NIEUWSBLAD VOOR
HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Eerste Blad.
No. 5210
DINSDAG 24 FEBRUARI 1920
48e JAARGANG
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
REDACTEUR-UITGEVER: C DE BOER Jr„ HELDER
Bureau: Koningstraat 29 f- Interc. Teléfoon 50
I. GRUNWALD,
HEEREN-COSTUUMS
•W
■VI
OURANT
ABONNEMENTEN BIJ VOORUITBETALING:
Heldersche Ct. per 3 mnd. f 1.40, franco per post f 1.60. Buitenland f 2.40
Zondagsblad 0.57'/,.0.65. 1.05
Modeblad 0.95. 1.05. „'l.30
Losse nummers der Courant 4 ct.
ADVERTENTIËN.
20 ct. p. regel. Ingez. mededeellngen (kolombr. als redactioneele tekst) 60 ct.
Kleine advert. (gevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10
ct. bij vooruitb. (adresBur. v. d. bl. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra).
Bew.-exempl. 3'/, ct. Adv. op bep. aangew. pl. worden 25 °/0 hooger berekend.
BUITENLAND.
DE TURKSCHE QUAESTIE.
Moet de Sultan te Konstantinopel blijven
of moet hij er vandaan? De conferentie te
Londen heeft beslist, dat het eerste het ge
val zal zijn, in overeenstemming met de op
vattingen die die Fransche regeering dien
aangaande had.
Dit besluit is blijkbaar niet naar den zin
van een groot deel van het Engelsche volk,
dat zich met de quaestie is gaan bemoeien.
Reeds valt een scherpe verdeeling in twee
partijen waar te nemen. De eene wil den
sultan te Konstantinopel laten en zijn
standpunt berust op hetgeen een 23 tal le
den van het Lagerhuis in een brief aan den
eersten minister daarvoor aanvoeren, waar
in zij o.a. zeggen:
„Wij wenschen uwe aandacht te vestigen
op de belofte die gij op 5 Januari 1918 ge
geven hebt, „dat wij niet vochten om Tur
kije van zijn hoofdstad of van de rijke ver
maarde landen in Klein-Azië en Thracië te
beroovèn, die overheerschend Turksoh in
ras zijn." Wij gelooven dat elke afwijking
van deze verplichting noodlottige gevolgen
zou 'hebben voor de stemming onder de Mu
zelmannen dn Indië. De internationale on
rust, wraarvan Konstantinopel heette een
bron te zijn, had niet haar oorzaak in haar
geografische ligging, maar in de aanwezig
heid van een slappe regeering. Zulke kui
perijen kunnen in de toekomst het best on
derdrukt worden, als de Turkschè regeering
in ha,ar hoofdstad in aanraking blijft met de
Europeesche beschaving. Zulk een regee
ring zou, als zij naar Klein-Azië verbannen
werd, meer dan ooit aan reactionaire invloe
den blootstaan."
De tegenstanders zien %echter in het feit
dat de Turksche regeering te Konstantino
pel verblijft de oorzaak der voortdurende
onrust op den Balkan. Een van hen, het
Laqerhuislid Sir SSmuel Hoarc beeft d
standpunt op een vergadering nader uiteen
gezet. Hij zeide daarbij o.m.:
Als wij den Turken toestaan daar te blij
ven na alles wat wij dienaangaande tijdens
den oorlog verklaard hebben, zouden wij
een premie leggen op de moordpartijen in
Armenië. De meening van den eersten mi
nister is, dat de Turken te Konstantinopel
moeten blijven om verdere moordpartijen
te voorkomen, maar de Jong-Turken heb
ben ons van politiek laten veranderen en
wij moedigen thans inderdaad nieuwe
moordpartijen -aan, welke de Jong-Turken
te baat nemen om betere voorwaarden aan
de geallieerden te ontrukken. De Turksche
regeering te Konstantinopel laten zou be-
teekenen, dat wij de vlag strijken voor de
Jong Turken, onze vijanden. Een interna
tionale financieele groep heeft pro-I urk-
Bche propaganda gemaakt in Erankrij":'
maar de andere verbondenen, met name
Griekenland, zijn tegen een Turksch Kon
stantinopel. Het zou voor Europa en de
heele wereld heel wat beter zijn, indien de
Turken gedwongen werden een homogeen
rijk in Klein-Azië te stichten, met den zetel
van den sultan te Broessa of in een andere
hoofdplaats."
De „Westm. Guardian" plaatst zich opk
aan de zijde van hen die Konstantinopel in
ternationaal willen maken. In een hoofdar
tikel zegt dit blad:
„Een buitengewone gelegenheid om de
beteekenis van d'en Volkenbond op de proet
te stellen heeft men door de beslissing om
trent Konstantinopel voorbij laten gaan.
Een internatkmaliseeren der Turksche
hoofdstad, evengoed als de geallieerden de
doorvaart daar heen doen, zou aan den ol-
kenbond een praotische beteekenis hebben
gegeven. Constantinopel overlaten aan den
Turk zal beteekenen het opleven van nieu
we eisdien om bezit er van in de toekomst
en zal ledden tot het hergeven van nieuwe
kracht aan oude veeten in het Oosten. De
Volkenbond als administrateur en contro
leur van Konstantinopel zou beslist kunnen
staan tegenover al die eisohen en als de
Kbalif mocht verlangen er te blijven, zou hij
er door den Volkent^ond beter dan ejders
veiligheid en bescherming vinden, en zou
tevens aan alle vrees der Mohammedanen
'over de bedoelingen der geallieerden tegen
hun geloof, een einde zijn gemaakt. Wij
hopen op deze gronden, dat de beslissing
van den Oppersten Raad niet onherroepe
lijk is."
Naar uit Londen gemeld wordt, zullen
door het geheele land meetings worden ge-
houden om verzet aan te teekenen tegen het
besluit om de Sultan te Konstantinopel te
laten. Mocht inderdaad blijken dat dit in
tegenstelling is met den wensch van de
groote meerderheid der Engelsche V'/
king dan zal Lloyd Goorge hiermede reKe-
nïrtg dienen te houden. En is er voor de
zooveelste keer een conflict tusscbeo de be
langen van Engeland en Frankrijk.
Herhaaldelijk reeds kwamen deze met el
kaar in strijd. Dat op die manier het nuttig
effect van de conferentie te Londe" voor
den toestand in Europa niet bijster groot
zal zijn, is te begrijpen. Uit de verschillend
berichten blijkt ook wel dat er niet de be
KEIZERSTRAAT, bl] de brug.
langen van de Oude wereld danig gesold
wordt en het eigenbelang bij aile beslissin
gen den doorslag geeft.
De (Engelsche) „Nation" wijst ook op de
wrijving met Frankrijk. In een hoofdarti
kel oVér het vredesverdrag zegt het blad
o.a.: Het verdrag is al aan het verdwijnen.
Het is overbodig om nog van een wijziging
te spreken. Het verdrag is dood. De straf
bepalingen zijn er reeds uitgevallen. Hoe
aangenaam dit ook mag zijn, minder aange-
paam is de wijze waarop het gebeurt. Frank
rijk schijnt voor iedere verzachting een con
cessie te vragen.
De „Nation" zet dan op de, volgende ma
nier uiteen hoe het verloop der gebeurtenis
sen op de conferentie te Londen is: le. Lloyd
George maakt aanstalten om den Keizer en
de generaals te doen ophangen. De Fran-
schen keuren dit'goed; 2e. Hij bereidt zich
erop voor om de Turken te verdrijven, de
Franschen verzetten zich met klem; Be. Hij
veranderde van meening over den Keizer
en de generaals, de Franschen keurden de
verandering af; 4e. De F ranschen lieten
hem toe, te veranderen, op voorwaarde dat
hij ook ten aanzien van de Turken veran
derde; 6e. Ten slotte wordt het touw, waar
mee de Keizer moest worden opgehangen',
het touw waarmee de verdrinkende sultan
veilig aan wal wordt gehaald.
DUITSCHLAND.
Een stelende burgemeester.
Gehriohe, de burgemeester van Hett-
stedt, is aangehouden. Weken lang heeft
deze bewindsman, die behoort tot de leiders
van de onafhankelijke socialisten in zijn
gemeente, te zamen mét zijn moeder, even
eens leidster van de onafhankelijken, des
nachts diefstal geploegd in het gemeente
lijk levensmiddelendepot.
Kostelooze voeding van stakers.
De staking-der metaalarbeiders te Solingen
duurt nog steeds voort. En nog steeds worden
de stakers en de uitgestotenen, totaal 13.000
man, op kosten van de stad gevoed in de ste
delijke volkskeukens. De werkgeversvereni
ging heeft daartegen geprotesteerd bij de
rijksregeering, die echter nog geen beslissing
heeft genomen of deze stedelijke hulp aan de
stakers al dan niet geoorloofd is. Inmiddels
maakt het gemeentebestuur bekend, dat het
binnen afzienbaren tijd het völkskeukenbe-
drijf moet beperken of staken, nadat het aan
tal personen, die gratis gevoed worden, reeds
tot 13.000 is gestegen.
FRANKRIJK.
De mijnwerkers gaan staken.
Terwijl de dreigende mijnwerkersstaking
afgewend scheen tengevolge van de aanne
ming door het parlement van het ontwerp,
waarbij het, pensioen op 1500 frs. wordt be
paald en dat voor de weduwen op 750 frs., is
thans toch besloten op 1 Maart het werk neer
te leggen.
De strijd gaat om het bedrag, dat de mijn
werkers moeten storten in de pensioenkas;
de mijnwerkers zijn bereid, zooals vroeger
4 van hun loon af te staan, maar niet 4.25
zooals de nieuwe wet bepaalt. Om dat mi
nimaal verschil zal de strijd aanvaard wor
den, althans indien op het laatste oogenblik
nog geen schikking wordt getroffen.
RUSLAND.
Naar de „Times"-correspondent te Nowo-
rossisk beweert, hebben gevangen genomen
officieren van het roode eger hem verteld,
dat Trotzky den laatsten tijd het officiers-
korps met buitengewone voorkomendheid be
handelt. Hij heeft hun oude voorrechten en
gezag hersteld, betaalt hen uitstekend en
heeft hun toegestaan de oude uniform weer
aan te trekken. De tucht, die vroeger, onder
het tsarisme in het leger heerschte, is ook
hersteld.
De bolsjewistische leiders verzekeren de
officieren, dat zij voor een groot en hereenigd
Rusland strijden. In antwoord op ylachten
van officieren over de vredesonderhandelin
gen met Estland heeft Trotzky geantwoord,
dat deze vrede maar tijdelijk zal zijn. Zoodra
hij met Dnikin heeft afgerekend, zal hij de
Oostzee-landen en Polen aanvallen.
De afschaffing van de kozakken-voorrech
ten in het door de bolsjewiki bezette Don-ge
bied wordt beschouwd als een teeken, dat de
roode regeering tegen eiken vOrm van sepa
ratisme en zelfbeschikking is.
Naar de Engelsche missie in Denikin's
hoofdkwartier meldt, zijn de kozakkeri in de
streek van Nowo-Tsjerkask tegen de bolsje
wiki in opstand gekomen. De sovjet te Nowo-
Tsjerkask is gevangen genomen en de roode
troepen, van het achtste leger, hebben zich
voor de opstandelingen in noordelijke rich
ting moeten terugtrekken.
Muziek in fabrieken.
Het Russische bolsjewist-orgaan „Pravda"
heeft, zegt de „Exchange", een artikel gepu
bliceerd, waarin geklaagd wordt, dat de werk
lust, en de productie in de Russische fabrie
ken steeds minder worden. Geheel Rusland
is in handen der arbeiders, doch „men moet
hem niet lastig vallen met het werk". Alles
verkeert in een toestand van verval. „Arbei
ders, die niet verkiezen te werken", zegt de
Pravda", moeten behandeld worden als de-
••teurs. Verder moeten de bolsjewisten ge-
'- maken van muziek als een opwekking
SPECIALITEIT In:
blauwe Engelsche Kamgarens.
tot werken. Muziek dient ook gemaakt te
worden op de landerijen, om de arbeiders tot
harder werken te prikkelen."
KORTE BERICHTEN.
In de afgeloopen week is het aantal sterf
gevallen tengevolge van, de griep te Dort-
mund gestegen tot 170. ièo week tevoren be
droeg het 115.
Te Duisburg zijn nogj oen aantal blikken
gecondenseerd vleesch voorradig, doch niét
voldoende om ze in de distributie te brengen.
Het recht om ervan te knopen wordt nu ver
loot!
Admiraal Horthy heeft den titel van „bé-
schermer" van Hongarije gekregen.
Kabinetscrisis in Spaiye.
Von Hirschfeldt, die een moordaanslag op
Erzberger pleegde, is tob één jaar en zes
maanderM?evangenisstra£^
vanaf 40 gulden.
HET COMMUNISTISCH GEVAAR IN HET
OOSTEN.
De oorrespondent van de „N. Rott. Ct." te
Weenen schrijft:
Officieren, die de laatste weken uit Rus
land zijn teruggekeerd, en er gevechten had
den bijgewoond, melden, dat 't roode sovjet-
leger thans uitstekend is gedisciplineerd. De
soldatenraden en volkscommissarissen in het
leger zijn reeds lajig afgeschaft, en als voor
heen worden de troepen door officieren van
het oude Russische regime aangevoerd, die
de militaire tucht streng handhaven. Daarbij
komt, dat de revolutionnaire militaire raad,
die onder voorzitterschap van Trotzky te Ser-
poechof bij Moskou zetelt, uitstekend voor
het leger zorgt. De soldaat wordt niet alleen
goed betaald en gevoed, doch ook aan munitie
en ander oorlogsmateriaal heeft het leger
geen gebrek. Of het waar is, dat de Russische
arbeiders uit eigen beweging meer dan 8 uur
per dag werken, zooals onlangs uit Moskou
werd geroeid, bl\ive iz. V* midden, een feit is
het, dat de Potilofwerken en de fabrieken en
mijnen van het Donetsgebied dag en nacht
en ook Zondags in bedrijf zijn om aan het
leger te kunnen leveren wat het noodig heeft.
Het gerucht, dat het sovjetleger, 't welk
eenige dagen geleden Odessa heroverde, ook
reeds voor Brody en Tarnopol staat, is wel is
waar nog niet bevestigd, doch dat neemt niet
weg, dat op het oogenblik een goed leger
van bijna 1 millioen bajonetten gereed staat
om ter verwezenlijking van de wereldrevolu
tie naar het westen op te rukken. Een officier
van den generalen staf van het Russische
leger, thans met verlof te Weenen, deelt in
„Neue Tag" het een en ander omtrent de op
stelling van het leger mede. Het noordelijk
front, onder bevel van generaal Gitis, bestaat
uit het 6e leger, sterk 32.000 man, onder gene
raal Klembofski en het Moermanleger sterk
30.000 man. Het zindelijk front, dat zich uit
strekt van de Dnjepr tot de Kaspische Zee en
146.000 bajonetten telt, bestaat uit het 8e, 0e,
10e, 11e en 13e leger onder het opperbevel
van generaal Parski. Het oostelijk front is
400.000 man sterk, en bestaat uit het le, 2e,
3e, 4e en 5e leger en de afdeelingen in Tur-
kestan onder bevel van generaal Kolegajef.
Het westelijk front, onder bevel van generaal
Znesojef, telt 180.000 man, en bestaat van
het noorden naar het zuiden uit de leger
groep Olonetz, het 7e, 15e, 16e en 12e leger;
ohef van den generalen staf is generaal No-
wikof^
Uit deze samenstelling blijkt, dat het
sovjetleger op het oogenblik ongeveer
Kofptou man sterk is, en de vraag is zeker niet
vaif belang ontbloot welke troepen in Europa
beschikbaar zijn om het oprukken in weste
lijke richting te verhinderen. Op Finland kan
in het geheel niet worden gerekend, daar na
de verkiezing van president Stahlberg van
een oorlog tegen sovjet-Rusland in dat land
geen sprake meer is. Van Estland is evenmin
tegenstand te verwachten, daar het leger on
der bevel van generaal Denison sterk com
munistisch is. Daarentegen zijn de 20.000
Letten, die het front van de lijn Walmar—
Paczof tot Baws—Nowoftsef verdedigen, be
slist anti-bolsjewistisch. Het kleine leger van
Litauen, 12.000 man, is echter onbetrouw
baar; na het échec van Denikin acht de regee
ring zich niet meer verplicht, hare in Reval
gedane belofte na te komen, te minder, daar
zij het van het grootste belang acht het door
Polen bezette gebied te bevrijden, en daar
voor in de eerste plaats haar kruit droog
wenscht te houden.
Het Poolsche leger, dat het front van Du-
naburg tot de Dnjestr verdedigt, bestaat uit
dé legergroep van generaal Bzeptycke, sterk
50.000 man, die het front van Dunaburg tot
de lijn KobrynHomel bezet houdt, de leger
groep van generaal Litowski, die met 12.000
mail het front tot aan de lijn KowelSarny
verdedigt en de legergroep van generaal
Iwaszkewics, die met 60.000 man het front tot
aan de Dnjestr bezet houdt. Dat de Poolsche
soldaat dapper is, kan niet worden ontkend,
een groot nadeel is echter, dat het leger
eigenlijk uit drie deelen bestaat en wel uit de
vroegere Oostenrijksche, de vroegere Duit-
sche regimenten en het z.g. leger van Haller,
dat pit in Frankrijk opgerichte regimenten
bestaat, die elk voor zich hun eigen organi
satie hebben behouden, en door officieren
worden aangevoerd, die van samenwerking
niet gediend zijn. De officieren uit het Oos
tenrijksche en Russische leger beschouwen
hunne collega's van de Poolsche legioenen
als minderwaardig, terwijl de Poolsche offi
cieren, die in Franschen dienst zijn geweest,
steeds de beste en mooiste betrekkingen ver
langen; het gevolg daarvan is een voorhal-
rende strijd cn groote oneenigheid onder de
officieren, waaronder de dienst in hooge
mate lijdt.
In het zuiden sluit aan het Poolsche het
Roemeensche leger aan, dat naar het heet 7
divisies sterk is, met ongeveer 84.000 man
aan het front, en 36.000 man reserves.
Tegenover het Russische leger van 180.000
man staan dus op het oogenblik op het wes
telijk front alleen de Letten, Polen en Roe
menen met 246.000 man, een 36.000 Roemeen
sche en ongeveer 100.000 man Poolsche re-
serven, doch daarbij mag niet uit het oog
worden verloren, dat de Russen zonder ge
vaar troepen van een der andere fronten
naar het westen kunnen brengen, daar im
mers van de anti-bosjewistische Russische
legers van Koltsjak, Denikin en Joedenitsj
zoo 'goed als niets meer is overgebleven.
Maar afgezien hiervan is het niet waarschijn
lijk, dat bij een aanval van Russische zijde
de onmisbare samenwerking tusschen Polen
en Roemeniërs zal bestaan, zonder welke het
onmogelijk zal zijn, een zegevierend Russisch
leger tot staan te brengen. Want wanneer die
samenwerking ontbreekt, of wanneer het de
sovjetregeering gelukt met Polen een over
eenkomst te sluiten, dan is het aan geen twij
fel onde. aevig, dat Roemenië, in het binnen
land door de ontevredenheid der boeren en
der bevolking in Zevenbergen en Bessarabië
verzwakt, in een oorlog met sovjet-Rusland
het onderspit zal delven, waarna Hongarije
en de Tsjecho-Slowaksche republiek gedwon
gen zouden zijn den strijd voort te zetten.
Ook voor Duitschland zou de toestand dan
hachelijk worden.
Het communistisch gevaar in het oosten is
dan ook volgens alle deskundigen, die in den
wereldoorlog ervaringen op het Russisch
front opdeden, zeer groot. Dat de entente
zulks niet inziet en niet alles doet om den
toestand in midden-Europa zoo spoedig mo
gelijk te consolideeren, is onbegrijpelijk.
In het communistische Rusland wordt
hard gewerkt om het leger van voorraden
te voorzien. In plaats van den 8 urendag is
de 12 urige werkdag gekomen.
„Of het waar is", schrijft de Weensche
correspondent van de N. Rott. Crt. in een
brief, warvoor hij de gegevens heeft gekre
gen van officieren, die uit Rusland zijn te
ruggekeerd, „dat de Rnssische arbeiders uit
eigen beweging weer meer dan 8 uur per
dag werken, zooals onlangs uit Moskou
werd gemeld, bJijve in het midden, een feit
is het, dat de Poetilofwerken en de fabrie
ken en mijnen van heit Donetsgebied dag en
nacht en ook Zondags aan den gang zijn om
aan het leger te kunnen leveren wat het
noodig heeft."
In Rusland wordt dus geweldig gewerkt
aan de organisatie, de verpleging en de uit
rusting van het frontleger, en wel door mid
del van een leger achter het front. M. a. w.
er is zoo iets als de „burgerlijke dienst
plicht", zooals Hindenburg het noemde, in
gevoerd.
De Russen gaan dus vechten, en, daar ze
hun binnenlandsehe vijanden al verslagen
hebben, gaan ze vechten tegen het buiten
land. Ze gaan een offensief openen tegen
het Westen. Ze zullen dit noemen een de
fensief. Van hun standpunt volkomen te
recht. Het communistisch Rusland, aanval
lend op West-Europa, vecht voor zijn voort
bestaan als zoodanig, gelijk het revolutio
naire Frankrijk aan het begin van de negen
tiende eeuw heeft gedaan, en evenals dat
Frankrijk moet het in den 'loop van den
strijd zijn inrichtingen wijzigen, waar het
trouwens al mee bezig is.
0
0
Hierboven werd reeds door den oorres
pondent uiteengezet, hoe het staat met de
strijdkrachten, die de Russen op hun weg
zullen ontmoeten, en hij komt tot de gevolg
trekking, dat zij niet heel veel waard zijn.
Behalve dat de Poolsche troepen onderling
geen goed geheel vormen, dient men ook
niet uit het oog te verliezen, dat de iet) we
Poolsche staat nog zeer jong is, en geen tijd
heeft gehad tot een vast organisme te
groeien, dat tegen zware schokken van bui
ten bestand is.
De „N. Rott. Crt." gaat hierop door. Ge
steld nu zegt het blad dat de Polen het
onderspit zullen delven, zullen de Duit-
schers hen dan van beteekenis helpen?
Waarschijnlijk niet. De verhouding tus
schen Duitschland en Polen is niet die van
hartelijke vriendschap^ En al wilde Duitsch
land, het zou niet kunnen, want het heeft
niet eens genoeg troepen, om de orde 'bin
nenslands te 'bewaren. Zelfs al zou Duitsch
land willen en kunnen, de entente zou zulk
een hulp niet toelaten, daar zij deze bewe
ging weer zou beschouwen als een Duitsche
„truc", om zich te wapenen, precies zooals
zij het oprukken der bolsjewiki zelf als een
Duitsche truc zal beschouwen, alleen daar
om al, omdat in het sovietleger vele gewe
zen Duitsche officieren vechten. Duitsch
land kan niet veel. De Duitsche bevolking
bemoeit zich nog steeds over het algemeen
meer met zijn eigen directe zaken, dan met
politiek. Zij heeft het slecht. Wie het niet
goed heeft, zal zich gewoonlijk niet fel tegen
politieke veranderingen verzetten, omdat
het hem onverschillig is, of hij door de kat
Onberispelijk gemaakt
en prima gevoerd.
of den hond gebeten wordt. Daar verder
allerminst te verwachten is, dat de entente
Veel troepen zal kunnen of willen afzonde
ren, om Duitschland te verdedigen, en daar
dë hulp, die de entente aan Polen zal ver
schaffen, te laat zal komen en gering zal
zijn, hebben de Russen in het volgende voor
jaar een heel goede kans, want de rest van
Europa is doodvermoeid.
Volgens het (Handelsblad" is op die com
munistische conferentie te Amsterdam ge
wag gemaakt van de mogelijkheid, dat de
Russische troepen aan onze Oostelijke, grens
zouden verschijnen. De veronderstelling
van deze mogelijkheid is, zooals uit het bo
vengaande blijkt, heelemaal niet belachelijk,
evenmin als dé verwachting, dat het water
van de Lek de polders bij Leiden zou over-
stroomen, in geval onze dijken eens plotse
ling in bordpapier werden veranderd. Want
wat tusschen den Rijn en de Westgrens van
Rusland aan militaire dekking staat, is te
gen een eventueelen aanyal van dien aard
niet veel meer waard dan bordpapier tegen
water.
Dit alles dient maar, om eens opmerk
zaam te maken op- den militairen toestand,
zooals die zich naar alle waarschijnlijkheid
ontwikkelen zal. Want de betrekkelijke ge
heimzinnigheid, die de Russen bij hun voor
bereidingen in acht nemen, is in dit geval,
van hun kant beschouwd, vrijwel overbodig.
Al zouden ze hun plannen in het openbaar
aankondigen, zij zouden hun kansen nau
welijks verminderen. Aan de Westzijde is
het amelijk niet zoozeer een kwestie van
niet inzien, ais van niet kunnen.
BINNENLAND.
Nederland en België.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
te Maastricht heeft een adres gericht aan den
raad van ministers, waarin zij spreekt van
„het groote gevaar, dat er voor Maastricht
en Zuid-Limburg zou dreigen bij de vaststel
ling te Parijs van de regeling van de water-
verkeerswegen tusschen België en Limburg".
Naar van niet-officieele zijde vernomen is,
zouden de plannen tot bevaarbaarmaking van
de Maas van Eijsden tot Maasbracht opgege
ven worden, en in plaats van een kanaal Ant
werpen Hasselt Maastricht Heerlen
Midden-Rijn, er een gegraven worden van
Antwerpen over Venlo naar Ruhrort. Dit zou,
zoo wordt in /het adres gezegd, voor Zuid-
Limburg, benevens voor het Limburgsche
kolenbekken, een ramp beteekenen.
De gewezen Duitsche keizer.
t».
Volgens een telegram uit Parijs zegt de
„Petit Parisien" in 'een artikel, waarin zij zich
met de toekomstige verblijfplaats van den
gewezen keizer bezig houdt, dat de Neder-
landsche regeering waarschijnlijk een ver af
gelegen oord daartoe zal aanwijzen. Zij heeft
zich met de keuze dier verblijfplaats bezig
gehouden en het Parijsche blad zegt te we
ten, dat de Nederlandsche regeering bezwaar
maakt in Nederl.-Indië een verblijfplaats
voor den ex-keizer aan te wijzen, wegens de
moeilijkheden aan zijn bewaking verbonden
en de gisting, die zijn aanwezigheid onder de
bevolking zou kunnen veroorzaken. De Ne
derlandsche regeering zou daarentegen ge
neigd zijn haar keus te vestigen op Curagao.
Het aanbod van den gewezen Dultschen
kroonprins.
Uit Parijs wordt gemeld, dat de geallieer
de regeeringen 't telegram van den ex-kroon
prins hebben ontvangen, waarin hij aanbiedt
zichzelf over te geven. Zij hebben besloten
er niet op te antwoorden.
Vragen van Kamerleden.
Door den heer Zijlstra zijn aan den minis
ter van Financiën de volgende vragen ge
steld:
1. Om welke reden blijft de maatregel, ge
durende den oorlog*genomen d.d. 24 Nov.
1915, waarbij het Groninger wad tusschen
Sohiermonnikoiog en Rottum tot verboden
gebied werd verklaard dat alleen bij spe
ciale vergunning van de daartoe bevoegde
autoriteit mocht worden bevaren, nog
steeds, nu de vredestoestand weer intrad;
gehandhaafd?
2. Kan de Minister mediedeelen waarom
aan de visschers van Zoutkamp die in vre
destijd binnen het genoemd verboden ge
bied de garnalen- en zeemosvissoherij, maar
inzonderheid de schelpdierenvisscherij uit
oefenden, thans nog de toegang tot dit ge
bied geweigerd wondt, terwijl aan één der
visschers door de thans bevhegde autoriteit,
den inspecteur der belastingen te den Hel
der, vergunning worde gegeven er zijn ar
beid te verrichten, waardoor hij in staat is
vooral veel strandgoederen aan te brengen,
die op het binnen het gebied gelegen Si-
monszand aanspoelen, strand goede ren, die
niet, zooals eertijds geschiedde te Zout
kamp, maar te Oostmahorn worden aange
bracht?
3. Is de Minister, gezien de groote schade
die de Zoutkamper visschers lijden door het
handhaven van genoemden maatregel, be
reid om spoedig het verbod op te heffen of
zoo dit nog niet mogelijk schijnt, te bevor
deren dat aan alle visschers te Zoutkamp
de vergunning wordt gegeven binnen het
verboden gebied hun bedrijf uit te oefenen?