T Tweede Blad. VAN DINSDAG 8 FEBRUARI 1921. "7 PLAATSELIJK NIEUWS. Naar wij vernemen ia de opbrengst van den Cabaretavond op 11 Januari gehouden ten voordeele van de Vereen, tot bestrijding der tuberculose f 272.52'/». Cinema Palaee. J.L Zondagavond, ontstond er in bovenge noemd theater een begin van brand in de ca bine. De oorzaak was dat de film ia brand vloog, 't Ia dan ook in hoofdzaak te danken aan den «oliden bouw van de cabine, welke van brandvrij materiaal is vervaardigd, dat verder onheil absoluut was uitgesloten. Al leen verwekte het eenige sensatie, doch bia- nea het kwartier was alles afgeloopen. Zangavond Dletsche trekvogels. Omtrent dein zangavond! der Vereeniging „Dietsohe Trekvogels", waaromtrent wij reeds eenige mededeelingen deden, volgen hier nog eenige persuittreksels. Gron. Dagblad: „Wij hebben de zangeres met genoegen gehoord. Zij beschikt over een aangenaam warm aanvoelend geluid en draagt haar liedekens met groote gevoelig heid voor". Baarnsche Courant: „Er was een devote en reine stemming, zoo schoon, zóó goddelijk verheven als zelden gehoord wordt. .Met haar milde van weemoed gedragen alstem wist zij momenten van een spannen de aandacht af te dwingen". Prov. Gron. Cou rant: „We gelooven zeker, dat deze eerste kennismaking met de baanbrekers van de Duitsche trekvogels zeer aangenaam is ge weest en/lat de beweging bij velen der aan wezigen instemming heeft gevonden au sym pathie heeft opgewekt". GEMEENTERAAD. Voor de raadsvergadering van hedenavond is een ibetere agenda verschenen. De volgen de punten zijn er aan toegevoegd: Voorstel betreffende de heffing van hoof- delijkem omslag in de toekomst en tot aan vulling der thans geldende verordening voor het overgangstijdperk. Voorstel om in beginsel te 'besluiten tot verhuring van het zeestrand aan de op te richten N. V. „Zeebad Huisduinen" of even tueel aan een anderen exploitant van het te- genwoordigfe badhuis. Voorstel om in beginsel te besluiten tot de inrichting van een terrein voor lichamelijke oefening der schooljeugd. Voorstel tot het verleenen van een voor schot van f 384000-i~ met bijdragen aan de Vereeniging voor Volkshuisvesting „Helder" voor den 'bouw van 50 woningen en 3 winkel huizen. Voorstel tot het verleenen van machtiging .tot aanstelling van een adjunht-commies voor de verificatie der igemeente-financiën. Voorstel inzake opcenten op de Grondbe lasting (wijziging vroeger besluit). Voorstel inzake subsidie voor de Vakschool voor Meisjes. Adres inzake belasting op de openbare vermakelijkheden met afwijzend advies van Burg. en Weth. Vervallen is daarentegen: Beantwoording van de vragen vaaa het raadslid J. H. Staalman. Kinder-Speelterrelnen. Door B. en W. is een schrijven aan den Raad gericht, dat wij hieronder verkort laten volgen. Bij ons College is het denkbeeld ter sprake gebracht om in deze gemeente te komen tot de oprichting van een speelterrein voor kin deren, met welke terreinen ook in vele an dere gemeentengunstige resultaten worden verkregen. Het nut, dat deze terreinen af werpen, zal Uw College zeer zeker voldoende bekend zijn, in welk verband wij ons ver schoond achten daarover nog een nadere be schouwing te geven. Reeds geruimen tijd heeft deze aangelegenheid een onderwerp van bespreking uitgemaakt in de vergade ringen der Commissie van Bijstand voor het Onderwijs, welke Commissie zich tenslotte in ihaar advies bepaalt tot de oprichting van één speelterrein, op te richten in het Ooste lijk Uitbreidingsplan der gemeente, aan de Stakman Bossestraat, .tusschen de Van Ho- gendorpstraat en de Ruijghsloot. Het komt ons ook voor, dat deze plaats voor speelter rein zeer goed is gelegen om aan het doel te beantwoorden. Waar de oppervlakte van het terrein tusschen de straten en wegen 11700 M'. .bedraagt, staat men met het oog op eventueele uitbreiding, ook voor andere spelen, in de toekomst niet voor het feit, dat het te klein zal blijken. Wij zouden met deze plannen, die een aan merkelijke verzwaring van het gemeentelijk budget meebrengen, niét zijn gekomen, ware het niet, dat de Nieuwe Lager Onderwijswet in artikel 2] de verplichting oplegt tot het geven van onderwijs in de lichamelijke op voeding. Weliswaar kan van de verplichting tot 1 Januari 1936 vrijstelling worden ver leend, telkens voor een termijn van twee jaren, voor een bepaalde openbare school, mits aan de school onderwijs wordt gegeven in de vrije- en orde-oefeningen der gymna stiek, maar aan deze voorwaarde zal moeilijk kunnen worden voldaan, daar slechts aan enkele dier scholen alhier gelegenheid be staat voor het geven van onderwijs in dit vak, zoodat dispensatie van de bepaling van artikel 2] bovengenoemd voor de gemeente Helder is uitgesloten, tenzij ook daarvoor groote kosten worden gemaakt. De kosten, die aan den aanleg en de in richting van een dergelijk terrein zijn ver bonden, zullen volgens den Gemeente-Bouw meester bedragen 80.000, buiten de waarde van den grond. De grond vertegenwoordigt thans een waarde van 23400.Om een zuiveren toestand te scheppen, Is het o. i. noodzakelijk, dat de helft der kosten van aanleg van riolen, straten en wegen met bij- behooren-, welke reeds thans of in de toe komst om het terrein moeten worden aange legd, ten laste van het speelterrein behooren te worden gebracht, aangezien die koeten niet in hun geheel op de omliggende bouw terreinen zijn te verhalen. Volgens raming van den Gemeente-Bouwmeester zal deze aanleg in zijn geheel een bedrag vorderen van 84600.zoodat de helft of 42250. voor rekening van het speelterrein zal moe ten komen en de totaalkosten derhalve zullen bedragen ƒ30.000 ƒ23.400 ƒ42.250 95.650. Hiervan zal het Rijk waarschijnlijk 40 vergoeden, zoodat voor rekening der ge meente plm. ƒ50.000 komt. Het speelterrein zal dan voldoende ruimte bieden: a. voor kinderspeelplaats voor kinderen der voorbereidende scholen, benevens voor de jongste leerjaren der lagere scholen; b. voor kinderspeelplaats voor de overige kinderen der lagere scholen; c. voor groepen-spelen voor de oudste leerjaren <Ser scholen en der M.U.L.O.- scholen; d. voor de jeugdgroepen. Van dit kapitaal behoeft echter niets te worden afgelost, wijl de waarde van den grond, gereed als bouwterrein, volkomen in tact blijft. De j aarlij kacha exploitatie zal globaal be rekend bedragen: a. rente van 50.000 56%f 3000 b. salaris van den spelleider-opzichter te stellen op 2400 c. onderhoud en aanvulling der be- noodigde materialen600 cL onderhoud van het terrein, gebouw tje, hekwerk1000 Totaal.... ƒ7000 Dit zal de kosten voor het onderwijs ver- hoogen met 1.50 per leerling en per jaar of 3 cent per week. Waar de nieuwe school geldregeling nog niet is vastgesteld, zal hier mede te zijner tijd rekening kunnen worden gehouden. B. en W. kunnen zich volkomen vereeni gen met het advies der Oommissie van Bij stand voor het L. O. om den Raad voor te stellen reeds thans in beginsel tot de oprich ting van een speelterrein te besluiten, waar na zij zich in verbinding zullen stellen met het Rijksschooltoezicht. Gebouw Vakschool v. Meisjes. B. en W. hebben het volgen dsohrijven aan den Raad gericht: Zooals U bekend zal zijn is de Vakschool voor Meisjes voor Helder eil Omstreken thans ondergebracht in het perceel Hoofd gracht 18, en zijn als huiplokalen in gebruik een 'drietal lokalen van school No. 8. De toe stand, zooals die echter momenteel is, kan niet bestendigd blijven op 'het Middelbaar Onderwijs, wier advies wij over deze aange legenheid inwonnen, eens, dat er beslist aan een betere inrichting behoefte bestaat,' en dat daarin zoo spoedig mogelijk moet worden voorzien. Het Bestuur v-an de Vereeniging Vak school voor Meisjes heeft bereids plannen voor den bouw van een nieuwe school inge diend, welke plannen wij 'hierbij aan U over leggen. Deze school is gedacht op het perceel Sectie E, No. 68, tegenover den Watertoren, welk perceel aan de Vereeniging in erfpacht zou kunnen worden uitgegeven waarvoor te zijner tijd een aanvrage ibjj U zal zijn in flè dienen. De kosten voor den bouw van de nieuwe school worden geraamd f 300.000, voor welk bedrag de Vereeniging, onder garantie van het Rijk, een leening hoopt te sluiten met den Postcheque- en Girodienst. Deze leening zal in 60 jaren kunnen worden afgelast. Waar nog niet met zekerheid as te zeggen tegen welke voorwaarden bedoelde leening zal kun nen 'gorden gesloten, valt ook nog niet met juistheid te bepalen welk bedrag voor den bouw der nieuwe school jaarlijks op de be grooting moet worden gebraoht. Van het voor den 'bouw op de begrooting te brengen be drag zal ingevolge art. 25 der Nijverheids- onderwijswet 70% door het Rijk worden bij gedragen, mits wordt aangetoond dat de ge meente, in welke de school gevestigd is, de overige 3% heeft toegestaan. Toezegging van de door het Rijk te geven bijdrage is ontvangen. Hoewel, zooals reeds eerder is gezegd, nog niet met zekerheid de jaarlijksohe kosten voor de gemeente zijn te bepalen, wélke kos ten echter, indien de leening tegen 6 wordt aangegaan, naar raming ongeveer 5.700 per jaar zullen zijn, meenen wij, om den bouw der school niet onnoodig op te houden, U te moeten voorstellen de 30 ;der bouwkosten, welke niet door het Rijk wor den vergoed, voor rekening der gemeente te nemen. Het ligt in onze bedoeling genoemde kosten gedurende 50 jaren tot een gelijk be drag in de begrooting op te nemen. De Commisie van Bijstand voor het Onder wijs kan zich met een en ander geheel ver eenigen. Uitbreiding verificatie gem. belastingen. B. en W. hebben aan den Raad het volgend schrijven gericht. De Verificateur der Gemeente-financiën heeft zich tot dusverre niét voldoende kun nen wijden aan de verificatie, met name aan de controle over het eomtabel beheer en de boekhouding van de bedrijven en andere ge meentelijke inrichtingen, alsmede van de ge subsidieerde instellingen, ondanks den ijver, waarmede deze functionaris dit deel van zijn taak opvat. Het is noodzakelijk, dat de Verificateur, wil hij de hem in dezen opgedragen werk zaamheden behoorlijk verrichten, de beschik king erlangt over een ambtenaar, speciaal om hem bij te staan bij de verificatie der ge meente-financiën. Te dezen aanzien wordt nog opgemerkt, dat de gewenscht wordende ambtenaar reeds op de door den Verificateur Ingediende be grooting voor 1921 was gebraoht en door ons was overgenomen,, doch dat, tengevolge van een misverstand, is verzuimd den betrekke- lijken post op de gemeente-begrooting te plaatsen. Wij verzoeken U mitsdien ons een credlet toe te staan voor aanstelling van een adjunct commies voor dit doel en vinden daartoe te meer vrijheid, omdat het uitzicht bestaat, dat binnenkort het aantal ambtenaren aan de afdeeling Belasting en Verifioatie vermin dering zal ondergaan. De financieele regeling dezer aangelegen heid op de begrooting voor 1921 zal U te zijner tijd ter vaststelling worden aange boden. Zeebad Huisduinen. Om te komen tot een behoorlijke exploi tatie van Huisduinen als badplaats is het noodig, dat de op te richten N. V. Zeebad Huisduinen of, indien deze Vennootschap niet mocht overgaan tot aankoop van het badhuis, althans de exploitant van dit bad huis het uitsluitend recht krijgt tot plaatsing van badkoetsen, strandstoelen en dergelijke op een gedeelte van het strand. Op deze wijze toch is het alleen mogelijk daar te zorgen voor een behoorlijke orde en regelmaat. B. en W. zijn voornemens van het Rijk wederom te huren een deel van het zeestrand en met het oog op bovenstaande lijkt het hem gewenscht, dat dit strand door de ge meente in onderhuur wordt afgestaan aan de N. V. Zeebad Huisduinen en eventueel aan een anderen exploitant van het badhuis. De Oommissie voor de oprichting van meergenoemde N. V. vindt het gewenscht, dat zij, vóór zij tot den eventueeien aankoop van het badhuis besluit, op dit punt zeker heid verkrijgt en daarom stellen B. en W., in verband met het hierboven genoemde ar gument, voor thans in beginsel te besluiten om het strand aan de N. V., respectievelijk aan een anderen exploitant van hst badhuis, in onderhoud al te sstaan. Hoofden voor de klasse. Volgens het bepaalde in het 4e lid van art. 27 der L. O. wet 1920 moet aan het Hoofd der School tevens het onderwijs eener klasse worden opgedragen, tenzij de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen van deze verplichting in bijzondere gevallen vrij stelling verleent. Wel bepaalt art. 192 van genoemde wet, dat aan de hiervorenvermelde verplichting niet behoeft te worden voldaan vóór 1 Januari 1923, doch deze gunstige be paling geldt weder niet als vóór dat tijdstip in het onderwijzend personeel der school een vacature is ontstaan. Dit laatste geval doet zich in deze gemeen te momenteel reeds aan een tweetal scholen voor, zoodat volgens de bepalingen der L. O. wet de hoofden dier scholen reeds voor de klas zouden moeten worden geplaatst. Wel zullen afzienbaren tijd plannen tot reorgani satie van het onderwijs in deze gemeente ter beslissing worden voorgelegd, waarbij ook zal worden voorgesteld zooveel mogelijk aan de Hoofden het onderwijs eener klasse op te dragen, doch zoolang deze plannen nog geen werkelijkheid zijn geworden, is het vooral aan een 12-klassige school, niet mogelijk de Hoofden voor de klas te plaatsen zonder het onderwijs schade te doen lijden. De.Hoofden toch moeten, nu nog geen re serve-onderwijzers zijn aangesteld, en geen voldoend tijdelijk onderwijzend personeel is te krijgen, bij tijdelijke ongesteldheid of af wezigheid van het vaste personeel, meerma len het onderwijs in een klas waarnemen. In dien echter aan het Hoofd het onderwijs eener vaste klasse zou zijn opgedragen, zal dit niet meer mogelijk zijn en zou het meer malen voorkomen, dat leerlingen naar huis moeten worden gezonden. In verband met het vorenstaande stellen B. en W. voor aan den Minister van Onder was, Kunsten en Wetenschappen vrijstelling te vragen van de verplichting, dat aan het Hoofd der School reeds nu het onderwijs eener klasse wordt opgedragen. Voorschot Woningbouw. B. en W. stellen den Raad voor aan de Vereeniging voor Volkshuisvesting „Hel der" toe te kennen een voorschot van 334.000 ten behoeve van den bouw van 50 arbeiderswoningen en 3 winkelhuizen en een jaarlijksohe bijdrage in het tekort op de exploitatie dier woningen. Belasting Openbare Vermakelijkheden. Een door de Gymnastiek-Vereeniging „O. K K." en 20 andere Vereenigingen inge diende adres, houdende verzoek om wijzi ging te brengen in de Verordening tot hef fing van Belasting op Openbare Vermake lijkheden, werd bij Raadsbesluit van 21 De cember 1920 in handen van B. en W. om prae-advies gesteld. Op grond van het ingestelde onderzoek vinden B. en W. geen termen om een wijzi ging in bovengenoemde verordening voor te stellen. De belasting, die naar de oppervlakte van het lokaal, waar de uitvoering wordt gege ven, wordt berekend, bedraagt, zooals adres santen zelve erkennen, niet veel en dit luttele bedrag kan gemakkelijk door de betrokken vereenigingen op de bezoekers der uitvoe ringen worden afgewenteld. Wij merken voorts op, dat elke belasting heffing uit den aard der zaak controle-maat regelen met zich brengt, dat echter de te verrichten formaliteiten voor het geven van uitvoeringen tot een minimum zijn beperkt en dat door het personeel der belastingen in dezen steeds de grootste welwillendheid wordt betoond. B. en W. stellen mitsdien voor op het hiervoren vermelde adres afwijzend te be schikken. Invordering pl. dlr. Belastingen. Op grond van ingekomen voorstellen ln verband met de Wet van 30 Dec. 1920 tot Wijziging van de Gemeentewet, stellen B. en W. eenige wijzigingen voor in de hier vigeerende verordening, waardoor de belas ting reeds 1 Mei kan worden geheven en het dienstjaar 1920 dientengevolge met 4 maan den verlengd wordt. De periode van navor dering zal van twee op drie jaar wordën ge bracht. Deze wijziging houdt verband met het voorstel van de commissie inzake herzie ning van de pl. dir. belasting om, gebruik makende van de gewijzigde Gemeentewet, de gemeentelijke inkomstenbelasting te laten heffen en Invorderen door de Rijksadmini stratie. INGEZONDEN. Aan de Redactie van de Helder8cbe Courant U begint in Uw heel lang onderschrift te beweren dat door mij „dikke woorden" zijn gebruikt, en U eindigt met te zeggen, dat de lezers van de „Heldersche Courant" „niet allemaal stommelingen en sulferta zijn, wie men bij voortduring zand in de oogen kan strooiën". Of ik mij schuldig heb gemaakt aan deze dingen,' staat alweer Uw lezers ter beoor deeling. En of die twee zeer sobere stukjes door mij in Uw blad geplaatst, waarin gevraagd wordt om bewijs voor een door U geuitte beschul diging aangemerkt kunnen worden als „ge weldig spectakel" mag toch zeker wel wor den betwijfeld. Maar ondanks de lieflijke kwalificaties door U aan het adres van onze Raadsfractie geuit verzuimt Unu weer om te bewij zen dat wij door persoonlijke motieven ge dreven, gehandeld1 hebben ten opzichte van de economische commissie, zooals wij de den. U meent, dat wij consequent hadden moe ten stemmen, ook tegen de f 2000.aan dit instituut en dit noemt U dan bij uitstek, Uw bewijs. Wij hebben daarvan een andere opvatting, want als wij tegen dit voorstel hadden gestemd, dan had de economische-oommis- sie natuurlijk de 4000.gekregen. En als U d'at nu consequent noemt voor een fractie, die voor deze instelling liever zoo weinig mogelijk beschikbaar stelt, moet U zelf maar eens uitmaken. Wat dit evenwel met het 'bewijs voor onze persoonlijke antagonie te maken heeft tegenover een naar wij vermeenen gewezen secretaris der eoono- mische-oommissie, is ons een raadsel. Het was ons toch allen bekend, dat de se cretaris dier commissie voor zijn functie zou bedanken, dus was er indien het inderdaad een persoonlijke aangelegenheid betrof, nu juist reden om voor het volle pond te stem men. U is dus wel een weinig in de war, het geen wij U niet kwalijk nemen. Voor het overige hult U zich weer ia een dichte nevel van allerlei mysteriën, die den lezer alles te raden geven, maar hem niets wijzer maken. O beroept U op dingen die in de afdee- lingsvergaderingen van de Partij zouden zijn geschied, op vertrouwelijke mededeelin gen uit Colleges enz. Welnu, ik ben gemachtigd', zoowel door het bestuur der Partij-afdeeling als door de ■geheele raadsfractie; de wethouders niet uit gezonderd, U te verzoeken, om alles wat in die Colleges is gesproken, voor zoover het deze zaak betreft en U bekend is publiek te maken. Mij' dunkt waar U zoo de vrije hand wordt gelaten zult U de gelegenheid niet willen ia ten voorbijgaan, om nu eens met feiten aan te toonen dat onze houding ten opzichte van de eoonomische-commissie werd bepaald door persoonlijke vijandschap tegen den Secreta ris. Ik hoop nu 'ernstig Mijnheer de Redacteur dat U zonder verdere omwegen aan ons ver zoek zult voldoen. Mij dunkt wij' hebben, na alles wat door U in deze aangelegenheid is gelanceerd er wel recht op. Namens de Colleges voornoemd, J. BORKERT, Secretaris. Helder, Februari 1921. Wij willen, in 't kort, en, wat ons betreft, voor de laatste maal, de soc.-dem. raadsfractie van repliek dienen, teneinde de kwestie, waar tiet om gaat, nogmaals te belichten. Het is heel vriendelijk van de fractie, dat zij ons machtigt gebruik te maken van vertrouwe lijke mededeelingen uit hare vergaderingen, maar baar machtiging strekt zich uitteraard niet uit over andere collage's, zoodat onze lezers praktisch aan die machtiging weinig hebben. Tochéén enkele maal willen wij van dde machtiging een bescheiden gebruik ma ken om te vertellen, dat in meer dan ééne afdeelingsvergadering van de soc^dem. fede ratie alhier de wensch is geuit, cSfl; de heer Miohels als secretaris van de Economische Oommissie zou bedanken. Aan welken wenscb intusschen toenmaals geen gevolg is gege ven. Wel is in 1920 door den heer Michels meer dan eens zijn bevreemding en teleur stelling van die tegenwerking van zijn partij in de Commissie geuit en op de onmogelijk heid, om zoo te werken, gewezen. Daarna is, op de vergaderingen der afdeelingen van den Raad, waarin de begrooting der Gemeen te werd behandeld dus vóór de openbare behandeling in den Raad reeds door en kele leden den wensoh geuit (wij citeeren het Algemeen Rapport omtrent het onder zoek der Gem.-begrooting 1921), d*n post van ƒ4000— voor de Econ. Commissie te schrappen. Anderen" aldus gaat de rap porteur verder „vragen of de verhooging van den post beteekient aanstelling van een vasten secretaris. Zij wenschen nadere rno- tiveering der specificatie. Vermindering tot 2000.wordt voorgesteld." De vergaderingen, waarin het Alg. Rap port is opgesteld, zijn gehouden 13, 14, 15 en 16 December. Op die dagen was omtrent eene ontslag-aanvrage van den heer Michels als secretaris der E. C. nog niets bekend. Die ontslag-aanvrage kwam eerst in de eerste dagen van Januari. De vraag is dus gewettigd: Wie noodzaak ten den heer Michels om te bedanken voor het secretariaatEn dan luidt het antwoord: De leidende menschen in de afdeeling, die zich daarmede plaatsten vierkant tegenover het gemeentebelang of dit opofferden aan persoonlijke vijandschap. Want het is niet anders dan noodgedwongen, dat de heer M., toen dit voor den vrede in zijn partij abso luut noodig bleek, zich bereid verklaard heeft, als secretaris af te treden. Het sociaal democratische bezwaar tegen dit secretaris ambt was, dat dit óók verbonden was aan de Maatschappij van Nijverheid. En ,het drijven naar dit aftreden, dat, zoo als wé reeds zeiden, op verschillende afd.- vergaderingen der partij plaats had, is reeds het begin geweest van het spelen met het gemeentebelang, dat bij de begrooting zijn beslag kreeg. Wij willen intusschen gaarne aannemen, dat in dit geval een onbewuste tegenwer king van het gemeentebelang heeft plaats gehad. Maar zjj Is er dan toch, en dat ook anderen haar waarnemen, moge blijken uit het in dit nummer opgenomen stukje van een oud-plaatsgenoot, dat ons gisterenavond bereikte. Door dit zij het dan wellicht onbewust ondergeschikt maken van het gemeente belang aan andere belangen, was men nu ge tuige van het voor onze gemeente bedroe vende schouwspel, dat een tweetal wethou ders en een groote raadsfractie zich stelden tegenover het werken van eene Commissie, die geen ander doel beoogt dan het welzijn yan de gemeente, en die mede door de s.d.a.p. in het leven is geroepen. Het is jammer, maar wellicht is de fout nog te herstellen. Wellicht kan een modus vivendi gevonden worden, waardoor de nut tige instelling, die de Ec. Commissie is, niet langer in haar arbeid wordt tegengewerkt, maar zich ten volle geven kan aan de taak, die zjj belangeloos en vrijwillig op zich heeft genomen. En wij hopen zeer, dat de s.-d. raadsfractie daaraan mede zal weriken. Redactie. D W| eursiveeren. Red. '8 Gravenhage, 7 Februari 1931. Da Economische Commissie en de 8. D.A.P. Geachte Redacteur 1 Ondergeteekende is bij geen politieke part{J aangesloten, oud-Heldersche en belangstellende in den bloei van zijne vroegere gemeente. Eerlijk gezegd, zot dat, indien ik ooit tot eene politieke partij toetrAd, de S. D. A. P. zy'n. Dit alles ten bewijze, dat geen andere gevoelens mij tot het schrijven van dit stnkske brachten dan die van een neutralen, maar voor Nieuwe- diep warm voelenden buitenstaander. En dan moet het mq- van het hart, dat de raadsdebatten over de Economische Commissie mij bitter tegenvielen, terwy'1 ik met verbazing in uw overzicht las, iets, dat door de stukjes van den heer Borkert noch is ontkend noch is weerlegd, dat dit alles om een persoonlijke kwestie gaat. De economische ontwikkeling en het streven daartoe das afhankelijk gesteld van een per soon of van enkele personen Ik zou toch mijn vroegere plaatsgenooten, waaronder vele goede bekenden uit de S.D.A.P., willen toeroepen: »Bedenkt,hoegrootem strijd ge nog zult moeten strijden en hoe ge daarbij alle krachten noodig zult hebben, van rood tot zwart, om uwe plaats wat meer vooruit te brengen. Dat kan alleen niet de S.D.A.P., dat kunnen de Katholieken niet alleen, noch een der andere partijen, dat is iets, dat ge gezamenlijk zult moeten doen of ge zult het niet doen". En bezwaar tegen die economische ont wikkeling zelve kan de S. D. A. P. wel het allerminste hebben, omdat zij juist moet streven naar een zoo groot mogelijke welvaart, om de duizenden arbeiders een beter lo.t te doen deelachtig worden. Is het geen eminent arbeidersbelang, dat de haven b.v. evenals vroeger voor handelsdoeleinden wordt benut f Hoeveel havenarbeiders, die nn werkeloos loopen zouden daarin geen brood vinden Is de ontwikkeling van Huisduinen en dus van het vreemdelingenverkeer ook geen voordeel voor de arbeiders? Zij zullen toch ook beter leven in een plaats, waar verkeer is dan in een, waar de boel langzaam aan uitsterft f En indien mon in Helder blijft afwaehten, wat er van leger en vloot terecht komt, dat gaat het zeker dien slechten kant op. Het was mij Juist zulk een verheugenis, dat het een Sociaal-Democraat was, die het eerste boek over de economische ontwikkeling schreef. Ik weet nu, door mijn wonen buiten nw gemeente, hoeveel moeite ge nog zult hebben te overwinnen, en hoe voorzichtig en beleid vol ge de relatiën slechts zult kunnen aaq- knoopen, die toch allereerst noodig zijn, om in Helder te brengen ondernemingsgeest, dadendrang en moed, om iets te wagen voor de vooruitgang van de plaats. En hoe al die pogingen hopeloos worden teniet gedaan door een raadsdebat en krantengeschrijf als den laatsten tijd over deze zaak. Want die heele discussie was volkomen negatief. Indien men de Economische Commissie niet wil, maar wel he' doel, dan waren wij toch van de S.D.A.P. gewoon, dat ze met iets beters kwam. Maar dat is het ontmoedigende, dat er uit die debatten alleen een paar armzalige guldens is bezuinigd, waarvan de gemeente niet rijker zal worden en waardoor de commissie niet kan doen wat noodig is. Laat ik direct zeggen en dat ls de meening van alle vooraanstaanden op het gebied van nijverheid en verkeer, die ik sprak, dat voor dit werk voor gemeentelijke ambtenarij 3een plaats is. Alles hangt hier van den invloed van Slechts enkele personen af. Welnu ik aarzel niet, om te zeggen, dat naast de keuze van den burgemeester als voorzitter der commissie, de keuze van secre taris mij een zeer gelukkige schijnt. Want iemand, die in de geheele provincie bekend en geïntroduceerd is, heeft men juist noodig. De best betaalde ambtenaar met prima be kwaamheden kan die voordeelen nooit erlangen, die ge nu gratis bebt. Het zou dus zeer te. bejammeren zijn, indien de commissie dezen secretaris moest missen. En dat het de S.D.A.P. was, die dit vraag stuk het eerst in den Raad bracht, waardoor de Economische commissie ontstond, waarin nu ook weder een sociaal-democraat een be langrijke functie vervult. Kyk, zei ik tot mijzelf, daaruit blijkt toch wel, dat de S.D.A.P. niet zooals men veelal beweert alleen voor de eenzijdige arbeiders opkomt, maar ook de groote dingen ziet Zie ik dit nu wel en de S.D A.P. zelf niet? De vraag is dan, waarvoor zij de bevolking aanziet, die dit wel degelijk opmerkt en dus zeker niet accoord gaat met de wijze, waarop dit werk nu wordt bemoeielijkt om een per soonlijke kwestie. Ik behoef het nauwelijks te zeggen, dat de S.D.A.P. een zeer groote verantwoordelijkheid op zich zou nemen, indien door haar schuld de Economische commissie zou ophouden te bestaan, iets waar toch kans voor is, indien men de ziel er van weg drijft. Of dit dan ten slotte in het belang hunner partij zal die vraag mogen zij zelve overwegen en beantwoorden. Met besten dank voor de gelegenheid, om ook mijn hart eens te luchten, verblijft met hoogachting nw oud-plaatsgenoot NEMO. mm

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5