HELDERSCHE COURANT Derde Blad. VAN ZATERDAG 9 APRIL 1921. Mr. B. van der Feen de Lille. t. BINNENLAND. Te Alkmaar is plotseling overleden de heer mr. B. van der Feen de Lille, griffier bij de arr.-rechtbank aldaar. Hoogheemraadschap N.-Hollands Noorderkwartier. Dijkgraaf en hoogheemraden van het hoogheemraadschap Noord-Hollands Noor derkwartier hebben benoemd tot ingenieur van het hoogheemraadschap den heer P. T Poppens, ingenieur bij den provincialen wa> terstaat in Friesland, te Leeuwarden. Malariabestrijding. Tot voorzitter van de oommissie voor de malariabestrijding in Noord-Holland is be noemd de heer A. W. Miohels, lid van Gede puteerde Staten, te Helder. De strijd in het kleedingbedrtJf. In de gisteravond gehouden conferentie tusschen werkgevers en werknemers in de kleedingindustrie zijn wederzijds voorstellen gedaan tot oplossing van het conflict. De werknemers zullen heden, Zaterdag, hun ant woord vaststellen op een door de werkgevers gedaan voorstel. Het mijnbedrijf. Te Heerlen is Donderdagavond een gecom bineerd congres gehouden *dioor den Neder- landschen Mijnwerkersbond, den Syndipa- listischen Bond, den Protestantseh-Christelij ken en den Neutralen Bond, waar besloten is de voorstellen van de mijndirecties te aan vaarden doch te blijven aandringen op het instellen van een deskundig onderzoek, zoo mogelijk tusschen 7 April en 1 Juni. Wanneer na het onderzoek eventueel blijkt, dat de mijndirecties de loonregeling niet kunnen handhaven, zou de regeering gedu rende eenigen tijd een bijslag moeten ver- leenen tot de prijzen der levensmiddelen dus danig gedaald zijn, dat over een nieuwe loonregeling kan worden gesproken. In elk geval moet in acht worden genomen, dat de levensstandaard van de mijnwerkers niet mag dalen beneden de tegenwoordige. Het veenbedrijf. De 'gisteren in het departement van land bouw gehouden conferentie van de ministers van arbeid en van landbouw, nijverheid en handel meit vertegenwoordigers van de werk gevers en werknemers in het veenbedrijf heeft van halfdrie tot over vijf geduurd. Het hoofdpunt, dat ter conferentie werd besproken, was het verzoek van de werkge vers en werknemers aan de regeering ge richt, door een bijslag op de loonen de voort zetting van het vervenen mogelijk te maken, Thans staat, tengevolge van de sterke daling van den turfprijs, het veenbedrijf stil. Vol gens verklaring van de werkgevers zouden de loonen met 50 pet. moeten worden ver laagd, om hen in staat te stellen, het bedrijf weer in gang te brengen. Van de zijd© van de regeering werd1 ter conferentie met nadruk verklaard, dat er geen oprafce van kon zijn, dit bedrijf van staatswege door een bijslag op de Iconen in gang te houden. Toen dit ter vergadering was vastgesteld, hebben de arbeiders aangeboden het loon, waarvoor zij weer te werk zouden kunnen gaan, doojr arbitrage te laten vaststellen. De werkgevers verklaarden hieromtrent nader overleg te zullen plegen. Verder werd ter conferentie aangedrongen, de bestrijding van de groote werkloosheid in de venen, op wegenaanleg en op aanleg of verbreeding van kanalen. De minister van arbeid deelde mee, dat hij omtrent deze zaak reeds in overleg was met den commissaris der Koningin in Drenthe, en verklaarde, zijnerzijds te zullen bevorde ren, dat met deze aangelegenheid de noodige spoed zou worden gemaakt. Voorts werd nog de steunregeling ter spra ke gebracht, omtrent welke aangelegenheid nader van gedachten zal worden gewisseld met het departement van 'binnenlandsohe za ken, waaronder de steunregeling ressorteert. De zaak Deen contra Perlak Petroleum, Mij. Het Openbaar Ministerie bij den Hoogen Raad, waargenomen door den advooaat-gene- raal mr. Ledeboer, concludeerde gister tot verwerping van het oasatieberoen van den heer E. Deen, gewezen directeur van de Per- lak Petroleum Mij., tegen het vonnis van de rechtbank te 's-Gravenhage, waarbij is toe gewezen de vordering van die Mij tot beta ling eener schadevergoeding wegens den aankoop van aandeelen in de Petroleum Mij. Zuid-Perlak, welke schadevergoeding gere kend wordt ongeveer 5 iniliioen gulden te zullen bedragen. Het loodswezen op de Wielingen. (Vragen van Kamerleden.) Vragen van den heer De Kanter aan den minister van Marine a.i.: lo. Is het juist, dat in de Wielingen een Nederlandsohe loodsschoener bij de Wande laar gestationneerd is, terwijl onmiddellijk daarvóór naar de zeezijde zich eeri Belgische stoomloodsboot bevindt en bovendien nog een Belgisohe stoomloodsboot bij de West-Hin der rrestationneerd is, zoodat het Nederland sohe Loodswezen ter plaatse veel minder goed is toegerust dan het Belgisohe, waarvan de gevolgen zich afspiegelen in de volgende ge gevens: Januari. Wielingen: Nederl. zeéloods 98. Belg. zeeloods 299, zonder zeeloods 70, totaal 467. Oostgat: Nedèrl. zeeloods 82, Belg. zee loods 115, zonder zeeloods 9, totaal 206. Februari. Wielingen: Nederl. zeeloods 59. Belg. zeeloods 832, zonder zeeloods 51, totaal 442. Oostgat: Ned. zeeloods 76, Belg. zee loods 129, zonder zeeloods, 2 totaal 207. Maart. Wielingen: Ned. zeeloods 59 Belg zeeloods 368, zonder zeeloods 58, totaal 485. Oostgat: Ned. zeeloods 109 Belg. zeeloods 107, zonder zeeloods 6, totaal 222. 2o. Is de Minister van meenin» dat de niet gelijkwaardige toestand in de Wielingen niet wordt goedgemaakt door de living van een loodsschoener bij uungeness, hetgeen kan worden afgeleid u. aat thans gemid deld zes schepen oer da" Dun^eness passee- ren met bestemming naar de SCheldehavens, waarvan tot dusverre de Nederlandsche Dun geness-post iets meer dan gemiddeld één oer dag bedient? 3o. Acht de Minister het niet noodzakeliik, zoowel in het belang van een goede function- neering van ons loodswezen on de Schelde als om te bevorderen dat niet door achterstand in het materiaal, bij vergelijking met het Bel gische Loodswezen, onze Loodsen verhinderd worden hun functie in eerlijke ooncurrentii met de Belgische loodsen onbelemmerd ui te oefenen in al die gevallen, waarin de soheepsgezagvoerder niet in elk geval een loods van een bepaalde nationaliteit verlan gen? 4o. Is de Minister mitsdien bereid te be vorderen, dat in de Wielingen in plaats van het volkomen ontoereikend zeilvaartuig stoomloodsbooten in dienst gesteld worden, 'ten minste in even 'groot aantal met ten min ste dezelfde vaarcapaciteit als de Belgische? Namelijk 35 voor den Dungenesspost en 24 voor den Wandelaarpost. 2) De stijging ten 'gunste van bet Neder landsche loodswezen in Maart voor het Oost gat is te verklaren door het feit, dat sedert het laatst van Februari het materiaal van het Nederlandsche loodswezen bij het Belgisch niet meer achterstaat. Overcomplete belastingambtenaren. (Vragen van Kamerleden.) Vragen van den heer De Kanter aan den minister van Financiën: I. Is de Minister 'bereid de regeling mede te deelen, welke zal worden gevolgd bij den overgang in den Rijksdienst van de bij de 'ge meenten overcompleet wordende belasting ambtenaren? «II. Is het juist, dat voor de ambtenaren, die vroeger in rijksdienit zijn geweest, slechts plaatsing mogelijk is in het vroeger door hen bekleed© ambt, terwijl voor de andere ambte naren in uitzicht wordt gesteld olaatsing in een met hun tegenwoordige positie overeen komend ambt? Zoo ja, wil de Minister dan de redenen mededeelen, welke tot deze rege ling hebben geleid? III. Acht de Minister deze regeling niet in ho'ige mate onbillijk tegenover de gewezen rijksambtenaren, die meerendeels op betrek kelijk jeugdigen leeftijd den rijksdienst heb ben verlaten en thans bij de gemeenten een belangrijk hoogere positie bekleeden IV. Is de Minister niet van meening, dax voor de ambtenaren, die niet in rijksdienst kunnen overgaan, bij de wet een wachtgeld regeling behoort te worden getroffen, als mede algemeen bindende voorschriften, waarbij de gemeenten verplicht worden om een tegemoetkoming te verleenen in het ge val dat een 'ambtenaar tengevolge van plaat sing in rijksdienst in bezoldiging achteruit gaat? BUITENLAND. ENGELAND. De mijnwerkersstaking. De medewerker van de „Daily Mail" in de kringen der arbeiderspartij meldt vernomen te hebben, dat, indien de regeering erin toe stemt, een tijdelijke leuning aan de steen koolnijverheid te verschaffen ten einde om door de tegenwoordige depressie heen te ko men, de pompers en delvers onverwijld naar de mijnen teriiggezonden zullen worden. De medewerker voegt erbij, dat de leiders van de arbeiders heel graag een uitbreiding van het geschil willen afwenden. Ofschoon het publiek algemeen bekommerd is, beschouwt het den toestand toch met kalmte en bespreekt het hem zonder bitter heid of wrok. Het ontbreekt geenszins aan sympathie voor de mijnwerkers, die voor een plotselinge loonsverlaging staan, maar het wegroepen van de pompers wordt afgekeurd Londen, 8 April.De regeering heeft allen gemeenten last gegeven met de aanwerving van vrijwillige politie, van zoogenaamde spe cial constables uit de burgerij te beginnen; zij worden beëedigd, in uniform gestoken en gewapend. De toestand was gisterenavond, ofschoon ernstig, niet wanhopig. Men gelooft, dat ze kere invloedrijke arbeidleiders druk uitoefe nen op de mijnwerkers teneinde een gunstige atmosfeer te wekken voor de vredesonder handelingen. Eenige beteekenis wordt ge hecht aan het feit, dat het Drievoudig Ver bond de conferentie, die voor gisterenavond vastgesteld was, niet gehouden heeft, hoewel de spoorwegmannen en de transportarbeiders beslissingen namen, welke klaarblijkelijk den weg vrijmaakten voor een actie van het Drie voudig Verbond. Opmerkelijk is ook, dat geen van deze beslissingen in het bijzonder melding maakten van staking. In Schotland duurt de terreur van de sta kers tegen de menschen, die de pompen be dienen, voort. Aan de mijnen van Kinneil in Linlifhgowshire beloofde de directeur aan een vijandige menigte, dat hij alle vrijwilli gers op staanden voet zou wegzenden en het vuur onder de ketels weg* zou laten halen. Ook te Bridgeness is het pompen onmo gelijk gemaakt en verwachtte men, dat de mijnen gisterenavond aan hun lot overgelaten zouden worden. In de mijnen van Midlothian heeft men de grootste moeite om de mijnen te behouden. De mijnwerkers verschijnen er in vele ge vallen .met vrouwen en kinderen, om de pom pers van hun werk te halen, wat hun -in en- vele gevallen ook gelukt Is. In Lanarkshire zijn kostbare gereedschap pen en werktuigen van de mijnen vernield. O. a. werd een turbine-pomp ter waarde van £10.000 volkomen verwoest. De studenten en andere vrijwilligers hebben daar gisteren het werk moeten opgeven. In Dalkeith doofden de stakers de vuren onder de ketels van de pompmachines, waar door het pompen tot stilstand kwam. Londen, 8 April. De toegtand in de steen- toolindustrie heeft een crisis bereikt. De conferentie van mljnwerkersgedelegeerden besloot na een zifting, welke den geheel en dag duurde, dat de door Lloyd George ge stelde voorwaarde, dat de veiligheid van de mijnen het eerste onderwerp van discussie moet zijn, aan een conferentie met de mijn eigenaren in den weg stond. De mijnwerkers- gedelegeerden belegden daarna onmiddellijk een conferentie met de andere leden der „Triple Alliantie", de transportarbeiders en spoorweglieden om tot een gemeenschappe lijke gedragslijn te koanen. De eerste splitsing van beteekenis in de mijnwetkersfederatie heeft plaats gehad. De .National Association of colliery deputies" heeft n.1. besloten om uit de mijnwerkers- federatie te treden en met de mijneigenaars samen te werken tot het instandhouden van de mijnen. Londen, 8 April Een gemeenschappe lijke bijeenkomst van de dagelijksche bestu ren van spoorwegarbeiders en transportar beiders heeft bekend gemaakt, dat zoo de onderhandelingen tusschen de mijnwerkers en mijneigenaars niet worden heropend, de „triple alliantie" met ingang van Dinsdag nacht over de heele linie de staking zal af kondigen. Maatregelen der regeering. Londen, 8 April. Nadat Lloyd George heden in het Lagerhuis een overzicht had gegeven van den loop der gebeurtenissen, zeide hij, dat het duidelijk was, dat het dage- lijksch bestuur der Mijnwerkersfederatie be sloten was de mijnen haar verwoesting tege moet te laten gaan, in het geloof, dat zij daar door het land zouden intimideeren en dwin gen zich over te geven. Dit beteekende een aanslag op het leven van het geheel© volk. Het was de plicht van de regeering, deze catastrofe te voorkomen, in het bijzonder met het oog op de georganiseerde pogingen, die werden gedaan om den anijnbeambten te be letten de pompen verder te bedienen. Het land stond voor den eersten keer in zijn ge schiedenis tegenover een poging om door vernieling van zijn bestaansbronnen dwang uit te oefenen, en klaarblijkelijk stond, mocht men de dagbladberiohten gelooven, dit drei gement thans op het punt te worden aange vuld door een gemeenschappelijk plan om de transportdiensten, die noodzakelijk waren voor het leven des volks, stop te zetten. Lloyd George, vorder gaande, zeide dat, zoo deze bedreiging van den staat werd ten uitvoer gelegd, zij hierop zou neerkomen, dat levens middelen en andere eerste levensbenoodigd- heden aan allen zouden worden ontzegd, zoo zich niet vrijwilligers aanboden om de nood zakelijke transportdiensten voort te zetten. De regeering was voornemens vrijwilligers op te roepen. Dezen zouden tevens een af doende bescherming verelschen, terwijl het niet minder noodzakelijk was, daj rust en orde doeltreffend zouden worden gehand haafd. De politie zou, zelfs wanneer zij werd versterkt door speciale constables, duidelijk zichtbaar niet tegen deze taak zijn opgewaS' sen. Met het oog op de groote behoefte aan bescherming, welke de regeering besloten heeft te verschaffen, in welken noodigen vorm ook, zou deze een speciaal beroep doen op de vaderlandslievende burgers om zich te laten inschrijven voor een noodhulpmacht, niet met het doel om in het geschil in te grij pen, doch alleen om de politie te steunen bi, het uitoefenen van haar functies. Lloyd Ge orge zeide, dat met het oog op de noodzake lijkheid de gewapende macht te versterken, de regeering den koning ook zou adviseeren om een proclamatie uit te vaardigen, waarbi, de reserve wordt opgeroepen. Hij verwierp het denkbeeld, dat er een moedwillige aanslag was gedaan op de loonen der mijnwerkers. De regeering kon niet toegeven aan den eisch der mijnwerkers tot het verleenen van subsidies, en op het oogenblik werd een po ging gedaan om den eisch door te zetten tegen de beslissing van het parlement in en wel langs den weg der directe actie, welke tot gevolg heeft de vernietiging van de essen- tieele bezittingen des lands. Lloyd George besloot met te zeggen: Wij vechten voor het leven der gemeenschap (toejuichingen) en wij zullen alle middelen aanwenden, welke de gemeenschap tot haar beschikking heeft. (Toejuichingen). Ofschoon de „triple alliantie" haar ultima tum heeft bekend gemaakt, zoo doen de voor naamste arbeidersleiders toch krachtig hun best. vrede tot stand te brengen. In het bij zonder Clynes, Henderson en Thomas koes teren sterk de hoop, dat men er nog in sla gen zal middelen te vinden, om de kloof tus schen de mjjnwerkers en de mijneigenaars te overbruggen. Men beschouwt de bijeenkomst die morgenochtend met Lloyd George plaats heeft, dan ook als het openen van de moge lijkheid tot een bemiddeling, die succes zal afwerpen. Ook acht men. van beteekenis, dat de „triple alliantie" het afkondigen van de staking opschort tot Dinsdagnacht. Terwijl de Welsche eni Schotsche mijn werkers hun toevlucht namen tot het middel der intimidatie teneinde de mynpompers het werk te doei^ staken, heeft men het de be ambten en vrijwilligers, die de pompen in de Engelsche steenkoolvelden bedienen, weinig lastig gemaakt. De voormannen in Derbyshire, Notting- hamshire en Staffordshire hebben besloten, het werk te hervatten in weerwil van de in structies der mijnwerkersfederatie. FRANKRIJK. De Petit Parisden Ideelt mede, dat de Fran- sdhe regeering 'bezig is de dwangmaatregelen te overwegen, die er 1 Mei tegenover Duitsch land genomen kunnen worden in overeen stemming met de bondgenooten. Volgens het blad zijn de militaire onderdeelen reeds vast gesteld. De voornaamste maatregel bestaat in het. bezetten van het industri©-"©bie«d aan den Roer. Maar het is tevens waarschijnlijk, diat de bondgenooten bovendien een manier zullen vinden om, 't zij door bijzondere be lastingen, 't zij door een bepaalde wijze van opvordering zich zelf te betalen in afwach ting dat Duitschland bewijzen van goeden wil geeft. Duitschland, zegt de Petit PaHsien, stelt er zich door zijn konoigheid aan bloot, dat na 1 Mei zijn rijkste industrie-gebied m- beslag genomen en door de bondgenooten ~e- ëxgloiteerd wordt. HONGARIJE. Mlnisterleele krisis. Berlijn, 8 April. Het kabinet Teleki, dat ontslag genomen heeft, is met de afhandeling van de loopende zaken belast. Teleki heeft inzake de ministerieele crisis aan de vertegenwoordigers van de pers ver klaard, dat de openbaarmaking van het ma nifest van den koning in de eerste plaats de oorzaak van de crisis is. De koning wenschte bij gelegenheid van zijn vertrek aan het volk te kennen te geven, waarom hij gekomen en waarom hjj gegaan was. Teleki achtte het zijnerzijds moreel onmogelijk dit verzoek niet in te willigen. Het geheele ministerie, behalve de minister van buitenlandsche zaken Gratz, wisten, dat Teleki het manifest openbaar zou maken. De verklaring van den koning is overigens geen regeeringsdaad, daar zij geen handteekenibg van een minister draagt. Een tweede oorzaak is de redevoering van minister Gratz-, die overeenstemt met de voorstanders van een vrije koningskeuze. Szabp, minister van landbouw, heeft ver klaard, dat hjj Teleki niet langer ondersteunt. De oplossing van de crisis zal niet gemak kelijk zijn vanwege de moeilijkheid der partij- groepeering. Horthy weigerde het ontslag van het kabi- net-Teleki'te aanvaarden. Ex-keizer Karl heeft verzocht in Zwitser land te mogen j/lijven. RUSLAND. 4o. Duitschland is geen oompensatie ver schuldigd voor de geallieerde schepen, welke tijdens den oorlog verloren zijn gegaan ten gevolge van het normale maritieme risico, noch voor een vermist schip, indien bewezen kan worden dat dit verantwoordelijk is voor het verlies. Het is evenwel bereid te erken nen dat een gedeelte der vermiste schepen ten gevolge van den oorlog zijn verdwenen; 5o. tenaanzien van de schatting der schepen en ladingen, welker waarde Duitschland ten laste moet worden gelegd, verklaart de dele gatie, dat dé ladingen moeten worden geschat volgens den prijs, welke voor haar is betaald door haar laatste eigenaren, met inbegrip van alle vracht en verzekeringspremiën, en dat de waarde der verloren schepen de waarde moet zijn op den dag van het verlies, doch dat deze in geen geval de waarde der recon- stitutie -te boven moet gaan. De Commissie van Herstel is thans bezig met de bestudeering van deze quaestie, waar over zij binnenkort een definitieve beslissing zal nemen. /m Honger en wantoestanden. De bolsjewieksche bladen leveren beste getuigenis van hetgeen het bolfj uitricht. Al de onderstaand© berich^ aan de sowjet-pers ontleend. Jeer- De Moskousche „Iswestia" deelt r een bijzondere commissie van het krin- sche centrale uitvoerende comité xoote heeft 32 districten als door honger gevolg te verklaren. ateo De Moskousche „Prawda" schrijft v een hoofdartikel over den honlger op het platte land: In de goevernementen van Rjasan, Tula, Orel, Kaloega had de bevolking reeds sedert het begin van den winter onder een zware levensmiddelencrisis te lijden. In De cember kon men echter reeds in de verschil lende plaatsen in den waren zin des woords van honger spreken. In den laatsten tijd heeft de nood van het armste gedeelte van het door misoogst getroffen goevernement een derge- lijken omvang aangenomen, dat hij reeds niet meer met de plaatselijke middelen be streden kan worden. De hulp aan deze door hongersnood geteisterde streek moet als een' staatskwestie beschouwd worden. De Moskousche „Iswestia" ontleent het volgende aan een memorie van het hoofd van den gezondheidsdienst in het Donetz-gebied: „Zoo er reeds op sanitair gebied in onze repu bliek overal wanorde heerscht, zoo moet in zake het Donetz-gebied zonder overdrijving gezegd, dat hier op sanitair gebied toestan den heerschen, die de héren te berge doen rijzen". Het blad deelt dan mede, dat in de mijn- districten de dicht opeen gehoopte bevolking onder ontzettende woningtoestanden lijdt, dat het water niet drinkbaar is, dat de besmette lijke ziekten zich ontzaglijk uitbreiden. In de streek van Gorlowsk zijn 4762 menschen on dergebracht in een complex van leemen hut ten en armzalige huisjes, waarbij in door snede ieder vertrek vijf personen bevat. Het gevolg van dien toestand is, dat de groote meerderheid aan epidemische ziekten lijdt. Tenslotte nog een bericht uit de „Krasnaja Gaseta" van 25 Maart over de sterfte te St. PeterSburg. Op de duizend inwoners stier ven er 21 in 1915, 25 in 1917, 43 in 1918, 81 in 1919, 69 in de eerste helft van 1920. Onder de sterftegevallen zijn er in 1919 8 procent en in 1920 9 procent van honger. Het blad vindt, dat deze cijfers „te denken geven". Want gedurende de beruchte cholera-epide mie van 1848 stierven er slechts 65 menschen op de 1000. Bij de schrikkelijke pest van 190 in Britsch Indië kwamen 62 op de 1000 om. JAPAN. Ernstige brand te Tokio. Eastern Service, meldt d.d. Woensdag: Een enorme brand heeft gewoed in het oos telijk gedeelte van Tokio en 'bedreigde exn stig een 'groot deel van de stad, daar er een krachtige wind woei. De rookkolom was zichtbaar te Jokohama. Twee en twintig sec ties van de brandweer-brigade, geholpen door de troepen-, 'Streden tegen de snel voort schrijdende vlammen. De brand vernielde 1800 huizen. De eerste schattingen van de verliezen spreken van 3.000.000 jen. Er zijn verscheiden menischen- levens te betreuren. VEREENIGDE STATEN. Snoorwegramp. t Somerset, (Tennessee), 7 April. Twee liedet. zijn gedood en 30 gewond in een spoorweg ramp bij Newrife in Tennessee. Bii de over brenging naar het hospitaal stierven nog 4 gekwetsten. DUITSCHLAND. De schadevergoedingsquaestie. Parijs, 8 April. De Commissie van Her stel heeft de opmerkingen der Duitsohe re geering inzake de schatting der maritieme schade in ontvangst genomen. De Duitsche delegatie neemt het volgende standpunt in: lo. Duitschland is niet crehouden sobadever goeding te verschaffen voor de koopvaardij schepen, die tot zinken zijn gebracht, indien deze voor militaire en maritieme doeleinden ter beschikking en onder orders van de mi litaire autoriteiten dor geallieerde of geas socieerde mogendheden waren gesteld; 2o. de waarde der verloren gegane ladingen, welke onder de vier volgende categoriën vallen, moeten niet ten laste van Duitsch land komen, (n.1. de labincen, die door haar aard. bruikbaar waren voor oorlogsdoelein den; ladingen, die tot het leger of tot de oorlogsmarine behoorden; ladingen, die be stemd waren voor militaire of maritieme au toriteiten, en de autoriteiten, belast met de ravifftilleering van het leger of de marine; de ladingen, die bestemd waren voor een ge allieerde regeering of een door haar gecon troleerde regeering, en voor militaire ravi tailleering diende): 3o Duitschland kan krach tens het volkenrecht niet worden gehouden om schadevergoeding te verschaffen voor de Duitsche schepen, die in het begin van den oorlog in geallieerde havens in beslag zijn genomen, of in volle zee zijn vemeesterd; De buitengewone rechtbanken. De buitengewone rechtbank te Hall© aan de Saaie heeft gisteren de 24-jarige commu nist Paul Jacob, die beklaagd werd van een aangja^jjjj spoorweg bij Ammendorf en 0, doch men me H^Jc-Leinrig, bij Broebers ueïi voor nieuwe o' 2 jasr -eenzame mijnwerkers mark'boete, de weg gev. trieelen <yuitengewone rechtbank te Torgau ver- Tntiiflyclde heden 18 communisten, die op 25 nen vo-rt hadden getracht de kazernes te be- mijriA»nnen en de 'brug over de Elbe door mid- baar3! van aan elkaar gebonden handgranaten digop te blazen, tot tuchthuistraffen van 5 en 6 dat jaar. LAATSTE BERICHTEN. Uit het kleedingbedrijf. Groningen, 9 April. Tengevolge van de onderhandelingen van gisterenavond wordt dë staking' in de Confectie-bedrjjven opge heven behoudens goedkeuring van de organi saties. De contracten worden voor een jaar verlengd. TWEEDE KAMER. Vergadering van Donderdag. Nadat deVoorzitter het overleden lid Van Doorn heeft herdacht, wordt voortgegaan met de behandeling van het ontwero tot wijziging van de Successiewet De heer d e W ij- k e r s 1 o ot h zet zitn re de voort, om te betoogen, dat hij niet kan instemmen met het ontwerp, dat z. i. geen re kening houdt met de draagkracht en de pro- gresie in de rechte lijn verstoort. De heer v. Rappart wil niet medewerken tot verhoo ging van de heffing in de rechte lijn en meent, dat de regeering het geld wel vinden kan door bezuiniging. De heer J. ter Laan had Staatserfrecht wel beter gevonden, maar was toch wel voor dit voorstel te vinden. En de heer Kolkman meende, dat het geld gevonden moest worden, hoe dan ook. Iets dergelijks betoogde ook de Minister. Bij de stemming over de amendementen bleek het vereischte aantal leden niet aanwe zig, zoodat de vergadering te half vijf uiteen ging. Er waren amendementen van den heer Wij'kersloobh om voor elk kind een aftrek van 10% toe te staan ten voordeele van den overlevenden echtgenoot bij aanwezigheid van meer dan drie kinderen. De heer De Geer verdedigde een amendement om de heffing te temperen in geval een ge zinshoofd met minderjarige kinderen in de kracht van zijn leven overlijdt. Vergadering van Vrijdag. Het amendement-Oud (gelijkstelling van de echtgenooten zonder kinderen met echt- genooten met kinderen) wordt aangenomen met 44 tegen 20 stemmen; het amendement- de Wijkerslooth (vermindering van successie recht toor groote gezinnen) wordt aangeno men met 55 tegen 9 stemmen; het amende ment-de Geer (vermindering van successie rechten voor echtgenooten met kinderen) wordt aangenomen met 62 tegen 2 stemmen. De eindstemming over het ontwerp zal Donderdag worden gehouden. Aan de orde is daarna het ontwerp tot wij ziging van de Leerplichtwet, 7e leerjaar. De heer D« Kanter stemt met het ontwerp in. Hij dient een motie in, vragende om een subsidie-stelsel voor voedinig en kleeding van schoolgaande kinderen. De heer Bakker, ofschoon leerdwang be schouwend als een noodzakelijk kwaad, aan vaardt het ontwerp in verband met de be hoefte van het jonge kind. Hij vraagt of tijdige uitvoering der wet verzekerd is, door voldoende leerkrachten etc. De heer K. ter Laan herinnert aan zijn initiatief-voorstellen in 1911, toen men er niets van weten wilde. Hjj verdedigt den 8-jarigen leerplicht, een eisch, ook door christelijke en katholieke arbeiders gesteld. In vele landen heeft men den leerplicht tot het 14e jaar allang. Wij zijn hier achterlijk. De kosten acht spr. geen bezwaar; voor spr. amendement becijfert hij die op 3iniliioen. De heer Van der Molen betoogt met cijfers, dat in 20 jaar het relatief ongeoor loofd schoolverzuim een half percent is ver minderd als gevolg van de Leerplichtwet. Hij dient een motie in, strekkende te betoo gen, dat de taak van de overheid om te wa ken tegen de verwaarloozing van de opvoe ding van het kind, in de bestaande leerplicht wet onjuist is uitgewerkt en praktisch niet voldoende tot haar recht komt, zoodat zij door een andere regeling dient te worden vervangen. Vervolg Dinsdag. GEMENGD NIEUWS. Had-Je-me-maar. Naar het schijnt overweegt men op het oogenblik de mogelijkheid, Had-jo-me-maar, den candldaat voor den Amstordamschen ge meenteraad, naar een Rijkswerkinrichting over te brengen. Het staat echter nog geens zins vast, dat dit mogelijk zal zijn. Een schul dige aan bedelarij en landlooperij moet, om naar eenrijkswerkinrichting opgezonden te worden, tot werken in staat zijn. De geschikt heid daartoe moet nadrukkelijk door de redhtbank in het vonnis worden uitgespro ken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 9