te Beekbergen, Loenen, Hoenderioo, Koot
wijk, Enruelo en Oldebroek, als de aaartus-
schen gelagen plaatsen. Tel.
"Vlugge bestelling en strafport.
Ben briefkaart, den 17en Sept. 192(J van
Nigtev.elde verzonden werd den 81en Juni
1921 te Amsterdam bezorgd. Daar Inmid
dels het posttarief verhoogd was, moest de
ontvanger strafport betalen.
Verdwenen.
Sinds einde Februari wordt hier vermist
de Nederlander W. v. d. G., uit Den Haag.
Den 28sten Februari kwam hij te Praag aan,
en sindsdien beeft zijn familie niets meer
van hem vernomen. Nasporingen op ihanr
verzoek door het Nederiandsoh gezantschap
ondernomen, waarbij moeite noch toosten ge
spaard bleven, leverden geen resultaat op.
Gebleken is, dat de (heer Van der G. twee
dagen te Praag in een hoted verbleef en daar
uit met onbestemde toestemming, imet mede
neming van een handkoffer, vertrok. Op zijn
pas had hij slechts een Duitsah visum, dat
achter 15 Maart verviel. Men heeft verder
kunnen nagaan, dat (hij slechts weinig geld
bij zich had.
Merkwaardig ds het, dat de Nederlandsche
gezant te Praag, jhr. Michels van Verduynen,
en de kanselier, de heer Jansen, onatflhankelijk
van elkaar, in het dioor de familie toegezon
den portret van den vermiste, onmiddellijk
een Nederlander (herkenden, imet wien zij
twee dagen te voren hadden gesproken bij
een1 voetbalwedstrijd, dien, een elftal uit
Maastricht daar speelde. De Praagsche poli
tie adht het echter onmogelijk, dat deze Ne
derlander inderdaad de heer Valn der G. is
geweest
Vogelnesten op vreemde plaatsen.
In de J.ulii-aflevering van „De Levende
Natuur" wordt een foto gereproduceerd van
een nest van een scholekster, liggende in het
grint tusschen de (beide raiils van het hoofd
spoor AkfcrumHeerenveen. Het primitieve
nest met vier eieren erin ligt vlak bij een van
de rails. Er passeeren daar dagelijks veertig
treinen.
In hetzelfde tijdschrift vinden wij heit vol
gende vermeld:
„Op het terrein van het drukke café „De
Laatste Stuiver" te Eefde, staan in den speel
tuin 4 holle steenen palen. Een ervan is eens
kapot geweest, maar itoen hij weer gemaakt
zou worden, was er een stukje steen weg en
(zoo .bleef er een gaatje. Hierdoor komt de
koolmees nu dn zijn veilig opgeborgen nest.
Een ander zit in de brievenbus van het rijks
gebouw te Gorsel. De (bus ia halverwege
dicht geplakt met ©en strookje, waatrop
.yS.vp, geen brieven In de bus doen, maar
bedien."
Een Amerikaan over Japan.
Het nieuwsagentschap Eastern Service
meldt ons uit Tokio dat een bekende Ame-
rikaansche schrijver over koloniale zaken,
Poultney Bigelow, een rede (heeft gehouden
over het werk der Japanners op Taiwan
(Formosa). Hij' sprak als zijn meeming uit,
dat Japan in Taiwbn kan wijzen op „een
schitterend koloniaal succes".
Hij merkte op, dat het Japansohe bestuur
ndet alleen een goede politie schiep, die vei
ligheid van leven en eigendom verzekert, en
met .goeden uitstag 'de economische bronnen
van het eiland tot ontwikkeling brengt, maar
ook het noodige doet ter bevordering van
de geestelijke eenheid der iriheemsche en
Japansohe dealen der gemeenschap. Op het
einde van zijn toespraak zeid© hij o.a. het
volgende over de betrekkingen over Japan
en Amerika:
„Iedere Amerikaan van opvoeding en we
reldkennis wenscbt Japan goeds toe; maar
de Stem van het klein aantal denkende men-
schen gaat verloren in het lawaai van de
massa, die niet dentot, wier arme geesten
worden vergiftigd door de propaganda van
geestelijken en politici. Japan's successen op
het gebied van handel en kolonisatie hebben
in vele kringen Jaloezie gewekt en wij1 moe
ten geduld oefenon zoolang het kippengetoa-
toel iedere redelijke gedachtenwlsseltog be
let. Er kan geen oorlog ontstaan tussohen
Japan en Amerika, tenzij Japan aanvalt De
president der V. B. beeft In Hughes een ad
viseur voor- de bulten] andsche vraagstukken,
■waardig, naast onze bekwaamste staatslieden
te worden genoemd. De Amerikaanaohe re-
goorlng doolt het verlangen van lederen eer-
fijtoon en ornstlgen Antorlkaun om de won
den van den ln:iteten! oorlog te hooien en op
vriendschappelijke wijze de vraagstukken op
te lossen, ontstaan door onze ligging aan de
Stillen Oceaan. Wij hebben cngélukkligw-
wij» een vrije nors wat in veie gevallen
botwkent do vrijheid om valsoho geruchten
te verspreiden. Hot oortlgo heelmiddel la op
to houden, de „gele" per» te lozen of wel de
eigenaars ervan dood to sohleton. De wet
verbiedt mij ze neer to schieten, daarom lees
ik alleen boeken en authentieke mededeelin-
Igen en slaap dientengevolge veel beter."
■De heer Bigelow heeft thans zijn reis
voortgezet naar Korea en Mantsjoerije en zal
die vrucht van zijn onderzoek neerleggen in
een boek over Japan als koloniale mogend
heid.
WAT DE KRANTEN ZEGGEN.
De daling van de beurs,
Hierover schrijft de „Haagsche Post" o.hl:
De gevolgen dezer daling zijn overal in
onze samenleving voelbaar. Duizend® gezin
nen waarin met geld werd gesmeten, keeren
terug tot soberder levenswya De badplaat
sen, de hotels, de restaurants, de winkels, de
grossiers en de fabrikanten klagen allen, en
hebben er redenen voor. Want de lieden die
lichtzinnig dure fondsen koopenl zijn nu een
maal dezelfde lieden die vlot geld uitgeven:
fools and their money are soon parted. Maar
toch moet men omvang en draagwijdte dezer
daling niet overschatten. Het kapitaal van
ons land is er gelukkig met geen enkelen
stuiver door verminderd. De daling Is in bln-
nenlandBche papieren), niet in buitenland-
sche; het geld (heeft zich alleen verplaatst,
doch bleef in Holland. Het ging van hen
die nog niet hddd'en geleerd bet te hantee-
ren, die wel geld toonden verdienen, maar
nog onbedreven waren in de fcunst het te
behouden, over in de handen van den- ge
schoolden "kapitalist die weet hoe hij het
moet beheeren. Afgezien van de dwaze spe
culatie in „valuta's", die wel degelijk aan
zienlijk© sommen afvoerde naar de fabrikan
ten van het buitenlandsohe drukwerk ctet de
meesten .geld gelleven te noemen* iaat de
groote daling dl© een] paar milll arden van
onze beurswaarden afkapte ons land even
rijk als het was. Het kapitaal verhuisde
slechts in andere handen, die er vermoedelijk
wijzer en voor de samenleving nuttiger ge
bruik van zullen maken. En daarom behoe
ven, wij die daling, in haar verband met onze
volkskracht, niet al te tragisch op te vatten.
Zij voert ons slechts terug van abnormale
verhoudingen naar meer normale; zij moest
komen om de lucht te zuiveren; en! nu zij
er goed en wel is mogen wij spoedig weder
een kentering, een reprise, verwachten. De
welke zal duren totdat een nieuwe oogst van
financieel dwazen is gerijpt.
De Crisis.
Dr. v. d. Laar schrijft in zijn blad „De
Beukelaar", het orgaan van de Ohr.-sociale
partij:
Een reconstructie van het Oabinet Ruys
de Beerenlbrouck, die rnten nu ter coalitie
schijnt voor te staan, is uiteraard de aller
slechtste oplossing, dat is bevestiging der po
litieke verwarring. Een huis dat op drijfzand
is gebouwd, wordt er niet steviger op of men
aan het igebouw zelf al wat gaat knutselen.
De grondslag deugt niet en zaï nooit deugen.
Zoo is het ook hier.
De ©enige zuivere oplossing dezer crisis
ligt in het optreden van een ministerie, dat
zijn bestaansrecht enl zijn kracht vindt in de
sociale en militaire vragen die den politieleen
toestand feitelijk beheerschen. Zoo moet er
6f een sociaal-militair vooruitstrevend Oabi
net óf een sociaal-militair behoudend Bewind
optreden.
Voor een sociaal-vooruitstrevend Ministe
rie, dat steunt op een deel van de huidige
linker- en een deel van de huidige rechter
zijde, hebben wij voortdurend gepleit. Daar
moet op aangestuurd. Maar Hiervoor is de
tijd nog niet rijp. Daarom acht Dr. v. d. L.
het optreden van een sociaal-militair behou
dend bewind' aangewezen.
In zulk een kabinet kunnen dan zitting
hebben Anti-Revolutionairen, Roomsch- Ka
tholieken, Vryheidsbonders, Christelijk- His-
torischen, vooral de meest 'behoudende vleu
gels dezer partijen.
Ongerustheid.
De „Standaard" stelt de vraag, welke van
de levensverzekering-maatschappijen is nu
volkomen solvabel gebleven?
Er is geen zekerheid meer. En dit is een
zeer te betreuren feit. Voor duizenden is de
levensverzekering die ©enige spaarkas.
Met groote inspanning, met een bezuiniging
vaak op het noodige, 1» het velen mogelijk
geworden een verzekering te sluiten, die de
toekomst voor het gezin eenftgermate zeker
stellen moest. Valt die zekerheid weg, wie
verstaat het niet, welk een ramp dit voor een
volk moet zijn.
Wij zyn overtuigd' dat de meest© maat
schappijen ziöh zullen kunnen handhaven.
Maar wij vragen, of het niet wenscheUjk zou
zyn, dat een van regeeringswege gewaar
borgd onderzoek werd1 ingesteld, opdat ons
volk weet, waar het aan toe is. Én het oude
vertrouwen weer kan terugbeeren.
Wij sluiten ons dus by dten aandrang naar
een degehjk onderzoek ten volle aan.
In baloostuum.
De directie der Nedi. Spoorwegen besloot
onlangs geen vrouwelijk personeel meer in
dienst te nemen, aangezien de dames by haar
werk teveel gemis aan ernst toonden.
Naar aanleiding hiervan schrijft „Evo
lutie":
„Wel hebben wy hier te doen met de ge
volgen der opvoeding van de laatste jaren
en; van een toestand, waarbij de dhefs niet
meer 't personeel in honden hebben. Van
het kind is een god! gemaakt, noch gehoor
zamen, nooh werken heeft hy geleerd; en
mensch geworden, bedankt het er hartelijk
voor, van gewoonten te veranderen. Elk
strootje zorgvuldig weggegrist van voor den
ktndiorvoet; het kinderleven gemaakt tot een
ten uitgaansdag, met het resultaat, dat
jonge generatie ia: een onge'oomde horde,
slechts levende voor het vermaak. Gekleed
in gmnd-tollet, klaar voor bal of diner, wordt
naar kantoor of winkel gegaan, het werk al
daar beschouwd en gedaan als een lastige
nevenzaak".
„Ben! tweede fout Is dozo, dat de ouders
van een groot deel verdienende meisjes
heel haar honorarium laten houden. Gepocht
wordt hier zelfs op.'Alsof het ooit goed ware,
Jonge memsohen, zoowel jongens m meisjes,
rijkelijk van geld te voorzien. Er wordt
daarmede dan ook omgesprongen, alsof er
geen opkomen aan la. Weinig werken, veel
uitgaan ls nu eenmaal aan de orde van den
dioig. Dit moet lelden tot een o&tastrophe; hier
daarvan oen symptoom".
Het blad betreurt het ten «lotto dat de
directie der Spoorwegen niet tydlg heeft in
gegrepen deor de belhamels, zoowel vrou
wen als mannen te verwijderen en merkt
terecht op:
Voor wien niet arbeidt, la, mag en kan
daar nimmer plaats zy'u. Hier echter worden
weder, als immer, waar het de vrouw geldt,
niet gestraft de schuldigen, maar de anderen),
aan de feiten totaal onschuld!gen* niet zy,
die haar nlicht verzuimden, maar de vrouw
als sexe. Waar en wanneer deed men ooit
zoo met den man?
UIT DE PERS.
Bezuiniging.
De „Nieuwe Haagödhe Ot." (a.-r.) schrijft
Onder de uitga ven, welltoe uit (het mati anale
inkomen moeten worden (bestreden, verkrij
gen die voor den' puibldetoen dienst helaas een
steeds broeder omvang. In ale damden werkt
de staatsdienst mét .geweldige itefcorten.
Duitschland, om een voorbeeld te noemen,
heeft voor 1921 een deficit van niet minder
dan 160 mihiard mank. In Engeland werden
nog pas zeer radicale, misschien ©enigszins
ruwe, maar /toch noodzakelijke maatregelen
genomen om de uitgaven voor den puiblietoen
dienst aanmerkelijk omlaag te drukken. Staan
wij er in ons land beter voor? In het minst
niét Het zal ons niet verwanderen, indien
onze eerstvolgende Staatébegraoting een on
gedekt tekort zal vertoonen van tussohen de
100 en 200 millioen .gulden; misschien dich
ter by het laatst- dan by het eerstgenoemde
cijfer.
Waar moet dat heen? Naar nog hooger be
lastingen?
Maar aangenomen rnalg, dat ons volk reeds
ongeveer 40 pot van zyn totaal belastbaar
inkomen aan allerlei (belastingen betaalt. Vol
gens betrouwbare berekeningen 880 millioen
van de 2 imilliard, waarop over 1918—1919
gunstige jaren dus hot omkomen der
Nederlandsche bevolking 'geschat werd. Ieder
kan dus nagaan, walt er oveibiyft voor levens
onderhoud en dé niet het oog op de uitbrei
ding der bevolking noodzakelijke kapitaal
vorming. Vergeten mag ook niet, dat op het
oogenbMk het nationaal inkomen zander
•twijfel! dalende is.
La het wonder, dat al meer de leus der be
zuiniging, ook op den staatsdienst, -wordt
aangeheven? Vermindering van uitgaven is
onafwijsbaar noodzakelijk.
'Dat ook onze regeecring dit begreep, daar
van zien we een symptoom dm, de door som
migen ten i nrechte als uiting van reactie be
schimpte circulaire van minister Aaibense
omtrent den Woningbouw. De wal begi nt'het
schip te toeeren. We vreezen, dat eer het trwee
jaar verder zal zyn, we nog voor heel andere
'dingen komen' Ite staan.
-Maar wil men dan nu 'geen bezuiniging?
Och iedereen wil voor den publieken dienst
bezuiniging. Maar 'het fatale is, dat de grootst
mogelijke verscheidenheid' van meening be
staat over de vraag, waarop de bezuiniging
mloot worden toegepast. Iedér, die over be
zuiniging praat, (heeft een ander object,
waarin hy het mee wil zetten. Zootong dat
niet verandert, blijven we echter voortsukke
len. Men is o zoo bang voor de kiezers. Voor-
ai' zy, die meenen, dat de oplossing der sociale
kwestie vrijwel 'Uitsluitend beheerscbt wordt
door de bedragen aan gefld, welke „de Staat"
voor sociale doeleinden 'beschikbaar stelt.
Do politieke partijen zuilen niettemin' eer
lang van bezuinigingswöordén tot daden
moeten toornen, ad zal 'het niet gemakkelijk
vallen, >am met de valsche democratie to
breken.
UIT DEN OMTREK.
Anna Paulowna.
'Mej. M. Bremer Cd., eerder te Oosterend,
alhier, nu vroedvrouw te Anna Paulowna, is
in gelijke betrekking benoemd' te Broek op
Langendijk.
Texel, 8 Juli.
Onze plaatsgenoot H. Jonker, leerling van
de M.U.L.O.-schooS te Helder, is toegelaten
tot de R. H. B. S. aldaar.
Gevonden en gedi
een zilveren arm
tje met Inhoud.
omeerd ter secretarie
een blikken trommel-
Burgerlijke stand van de gemeente Texel.
van 2 t/m. 8 'Juli 1921.
GEBOREN, Theodora Geertrui/da, d. v.
Michiel Witte en Antonla Majoor.
OVERLEDEN: Antje Kloes, 88 jaar, ge
huwd met Johannes Hendrlkus van Heer
waarden.
•Marfcha Magdelena Hillon, 4 weken.
Wlerlngen.
De Zuiderzeewerken. De eerste zinik-
stutoken voor de nieuwe werlklhaven zljtti ji.
Woensdag op do plaats hunner bestemming
neergelaten, 't Waren stukken van 800 en
1040 M'. groot.
Het werk trok van den wal groote belang
stelling.
Op Zondhg 10 Juli a.s. zal t© Den Oever
de igeheei nieuw verbouwd© herberg van den
heer Jurri Lont worden geopend. Het geheel
ziet er door de verbouwing allerkeurigst uit
en is 'geheel in een hotel, annex conoertzaal
omgezet. De opening zal feestelijk plaats
hebben en wel met een concert., te geven door
de muziefcvereenilging „Apolo" aldaar.
Met 88 kinderen van de hoogste klassen der
O. L. Scholen van Hippolytushoef en Ooeter-
land werd hl. Dinsdag vanwege die vereend-
glng ter bevordering van 'getrouw school
bezoek een sohoodfeestrelsje naar Bergen
ondernomen. Per boot naar de Van Ewijok-
sluli», per tram naar Behagen. Toen- ©en1 wan
deling door Schagen en «laar de Inwendige
menach versterkt. Verder per tram naar
Schoorl, waar de (hoog© du'Lrwn werden be
zichtigd, waarna een wandeling naar Bergop
wertt ondlernomen, Aldaar word do speeltuin
bezocht en vorder de duinen, de watenlo kling,
onz., enz. bekeken, Ooik had men nog op het
programma een boaoek aan Beigon aan Zee,
doch dit kon wegen» een tevoren plaats ge
luid bobbend tramderaHlément nlot doorgaan,
zoadat al het moois, wat Bergen bood, be
zichtigd werd* Ook hier weer iverfrllsmhlngon,
enz. en toon wend die terugtocht ondernomen
por tram naar Allknwaiar, per spoor naar Scha-
gon en verder de gewone route naar Wlerln
gen, waar 'j avonds 9.80 uur allen hoogst
voldaan weer arriveerden.
Mét het oog op de goede orde by de Zui
derzeewerken aan 'l '"Psteinde van ons eiland
zyn aldaar tijdelijk gedetacheerd de rijks-
veldtwachter WameQink te Wonmer en Merué
te Egtmond, terwyi de rijksveldwachter De
Koekoek van zyn detachement is ontheven
en naar zyn standplaats Hoogwoud! is terug
gekeerd.
Burgeriyke Stand van Wlerlngen.
over de maand1 Juni 1921.
GEBOREN Marde, d. v. G. Lont en J.
Wiegman; Marie, d.v. T. Kort en M. Takes;
Cornelis, z. v. G. Tijsen en M. Lont.
ONDERTROUWD B. Nannings en G.
Engel; E. W. de Boer en P. L. Harder.
GETROUWD: W. Snooy en A. O. Berke
meier.
OVERLEDEN: te Castricum Jb. Baijs,
oud 77 jaren, eohtgen. van T. Scheltus; Maar-
tje Wagemaker, oud 91 jaren, wed. van P. de
Vries; Neeltje Rietvink, oud 77 jaren, wed.
van M. Stadig.
SCHETSEN UIT DE RECHTSZAAL.
„Van twee schilders"
Grappig zaakje.
De stamklanten hadden 't al lang, al
maanden-lang, gemerkt. En trouwens,
zy, die intiem, van vroeger jaren met die
twee bekend waren, hadden 't zien komen.
Zy verschilden ook heel wat.
De een, de blonde met zijn intelli
gente oogen, zyn artistiek-lntultief begrij-
•n, de zeer begaafde, zeer artistieke,
e met een enkele krabbel karakter gaf van
een teekening. En de ander, brave bur
gerjongen, by decoratie-schilder in de leer,
Ijverig, stil, rustig, z'n plicht doend. We
met eenig begrip van wat in zyn vak, noo-
dig was. Misschien, 'heel in de verte, iets be
seffend van wat voor den ander zoo klaar
was, zoo duidelijk en natuurlyk. Tusschen
die twee, den wezenjyk-artistieke en den
ander, was eeni soort van haat opge
groeid. De schilder de kunstenaar, had een
medeiydend lachje. De ander lachte ook
vaak, langdurig, pynlyk lang: zoodat men
zich afvroeg wat er toch achter dat lachen
school. Jaloezie, haat, minachting; «nar
over het toch soms opwellend besef van
eieren tekort aan kunnen?....
Zóó hadden zy gezeten, belden lid van
zekere vrienden-dub, vele maanden ach
tereen. In burgermans-café. En zij hadden,
die twee, hun aparte speciale kennissen, ver
trouwelingen.
En er was wel gerucht gegaan van wat
zy over elkaar zeiden. Hoe de een gespro
ken bad eens, op laat uur, nadat zooveel-
ste biertje was rondgediend, van „verfbaas'
En de andere by zulke gelegenheid van
.Avindbuiltje"Wat de hartstochten fel
ler had doen ontvlammen. Misschien zonder
dat de heeren 't zelf beseften
Deooratie-sohiader was ook wel Sens om
zwermd door weinig-artistieke vrienden. In
dien kring viel zyn kritiek op echten-schil
der in goede aarde. Zy luisterden met innig
welbehagen naar hom. Knikten, mot be
grijpende glimlaohjes, naar zyne uitlegging,
voelden ook weer ganschelyk intuïtief,
haat tegen den man, die „zulke (mooie rake
dingen'.' heette te schertsen.
De haat, de gloeiende steegAl meer-
Decoratie-man was soort van autoriteit in
zyn kringetje.
„Och" had hy eens gezegd, „zulke joggics
worden wel wijzer. Als ze wat ouder zijn.
Dan teekenen ze niet meer menschon in pu
blieke gelegenheid uit, óm te toonen, hoe
knap ze zyn. Dat gaat met de jaren wel
voorby, let maar op!.
En de anderen knikten. Van: heb Je 'm in
de gaten?.
Maar op een Zondagavond had de schil
der, de artistieke, weer zitten krabben in zyn
schetsboek.
hndar de stamgasten van burgermans-café
was ook een zeer eerbare zeer leelijke
dame, die, gelukkig zonder dat ze er de
minste „ahnung" van had, door sommigen
„de zeehond" was gedoopt. Mopneuzig, da
metje met hoed en mantel van lichte uitmid
delpuntige soort, met piekende strootjes en
veertjes op hoed. Vergezeld door echtgenoot,
wiens forsche „zeebeenerf" nog den ouden
matroos deden biyken. Braaf, eerlijk, trouw
eohtoaar. Intusschen mikpunt van sohalk-
ache kritiek van het schertsend schllderpot-
lood.
En op zoo'n Zondagavond, hadden zy 't oe
zien, de kennissen van schilder hoe vaak
„de zeehond" door hom in enkele scherpe
lijnen was vastgelegd.
„Ze is 't" riep er een.
„'t Is de zeehond. Of ze leeft!" riep een
tweede.
„Leve vriend Thom!" riep een derde.
De zwarte jaloersohe oogen van deoora-
tie-schildertje "■loeiden. Er brandde iets in
ziin ziel, op dat ©ogenblik.
Zyn moment zou komen.
Toen is 't gebeurd, dat er, weer op zoo'n
Zondagavond van druk bezoek in burger
mans-café een stuk krant circuleerde.
„Heb je 't gelezen?" zei een.
„Van Thom?" vroeg een tweede.
Én zy lazen.
Daar stond 't dan toch.
Niet de eerste de beste had' 't gescreven.
Maar een kunstcriticus vatn naam, van repu
tatie.
Dat Thorn's werk biyiken gal van „rijpe
visie" van groot en wezenlijk talent. Dat
zeker stukje door hem geëtaleerd „een open
baring" was.
Het stukje krant, imet de pwéhtreoensde,
circuleerde dien avond.
En decoratie-schilder was er. Aan de lees
tafel.
Hij las t. En do eeuwige, de stereo'
iirmkoh groefde zich op zyn gelaat. En
e donkero oogen kwum de raadselachtige
Sleed. Waairvan zoovellen, die don man keu
en, zldli reeds hadden afgevraagd uit welke
bron die kwam.
Hy las 't,
Men zegt, dat hy iets btoeker werd dan ge
woonlijk.
Eon paar plaateou van hein af zat dé dame,
bijgenaamd zeehond", en huar echtgenoot.
Heftiger ging 't glooien in de zwarte oogen
van decoratlmhlkler.
„Mooi, hél?" 'Zei hy, stuik krant den
vriend toerelOwnd.
En wie Qiu eenigs/Jns „ion oonnalcanse de
oodiso" waren, begrepen wel, dat hij man-van-
zeehond liad. Ingelicht, hoe artistieke schil
der, in zyn schetsboek had de dame met het
mopsneusje, de min regelmatige trekken, het
exotische hoedje.Prachtig, hè?
Hy wachtte even.
En (hy liet er toen op volgen:
„Maar dan moet je meneer eens vragen
om je te laten zien het portret, dat-ie van je
vrouw heeft gemaakt. Dat is nog veel
mooier 1"
Er kwam zeker drukkende pynlyke stilte
aan leestafel.
Men zag dat de dikke vingers van de echt
genoot fa-Mén. En de pluimp jes op hoed' van
gade sidderden mee.'...
Incident naderde.
Schilder Weef kalm. Een glimlachje speel
de om zyn lippen.
„Hebt U mijn vrouw.begon echtge
noot.
Wat blieft U?.
„Hebt U, zonder myn toestemming, myn
vrouw uitgeteetoend?" bracht echtgeooot er
uit, maximum van zelfbedwang bereikend.
„Dat kèn wel,,' zei schilder, met zyn spot-
terige oogen den ander aanziend.
Even was 't stil aan de leestafel.
Decoratie-schilder glimlachte (heviger dan
ooit. Zag voldoening van liang-gehoopte
wraak naderen.
„Hier dat portret!" riep echtgenoot van
onsohoone, tegen haar wil of weten „uitge-
beekende" dame, „hier dat ding. En direct
ook! Of...."
„Nouof!?" zd schilder, hem alsnog
aankijkend met spotoogen.
Toen is 't gebeurd.
Smeet diep-gekrenkbe echtgenoot twee,
drie bier- en andere glazen om. Kwam „ober"
aanschieten.
Stonden er in café - de mensoheni op.
'Met rijn hare, forseho, grove knuisten
e beieedigde-echtgenoot een ander aan.
hoonde kleeren scheuren. Glas breken.
Br werd gescüireeuwd. De buffet-chef kwam
te voorschijn. De keilners schoten toe. Voor
't café schoolden nieuwsgierigen samen.
Er werd gegild.
Men zag het 'bloed-rood opgezet gelaat van
echtgenoot. Met de vurende hatende oogen.
En men zag ook jaloersohen, zeer-hateiiden
decoratie-collega, gilimiacihend als steeds.
Nóg heviger dan anders.
't Is op een strafzaakje uitgeloopen.
Wettige man van „uitgeteekend©" dame,
die schilder niet gansch onbeduidend had
mishandeld, en ten slotte, nadat niemand by
machte was om hem tot bedaren te brengen,
door do politie word' beetgenomen, heeft
moeten terechtstaan.
De eerste getuig© charge de mishan
delde kunstenaar was op de terechtzitting
,/bon prince". Hy glimlachte tenslotte om het
zaakje. Haalde de schouders op en zei, dat
„men (blijkbaar den maai had opgewonden",
't "Was heel nabel van hem.
Maar onder de getuigen was ook de zeer-
jaloersche decoratieschilder. Hy deed. al z'n
best om den beschuldigde tegen wien, ten
slotte, toch maar oen geldboete werd gevor
derd te ontlasten.
,,'t Was een schandlaal, edelachtbare", zei
hy, „zooals de beklaagde getergd is. Meneer
Thom. heeft ten aanschouwe van hot publiek
zyn vrouw bespottelijk gemaakt. Zulke jon
gelui denken dan, dat zy op die manier recla
me maken voor hun 'zaakje, hè?.Maar het
is, zeg ik, ©en schande. Ik kan my best be
grijpen, dat de man rebelsch is geworden.
Dat zou ieder in zyn nlaats óók geweest zy'n.
En dat is, edelachtbare, myn opinie!"
De voorzitter der rechtbank, die 't grap
pige zaakje te vonnissen hadi, (keek ge
tuige eens aan met zyn vroolijfce, scherpzin
nige oogen van een man, die in den loop der
jaren vele soort van menschen heeft leeren
doorpeilen. En naar de zacht-artistioke trek
ken, de VTOodijke oogen van den mishandelde.
O, inderdaad, 't was een grappig, een
„unaniek" zaakje.
Ook keek ZJ3.A. naar het mysterieus©,
stereotiepe glimlachje op aangezicht van ja-
'oerschen decoratieschilder.
En 'op dat moment durf ik wedden
begon Z. E. A. iets te doorgronden van het
eigenlijke „wezen" van' het gerval; van de
roeselen dés Hremoeda, die deze café-berrie
hadden berokkend.
Mal fa© Qatbeau.
•en
Verkeersagent
Vlater geeft in de /Motorkampioen'
variatie op een oud kinderrijmpje.
Wy nemen er een paar coupletten uit over
In Den Haag staat een agent,
En zijn naam is Jatntje,
Als je vraagt: „(Mag ik er langs?"
Wyst hy met zljin (handje,
Met zyn vinger en zyn duim,
In zyn mond hefeft hy een pruim,
■Om 'zijn arm ©en baydjo,
Dag myn lieve Jantje.
Elk voertuig wijst hy aan,
Met zyn mooie mouwtje,
Als de tram voorby moet gaan
Trekt by aan een touwtje,
Elke fietser die passeert
Wordt „geregeld" en „verkeerd"
Met zyn wuivend handje
Door het knappe Jantje.
LAATSTE BERICHTEN.
Amsterdam, 9 Juli. Naar het persbureau
V>az Dlas verneemt, is met ingang van 18
uli a.s. op diens verzoek eervol ontslag ver
eend aan den heer J. ten Bosoh, uit zyn
unotie van directeur van het Marine-etablis
sement te Soeyabaya. Tot rijn opvolger ls
benoemd de directeur van het Marine-Eta
blissement te Amsterdam, tevens ondcr-oom-
mandant van de marine aldaar, de kapitein-
ultenant Itor zoo P, O. Ooop», die tnet lhgang
vam 1 Sopt., eervol ontfdngon wordt uit don
marlnedlentt en die ter IbmhUklkling wordt,
gesteld valn den gouverneur-generaal om te
worden benoemd tot directeur van genoemd
atubllMomient to Soeralbala,
zyn wy wel Ingelicht, dan izal tot directeur
van (het Marlne-Etaiyilascment te Aimstordflim
in de plaats van don heer Ooops met Ingang
van 1 Ootober worden benoemd de kapitein-
luitenant ter zee F. H. A. Greve, tegenwoor
dig chef van de afdeel Ing Arsenaal aan
's Ryksrwerf te Willemsoord.
De tegenwoordige ohef van de afldeeling
Arsenaal aan de Marinewerf te Amsterdam,
kapitein-luitenant er zee, P. 'A. van Rees,
zal tydeiyk belast worden met de directie
van het Marine-Etablissement aldaar, .totdat
de opvolger van don tegenwoordigen func
tionaris zal zyn benoemd.
(Mot hot Commandement dér Marine te
Amsterdam zal voorloopig worden belast de
chef van den radio-dienst, kapitein-luit. ter
zee O. Aronstein.
N.V. Texels Eigen Stoomboot-Onderneming.
Dienstregeling
ingegaan 1 Juni 1921.
Op Werkdagen:
Vertr. Texel 6 v.m. 11 v.m. 2.45 n.m. 5 15 n.m.
Vertr.Helder 9.15 v.m. 12.10n.m.4n.m.6.85 n.m.
Op Zon- en Feestdagen:
Vertrek Texel 6.v m. 5.15 n.m.
Vertrek Helder 8.46 v.m. 6.35 n.m.