VRAAGT UWEN LEVERANCIER Mijnheer de Redacteur. Ingezonden mededeellng. DROS' ADVOCAAT gestelde socialisatie van den mijnbouw ter hand te nemen. Sedert dien zijn weer -drie maanden verloopen. De socialisatie-commis- aie heeft haar voorstel reeds lang gepubli ceerd. De „Reichswirtschaftsrat" en de rijks- kolenraad hebben dit socialisatie-voorstel be sproken. Daarna werd een commissie inge steld. Deze commissie, die, niet in het open baar, te Essen bijeenkwam, heeft een voorstel van de commissieleden Stinnes, Silverberg en Vögler aangenomen. Dit voorstel kunnen wij, na hetgeen is voorafgegaan, slechts be schouwen als een weloverlegde poging om de socialisatie tegen te werken. De brief eindigt met de volgende woorden: „Het is thans hoog tijd, dat de rijksregeering duidelijk te kennen geeft, wat haar plan is. Wil zij, gevolg gevend aan haar belofte, den Rijksdag voorstellen tot socialisatie van den mijnbouw over te gaan, of niet? Zoo ja, wan neer denkt de rijksregeering dit wetsontwerp dan aan het rijksparlement voor te leggen?" De verkiezingen in Saksen. Het resultaat van de verkiezingen voor den Saksischen Landdag is een groote teleurstel ling geworden voor de socialistische partijen. De meerderheidssocialisten hadden er op ge rekend, dat na de splitsing bij de onafhanke- lijken, de socialistische arbeiders zich weer zouden scharen achter de banier van de oude sociaal-democratie. Deze verwachting is niet uitgekomen. De oude sociaal-democratie heeft zware verliezen geleden. Zij kreeg nu 1.029.000 stemmen inplaats van 1.299.000 den 6en Juni bij de rijksdagverkiezingen, 27 mandatén inplaats van 42 in de oude Volks kamer van 19r9- Deze wreede ontgoocheling zal wel invloed hebben op den politieken toestand in het rijk. De heer Scheideniann heeft vooral in de laatste weken, na de splitsing van de onaf- hankelijken, herhaaldelijk er over gesproken, dat in het aanstaande voorjaar nieuwe ver kiezingen voor den Rijksdag plaats zouden moeten hebben. In de hoop natuurlijk, dat dan de sociaal-democratie weer het beslis sende woord te spreken krijgt in den Rijks dag, de onafhankelijken en communisten vol komen te verslaan. Na de verkiezingen in Saksen zal de heer Scheidemann zich wel afvragen of deze rekening klopt. Het staat toch vast, dat de aantrekkingskracht van de meerderheidssociaal-democratie veel kleiner is geweest dan de aanvoerders dachten, dat er meer rneeloopers zijn afgevallen dan ver moed werd en dat vele socialisten niet hebben gestemd, omdat zij geen keus konden doen tusschen de vier socialistische groepen. FRANKRIJK. Melktekort. Het melkprobleem wordt dagelijks ernsti ger, zoo waarschuwt Louis Forest in zijn „Propos d'un Parisien". Ik herhaal dit met een hardnekkigheid, welke misschien ten slotte de redenaars zal treffen; in 1919 zijn van 50.000 te Parijs geboren kinderen 25000 gestorvan. Ik zeg dit niet, maar de statistiek van het „Bullein du Ministerie du Trarvail". Die verhouding is vreeselijk en verpletterend! En in sommige provinciesteden is het nog erger. Op gevaar af van een slecht patriot te schijnen, zal ik niet ophouden om den orga nisators van optochten en plechtigheden, van nationale feesten en wat dies meer zij, toe te roepen, dat er thans slechts één hoofdplicht bestaat: zich uitsluitend en met alle aandacht te wijden aan de gezondheid van Frankrijk. Als men voortgaat zooals men nu doet, dan zullen spoedig de nationale feesten gevierd worden zonder Franschen. Eerst de wiegen, dan de graven, om de eenige reden, dat er anders over 20 jaar niemand meer over tal zijn om de graven te verzorgen. In die gruwelijke statistiek heeft de slechte melk en het tekort ^an melk een groot aan deel. Van de 500.000 melkkoeien, welke de Duitschers aan ons moesten teruggeven, krë- gen wij er 70.000. En in Londen weeklaagt men over de arme Duitsohe kinderen, die gebrek aan melk zouden krijgen, indien de Duitschers alle koeien moesten teruggeven. Weten die Engelschen, dat te Parijs 25.000 kinderen zijn gestorven? Laten wij toch al die- zaken uit een soort van schroomvalligheid niet verzwijzen. Een dwaze «schroomvallig heid! Het is tenslotte wel wat erg onzinnig om zich langzaam te laten sterven uit pudeur! BELGIE. Geldverspilling. De Belgische „Standaard" wijst onder bovenstaand opschrift op het fek, dat de Belgische Hooge commissaris in het bezette Duitsch gebied als jaarwedde de fabelachtige som van 250.000 fr. 's jaars opstrijkt, niet inbegrepen de representatiekosten en vergoe dingen voor rfs en wat dies meer zij. Hij wenscht behandeld te worden als een onder-koning. Waar hij in het eene of andere station afstapt, wordt hem militaire eer door een piket soldaten bewezen. Het valt op, zegt het blad, dat een minister 41.000 frank 's jaars verdient en een Bel gisch Hooge commissaris in het bezette ge bied een viervoudig loon uitbetaald wordt. De huidige Belgische commissaris is een oud ambtenaar van het ministerie van buitenland- sche zaken. „Dat is ongehoord! Maar „den Duitsch" betaalt, niet waar. Toch zijn er andere Bel gen, dan de Belgische Hooge commissaris, die verlangen door de Duitschers schadeloos gesteld «te worden; onze geteisterden inWest- Vlaanderen, b.v." GEMEENTERAAD. Verschenen is een vervolgagenda voor de Raadsvergadering op Dinsdag 23 November. In behandeling komen nog de volgende voorstellen: Voorstel betreffende aankoop van een hoe veelheid dekens uit de militaire magazijnen te Woerden. Voorstel betreffende inrichting van het ge bouw van den Keuringsdienst en de Apotheek tot lokalen ten dienste van het Ziekenhuis en van het gebouw aan de Prins Hendriklaan tot Commissariaat van Politie en Burge meesterswoning. Voorstel inzake bet verleenen van een cre- diet, groot 10.000, voor den dienst 1920, en het uittrekken van een post op de begroo ting 1921, een en ander voor werkverschaf fing en steunverleening aan uitgetrokken werkloozen. Voors'tel om niet over te gaan tot instel ling van een Raadscommissie tot onderzoek der nieuwe woningbouw-systernen. Voorstel tot wijziging van het A. R. en W.R., in verband met de reorganisatie der Centrale Commissie voor Ambtenaren en Werkliedenaangelegenheden en tot aanwij zing van 3 raadsleden tot leden der nieuw in te stellen commissie. Voorstel tot het benoemen van een leeraar in de Verbandleer enz. aan de Zeevaart- en Visscherij school. Adres aan den Raad. A. K. Kokelaar en 45 andere sigarenwinke liers hebben zich met een ongezegeld adres tot den Raad gericht, waarbij zij verzoeken den straatverkoop op vaste standplaatsen te ver bieden. In verband hiermede deelen B. en W. den Raad mede, dat „ofschoon op dit adres geen beschikking mag worden genomen, omdat het ongezegeld is, B. en W. van oordeel zijn, dat de Raad zich geen partij behoort te stellen in een strijd tusschen de sigarenwinkeliers en hunne concurrenten. Vrees voor oneerlijke mededinging behoeft naar B. en W. meenen niet te bestaan, aange zien artikel 32&bis van het Wetboek Yan Straf recht dit misdrijf voldoende strafbaar stelt. Om deze redenen meent het College, dat het ongewenscht is bedoelden straatverkoop tegen te gaan en stellen B. en W. den Raad voor het adres ter zijde te leggen. Aankoop dekens. Bij- circulaire van den Minister van Land bouw, Nijverheid en Handel wordt bericht, dat de gelegenheid bestaat tot het betrekken van gebruikte kunstwollen en molton dekens uit de militaire magazijnen te Woerden. De prijzen der dekens, die goed gewasschen en gerepareerd zijn, bedragen respectievelijk 2.50 en o?90 per stuk. Met het oog op de duurte van dekens en de moeilijkheid voor vele gezinnen om zich van behoorlijke dekking te voorzien, achten B. en W. het gewenscht, dat het Levensmiddelen- bedrijf de beschikking krijgt over 500 kunst wollen en 100 molton dekens, ten einde deze tegen kostprijs verkrijgbaar te stellen. Zij verzoeken den Raad mitsdien hen te machtigen tot het aankoopen van vorenbedoel de hoeveelheid dekens, zijnde door B. en W. met het oog op den gewenschten spoed, daar toe bereids de noodige maatregelen genomen. Uitbreiding Ziekenhuis en verbouwing gebouw Prins Hendriklaan. Bij besluit van 28 September j.1. werd het gebouw, waarin thans de Keuringsdienst en de Apotheek zijn ondergebracht, bestemd voor den Geneeskundigen Dienst en het gebouw aan de Prins Hendriklaan voor Commissariaat van Politie en voor Burgemeesterswoning. Plannen, die de veranderde bestemming de zer gebouwen mogelijk maken, zijn door den Gemeente-Bouwmeester ingediend. Het eerstgenoemde gebouw wordt getrok ken bij het Ziekenhuis, waaraan de noodig ge achte uitbreiding wordt gegeven door toevoe ging van een polikliniek en aangelegenheid voor huisvesting van het personeel. De kosten van de inrichting hiervan worden geraamd op 2800. De rechterhelft van het gebouw aan de Prins Hendriklaan kan met weinig verande ring worden gemaakt tot ambtswoning voor den Burgemeester. Alleen moeten de haven en benedenwoning worden vereenigd, terwijl het geheel in bewoonbaren staat moet worden gebracht, voornamelijk door verf- en behang- werk. De inrichting van het Commissariaat van Politie brengt, omdat vele localiteiten daarin moeten worden ondergebracht zonder uitbrei ding aan het gebouw te geven, weer wijziging in den bestaanden toestand. Zooals uit een overgelegd plan blijkt, wordt door deze verbouwing een dienstgebouw .voor de Politie verkregen, dat aan de eischen vol doet. De kosten van de restauratie van het rechter perceel tot burgemeesterswoning zijn geraamd op 6000.die van de inrichting van het linker gedeelte voor Commissariaat van Politie op 9000.waarbij ook nog komt een post van 33°°-voor aanschaffing van gymnas- tiek-toestellen, huistelefoon en meubilair. Door den Gemeente-Bouwmeester is overleg gepleegd ten aanzien van deze plannen met den Directeur van den Geneeskundigen Dienst en den Commissaris van Politie, terwijl de Com missie voor de Publieke Werken in meerder heid zich met de plannen vereenigt. De kosten verhonden aan de verandering van bestemming dezer gemeente-geb.uwen komen B. en W. met het oog op de tegenwoor dig geldende materiaalprijzen en arbeidslsci en niet te hoog voor, waarbij in aanmerking moet worden genomen wat daardoor woirit ver tragen. B. en W. stellen derhalve den Raai voor overeenkomstig het bovenstaande te b Vissen. Werkloosheidsverzekering B. en W. hebben aan den Raad het volgend schrijven gericht: Zooals Uwen Raad bekend zal zijn, neemt de werkloosheid in deze gemeente schrikba rend toe. Door het instituut van de werkloos heidsverzekering genieten vele werkloozen uitkeeringen, maar tal van hen komen hier voor niet in aanmerking, omdat öf hun werk- kx>zenkas nog niet uitkeert, zooals met de Ghr.-Dem. Bond van Haven- en Transport arbeiders het geval is, öf de werkloozen tot de z.g. „uitgetrokkenen" behooren, hetwelk zich in sterke mate voordoet bij de leden van den Centralen Bond van Haven- en Trans portarbeiders. In den nood van deze werklooze arbeiders en hunne gezinnen moet worden voorzien. Verreweg het beste ware den werkloozen productieven arbeid voor de gemeente te la ten verrichten. Hiervoor hebben wij het oog gevestigd op het kloppen van puin, afkomstig van het fort Kijkduin. Het geklopte puin kan worden gebruikt voor het verharden der ge meentelijke wegen, waardoor een belangrijke besparing wordt verkregen, en dit te meer, waar het Rijk 50 pet. der kosten van werk verschaffing voor zijn rekening neemt. Evenwel kan met deze werkverschaffing nog niet dadelijk worden begonnen, terwijl het niet te voorzien is, dat alle werkloozen hierbij werk kunnen vinden. Een andere wijze van steunverleening als aanvulling is daarom noodzakelijk. Als zoodanig kan dienen de steunregeling door den Minister van Binnenlandsche Zaken ontworpen, die ook toepasselijk is op de „uit getrokken" zeevissohers en havenarbeiders. Deze steunregeling nu is gebaseerd op het beginsel van armenverzorging, uitgedrukt in artikel 29 der Armenwet. Steunverlening blijft beperkt tot het hoogst noodzakelijke en geschiedt naar tarieven, die wij als volgt heb ben vastgesteld, behoudens wijziging door voornoemden Minister: a. voor gehuwden zonder kinderen en kost winners uitkeering per week ten hoogste r4- b. voor gehuwden, niet-kostwinners, uitkee ring per week ten hoogste 8.en bo vendien een uitkeering van 0.50 per week, tot een maximum van 2.voor elk kind beneden 18 jaar voor gehuwden en kostwinners. „Over de toekenning van uitkeering en over het bedrag der uitkeeringen beslist in elk afzonderlijk geval een commissie, bestaan de uit twee leden, aan te wijzen door den Minister van Binnenlandsche Zaken, 2 door ons College en 2 door de betrokken organi saties". „Hoewel een dusdanige steunverleening belangrijke offers van de gemeente vergt, hebben wij toch gemeend, dat'met het oog op den noodtoestand, waarin de „uitgetrokken" zeevisschers en havenarbeiders verkeeren, het verleenen van steun, niet mocht worden nagelaten. Bovendien vergoedt het Rijk 50 terwijl bedacht moet wórden, dat bij niet aan vaarding van 's Ministers regeling alle kosten van de aan behoeftige gezinnen van „uitge trokken" arbeiders te verstrekken ondersteu ning ten laste der gemeente zouden komen." Naar aanleiding van een en ander en met verwijzing naar de overgelegde stukken en de toelichting door het betrokken lid van ons College daarbij gegeven, stellen B. en W. tenslotte den Raad voor: ie. een crediet van 17000.toe te staan, waarvan het Rijk 8500. vergoe'dt, voor de verdere uitvoering der werken ter bestrijding der werk loosheid, als het kloppen van puin, af komstig van het fort Kijkduin, het verharden van wegen en dergelijke. 2e. een crediet van 3000.toe te staan, waarvan het Rijk 1500.vergoedt, voor het verleenen van steun aan de „uitgetrokken" havenarbeiders en zeevisschers. In totaal zal hiermede gemoeid zijn een bedrag van ƒ8500 -f ƒ1500 10.000 voor den dienst 1920. De financieele regeling dienaangaande op de begrooting zal te zijner tijd ter vaststelling worden aangeboden. 3e. op de begrooting voor het dienstjaar 1920 een bedrag van 15000.uit te trek ken voor werkverschaffing en een bedrag van 3000.voor steunverleening ten behoeve van uitgetrokken werkloozen. Commissie voor Woningbouwsystemen. Het lid van den Raad, de heer J. J. Schoef- felenberger, heeft zich tot het College van B. en W. gericht met de volgende vraag: „Hoe denken Burgemeester en Wethou: „ders er over uit den Raad eene commissie „te benoemen, welke heeft te onderzoeken „de nieuwe woningbouwsystemen, waaruit „de mogelijkheid zal ontstaan tot goedkoo- „peren woningbouw over te gaan?" Aangezien de Raad over de instelling van een dergelijke commissie heeft te beslissert, meenden B. en W. den heer Schoeffelenberger niet afzonderlijk te moeten antwoorden, maar hunne meening ten aanzien van een zoodanige commissie aan den Raad kenbaar te moeten maken. Het vraagstuk van den goedkooperen woningbouw is er een, nd&r welks oplossing zoowel hier te lande als elders ijverig wordt gezocht, maar de oplossing daarvan is tot dusverre niet gevonden. Betonbouw heeft tot nu toe weinig goéde resultaten opgeleverd, althans met betrekking tot den volkswoningbouw, terwijl normalisa tie van den woningbouw slechts succes kan nebben, wanneer ze voor heel het land wordt doorgevoerd. De duurte der woningen zit voornamelijk »*h°°ge prijzen van materialen en in de arbeidsloonen, vaak ook nog in de grondprij zen en deze factoren zijn niet van localen aard. Hoewel B. en W. sympathiek staan tegen over het door den heer Schoeffelenberger be oogde doel, zijn zij van oordeel, dat de instel-, ling van een commissie uit den Raad voor onderzoek van woningbouwsystemen het pro- fa,eem van den goedkooperen woningbouw weinig nader tot zijn oplossing zal brengen. Voorts mag niet uit het oog worden ver loren, dat het Departement van Arbeid aan woningen met behulp van Rijks voorschotten en bijdragen gebouwd en geëxploiteerd, be paalde eischen stelt, waarvan niet mag wor den afgeweken. En den Rijkssteun kan de gemeente voorloopig nog niet ontberen in zake den woningbouw. Op grond van bovenstaande en in overeen stemming met het advies door de Commissie van Publieke Werken dienaangaande Jiitge- bracht, meenen B. en W. den Raad te moeten ontraden om over te gaan tot de instelling van een commissie voor onderzoek van de nieuwe woningbouw-systemen. Voorschot Volkshuisvesting. B. en W. stellen den Raad voor, op grond van nader omschreven motieven, het besluit, waarbij o. a. aan de VeTeeniging voor Volks huisvesting „Heljder" een voorschot werd verleend van 1.800.000 voor den bouw van 332 arbeiderswoningen in dien zin te wijzi gen, dat voorloopig een voorschot wordt ver leend van 437.700 voor den bouw van 62 woningen aan het einde der Brakkeveldweg. Een en ander onder nader omschreven voor waarden. Leeraar Zeevaart- en Visscherijtchool. In verband met het door den heer D. B. Jochems aangevraagde eervol ontslag uit zijne betrekking van leeraar in de verbandleer, scheepshygiëne en voedingsleer aan de Zee vaart- en Visscherijschool alhier met ingang van 1 December a.s., hebben B. en W. de vol gende voordracht samengesteld: 1. J. F. Hulk; 2. J. W. F. M. de Smit; 3. C. W. Bottema; allen officier .van gezondheid ie kL K. M. Waar de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschapper? zijne goedkeuring nog niet heeft gehecht aan deze voordracht zal de be noeming, behoudens goedkeuring van dien Mi nister, moeten geschieden. INGEZONDEN. Het Woningvraagstuk. Wijl de heer M. in diens antwoord op mijn stukje eenige onjuistheden debiteert, en mij woorden in den tnond legt, die ik niet heb gezegd of geschreven, zal U mij wel vergun nen om Z.Ed. met een enkel woord van re pliek te dienen. De heer M. dan, glijdt m. i. wat èl te ge makkelijk over de hoofdzaak heen, en neeimt een pose aan alsof hij het eigenlijk alléén weet. Ik zal den heer M. niet navolgen door zooiets pedant of onhebbelijk te noemen, maar wil slechts even oonstateeren, dat hij in gebreke is gebleven om mijne bezwaren tegen zijn z.g. Woningfonds te weerleggen. Immers 'het gaat er niet om, wat de heer M. en diens geestverwanten wenschen of nastreven, maar om aan te toonen, dat watzijwillen recht vaardig en billijk is. En nu beweer ik, dat hetgeen deze heeren op dat gebied nastreven, niet rechtvaardig en n i e t billijk is. Dóór- op gaat de heer M. niet in! Ik heb bezwaar geopperd tegen het stelsel van toeslag op de hiuur, waar het huurders geldt, die zeer wel ineer kunnen betalen, en gewezen op hiet onzinnige, om die lasten door anderen te doen dragen, die het dikwijls veel minder goed hebben. Ook daarover zwijgt de heer M. in zeven talen Voorts beweert de heer M., dat ik de huurders der nieuwe wo ningen „eenvoudig wil laten opbrengen wat ze kosten"- iets, wat ik nooit gezegd heb hoewel,de heer M. weet, dat de huurders van de „Particuliere nieuwe woningen óók moeten opbrengen wat deze kosten. De ver huurders van woningen zijn thans nog de eenige groep onder de bevolking, die in hun rechten verkort worden ten bate van het al gemeen, waar immers alle beperkende bepa lingen, die handel en de industrie belemmer den, van lieverlede zijn of worden opgeheven. Waarom wordt er geen maximum pachtsom voor landerijen bepaald? Waarom geen maxi mum-winst op aandeelen in allerlei andere ondernemingen? Waarom steeg de rentestan daard zonder belemmering van Regeerings- wege, enz. enz.? Het springt al te zeer in het oog, dat de Huuroomndssie-wet een uitzonde- rings-wet is, die sleohts mag gehandhaafd worden zoolang de bittere noodzaak daartoe d w ing t. Dat de heer M. eigenlijk alles zou willen socialiseeren, och, dat weten wij wel, gelukkig dat de meerderheid van ons volk daar anders over denkt, en dat zelfs «ie 8.D. A.P. het voorloopig bij wat theoretlaeeron laat.'Ik geloof, dat, als de heer M. mij een „zeer wantrouwend politicus" meent te mo gen noemen, een en ander aan dat wantrou wen wel ©enigen grond geeft, en dat, ten opzichte van mijn volgens den heer M. „anti- socialisme", de gevoelens van den heer M. jegens de Vrijzinnigen wedeikeerig zijn. alleen zegt deze heer dat liever niet zoo op den man af, maar liever „op zijn bekende" bedekte wijze, en dan bij voorkeur alleen met een lettertje onderteekend, opdat de goê- gemeente niet direct zal snappen uit welken hoek de wind waait? Wij vrijzinnigen schij nen alleen aangewezen te moeten worden, om voluit onzen naam onder elk stukje te zetten, opdat dan „een mijnheer M." ons van z,g. „bekende onhebbelijkheid" zal kurmen beschuldigen, en voorts om de zaak heen draaien. Met dank voor de plaatsing, P. DE GEUS. Wij vragen sleohts aan den heer De Geus, evenals al mijn andere bestrijders, wat hij dan wèl wil. Hij wil geen toeslagen, omdat daaraan meébetalendegenen, die in een dure particuliere woning zitten. Of nu al de heer De Geus beweert, dat het stelsel van een Centraal Woning fonds niet rechtvaardig en billijk is, komt er een bitter beetje op aan. Hij had het te bewijzen en omdat hij dat niet deed, gingen wij er niet op in. Evenmin deden wij dit op zijn bezwaar, dat de tegenwoordige huurtoeslag gegeven wordt óók bij inkomens die dit niet noodig zouden hebben. Een individueel© huurbe- paling naar het inkomen is administratief niet mogelijk en leidt tot allerlei onregelma tigheden in het tarief. Men kan niet meer doen, dan reeds gedaan wordt, n.1. de huizen alleen verhuren aan menschen tot een zeker inkomen. Dat de verhuurders van woningen in hun rechten verkort worden is een lyrische ont boezeming, die we gaarne voor rekening van den heer De Geus laten. Wij onder schrijven haar niet, vooral zooals nu, waar de Huuroommissiewet wordt verruimd. En wanneer inderdaad, ook nu nog, de huiseigenaren vrij spel hadden, dan durven wij beweren en dat is niet dan op grond van ervaring, dat we aan de heidenen zouden z|jn overgeleverd. Natuurlijk moet ook de huiseigenaar een redelijke kans hebben op behoorlijike exploitatie zijner woningen, Maar oorlogs- (in dit geval vredes-) winst behoeven wij hen toch heusoh niet te geven En nu is de redeneering van den heer De Geus,deze: ,JZe zitten er al zoo lang op te wachten. Anderen hebben hun slag geslagen. Nu dienen de huiseigenaren een beurt te hebben, deeenigen, dieinhun rech ten verkort worden." We zouden aan den heer De Geus willen vragen: welke rechten? Er is toch geen recht op oorlogswinst? Nivelleering der huren vindt plaats, nu de Huuroommissiewet meer ruimte laat, de re geering grootere dekking wil en de genoem de ttet gedoemd is, om te verdwijnen ter zijner tijd. Het is nu de vraag slechts, wordt het een nivelleering naar boven of naar beneden? Indien een aantal woningen lage huren doen, dan kan men nivelleeren, door die lagere op de hoogte van de duurdere te brengen. Dat wil blijkbaar de heer De Geus, omdat nu de huiseigenaren aan de beurt zijn, hun extra winsten door den nood der tijden, bin nen te halen. Maar wij willen en durven dat tegenover iedereen als billijk en rechtvaar dig verdedigen, tnivelleeren op deze wijze, dat de lagere huren naar boven gaan, doch dat die verhoogingen g e d-e e l t e 1 ij k ge bruikt worden, om de duurdere woningen niet al te duur, zelfs onbereikbaar te maken. En hiermede, gelooven wij, dat voor wie ons begrijpen wil eni niet overal iets achter zoekt, de kwestie voldoende helder en logisch is. Helder, 19—11—*20, M. Wij zullen aan onzen medewerker de even- tueele beantwoording van bovenstaande ont boezeming overlaten. Onzerzijds een enkel woordje naar aanleiding van de uitlating des heeren De Geus als zouden wij den soc.- democratisohen heer M. de anonyimiteit van een lettertje toestaan en den vrijzinnigen heer De Geus noodzaken zijn stukken te onderteekenen. Het is niet de eerste maal. dat de heer De Geus ons partijdigheid ver wet en roode sympathieën. De nadenkende lezer begrijpt zeer goed, dat er een hemelsbreed onderscheid bestaat tusschen een medewerker van een blad, en een ingezonden stukken-schrijver. Ten eer ste weet heel Den Helder, wie met M. bedoeld wordt, en ten tweede worden bijna als regel in de Nederlandsohe journalistiek hoofdar tikelen niet onderteekend, hoogstens gesig neerd (hoefijzer-correspondent Handelsblad, dr. Kuyperis asterisken in De Standaard, enz.). Iets anders Is het wanneer een inzender (lezer, abonné) in een artikel als dat van den heer De Geus was, waarin de zakelijke bestrijding van M.'s meeningen wel eens be ïnvloed werd door des schrijvers persoonlijke antipathieën, de fh het artikel van onzen me dewerker besproken en geuite meeningen aanvalt. Dan moet, ter wille van de zuiver heid van het debat, met open vizier worden gestreden, en geen redactie kan toelaten, dat dergelijke persoonlijkheden anoniem gelan ceerd worden. Het is van den heer De Geus overigens een ..spijkers op laag water zoeken", want, zooals gezegd, de heer De Geus weet zeer goed wie met M. bedoeld wordt. En M. maakt er ookvolstrekt geen geheim van. Redactie Held. Cri Voetbal. De Competitiewedstrijden. Programma voor Zondag 21 Novmiber. N. V. B. Westelijke Afdeeling. Eerste klasse. Amsterdam: Blauw WitV.V.A.: Spartaan— H.BA; AjaxuTv.Vii Den Haag: É.V.V-Haar- lem; Dordrecht: D.F.C.Sparta; Rotterdam: V.O.O.A.F.C. Overgangsklasse. Umuiden: Stormvogels't Gooi; Den Haag: Quick—D.E.C.; Rotterdam: H.D.VB.—Feyenoora; R.F.C.—fi.W. s Haarlem: R.C.H.—A.D.O.; H.F.C.—W.F.0. Tweede klasse A. Schoten: Schoten—Rapiditaa; Zaandam: Z.F.0. E.D.O.; Hoorn: Hollandia—Alcmaria Victrixj Purmerend: Purmereteijn—Amstel; Amsterdam:. Hortus—Z.V.V. Derde klasse A. Helder: HelderHJ3.V.; Amsterdam: N.O.S. D.WA Derde klasse B. Koog a. d. Zaan: K.F.C.Zaanl&ndia; Water graafsmeer: Watergraafsmeer—E.V.C.; Amster dam: SwiftNeerlandia; Wormerveer: OJ3.C. O.D.E. Reserve tweede klasse A. ^dïï>-z¥cYnll-B*-C- U: Wonaerveer N. H. V. B. Eerste klasse B. Alkmaar: Alcmaria Victrix IIK.F.C. II. Tweede klasse B. IlAlkmaar: Go Ahead I—CB.V. I; Helder: H.R.C. Afdeeling Helder. Bolweg: Helder III—Avia I: Texel: Texel I— H.R.C. IV; Ankerpark: Avia IIBatavier I. Buiten de Competitie. Marinewerf: Zeemcht IHelder II. Aanvang 10 uur. HelderH.S.V. Morgen ontvangt Helder voor de competitie H.S.V. In Haarlem werd verloren met 7—0. Het zal ons benieuwen hoe of Helder het er nu af zal brengen. Scheidsrechter is de heer W. Hakhoff. Aanvang half dria H.R.C. n-V.V.U. L De reservesvan HJt.C. ontvangen Zondag V.V.U. I (Uitgeest"!. Deze club slaat in haar af deeling geen elecht figuur, zoodat H.R.C. II wel terdege op mag passen. Scheidsrechter is de heer Hartland. Aanvang half drie. Het wedstrijdprogranuna voor de derde klasse A. van den N.V.B., voor de TnaanH December, is als volgt: 5 December: BloemendaalH.S.V.; VJ3.V. D.W.S.: N.O.S.Steeds Voorwaarts. 12 December: D.W.S.—BloemendaalSteeds Voorwaarts—Helder. 19 December: H.S.V.-D.W.S.VB.V.-Stgeds Voorwaarts.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1920 | | pagina 2