te Beekbergen, Loenen, Hoenderioo, Koot wijk, Enruelo en Oldebroek, als de aaartus- schen gelagen plaatsen. Tel. "Vlugge bestelling en strafport. Ben briefkaart, den 17en Sept. 192(J van Nigtev.elde verzonden werd den 81en Juni 1921 te Amsterdam bezorgd. Daar Inmid dels het posttarief verhoogd was, moest de ontvanger strafport betalen. Verdwenen. Sinds einde Februari wordt hier vermist de Nederlander W. v. d. G., uit Den Haag. Den 28sten Februari kwam hij te Praag aan, en sindsdien beeft zijn familie niets meer van hem vernomen. Nasporingen op ihanr verzoek door het Nederiandsoh gezantschap ondernomen, waarbij moeite noch toosten ge spaard bleven, leverden geen resultaat op. Gebleken is, dat de (heer Van der G. twee dagen te Praag in een hoted verbleef en daar uit met onbestemde toestemming, imet mede neming van een handkoffer, vertrok. Op zijn pas had hij slechts een Duitsah visum, dat achter 15 Maart verviel. Men heeft verder kunnen nagaan, dat (hij slechts weinig geld bij zich had. Merkwaardig ds het, dat de Nederlandsche gezant te Praag, jhr. Michels van Verduynen, en de kanselier, de heer Jansen, onatflhankelijk van elkaar, in het dioor de familie toegezon den portret van den vermiste, onmiddellijk een Nederlander (herkenden, imet wien zij twee dagen te voren hadden gesproken bij een1 voetbalwedstrijd, dien, een elftal uit Maastricht daar speelde. De Praagsche poli tie adht het echter onmogelijk, dat deze Ne derlander inderdaad de heer Valn der G. is geweest Vogelnesten op vreemde plaatsen. In de J.ulii-aflevering van „De Levende Natuur" wordt een foto gereproduceerd van een nest van een scholekster, liggende in het grint tusschen de (beide raiils van het hoofd spoor AkfcrumHeerenveen. Het primitieve nest met vier eieren erin ligt vlak bij een van de rails. Er passeeren daar dagelijks veertig treinen. In hetzelfde tijdschrift vinden wij heit vol gende vermeld: „Op het terrein van het drukke café „De Laatste Stuiver" te Eefde, staan in den speel tuin 4 holle steenen palen. Een ervan is eens kapot geweest, maar itoen hij weer gemaakt zou worden, was er een stukje steen weg en (zoo .bleef er een gaatje. Hierdoor komt de koolmees nu dn zijn veilig opgeborgen nest. Een ander zit in de brievenbus van het rijks gebouw te Gorsel. De (bus ia halverwege dicht geplakt met ©en strookje, waatrop .yS.vp, geen brieven In de bus doen, maar bedien." Een Amerikaan over Japan. Het nieuwsagentschap Eastern Service meldt ons uit Tokio dat een bekende Ame- rikaansche schrijver over koloniale zaken, Poultney Bigelow, een rede (heeft gehouden over het werk der Japanners op Taiwan (Formosa). Hij' sprak als zijn meeming uit, dat Japan in Taiwbn kan wijzen op „een schitterend koloniaal succes". Hij merkte op, dat het Japansohe bestuur ndet alleen een goede politie schiep, die vei ligheid van leven en eigendom verzekert, en met .goeden uitstag 'de economische bronnen van het eiland tot ontwikkeling brengt, maar ook het noodige doet ter bevordering van de geestelijke eenheid der iriheemsche en Japansohe dealen der gemeenschap. Op het einde van zijn toespraak zeid© hij o.a. het volgende over de betrekkingen over Japan en Amerika: „Iedere Amerikaan van opvoeding en we reldkennis wenscbt Japan goeds toe; maar de Stem van het klein aantal denkende men- schen gaat verloren in het lawaai van de massa, die niet dentot, wier arme geesten worden vergiftigd door de propaganda van geestelijken en politici. Japan's successen op het gebied van handel en kolonisatie hebben in vele kringen Jaloezie gewekt en wij1 moe ten geduld oefenon zoolang het kippengetoa- toel iedere redelijke gedachtenwlsseltog be let. Er kan geen oorlog ontstaan tussohen Japan en Amerika, tenzij Japan aanvalt De president der V. B. beeft In Hughes een ad viseur voor- de bulten] andsche vraagstukken, ■waardig, naast onze bekwaamste staatslieden te worden genoemd. De Amerikaanaohe re- goorlng doolt het verlangen van lederen eer- fijtoon en ornstlgen Antorlkaun om de won den van den ln:iteten! oorlog te hooien en op vriendschappelijke wijze de vraagstukken op te lossen, ontstaan door onze ligging aan de Stillen Oceaan. Wij hebben cngélukkligw- wij» een vrije nors wat in veie gevallen botwkent do vrijheid om valsoho geruchten te verspreiden. Hot oortlgo heelmiddel la op to houden, de „gele" per» te lozen of wel de eigenaars ervan dood to sohleton. De wet verbiedt mij ze neer to schieten, daarom lees ik alleen boeken en authentieke mededeelin- Igen en slaap dientengevolge veel beter." ■De heer Bigelow heeft thans zijn reis voortgezet naar Korea en Mantsjoerije en zal die vrucht van zijn onderzoek neerleggen in een boek over Japan als koloniale mogend heid. WAT DE KRANTEN ZEGGEN. De daling van de beurs, Hierover schrijft de „Haagsche Post" o.hl: De gevolgen dezer daling zijn overal in onze samenleving voelbaar. Duizend® gezin nen waarin met geld werd gesmeten, keeren terug tot soberder levenswya De badplaat sen, de hotels, de restaurants, de winkels, de grossiers en de fabrikanten klagen allen, en hebben er redenen voor. Want de lieden die lichtzinnig dure fondsen koopenl zijn nu een maal dezelfde lieden die vlot geld uitgeven: fools and their money are soon parted. Maar toch moet men omvang en draagwijdte dezer daling niet overschatten. Het kapitaal van ons land is er gelukkig met geen enkelen stuiver door verminderd. De daling Is in bln- nenlandBche papieren), niet in buitenland- sche; het geld (heeft zich alleen verplaatst, doch bleef in Holland. Het ging van hen die nog niet hddd'en geleerd bet te hantee- ren, die wel geld toonden verdienen, maar nog onbedreven waren in de fcunst het te behouden, over in de handen van den- ge schoolden "kapitalist die weet hoe hij het moet beheeren. Afgezien van de dwaze spe culatie in „valuta's", die wel degelijk aan zienlijk© sommen afvoerde naar de fabrikan ten van het buitenlandsohe drukwerk ctet de meesten .geld gelleven te noemen* iaat de groote daling dl© een] paar milll arden van onze beurswaarden afkapte ons land even rijk als het was. Het kapitaal verhuisde slechts in andere handen, die er vermoedelijk wijzer en voor de samenleving nuttiger ge bruik van zullen maken. En daarom behoe ven, wij die daling, in haar verband met onze volkskracht, niet al te tragisch op te vatten. Zij voert ons slechts terug van abnormale verhoudingen naar meer normale; zij moest komen om de lucht te zuiveren; en! nu zij er goed en wel is mogen wij spoedig weder een kentering, een reprise, verwachten. De welke zal duren totdat een nieuwe oogst van financieel dwazen is gerijpt. De Crisis. Dr. v. d. Laar schrijft in zijn blad „De Beukelaar", het orgaan van de Ohr.-sociale partij: Een reconstructie van het Oabinet Ruys de Beerenlbrouck, die rnten nu ter coalitie schijnt voor te staan, is uiteraard de aller slechtste oplossing, dat is bevestiging der po litieke verwarring. Een huis dat op drijfzand is gebouwd, wordt er niet steviger op of men aan het igebouw zelf al wat gaat knutselen. De grondslag deugt niet en zaï nooit deugen. Zoo is het ook hier. De ©enige zuivere oplossing dezer crisis ligt in het optreden van een ministerie, dat zijn bestaansrecht enl zijn kracht vindt in de sociale en militaire vragen die den politieleen toestand feitelijk beheerschen. Zoo moet er 6f een sociaal-militair vooruitstrevend Oabi net óf een sociaal-militair behoudend Bewind optreden. Voor een sociaal-vooruitstrevend Ministe rie, dat steunt op een deel van de huidige linker- en een deel van de huidige rechter zijde, hebben wij voortdurend gepleit. Daar moet op aangestuurd. Maar Hiervoor is de tijd nog niet rijp. Daarom acht Dr. v. d. L. het optreden van een sociaal-militair behou dend bewind' aangewezen. In zulk een kabinet kunnen dan zitting hebben Anti-Revolutionairen, Roomsch- Ka tholieken, Vryheidsbonders, Christelijk- His- torischen, vooral de meest 'behoudende vleu gels dezer partijen. Ongerustheid. De „Standaard" stelt de vraag, welke van de levensverzekering-maatschappijen is nu volkomen solvabel gebleven? Er is geen zekerheid meer. En dit is een zeer te betreuren feit. Voor duizenden is de levensverzekering die ©enige spaarkas. Met groote inspanning, met een bezuiniging vaak op het noodige, 1» het velen mogelijk geworden een verzekering te sluiten, die de toekomst voor het gezin eenftgermate zeker stellen moest. Valt die zekerheid weg, wie verstaat het niet, welk een ramp dit voor een volk moet zijn. Wij zyn overtuigd' dat de meest© maat schappijen ziöh zullen kunnen handhaven. Maar wij vragen, of het niet wenscheUjk zou zyn, dat een van regeeringswege gewaar borgd onderzoek werd1 ingesteld, opdat ons volk weet, waar het aan toe is. Én het oude vertrouwen weer kan terugbeeren. Wij sluiten ons dus by dten aandrang naar een degehjk onderzoek ten volle aan. In baloostuum. De directie der Nedi. Spoorwegen besloot onlangs geen vrouwelijk personeel meer in dienst te nemen, aangezien de dames by haar werk teveel gemis aan ernst toonden. Naar aanleiding hiervan schrijft „Evo lutie": „Wel hebben wy hier te doen met de ge volgen der opvoeding van de laatste jaren en; van een toestand, waarbij de dhefs niet meer 't personeel in honden hebben. Van het kind is een god! gemaakt, noch gehoor zamen, nooh werken heeft hy geleerd; en mensch geworden, bedankt het er hartelijk voor, van gewoonten te veranderen. Elk strootje zorgvuldig weggegrist van voor den ktndiorvoet; het kinderleven gemaakt tot een ten uitgaansdag, met het resultaat, dat jonge generatie ia: een onge'oomde horde, slechts levende voor het vermaak. Gekleed in gmnd-tollet, klaar voor bal of diner, wordt naar kantoor of winkel gegaan, het werk al daar beschouwd en gedaan als een lastige nevenzaak". „Ben! tweede fout Is dozo, dat de ouders van een groot deel verdienende meisjes heel haar honorarium laten houden. Gepocht wordt hier zelfs op.'Alsof het ooit goed ware, Jonge memsohen, zoowel jongens m meisjes, rijkelijk van geld te voorzien. Er wordt daarmede dan ook omgesprongen, alsof er geen opkomen aan la. Weinig werken, veel uitgaan ls nu eenmaal aan de orde van den dioig. Dit moet lelden tot een o&tastrophe; hier daarvan oen symptoom". Het blad betreurt het ten «lotto dat de directie der Spoorwegen niet tydlg heeft in gegrepen deor de belhamels, zoowel vrou wen als mannen te verwijderen en merkt terecht op: Voor wien niet arbeidt, la, mag en kan daar nimmer plaats zy'u. Hier echter worden weder, als immer, waar het de vrouw geldt, niet gestraft de schuldigen, maar de anderen), aan de feiten totaal onschuld!gen* niet zy, die haar nlicht verzuimden, maar de vrouw als sexe. Waar en wanneer deed men ooit zoo met den man? UIT DE PERS. Bezuiniging. De „Nieuwe Haagödhe Ot." (a.-r.) schrijft Onder de uitga ven, welltoe uit (het mati anale inkomen moeten worden (bestreden, verkrij gen die voor den' puibldetoen dienst helaas een steeds broeder omvang. In ale damden werkt de staatsdienst mét .geweldige itefcorten. Duitschland, om een voorbeeld te noemen, heeft voor 1921 een deficit van niet minder dan 160 mihiard mank. In Engeland werden nog pas zeer radicale, misschien ©enigszins ruwe, maar /toch noodzakelijke maatregelen genomen om de uitgaven voor den puiblietoen dienst aanmerkelijk omlaag te drukken. Staan wij er in ons land beter voor? In het minst niét Het zal ons niet verwanderen, indien onze eerstvolgende Staatébegraoting een on gedekt tekort zal vertoonen van tussohen de 100 en 200 millioen .gulden; misschien dich ter by het laatst- dan by het eerstgenoemde cijfer. Waar moet dat heen? Naar nog hooger be lastingen? Maar aangenomen rnalg, dat ons volk reeds ongeveer 40 pot van zyn totaal belastbaar inkomen aan allerlei (belastingen betaalt. Vol gens betrouwbare berekeningen 880 millioen van de 2 imilliard, waarop over 1918—1919 gunstige jaren dus hot omkomen der Nederlandsche bevolking 'geschat werd. Ieder kan dus nagaan, walt er oveibiyft voor levens onderhoud en dé niet het oog op de uitbrei ding der bevolking noodzakelijke kapitaal vorming. Vergeten mag ook niet, dat op het oogenbMk het nationaal inkomen zander •twijfel! dalende is. La het wonder, dat al meer de leus der be zuiniging, ook op den staatsdienst, -wordt aangeheven? Vermindering van uitgaven is onafwijsbaar noodzakelijk. 'Dat ook onze regeecring dit begreep, daar van zien we een symptoom dm, de door som migen ten i nrechte als uiting van reactie be schimpte circulaire van minister Aaibense omtrent den Woningbouw. De wal begi nt'het schip te toeeren. We vreezen, dat eer het trwee jaar verder zal zyn, we nog voor heel andere 'dingen komen' Ite staan. -Maar wil men dan nu 'geen bezuiniging? Och iedereen wil voor den publieken dienst bezuiniging. Maar 'het fatale is, dat de grootst mogelijke verscheidenheid' van meening be staat over de vraag, waarop de bezuiniging mloot worden toegepast. Iedér, die over be zuiniging praat, (heeft een ander object, waarin hy het mee wil zetten. Zootong dat niet verandert, blijven we echter voortsukke len. Men is o zoo bang voor de kiezers. Voor- ai' zy, die meenen, dat de oplossing der sociale kwestie vrijwel 'Uitsluitend beheerscbt wordt door de bedragen aan gefld, welke „de Staat" voor sociale doeleinden 'beschikbaar stelt. Do politieke partijen zuilen niettemin' eer lang van bezuinigingswöordén tot daden moeten toornen, ad zal 'het niet gemakkelijk vallen, >am met de valsche democratie to breken. UIT DEN OMTREK. Anna Paulowna. 'Mej. M. Bremer Cd., eerder te Oosterend, alhier, nu vroedvrouw te Anna Paulowna, is in gelijke betrekking benoemd' te Broek op Langendijk. Texel, 8 Juli. Onze plaatsgenoot H. Jonker, leerling van de M.U.L.O.-schooS te Helder, is toegelaten tot de R. H. B. S. aldaar. Gevonden en gedi een zilveren arm tje met Inhoud. omeerd ter secretarie een blikken trommel- Burgerlijke stand van de gemeente Texel. van 2 t/m. 8 'Juli 1921. GEBOREN, Theodora Geertrui/da, d. v. Michiel Witte en Antonla Majoor. OVERLEDEN: Antje Kloes, 88 jaar, ge huwd met Johannes Hendrlkus van Heer waarden. •Marfcha Magdelena Hillon, 4 weken. Wlerlngen. De Zuiderzeewerken. De eerste zinik- stutoken voor de nieuwe werlklhaven zljtti ji. Woensdag op do plaats hunner bestemming neergelaten, 't Waren stukken van 800 en 1040 M'. groot. Het werk trok van den wal groote belang stelling. Op Zondhg 10 Juli a.s. zal t© Den Oever de igeheei nieuw verbouwd© herberg van den heer Jurri Lont worden geopend. Het geheel ziet er door de verbouwing allerkeurigst uit en is 'geheel in een hotel, annex conoertzaal omgezet. De opening zal feestelijk plaats hebben en wel met een concert., te geven door de muziefcvereenilging „Apolo" aldaar. Met 88 kinderen van de hoogste klassen der O. L. Scholen van Hippolytushoef en Ooeter- land werd hl. Dinsdag vanwege die vereend- glng ter bevordering van 'getrouw school bezoek een sohoodfeestrelsje naar Bergen ondernomen. Per boot naar de Van Ewijok- sluli», per tram naar Behagen. Toen- ©en1 wan deling door Schagen en «laar de Inwendige menach versterkt. Verder per tram naar Schoorl, waar de (hoog© du'Lrwn werden be zichtigd, waarna een wandeling naar Bergop wertt ondlernomen, Aldaar word do speeltuin bezocht en vorder de duinen, de watenlo kling, onz., enz. bekeken, Ooik had men nog op het programma een boaoek aan Beigon aan Zee, doch dit kon wegen» een tevoren plaats ge luid bobbend tramderaHlément nlot doorgaan, zoadat al het moois, wat Bergen bood, be zichtigd werd* Ook hier weer iverfrllsmhlngon, enz. en toon wend die terugtocht ondernomen por tram naar Allknwaiar, per spoor naar Scha- gon en verder de gewone route naar Wlerln gen, waar 'j avonds 9.80 uur allen hoogst voldaan weer arriveerden. Mét het oog op de goede orde by de Zui derzeewerken aan 'l '"Psteinde van ons eiland zyn aldaar tijdelijk gedetacheerd de rijks- veldtwachter WameQink te Wonmer en Merué te Egtmond, terwyi de rijksveldwachter De Koekoek van zyn detachement is ontheven en naar zyn standplaats Hoogwoud! is terug gekeerd. Burgeriyke Stand van Wlerlngen. over de maand1 Juni 1921. GEBOREN Marde, d. v. G. Lont en J. Wiegman; Marie, d.v. T. Kort en M. Takes; Cornelis, z. v. G. Tijsen en M. Lont. ONDERTROUWD B. Nannings en G. Engel; E. W. de Boer en P. L. Harder. GETROUWD: W. Snooy en A. O. Berke meier. OVERLEDEN: te Castricum Jb. Baijs, oud 77 jaren, eohtgen. van T. Scheltus; Maar- tje Wagemaker, oud 91 jaren, wed. van P. de Vries; Neeltje Rietvink, oud 77 jaren, wed. van M. Stadig. SCHETSEN UIT DE RECHTSZAAL. „Van twee schilders" Grappig zaakje. De stamklanten hadden 't al lang, al maanden-lang, gemerkt. En trouwens, zy, die intiem, van vroeger jaren met die twee bekend waren, hadden 't zien komen. Zy verschilden ook heel wat. De een, de blonde met zijn intelli gente oogen, zyn artistiek-lntultief begrij- •n, de zeer begaafde, zeer artistieke, e met een enkele krabbel karakter gaf van een teekening. En de ander, brave bur gerjongen, by decoratie-schilder in de leer, Ijverig, stil, rustig, z'n plicht doend. We met eenig begrip van wat in zyn vak, noo- dig was. Misschien, 'heel in de verte, iets be seffend van wat voor den ander zoo klaar was, zoo duidelijk en natuurlyk. Tusschen die twee, den wezenjyk-artistieke en den ander, was eeni soort van haat opge groeid. De schilder de kunstenaar, had een medeiydend lachje. De ander lachte ook vaak, langdurig, pynlyk lang: zoodat men zich afvroeg wat er toch achter dat lachen school. Jaloezie, haat, minachting; «nar over het toch soms opwellend besef van eieren tekort aan kunnen?.... Zóó hadden zy gezeten, belden lid van zekere vrienden-dub, vele maanden ach tereen. In burgermans-café. En zij hadden, die twee, hun aparte speciale kennissen, ver trouwelingen. En er was wel gerucht gegaan van wat zy over elkaar zeiden. Hoe de een gespro ken bad eens, op laat uur, nadat zooveel- ste biertje was rondgediend, van „verfbaas' En de andere by zulke gelegenheid van .Avindbuiltje"Wat de hartstochten fel ler had doen ontvlammen. Misschien zonder dat de heeren 't zelf beseften Deooratie-sohiader was ook wel Sens om zwermd door weinig-artistieke vrienden. In dien kring viel zyn kritiek op echten-schil der in goede aarde. Zy luisterden met innig welbehagen naar hom. Knikten, mot be grijpende glimlaohjes, naar zyne uitlegging, voelden ook weer ganschelyk intuïtief, haat tegen den man, die „zulke (mooie rake dingen'.' heette te schertsen. De haat, de gloeiende steegAl meer- Decoratie-man was soort van autoriteit in zyn kringetje. „Och" had hy eens gezegd, „zulke joggics worden wel wijzer. Als ze wat ouder zijn. Dan teekenen ze niet meer menschon in pu blieke gelegenheid uit, óm te toonen, hoe knap ze zyn. Dat gaat met de jaren wel voorby, let maar op!. En de anderen knikten. Van: heb Je 'm in de gaten?. Maar op een Zondagavond had de schil der, de artistieke, weer zitten krabben in zyn schetsboek. hndar de stamgasten van burgermans-café was ook een zeer eerbare zeer leelijke dame, die, gelukkig zonder dat ze er de minste „ahnung" van had, door sommigen „de zeehond" was gedoopt. Mopneuzig, da metje met hoed en mantel van lichte uitmid delpuntige soort, met piekende strootjes en veertjes op hoed. Vergezeld door echtgenoot, wiens forsche „zeebeenerf" nog den ouden matroos deden biyken. Braaf, eerlijk, trouw eohtoaar. Intusschen mikpunt van sohalk- ache kritiek van het schertsend schllderpot- lood. En op zoo'n Zondagavond, hadden zy 't oe zien, de kennissen van schilder hoe vaak „de zeehond" door hom in enkele scherpe lijnen was vastgelegd. „Ze is 't" riep er een. „'t Is de zeehond. Of ze leeft!" riep een tweede. „Leve vriend Thom!" riep een derde. De zwarte jaloersohe oogen van deoora- tie-schildertje "■loeiden. Er brandde iets in ziin ziel, op dat ©ogenblik. Zyn moment zou komen. Toen is 't gebeurd, dat er, weer op zoo'n Zondagavond van druk bezoek in burger mans-café een stuk krant circuleerde. „Heb je 't gelezen?" zei een. „Van Thom?" vroeg een tweede. Én zy lazen. Daar stond 't dan toch. Niet de eerste de beste had' 't gescreven. Maar een kunstcriticus vatn naam, van repu tatie. Dat Thorn's werk biyiken gal van „rijpe visie" van groot en wezenlijk talent. Dat zeker stukje door hem geëtaleerd „een open baring" was. Het stukje krant, imet de pwéhtreoensde, circuleerde dien avond. En decoratie-schilder was er. Aan de lees tafel. Hij las t. En do eeuwige, de stereo' iirmkoh groefde zich op zyn gelaat. En e donkero oogen kwum de raadselachtige Sleed. Waairvan zoovellen, die don man keu en, zldli reeds hadden afgevraagd uit welke bron die kwam. Hy las 't, Men zegt, dat hy iets btoeker werd dan ge woonlijk. Eon paar plaateou van hein af zat dé dame, bijgenaamd zeehond", en huar echtgenoot. Heftiger ging 't glooien in de zwarte oogen van decoratlmhlkler. „Mooi, hél?" 'Zei hy, stuik krant den vriend toerelOwnd. En wie Qiu eenigs/Jns „ion oonnalcanse de oodiso" waren, begrepen wel, dat hij man-van- zeehond liad. Ingelicht, hoe artistieke schil der, in zyn schetsboek had de dame met het mopsneusje, de min regelmatige trekken, het exotische hoedje.Prachtig, hè? Hy wachtte even. En (hy liet er toen op volgen: „Maar dan moet je meneer eens vragen om je te laten zien het portret, dat-ie van je vrouw heeft gemaakt. Dat is nog veel mooier 1" Er kwam zeker drukkende pynlyke stilte aan leestafel. Men zag dat de dikke vingers van de echt genoot fa-Mén. En de pluimp jes op hoed' van gade sidderden mee.'... Incident naderde. Schilder Weef kalm. Een glimlachje speel de om zyn lippen. „Hebt U mijn vrouw.begon echtge noot. Wat blieft U?. „Hebt U, zonder myn toestemming, myn vrouw uitgeteetoend?" bracht echtgeooot er uit, maximum van zelfbedwang bereikend. „Dat kèn wel,,' zei schilder, met zyn spot- terige oogen den ander aanziend. Even was 't stil aan de leestafel. Decoratie-schilder glimlachte (heviger dan ooit. Zag voldoening van liang-gehoopte wraak naderen. „Hier dat portret!" riep echtgenoot van onsohoone, tegen haar wil of weten „uitge- beekende" dame, „hier dat ding. En direct ook! Of...." „Nouof!?" zd schilder, hem alsnog aankijkend met spotoogen. Toen is 't gebeurd. Smeet diep-gekrenkbe echtgenoot twee, drie bier- en andere glazen om. Kwam „ober" aanschieten. Stonden er in café - de mensoheni op. 'Met rijn hare, forseho, grove knuisten e beieedigde-echtgenoot een ander aan. hoonde kleeren scheuren. Glas breken. Br werd gescüireeuwd. De buffet-chef kwam te voorschijn. De keilners schoten toe. Voor 't café schoolden nieuwsgierigen samen. Er werd gegild. Men zag het 'bloed-rood opgezet gelaat van echtgenoot. Met de vurende hatende oogen. En men zag ook jaloersohen, zeer-hateiiden decoratie-collega, gilimiacihend als steeds. Nóg heviger dan anders. 't Is op een strafzaakje uitgeloopen. Wettige man van „uitgeteekend©" dame, die schilder niet gansch onbeduidend had mishandeld, en ten slotte, nadat niemand by machte was om hem tot bedaren te brengen, door do politie word' beetgenomen, heeft moeten terechtstaan. De eerste getuig© charge de mishan delde kunstenaar was op de terechtzitting ,/bon prince". Hy glimlachte tenslotte om het zaakje. Haalde de schouders op en zei, dat „men (blijkbaar den maai had opgewonden", 't "Was heel nabel van hem. Maar onder de getuigen was ook de zeer- jaloersche decoratieschilder. Hy deed. al z'n best om den beschuldigde tegen wien, ten slotte, toch maar oen geldboete werd gevor derd te ontlasten. ,,'t Was een schandlaal, edelachtbare", zei hy, „zooals de beklaagde getergd is. Meneer Thom. heeft ten aanschouwe van hot publiek zyn vrouw bespottelijk gemaakt. Zulke jon gelui denken dan, dat zy op die manier recla me maken voor hun 'zaakje, hè?.Maar het is, zeg ik, ©en schande. Ik kan my best be grijpen, dat de man rebelsch is geworden. Dat zou ieder in zyn nlaats óók geweest zy'n. En dat is, edelachtbare, myn opinie!" De voorzitter der rechtbank, die 't grap pige zaakje te vonnissen hadi, (keek ge tuige eens aan met zyn vroolijfce, scherpzin nige oogen van een man, die in den loop der jaren vele soort van menschen heeft leeren doorpeilen. En naar de zacht-artistioke trek ken, de VTOodijke oogen van den mishandelde. O, inderdaad, 't was een grappig, een „unaniek" zaakje. Ook keek ZJ3.A. naar het mysterieus©, stereotiepe glimlachje op aangezicht van ja- 'oerschen decoratieschilder. En 'op dat moment durf ik wedden begon Z. E. A. iets te doorgronden van het eigenlijke „wezen" van' het gerval; van de roeselen dés Hremoeda, die deze café-berrie hadden berokkend. Mal fa© Qatbeau. •en Verkeersagent Vlater geeft in de /Motorkampioen' variatie op een oud kinderrijmpje. Wy nemen er een paar coupletten uit over In Den Haag staat een agent, En zijn naam is Jatntje, Als je vraagt: „(Mag ik er langs?" Wyst hy met zljin (handje, Met zyn vinger en zyn duim, In zyn mond hefeft hy een pruim, ■Om 'zijn arm ©en baydjo, Dag myn lieve Jantje. Elk voertuig wijst hy aan, Met zyn mooie mouwtje, Als de tram voorby moet gaan Trekt by aan een touwtje, Elke fietser die passeert Wordt „geregeld" en „verkeerd" Met zyn wuivend handje Door het knappe Jantje. LAATSTE BERICHTEN. Amsterdam, 9 Juli. Naar het persbureau V>az Dlas verneemt, is met ingang van 18 uli a.s. op diens verzoek eervol ontslag ver eend aan den heer J. ten Bosoh, uit zyn unotie van directeur van het Marine-etablis sement te Soeyabaya. Tot rijn opvolger ls benoemd de directeur van het Marine-Eta blissement te Amsterdam, tevens ondcr-oom- mandant van de marine aldaar, de kapitein- ultenant Itor zoo P, O. Ooop», die tnet lhgang vam 1 Sopt., eervol ontfdngon wordt uit don marlnedlentt en die ter IbmhUklkling wordt, gesteld valn den gouverneur-generaal om te worden benoemd tot directeur van genoemd atubllMomient to Soeralbala, zyn wy wel Ingelicht, dan izal tot directeur van (het Marlne-Etaiyilascment te Aimstordflim in de plaats van don heer Ooops met Ingang van 1 Ootober worden benoemd de kapitein- luitenant ter zee F. H. A. Greve, tegenwoor dig chef van de afdeel Ing Arsenaal aan 's Ryksrwerf te Willemsoord. De tegenwoordige ohef van de afldeeling Arsenaal aan de Marinewerf te Amsterdam, kapitein-luitenant er zee, P. 'A. van Rees, zal tydeiyk belast worden met de directie van het Marine-Etablissement aldaar, .totdat de opvolger van don tegenwoordigen func tionaris zal zyn benoemd. (Mot hot Commandement dér Marine te Amsterdam zal voorloopig worden belast de chef van den radio-dienst, kapitein-luit. ter zee O. Aronstein. N.V. Texels Eigen Stoomboot-Onderneming. Dienstregeling ingegaan 1 Juni 1921. Op Werkdagen: Vertr. Texel 6 v.m. 11 v.m. 2.45 n.m. 5 15 n.m. Vertr.Helder 9.15 v.m. 12.10n.m.4n.m.6.85 n.m. Op Zon- en Feestdagen: Vertrek Texel 6.v m. 5.15 n.m. Vertrek Helder 8.46 v.m. 6.35 n.m.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 6