NIEUWSBLAD VOOR HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA De verborgen Vallei. Eerste Blad. Jongens- en Meisjes wollen Truien en Jurkjes, COLTOF, Kanaalweg, No. 5202 DONDERDAG 5 FEBRUARI 1920 48e JAARGANG Verschijnt Dinsdag-, Donderdag en Zaterdagmiddag REDACTEUR-UITGEVERC. DE BOER Jr„ HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 buitenland. FEUILLETON. Indien gij Uw HEERENCOSTUUM laat aanmeten bij de Firma I. GRUNWALD, Keizerstraat 116 bij de Keizersbrug, koopt gij 40 goedkooper dan ergers anders. Niettegenstaande te late levering van onze vroegtijdig opgegeven orders in waaronder de allerlaatste model len, heb ik deze zending toch geaccepteerd; al deze artikelen worden echter tegen exceptioneel lage prijzen verkocht. naast 't Casino. COURANT ABONNEMENTEN BIJ VOOR UITBET ALINGi Heldersche Ct. per 3 n^d. f 1.40, franco per post f 1.60. Buitenland f 2.40 Zondagsblad 0.571/,, 0.651.05 Modeblad 0.95. 1.05. „1.30 Losse nummers der Courant 4 ct. ADVERTENTIËN. 20 ct. p. regel. Ingez. mededeellngen (kolombr. als redactioneele tekst) 60 ct. Kleine advert. (gevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitb. (adresBur. v. d. bl. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra). Bew.-exempl. 3'/i ct. Adv. op bep. aangew. pl. worden 25 °/0 hooger berekend. De spoorwegdiefstallen. De correspondent van het „Hbl." te Berlijn meldt, dat te Breslau 4 spoorwegbeambten, 5 hulpbeambten en 10 arbeiders aangehouden zijn wegens diefstal van talrijke goedèren uit de spoorwagens. Een gedeelte der gestolen goederen voor eën waarde van 300.000 Mark kon worden in beslag genomen. Een der he lers is inspecteur van politie. Ook te Maagdenburg werden 12 spoorweg- dieven aangehouden, die onder de leiding van twee leden van het stationspolitiekorps stonden. Het bedrag der uitbetaalde schadevergoe ding, ontstaan door spoorwegdiefstallen op de Beiersche Staatsspoorwegen beloopt van 1 November 1918 tot 1 November 1919 57» miilioen Mark. Kort en bondig. De herbergiersvereeniging te Solingen had eene deputatie naar den regeeringsver- tegenwoordiger te Dusseldorp gezonden met het verzoek het dansverbod in te trekken. Hun verzoek werd afgewezen met de een voudige mededeeling, „dat het volk niet moet dansen, maar moet werken". De haven van Kiel. De Duitsche regeering heeft de vroegere oorlogshaven van Kiel aan de stedelijke auto riteiten afgestaan, teneinde deze haven te hervormen in een handelshaven. Kleinzieligheden. In de school voor adelborsten te Muerwick moest Maandagmiddag op bevel van een Fransch officier een Fransche afdeeling, be staande uit een sergeant en twaalf man, het daar aanwezige beeld van Blücher afkom stig van het oorlogsschip ''6100116^ stuk slaan en op de mestvaalt werpen. ENGELAND. De oud-strijders. „Doe mijn groeten aan Rosé. Zeg haar, dat ze niet moet tobben. Ik ben niet krankzinnig, denk dat dus niet; alleen gebroken van hart." Dit uittreksel uit een brief, achtergelaten door een gewezen soldaat, Thomas Grayson, die zelfmoord had gepleegd door zuringzout in te nemen, werd Zaterdag voorgelezen bij de lijkschouwing te Seamer, bij Scarborough. De vader van den soldaat verklaarde, dat zijn zoon, die uit een gezin van tw aalf kinde ren was, in Indië gediend had en na vijf jaar om zijn gezondheid ontslagen was. Vier broers van hem werden gewond. Hij had her haaldelijk malaria gehad, en tobde omdat zijn pensioentje hem afgenomen was, sedert hij moeite had gedaan om werk te vinden. De lijkschouwer, wiens vonnis luidde, dat de overledene zelfmoord gepleegd had, ter wijl hij krankzinnig was (een andere verkla ring van zelfmoord is in Engeland nu een maal onmogelijk, hoevele zelfmoordenaars ook voor hun dood verzekerd hebben, dat zij gezond van geest waren), zeide nog, dat er geen twijfel was, of Grayson had zijn land goed gediend. Dit is slechts een van de vele tragische ge vallen, die een licht werpen op den treurigen toestand, waarin vele oudgediende officieren en soldaten nu vei'keeren. Menschen, die hom derden malen den dood getrotseerd hebben, durven het leven niet meer trotseeren; het land, dat zij helpen redden, trekt de handen van hen af, de vakvereenigingen beletten hun te werken, en zoo worden zij verschop peling. Gelukkig, dat maarschalk Haig zoo wakker voor hen in de bres staat. Deze is Door HULBERT FOOTNER. 49) ,,Annie! Annie! Anniel" riep zij verrukt ti V'v vreeselijk lief van je om te komen! Ik heb er zoo naar verlangd je weer te zien! Je moet zeker een week hier blijven!" Glim lachend schudde Nahnya het hoofd. „Ik kwam alleen maar de kano terug brengen zeide zij met haar weeke, volle stem die zon derling harmonieerde met Kitty's opgewon den toon van spreken. „En ik heb versch berggeitenvleesch voor je meegebracht." „Heb je je eigen boot nu terug? is ze niet beschadigd?" wilde Kitty weten. „Ze had alleen maar een kleine scheur ge kregen tegen de rotspunten," antwoordde Nahajya. „Ik kon het gemakkelijk maken." „Maar hoe kon je met twee booten tegen Tv^room ^Pkonmn?" vroeg Kitty weer. j nlleen maar die van jou," ant woordde Nahnya. „De mijne ligt stroomaf waarts, aan dezen oever, isvaar ik haar ge makkelijk kan halen." „Hoe moet je daar dan komen?" "\eJ langs het strand, natuurlijk," ant woordde Nahnya. „En het is niet ver." o ,u Ik je hier heb, moet je niet denken, aat ik }e zoo maar dadelijk laat gaan," riep vr en ze omhelsde haar nogmi .„Maar jullie hebt hier allen jullie w< wmrp Nahnya tegen. „De mannen ..Mijn broers zijn naar de stad," zeidt Zaterdag, toen het groote hoofdkwartier ont bonden is, tijdelijk non-actief geworden. Hij zal wat rust nemen. Maar men zal weer spoe dig ervan hooren, want hij heeft verklaard, niet te zullen rusten, voor Engeland voor zijn oud-strijders gezorgd heeft, gelijk zij ver dienen. Dreigende staking te Antwerpen. Te Antwerpdn is een groote beweging ten gunste van een staking onder de kantoorbe dienden ontstaan, die verklaren, dat zij niet voor de uiterste middelen zullen terugdein zen om een belangrijke loonsverhooging te krijgen. Men denkt, dat de beweging zich snel zal uitbreiden en binnen enkele dagen tot een algemeene staking zal leiden. KORTE BERICHTEN. De Schicau-werf te Danzig is Maandag ge sloten. De lijst der Duitschers, wier uitlevering gevraagd wordt, is aian Von Lersner over handigd. Wladiwostock is door de revolutionnairen genomen. BINNENLAND. De uitlevering van den ex-kelzer. De Parijsche correspondent van het „Hbl." meldt d.d. 2 Februari, dat, daar de Entente vast besloten is de volledige uitvoering van het vredesverdrag te eischen, te voorzien is, dat zij eveneens krachtig zal staan op de uit levering van den ex-keizer. De overheer- schende meening is, dat men geen enkel ar tikel kan laten vallen zonder het geheele verdrag in. gevaar te brengen. De tekst der tweede nota, aan Nederland te zenden, is nog niet vastgesteld. Men mëent, dat de conferentie der ambassadeurs dit he den, Dinsdag, zal doen. Het bericht van de „New York Herald", volgens hetwelk de conferentie zich in die tweede nota zou bepalen tot een zuiver tech nische bespreking der Nederlandsche argu menten, komt den correspondent zeer weinig waarschijnlijk voor. Volgens hetzelfde blad zou de conferentie aldus redeneeren: „Duitschland heeft het verdrag van Ver- sailles geteekend; Nederland kan dus aanne men, dat Duitschland deelneemt aan het ver zoek tot uitlevering". Dit is mogelijk, meent de „HbI."-correspondent, doch de huidige strooming van de denkbeelden ter conferen tie schijnt mij veeleer een energieke houding tegenover Nederland te voorspellen. m Bij het bericht betreffende de overhandi ging van de uitleveringslijst aan von Lersner teekent de „Petit Parisien" aan: dat de ge allieerden eenstemmig en vastbesloten zijn om te eischen, dat geen enkele schuldige aan zijn vonnis zal ontkomen. De geallieerden, zoo voegt de „Petit Pari sien" eraan toe, zijn evenmin geneigd, om de spons te balen over de verantwoordelijk heid van den voornaamsten misdadiger, den gewezen keizer, en Holland zal spoedig mer ken, dat zij op dit punt geen uitvlucht of uit stel zullen toelaten. De „Petit Parisien" wist verder te vertel len, dat voor het geval onze regeering mocht volharden in haar besluit tot niet-uitlevering van den ex-keizer, men met zulke radicale maatregelen zou dreigen als een afbreken van de diplomatieke betrekkingen en mari tieme blokkade. Kitty. ,Alleen mijn vader is hier nog en en eqn vreemdeling." „Een vreemdeling?" herhaalde Nahnya. Maar Kitty wilde haar geheim niet onthei ligen door het zoo maar er uit te flappen Haar vriendin moest geleidelijk worden voor bereid, wilde zij haar de waarde er van vol komen doen gevoelen. „We hebben een blanke als gast hier," zeide zij, als was dit voor haar piet-s ongewoons. Doch Nahnya ontging haar blos niet. Zacht streelde* zij Kitty over het haar. „Waarom was je zoo plotseling weggeloo- pen?" vroeg Kitty haastig, om een andere wending aan het gesprek te geven. Nahnya haalde de schouders op. „Ik was bang, dat ze me zouden bedanken met zoo veel woorden," zeide zij verlegen. „Dan voel ik me onbeholpen." „Wat dwaas van je!" riep Kitty uit, en zij omhelsde haar opnieuw. Er was iets onrustigs, bewegelijks in Kitty, een nerveuse gejaagdheid, die op zichzelf al voldoende was, om Nahnya te doen begrij pen, dat er sinds hun afscheid iets was voor gevallen. „Zoo, heb je een gast," zeide zij plagend. „Hij is zeker nog jong, hè?" Kitty verschikte een der einden van Nah- nya's vlecht, die was losgegaan. „Ja, tamelijk jong," zeide zij. „Nu zul je je zeker niet meer zoo eenzaam voelen, wel?" vroeg Nahnya zacht. Kitty sprong op. „Maar je zult honger heb ben I" riep zij uit. „Ik zou het door dat ge praat werkelijk vergeten!" „Ik heb nog geen uur geleden gegeten," zeide Nahnya. „Ik 'ïeb geen honger." Kitty t -n nu-te praten over allerlei klei nheden, over het weêr, over haar broers, alles, behalve o\er hetgeen haar beider Dit bericht wordt evenwel door Reuter met klem tegengesproken. Het bericht van de „Petit Parisien" wordt in het Reuter-bericht niet alleen voorbarig, maar ook ge- v a a r 1 ij k genoemd. Geen van beide maat regelen wordt overwogen, laat staan be sproken. Een bericht uit Parijs da. 3 Febr. meldt: De Raad der ambassadeurs heeft den tekst goedgekeurd van de nota, die aan Von Lers ner zal worden gezonden naar aanleiding van de uitlevering der schuldigen. Daarna nam de Raad kennis van de concept-nota, die aan Nederland zal worden gericht als ant woord op zijn laatste mededeeling inzake de uitlevering van den ex-keizer. Alvorens de nota aan Nederland zal worden overhandigd, zal zij worden onderworpen aan de goedkeu ring van de hoofden der regeeringen. De Raad zal Vrijdag weder vergaderen. De uitlevering van den troonprins. De uitleveringslijst van de geallieerden bevat o. a. de namen van den kroonprins, waarvan de uitlevering door Duitschland van Nederland zal moeten worden geëischt, prins Eitel Friedrich, Hindenburg en Ludèndorff. Men verwacht te Parijs groot verzet van de zijde der Duitsche regeering en de confe rentie der ambassaeteurs zal er dus waar schijnlijk toe moeten komen de gevolgen eener weigering onder de oogen te zien. Niet temin blijft men vastbesloten de volledige uitvoering van het verdrag op dit punt en andere punten te eischen. Vragen van Kamerleden. De heer Juten heeft den minister van fi nanciën de volgende vragen gesteld: Is het uwe excellentie bekend, dat nu reeds verschillende Nederlanders, bezitters van groote vermogens, althans genietende groote inkomsten, ons land verlaten en zich in het buitenland, met name in België, metterwoon vestigen, om onzen belastingdruk te ontgaan? Is uwe excellentie niet van oordeel, dat al lerspoedigst maatregelen moeten worden ge nomen om dit wegvloeien van belastbare ver mogens en inkomens uit het land te beletten; en zoo daaraan onoverkomelijke bezwaren verbonden zijn, de vermogens dezer personen door buitengewone heffingen te treffen, ook bij verkoop hunner eigendommen aan derden? De dreigende staking der havenarbeiders. Uit Rotterdam wordt gemeld, dat de hoofd besturen van de Federatie en den Centralen Bond besloten hebben, Donderdagavond of Vrijdagmorgen een ultimatum te verzenden aan de werkgevers. De confessioneele orga nisaties zijn uitgenoodigd voor dien tjjd hun houding te bepalen. Door den voorzitter van den Loonraad in de Vervoerbedrijven, den heer Paul Nijgh, is 3 Februari aan het dagelijksch bestuur van het N. V. V. het volgende schrijven verzonden: In uw oproep tot de arbeiders om finan- cieelen steun, ten behoeve eener staking in de transportbedrijven, voorkomende int „Het Volk" van 28 Januari j.1., komen de volgen de zinsneden voor: „Zoo staat het echter niet. Gemiddeld „werkt de losse arbeider 41/» dag per week „en wat de organisaties derhalve eischen, „komt neer op een weekloon van 36 per „week, terwijl het Nijghsche idealisme hen 31.50 per week wil toekennen." en „Om voor zwaren arbeid 36 inkomen, te „krijgen, moet derhalve nog worden ge staakt tegen een idealistisch-doende werk- „geversgroep". geest vervulde. Nahnya onderbrak haar niet. Eindelijk kon Kitty zich niet langer inhou den, tegenover den rustigen, vriendelijken glimlach van haar vriendin; zij snelde op haar toe en verborg haar gloeiend gezichtje aan den schouder van het donkere meisje. „Oh, Anniel 't Is zoo vreemd! Ik kan het niet vertellen! Je moet hem maar zien de rest zul je dan wel raden! Ik ben mijzelf niet meer! Het is zoo plotseling gekomen. Nooit had ik kunnen denken, dat het zóó zou zijn! Oh, Anniel hjj is zoo sterk, zoo goed, zoo ge heimzinnig, zoo knap en zoo gevaarlijk! Ik ben bang voor hem. Ik voel me ongelukkig wanneer hij maar een oogenblik van mij weg is." Nahnya k.eek haar ernstig aan. „Heeft hij iets gezegd?" fluisterde zij. „Nog niet." „Maar lieve Kitty!" mompelde Nahnya. „Wees dan toch voorzichtig! Mannen „Hij is eerlijk en waar!" riep Kitty veront waardigd. „Dat kan ik aan zijn oogen zien!" ,;Weet je dan, wie hij is?" vroeg Nahnya gespannen. „Waar komt hij vandaan? Ken je zijn heele geschiedenis?" „Neen," gaf Kitty, even aarzelend, toe. „Maar hij is braaf en oprecht!" riep zij toen weer heftig uit. „Mijn gevoel zegt het me. Hjj is zoo lief voor me. Hij inaakt me het hof. Oh, Annie!" ging zij met bevende stem voort, „de laatste dagen heb ik als in een droom ge leefd! Voortdurend plaagt hij me, en ik vind het zoo heerlijk, want ik weet, dat hij zoo goed is. Altijd lachen we, en hebben we pret; de uren vliegen om als minuten!" Toen zij eenmaal het begin gevonden had, was Kitty's woordenstroom niet meer te stui ten, zij wilde nu de behoefte om haar hart uit te storten, geheel bevredigen. Nahnya hield Ofschoon het üw bestuur bekend is, al thans behoorde te zijn, dat het weekinko- m e n van den havenarbeider is samenge steld uit taakloon, stukloon en eventueel wachtgeld, doet gij het voorkomen alsof het door de werkgevers aangeboden standaard- loon van 7 de eenige grondslag vormt van het inkortten en dat dus bij een beweerde arbeidsfrekwentie van 4'/i dag, het aange boden gemiddelde weekloon 31.50 zou be dragen voor de losse havenarbeiders. Gij zegt voorts, dat wat de organisaties dus eischen, feitelijk neerkomt op 47a maal' 8 of op een weekloon van 36. Ik zal mij er op dit oogenblik, waar zoo groote belangen op het spel staan, van ont houden een kwalificatie te geven van een dergelijke voorstelling van zaken. De vol gende feitelijke mededeelingen spreken voor zichzelf. Amsterdam. Verdiend weekloon Aantal vaste arbeiders 2575, ƒ33.en hooger Losse arbeiders (H.A.R.) 2140, 85.gemiddeld Oct., Nov., Dec. 17 Jan. (2 feestdagen) 2076, 31. 8-14 2070, 36.— Rotterdam. Aantal vaste arbeiders 3200, 33.en hooger Losse arbeiders (H.A.R.) 6371, „29.gemiddeld 17 Jan. (2 feestdagen) Daar de centrale betaling te Rotterdam eerst begin Januari werd ingevoerd, zijn mij heden de gegevens voor-de week van 8 op 14 Januari nog niet volledig bekend, doch kan het gemiddelde overeenkomstig de voor afgaande week te Amsterdam en Rotterdam niet minder dan 34 bedragen. Het gemid delde weekinkomen bedraagt dus thans reeds voor de losse arbeiders, op den grondslag van het tegenwoordig etandaardloon van 6.50: voor Amsterdam 36; voor Rotter dam 34. Indien het aanbod der werkgevers per 1 Januari j.1. ware aanvaard, dan zouden deze cijfers (met 1/13 verhoogd) hebben be dragen: voor Amsterdam 38.75; voor Rot terdam 36.60; een en ander ongeacht het uitgestelde loon (ouderdomspensioen) ter waarde van f 2 k f 2.50 per man per week en de in mijn schrijven van 17 Januari aan de organisaties in uitzicht gestelde nadere herziening der wachtgeldregeling, tenge volge waarvan het gemiddelde weekinkomen te Rotterdam nog iets hooger zou worden. Van de juistheid van bovengenoemde ge gevens kunnen de organisaties die, wat Rot terdam betreft, zelf aan de volmaking van het instituut der H. A. R. hebben medege werkt, zich ter plaatse overtuigen. Waarom er dus afgezien van eventueele politieke redenen zou moeten worden ge staakt, is mij, reeds alleen op grond van uw eigen, bovenstaande mededeeling, die onge veer gelijkluidend door E. B(ouwman) in Ingezonden mededeeling. haar dicht tegen zich aangedrukt, en luister de, het donkere hoofdje op de borst neerge zonken. Toen Kitty eindelijk haar gelaat weer op hief, trof haar de ernstig-peinzende blik, waarmee Nahnya haar aanzag. Nooit had Kitty zoo'n innig-vriendelijke, maar tegelijk zoo diep-droevige oogen gezien. Hun blik scheen peilloos als de zee. „Annie," zeide zij dringend, „wat is er? Ben je niet blij voor me?" Krampachtig drukte Nahnya het meisje tegen zich aan. „Zeker ben ik er blij om," zeide Nahnya, zich beheerschend. „Ik houd van je. Dus ik ben blij dat je gelukkig bent!" „Maar je keek niet blij," merkte Kitty op. „Och, dat was dwaas van me," zeide Nah nya. „Het was maar ik denk aan mijzelf. Ik ben jong. Ik wilde ook gelukkig zijn!" „Dat zul je zeker worden!" riep Kitty uit. Nahnya glimlachte met dezelfde uit drukking nog in haar oogen. „Geluk zal nooit, nooit tot mij komen," mompelde zij. „Waarom niet?" wilde Kitty weten. Nahnya lachte haar eigen somberen blik weg, „Dwaasheid van me," riep zij uit. „Het lijkt wel, ik ben jaloersch! Vertel me nog meer! Hoe is hij hier zoo gekomen?" Gelijk elk verliefd meisje was Kitty in haar geluk een beetje egoïstisch. Zij liet zich door Nahnya's lach gemakkelijk gerust stellen. „Hij reisde heel alleen de rivier af," ging zy voort, blij te kunnen vertellen; „hij verloor zijn boot en alles wat hij bezat, in de Stanley- watervallen, hij werd uit zijn kano geslin gerd, en ontwrichtte zijn schouder. De pijn veroorzaakte hem ijlkoortsen. Dagenlang heeft hij in de bosschen rondgezworven. De Voorzienigheid leidde zijn schreden naar ons, „de Arbeid" van Zaterdag wordt gedaan, een raadsel. De Centrale Bond van Transportarbeiders verspreidde Woensdag een manifest onder zijn leden, waarin o.a. werd gezegd: Van alle organisaties bij elkaar zijn uitge bracht 11.421 stemmen, waarvan totaal 7995 vóór en 3374 tegen staking, de rest blanco en van onwaarde. Met deze cijfers voor zich heeft het bestuur van den Centralen Bond zich Maandag ern stig beraden over hef standpunt, dat thans moet worden ingenomen. Eenstemmig was evenwol de leiding van den Bond van oordeel, dat de uitspraak der gezamenlijke havenar beiders en zeelieden geen andere beteekenis hebben kan dan dat de overgroote meerder heid door middel van staking wil trachten de gestelde looneischen door te voeren. In de combinatievergadering der hoofdbe sturen was de uitslag reeds Zaterdag bespro ken. De R.-K. en Chr. organisaties, wier le den in meerderheid tegenstemden, is thans verzocht zich voor Donderdag a.s. definitief uit te spreken. Tusschen het bestuur der Ned. Federatie en den Centralen Bond is vastge steld, dat uiterlijk Vrijdagmorgen het ulti matum aan de werkgevers verzonden zal worden. De datum, waarop de staking naar het oordeel der besturen, geproclameerd moet worden, zal nader per manifest worden medegedeeld. „Kameraden! Wij gaan een zeer ernstigen en zwaren strijd tegemoet. De mededeeling der werkgevers, dat zij een dagloon van 8 voor havenarbeiders en 180 maandgage voor een matroos-stoker wel kunnen, doch niet willen betalen, noopt ons tot deze wor steling. „Voor het welslagen hangt veel, zeer veel af van uw gesloten optreden. Kalm, met de handen in de zakken, zonder onnoodige rel letjes en zonder schadelijke uitbreiding van het conflict, moet dit stuk strijd door u ge voerd worden." Post-, Telegraaf- en Telefoonpersoneel. Maandag hebben de verschillende organi saties van ambtenaren en personeel te Am sterdam vergaderd naar aanleiding van de nieuwe salarisregeling. Besloten werd alle mogelijke geoorloofde middelen aan te wenden, om de autoriteiten en het publiek te overtuigen van de achter stelling van het P. T. T.-personeel bij dat van andere takken van dienst, waarvan op deze vergadering voorbeelden werden aan gehaald. Met algemeene instemming werd het comité van uitvoering opdracht gegeven de meest krachtige maatregelen te treffen, ten einde tot een meer bevredigende rege ling der salarissen van de ambtenaren by het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie te geraken. Massa-ontslag. Aan de oliefabrieken „Calvé" te Delft zijn Zaterdag 126 man personeel ontslagen, de volgende week zullen er nog 250 volgen. De reden van dit massa-ontslag is gelegen in de lage valuta, waardoor de afzet naar Oostenrijk en Duitschland bijna geheel stop staat. Voor dezelfde kwantum plantenvet be taalden de Oostenrijkers voor den oorlog 200.000, thans 15 miilioen. Ziedaar de onmo gelijkheid van afzet. Gestrand. De Scheveningsche vischlogger Soh. 352, Jaooba, is Zondagmiddag te Scheveningen op een havenmuur in de buitenhaven gesla gen en dadelijk gezonken, zoo meldt de „Avondpost". De ijzeren logger wilde zeilende de haven binnenkomen, met zuidewind. Er stond een vry hooge zee. Tengevolge van den slechten zegt vader. H}j viel languit over den drempel, terwijl ik hier aan het werk was. Nooit van mijn leven ben ik zoo geschrokken 1" Nahnya was er in geslaagd, haar eigen droevige gedachten te verdringen. „Je hebt me nog niet verteld, hoe. hij er uit ziet," zeide zij met warme belangstelling. „Hij zal zoo dadelijk hier zijn," zeide Kitty blozend. „Dan kun je het zelf zien." Zij sprong op, vloog naar de deur, en keek het pad af. Hij was nog niet te zien. Toen zij terugkwam, vroeg Nahnya: „Hoe heet hij?" „Ralph Cowdray," zeide Kitty bedeesd. Het was doodstil in het blokhuis. Het beekje buiten scheen plotseling aan te zwel len. Kitty had toen zij den naam juitsprak verlegen het hoofd afgewend; zij kon dus niet zien, welke uitwerking hij op Nahnya zou hebben. Kitty wachtte, dat Nahnya iets zeg gen zou. De stilte in het vertrek werd druk kend als lood. „Vind "je het geen aardige naam?" vroeg Kitty aarzelend. Er kwam geen antwoord. Kitty sloeg ver rast de oogen naar haar vriendin op. Nahnya zat roerloos-stil in den stoel,' de handen in den schoot. Alleen was haar hoofd voorover op haar borst gezonken. De snelle blik, dien Kitty van terzijde op haar wierp, deed haar op haar vriendin toesnellen en den arm om haar heenslaan; met de vrije hand hief zij het hoofd op, teneinde haar in het gelaat te kunnen zien. Nahnya hield haar oogen stijf gesloten, maar de schrikwekkende, grijze bleekheid, die haar wangen overtoog, ver mocht zij niet te verbergen. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1920 | | pagina 1