COURANT De verborgen Vallei NIEUWSBLAD VOOR HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Eerste Blad. No. 5187 WOENSDAG 31 DECEMBER 1919 47e JAARGANG ABONNEMENTEN BI] VOORUITBETALING: Hcldersche Ct. per 9 mnd. f 1.20. franco per post f 1.40. Buitenland f 2.40 Zondagsblad 0.50. 0.60. 1.05 Modeblad 0.951.05. 1.30 Losse nummers der Courant 3 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag en Zaterdagmiddag REDACTEUR-UITGEVER: C. DE BOER Jr.. HELDER Bureau: Koningstr at 29 - Interc. Telefoon 50 ADVERTENTIÊN. 20 ct. p. regel. Inge:, mededeelingen' (kolombr. als redactioneelc tekst) 60 ct. Kleine advert. (qevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitb. (adresBur. v. d. bi. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra). Bew.-exempl. 3';'s ct Adv. op bep. aangew pl. worden 25 °/0 hooger berekend. Het jaar 1919. Nu straks het jaar 3919 zal worden uitge luid en het nieuwe jaar uit de onbekende toekomst zal oprijzen, doet) zich voor den overzicht-schrijver eeno grdotere moeilijk heid voor dan vroeger bij het herdenken van zoon oudejaar het geval was. Het is het eerste jaar na den grooten oorlog, en nog te zeer is heel de maatschappij ontwricht, dan dat het mogelijk ware met eenige zeker heid ecne balans op te maken en den toe stand te overzien. Alles staat in het toeken van overgang; hot moge, door do tallooze malen waarop het in de afgeloopen maauden herhaald is, bijna tot een gemeenplaats zijn geworden, het is niettemin zoo volkomen juist: een nieuwe maatschappij is in wor ding, een oude wereld ligt. in puin. Nieuwe gezichtspunten zijn aan den horizon van ons bestaan verrezen; andere vergezichten doe men op. Het zou nutteloos zijn en vervelend dit alles in den breede te herbalen of uit te spinnen; wij ondervinden-dagelijks aan den lijve de barensweeën van deze nieuwe, ko mende, wereld. Voor iemand dus, die den niéuwen toe stand overzien wil, doet zich de moeilijkheid voor, dat die toestand nog maar een toe stan d-in-wording .is, en dat f men volstrekt niet weet wat ervan groeien zal. Het gansche jaar, dat achter ons ligt, beeft gestaan in bet teeken der duurte:'het duurte-vraagstuk beheerschte het. geheele denken van den mensch. En met kunstmatige middelen toeslagen, loonsverhoogingrn, moties, ver- eenigingen, e.d., trachtte hij het to bezwe- reu. Duidelijk is echter, dat de prijzen zich langs den natuurlijken weg zullen moeten regelen, in verband natuurlijk met den ge stegen levensstandaard, do koogere loouen, den verkorten arbeidsduur. Liever dan ons te wagen aan economische beschouwingen of aau bespiegelingen om trent de toekomstige ontwikkeling der maat schappij, willen wij deze plaats gebruiken om een blik achter ons te werpen, en te zien wat de vredestoestand ons en speciaal onze stad, reeds voor goed gebracht beeft. Want dat is zeker: de lange, felle oorlog is ook aan ons land, aan onze stad, niet on beroerd voorbijgegaan. Feller dan «ooit is een herleving geko men van energie, van werkkracht, van idealisme," na zoo laug passief afwachten, angstig samenzitten niet do hand aau het geweer. Tal van ideeën, tal van toekomst plannen zijn geopperd, en als ook maar een vierde daarvan verwezenlijkt wordt, za! dit onze stad tot grooten bloei strekken. Moe ten wij ze' opnoemen? De „Held. Crt." heeft steeds plaatsruimte geboden aan hen, die iets in het belang van onze stad meenden te moeten zeggen. Men herinnere zich sléchts do belangrijke artikelen van den heer Nypels over dc toekomst van den Helder, in verband ook niet de in 1917 opgerichte Economische Commissie; men herleze het verslag van do grooto vergadering dezer Commissie in het laatst van Junjjom te woten welke moeïelijk- heden nog overwonnen moeten worden. Dit alles, ook het recente artikel van den heer Joh. M. L. Saunders, aansluitend op dienè belangrijke werk over de economische posi tie wijst op actie, op terugkomende energie en werklust, en wij kunnen slechts hopen, dat de komende jaren hiervan dé goede vruchten mogen dragen! In een-en-twintig vergaderingen heeft de gemeenteraad in het afgeloopen jaar veel en nuttig werk verricht. Reeds begin Februari gaf bij bet voorbeeld door voor het gemeen te-personeel den 8-urigen werkdag in te voe ren, en den nachtarbeid voor bakkers af te schaffen, terwijl duurte- en vacantietoesla gen, later nieuwe, verbeterde loonregelingen werden gegeven. Zoodra dit eenigszins mo gelijk was werd do benauwende gasrantsoc- neering afgeschaft (25 Maart). Natuurlijk FEUILLETON. Door HUL13EUT FOOTNEK. 34) „Ik wil er in het minst geen geheim van maken," zeide hij quasie-onverschillig. „Ik kwam een paai' Indianen tegen, die de Camp bell op voeren, en die hebben me meegeno men. Ik bad een bepaald punt in het hoofd waar ik heen wilde, in een mooie streek, en vlak aan de daar ontworpen spoorlijn. Ik ging de rivier op tot den Zwarte Paardenpas, en verder langs de nieuwe spoorbaan. Toen ik in San Fran cisco was, heb ik gebruik ge maakt van mijn claim, en nu moet ik nog weer terug 0111 een stuk grond daar te ont ginnen er een blokhuis tc bouwen; je weet, dat staat in de bepalingen." „Is. dat het verhaal, dat je verspreid wilt hebben?" vroeg Dan, een tikje achterdochtig. „Zooals je wilt," antwoordde Ralph stijf. Zij keerden tegen den tijd van het souper naar Marocey terug. Bij het binnentreden van de eetkamer za gen zij, dat er nog slechts twee plaatsen aan de algemeene tafel open waren. Toen Ralph zijn hand op de stoel legde, om hem onder tafel uit. te trekken, keerde zich een breede, dikke rug aan zijn linkerkaut om, en keek hij plotseling in het glimmend, opgeblazen gezicht van Joe Mixer. Hij wachtte ijzig, wat gebeuren zou. Joe sprong op. „Hallo, dokter!" riep hij joviaal. „Welkom thuis! ik ben hier ook pas was, speciaal voor de loonregelingen, geld noodig, en het heeft het gemeentebestuur veel moeite gekost dat tc krijgen. Onze fi- nantieele toestand.men weet bet,.gaf aan B._ én W. aanleiding een schrijven aan den Min. van'Financiën te richten. Gelukkig, het geld is er gekomen, en belangrijke werken konden nu tevens ter hand worden genomen. Wij denken bijvoorbeeld aan het graven van hot spui-kanaal, waardoor werkeloosheid in de gemeente voorkomen werd. Hoever het vraagstuk der electrificatie ge vorderd is, wij weten het niet. Men mag echter op goede gronden verwachten, dat 1920 het jaar van liet electrisch licht wordt. De werkzaamheid der Centrale Keukeu, •tijdens het kritieke jaar 1917 opgericht, werd stopgezet en dc inventaris verkocht. Onge twijfeld heeft deze inrichting in do dagen van voedselschaarschte groot nut gedaan. Minder groot was dat van de befaamde Bri- kettenpers, een sciiadepostje voor de ge meente van niet geringen omvang. Het bestek van dit artikel laat niet toe uit voerig op deze en andere zaken in te gaan. In zijn nieuwe samenstelling onder het stelsel der Evenredige Vertegenwoordiging beeft de Raad nog te kort gearbeid, dan dat wij hierover reeds nu een oordeel zou den kunnen vellen, zoodat wij moeten af wachten wat een volgend jaar ons hierom trent leeren zal. Onder do min of meer belangrijke plaat selijke gebeurtenissen memoreeren wij den brand in het kruitmagazijn aan de Buiten haven, in Januari van dit jaar. De toen door leefde angstige oogenbhkken liggen nog versch in ieders geheugen. Voorts de op- riohting eoner groenteumarkt, evenals de Consumentenvereniging geboren uit de duurte der levensmiddelen, en blijkens de symptomen, gene evenals deze, gedoemd weer ten onder te gaan. Jammer. Speciaal een groentemarkt heeft in een plaats als de onze wel reden van bestaan. Wij denken voorts aau de stichting van" de gedenkbank tor nagedachtenis van den luitenant ter zee J. :A. de Jongh, en aan de plannen om tot stichting van een algemeen monument voor de slachtoffers der mobilisatie te komen. Voor den Helder ongetwijfeld een belang rijke kwestie, daar een monument bijdragen zal het aspect der stad te verfraaien. Wij denken voorts aan het tragische ongeluk in de Emmastraat, dat aan drie p<jrsonerr het leven kostte, aan de rede vim onzen afge vaardigde van de Bilt over een betere spoorwegverbinding, en een grooter station. Ja, die spoorwegverbinding! Den Helder is in dit opzicht stiefmoederlijk bedeeld. Ho pen wij, dat het nieuwe jaar ons de vurig verlangde verbeteringen moge brengen! Of voorts \an al die, door verschillende inzen ders ter sprake 'gebrachte desiderata er zul len zijn, die verwezenlijkt worden? IS Octo- ber bepleitte de „Held. Crt." de oprichting van een gymnasium; een andere onderwijs instelling, wij bedoelen de handelsdagscbool, opgericht door de Winkeliers-Vereeniging, is inmiddels geopend, aan het gebouw in de Dijk straat wordt nog gewerkt. Een nieuwe Cbr. M. U. L. O.-School wordt gebouwd, een nieuwe chr. lagere te Koegras eveneens. Geleidelijk is de scheepvaart bezig zich te herstellen. Duitsche, Engelsche en Neder- landsche mijnenvegers zuiveren de kust van het ontüig, tijdens de onzaligo oorlogsjaren aldaar door de oorlogvoerende mogendheden gedeponeerd en die nog altijd oorzaak zijn van ongelukken en indirect van vele strandingen uit de laatste weken. Een nieuw uitbreidingsplan, werd door den gemeente raad aanvaard en biedt mogelijkheden tot een verfraaiing van onze stad. De bestaande vereenigingen voor volkshuisvesting blijven diligënt, maar do grooto woningnood is en blijft een nationaal, schier internationaal probleem, dat geleidelijk en eerst langzamer hand kan worden opgelost. De kwestie van het Hoogheemraadschap uitvloeisel van den watersnood van 1916 'aangekomen op mijn vlot. Er wordt daar juist verteld, dat je zulke avonturen hebt be leefd. Ga zitten, en vertel eens op!"- Ralph was genoodzaakt de hand to druk ken, die hem toegestoken werd, wilde hij niet een hoogloopende ruzie uitlokken. Het souper word zonder verdere inciden ten genuttigd. Een groot gezelschap is door gaans niet rijk aan opmerkers, en slechts eon enkel paar scherpe oogen aan do andere zijde van de tafel ontging Ralph's afgemeten heid niet, één paar slechts zag de kwaadaar dige glinstering in Joe's kleine oogen wan neer hij zichzelf onopgemerkt waande. Stack wachtte geduldig zijn beurt af. Toen het later werd, vertrokken Ralph en Dan in de richting van Ralph's blokhuis. Stack ma noeuvreerde net zoolang tot hij er in geslaagd was, Joe een eindje van de anderen weg te krijgen. „llc heb eon flescli Schotsche whisky op m'n kamer," fluisterde Stack. „Ga mee die kraken." Schotsche whisky kostte op Fort Edward vijf dollar dc flosch. „Graag!" zei Joe, ter- wjjl hij in het blijde vooruitzicht reeds zijn mond afwischte met den rug van zijn hand. „Niet aan de anderen zeggen," waarschuwde Stack. „Er,is niet genoeg in een flesch voor de heete bende." Zij zaten op Stack's kamer, met de flesch tusschen zich in. Stack speelde de rol van den bescheiden vrager naar ïnlichtingcu be treffende de streek, tot hij oordeelde, dat Joe ver genoeg heen was om uit hem te krijgen, wat hij wenschte. Voorzichtig tastend begon hij: „Er schijnt moer achter dat reisje van den dokter te ste ken, dan hij weten wil." Joe sprong «op als geëlectriseerd. Zijn wordt, naar wij hopen, op voor den Helder bevredigende wijze opgelost. Verschillende jubilea werden in het afge loopen jaar gevierd. Vooral van R.-K. zijde waren de lustra niet van de luclxt. De R.-K. Volksbond, de R.-K. Militaire, en Maria-Ver- eeniging, zij allen vierden hun feest. Ook de heer G. Koppen als lid van het R.-K. paTo- cchiaal kerkbestuur, blce^niot achter. Even eens herdacht zijn 25-jarig bestaan de Soc.- Dem. Arb. Partij, terwijl in gereformeerden kring vader en moeder Teitsma van het Te huis aan den Kanaalweg met het zilver ge sierd werden. En is de blijde incornste van het tijdens de mobilisatie naar alle hoeken verspreide en in den aanvang van het jaar plechtig ingehaalde 21e reg. infanterie óók niet in zekeren zin een jubileum? Aan overledenen herdachten we de heeren L. F. Over de Linden, lid van den Raad (f7 Jan. 1919) en de bekwame en beminde arts dr. C. G. van der Lee (f 4 Aug.), terwijl tevens zijn collega dr. J. E. Honcoop (f 22 Aug.) moet worden, genoemd -als ver dienstelijk medicus, die nog veel deed ver wachten van de toekomst. Inmiddels is nog een oud inwoner van' den, Helder overleden, n.1. de heer C. D. Zur Miihlen, waaromtrent wij in ons vorig nummer schreven. Na zoovele jaren van ellende en narigheid, kunnen wij xoor 1920 verwachten eene op klaring van den toestand, een nieuw tijdperk van'welvaart en opbloei. En dit zij voor onze lezers en lezeressen, de troost, waarmede zij het nieuwe jaar ingaan! Gemeenteraad van Helder. Vergadering van Dinsdag 30 December. Afwezig de heer Boogaard met kennis geving. Aan de orde zijn: Ingekomen stukken en mededeelingen. Bericht van mevr. B. A. Ketnerde Jongh, dat zij voor hare benoeming tot lid der Com missie tot wering van schoolverzuim be dankt en van J. P. Sweering en D. Bakker, dat zij hunne benoeming, als zoodanig aan nemen. Voor kennisgeving aangenomen. Schrijven van het bestuur der afd. Noord- Holland van <ip Vereeniging van Nederland- sche Gemeenten, inzake tariefswijziging le vering electrischen stroom. Idem. Proces-verbaal der opneming van kas en boeken van den ontvanger dezer gemeehte op 3 December 1919. Idem. Berichten van aanneming, der benoeming van a. A. W. Michels en J. A. J. van Hors- sen als leden der Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs; b. J. W. van Aken, als regent van het Algemeen Weeshuis; c. A. Kramer, als onderwijzer aan school no. S. Idem. Verzoek om eervol ontslag van de dames A. P. de VenBoon, A. J. MeijersNienhuis en P. CorporaalSpruit, als Regentessen en van de heeren L. de Bxuijn, H. Buiskool en Th. C. W. van Mierlo, als regenten van het Algemeen Weeshuis. Held. Crt. 27 Dec. De Voorzitter stelt voor do ontslag aanvrage niet goed te keuren en den dames en heeren mede te doelen, dat de Raad hen vraagt die in te trekken. De heer Staalman meent, dat den vo- rigen keer iets gebeurd is, waardoor het Col lege van fegenten verstoord is. De thans afgetreden voorzitter, dè heer do Jongh, heeft lange jaren zijne functie verdienste lijk vervuld, maar dit geeft het College niet adem siste tusschen zijn tanden. Zijn gezicht werd van rood purper. „Je hebt gelijk, er zit meer achterl"- riep hij uit met een grovon vloek. „Een vrouwmensch zit d'r achter.'1 „Zool?" 'zeide Stack, die zich den smaragd hanger herinnerde. „Hij heeft haar door een smerigen streek van mij afgetroggeld," ging Joe voort. „Door den heilige voor, haar te spelen, die melkmuil met z'n zoetsappig gezicht. Een maand gele den zijn zo er met z'n tweeën vandoor ge gaan. Maar ik zal het hem betaald zetten, al zou het mij m'n leven kosten." „Hij heeft een boot bij z'n bagage," zeide Stack zachtjes. „Misschien is hij nu op den terugweg naar haar." „Natuurlijk gaat hij weer naar haar toe!" knikte Joe, en met dronkemans-gcheimzin- nigheid liet hij er op volgen: „Ik wacht juist, dat hij vertrekt!" Het wilde Stack voorkomen, dat hij nu wel meer gewaar zou kunnen worden, en vroeg zich af, hoe hij dit het handigst zou aan leggen. „Ik heb het land aan dien ventl" barstte bij plotseling uit, en onverholen haat vonkte in zijn muizenoogen. „Hij verbeeldt zich won der wat! Een ander behandelt hij als een stuk vuil! Ik wou, dat Mk hem eens eon1 toontje lager kon doen zingen 1" Joe boog zich over de tafel heen, en strekte zijn hand uit. „Sla toe, kameraadl" lalde hij met dikke tong. „Het doet iemands hart goed, je zóó te hooren spreken. Be heb m'n maag van dien kerel vol ik word dol als ik er aan denk, dat-die vlasbaard Joe Mixer eenmaal te slim af is geweest. Maar ik heb geen rust, voor ik met hem heb afgerekend." Nog een glas en zij waren gezworen bond- genooten. het recht op den raad verstoord te zijn. Er zijn thans andere raadsleden met andere in zichten. Het Collége had kunnen volstaan met aan den Raad te zeggen: gij hebt iets gedaan, dat wij niet'goedvinden. Spr. stelt voor het College alsnog mede te deelen, dat de Raad het gebeurde betreurt en te komen met een voorstel tot uitbreiding. Dan kun nen de thans fungeerende dames en heeren in functie blijven. De heer Adriaanse hoort deze mede- deeling met genoegen. Spr. vindt het beter de voordracht terug te nemen. Ware van de zijde van het College van regenten den vo- rigen keer een wenk gegeven, dan hadden B. en W. de voordracht aangehouden. De Raad heeft mede schuld aan den gang van zaken. De heer de Zwart is het nieUeens met deze redeneeringen. Spr. zal vóór net voor stel van B. en W. stemmen. Hoo de heer Adriaanse beweren kan, dat de Raad mede schuld heeft, is spr. een raadsel. In het program van de gezamenlijke par tijen komt ook voor de Evenredige Verte genwoordiging; ook voor het Weeshuis e.d. en ds. Buiskool heeft indertijd in het „Dag blad" betoogd, dat op dit punt liet program geen uitvoering behoefde. Men kan ons dan toch niets verwijten: men wist vooruit dat de Raad zou breken met dc sleur om maar weer de oude titularissen te benoemen; men wist dus dat er verandering zou komen en bad den Raad deze pil niet te slikken moe ten geven. Het uitgesproken karakter van den Raad na de verkiezingen was, dat wij zouden doen zooals we deden en wij moe ten de consequentie aanvaarden. Als de da mes en heeren om deze redenen heengaan willen en het welzijn der weezen afhanke lijk maken van een punt van eer, zal spr. nooit meer medewerken dezen ooit in een of ander college te verkiezen. De heer Staalman betreurt niet de be noeming-van Aken en mevr. Spruit, alleen de niet-benoeming van den oud-voorzitter. Spr. wist niet, dat de heer db Jongh voor zitter was. Had spr. dat geweten dan had bij wellicht het voorstel gedaan de zaak uit te stellen. Daarom wil spr. dus liever uitbrei ding van bet College. Den heer Grunwald doet het genor- gen dat de heer Staalman aldus, sprak. Spr betreurt ook, dat do heer de Jongh gewipt wordt. De heer de Zwart spreekt van Evenr. Vert., maar in de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs is thans ook een soc.-dera. gekozen. En 't gaat niet aan nu dadelijk al den buit te willen binnenha len; men weet niet of men dadelijk geschik te andere la-achten vindt. Beter kon men aan het College van Regenten vragen neem die voordracht terug. Het was spr. niot be kend dat men iets" dergelijks doen zou, en spr. kan zich vereenigen met de redenen, die de heer Staalman ontvouwt. *De heer Bok kan zich niet voorstellen dat dit do bedoeling is van Evenredige Ver tegenwoordiging. Was er eene vacature ge weest, dan was het nog wat anders en ware dit niet krenkend geweest. Men had beter gedaan om een kleine vingerwijzing te geven. De heer de Zwart: De heeren Bok en Grunwald draaien de zaak om. Jarenlang is het al een twistvraag geweest om eens per sonen van andere richting in dergelijke col leges te benoemen. Jarenlang zijn wij al bezig een anderen geest aan te kweeken. De heer Bok: Dan moet er op gewezen worden. De heer de Zwart: Dat is gedaan door ds. Buiskool in liet „Dagblad". En nu zegt do heer Bok: wachten op een vacature. Maar men kan nog wel 20 jaar aanblijven en op die manier komt er nooit nieuw bloed. Men wist toch dat zoo iets te verwachten was en dat men de kous op den kop zou krijgen, 't Gaat niet aan dat do Raad om een eer- kwestio nu terugkomt on spreekt van „be treuren". „Wat ben je van plan?"- vroeg Stack. „Ik heb een paar lui aangenomen, die daar bij mij rondhingen,"- zeide Joe, „kerels, die voor niets staan een blanke en een rood huid. Die neem ik mee, en samen volgen wo hem als hij teruggaat naar die meid. weet niet waar hij haar achtergelaten heeft. En dan," Joo wreef zich vergenoegd de vettige handen „dan zullen wij met z'n drietjes dat broekje eens een lesje geven." Stack overlegde snel, de lippen, als proe vend, toegespitst. De toestand werd ingewik keld. Het was duidelijk, dat Joo niets van goud wist. Misschien zou hij, Stack, dat ge heim voor zichzelf kunnen houden, en toch nog Joe tegen Ralph uitspelen. Dat Joe ge zelschap meenam, beviel Stack niet, maar hij had geen keus; slechts door zich bij hen aan te sluiten had hij gelegenheid Ralph op zijn tocht to kunnen volgen. Dit gaf don doorslag. „Neem mij ook mee," zeide Stack in adem- looze spanning. „Hè wat?" zeide Joe, gedeeltelijk ont nuchterend. Hij mat den kleinen man van zijn hoofd tot de voeten en lachte smalend. „Waar zou jij goed voor zijn?" „Van vechten heb ik geen kaas gegeten," bekende Stack nederig. „Maar ik zou je goe den raad kunnen geven. Zie je, ik heb her sens ik heb voor advocaat gestudeerd." „Loop naar den duivel met je advocaterij," vloekte Joe. Hij monsterde Staclc met een sluwen blik. „Je moet je reis betalen," zei hij. „Ik neem geen passagiers voor niets mee." „Hoeveel?' vroeg Stack bang. Joe keek hem aan met oogen als spelde- koppen. „Nu laten we zeggen een ronde som voor de heele reis," stelde hij voor. „Bij voorbeeld tweehonderd vijftig dollar." Stack slaakte een zucht van verlichting. De heer Biersteker heeft voor het voorstel-Staalman een sympathieker hou ding dan voor dat van den heer de Zwart. Men moet hier ook edschen van fatsoen doen gelden. De heer B 0 r k e r t' interrumpeert. De vorige raadsmeerderheid heeft jaren lang steeds haar eigen vrienden voorgetrok ken. De heer Biersteker protesteert tegen deze uitlating en zal aan de hand van het urgentieprogram daar nog wel eens nader over spreken. Spr. houdt niet van duilcboot- taktiek: wees royaal en zeg dan ik neem, de voordracht terug. Wat nu geschiedde was oen overval en die dit betreurt geeft blijk het. werk van een ander óók te annreciéeren. Dan zouden alle commissieleden in derge lijke gevallen moeten zoggen: we leggen onze functies neer. Laat men dan alle regee- ringsambtenaren ontslaan en eigen vriendjes aanstellen. Wij hebben rekening te houden met menschen die belangeloos hun kracht disponibel stelden en dat is speciaal de heer de Jongh geweest, die 25 jaar lang als een vader moest optreden en bet is een klap in zijn gezicht geweest. Spr. vindt haar sym pathiek, de uiting van den-heer Staalman. Wil het College niet ingaan op hetgeen dezo voorstelt, dan is de Raad vrij. Spr. acht het echter in 't belang van het Wees huis, dat er menschen inkomen, die verstand van de zaak hebben. De heer Spruit: Uit de discussies blijkt, dat de schuld bij het College van re genten ligt, dat den Raad niet op de hoogte bracht. Do heer Adriaanse heeft weleens meegewerkt om anderen in een of andere functie te benoemen. Do heer Adriaanse: Dat was bij va catures. De heer Spruit bepleit ook het voorstel ofn den heer de Jongh weer terug te doen komen. De heer Verstegen mag, na het door den heer Biersteker gesprokene, niet zwij gen. Duikbootentaktiek, zegt deze heer. Van 1848 af is de partij van den beer B. in de meerderheid geweest in het. land. Als we do geschiedenis op willen slaan van de tal;- tick van die bewindhebbers tegenover de groote massa van het volk, dan zal die ge schiedenis beschamende bladzijden aan wijzen. Er wordt door den heer B. gezegd, die menschen hebben belangeloos werk gedaan. Do soc.-dem. hadden dat óók gedaan. Als de heer B. zegt: willen jelui die menschen er dan niet in hebben? dan zeggen w ij: Evenr. Vert. te willen. Maar de heer Biersteker hoeft al die jaren alleen zijn vriendjes er in gehaald. Het geval op zich zelf, dat den voorzitter van het College van Regenton treft, is pijn lijk, maar ais hij zich op bet standpunt van deze tijden kan plaatsen, zal hij het opvat ten, niet als een persoonlijke miskenning, maar als eon kwestie van beginsel. De keer de Jongli is 'voorzitter èf tengevolge van de gewijzigde richting in de;i Raad, niet door mindere appreciatie. Zóó behoort liet College van Regenten het to bezien en als zij zich gekrenkt voelen is dat een benepen standpunt De heer Bierstekor: 't Gaat bij spr. om de zaak, dat we een Collego van Regen ten hebben waarbij de persoon niet in het spel is. Als spr. moet kiezen tusschen een soc.-dem. en iemand van spr. eigen partii, zou. hij don soc.-dem. kiezen, tenzij dio niet geschikt is. De heer de Zwart: De heor Biersteker komt thans tot deze overtuiging, maar toen zijn partij de meerderheid had, heeft hij dit nooit gedaan. De heer Bierstoker: Indertijd gingen stemmen op, dat geen katholiek of rechtsch'o „Goed!" zei hij. Joe keek teleurgesteld. „Misschion wordt het iets meer,"- begon hij. „Gezegd is gezegdl" riep Stack opgewon den. „Nu, vooruit dan!" Met handslag werd de overeonkomst bezegeld. „Hebben we die andere menschon bepaald noodig?" vroeg Stack met bedoeling. „Ja, de halfbloed moet sturen," zeide Joe. „Die andere moet koken. Ik ga noojt op reis zonder miin kok mee te nemen." „Zooveel menschen praten ook weer zoo veel meer," protesteerde Stack nog zwakjes. „Dat wil ik ook!" zeide Joe. „Ik wil dat er gepraat wordt! Iedereen moet weten, dat geen mensch Joe Mixer tc na kan komen, zonder het te moeten bezuren !"- HOOFDSTUK XIV. De tweede reis. Den volgenden middag zette do „Tewslc- bury" weer koers naar Gisborae, met Ralph, Joe Mixer en Stack als passagiers aan boord. Stack hajl tot Ralph gezegd: „Ik ga mee naar Gisbornc, en dan meteen weer terug. Een mooie gelegenheid voor een nieuweling als ik, om eens wat van de streek te zien." Dat scheen aannemelijk, en klonk onschuldig. Op den tocht heerschte een zeer 'vriendschappe lijke toon. Stack veinsde een groote bewon dering voor Ralph, Joo was minzaam. Ralph speelde ook nu.de rol, welke hij eenmaal had aangenomen: die van ieman,j, die met alles tevreden is en niet veel zogt- Intusschen vroeg hij zich niet zonder ocnige bezorgd heid af, hóe hij het moest aanleggen 0111 in Gisborue onopgemerkt weg te komen. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1919 | | pagina 1