NIEUWSBLAD VOOR HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Eerste Blad. No. 5211 DONDERDAG 26 FEBRUARI 1920 48e JAARGANG ra; Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag REDACTEUR-UITGEVER: C. DE BOER Jr., HELDER Bureau: Koningstraat 29 - Interc. Telefoon 50 COURANT ABONNEMENTEN BIJ VOORUIT BETALING: Heldersche Ct. per 3 mnd. f 1.40, franco per post f 1.60. Buitenland f 2.40 Z°"dtf,blad - - - 0.65. „1.05 Modeblad „0.95, i.05. I I i.30 Losse nummers der Courant 4 ct. DE WEEK. 24 Februari. Met de stemmen van bet voor deze gele genheid weer hereenigd „kwartet", alsmede van den Katholieken afgevaardigde Stule- meyer, tegenover het ontwerp onverzoenlijk, heeft de Tweede Kamer op Donderdag 19 Februari het ontwerp Voorbehoud der be voegdheid tot toetreding tot het Volkenbond- verdrag goedgekeurd. Dit wetsvoorstel werd meer dan eens genoemd „het gewichtigste, dat ooit bij het Parlement inkwam". Er be staat wel reden voor die omschrijving, maar het getal der aanwezige leden van het La gerhuis was met dit besef in wel zeer scherp contrast. Tóen de president zijn voorstel had gedaan om een maximum-spreektijd van één uur te bepalen, moest mr. Fock 't weer in trekken, wijl.anders gebleken zou zijn, dat het „quorum" er niet was. De sluizen der welbespraaktheid werden dus wagewijd open-gezet en drie dagen, onderwül de tri bunes leeg en verlaten waren, duurden de bespiegelingen. Geestdrift, bewondering voor dit traktaat had niemand. Men zou „op hoop van zegen" meegaan, vertrouwend dat er uit het zwakke plantje nog iets goeds zal voortspruiten. Bovendien besefte men, dat als Nederland weigerde toe te treden, onze positie er stellig niet beter op zou wor den in het internationale concert.Zooals mr. Troelstra 't uitdrukte: „Ten slotte hangt de toekomst van deze instelling van den geest der volkeren af, en omdat ik in dien geest vertrouwen heb, word ik ook niet door volkomen wantrouwen in dit ongelukkige exemplaar van den Volkenbond verteerd". Van dergelijk optimisme gaf ook mr. Mar- chant blijk. Nestor Lohman had weet men zeer ernstige bezwaren, die zeker niet alle door minister van Karnebeek's overi gens zoo kranige verdediging zullen onder vangen zijn. Het besef dat men „den sprong" moest wagen, gaf den doorslag. Hopen wij er 't beste van. Dat de „eeuiy van Nebucad nezar" welhaast zal aanlichten, niemand gelooft 't in ernst. Wie denkt aan den toon van een deel der Belgische pers over de Ne- derl.-Belgische overeenkomst, aan de erger- Lijk-koeie en onverschillige manier, waarop minister Hymans, en ook de voorzitter, maar heel-eventjes geprotesteerd hebben tegen de voor ons land diep-krenkende taal, kort ge leden in de Belgische Kamer, door den af gevaardigde Hubin geuit; hij zal begrijpen, dat, schoon dan onze verhouding tot Vlaan deren niet zal verkoelen, de verstandhouding met het annexionistisch, beslist anti-Neder- Iandsch België al bitter weinig in overeen stemming is met de thans ontluikende plan nen tot verbroedering! Dfe Volkenbond zal zeer zeker geruimen tijd behoeven om te worden tot iets, dat werkelijk God Mars op een afstand houdt. Intusschen wordt onze Regeering weder om voor het uitermatejastige „desideratum" gesteld van de geallieerden, vervat in hun jongste nota betreffende den ex-Keizer. De heer Duys heeft reeds den eisch gesteld, dat bij deze kwestie de Volksvertegenwoordiging zal worden gekend, en onbegrijpelijk is dat verlangen niet. Wanneer de Tweede Kamer die deze week een paar dagen vrij heeft genomen om zich voor te bereiden op het afdeelings-onderzoek van een torenhoogen stapel ontwerpen, den 2en Maart weer bij eenkomt, zal men vermoedelijk aanstonds wel ietë meer over deze zaak hooren, want de heer Duys behoort nu juist niet tot de menschen, die zich gauw laten „afschepen", en dóór heeft hij, op zichzelf genomen schóón-gelijk in. Van de buitengewone praat- lustigheid, speciaal van de juristen in het Parlement, was wel een kras staaltje: de om vang der juridische beschouwingen over de gewijzigde Duurtewet (nadat de Regeering deze belangrijke verandering had aange bracht, dat de beslissingen van den Duurte- raad aan de revisie van den Hoogen Raad zijn onderworpen), zoodat men met dit toch bijzonder-urgente wetsvoorstel op Vrijdag 20 dezer niet kon gereed-komen. De staking in het havenbedrijf ziet er niet zeer geruststellend uit: Het bericht, dat de werkgevers in het havenbedrijf het be drijf van 23 dezer zouden stopzetten, klonk verontrustend genoeg. En in 't bijzonder te Amsterdam werd de „atmosfeer" der sta king tot dusver vrij kalm, allengs woeliger. De heer Wijnkoop houdt weet men vol, dat hij en zijne vrienden het vuurtje niet aanstoken, en dat de verhalen over de dia manten en andere kostbaarheden, vanuit Rusland gezonden ter stijving van kas en propaganda op pure fantasie berusten. Ook hier geldt het „qui vivra verral". On voorwaardelijk geloof heeft de verzekering nog niet gevonden. En dat de Regeering op haar qui vive zal blijven, zich niet door ver zekeringen er .toe zal laten brengen om haar toezicht te verslappen, men kan ervan over tuigd wezen. In Plankenland is de rust nog niet terug gekeerd. Reeds werd wereldkundig gemaakt, dat 't burgemeester Teilegen gelukt was par tijen tot overeenstemming te brengen. Elk oogenblik kan de opheffing der „strike" wor den afgekondigd. Edoch men weet tus- sohen bekerrand en lippen is de afstand soms zeer groot! De tooneelisten-stakers vor derden dat de beweging geen slachtoffers zou kosten, en op dezen eisch werd ni^t aan stonds ingegaan. Het O. M. bij het Haagsdhe kantongereün heeft inmiddels zes dagen hechtenis gevor ADVERTENTIËN. 20 ct. p. regel. Ingez. mededeelingen (kolombr. als redactioneele tekst) 60 ct. Kleine advert. (gevr., te koop, te huur) v. 1 tot 4 regels 50 ct., elke regel meer 10 ct. bi) vooruitb. (adresBur. v. d. bf. en met br. onder nr. 10 ct. p. advert. extra). Bew.-exempl. 31/, ct. Adv. op bep. aangew. pl. worden 25 °/0 hooger berekend. derd tegen al de personen, die beschuldigd zijn van ordeverstoring bij Verkade in de Hofstad. Mr. Boudetyijnse zal dien eisch mis schien wat verzachten, maar men wil hier een „afschrikwekkend voorbeeld" stellen. Minister de Vries kwam met de bijzonder- blijde tijding, dat het accrès der Rijksmid delen over Januari jj. eventjes zestien mil- lioen meer bedroeg dan over Januari '19. Het cijfer is 321/» millioen gulden. Een dergelijke stijging is ongetwijfeld exorbitant. Maar wat wordt er bij voortdu ring van Vadertje Staat geëischt. De nieu we regeling der salarissen van officieren en onderofficieren bij land- en zeemacht komt aan vele, waaronder zeer rechtmatige, sinds jaar en dag aangeheven klachten tegemoet. Voor het oogenblik zal deze reorganisatie voldoening wekken. Maar hoe lang zal het duren, dat de onverpoosde stijging van den levensstandaard de menschen noodzaakt, op nieuw bij Vadertje Staat aan te kloppen? Volgens pessimisten en zelfs anderen, niet zeer lang! Den 23en werd de 4de Nederlandsche Jaarbeurs geopend; twee dagen later zal Prinses JuUana den eersten steen leggen voor het vaste Jaarbeurs-gebouw. Hier heeft men te doen met een kranig voorbeeld van taaien „Ausdauer" van fiksch volhouden. Er zijn tijden geweest, dat men aan de le vensvatbaarheid ten sterkste twijfel dé. De mannen en vrouwen, die hun schouders een maal onder het plan hadden gezet, dachten niet aan prijsgeven. En thans wcrdt hun energie beloond en bekroond, 't Baloorig ,/bij de pakken bijzitten" is geen doen voor de pittige Hollandsche natuur. Wanneer wij lezen, telkens weer, van ongelukken met vliegtuigen (de jongste week telde er twee, waarvan een met noodlottigen afloop voor den iuit.-t.-zee Dulfer), dan zullen er wel wankelmoedigen zijn, die zich afvragen,hoe „men er zich nog aan waagt". Maar juist die zin voor kordate volharding heeft Nederland beschermd in den loop der tijden. En zoolang die nog niet is uitgebluscht, zal onze autono mie niet tenonder gaan, met of zonder Volkenbond. Mr. ANTONIO. Engeland en Frankrijk. Millerand vertoeft weder te Londen tot het houden van belangrijke besprekingen. Van deze gelegenheid heeft hij gebruik ge maakt om te wijzen op de Fransch-Engelsche eensgezindheid. Of liever, hij heeft gezegd hoe het' zou moeten zijn. Millerand heeft namelijk op een banket van de Britsch-Fransche inter-universiteits- groep waarvan hij het voorzitterschap aanvaard had een rede gehouden, waarin hij o.a. verklaarde, dat hij bij de verdediging van de belangen van zijn land nooit de be langen van de geallieerden en in het bijzon der die van Frankrijk en Engeland uit het oog verloor. Vooral niet de laatsten, want de belangen dezer twee groote mogendheden „zijn thans onafscheidelijk verbonden". Wij moeten zeide Millerand verder alle vraagstukken bespreken en oplossen als bondgenooten en broeders, die hun bloed op de slagvelden hebben vergoten. De Entente, w-elke den geallieerden de overweging heeft geschonken, moet steeds inniger worden. Austin Ohamberlain huldigde in een rede Clemenceau's onvergetelijken arbeid, en leg de er den nadruk op, zich tot Millerand rich tend, op de zeldzame en echt Fransche eigenschap om een standpunt te aanvaarden ook wanneer het van het eigen verschilt. Hij besloot met te zeggen: Twee naties, die in den oorlog de kampioenen der vrijheid waren, moeten samenwerken aan de organi satie van de toekomstige ontwikkeling der beschaving. Wij zullen elkaar aanvullen; wij zijn geen rivalen.. •Men krijgt echter wel een eenigszins an der beeld van de roerende eensgezindheid indien men in oogenschouw neemt voor welke kwestie Millerand weder naar Londen ver trok. Naar de „Matin" meldt, geldt het de vergoeding aan scheepsruimte en vormt het vraagstuk een levenskwestie voor Frankrijk. De oplossing die door Engeland en de Ver- eenigde Staten wordt voorgestaan is evenwel niet in overeenstemming met de opvattingen der Fransche regeering. Bij de voorloopige verdeeling was namelijk aan Frankrijk een vergoeding aan scheepsruimte toegekend van'649.000 ton, of ongeveer 50 pet. van de geleden verliezen. Op zichzelf acht_de „Matin" deze vergoeding reeds te gering, doch nu willen bovendien Engeland en de Vereenigde Staten, dat Frankrijk 250.000 ton teruggeeft. De „Matin" voegt eraan toe, dat van Engelsche zijde reeds is te verstaan ge geven, dat, indien Frankrijk zou weigeren aan den eisch te voldoen, op verschillende wijze pressie kan worden uitgeoefend, om tot inwilliging te dwingen, o.a. door» den uitvoer van kolen naar Frankrijk te schor sen, die maandelijks700.000 ton bedraagt; door overal in de wereld aan Fransche sche pen bunkerkolen te weigeren, waardoor de Fransche vloot stil zou komen te liggen; door geen Engelsche schepen meer beschikbaar te stellen om levensmiddelen voor Frankrijk te vervoeren; door de levering te verbieden van de schepen, die voor Fransche rekening in Engeland g< Louwd worden. Ook ir financieel opzicht kan Engeland op ^Vahkrij oelangrijke pressie oefenen. ongelijke maatregelen zou men onder „broeders" niet verwachten. De „Matin" is dan ook zeer verontwaardigd over dezen door Lloyd George en Wilson aan Frankrijk gestelden eisch. Hot woord zoo zegt de „Matin" ten slotte is aan de regeering, die er zeker van kan zijn, dat het geheele land achter haar staat. Dit kan, na gestreden te hebben om de vrijheid der wereld te red den, niet toelaten, dat het in economischen zin tot een vazalstaat gemaakt wordt. 't Is maar wat men eensgezindheid noemt! De geallieerden en Rusland. De vredesconferentie heeft heden beslo ten, dat geen diplomatieke betrekkingen met Sovjet Rusland kunnen worden aange knoopt, alvorens dit land een gedragslijn volgt gelijk de beschaving die voorschrijft. Intusschen hebben de Randstaten den raad gekregen zich van aanvallen op Rusland te onthouden, terwijl hun aan den anderen kant de verzekering is gegeven, dat ze op de hulp van de geallieerden kunnen staat ma ken, indien ze door Rusland worden aange vallen. BELGIE. De Interpellatie Hubin. In antwoord op de interpellatie Hubin heeft Delacroix, minister-president, gezegd, dat hij hoopt, dat de Kamer eenstemmig zal zijn in haar veroordeeling van stokerijen, waarvan het centrum zich buiten onze gren zen bevindt. Er zijn Vlamingen, die zich re kenschap geveii van do rechtmatige eischen van hun land, waaraan de Kamer recht moet doen wedervaren. Maar wij willen geheime komplotten verhinderen. Wij zijn eenstem mig in de maatregelen tegen hen, die zou den streven naar nationale ontbinding. Minister Poulet geeft uiting aan zijn ge voelens van sympathie voor het Vlaamsdie volk, maar spreekt zijn afkeuring uit over alles wat strekt tot scheiding van het land en vernieling van de nationale eenheid. Kamiel Huysmans (soc.) zegt, dat er een grooter verschil bestaat tusschen Vlamingen en Nederlanders, dan tusschen yiamingeh en Walen. Zooals de inval van Napoleon dg eenheid van Duitschland tengevolge heeft gehad, heeft Duitschland door zijn inval de eenheid van België tot stand gebracht. Huys mans verklaarde, dat bij het betreurde, dat er zijn, die vergeten wat Nederland voor de Belgen heeft gedaan en merkte op, dat zijns inziens men zich diende te onthouden van het gebruiken van woorden, welker beteeke- nis men elders verkeerd zou kunnen uit leggen. Een Amerlkaansch huizenbouwer. Een van de stoutste huizenbouwers uit het land, waar men het stoutste en tevens het snelst en op de meest grootsche wijze bouwt, de heer Irving T. Bush, voorzitter van „The New York Torminal Building", bracht on langs, naar „De Schelde" meldt, een bezoek aan Antwerpen met het doel, een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid, om daar een reusachtig gebouw te doen verrijzen onder welks dak niet minder dan 30.000 menschen zouden kunnen wonen. Het ge bouw zou, naar het Amerikaansch voorbeeld, ingericht worden op zulk een wijze, dat elk er in gevestigd gezin zou beschikken over alles wat het volledigst denkbare moderne „ooiiifort" kan opleveren. In Londen verrijst, naar men weet, eerlang een dergelijk gebouw, waarvan de kosten op ongeveer 92 millioen frs. geraamd worden. De heer Irving T. Bush maakt een rond reis naar Amsterdam, Keulen, Berlijn, Dant- zig en Warschau, en zal daarna naar Ant werpen terugkeeren. HONGARIJE. Moorden te Boedapest. De „Vossische Zeitung" verneemt, dat men Zondag te Boedapest ook het lijk van den sociaal-democratisdhen journalist Bela Basto uit den Donau heeft opgehaald. Basto, die terzelfder tijd als Somogyi was verdwe nen, heeft een schotwond aan het rechteroog en niet minder dan acht steekwonden in borst en onderlijf. Evenals bij Somogyi wa ren ook de zakken van Basto met steenen gevuld. De Hongaarsche sociaal-democra tische partij maakt thans bekend, dat onge veer 100 harer leden sedert geruimen tijd verdwenen zijn, o. a. de partij-secretaris Czerwenka. Er wordt rekening gehouden met de mogelijkheid, dat de sociaal-democra tische partij weldra zal worden ontbonden. Ook is het mogelijk, dat het partijorgaan „Nepszava" weldra zal ophouden te bestaan. KORTE BERICHTEN. Frankrijk beoogt de douanerechten in goud te doen betalen. De geallieerden zullen in de eerste plaats eenige der ernstigste oorlogsmisdaden doof het Hof te Leipzig doen vervolgen, teneinde over de wijze van berechting een oordeel te kunnen vormen. De Duitsche regeering heeft aan de inter- geallieerde commissie voor het Rijnland een verordening ter goedkeuring voorgelegd gericht tegen den uitverkoop uit het bezette gebied naar Nederland. Rostof is door de anti-bolsjewisten onder Denikin heroverd. Noodweer in Spanje tengevolge waarvan vele verbindingen zijn verbroken: het spoor wegverkeer met Frankrijk is gestaakt. Te Brussel zijn twee gevallen van slaap ziekte met doodelijken afloop voorgekomen. BINNENLAND. AFBOUW DER KRUISERS IN HET BELANG VAN 's LANDS FINANCIEN. Ingediend is een wetsontwerp ter ver hooging met 2.862.884 en wijziging van de wet tot voorloopige vaststelling van het zesde hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1920 (Departement van marine), aan welks toe- Lichting het volgende is ontleend: Het is dringend noodig, dat er zoo spoedig mogelijk eene beslissing genomen worde over de vraag, wat met de op stapel staande beide kruisers „Java" en „Sumatra" thans moet worden gedaan, 's Ministers ambtsvoor ganger heeft te dien opzichte geen defini tieve beslissing genomen. Hij heeft er zich toe bepaald, met de bouwmeesters de rege ling te treffen, dat aan de werkzaamheden aan de rompen in vollen omvang zou worden doorgegaan, doch dat voor het machine- en ketelwerk geen bestellingen meer zouden worden gedaan en dat deze zeer omvangrij ken arbeid zooveel mogelijk zou worden in gekrompen. Hierbij moge in acht genomen worden, dat de levering van één kruiser, met inbegrip der machine, ketels, enz., het onderwerp van één contract vormt, gesloten respectievelijk met de Kon. Mij. „De Schelde" te Vlissingen en met de combinatie der fabrieken Neder landsche Scheepsbouw Mij. en de Ned. Fa briek van Werktuigen en Spoorwegmaterieel te Amsterdam. Terwijl de rompen op de hel lingen worden afgebouwd, is er reeds een zeer belangrijke voortgang gemaakt mèt de vervaardiging der machines en ketels in de werkplaatsen; bovendien zijn er van de 20 kanonnen van 16 cM., waarmede de beide kruisers moeten gewapend worden, reeds 8 geleverd, zoomede een deel der ammunitie. De minister heeft de beide bouwmeesters be reid gevonden de regeling, door minister Bijleyeld met hen getroffen, te oontinueeren tot medio Maart a.s. Het behoeft echter geen betoog, dat het den fabrikanten niet wel mo gelijk is, in 'een langer uitstel te bewilligen. Besluit men tot het niet voortzetten van den bouw der kruisers, dan kan op den voor grond worden gesteld, dat verkoop van de rompen voor de vrachtvaart geheel is uitge sloten. Ook het gebruik der zich in half af- gewerkten toestand bevindende ketel- of machinedeelen voor andere doeleinden is niet wel mogelijk. Deze zullen voor verkoop als oud-ijzer en koper in aanmerking komen. Al leen de reeds geleverde acht stuks geschut zouden door den staat kunnen worden ge houden en bijv. voor onze kustverdediging of de wapening onzer forten in aanmerking kunnen komen. Het sloepen der rompen op de werven van aanbouw verdient zeker geen aanbeveling. Voor de werven is het van het grootste be lang, dat de hellingen zoo spoedig mogelijk ter beschikking komen. Er is zulk een ge brek aan werfcapaciteit in ons land, dat het langer dan strikt noodzakelijk bezet houden van de 'hellingen, en uit algemeene handels- en scheepvaartoverwegingen en' ter wille van het financieele belang van den staat, niet te verantwoorden zou zijn. Bovendien kan Jjet sloopen doeltreffender geschieden aan eene daarvoor speciaal ingerichte scheeps- slooperij, dan op een werf in aanbouw. Indien reeds dadelijk tot likwidatie wordt besloten, kan men te dien opzichte twee methoden volgen. Of men kan bij de beide kruisers het eigen lijke afbouwen stoppen en de rompen zoo goed mogelijk waterdicht maken, om deze daarna naar een scheepsslooperij te vervoe ren, of men kan de rompen tot de waterlijn afbouwen, in hoop, dat zij dan als lichter of bergvaartuig kunnen dienst doen. Het zal een punt van nader overleg met de even tueels koopers en met de werven moeten uit maken, wat het minst nadeelig voor den staat zal zijn. Een belangrijk verschil tussohen beide methoden van likwidatie voor den bouw zal er wel niet zijn, althans geen ver schil, dat hij de volgende financieele bereke ningen gewicht in de schaal zal leggen. De vraag dient onder de oogen te worden gezien, welk bedróg, wordt een dezer metho den gevolgd, door den slaat nutteloos zal zijn uitgegeven. De vaststelling van verschillen de uitgaven zal het onderwerp van overleg, eventueel van arbitrage, moeten uitdrukken tusschen den staat en de bouwmeesters. De minister meent echter, dat de likwidatie der contracten, na aftrek van de verkoop waarde, der rompen en van het halfverwerkte ijzer, koper, enz., hierinder begrepen het geen rèeds betaald is, een uitgaaf zal ver- eischen van 18.6 millioen. Van den verkoop zou de minister willen uitsluiten het reeds geleverde geschut en de ammunitie. Hier voor werd 1.5 millioen betaald; rekent men, dat dit ten behoeve van andere doeleinden nog een waarde van 750.000 vertegenwoor digt, dan blijft dus als zuiver verlies bij de liquidatie van den bouw der beide kruisers een bedrag over van f 17.750.000. Een som van 9 millioen is reeds betaald, waarvan de helft is gekomen ten laste der Indische be grooting. Op den dienst van 1920 zal dus nog 9.5 millioen moeten gevoteerd worden, om deze liquidatie te voltooien. Ook deze schade post zal voor de helft door Indië moeten ge dragen worden. Hoeveel .zullen de 'beide kruisers kosten, indien zij geheel worden afgebouwd? Oorspronkelijk zou elk der kruisers geheel gereed kosten 8.7 millioen, met de uitdruk kelijke bepaling, dat deze aannemingssom gebaseerd was op de „eenheidsprijzen van de voor den bouw van het schip benoodigde materialen, werktuigen, inrichtingen, enz., zooals die voorkomen in de door den bouw meester aan de marine verstrekte en door laatstgenoemde goedgekeurde verrekensta ten". Later werden de desbetreffende con tracten gewijzigd in een overeenkomst in .open rekening", eene regeling, die in oor logstijd ook door de handelsmarine tamelijk algemeen gevolgd werd. Ofschoon bij een dergelijk contract nood zakelijkerwijze niet met absolute zekerheid de kosten te voorspellen vallen, kan men toch met voldoende nauwkeurigheid ramen, dat de beide kruisers, geheel afgebouwd, uit gerust en bewapend, een uitgaaf zullen vor deren van 36.200.000. Bouwt men thans met bekwamen spoed door, dan zal men, door bo ven het bedrag van 17.750.000 nog een som van 18.450.000 uit te geven, over een drie tal jaren de beschikking verkrijgen over twee geheel nieuwe schepen van moderne constructie. Neemt men de getaxeerde waar de van het reeds geleverde geschut niet in aanmerking, dan moet er boven 18.500.000 nog een som worden uitgegeven van 17.700.000. Men staat derhalve voor ,de keuze om, óf bijna 18 millioen geheel noodelóos uit te geven, óf tegen betaling van nog ruim deze zelfde som de beschikking te erlangen over een tweetal moderne kruisers. Als interimair Minister, die alleen door den drang der feiten genoopt wordt een voor stel te doen, zal de Minister zich wel onthou den van de ontwikkeling van een vlootplan. Het spreekt echter vanzelf, dat het vraag stuk of dergelijke kruisers in ieder systeem passen, ook door hem niet tot oplossing kan worden gebracht. Maar de zaak van een zuiver commercieel standpunt beschouwende, kon de Minister tot geen andere slotsom komen, dan dat in de gegeven omstandigheden afbouw de voor keur verdient boven liquidatie. Trouwens, hoe men over de kruisers als doel der oorlogsmarine moge denken, in elk geval kan voor de „Java" en „Sumatra" toch een nuttige werkkring zijn weggelegd. Men denke aan vlagvertoon, bescherming en be vordering onzer handelsbelangen en even tueels bescherming onzer landgenooten in den vreemde. (In herinnering wTorde hierbij gebracht de diensten door Hr. Ms. „Korte- naer" in 1910 in Mexico bewezen). Voor deze diensten zijn beide kruisers bij uitstek ge schikt. Over 3 jaar, wanneer de beide kruisers voltooid zullen zijn, zullen de beide oudste kleine panteerschepen (de „Koningin Regen tes" en de „de Ruyter"), vaartuigen die voor genoemd doel in aanmerking zouden kunnen komen, een 'leeftijd van 23 en 22 jaar ver kregen hebben, zoodat deze noodzakelijk bui ten dienst zullen moeten gesteld worden. Een schip van de grootte als de „Koningin Regentes" zou, werd het thans nieuw ge bouwd', reeds eene uitgaaf vorderen van 13.000.000, aangenomen, dat men er nog toe zou overgaan schepen van dezen omvang te bouwen. Een der bezwaren, die Minister Bij- leveld tegen de voortzetting van den bouw der beide kruisers had, was voornamelijk ge legen in het feit, dat deze zwaarder zouden moeten bemand worden dan die bewindsman, in verband met de beperktheid onzer leven de strijdkrachten, oirbaar achtte. Wanneer echter de aanvankelijke bestem ming in meerdere of mindere mate gewijzigd wordt, zal de bemanning aanmerkelijk ver minderd kunnen worden en dus dat bezwaar belangrijk kunnen worden weggenomen. Zelfs indien men zou meenen, dat de bo venstaande overwegingen in dezen geen vol doend gewicht in de schaal konden leggen* dan nog zou, geheel uit een financieel oog punt beschouwd, er op kunnen worden ge wezen, dat de schepen, eenmaal afgewerkt zijnde, voor andere maritieme mogendheden ruimschoots de waarde zouden hebben van het bedrag, dat thans nog daaraan ton koste moet worden gelegd. Zonder twijfel kan dan ook de afbouw be schouwd worden te zijn in het welbegrepen belang van 's lands financiën. Waar een nieu we regeling in de onderlinge verhouding tus schen Nederland en Indië, wat aangaat de bekostiging der maritieme weermacht, nood zakelijk is en het, zoolang er nog geen defi nitief vlootplan is vastgesteld, mede uit dien hoofde onzeker is welk belang Indië bij den verderen afbouw der kruisers zal hebben, zouden de kosten daarvan voorshands op de Nederlandsche begrooting zijn te brengen. Te zijner tijd zal, naar gelang van de nader vast te stellen bestemming der schepen, een verrekening moeten plaats hebben, waarbij in elk geval het bovenvermeld feit in aan merking zal moeten genomen worden, dat Indië ;tot dusver een bijdrage van omstreeks 4.5 millioen voor den bouw heeft verschaft. Aannemende, dat uiterlijk 16 Maart 1920 een beslissing zal zijn genomen, worden voor het voortzetten van den bouw in 1920 noodig geacht de sommen: aanbouw 3.800.000, ar- tilleriematerieel ƒ1.125.768, samen ƒ4.925.768. In de credietwet wordt aangevraagd respect. 2.000.000 en 62.884, zoodat noodig is een verhooging van respectievelijk 1.800.000 en 1.062.884, samen 2.862.884. Gerekend wordt; dat voor 1920 voor rekening van het tig v Departement van Koloniën komt 2.462.834. Bezoldiging Rijksambtenaren. Ingediend zijn sulppletoire begrootingen voor 1920 voor de salarisverhooging van Rijksambtenaren. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: Tot nog toe is het meerendeel der Rijks ambtenaren in de moeilijke omstandigheden van Rijkswege tegemoetgekomen door een duurtebijslag. Dit middel kon slechts dienen waar de hoop bleef bestaan dat de duurte binnen korten tijd zou verdwijnen. Nu echter blijkt dat dit niet het geval is, is het ge- wenscht, dat de salarisverhooging daarvoor in de plaats trede. Evenals in den laatsten tijd' een lang aanhoudende prijsstijging viel

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1920 | | pagina 1