óók te annreciéeren.
Dan zouden alle commissieleden in derge
lijke gevallen moeten zoggen: we leggen
onze functies neer. Laat men dan alle regee-
ringsambtenaren ontslaan en eigen vriendjes
aanstellen. Wij hebben rekening te houden
met menschen die belangeloos hun kracht
disponibel stelden en dat is speciaal de heer
de Jongh geweest, die 25 jaar lang als een
vader moest optreden en bet is een klap in
zijn gezicht geweest. Spr. vindt haar sym
pathiek, de uiting van den-heer Staalman.
Wil het College niet ingaan op hetgeen
dezo voorstelt, dan is de Raad vrij. Spr.
acht het echter in 't belang van het Wees
huis, dat er menschen inkomen, die verstand
van de zaak hebben.
De heer Spruit: Uit de discussies
blijkt, dat de schuld bij het College van re
genten ligt, dat den Raad niet op de hoogte
bracht. Do heer Adriaanse heeft weleens
meegewerkt om anderen in een of andere
functie te benoemen.
Do heer Adriaanse: Dat was bij va
catures.
De heer Spruit bepleit ook het voorstel
ofn den heer de Jongh weer terug te doen
komen.
De heer Verstegen mag, na het door
den heer Biersteker gesprokene, niet zwij
gen. Duikbootentaktiek, zegt deze heer. Van
1848 af is de partij van den beer B. in de
meerderheid geweest in het. land. Als we
do geschiedenis op willen slaan van de tal;-
tick van die bewindhebbers tegenover de
groote massa van het volk, dan zal die ge
schiedenis beschamende bladzijden aan
wijzen.
Er wordt door den heer B. gezegd, die
menschen hebben belangeloos werk gedaan.
Do soc.-dem. hadden dat óók gedaan. Als
de heer B. zegt: willen jelui die menschen er
dan niet in hebben? dan zeggen w ij: Evenr.
Vert. te willen. Maar de heer Biersteker
hoeft al die jaren alleen zijn vriendjes er in
gehaald.
Het geval op zich zelf, dat den voorzitter
van het College van Regenton treft, is pijn
lijk, maar ais hij zich op bet standpunt van
deze tijden kan plaatsen, zal hij het opvat
ten, niet als een persoonlijke miskenning,
maar als eon kwestie van beginsel. De keer
de Jongli is 'voorzitter èf tengevolge van
de gewijzigde richting in de;i Raad, niet
door mindere appreciatie. Zóó behoort liet
College van Regenten het to bezien en als
zij zich gekrenkt voelen is dat een benepen
standpunt
De heer Bierstekor: 't Gaat bij spr.
om de zaak, dat we een Collego van Regen
ten hebben waarbij de persoon niet in het
spel is. Als spr. moet kiezen tusschen een
soc.-dem. en iemand van spr. eigen partii,
zou. hij don soc.-dem. kiezen, tenzij dio niet
geschikt is.
De heer de Zwart: De heor Biersteker
komt thans tot deze overtuiging, maar toen
zijn partij de meerderheid had, heeft hij dit
nooit gedaan.
De heer Bierstoker: Indertijd gingen
stemmen op, dat geen katholiek of rechtsch'o
„Goed!" zei hij.
Joe keek teleurgesteld. „Misschion wordt
het iets meer,"- begon hij.
„Gezegd is gezegdl" riep Stack opgewon
den.
„Nu, vooruit dan!" Met handslag werd de
overeonkomst bezegeld.
„Hebben we die andere menschon bepaald
noodig?" vroeg Stack met bedoeling.
„Ja, de halfbloed moet sturen," zeide Joe.
„Die andere moet koken. Ik ga noojt op reis
zonder miin kok mee te nemen."
„Zooveel menschen praten ook weer zoo
veel meer," protesteerde Stack nog zwakjes.
„Dat wil ik ook!" zeide Joe. „Ik wil dat er
gepraat wordt! Iedereen moet weten, dat geen
mensch Joe Mixer tc na kan komen, zonder
het te moeten bezuren !"-
HOOFDSTUK XIV.
De tweede reis.
Den volgenden middag zette do „Tewslc-
bury" weer koers naar Gisborae, met Ralph,
Joe Mixer en Stack als passagiers aan boord.
Stack hajl tot Ralph gezegd: „Ik ga mee naar
Gisbornc, en dan meteen weer terug. Een
mooie gelegenheid voor een nieuweling als
ik, om eens wat van de streek te zien." Dat
scheen aannemelijk, en klonk onschuldig. Op
den tocht heerschte een zeer 'vriendschappe
lijke toon. Stack veinsde een groote bewon
dering voor Ralph, Joo was minzaam. Ralph
speelde ook nu.de rol, welke hij eenmaal had
aangenomen: die van ieman,j, die met alles
tevreden is en niet veel zogt- Intusschen
vroeg hij zich niet zonder ocnige bezorgd
heid af, hóe hij het moest aanleggen 0111 in
Gisborue onopgemerkt weg te komen.
(Wordt vervolgd).