Nederlandsche Vereeniging voor Radiotelegrafie.
stuur der Ambachtsschool toch naar Den
Bosch gegaan. Uitvoerig beschrijft spr. de
opleiding aldaar, die veel eenvoudiger was
dan men zich had voorgesteld. Er weid goed
gewerkt en de menschen meest werke-
looze sigarenmakers wilden liever dit werk
blijven verrichten, dan weder tot hun oude
vak terug te keeren. De resultaten waren, dat
de (menschen van dien cursus na drie maan
den onder de andere metselaars werden opge
nomen. In het geheel vielen 10% van de deel
nemers af, 60% bleven middelmatige krach
ten, terwijl 30% uitstekende werkkrachten
bleken te zijn, die te werk gesteld werden
bij gemeentewerken, alwaar zij 75% verdien
den van hetgeen ze anders verdienden, dus
de verdienste hadden van een bekwaam op
perman.
De cursus te Apeldoorn' had plaats in een
loods van de tram. Van heinde en ver kwa
men de imenschen naar Apeldoorn. Er werd
vier avonden praktisch gewerkt, terwijl de
vijfde avond aan de theorie .gewijd werd. Ook
hier was het resultaat, dat de (menschen 75%
verdienden van hun vroeger loon.
Het bestuur der Ambachtsschool heeft
daarna een bestuursvergadering gehouden
en een advertentie geplaatst om te trachten
een metselaar te krijgen voor het geven van
den cursus. Zoover is men thans gevorderd.
Er hebben zich een 40-tal deelnemers aange
meld. Nu vraagt het bestuur aan de gemeente
50 vergoeding, en, waar de gemeente zelve
dit van het Rijk weer krijgt als subsidie,
kost het aan de gemeente niets. Het was m-
tusschen geenszins onze bedoeling een con
currentiestrijd uit te lokken tusschen het
'Bestuur der Ambachtsschool en' het Ooilege
van B. en W. Spr. kan zich daarom zeer goed
vereenigen met het voorstel-Zondervan om
de zaak te verdagen tot een volgende verga
dering en inmiddels overleg met het Bestuur
der school te plegen, omdat men op deze
wijze d'e zaak wellicht in de goede richting
zal krijgen.
-De heer Verstegen antwoordt, dat er
meerdere zulke noodopleidingen bestaan.
Inderdaad waren B. en W. van meening
van de zaak af te zijn. Toen verleden jaar de
advertentie van de Ambachtschool, waarin
medegedeeld werd, dat tegen een kleine ver
goeding tot metselaar zou worden opgeleid,
in de courant stond, dachten wij: dat gaat
den goeden kant' om. Dat de cursus in den
Bosch, die in de open lucht gehouden wordt,
des winters stop gezet werd, lag voor de
hand. Maar van die heele geschiedenis, die
de heer Grunwald thans vertelt, was aan
B. en W. niets bekend. Ook spr. is verleden
jaar in den Bosch geweest en dacht, toen
hij den cursus aldaar zag: zou er in den
Helder niet iets in dien geest te doen zijn?
Maar toen waren er hier geen metselaars
over. In den Bosch worden ook timmer- en
andere cursussen gegeven, maar in hoofd
zaak voor het ruwere werk, n.1. betonbouw
e.d., die men daar ter hand nam. Nu is het
timmervak zeer gecompliceerd en kan dat
niet in 8 maanden geleerd worden. Met het
metselen is dat anders, dat berust grootenr
deels op routine en kan gemakkelijk door
opperlieden worden aangeleerd. Al die din
gen heeft spr. niet uit eigen wijsheid, maar
het zijn de 'besprekingen op de conferentie
tusschen patroons en werklieden. Het waren
oip die besprekingen de werklieden zelf, die
zeiden, dat het het best was indien zij zelf
uit hun midden arbeiders aanwezen die ge
schikt warenl voor opleiding. Dan kon die
opleiding wel in een week of zes gereedko
men. Routine moet natuurlijk in de praktijk
komen. De patroons nu wilden die aldus
gekweekte metselaars wel onder hun werk
lieden opnemen.
In December nu had de advertentie van
de Ambachtschool in de courant gestaan.
Men hoorde evenwel niets meer van de zaak.
In allerlei plaatsen waren noodopleidingen
gesticht, alleen/ hier niet. Wij dachten, dat
de geschiedenis doodgebloed was. Toen
kwam een circulaire van de Bouwvakcentra
les, waarin verklaard werd, dat zij wilden
medewerken als de Centrales erkend werden
in de opleiding. Deze circulaire werd In spr.
handen 'gesteld en! het resultaat is het voor
stel van hedenavond. Ons voorstel Is geheel
op dezelfde leest geschoeid als de Bossche
opleiding met dit verschil, dat wij ons alleen
wenschen te bepalen tot de opleiding van
metselaars. Een van de redenen is, dat wij
willen voorkomen, dat hier vreemde krach
ten worden geïmporteerd.
Toen wij met instemming van bestuur en
administratie van firn Bond van Bouwvak
arbeiders het noria geworden waren, hoor
den wij plotseling, dot het bestuur der Am
bachtsschool weer aotlef gewonden was.
Toen wij oontaot zochten met dat bestuur,
was het op weg naar den Boschi thans
staat weder eeno advertentie in de oourant
betreffende de meUelcunBUssen. Begin en
eind van die wijze waarop de Ambachts
school dezo tank behandelde was fout. Men!
baid eerst het terrein, moeten verkennen op
dat men geweten had wat men wilde. Nu
landt het bestuur een verkeerde sohijn op
zich omdat het traohtte bulten de organisa
ties om oen cursus op te richten. Het Is nu
eenmaal noodag de vblle .medewerking 'te
hebben van de betrokkenen. En de organi
saties willen medewerken, ondanks het feit,
dat hun eigen poSitie daardoor onvaster
wordt: Wordt het verzuim van de Ambachts
school niet hersteld, dan is de opleiding in
gevaar. Zooals de taak than ster tafel ligt,
past zij zich het meest aan de practijk aan. Het
voorstel immers, voortgekomen uit de prak
tik heeft de volle instemming van de bur
gerij.
Thans vraact de Ambachtssohool steun bij,
de opleiding. Maar waarom verleden jaar
•niet met dat verzoek gekomen; dat is toen
verzuimd. Spr. wil' gaarne medewerken als
er nog iets ™ced is te maken, maar de Am
bachtschool kan van de gemeente geen sub
sidie krijgen, omdat zij ressorteert onder
den Minister van Arbeid. Alleen de gemeen
te kan voor subsidie in aanmerking komen.
Het is volstrekt niet de bedoeling de Am
bachtsschool van deze opleiding uit te slui
ten; het College heeft getoond er de Ver-
eeniging In te willen betrekken, maar de
wijze waarop men deze zaak ter hand heeft
genomen sluit zich niet bij'de praktijk aan.
De heer Schoef felenberger (aan
vankelijk onverstaanbaar) vraagt of er in
derdaad behoefte is aan zoo'n cursus. Al
drie maanden loopen er menschen zonder
werk. Tegen den winter krijgen we elk jaar
werkeloozen. En waar nu twee deskundigen
in den Raad beweren, dat eene opleiding in
6 weken niet wel mogelijk is, protesteert
spr. tegen dft voorstel. Op deze wijze wordt
het vak vermoord.
Te h«ér an Og: De heewt Verricen
en Baak beroepen zich op het georganiseerd
overleg waarvan dit voorstel afkomstig la
Maar de door den heer VerStewen aange
haalde circulaire zegt wel, dat men geen
..Txrincipieele bezwaren" tegen een dergelijke
noodopleiding heeft, maar spreekt ook uit
drukkelijk van de noodzakelijkheid om
vaardigheid te verkrijgen, veZgefce niet,
dat na 6 weken zoo iemand om zijn volle
loon komt en naast een goed werkman moet
werken. Zoo'n goed arbeider vindt ook wel el-
der werk, maar die noodarbeiders niet en bi
werkeloosheid komen ze dan bij dé Arbeids
beurs terecht. Dat er door Duitscibe metse
laars in de (behoefte voorzien wordt, acht
spr. een gelukkig teeken. Spr. is ook van
meening-, dat het bestuur der Ambachts
school wel ietwat eigenzinnig te werk ge
gaan is door 'het gemeentebestuur in het ge
heel niet te raadplegen en dringt alsnog aan
op overleg.
iDe heer Gruinwald1 zal het lange be
toog van den heer Verstegen niet geheel
volgen. Het bestuur der Ambachtsschool er
kent de fout, dat men van den winter niet
op de zaak is ingegaan, maar allerlei oorza
ken werkten hiertoe mede. Alle andere ver
wijten erkent spr. echter niet. Het had op
den weg van de gemeente gelegen eens aan
de Ambachtschool te vragen hoe de zaak er
voor stond. Dan had men de inlidhtingen
verkregen. Toen in Arnhem een beginnen
de metselcursus werd ingesteld, trachtten
wij dien ook hier op te richten, maar er
meldde zich niemand aan. Spr. is van mee
ning, dat inderdaad de Ambachtsschool de
aangewezen instelling is voor de opleiding.
In Apeldoorn was er juist een wintercursus
in tegenstelling met dan Bosch. Een schil
dercursus, die in den Bosch gegeven werd,
is opgeheven geworden juist door tegenwer
king der schilders zeiven. Spr. meent, dat er
wel degelijk goed werk geleverd wordt,
Overigens is spr. het eens met hen, die zeg
gen, dat verbanden niet in 6 weken geleerd
kunnen wonden. Wij hebben er niet aan ge
dacht ons tot werkgevers te wenden. Wij
doeni dat nooit; wij vragen alleen: is zoo'n
cursus noodig? Van eenig verzuim ln deze is
geen sprake evenmin van eigenzinnigheid.
Maar men had ons even moeten raadple-
gen.
De heer De Zwart: Gij vraagt thans fi-
nantieele hulp der gemeentel
De heer Grunlwald betwist dit. Wij
nemen de zaak geheel voor onze rekening.
De heer De Zwart: Maar van wiens
geld?
De heer Grunwald: Meneer de Voor
zitter, het is natuurlijk de gemeente en het
rijk, die ons subsidleeren. Maar daarvan
bestaat de geheele school. Dan zou de ge
meente het subsidie moeten verlagen en dat
Is toch te absurd. De geheele redeneering
draait hierom, dat wij elkander niet gevon
den hebben. Spr. kan zich vereenigen met
het voorstel-Zondenvan en is zich overigens
van geen schuld bewust.
De heer Verstegen: Het voorstel van
het College is voortgekomen uit besprekin
gen van terzake kundige menschen. Als het
niet goed is, is dat een diaqualificatie van
de collega's der heeren zelf. De redeneering
van den heer Grunwald in tweede instantie,
dat hij de gemeenschap dient met een cur
sus, dat wisten we. Alleeru hopen wij, dat
de beer Grunwald dat in het vervolg wat
beter doet De heer Grunwald spreekt bo
vendien van jongelui. Wij hebben menschen
van 20 tot 40-jarigen leeftijd op het oog.
De heer Grunwald: Die oproep heb
ben wij ook geplaatst!
De heer Verstegen: Er zijn op het
oogenblik 6 menschen van dien leeftijd, die
bereid zijn aan den, cursus deel te nemen
en de patroons willen ze in het werklieden-
verband opnemen. Spr. zal zich overigens
niet tegen verdaging verzetten, al is het beste
ons voorstel aan te nemen en dan overleg
te plegen met de de Ambachtschool.
De Voorzitter dringt thans op beëin
diging der discussies aan. We hebben nu een
uur zitten praten en als het voorstel nu aan
gehouden wordt, hebben! we nog niets bereikt
De heer G r u w a 1 d replioeert Spr. merkt
op, dat de cursus voor aa gemeente geene
kosten meebrengt.
De heer De Zwart weerspreekt dit De
Ambaohtsahool is niet bevoegd uit de be
grooting gelden te nemieni voor buitengewone
opleidingen.
De heer Grunwald acht deze redenee
ring spitsvondig. Wij vragen geen bulten-
Ïewoon subsidie, wij gebruiken eigen mid-
elen, maar voor alles wordt nu eenmaal ge
meentegeld gebruikt
IDo heer De Zwart: Eén van tweeën la
Juist: of in uwe begrootlng zit zooveel ruimte,
dat gij zoo'n cursus bekostigen; kunt, of gil
moet een buitengewoon subsidie krijgen,
andere mogelijkheid is er niet
De heer Grunwald: Als we later een
suppletoire begrooting moeten maken, is dat
"og veel ongunstiger voor de gemeente. Wil
Ribben zuinig beheerd, dat is de heele
De Voorzitter stelt voor de discussies
tö sluiten.
'We^€n begrootingspost
al die 1500.van het voorstal R en W.
zal ai© j 1500.— van het voorstel B.
moeten worden1 betaald?
De V o o r z i 11 e rUit onvoorzien. Vraagt
nog iemand stemming over het veranderd
voorstelt
De heer V a n O s wil er aan toevoegen, dat
de opleiding onder leiding van een deskun
dige, in casu den directeur der Ambachts
school, moet plaats hebben.
De heer Baak: Is dat een deskundige?
De heer V a n O s Ja, althans wat het
theoretisch gedeelte betreft. En vanwege de
Ambachtsschool moet een theoretische en
practische opleiding worden gegeven.
De heer Staalman: Jammer, dat de
wethouder de zaak zóó voorstelt, omdat zij
thans schipbreuk zal lijden. Spr. zou haar
gaarne willen aanhouden in afwachting of
nog niet een beter voorstel kan komen. Waar
om zoo'n haast?
Het voorstel wordt verdaagd.
3. Pensionneerlng van Wethouders.
Voorstel inzake Pensionneerlng van Wet
houders.
Hierop zijn ingekomen amendementen van
den heer J. J. Sohoeffeienberger op de voor
gestelde verordening regelende de pension
neering der Wethouders en hunne weduwen
(of) weezen:
Art. 2. Het pensioen wordt verleenJd aan
hem, die anders dan tengevolge van de ver
vallenverklaring overeenkomstig art. 26 of
89 der Gemeentewet, ophoudt wethouder te
zijn en minstens vier jaar als zoodanig heeft
gefungeerd en aan de weduwen en (of) wee
zen van in dienst of na pensionneering over
leden Wethouders.
Art. 3. Het jaarlijksóh pensioen bedraagt:
Na vier dienstjaren voor elk dienstjaar
deel van het genoten salaris X 4.
Wordt de betrekking langer dan vier ja
ren (bekleed, dan bedraagt het jaarlijksóh
pensioen V«# deel van het genoten salaris
meer.
Art. 10. Belanghebbende of diens wette
lijke vertegenwoordiger (ster) kan een aan
vraag om pensioen indienen, na bekomen
dienstjaren.
Toelichting: Pensioen na 4 jaren:
volgens het voorstel der Oommiaie:
2500 2 X V. X 4 1260 X V» 625
volgens het amendement
2500 X 7» X 4 2500 XV600
Art. 10 staat in een te nauw verband met
de belde andere.
B. en W. hebben naar aanleiding van deze
amendementen en van de in de Raadsverga
dering van 3 Mei j.1. gevoerde discussies
over hun voorstel nogmaals het advies in
gewonnen van de Raadsoommissie belast
met de herziening der op dit punt bestaande
Verordening.
Met deze Oommissie zijn B. en W. van oor
deel, dat het Wethoudersambt bijna de volle
werkkracht van iemand eischt. De tot Wet
houder benoemde zal zich dan ook hoe lan
ger hoe meer van andere door hem bekleedde
betrekkingen moeten losmaken. Het is daar-
oml niet meer dan billijk, dat reeds na een
jaar pensioen wordt verleenjd. Verschillende
andere gemeenten verbinden pensioen aan 't
bekleeden van het Wethoudersambt geduren
de 1 jaar, terwijl de gemeente Velsen reeds
na een zittingstijd van 8 maanden pensioen
verleent.
In overeenstemming met de Raadscommis
sie voornoemd ontraden zij mitsdien het Col
lege de aanneming der door den heer Schoef-
felenberger op de artikelen 2 en 8 voorge
stelde amendemen/ten.
Het amendement op art. 10 ingediend, dat
volgens den voorsteller in nauw verband met
de beide anderen staat, schijnt B. en W. zelfs
bij aanneming dezer amendementen overbo
dig. Het recht toch van den belanghebbende
tan volgenis art. 10 der ontwerp-verordening
tori allen tijde worden geldend gemaakt.
Dient deze zijn aanvraag te vroeg in, dan
zullen Burgemeester en Wethouders een af
wijzende beschikking moeten geven. B. eti
W. zijn derhalve van meening, dat het amen
dement op art. 10 onder geen omstandighe
den behoort te worden aangenomen.
Voorts heeft de Commissie de voorsta,uon
van het College, voor zoover deze afwijken
van die ln haar rapport voorkomende, be
sproken. Zij kan thans medegaan met de
door het College aanbevolen wijziging van
artikel 2 allinea 2.
In de tweede plaats trekt de Commissie
haar voorstel in betreffende de verhooging
van het pensioen van den heer De Geus c. q.
ook van den heer Grunwald met 40 naar
aanleiding van de door B. en W. geopperde
bezwaren.
Zij handhaaft evenwel haar voorstel ten
aanzien van de pensionneering van den heer
Grunwald. Zij meent, dat aan dezen oud-
Wethouder een pensioen van 80.— behoort
te worden toegekend én niet van 400.—. De
ontwerp-verordening mag volgenis de Com
missie niet op den heer G. van toepassing
worden verklaard, omdat deze slechts onder
de werking der thans bestaande verordening
het Wethoudersambt heeft bekleed.
De Oommissie merkt verder op:
„Waar echter de Raad aan den heer Grun
wald een pensioen wilde zien toegekend,
heeft de Commissie zioh bij haar voorstel
eenigszins laten leiden,, zoowel door de be
palingen van het door haar gedane voorstel,
als door de verordening, thans in werking.
Volgens dat voorstel toch, bestaat reeds na 1
jaar recht op pensioen en de Commissie
meende deze bepaling thans op het geval
Grunwald van toepassing te moeten brengen.
Bij de bepaling van het te verleenen bedrag
heeft de Commissie evenwel gemeend zich
te moeten vasthouden aan de bopalingon der
thans vigeerende verordening. En waar het
bij de meerderheid der Commissie vaststaat,
dat de heer Grunwald destijds niet meor
voor de functie van Wethouder in aanmer
king wensolvte te komon, zoodat het 2e lid
van art. 8 der bestnando verordening niet
op hem van toepassing was, heeft de Com
missie gemeend te moeten voorstellen hom
te pensionnat-ren overeenkomstig hot eerste
lid van het zooeven 'genoemde artikel, zoo
dat aan den heer Grunwald, die 28 volle
maanden het ambt van Wethouder heeft be
kleed, een pensioen behoort te worden ver
leend van fV... X 1000 of rond 80 por
Jaar."
B. en W. achten deze motlvoering niet ge
heel juist. De Oommissie toch past de be
staande Verordening op het geval-Grunwald
toe, maar vervangt daarhij art. 2 door art. 2
lid 1 der voorgestelde, verordening.
Zij verklaart dus zelve eveneens een be
paling der voorgestelde verordening van toe
passing op de bestaande verordening en! te-,
recht, omdat daardoor rekening wordt gehou
den met de wensohen van den Raad, die den
heer G. een pensioen wenschte te zien toe
gekend. Het College daarentegen aaht het
loyaler en meer in overeenstemming met het
votum van de vergadering van den Raad van
80 December 1919, om wanneer eenige be
paling der voorgestelde verordening moet
worden toegepast op de vigeerende verorde
ning, alsdan daarvoor te nemen de bepaling
van art. 2 alinea 2.
Dat de heer G. destijds niet meer voor
Wethouder in aanmerking wenschte te ko
men, mag voor een deel der Commissie vast
®taan, daaromtrent is van denl heer G. geen
bericht Ingekomen, zoodat daarvan officieel
aa£r Gemeentebestuur niets bekend is.
Met verwijzing naar het dienaangaande óp-
gemerkte in het vroeger voorstel, zijn B. en
W. de meening toegedaan, dat den heer G,
pensioen toekomt. Is men het hiermede eens
dan mag meni dat pensioen niet gaan beknib
belen. Zij staan daarom op het standpunt,
dat art. 2 alinea 2 der voorgestelde veror
dening van toepassing behoort te worden
verklaard, waardoor de heer G. recht krijgt
op /»X 1000 400 pensioen per laar
Samenvattende stellen zij voor fn dezen
geest te besluiten.
De heer Van Loo vraagt- hierover comité
men h*t voorstel verdagen wil tot
vergadering.
De heer Sch oef felenberger pro
testeert hiertegen. De pensionneering van
de wethouders dient in het openbaar bespro
ken te worden.
De Voorzitter antwoordt krachtens
de gemeentewet aan het verzoek van een der
leden om een bespreking in oomité te moeten
voldoen. Spr. stelt evenwel voor dit punt aan
te houden tot aan het einde der vergadering,
om dan in comité even te beslissen of het
punt nader in het openbaar zal worden afge
handeld.
De heer Van L o o wil de discussies
geenszins aan de openbaarheid onttrekken.
SSpr. vroeg slechts een comité aan voor eenj-
ge persoonlijke besprekingen.
De heer Staalman protesteert
Voorzitter kan dat protest niat acceptee
rden. De Wet zegt uitdrukkelijk, dat de Voor
zitter de zitting moet schorsen, indien een
lid een comité-vergadering aanvraagt. Maar
spr. wil eerst de andere zaken afhandelen.
We hebben nu al een uur zoek gebracht zon
der resultaat, als we nu nog een uur in co
mité vergaderen, is de avond precies om en
we hebben niets gedaan. Laten we dus eerst
de zaken afhandelen.
De Raad vereenigt zich hiermede, waarna
aan de orde is:
4. Aankoop hola.
Voorstel tot aankoop van een huis en erf
aan de Oostslootstraat 24.
Hieromtrent luidt het advies van B. en W.:
Met het oog op het bepaalde in de nieuwe
Lager Onderwijswet 1920 zullen verschillen
de o. 1. scholen alhier, die hiervoor in aan
merking komen, moetenl worden gesplitst,
om twee afzonderlijke scholen voor 6 leerja
ren te verkrijgen. Hiertoe behoort ook de
o. 1. school No. fa aan de Oostslootstraat.
Voor deze splitsing is het echter ge-
wenscht,, dat de gemeente de beschikking
verkrijgt over een huigje aan de Oostsloot
straat No. 24, hetwelk te koop is en voor-
loopig is aangekocht voor den prijs van
1700.ten einde mogelijk te maken dat
de 2 scholen alsdan elk eert Verschillende
toegang verkrijgen.
Genoemd huisje zal dan voor oongiergewo-
ning moeten worden bestemd, terwijl de be
staande oongiergewoning weggebroken dient
te worden. Hierdoor zal vanuit de Vroon
straat een toegang kunnen worden verkre
gen voor de 6 benedenlokalen, terwijl de be
staande toegang aan de Oostslootstraat die
nen kan voor de 6 bovenlokalen.
Naar aanleiding van het bovenstaande en
overeenkomstig het advies van den Ge
meente-Bouwmeester, hebben wij de eer Uw
College voor te stellen definitief tot den aan
koop van gentoemd huisje te besluiten, in
welk verband wij U een concept-raadsbesluit
ter vaststelling aanbieden.
Aangenomen.
5. Onvoorziene uitgaven.
Voorstel tot voldoening uit den post voor
onvoorziene uitgaven dienst 1920.
Aangenomen.
Vaststelling van het Suppletoir kohier No.
2 der Schoolgeldheffing dienst 1921 tot een
bedrag van 2697.33.
Aangenomen.
7. Vragen Raadslid W. Poll.
Beantwoording vragen raadslid W. Poll
nopens minimum muntgasverbruik en voor
stel om deze bepaling buiten werking te
stellen. Held. Crt. 7 Juni.
De Voorzitter stelt voor dit voor ken
nisgeving aan te nemen.
De heer Schoef felenberger had
verwacht, dat d'e heer Poll het woord ge
vraagd had over dit punt. Spr. kan -niet met
de conclusie van B. en W. medegaan. Men
heeft de muntgasverbruikers steeds aange
maand tot zuiniger 'gebruik, en nu krijgen
ze de rekening thuis. Spr. wil een motie in
dienen om het bedrag te restitueeren.
Geroep: Maar dat wil het voorstel van B.
en W. ook.
De heer Poll heeft uit het advies begre
pen, dat het Ooilege spr. verzoek Inwilligde
en spr. wilde daarvoor dank betuigen aan het
Ooilege, toen hom d'lt door den heer Sohoof-
felon berger belet word.
Voor kennisgeving aangenomen.
8. Tijdelijke geldleenlng.
Voorstel betreffende het aangaan van een
tijdelijke geldleenlng ter voorziening in kas
geld.
Voor het betalen van rento en) aflossing
en voldoen van andere botalingen heeft do
gemeente eerstdaags noodig de beschikking
ovor oen bedrag van bilna 800.000, als tij
delijke voorziening ln de behoefte aan kas
geld, o.a. als gevolg van het nog niet ont-
vahgen van do Inkomstenbelasting voor dit
jaar.
Aangezien deze leening van tijdelijkert
aard zal zijn, en het de bedoeling is die zoo
spoedig mogelijk af te lossen, stellen B. en
W., onder mededeeling, dat genoemd bedrag,
naar gelang van de behoeften, eventueel bij
gedeelten zal worden opgenomen^ voor daar
toe een desbetreffend besluit te nemen.
De heer Staalman merkt op, dat bij de
stukken omtrent deze leening ook is een
staat waarop de specificatie van betalingen.
Spr. vraagt inlichtingen omtrent den post
Levensmiddelenbed'rijf. Moet voor deze uit
gaven nog toestemming door den Raad wor
den verleend, of ?ijn die gelden .reeds gevo
teerd? Spr. weet niet of het bedrag in den
Raad mag "worden genoemd
De heer Staalman: maar hij bedoelt
die 121.000,— voor het Leverismiddelen-
bedrijf. Spr. heeft indertijd ook al gevraagd
naar de afrekening van het Levensmiddelèn-
bedrijf en maakt daarom thans bezwaar te
gen dien post.
De heer D e Z w a r t antwoordt spr., dat de
•kwestie deze is. Het half jaar is bijna
om en er moeten thans allerlei uitgaven ge
schieden vóór 1 Juli terwijl de gemeente
nog geen gelden; genoeg in kas heeft. Daar
voor is dus de leening. Nu vraagt de heer
Staalman of voor de gelden ten behoeve van
het Levensmiddelenbedrijf nog 's Raads toe
stemming noodig is. Neen, die toestemming
heeft de Raad drie jaar geleden al gegeven.
Wij hebben eenvoudig aan de verschillende
crlsisbureaux gevraagd: geef ons eerts op
wat gij nog van ons krijgt, dan zullen wij
dat betalen. In die drie jaren heeft de ge
meente ook rente van deze schuld gekweekt.
De heer Staalman: Maar op de begroo
ting drukken ook nog uitgaven van het Le
vensmiddelenbedrijf. Toen de begrooting
werd opgemaakt, waren er nog ambtenaren.
De heer De Zwart: De Raad krijgt na
tuurlijk de eindafrekening van het Levens-
middelenbedrijf, hetzij nog in dit jaar, hetzij
in het volgend jaar.
Het voorstel wordt vervolgens aangeno
men.
9. Benoemingen.
Plaatsvervangend Lid-werknemer Oommis
sie van Advies (alphabetisch):
P. O. Ottervanger.
P. Spoor.
Benoemd de heer Spoor met 10 stemmen.
Blanco 6; 2 op den heer Ottervanger.
Commissie van Toezicht Middelbaar Onder
wijs:
A. C. v. d. Sande Lacoste, luit. t. z. le kl
M. H. van Duim, luit. t. z. le kl.
Met uitzondering van de stemmen der soc -
dem. fractie, die, gelijk bekend is, aan geen
enkele benoeming wenscht mede te werken
wordt No. 1 der voordracht met algemoene
stemmen gekozen.
Categorie 1:
2. Mevr. A. LaboutManse.
Mevr. Van Urk 10 stemmen, Mevr. Labout
2 st., blanco 6. Benoemd Mevr. Van Urk.
Categorie 2:
1. F. Th. A. Cedée.
2. H. de Barbanson.
De heer Cedée 12, de Barbanson 0, blanco
6 stemmen. Benoemd de heer Cedée.
Categorie 3:
1. D. Blom.
2. W. Heeroma.
De heer Blom 3, Heeroma 9, blanco 6. Be
noemd de heer Heeroma.
Categorie 4:
1. P. Storm.
2. E. H. Bos.
De heer Storm 11, Bos 1, blanco 6 stem
men. Benoemd de heer P. Storm.
Categorie 5:
1. C. M. Moolenburgh.
2. W. J. Bakker.
De heer Moolenburgh 11, Bakker 1, blanco
6 stemmen. Benoemd de heer Moolenburgh.
Rondvraag.
Mevr. van der Hulst 'bespreekt die on
langs in de Held. Courant .geplaatste groote
advertentie waarbij reclame gemaakt werd
voor de Woningtentoonstelling In het Sted.
Museum te Amsterdam. Waar men op bezui
niging uit Is, acht spr. het ongewensoht een
dergelijke kostbare advertentie voor een
Amsterdamache tentoonstelling te plaatsen.
De Voorzitter antwoordt, dat de ge
meente haar advertenties plaatst tegen ge
reduceerd tarief. Dit was een verzoek van
het Woninigoomité en ook wel eenigszins
een daad' van hoffelijkheid.
De heer Schoef felenberger be
pleit de belangen vatn dm werkman Buys,
die bij die Reiniging gedaan heeft gekregen.
De heer Verstegen antwoordt, dat voor
hietm gedaan zal worden wat mogelijk is.
De heer Van Os bespreekt den oproep
in de Held. Crt. om opgave van hen, die
geen woning hebben. Is de bedoeling daar
van een statistiek te verkrijgen? Mm krijgt
zoo/doende toch nooit een zuiver overzicht.
De heer Ad'riaanse licht toe, dat de
bedoeling is een algemeen beeld van de wo
ningtoestanden te krijgen. Er zijn menschen,
die bij twee, drie vereenigingen doorloopend
staan ingeschreven en het is juist te doen
om een statistiek daarvan, opdat de gemeen
te over juiste .gegevens ten opzichte van den
woningnood kan beschikken. Het is een
proefneming, al erkent spr., Id&t zij niet zui
ver aal zijn-
De heer Van Os kan er zich wel mede
vereenigen, maar spr. was bang, dat er een
advies naar dm Haag zou gaan als zouden
hier voldoende woningen zijn.
De heer Bok VTaagt naar een punt op de
vorige agenda vermeld. Blijkt abusief op do
agenda te zijn 'gekomen.
De heer Hoilb 1 ok vraagt naar oen prao-
aldvk« over het adres van den Oentir. Ned.
Ambt. Bond Inzake belastingheffing door
het RIJk. Hot ia ln hoofdzaak omdat er
Iemand belast ln imdt de inning voor de ge
meente, wiens belangen spr. bepleit.
Do heer De Zwart «egt dat er thans
nog goen voorstel zal .komen. De kohieren
der gemeonto moeiten nog geheel door de ge
meente worden afgewerkt wat den loopen
den dienst betreft.
De Voorzitter /wil die zaak liever in
oomité bespreken.
Evenizoo de vraag van dm heer Van Os
inzake de ontslag-aanvrage van den directeur
der gasfabriek, die op vrij korten termijn
geschiedt.
De openbare vergadering wordt hierop
geschorst, waarna de Raad in Oomité gaat.
WEERBERICHT
6. Schoolgeldheffing.
DeVoorzitter antwoordt toestemmend.
Oommissie van Toezicht Lager Onderwiis-
.1. Mevr. E. van Urk—Zwanenburc
Naar aanleiding van dit incident, waarbij
de beer Schoeffelenberger een eenigaains zonder
ling figuur sloeg, verzoekt deze beer er ons op
te willen wijzen, dat in de besloten zitting, die
aan het einde dezer raadsvergadering volgde, er-
kenld werd, dat het voorstel niet zeer duidelijk
was geredigeerd.
Wij willen dit gaarne vernielden, en onzerzijds
ook erkennen dat men de inwilliging van het
verzoek van den heer Poll wel in wat duidelijker
Hollandsoh had kunnen zetten, inaar de hoor Poll
heeft dan toch, mèt do andere raadsleden, wèl
gelezen wat er in stond. Officieel© taal is nu
eenmaal moeilijk te begrijpenl
Verslaggever.
van het Kon. Ned. Meteorologisch Instituut
draadloos verzonden doorVossegat
op 10 JUNI 1921.
(Ontvangen door de Opleidingsschool voor
Radiotelegrafie, Zuidstraat 61,)
Bericht van 12.30 uur n.m.
Verwachting tot Vrijdagavond:
zwakke tot matige, noordwesteHJke tot ooste
lijke, later zuidoostelijke wind. Licht of half
bewolkt Waarschijnlijk droog weer. Iets
zachter overdag