Nederlandsche Vereeniging voor Radiotelegrafie. stuur der Ambachtsschool toch naar Den Bosch gegaan. Uitvoerig beschrijft spr. de opleiding aldaar, die veel eenvoudiger was dan men zich had voorgesteld. Er weid goed gewerkt en de menschen meest werke- looze sigarenmakers wilden liever dit werk blijven verrichten, dan weder tot hun oude vak terug te keeren. De resultaten waren, dat de (menschen van dien cursus na drie maan den onder de andere metselaars werden opge nomen. In het geheel vielen 10% van de deel nemers af, 60% bleven middelmatige krach ten, terwijl 30% uitstekende werkkrachten bleken te zijn, die te werk gesteld werden bij gemeentewerken, alwaar zij 75% verdien den van hetgeen ze anders verdienden, dus de verdienste hadden van een bekwaam op perman. De cursus te Apeldoorn' had plaats in een loods van de tram. Van heinde en ver kwa men de imenschen naar Apeldoorn. Er werd vier avonden praktisch gewerkt, terwijl de vijfde avond aan de theorie .gewijd werd. Ook hier was het resultaat, dat de (menschen 75% verdienden van hun vroeger loon. Het bestuur der Ambachtsschool heeft daarna een bestuursvergadering gehouden en een advertentie geplaatst om te trachten een metselaar te krijgen voor het geven van den cursus. Zoover is men thans gevorderd. Er hebben zich een 40-tal deelnemers aange meld. Nu vraagt het bestuur aan de gemeente 50 vergoeding, en, waar de gemeente zelve dit van het Rijk weer krijgt als subsidie, kost het aan de gemeente niets. Het was m- tusschen geenszins onze bedoeling een con currentiestrijd uit te lokken tusschen het 'Bestuur der Ambachtsschool en' het Ooilege van B. en W. Spr. kan zich daarom zeer goed vereenigen met het voorstel-Zondervan om de zaak te verdagen tot een volgende verga dering en inmiddels overleg met het Bestuur der school te plegen, omdat men op deze wijze d'e zaak wellicht in de goede richting zal krijgen. -De heer Verstegen antwoordt, dat er meerdere zulke noodopleidingen bestaan. Inderdaad waren B. en W. van meening van de zaak af te zijn. Toen verleden jaar de advertentie van de Ambachtschool, waarin medegedeeld werd, dat tegen een kleine ver goeding tot metselaar zou worden opgeleid, in de courant stond, dachten wij: dat gaat den goeden kant' om. Dat de cursus in den Bosch, die in de open lucht gehouden wordt, des winters stop gezet werd, lag voor de hand. Maar van die heele geschiedenis, die de heer Grunwald thans vertelt, was aan B. en W. niets bekend. Ook spr. is verleden jaar in den Bosch geweest en dacht, toen hij den cursus aldaar zag: zou er in den Helder niet iets in dien geest te doen zijn? Maar toen waren er hier geen metselaars over. In den Bosch worden ook timmer- en andere cursussen gegeven, maar in hoofd zaak voor het ruwere werk, n.1. betonbouw e.d., die men daar ter hand nam. Nu is het timmervak zeer gecompliceerd en kan dat niet in 8 maanden geleerd worden. Met het metselen is dat anders, dat berust grootenr deels op routine en kan gemakkelijk door opperlieden worden aangeleerd. Al die din gen heeft spr. niet uit eigen wijsheid, maar het zijn de 'besprekingen op de conferentie tusschen patroons en werklieden. Het waren oip die besprekingen de werklieden zelf, die zeiden, dat het het best was indien zij zelf uit hun midden arbeiders aanwezen die ge schikt warenl voor opleiding. Dan kon die opleiding wel in een week of zes gereedko men. Routine moet natuurlijk in de praktijk komen. De patroons nu wilden die aldus gekweekte metselaars wel onder hun werk lieden opnemen. In December nu had de advertentie van de Ambachtschool in de courant gestaan. Men hoorde evenwel niets meer van de zaak. In allerlei plaatsen waren noodopleidingen gesticht, alleen/ hier niet. Wij dachten, dat de geschiedenis doodgebloed was. Toen kwam een circulaire van de Bouwvakcentra les, waarin verklaard werd, dat zij wilden medewerken als de Centrales erkend werden in de opleiding. Deze circulaire werd In spr. handen 'gesteld en! het resultaat is het voor stel van hedenavond. Ons voorstel Is geheel op dezelfde leest geschoeid als de Bossche opleiding met dit verschil, dat wij ons alleen wenschen te bepalen tot de opleiding van metselaars. Een van de redenen is, dat wij willen voorkomen, dat hier vreemde krach ten worden geïmporteerd. Toen wij met instemming van bestuur en administratie van firn Bond van Bouwvak arbeiders het noria geworden waren, hoor den wij plotseling, dot het bestuur der Am bachtsschool weer aotlef gewonden was. Toen wij oontaot zochten met dat bestuur, was het op weg naar den Boschi thans staat weder eeno advertentie in de oourant betreffende de meUelcunBUssen. Begin en eind van die wijze waarop de Ambachts school dezo tank behandelde was fout. Men! baid eerst het terrein, moeten verkennen op dat men geweten had wat men wilde. Nu landt het bestuur een verkeerde sohijn op zich omdat het traohtte bulten de organisa ties om oen cursus op te richten. Het Is nu eenmaal noodag de vblle .medewerking 'te hebben van de betrokkenen. En de organi saties willen medewerken, ondanks het feit, dat hun eigen poSitie daardoor onvaster wordt: Wordt het verzuim van de Ambachts school niet hersteld, dan is de opleiding in gevaar. Zooals de taak than ster tafel ligt, past zij zich het meest aan de practijk aan. Het voorstel immers, voortgekomen uit de prak tik heeft de volle instemming van de bur gerij. Thans vraact de Ambachtssohool steun bij, de opleiding. Maar waarom verleden jaar •niet met dat verzoek gekomen; dat is toen verzuimd. Spr. wil' gaarne medewerken als er nog iets ™ced is te maken, maar de Am bachtschool kan van de gemeente geen sub sidie krijgen, omdat zij ressorteert onder den Minister van Arbeid. Alleen de gemeen te kan voor subsidie in aanmerking komen. Het is volstrekt niet de bedoeling de Am bachtsschool van deze opleiding uit te slui ten; het College heeft getoond er de Ver- eeniging In te willen betrekken, maar de wijze waarop men deze zaak ter hand heeft genomen sluit zich niet bij'de praktijk aan. De heer Schoef felenberger (aan vankelijk onverstaanbaar) vraagt of er in derdaad behoefte is aan zoo'n cursus. Al drie maanden loopen er menschen zonder werk. Tegen den winter krijgen we elk jaar werkeloozen. En waar nu twee deskundigen in den Raad beweren, dat eene opleiding in 6 weken niet wel mogelijk is, protesteert spr. tegen dft voorstel. Op deze wijze wordt het vak vermoord. Te h«ér an Og: De heewt Verricen en Baak beroepen zich op het georganiseerd overleg waarvan dit voorstel afkomstig la Maar de door den heer VerStewen aange haalde circulaire zegt wel, dat men geen ..Txrincipieele bezwaren" tegen een dergelijke noodopleiding heeft, maar spreekt ook uit drukkelijk van de noodzakelijkheid om vaardigheid te verkrijgen, veZgefce niet, dat na 6 weken zoo iemand om zijn volle loon komt en naast een goed werkman moet werken. Zoo'n goed arbeider vindt ook wel el- der werk, maar die noodarbeiders niet en bi werkeloosheid komen ze dan bij dé Arbeids beurs terecht. Dat er door Duitscibe metse laars in de (behoefte voorzien wordt, acht spr. een gelukkig teeken. Spr. is ook van meening-, dat het bestuur der Ambachts school wel ietwat eigenzinnig te werk ge gaan is door 'het gemeentebestuur in het ge heel niet te raadplegen en dringt alsnog aan op overleg. iDe heer Gruinwald1 zal het lange be toog van den heer Verstegen niet geheel volgen. Het bestuur der Ambachtsschool er kent de fout, dat men van den winter niet op de zaak is ingegaan, maar allerlei oorza ken werkten hiertoe mede. Alle andere ver wijten erkent spr. echter niet. Het had op den weg van de gemeente gelegen eens aan de Ambachtschool te vragen hoe de zaak er voor stond. Dan had men de inlidhtingen verkregen. Toen in Arnhem een beginnen de metselcursus werd ingesteld, trachtten wij dien ook hier op te richten, maar er meldde zich niemand aan. Spr. is van mee ning, dat inderdaad de Ambachtsschool de aangewezen instelling is voor de opleiding. In Apeldoorn was er juist een wintercursus in tegenstelling met dan Bosch. Een schil dercursus, die in den Bosch gegeven werd, is opgeheven geworden juist door tegenwer king der schilders zeiven. Spr. meent, dat er wel degelijk goed werk geleverd wordt, Overigens is spr. het eens met hen, die zeg gen, dat verbanden niet in 6 weken geleerd kunnen wonden. Wij hebben er niet aan ge dacht ons tot werkgevers te wenden. Wij doeni dat nooit; wij vragen alleen: is zoo'n cursus noodig? Van eenig verzuim ln deze is geen sprake evenmin van eigenzinnigheid. Maar men had ons even moeten raadple- gen. De heer De Zwart: Gij vraagt thans fi- nantieele hulp der gemeentel De heer Grunlwald betwist dit. Wij nemen de zaak geheel voor onze rekening. De heer De Zwart: Maar van wiens geld? De heer Grunwald: Meneer de Voor zitter, het is natuurlijk de gemeente en het rijk, die ons subsidleeren. Maar daarvan bestaat de geheele school. Dan zou de ge meente het subsidie moeten verlagen en dat Is toch te absurd. De geheele redeneering draait hierom, dat wij elkander niet gevon den hebben. Spr. kan zich vereenigen met het voorstel-Zondenvan en is zich overigens van geen schuld bewust. De heer Verstegen: Het voorstel van het College is voortgekomen uit besprekin gen van terzake kundige menschen. Als het niet goed is, is dat een diaqualificatie van de collega's der heeren zelf. De redeneering van den heer Grunwald in tweede instantie, dat hij de gemeenschap dient met een cur sus, dat wisten we. Alleeru hopen wij, dat de beer Grunwald dat in het vervolg wat beter doet De heer Grunwald spreekt bo vendien van jongelui. Wij hebben menschen van 20 tot 40-jarigen leeftijd op het oog. De heer Grunwald: Die oproep heb ben wij ook geplaatst! De heer Verstegen: Er zijn op het oogenblik 6 menschen van dien leeftijd, die bereid zijn aan den, cursus deel te nemen en de patroons willen ze in het werklieden- verband opnemen. Spr. zal zich overigens niet tegen verdaging verzetten, al is het beste ons voorstel aan te nemen en dan overleg te plegen met de de Ambachtschool. De Voorzitter dringt thans op beëin diging der discussies aan. We hebben nu een uur zitten praten en als het voorstel nu aan gehouden wordt, hebben! we nog niets bereikt De heer G r u w a 1 d replioeert Spr. merkt op, dat de cursus voor aa gemeente geene kosten meebrengt. De heer De Zwart weerspreekt dit De Ambaohtsahool is niet bevoegd uit de be grooting gelden te nemieni voor buitengewone opleidingen. De heer Grunwald acht deze redenee ring spitsvondig. Wij vragen geen bulten- Ïewoon subsidie, wij gebruiken eigen mid- elen, maar voor alles wordt nu eenmaal ge meentegeld gebruikt IDo heer De Zwart: Eén van tweeën la Juist: of in uwe begrootlng zit zooveel ruimte, dat gij zoo'n cursus bekostigen; kunt, of gil moet een buitengewoon subsidie krijgen, andere mogelijkheid is er niet De heer Grunwald: Als we later een suppletoire begrooting moeten maken, is dat "og veel ongunstiger voor de gemeente. Wil Ribben zuinig beheerd, dat is de heele De Voorzitter stelt voor de discussies tö sluiten. 'We^€n begrootingspost al die 1500.van het voorstal R en W. zal ai© j 1500.— van het voorstel B. moeten worden1 betaald? De V o o r z i 11 e rUit onvoorzien. Vraagt nog iemand stemming over het veranderd voorstelt De heer V a n O s wil er aan toevoegen, dat de opleiding onder leiding van een deskun dige, in casu den directeur der Ambachts school, moet plaats hebben. De heer Baak: Is dat een deskundige? De heer V a n O s Ja, althans wat het theoretisch gedeelte betreft. En vanwege de Ambachtsschool moet een theoretische en practische opleiding worden gegeven. De heer Staalman: Jammer, dat de wethouder de zaak zóó voorstelt, omdat zij thans schipbreuk zal lijden. Spr. zou haar gaarne willen aanhouden in afwachting of nog niet een beter voorstel kan komen. Waar om zoo'n haast? Het voorstel wordt verdaagd. 3. Pensionneerlng van Wethouders. Voorstel inzake Pensionneerlng van Wet houders. Hierop zijn ingekomen amendementen van den heer J. J. Sohoeffeienberger op de voor gestelde verordening regelende de pension neering der Wethouders en hunne weduwen (of) weezen: Art. 2. Het pensioen wordt verleenJd aan hem, die anders dan tengevolge van de ver vallenverklaring overeenkomstig art. 26 of 89 der Gemeentewet, ophoudt wethouder te zijn en minstens vier jaar als zoodanig heeft gefungeerd en aan de weduwen en (of) wee zen van in dienst of na pensionneering over leden Wethouders. Art. 3. Het jaarlijksóh pensioen bedraagt: Na vier dienstjaren voor elk dienstjaar deel van het genoten salaris X 4. Wordt de betrekking langer dan vier ja ren (bekleed, dan bedraagt het jaarlijksóh pensioen V«# deel van het genoten salaris meer. Art. 10. Belanghebbende of diens wette lijke vertegenwoordiger (ster) kan een aan vraag om pensioen indienen, na bekomen dienstjaren. Toelichting: Pensioen na 4 jaren: volgens het voorstel der Oommiaie: 2500 2 X V. X 4 1260 X V» 625 volgens het amendement 2500 X 7» X 4 2500 XV600 Art. 10 staat in een te nauw verband met de belde andere. B. en W. hebben naar aanleiding van deze amendementen en van de in de Raadsverga dering van 3 Mei j.1. gevoerde discussies over hun voorstel nogmaals het advies in gewonnen van de Raadsoommissie belast met de herziening der op dit punt bestaande Verordening. Met deze Oommissie zijn B. en W. van oor deel, dat het Wethoudersambt bijna de volle werkkracht van iemand eischt. De tot Wet houder benoemde zal zich dan ook hoe lan ger hoe meer van andere door hem bekleedde betrekkingen moeten losmaken. Het is daar- oml niet meer dan billijk, dat reeds na een jaar pensioen wordt verleenjd. Verschillende andere gemeenten verbinden pensioen aan 't bekleeden van het Wethoudersambt geduren de 1 jaar, terwijl de gemeente Velsen reeds na een zittingstijd van 8 maanden pensioen verleent. In overeenstemming met de Raadscommis sie voornoemd ontraden zij mitsdien het Col lege de aanneming der door den heer Schoef- felenberger op de artikelen 2 en 8 voorge stelde amendemen/ten. Het amendement op art. 10 ingediend, dat volgens den voorsteller in nauw verband met de beide anderen staat, schijnt B. en W. zelfs bij aanneming dezer amendementen overbo dig. Het recht toch van den belanghebbende tan volgenis art. 10 der ontwerp-verordening tori allen tijde worden geldend gemaakt. Dient deze zijn aanvraag te vroeg in, dan zullen Burgemeester en Wethouders een af wijzende beschikking moeten geven. B. eti W. zijn derhalve van meening, dat het amen dement op art. 10 onder geen omstandighe den behoort te worden aangenomen. Voorts heeft de Commissie de voorsta,uon van het College, voor zoover deze afwijken van die ln haar rapport voorkomende, be sproken. Zij kan thans medegaan met de door het College aanbevolen wijziging van artikel 2 allinea 2. In de tweede plaats trekt de Commissie haar voorstel in betreffende de verhooging van het pensioen van den heer De Geus c. q. ook van den heer Grunwald met 40 naar aanleiding van de door B. en W. geopperde bezwaren. Zij handhaaft evenwel haar voorstel ten aanzien van de pensionneering van den heer Grunwald. Zij meent, dat aan dezen oud- Wethouder een pensioen van 80.— behoort te worden toegekend én niet van 400.—. De ontwerp-verordening mag volgenis de Com missie niet op den heer G. van toepassing worden verklaard, omdat deze slechts onder de werking der thans bestaande verordening het Wethoudersambt heeft bekleed. De Oommissie merkt verder op: „Waar echter de Raad aan den heer Grun wald een pensioen wilde zien toegekend, heeft de Commissie zioh bij haar voorstel eenigszins laten leiden,, zoowel door de be palingen van het door haar gedane voorstel, als door de verordening, thans in werking. Volgens dat voorstel toch, bestaat reeds na 1 jaar recht op pensioen en de Commissie meende deze bepaling thans op het geval Grunwald van toepassing te moeten brengen. Bij de bepaling van het te verleenen bedrag heeft de Commissie evenwel gemeend zich te moeten vasthouden aan de bopalingon der thans vigeerende verordening. En waar het bij de meerderheid der Commissie vaststaat, dat de heer Grunwald destijds niet meor voor de functie van Wethouder in aanmer king wensolvte te komon, zoodat het 2e lid van art. 8 der bestnando verordening niet op hem van toepassing was, heeft de Com missie gemeend te moeten voorstellen hom te pensionnat-ren overeenkomstig hot eerste lid van het zooeven 'genoemde artikel, zoo dat aan den heer Grunwald, die 28 volle maanden het ambt van Wethouder heeft be kleed, een pensioen behoort te worden ver leend van fV... X 1000 of rond 80 por Jaar." B. en W. achten deze motlvoering niet ge heel juist. De Oommissie toch past de be staande Verordening op het geval-Grunwald toe, maar vervangt daarhij art. 2 door art. 2 lid 1 der voorgestelde, verordening. Zij verklaart dus zelve eveneens een be paling der voorgestelde verordening van toe passing op de bestaande verordening en! te-, recht, omdat daardoor rekening wordt gehou den met de wensohen van den Raad, die den heer G. een pensioen wenschte te zien toe gekend. Het College daarentegen aaht het loyaler en meer in overeenstemming met het votum van de vergadering van den Raad van 80 December 1919, om wanneer eenige be paling der voorgestelde verordening moet worden toegepast op de vigeerende verorde ning, alsdan daarvoor te nemen de bepaling van art. 2 alinea 2. Dat de heer G. destijds niet meer voor Wethouder in aanmerking wenschte te ko men, mag voor een deel der Commissie vast ®taan, daaromtrent is van denl heer G. geen bericht Ingekomen, zoodat daarvan officieel aa£r Gemeentebestuur niets bekend is. Met verwijzing naar het dienaangaande óp- gemerkte in het vroeger voorstel, zijn B. en W. de meening toegedaan, dat den heer G, pensioen toekomt. Is men het hiermede eens dan mag meni dat pensioen niet gaan beknib belen. Zij staan daarom op het standpunt, dat art. 2 alinea 2 der voorgestelde veror dening van toepassing behoort te worden verklaard, waardoor de heer G. recht krijgt op /»X 1000 400 pensioen per laar Samenvattende stellen zij voor fn dezen geest te besluiten. De heer Van Loo vraagt- hierover comité men h*t voorstel verdagen wil tot vergadering. De heer Sch oef felenberger pro testeert hiertegen. De pensionneering van de wethouders dient in het openbaar bespro ken te worden. De Voorzitter antwoordt krachtens de gemeentewet aan het verzoek van een der leden om een bespreking in oomité te moeten voldoen. Spr. stelt evenwel voor dit punt aan te houden tot aan het einde der vergadering, om dan in comité even te beslissen of het punt nader in het openbaar zal worden afge handeld. De heer Van L o o wil de discussies geenszins aan de openbaarheid onttrekken. SSpr. vroeg slechts een comité aan voor eenj- ge persoonlijke besprekingen. De heer Staalman protesteert Voorzitter kan dat protest niat acceptee rden. De Wet zegt uitdrukkelijk, dat de Voor zitter de zitting moet schorsen, indien een lid een comité-vergadering aanvraagt. Maar spr. wil eerst de andere zaken afhandelen. We hebben nu al een uur zoek gebracht zon der resultaat, als we nu nog een uur in co mité vergaderen, is de avond precies om en we hebben niets gedaan. Laten we dus eerst de zaken afhandelen. De Raad vereenigt zich hiermede, waarna aan de orde is: 4. Aankoop hola. Voorstel tot aankoop van een huis en erf aan de Oostslootstraat 24. Hieromtrent luidt het advies van B. en W.: Met het oog op het bepaalde in de nieuwe Lager Onderwijswet 1920 zullen verschillen de o. 1. scholen alhier, die hiervoor in aan merking komen, moetenl worden gesplitst, om twee afzonderlijke scholen voor 6 leerja ren te verkrijgen. Hiertoe behoort ook de o. 1. school No. fa aan de Oostslootstraat. Voor deze splitsing is het echter ge- wenscht,, dat de gemeente de beschikking verkrijgt over een huigje aan de Oostsloot straat No. 24, hetwelk te koop is en voor- loopig is aangekocht voor den prijs van 1700.ten einde mogelijk te maken dat de 2 scholen alsdan elk eert Verschillende toegang verkrijgen. Genoemd huisje zal dan voor oongiergewo- ning moeten worden bestemd, terwijl de be staande oongiergewoning weggebroken dient te worden. Hierdoor zal vanuit de Vroon straat een toegang kunnen worden verkre gen voor de 6 benedenlokalen, terwijl de be staande toegang aan de Oostslootstraat die nen kan voor de 6 bovenlokalen. Naar aanleiding van het bovenstaande en overeenkomstig het advies van den Ge meente-Bouwmeester, hebben wij de eer Uw College voor te stellen definitief tot den aan koop van gentoemd huisje te besluiten, in welk verband wij U een concept-raadsbesluit ter vaststelling aanbieden. Aangenomen. 5. Onvoorziene uitgaven. Voorstel tot voldoening uit den post voor onvoorziene uitgaven dienst 1920. Aangenomen. Vaststelling van het Suppletoir kohier No. 2 der Schoolgeldheffing dienst 1921 tot een bedrag van 2697.33. Aangenomen. 7. Vragen Raadslid W. Poll. Beantwoording vragen raadslid W. Poll nopens minimum muntgasverbruik en voor stel om deze bepaling buiten werking te stellen. Held. Crt. 7 Juni. De Voorzitter stelt voor dit voor ken nisgeving aan te nemen. De heer Schoef felenberger had verwacht, dat d'e heer Poll het woord ge vraagd had over dit punt. Spr. kan -niet met de conclusie van B. en W. medegaan. Men heeft de muntgasverbruikers steeds aange maand tot zuiniger 'gebruik, en nu krijgen ze de rekening thuis. Spr. wil een motie in dienen om het bedrag te restitueeren. Geroep: Maar dat wil het voorstel van B. en W. ook. De heer Poll heeft uit het advies begre pen, dat het Ooilege spr. verzoek Inwilligde en spr. wilde daarvoor dank betuigen aan het Ooilege, toen hom d'lt door den heer Sohoof- felon berger belet word. Voor kennisgeving aangenomen. 8. Tijdelijke geldleenlng. Voorstel betreffende het aangaan van een tijdelijke geldleenlng ter voorziening in kas geld. Voor het betalen van rento en) aflossing en voldoen van andere botalingen heeft do gemeente eerstdaags noodig de beschikking ovor oen bedrag van bilna 800.000, als tij delijke voorziening ln de behoefte aan kas geld, o.a. als gevolg van het nog niet ont- vahgen van do Inkomstenbelasting voor dit jaar. Aangezien deze leening van tijdelijkert aard zal zijn, en het de bedoeling is die zoo spoedig mogelijk af te lossen, stellen B. en W., onder mededeeling, dat genoemd bedrag, naar gelang van de behoeften, eventueel bij gedeelten zal worden opgenomen^ voor daar toe een desbetreffend besluit te nemen. De heer Staalman merkt op, dat bij de stukken omtrent deze leening ook is een staat waarop de specificatie van betalingen. Spr. vraagt inlichtingen omtrent den post Levensmiddelenbed'rijf. Moet voor deze uit gaven nog toestemming door den Raad wor den verleend, of ?ijn die gelden .reeds gevo teerd? Spr. weet niet of het bedrag in den Raad mag "worden genoemd De heer Staalman: maar hij bedoelt die 121.000,— voor het Leverismiddelen- bedrijf. Spr. heeft indertijd ook al gevraagd naar de afrekening van het Levensmiddelèn- bedrijf en maakt daarom thans bezwaar te gen dien post. De heer D e Z w a r t antwoordt spr., dat de •kwestie deze is. Het half jaar is bijna om en er moeten thans allerlei uitgaven ge schieden vóór 1 Juli terwijl de gemeente nog geen gelden; genoeg in kas heeft. Daar voor is dus de leening. Nu vraagt de heer Staalman of voor de gelden ten behoeve van het Levensmiddelenbedrijf nog 's Raads toe stemming noodig is. Neen, die toestemming heeft de Raad drie jaar geleden al gegeven. Wij hebben eenvoudig aan de verschillende crlsisbureaux gevraagd: geef ons eerts op wat gij nog van ons krijgt, dan zullen wij dat betalen. In die drie jaren heeft de ge meente ook rente van deze schuld gekweekt. De heer Staalman: Maar op de begroo ting drukken ook nog uitgaven van het Le vensmiddelenbedrijf. Toen de begrooting werd opgemaakt, waren er nog ambtenaren. De heer De Zwart: De Raad krijgt na tuurlijk de eindafrekening van het Levens- middelenbedrijf, hetzij nog in dit jaar, hetzij in het volgend jaar. Het voorstel wordt vervolgens aangeno men. 9. Benoemingen. Plaatsvervangend Lid-werknemer Oommis sie van Advies (alphabetisch): P. O. Ottervanger. P. Spoor. Benoemd de heer Spoor met 10 stemmen. Blanco 6; 2 op den heer Ottervanger. Commissie van Toezicht Middelbaar Onder wijs: A. C. v. d. Sande Lacoste, luit. t. z. le kl M. H. van Duim, luit. t. z. le kl. Met uitzondering van de stemmen der soc - dem. fractie, die, gelijk bekend is, aan geen enkele benoeming wenscht mede te werken wordt No. 1 der voordracht met algemoene stemmen gekozen. Categorie 1: 2. Mevr. A. LaboutManse. Mevr. Van Urk 10 stemmen, Mevr. Labout 2 st., blanco 6. Benoemd Mevr. Van Urk. Categorie 2: 1. F. Th. A. Cedée. 2. H. de Barbanson. De heer Cedée 12, de Barbanson 0, blanco 6 stemmen. Benoemd de heer Cedée. Categorie 3: 1. D. Blom. 2. W. Heeroma. De heer Blom 3, Heeroma 9, blanco 6. Be noemd de heer Heeroma. Categorie 4: 1. P. Storm. 2. E. H. Bos. De heer Storm 11, Bos 1, blanco 6 stem men. Benoemd de heer P. Storm. Categorie 5: 1. C. M. Moolenburgh. 2. W. J. Bakker. De heer Moolenburgh 11, Bakker 1, blanco 6 stemmen. Benoemd de heer Moolenburgh. Rondvraag. Mevr. van der Hulst 'bespreekt die on langs in de Held. Courant .geplaatste groote advertentie waarbij reclame gemaakt werd voor de Woningtentoonstelling In het Sted. Museum te Amsterdam. Waar men op bezui niging uit Is, acht spr. het ongewensoht een dergelijke kostbare advertentie voor een Amsterdamache tentoonstelling te plaatsen. De Voorzitter antwoordt, dat de ge meente haar advertenties plaatst tegen ge reduceerd tarief. Dit was een verzoek van het Woninigoomité en ook wel eenigszins een daad' van hoffelijkheid. De heer Schoef felenberger be pleit de belangen vatn dm werkman Buys, die bij die Reiniging gedaan heeft gekregen. De heer Verstegen antwoordt, dat voor hietm gedaan zal worden wat mogelijk is. De heer Van Os bespreekt den oproep in de Held. Crt. om opgave van hen, die geen woning hebben. Is de bedoeling daar van een statistiek te verkrijgen? Mm krijgt zoo/doende toch nooit een zuiver overzicht. De heer Ad'riaanse licht toe, dat de bedoeling is een algemeen beeld van de wo ningtoestanden te krijgen. Er zijn menschen, die bij twee, drie vereenigingen doorloopend staan ingeschreven en het is juist te doen om een statistiek daarvan, opdat de gemeen te over juiste .gegevens ten opzichte van den woningnood kan beschikken. Het is een proefneming, al erkent spr., Id&t zij niet zui ver aal zijn- De heer Van Os kan er zich wel mede vereenigen, maar spr. was bang, dat er een advies naar dm Haag zou gaan als zouden hier voldoende woningen zijn. De heer Bok VTaagt naar een punt op de vorige agenda vermeld. Blijkt abusief op do agenda te zijn 'gekomen. De heer Hoilb 1 ok vraagt naar oen prao- aldvk« over het adres van den Oentir. Ned. Ambt. Bond Inzake belastingheffing door het RIJk. Hot ia ln hoofdzaak omdat er Iemand belast ln imdt de inning voor de ge meente, wiens belangen spr. bepleit. Do heer De Zwart «egt dat er thans nog goen voorstel zal .komen. De kohieren der gemeonto moeiten nog geheel door de ge meente worden afgewerkt wat den loopen den dienst betreft. De Voorzitter /wil die zaak liever in oomité bespreken. Evenizoo de vraag van dm heer Van Os inzake de ontslag-aanvrage van den directeur der gasfabriek, die op vrij korten termijn geschiedt. De openbare vergadering wordt hierop geschorst, waarna de Raad in Oomité gaat. WEERBERICHT 6. Schoolgeldheffing. DeVoorzitter antwoordt toestemmend. Oommissie van Toezicht Lager Onderwiis- .1. Mevr. E. van Urk—Zwanenburc Naar aanleiding van dit incident, waarbij de beer Schoeffelenberger een eenigaains zonder ling figuur sloeg, verzoekt deze beer er ons op te willen wijzen, dat in de besloten zitting, die aan het einde dezer raadsvergadering volgde, er- kenld werd, dat het voorstel niet zeer duidelijk was geredigeerd. Wij willen dit gaarne vernielden, en onzerzijds ook erkennen dat men de inwilliging van het verzoek van den heer Poll wel in wat duidelijker Hollandsoh had kunnen zetten, inaar de hoor Poll heeft dan toch, mèt do andere raadsleden, wèl gelezen wat er in stond. Officieel© taal is nu eenmaal moeilijk te begrijpenl Verslaggever. van het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut draadloos verzonden doorVossegat op 10 JUNI 1921. (Ontvangen door de Opleidingsschool voor Radiotelegrafie, Zuidstraat 61,) Bericht van 12.30 uur n.m. Verwachting tot Vrijdagavond: zwakke tot matige, noordwesteHJke tot ooste lijke, later zuidoostelijke wind. Licht of half bewolkt Waarschijnlijk droog weer. Iets zachter overdag

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 6