VRAAGT UWEN LEVERANCIER
Mijnheer de Redacteur.
Ingezonden mededeellng.
DROS' ADVOCAAT
gestelde socialisatie van den mijnbouw ter
hand te nemen. Sedert dien zijn weer -drie
maanden verloopen. De socialisatie-commis-
aie heeft haar voorstel reeds lang gepubli
ceerd. De „Reichswirtschaftsrat" en de rijks-
kolenraad hebben dit socialisatie-voorstel be
sproken. Daarna werd een commissie inge
steld. Deze commissie, die, niet in het open
baar, te Essen bijeenkwam, heeft een voorstel
van de commissieleden Stinnes, Silverberg
en Vögler aangenomen. Dit voorstel kunnen
wij, na hetgeen is voorafgegaan, slechts be
schouwen als een weloverlegde poging om de
socialisatie tegen te werken.
De brief eindigt met de volgende woorden:
„Het is thans hoog tijd, dat de rijksregeering
duidelijk te kennen geeft, wat haar plan is.
Wil zij, gevolg gevend aan haar belofte, den
Rijksdag voorstellen tot socialisatie van den
mijnbouw over te gaan, of niet? Zoo ja, wan
neer denkt de rijksregeering dit wetsontwerp
dan aan het rijksparlement voor te leggen?"
De verkiezingen in Saksen.
Het resultaat van de verkiezingen voor den
Saksischen Landdag is een groote teleurstel
ling geworden voor de socialistische partijen.
De meerderheidssocialisten hadden er op ge
rekend, dat na de splitsing bij de onafhanke-
lijken, de socialistische arbeiders zich weer
zouden scharen achter de banier van de oude
sociaal-democratie. Deze verwachting is niet
uitgekomen. De oude sociaal-democratie
heeft zware verliezen geleden. Zij kreeg nu
1.029.000 stemmen inplaats van 1.299.000
den 6en Juni bij de rijksdagverkiezingen, 27
mandatén inplaats van 42 in de oude Volks
kamer van 19r9-
Deze wreede ontgoocheling zal wel invloed
hebben op den politieken toestand in het rijk.
De heer Scheideniann heeft vooral in de
laatste weken, na de splitsing van de onaf-
hankelijken, herhaaldelijk er over gesproken,
dat in het aanstaande voorjaar nieuwe ver
kiezingen voor den Rijksdag plaats zouden
moeten hebben. In de hoop natuurlijk, dat
dan de sociaal-democratie weer het beslis
sende woord te spreken krijgt in den Rijks
dag, de onafhankelijken en communisten vol
komen te verslaan. Na de verkiezingen in
Saksen zal de heer Scheidemann zich wel
afvragen of deze rekening klopt. Het staat
toch vast, dat de aantrekkingskracht van de
meerderheidssociaal-democratie veel kleiner
is geweest dan de aanvoerders dachten, dat
er meer rneeloopers zijn afgevallen dan ver
moed werd en dat vele socialisten niet hebben
gestemd, omdat zij geen keus konden doen
tusschen de vier socialistische groepen.
FRANKRIJK.
Melktekort.
Het melkprobleem wordt dagelijks ernsti
ger, zoo waarschuwt Louis Forest in zijn
„Propos d'un Parisien". Ik herhaal dit met
een hardnekkigheid, welke misschien ten
slotte de redenaars zal treffen; in 1919 zijn
van 50.000 te Parijs geboren kinderen 25000
gestorvan. Ik zeg dit niet, maar de statistiek
van het „Bullein du Ministerie du Trarvail".
Die verhouding is vreeselijk en verpletterend!
En in sommige provinciesteden is het nog
erger. Op gevaar af van een slecht patriot te
schijnen, zal ik niet ophouden om den orga
nisators van optochten en plechtigheden, van
nationale feesten en wat dies meer zij, toe te
roepen, dat er thans slechts één hoofdplicht
bestaat: zich uitsluitend en met alle aandacht
te wijden aan de gezondheid van Frankrijk.
Als men voortgaat zooals men nu doet, dan
zullen spoedig de nationale feesten gevierd
worden zonder Franschen. Eerst de wiegen,
dan de graven, om de eenige reden, dat er
anders over 20 jaar niemand meer over tal
zijn om de graven te verzorgen.
In die gruwelijke statistiek heeft de slechte
melk en het tekort ^an melk een groot aan
deel. Van de 500.000 melkkoeien, welke de
Duitschers aan ons moesten teruggeven, krë-
gen wij er 70.000. En in Londen weeklaagt
men over de arme Duitsohe kinderen, die
gebrek aan melk zouden krijgen, indien de
Duitschers alle koeien moesten teruggeven.
Weten die Engelschen, dat te Parijs 25.000
kinderen zijn gestorven? Laten wij toch al
die- zaken uit een soort van schroomvalligheid
niet verzwijzen. Een dwaze «schroomvallig
heid! Het is tenslotte wel wat erg onzinnig
om zich langzaam te laten sterven uit
pudeur!
BELGIE.
Geldverspilling.
De Belgische „Standaard" wijst onder
bovenstaand opschrift op het fek, dat de
Belgische Hooge commissaris in het bezette
Duitsch gebied als jaarwedde de fabelachtige
som van 250.000 fr. 's jaars opstrijkt, niet
inbegrepen de representatiekosten en vergoe
dingen voor rfs en wat dies meer zij.
Hij wenscht behandeld te worden als een
onder-koning. Waar hij in het eene of andere
station afstapt, wordt hem militaire eer door
een piket soldaten bewezen.
Het valt op, zegt het blad, dat een minister
41.000 frank 's jaars verdient en een Bel
gisch Hooge commissaris in het bezette ge
bied een viervoudig loon uitbetaald wordt.
De huidige Belgische commissaris is een oud
ambtenaar van het ministerie van buitenland-
sche zaken.
„Dat is ongehoord! Maar „den Duitsch"
betaalt, niet waar. Toch zijn er andere Bel
gen, dan de Belgische Hooge commissaris,
die verlangen door de Duitschers schadeloos
gesteld «te worden; onze geteisterden inWest-
Vlaanderen, b.v."
GEMEENTERAAD.
Verschenen is een vervolgagenda voor de
Raadsvergadering op Dinsdag 23 November.
In behandeling komen nog de volgende
voorstellen:
Voorstel betreffende aankoop van een hoe
veelheid dekens uit de militaire magazijnen
te Woerden.
Voorstel betreffende inrichting van het ge
bouw van den Keuringsdienst en de Apotheek
tot lokalen ten dienste van het Ziekenhuis en
van het gebouw aan de Prins Hendriklaan
tot Commissariaat van Politie en Burge
meesterswoning.
Voorstel inzake bet verleenen van een cre-
diet, groot 10.000, voor den dienst 1920,
en het uittrekken van een post op de begroo
ting 1921, een en ander voor werkverschaf
fing en steunverleening aan uitgetrokken
werkloozen.
Voors'tel om niet over te gaan tot instel
ling van een Raadscommissie tot onderzoek
der nieuwe woningbouw-systernen.
Voorstel tot wijziging van het A. R. en
W.R., in verband met de reorganisatie der
Centrale Commissie voor Ambtenaren en
Werkliedenaangelegenheden en tot aanwij
zing van 3 raadsleden tot leden der nieuw in
te stellen commissie.
Voorstel tot het benoemen van een leeraar
in de Verbandleer enz. aan de Zeevaart- en
Visscherij school.
Adres aan den Raad.
A. K. Kokelaar en 45 andere sigarenwinke
liers hebben zich met een ongezegeld adres tot
den Raad gericht, waarbij zij verzoeken den
straatverkoop op vaste standplaatsen te ver
bieden.
In verband hiermede deelen B. en W. den
Raad mede, dat „ofschoon op dit adres geen
beschikking mag worden genomen, omdat het
ongezegeld is, B. en W. van oordeel zijn, dat
de Raad zich geen partij behoort te stellen in
een strijd tusschen de sigarenwinkeliers en
hunne concurrenten.
Vrees voor oneerlijke mededinging behoeft
naar B. en W. meenen niet te bestaan, aange
zien artikel 32&bis van het Wetboek Yan Straf
recht dit misdrijf voldoende strafbaar stelt.
Om deze redenen meent het College, dat het
ongewenscht is bedoelden straatverkoop tegen
te gaan en stellen B. en W. den Raad voor het
adres ter zijde te leggen.
Aankoop dekens.
Bij- circulaire van den Minister van Land
bouw, Nijverheid en Handel wordt bericht,
dat de gelegenheid bestaat tot het betrekken
van gebruikte kunstwollen en molton dekens
uit de militaire magazijnen te Woerden.
De prijzen der dekens, die goed gewasschen
en gerepareerd zijn, bedragen respectievelijk
2.50 en o?90 per stuk.
Met het oog op de duurte van dekens en de
moeilijkheid voor vele gezinnen om zich van
behoorlijke dekking te voorzien, achten B. en
W. het gewenscht, dat het Levensmiddelen-
bedrijf de beschikking krijgt over 500 kunst
wollen en 100 molton dekens, ten einde deze
tegen kostprijs verkrijgbaar te stellen.
Zij verzoeken den Raad mitsdien hen te
machtigen tot het aankoopen van vorenbedoel
de hoeveelheid dekens, zijnde door B. en W.
met het oog op den gewenschten spoed, daar
toe bereids de noodige maatregelen genomen.
Uitbreiding Ziekenhuis en verbouwing
gebouw Prins Hendriklaan.
Bij besluit van 28 September j.1. werd het
gebouw, waarin thans de Keuringsdienst en
de Apotheek zijn ondergebracht, bestemd voor
den Geneeskundigen Dienst en het gebouw aan
de Prins Hendriklaan voor Commissariaat
van Politie en voor Burgemeesterswoning.
Plannen, die de veranderde bestemming de
zer gebouwen mogelijk maken, zijn door den
Gemeente-Bouwmeester ingediend.
Het eerstgenoemde gebouw wordt getrok
ken bij het Ziekenhuis, waaraan de noodig ge
achte uitbreiding wordt gegeven door toevoe
ging van een polikliniek en aangelegenheid
voor huisvesting van het personeel.
De kosten van de inrichting hiervan worden
geraamd op 2800.
De rechterhelft van het gebouw aan de
Prins Hendriklaan kan met weinig verande
ring worden gemaakt tot ambtswoning voor
den Burgemeester. Alleen moeten de haven
en benedenwoning worden vereenigd, terwijl
het geheel in bewoonbaren staat moet worden
gebracht, voornamelijk door verf- en behang-
werk.
De inrichting van het Commissariaat van
Politie brengt, omdat vele localiteiten daarin
moeten worden ondergebracht zonder uitbrei
ding aan het gebouw te geven, weer wijziging
in den bestaanden toestand.
Zooals uit een overgelegd plan blijkt, wordt
door deze verbouwing een dienstgebouw .voor
de Politie verkregen, dat aan de eischen vol
doet.
De kosten van de restauratie van het rechter
perceel tot burgemeesterswoning zijn geraamd
op 6000.die van de inrichting van het
linker gedeelte voor Commissariaat van Politie
op 9000.waarbij ook nog komt een post
van 33°°-voor aanschaffing van gymnas-
tiek-toestellen, huistelefoon en meubilair.
Door den Gemeente-Bouwmeester is overleg
gepleegd ten aanzien van deze plannen met den
Directeur van den Geneeskundigen Dienst en
den Commissaris van Politie, terwijl de Com
missie voor de Publieke Werken in meerder
heid zich met de plannen vereenigt.
De kosten verhonden aan de verandering
van bestemming dezer gemeente-geb.uwen
komen B. en W. met het oog op de tegenwoor
dig geldende materiaalprijzen en arbeidslsci en
niet te hoog voor, waarbij in aanmerking moet
worden genomen wat daardoor woirit ver
tragen.
B. en W. stellen derhalve den Raai voor
overeenkomstig het bovenstaande te b Vissen.
Werkloosheidsverzekering
B. en W. hebben aan den Raad het volgend
schrijven gericht:
Zooals Uwen Raad bekend zal zijn, neemt
de werkloosheid in deze gemeente schrikba
rend toe. Door het instituut van de werkloos
heidsverzekering genieten vele werkloozen
uitkeeringen, maar tal van hen komen hier
voor niet in aanmerking, omdat öf hun werk-
kx>zenkas nog niet uitkeert, zooals met de
Ghr.-Dem. Bond van Haven- en Transport
arbeiders het geval is, öf de werkloozen tot
de z.g. „uitgetrokkenen" behooren, hetwelk
zich in sterke mate voordoet bij de leden van
den Centralen Bond van Haven- en Trans
portarbeiders.
In den nood van deze werklooze arbeiders
en hunne gezinnen moet worden voorzien.
Verreweg het beste ware den werkloozen
productieven arbeid voor de gemeente te la
ten verrichten. Hiervoor hebben wij het oog
gevestigd op het kloppen van puin, afkomstig
van het fort Kijkduin. Het geklopte puin kan
worden gebruikt voor het verharden der ge
meentelijke wegen, waardoor een belangrijke
besparing wordt verkregen, en dit te meer,
waar het Rijk 50 pet. der kosten van werk
verschaffing voor zijn rekening neemt.
Evenwel kan met deze werkverschaffing
nog niet dadelijk worden begonnen, terwijl
het niet te voorzien is, dat alle werkloozen
hierbij werk kunnen vinden.
Een andere wijze van steunverleening als
aanvulling is daarom noodzakelijk.
Als zoodanig kan dienen de steunregeling
door den Minister van Binnenlandsche Zaken
ontworpen, die ook toepasselijk is op de „uit
getrokken" zeevissohers en havenarbeiders.
Deze steunregeling nu is gebaseerd op het
beginsel van armenverzorging, uitgedrukt in
artikel 29 der Armenwet. Steunverlening
blijft beperkt tot het hoogst noodzakelijke en
geschiedt naar tarieven, die wij als volgt heb
ben vastgesteld, behoudens wijziging door
voornoemden Minister:
a. voor gehuwden zonder kinderen en kost
winners uitkeering per week ten hoogste
r4-
b. voor gehuwden, niet-kostwinners, uitkee
ring per week ten hoogste 8.en bo
vendien een uitkeering van 0.50 per
week, tot een maximum van 2.voor
elk kind beneden 18 jaar voor gehuwden
en kostwinners.
„Over de toekenning van uitkeering en
over het bedrag der uitkeeringen beslist in
elk afzonderlijk geval een commissie, bestaan
de uit twee leden, aan te wijzen door den
Minister van Binnenlandsche Zaken, 2 door
ons College en 2 door de betrokken organi
saties".
„Hoewel een dusdanige steunverleening
belangrijke offers van de gemeente vergt,
hebben wij toch gemeend, dat'met het oog op
den noodtoestand, waarin de „uitgetrokken"
zeevisschers en havenarbeiders verkeeren,
het verleenen van steun, niet mocht worden
nagelaten. Bovendien vergoedt het Rijk 50
terwijl bedacht moet wórden, dat bij niet aan
vaarding van 's Ministers regeling alle kosten
van de aan behoeftige gezinnen van „uitge
trokken" arbeiders te verstrekken ondersteu
ning ten laste der gemeente zouden komen."
Naar aanleiding van een en ander en met
verwijzing naar de overgelegde stukken en de
toelichting door het betrokken lid van ons
College daarbij gegeven, stellen B. en W.
tenslotte den Raad voor:
ie. een crediet van 17000.toe te
staan, waarvan het Rijk 8500.
vergoe'dt, voor de verdere uitvoering
der werken ter bestrijding der werk
loosheid, als het kloppen van puin, af
komstig van het fort Kijkduin, het
verharden van wegen en dergelijke.
2e. een crediet van 3000.toe te staan,
waarvan het Rijk 1500.vergoedt,
voor het verleenen van steun aan de
„uitgetrokken" havenarbeiders en
zeevisschers.
In totaal zal hiermede gemoeid zijn een
bedrag van ƒ8500 -f ƒ1500 10.000
voor den dienst 1920. De financieele regeling
dienaangaande op de begrooting zal te zijner
tijd ter vaststelling worden aangeboden.
3e. op de begrooting voor het dienstjaar
1920 een bedrag van 15000.uit te trek
ken voor werkverschaffing en een bedrag van
3000.voor steunverleening ten behoeve
van uitgetrokken werkloozen.
Commissie voor Woningbouwsystemen.
Het lid van den Raad, de heer J. J. Schoef-
felenberger, heeft zich tot het College van B.
en W. gericht met de volgende vraag:
„Hoe denken Burgemeester en Wethou:
„ders er over uit den Raad eene commissie
„te benoemen, welke heeft te onderzoeken
„de nieuwe woningbouwsystemen, waaruit
„de mogelijkheid zal ontstaan tot goedkoo-
„peren woningbouw over te gaan?"
Aangezien de Raad over de instelling van
een dergelijke commissie heeft te beslissert,
meenden B. en W. den heer Schoeffelenberger
niet afzonderlijk te moeten antwoorden, maar
hunne meening ten aanzien van een zoodanige
commissie aan den Raad kenbaar te moeten
maken.
Het vraagstuk van den goedkooperen
woningbouw is er een, nd&r welks oplossing
zoowel hier te lande als elders ijverig wordt
gezocht, maar de oplossing daarvan is tot
dusverre niet gevonden.
Betonbouw heeft tot nu toe weinig goéde
resultaten opgeleverd, althans met betrekking
tot den volkswoningbouw, terwijl normalisa
tie van den woningbouw slechts succes kan
nebben, wanneer ze voor heel het land wordt
doorgevoerd.
De duurte der woningen zit voornamelijk
»*h°°ge prijzen van materialen en in de
arbeidsloonen, vaak ook nog in de grondprij
zen en deze factoren zijn niet van localen
aard.
Hoewel B. en W. sympathiek staan tegen
over het door den heer Schoeffelenberger be
oogde doel, zijn zij van oordeel, dat de instel-,
ling van een commissie uit den Raad voor
onderzoek van woningbouwsystemen het pro-
fa,eem van den goedkooperen woningbouw
weinig nader tot zijn oplossing zal brengen.
Voorts mag niet uit het oog worden ver
loren, dat het Departement van Arbeid aan
woningen met behulp van Rijks voorschotten
en bijdragen gebouwd en geëxploiteerd, be
paalde eischen stelt, waarvan niet mag wor
den afgeweken. En den Rijkssteun kan de
gemeente voorloopig nog niet ontberen in
zake den woningbouw.
Op grond van bovenstaande en in overeen
stemming met het advies door de Commissie
van Publieke Werken dienaangaande Jiitge-
bracht, meenen B. en W. den Raad te moeten
ontraden om over te gaan tot de instelling
van een commissie voor onderzoek van de
nieuwe woningbouw-systemen.
Voorschot Volkshuisvesting.
B. en W. stellen den Raad voor, op grond
van nader omschreven motieven, het besluit,
waarbij o. a. aan de VeTeeniging voor Volks
huisvesting „Heljder" een voorschot werd
verleend van 1.800.000 voor den bouw van
332 arbeiderswoningen in dien zin te wijzi
gen, dat voorloopig een voorschot wordt ver
leend van 437.700 voor den bouw van 62
woningen aan het einde der Brakkeveldweg.
Een en ander onder nader omschreven voor
waarden.
Leeraar Zeevaart- en Visscherijtchool.
In verband met het door den heer D. B.
Jochems aangevraagde eervol ontslag uit zijne
betrekking van leeraar in de verbandleer,
scheepshygiëne en voedingsleer aan de Zee
vaart- en Visscherijschool alhier met ingang
van 1 December a.s., hebben B. en W. de vol
gende voordracht samengesteld:
1. J. F. Hulk;
2. J. W. F. M. de Smit;
3. C. W. Bottema;
allen officier .van gezondheid ie kL K. M.
Waar de Minister van Onderwijs, Kunsten
en Wetenschapper? zijne goedkeuring nog niet
heeft gehecht aan deze voordracht zal de be
noeming, behoudens goedkeuring van dien Mi
nister, moeten geschieden.
INGEZONDEN.
Het Woningvraagstuk.
Wijl de heer M. in diens antwoord op mijn
stukje eenige onjuistheden debiteert, en mij
woorden in den tnond legt, die ik niet heb
gezegd of geschreven, zal U mij wel vergun
nen om Z.Ed. met een enkel woord van re
pliek te dienen.
De heer M. dan, glijdt m. i. wat èl te ge
makkelijk over de hoofdzaak heen, en neeimt
een pose aan alsof hij het eigenlijk alléén
weet. Ik zal den heer M. niet navolgen door
zooiets pedant of onhebbelijk te noemen,
maar wil slechts even oonstateeren, dat hij in
gebreke is gebleven om mijne bezwaren tegen
zijn z.g. Woningfonds te weerleggen. Immers
'het gaat er niet om, wat de heer M. en diens
geestverwanten wenschen of nastreven, maar
om aan te toonen, dat watzijwillen recht
vaardig en billijk is. En nu beweer ik, dat
hetgeen deze heeren op dat gebied nastreven,
niet rechtvaardig en n i e t billijk is. Dóór-
op gaat de heer M. niet in! Ik heb bezwaar
geopperd tegen het stelsel van toeslag op de
hiuur, waar het huurders geldt, die
zeer wel ineer kunnen betalen, en
gewezen op hiet onzinnige, om die lasten door
anderen te doen dragen, die het dikwijls veel
minder goed hebben. Ook daarover zwijgt de
heer M. in zeven talen Voorts beweert de
heer M., dat ik de huurders der nieuwe wo
ningen „eenvoudig wil laten opbrengen wat
ze kosten"- iets, wat ik nooit gezegd heb
hoewel,de heer M. weet, dat de huurders
van de „Particuliere nieuwe woningen óók
moeten opbrengen wat deze kosten. De ver
huurders van woningen zijn thans nog de
eenige groep onder de bevolking, die in hun
rechten verkort worden ten bate van het al
gemeen, waar immers alle beperkende bepa
lingen, die handel en de industrie belemmer
den, van lieverlede zijn of worden opgeheven.
Waarom wordt er geen maximum pachtsom
voor landerijen bepaald? Waarom geen maxi
mum-winst op aandeelen in allerlei andere
ondernemingen? Waarom steeg de rentestan
daard zonder belemmering van Regeerings-
wege, enz. enz.? Het springt al te zeer in het
oog, dat de Huuroomndssie-wet een uitzonde-
rings-wet is, die sleohts mag gehandhaafd
worden zoolang de bittere noodzaak daartoe
d w ing t. Dat de heer M. eigenlijk alles zou
willen socialiseeren, och, dat weten wij wel,
gelukkig dat de meerderheid van ons volk
daar anders over denkt, en dat zelfs «ie 8.D.
A.P. het voorloopig bij wat theoretlaeeron
laat.'Ik geloof, dat, als de heer M. mij een
„zeer wantrouwend politicus" meent te mo
gen noemen, een en ander aan dat wantrou
wen wel ©enigen grond geeft, en dat, ten
opzichte van mijn volgens den heer M. „anti-
socialisme", de gevoelens van den heer M.
jegens de Vrijzinnigen wedeikeerig zijn.
alleen zegt deze heer dat liever niet zoo op
den man af, maar liever „op zijn bekende"
bedekte wijze, en dan bij voorkeur alleen met
een lettertje onderteekend, opdat de goê-
gemeente niet direct zal snappen uit welken
hoek de wind waait? Wij vrijzinnigen schij
nen alleen aangewezen te moeten worden,
om voluit onzen naam onder elk stukje te
zetten, opdat dan „een mijnheer M." ons van
z,g. „bekende onhebbelijkheid" zal kurmen
beschuldigen, en voorts om de zaak heen
draaien.
Met dank voor de plaatsing,
P. DE GEUS.
Wij vragen sleohts aan den heer De
Geus, evenals al mijn andere bestrijders,
wat hij dan wèl wil. Hij wil geen toeslagen,
omdat daaraan meébetalendegenen, die in
een dure particuliere woning zitten.
Of nu al de heer De Geus beweert,
dat het stelsel van een Centraal Woning
fonds niet rechtvaardig en billijk is, komt
er een bitter beetje op aan. Hij had het te
bewijzen en omdat hij dat niet deed, gingen
wij er niet op in.
Evenmin deden wij dit op zijn bezwaar,
dat de tegenwoordige huurtoeslag gegeven
wordt óók bij inkomens die dit niet noodig
zouden hebben. Een individueel© huurbe-
paling naar het inkomen is administratief
niet mogelijk en leidt tot allerlei onregelma
tigheden in het tarief. Men kan niet meer
doen, dan reeds gedaan wordt, n.1. de huizen
alleen verhuren aan menschen tot een zeker
inkomen.
Dat de verhuurders van woningen in hun
rechten verkort worden is een lyrische ont
boezeming, die we gaarne voor rekening
van den heer De Geus laten. Wij onder
schrijven haar niet, vooral zooals nu, waar
de Huuroommissiewet wordt verruimd.
En wanneer inderdaad, ook nu nog, de
huiseigenaren vrij spel hadden, dan durven
wij beweren en dat is niet dan op grond van
ervaring, dat we aan de heidenen zouden
z|jn overgeleverd. Natuurlijk moet ook de
huiseigenaar een redelijke kans hebben op
behoorlijike exploitatie zijner woningen,
Maar oorlogs- (in dit geval vredes-) winst
behoeven wij hen toch heusoh niet te geven
En nu is de redeneering van den heer De
Geus,deze: ,JZe zitten er al zoo lang op te
wachten. Anderen hebben hun slag geslagen.
Nu dienen de huiseigenaren een beurt te
hebben, deeenigen, dieinhun rech
ten verkort worden."
We zouden aan den heer De Geus willen
vragen: welke rechten? Er is toch geen
recht op oorlogswinst?
Nivelleering der huren vindt plaats, nu de
Huuroommissiewet meer ruimte laat, de re
geering grootere dekking wil en de genoem
de ttet gedoemd is, om te verdwijnen ter
zijner tijd.
Het is nu de vraag slechts, wordt het een
nivelleering naar boven of naar beneden?
Indien een aantal woningen lage huren
doen, dan kan men nivelleeren, door die
lagere op de hoogte van de duurdere te
brengen.
Dat wil blijkbaar de heer De Geus, omdat
nu de huiseigenaren aan de beurt zijn, hun
extra winsten door den nood der tijden, bin
nen te halen. Maar wij willen en durven dat
tegenover iedereen als billijk en rechtvaar
dig verdedigen, tnivelleeren op deze wijze,
dat de lagere huren naar boven gaan, doch
dat die verhoogingen g e d-e e l t e 1 ij k ge
bruikt worden, om de duurdere woningen
niet al te duur, zelfs onbereikbaar te maken.
En hiermede, gelooven wij, dat voor wie
ons begrijpen wil eni niet overal iets achter
zoekt, de kwestie voldoende helder en
logisch is.
Helder, 19—11—*20,
M.
Wij zullen aan onzen medewerker de even-
tueele beantwoording van bovenstaande ont
boezeming overlaten. Onzerzijds een enkel
woordje naar aanleiding van de uitlating des
heeren De Geus als zouden wij den soc.-
democratisohen heer M. de anonyimiteit van
een lettertje toestaan en den vrijzinnigen
heer De Geus noodzaken zijn stukken te
onderteekenen. Het is niet de eerste maal.
dat de heer De Geus ons partijdigheid ver
wet en roode sympathieën.
De nadenkende lezer begrijpt zeer goed,
dat er een hemelsbreed onderscheid bestaat
tusschen een medewerker van een blad, en
een ingezonden stukken-schrijver. Ten eer
ste weet heel Den Helder, wie met M. bedoeld
wordt, en ten tweede worden bijna als regel
in de Nederlandsohe journalistiek hoofdar
tikelen niet onderteekend, hoogstens gesig
neerd (hoefijzer-correspondent Handelsblad,
dr. Kuyperis asterisken in De Standaard,
enz.).
Iets anders Is het wanneer een inzender
(lezer, abonné) in een artikel als dat van
den heer De Geus was, waarin de zakelijke
bestrijding van M.'s meeningen wel eens be
ïnvloed werd door des schrijvers persoonlijke
antipathieën, de fh het artikel van onzen me
dewerker besproken en geuite meeningen
aanvalt. Dan moet, ter wille van de zuiver
heid van het debat, met open vizier worden
gestreden, en geen redactie kan toelaten, dat
dergelijke persoonlijkheden anoniem gelan
ceerd worden.
Het is van den heer De Geus overigens
een ..spijkers op laag water zoeken", want,
zooals gezegd, de heer De Geus weet zeer
goed wie met M. bedoeld wordt. En M. maakt
er ookvolstrekt geen geheim van.
Redactie Held. Cri
Voetbal.
De Competitiewedstrijden.
Programma voor Zondag 21 Novmiber.
N. V. B.
Westelijke Afdeeling.
Eerste klasse.
Amsterdam: Blauw WitV.V.A.: Spartaan—
H.BA; AjaxuTv.Vii Den Haag: É.V.V-Haar-
lem; Dordrecht: D.F.C.Sparta; Rotterdam:
V.O.O.A.F.C.
Overgangsklasse.
Umuiden: Stormvogels't Gooi; Den Haag:
Quick—D.E.C.; Rotterdam: H.D.VB.—Feyenoora;
R.F.C.—fi.W. s Haarlem: R.C.H.—A.D.O.;
H.F.C.—W.F.0.
Tweede klasse A.
Schoten: Schoten—Rapiditaa; Zaandam: Z.F.0.
E.D.O.; Hoorn: Hollandia—Alcmaria Victrixj
Purmerend: Purmereteijn—Amstel; Amsterdam:.
Hortus—Z.V.V.
Derde klasse A.
Helder: HelderHJ3.V.; Amsterdam: N.O.S.
D.WA
Derde klasse B.
Koog a. d. Zaan: K.F.C.Zaanl&ndia; Water
graafsmeer: Watergraafsmeer—E.V.C.; Amster
dam: SwiftNeerlandia; Wormerveer: OJ3.C.
O.D.E.
Reserve tweede klasse A.
^dïï>-z¥cYnll-B*-C- U: Wonaerveer
N. H. V. B.
Eerste klasse B.
Alkmaar: Alcmaria Victrix IIK.F.C. II.
Tweede klasse B.
IlAlkmaar: Go Ahead I—CB.V. I; Helder: H.R.C.
Afdeeling Helder.
Bolweg: Helder III—Avia I: Texel: Texel I—
H.R.C. IV; Ankerpark: Avia IIBatavier I.
Buiten de Competitie.
Marinewerf: Zeemcht IHelder II. Aanvang
10 uur.
HelderH.S.V.
Morgen ontvangt Helder voor de competitie
H.S.V. In Haarlem werd verloren met 7—0. Het
zal ons benieuwen hoe of Helder het er nu af zal
brengen. Scheidsrechter is de heer W. Hakhoff.
Aanvang half dria
H.R.C. n-V.V.U. L
De reservesvan HJt.C. ontvangen Zondag
V.V.U. I (Uitgeest"!. Deze club slaat in haar af
deeling geen elecht figuur, zoodat H.R.C. II wel
terdege op mag passen. Scheidsrechter is de heer
Hartland. Aanvang half drie.
Het wedstrijdprogranuna voor de derde klasse
A. van den N.V.B., voor de TnaanH December, is
als volgt:
5 December: BloemendaalH.S.V.; VJ3.V.
D.W.S.: N.O.S.Steeds Voorwaarts.
12 December: D.W.S.—BloemendaalSteeds
Voorwaarts—Helder.
19 December: H.S.V.-D.W.S.VB.V.-Stgeds
Voorwaarts.