IELDERSCHE COURANT
Tweede Blad.
T
VAN DINSDAS 6 SEPTEMBER 1921.
Dansinstituut B. H. Polak.
Leger des Holle.
Openbare Leeszaal en Bibliotheek.
Protestvergadering van het personeel ln
Overheidsdienst
Wy moeten zorgen, dat die aanslag ge
pareerd wordt. Ik vind, dat wy nog dezelfde
tactiek van vroeger moeten toepassen. Wy
zijn niet de prullen, waarvoor men ons aan
ziet. Ik noodlg de heeren uit diezelfde actie
van vroeger voort te zetten. (Luid applaus).
GEMENGD NIEUWS.
Een spoorkaarten-wanbof.
Verduistering ram eau Inboedel
PLAATSELIJK NIEUWS.
Den Ben September slaagde te 's-Gra-
venihage voor de Hoofdakte, onze vroegere
plaatsgenoot de heer S. van Amersfoort Sz.
Da heer W. Klerk alhier, slaagde te
Amsterdam voor het hoofdakte-examen.
[Het (welbekende dansinstituut aan de
Dijksrtraat bestaat in den .tegenwoordigen
vorm in dit seizoen 20 jaar. De familie
Polak heeft van oudsher een goede reputa
tie als dansonderwyzers, bijkans een eeuw
wordt door haar onderricht in deze kunst
gegeven; gedurende het bestaan van het
Kon. Inst. der Marine o.a. is steeds door een
lid dezer familie het dansleeraarsohap waar
genomen. Een breede schare van leerlingen
en oud-leerlingen met de respectieve ouders
heeft steeds weer het onderwijs van de fa
milie Polak getoond1 te waardeeren. De
goede principes omtrent dansonderwys zijn
bij traditie van de vroegere geslachten over
genomen, en steeds zorgde de firma met
haar tijd mede te gaan door de conferen
ties hij te wonen van de meest bekwame
dan^leeraren in binnen- en buitenland.
Vele ouders, waaronder paedagogen, gaven
steeds hun volle tevredenheid te kennen
over bet onderwijs der firma Polak; om een
goed oordeel hierover te kunnen vellen,
moet men het onderwijs persoonlijk bijwo
nen en dein dansonderwijzer gedurende zijn
lessen observeeren.
Twintig jaar ia nog geen tijdperk dat aan
leiding geeft tot een jubilé. Maar toch is
het wel de [moeite waard melding van dit
feit «0 maken. Hetgeen wij bij deze doen.
A.a. Zondag zullen de samenkomsten' In het
Leger des Hoils, alhier, geüeid worden door
lult-kolonel J. G. Brouwer, den chef secreta
ris van het Leger des Hella in Ohina. De
kolonel, die ruim 80 jaar officier la van het
Leger des Hella, was ln 1894 de Plonler^offl-
cier van. het prachtige werk van het Leger
ln Nederl. Indië, en is momenteel de tweede
officier ln bevel van het Leger ln China.
De samenkomsten, die de kolonel hoopt
te leiden, vangen aan 'a morgens om, tien
uur en avonds half acht.
De leeszaal werd in de maand Augustus
bezocht door 1087 mannen en 188 vrouwen^
totaal 1225 personen. Uitgeleend werden 882
studieboeken, 1661 romans en 1858 kinder
boeken, totaal 8401 banden.
De navolgende werken werden aange
schaft: Aves: De praotische vogelvriend.
Beekman: De hoenderwereld. Canfleld Fl-
sbher: Moeders en kinderen. Ooppius:
Planten en wieden in het kinderhart.
Huizenga: Een en ander over voeding, de
Jong: De magie bij de Grieken en de Ro
meinen. Kuiper: Ademhalingsgymnastiek.
Kwast: Beknopt leerboek der handels-
aardrijkskunde. Laszwltz: Auf zwei Pla
neten. Ligthart-Llon Oachet: Door „Erets-
Israël." v. Overeem: Leerboek van het
handelsrekenen, 4 dim.; Tafels voor samenr
gestelden interest en annuïteiten. Peder-
sen Bjergaard: Praotische hoenderteelt.
Roels en v. d. Spek: Psychologisch onder
zoek op de school. Schmldt: Het mensche-
lijk lichaam. Suyver-Lnadré: Behandel
ling der wasch. Thijssa fin Tepe: Hat in
tieme leven der vogels-
Gisterenavond belegden de Oentrale van
Vereenigingen van Personeel in 's Rijks
dienst, biet Comité van Neutraal Overheids
personeel en het Comité tot behartiging van
d'e algemeene belangen van Marine-Personeel
(Oaimbo) gezamenlijk een protestvergadering
in het gebouw voor Evangelisatie, Palmstraat.
Aanleiding tot deze vergadering was bet
schrijven van den Minister van Financiën
aan de Tweede Kamer, houdende een verzoek
om de ontwerpen van wet, regelende de pen
sioenen van Burgerlijke en Militaire ambte
naren van de agenda af te voeren, wijl de
Minister voornemens is technische verande
ringen in deze wetsontwerpen aan te brengen.
Aangezien het gevaar niet denkbeeldig is, dat
hierdoor van behandeling van deze zoo uiterst
belangrijke wetsontwerpen niets .terecht zou
komen,hadden de besturen van bovenge
noemde vereenigingen de leden dier organi
saties opgeroepen, om dat alles niet zonder
verweer te laten passeeren. Men wilde het
personeel Ln de gelegenheid stellen aan den
vooravond van het bijeenkomen der Tweede
Kamer gezamenlijk te pretesteeren tegen de
reactionnaire handelwijize der Regeering.
Bij den aanvang der vergadering was het
gebouw met pl. m. 80Ó man tot den nok .bezet.
De vergadering wordt geopend door den
heer Baak, die den talrijk opgefcomenen een
hartelijk welkom toeroept. Hij zegt, dat uit
de opkomst wel blijkt, dat het punt dé volle
aandacht verdient. Hij brengt een woerd van
dank voor die groote 'belangstelling, die niet
hoeft te verwonderen .trouwens, omdat het
vraagstuk van zoo groot belang is. Ieder
heeft er op gewacht, dat deze zaak aan de orde
zou komen. Door de verandering van Minis
ter. is er echter ook verandering van inzicht
gekomen. De beidé nieuwe Ministers, de hoe
ren De Geer en Van Dijk, hebben nieuwe
inzichten over deze zaak. Vrijdag waren de
organisaties per telegram naar Den Haag ge
roepen; een 70.000 man was daar vertegen
woordigd. De conclusie, waartoe men kwam,
was, om alle organisaties 'hiertegen in het
geweer te roepen. „Cambo" en „Ons Belang"
waren dan ooik in Den Haag vertegenwoor
digd. De tijd was te kort om alle vereenigin
gen hierover vooraf te doen vergaderen. Een
20-tal organisaties hier ter plaatse zijn aan
geschreven om deze vergadering bij te wonen.
Er moet een daad geschieden. Er moet ook
uit de Noordpunt van Noord-Holland een
protest gehoord worden, maar daarnaast zal
uit alle oorden van het land het regenen van
moties tegen deze daad van de Regeering en
zal het der Regeering gezegd moeten worden,
dat het'dit jaar zal moeten gebeuren. Er is
ook een audiëntie gehouden. De Minister was
optimistisch gestemd, en meende, dat de
zaak nog wel voor November aan de orde kon
komen, doch wij hebben wel eens ondervon
den, dat men niet altijd zegt wat men meent.
Want als de Begrootingen aan de orde ge
steld worden en daarna wellicht de Grond
wetswijziging, dan komen de Pensioenwetten
in het gedrang. Dit uitstel vreezen wij dat
tot afstel zal voeren.
Heden zullen we niet praten over de tech-
nisohe aangelegenheden van de wetsontwer
pen, doch de bedoeling is om een motie te
stellen, die aan de Vergadering der Tweede
Kamer zal worden opgezonden.
Thans geef ik het woord aan den heer
Prins. (Luid applaus).
De heer Prins zegt hierop o. a.:
Wanneer ik zoo om mij heen zie, en al die
militairen en burgers zoo broederlijk bijeen
zie, moet ik allereerst een woord van dank
uitbrengen voor de groote opkomst. Wij heb
ben rekening gehouden met de groote be
langstelling en de grootste zaal gehuurd, die
op het oogenblik te verkrijgen was. In „Ca
sino" wordt op het oogenblik opgevoerd
„Lach er tnaar om". Wij zullen opvoeren:
Huil er maar om. Want de heer Baak heeft
het 'zoo juist gezegd: het is een hopeleoze
toekomst. Wij hebben Vrijdagavond over deze
zaak reedé in Den Haag vergaderd. Dat wij
zoo broederlijk samen kunnen gaan, komt
hierdoor, wijl ons aller belangen door dit uit
stel in het gedrang komen. Het militaire per
soneel is er echter nog slechter aan toe dan
het burgerlyike personeel. De wetten brengen
wat verbetering aan allen.... dioch de mili
tairen, die er het slechtst aan toe zijn, worden
door dit uitstel het meest gedupeerd. Uitstel
van behandeling is voor ieder een teleurstel
ling, doch voor het militaire personeel het
grootst. Met de burgers houdt het pensioen
verband met de verhoogde loonen; bij de mili
tairen' is het verschil -tusschen het laatst ge
noten tractement en het pensioen veel te
groot. Voor een matroos is het pensioen
slechts 20 percent van het tractement; voor
onderofficieren no'g geen 25 percent. Dat
uitstel is dus voor allen een ramp, doch voer
de (militairen nog de grootste.
Die samenkoppeling van de pensioenen
voor militair en burgerlijk personeel heeft
niet altijd bestaan. Verschillende Commissies
zijn hiervoor werkzaam geweest, die heel
weinig voeling met elkaar hebben gehad. Het
militaire wetsontwerp was het eerst aan de
Kamer ingediend1.
Toen het Voorlooplg Verslag over dit wets
ontwerp verscheen, werd daarin de wensche-
iijkheid betoogd, dat die wetten gelijktijdig in
behandeling zouden worden genomen. De
Kamer knoopte een restrictie daaraan vast,
n.l. deze, dat de stand'pensioenen verhoogd
zouden' worden. Minister Pop heeft beproefd
daaraan gevolg te geven, doch het stuitte op
allerlei 'bezwaren. Hij drong ook op spoedige
behandeling aan. Minister Pop zag in, dat
als in het burgerlijk ontwerp nog wijzigingen
zouden worden aangebracht, die ook in het
militair ontwerp 'dienden te wordén opgeno
men. Minister Pop tilde daar niet zoo zwaar
aan; hij kon die wijzigingen dan nog wel foij
aanvullingsnota aanbrengen.
Het militaire wetsontwerp werd den 12den
Mei ingediend; andere wetten (werden er eoh
ter voortdurend tusschenin geschoven. In-
tussohen werd' er absoluut niets gedaan om
de kleine pensioenen verhoogd te krijgen en
dat was wel een grievende teleurstelling voor
al die kleine pensioentrekkers.
Nu was aller oog gevestigd op den 7den
September. Toen wy dit het minst vermoed
den, kwamen deze 'brieven van de belde Mi
nisters den 80sten Augustus (bij den Voor
zitter der Tweede Kamer. Wat wy zoo lang
gehoopt haddén, werd' thans met één slag
den bodem ingeslagen.
•De Minister zegt, dat deze afvoering voor
looplg is, doch de Kamer heeft na behande
ling van zooveel ernstige ontwerpen geen
tyd meer voor de pensioenwetten. En intus
sohen wordt niets 'gedaan, om die ellendige
kleine pensioenen te verhoogen.
De Minister van Financiën is er mee be
gonnen, Minister Van Dyk ls hem gevolgd
Ook hy vraagt heel kalmpjes om afvoering
van de agenda. Hy vaart nu ln één schuitje
met den nieuwen Minister van Financiën.
Nu mag Minister De Geer de hoop uit-
spreken, dat het slechts een voorfoopige af
voering van de agenda .betreft; wy zyn reeds
zoo dilkwyis teleurgesteld, dat wy hieromtrent
niet veel hoep kunnen koesteren.
De strekking van de artikelen zullen wy
thans niet behandelen; de tyd voor het aan
brengen van de hoognoodige verbeteringen
is voorby. Daar hebben wy te zyner tyd aan
gewerkt. Op het oogenblik zijn wy byeenge-
komen om uiting te geven aan onze groote
teleurstelling en te beproeven om te redden,
wat nog te redden is. Zelden zal er een ver
gadering geweest zyn, die zoö eenstemmig
dacht als deze -byeenkomst.
Nu ikunnen wy wel vragen «m die wetten
nog vóór de Begrootingen te behandelen,
doch dat is ons doel niet.
Als de Minister weet, dat wy genoegen
zouden nemen met een zoogenaamde „voer
ioopige" afvoering, dan gingen zy getroost
hun gang. Voorioopig hebben de besturen
dus vastgehouden aan den datum van 7 Sep
tember. Uit verschillende plaatsen moet de
Kamer te weten komen, dat wy geen genoe
gen nemen met uitstel. ÏDe bedoeling is om de
Kamer tot het inzicht te brengen,' dat wy de
behandeling wemschen vóór het sluiten van
de zitting. Wanneer nu de Tweede Kamer het
voorstel in behandeling neemt om de wets
ontwerpen voorioopig af te voeren, dan ho
pen wy, dat de verschillend© leden de Re
geering aan het verstand brengen, dat zy dat
uitstel niet zullen gedoogen.
Of wy er veel hoop op hebben? Eigenlijk
niet. Er zal wel een meerderheid gevonden
worden in de Kamer, die op het voorstel dér
Regeering zal ingaan. Wy moeten de Tweede
Kamer echter doen weten, dat zoo een aanslag
op onze gerechtvaardigde verwachtingen door
ons met protest wordt begroet.
Moet het dan onverhoopt worden uitge
steld, dan verwachten wy, dat althans een
tydstip wordt bepaald voor de behandeling,
opdat van uitstel geen afstel komt.
Wy zyn eigenlijk over dit onderwerp spoe
dig uitgepraat, wyi allen het over deze zaak
hartroerend eens kunnen zyn. Wy bedoelen
alleen een pretest van al onze organisaties
en correspondentschappen tegen dezen aan
slag. (Luid applaus).
Hierop verkrijgt de heer Byboer het woord.
'Deze wil ook nog even het woord' voeren
over desa aangelegenheid. Alle gepraat over
deze zaak is uit den 'hooze. Ieder weet hoe
slecht de pensioenen op het oogenblik zyn.
Tijdens de mobilisatie, in 1915, zyn de mili
taire pensioenen met 40 peroent verhoogd.
Wanneer zulke hoeren ons moeten regee-
ren, dan weten wy. waar wy aan toe zyn.
Jarenlang hebben wy voor onze belangen ge
vochten; de Regeering haalt een streep door
al onze verwachtingen wanneer wy niet door
gezamenlijke actie het zoo brengen, dat wy
kunnen zeggen:
Hoeren, zoo gaat het niet langer I Wy
eischen van U, dat U ons recht laat geschie
den. Generaal Bosboom zeide: Laat ons de
standpensioenen verhoogen. Ze zyn dan heel
zoet. 40.zullen wy ze er by geven. Dan
willen ze wel voor f 7.achter de broodkar
loopen. Een oud-onderofficier heeft daar nog
pas een ingezonden stuk over geschreven.
Zoo behandelt men ons, omdat wy ons jaren
lang door de mooie praatjes om den tuin heb
ben laten leiden.
En wanneer de nieuwe pensioenwetten er
zijn, dan hebben wy ook nog niet alles ver
kregen, waarop wy recht hebben. Wanneer
er door iemand tegen de krygstucht wordt
opgetreden, kan hy zonder pensioen aan den
dyk worden gezet. Daartegen moet ge waak
zaam zyn.
Wy zyn overal opgetreden om ons goed
recht te bepleiten. Wy hebben toezegging op
toezegging gekregen, dat er met onze belan
gen rekening zou worden gehouden. Wanneer
wy niet oppassen, worden die pensioenen,
die ons in uitzicht zyn gesteld, nog verlaagd.
Wanneer die zoogenaamd voorioopig worden
afgevoerd, worden ze misschien nog wel ver
minderd'. Er is my een geval békend van
een gepensionneerd onderofficier op 750.
Daarvan moet hy man, vrouw en 2 kinderen
onderhouden. De man zelf kan byna niet
loopen, zyn vrouw is rheumatisch. Daarvoor
hebben we een bedellyst moeten laten rond
gaan om in het allernoodza'kelykste te voor
zien.
Wy hebben nog veel meer gevraagd aan
den Minister. Wy hébben gevraagd om een
voorschot op het verhoogde pensioen voor
die armoeiyders. Neen, was het antwoord van
den Minister. Daar kon niets van komen.
Nog een ander geval is my bekend van een
onderofficier met f 1018 pensioen. Daarvan
moet hy 3 .kinderen onderhouden. Ik behoef
niet te zeggen hoe groot de armoede is, die
in dat gezin wordt geleden. Ook daar hebben
we weer met een 'bedellyst moeten loopen,,
want steeds grooter armoe en steeds verder
afzakken is daarvan het noodlottig gevolg.
Dat is de schuld van de Regeering en dat
wordt er niet beter op, nu er uitstel ih het
zicht is. Door de a.s. Grondwetsherziening
komen de heeren niet aan de pensioenwetten
toe. Daarom druk ik U ernstig op het hart,
om desnoods door openbare demonstraties te
verkrijgen, dat de ontwerpen op 7 September
in behandeling zullen komen. (Applaus).
Hierop kry'gt de heer Verschuur het woord.
Deze zegt:
Dat ik hier het woord- vraag, is om iets te
zeggen aan het Marine-personeel. Men hoort
van hen nog zoo vaak: Wat kan my het sche
len; nog 10 jaar, dan ben ik er pas aan toe.
Dat. is -een verkeerde redeneering. Het H.B.
is en 'blijft wakker. Menschen, die in het jaar
1918 reeds zaten uit te kyfcen, hebben niets
ontvangen; '19 kwam en het jaar '20 kwam;
nog niets. Nu hébben we '21, nog niets.
Straks staat '22 voor de deur; ik vind, dat het
eind er van zoek is. Het georganiseerd Ma-
rine-personeej moet de actie verscherpen:
Wy zyn geen stukken modder. Menschen
met een tractement van 60 krijgen 16
pensioen. Dat is geen toestand. Wij moeten
die ouderen steunen in hun actie. Wij moeten
zorgen, dat ook voor ons in de toekomst een
behoorlijk pensioen is weggelegd..
In October komen we voor de Grondwets
herziening te staan; dan komen we voor
Kamerontbinding. Dan komt den 8den Dins
dag ln September '22 de nieuwe Kamer bijeen,
als we heelemaal geen tegenleggers hebben.
'De Regeering is ook niet gek; die wil pro-
fiteeren van den -loondruk, die in den lande
gaande ls. Dan ls er geen sprake meer van
dat wy gepensionneerd worden naar ons
laatste tractement.
De heer Bosman vraagt thans, waarom al
leen het mindere personeel hier protesteert;
de officieren hebben hier toch ook belang by.
De beer Baak antwoordt, dat de heeren
officieren blykbaar de meening zyn toege
daan, dat, als de kleintjes door hun actie iets
gedaan krijgen, de groeten daar van zelf ook
van zullen profiteeren.
De heer Baak, vervolgende, zegt, dat de
heer Prins gesproken heeft van de revue:
„Lach er maar om", doch uit het gesprokene
van de heeren Byboer en Verschuur blyfctf,
dat hier wel degeiyk gesproken mag worden
van „Huil er maar om", wy zullen U ln onze
actie wellicht nog 'meermalen noodi'g hebben.
Thans zyn wy tot ons doel gekomen. Wyi er
onder de aanwezigen wel geen verschil van
meening zal bestaan over het doel, waarvoor
deze vergadering is belegd, zou ik een motie
aan de vergadering willen voorleggen, die,
wanneer ze aangenomen wordt, morgenoch
tend -telegrafisch aan de Tweede Kamer zal
worden bekend gemaakt. Wy zullen deze
motie in de zaal laten uitreiken en ik zal ze
voorlezen. Deze motie luidt:
Motie.
Het burgerlyk overheidspersoneel en de
(militairen van Land- en Zeemacht, op 6
September 1921 te Helder in openbare ver
gadering (bijeen;
overwegende, dat spoedige verbetering
van de pensioenwetgeving een dringende
eisch is;
overwegende, dat eerst na zeer langdurige
voorbereiding de betrekkelijke wetsont
werpen by de Tweede Kamer der Staten-
Generaal aanhangig zyn gemaakt:
overwegende, dat de ontwerpen op de
agenda der Tweede Kamer een plaats ge
vonden hebben en de Kamer in hoofdzaak
voor de afhandeling der burgeriyke en mili
taire pensioenwetten den 7en Sept. aJs. zal
by'eenkomen;
kennis genomen hebbende van de brieven
van de Ministers van Financiën en van Oor
log van 26 en 30 Aug. 1921, gericht aan den
Voorzitter der Tweede Kamer en bevatten
de het verzoek om de ontwerpen der pen
sioenwetten van de agenda der Kamer voor
7 Sept. as. af te voeren;
overwegende, dat de vrees dat uitstel
van behandeling met het oog op de Staats
begroting 1922 en van andere omvangryke
wetsontwerpen, beteekenen zal uitstel voor
zeer langen tyd, dat de belangen van zeer
velen daardoor ernstig worden geschaad,
groote onrust en misnoegdheid in de krin
gen van ambtenaren en militairen daarvan
het gevolg zullen zyn;
protesteert krachtig tegen het pogen om
de behandeling van de ontwerp-pensioen-
wetten wederom en wel voor onlbepaalden
tyd te verdagen;
.besluit de Volksvertegenwoordiging met
den meesten aandrang te verzoeken het
voorstel om de pensioenwetten van de
agenda der Tweede Kamer voor 7 Sept. a.s.
af te voeren, te verwerpen en er by de
Regeering op aan te dringen de zeer spoe
dige behandeling van de genoemde wetten
te bevorderen.
Discussie.
Over deze motie wordt thans van gedachten
gewisseld.
•De heer Verhoef komt op voor de belangen
van de leden van de Vereeniging „Pensioen-
belang". Verschillende leden dezer vereeni
ging zyn met deze actie niet gehaat. Hy kan
zjch dan ook niet namens de geheele vereeni
ging voor deze motie verklaren. Wel vindt
hy persoonlyk de motie heel goed, misschien
over het geheel nog niet krachtig genoeg,
dooh als hy zich voor deze motie verklaart,
dan is dat persoonlyk, echter niet namens de
Vereeniging, die hy vertegenwoordigt, want
deze vereeniging heeft geen gelegenheid ge
had zich hierover uit te spreken.
(De heer Blom wenschte den laatsten regel
van de motie wat scherper geredigeerd. Wy
moeten niet spreken van verzoeken, maar
van eischen.
De heer Bruul spreekt in gelyken geest als
de heer Verhoef, nJ. ook hy komt op voor de
belangen van de leden van „Pensioenbelang",
die met deze actie niet gebaat zyn.
iDe heer Van Stralen vindt de motie ook
niet scherp genoeg. Hy wenschte de actie
een meer demonstratief karakter te geven.
De heer Heyboer sluit zich aan by de spre
kers, die de motie te zacht vinden. Zy moest
meer een wanhoopskreet zyn. Vooral voor
hen, die tusschen de jaren '18 en '20 zyn ge
pensionneerd, is deze -teleurstelling ontzet
tend. Hy wenschte de Regeering scherper in
gebreke te zien gesteld. Het is geen kinder
werk; wy mogen nu eindelyk mannenwerk
van de Regeering verwachten.
De heer Veenstra vraagt, wat er gedaan
wordt, indien de Regeering deze motie naast
zich neerlegt.
De heer Verstegen (uit Haarlem) wy&t er
op, dat de Minister zich wel heeft uitgespro
ken ten gunste van het premlevrij pensioen,
doch dat hy zich niet wilde uitlaten over de
mogeiyke verlaging van de 50 en 70 procent.
Spreker wil nog iets aan de motie zien toe
gevoegd.
De heer Heyblok spreekt namens de mo
derne organisatie van ambtenaren. Hy wraakt
het, dat er geen gelegenheid is geweest, om
zich hierover als organisatie uit te spreken.
Hy kan dan ook niet als organisatie, wel
persoonlyk zyn stem aan de motie geven.
De heer Baak en hierna de heer Prins be
antwoorden de sprekers. Zy wyzen er op, dat
de tyd heeft ontbroken, om -de organisaties
hierover te hooren. Ootk stellen zy in het licht,
dat er hier geen byzondere, doch algemeene
belangen moeten worden behartigd. Dat de
motie te zacht zou zyn, kan niet worden toe
gegeven. Wat het demonstratieve karakter
der actie aangaat, wy weten nog niet, waartoe
do Vergadering in Den Haag -besluit. De
Besturen zullen al het mogelijke in het werk
stellen, -om de actie tot een goed einde te
brengen. De Kamerleden zullen niet met rust
worden gelaten; men zal in Den Haag ge
noegzaam van onze gevoelens op de hoogte
worden gebracht. Er zyn onder die leden, die
met geen hefboomen ln beweging zyn te
brengen. Echter zal door ons niet gerust wor
den. wy moeten echter ln de lijn biyven.
Naiar aanleiding van deze laatste woorden
vraagt de heer Snor nog, of de Tweede Ka
mer ten opzichte van het personeel altyd ln
de iyn ls gebleven. En als ze dan met geen
hefboom in beweging zyn te brengen, of er
dan geen andere middelen daartoe kunnen
worden aangewend.
De heer Reus spreekt zyn voldoening uit
over deze actie en zegt de besturen daarvoor
dank. Hij drukt de aanwezigen op het hart,
goed toe te zien, wie van de Kamerleden voor
het voorstel van de Regeering stemmen, om
daarmee by voorkomende gelegenheden reke
ning te houden.
Hierop wordt de motie met algemeene stem
men 'behoudens dan de restrictie van de
vertegenwoordigers van de Vereeniging
„Pensioenbelang" aangenomen.
Nadat de heer Baak nog kennis heeft ge
geven van een paar ingekomen brieven van
deni Chr. Bond van Arbeiders in Publieke
Werken en van de Afd. St. Paulus van Ned.
R.-K. Overheidspersoneel, (berichtende, dat
zy zelfstandig actie voeren in deze zaak, als
mede van den Alg. Bond van Polltie-ambte-
naren, behelzende, dat zy ten zeerste sym-
pathiseeren met deze actie, sluit de Voorzit
ter met een opwekking om niet te versagen,
deze goed geslaagde vergadering.
Revue-gezelschap Henrt ter Hall.
Elk jaar komt het revue-gezelschap Henri
ter Hall eenige avonden zyn voorstelling
geven, en steeds trekt dit een dankbaar pu
bliek. Was het nu wonder, dat in het ver
bouwde en aanzieniyk vergrootte Casino-ge
bouw ditmaal weder een, zeer groote menig
te was opgekomen om de nieuwe revue
„Lach er maar om!" te zien?
Wij hebben reeds over het vernieuwde
„Casino" geschreven. De verbouwing is nog
niet -gereed, en slechts de komst van den heer
Ter Hall was oorzaak, dat men voorioopig de
zaal in gebruik nam. Wij komen dus later
nog wel op de verbouwing terug, wanneer
de officieele opening van de zaal plaats
beeft. Wel kunnen wy zeggen, dat de directie
,van het revue-gezelschap al haar volledig
requisiten-materiaal heeft meegebracht,
waardoor de opvoering geheel ln grand style
ykon geschieden en in niets afwijkt van die in
de plaatsen met groote tooneelzalen. Een 80-
tal verschillende doeken,, door het gezel
schap meegebracht, hangen in de hemelhoog©
verwulften van het tooneel en worden met
touw- en katrolwerk (op het oogenblik óók
nog door voorloopige Installaties) op en
neer gelaten, zy vormen fraaie, smaakvolle
achtergronden, waarop de figuurtjes d#
verschillende dames ln haar schilderachtige
oostumes, prachtig uitkomen. Dit, gevoegd
hy de tallooze, vaak verrassende lichteffecten,
maakt deze revue tot een lust voor de oogen.
Het is bekend, dat de heer Ter Hall zeer
veel werk maakt van de decors en de eostu-
meering zyner vrouwelijke rrtisten; wy zijn
er zeker van, dat het vrouwelyk deel zynen
bezoekers vakkundig als ze zyn op dit ge
bied! de overstelpende pracht der oos-
tuums en het feillooze van den snit, de kleu
renweelde, de keuze der stof en wat dies
meer zy, met oprechte bewondering zal
hebben aanschouwd of nog zal aanschouwen.
Het ware wel interessant van een vrouw
daarover eens een zaakkundige beoordeeing
te lezen. Want vrouwen bezien die dingen
uiterst critisch en scherp.
Hoe het zy, ons leekenoordeel was: hei la
verbysterend Welk een uitgezochte ver
scheidenheid van costuums die alle een of
ander begrip symboliseeren. En hoe prach
tig is alles in styl gehouden! Neem bijvoor
beeld we doen maar een greep de ver-
rukkelyk schoone toiletjes uit den „ouden"
tyd: hoe geestig waren daarop de gezelschaps
spelen, die ze symboliseerden, aangebracht!
Kyk eens naar die fleurige, wondere Indische
oostumes. Er is hier veel fantasie by, maar
hoe smaakvol is die fantasie! Zie eens in
het eerst© bedrijf de Harlekinade met zyn
bonte wemeling van costuums! En meen niet
dat het geen heusch satyn of zyde of hoe
al die stoffen heeten mogen, is. O neen, daar
houdt mevrouw Ter Hall (we weten allemaal
wel dat zy de ontwerpster ervan is) niet van.
Neen, t is allemaal solied werk, en mag
critisoh bezien worden.
Kortom, de aankleeding van de revue
is boven onzen log verheven, en vormt, met
de aardige muziek wel de grootste aantrek-
kelykbeid ervan. Want de revues zelve
Ter Hall spot er ditmaal zelf mee, waar hy
zyn commère laat zingen, dat de krant on
voldaan schrijft: „Steeds 't zelfde menu"
bieden weinig variatie. Deze revue wykt in
zooverre gunstig van de andere af, dat zij
inderdaad een soort intrigue bezit; het is
n.1. een variatie op de Faust-1 ogende. De
koning der duisternis, Mephisto, trekt er nu
niet zelf op uit,, hy heeft van die ééne
maal met dr. Fa-ust genoeg! maar stuurt
,zyn dochter Mefista. Van haar bevindingen
op de bovenwereld geven drie bedrijven vol
afwisseling een idee. Geestig ls daarby aan
gebracht de uitvinding van den Oostenrijker
dr. Steinach om oudere menschen weer jong
te maken. Het middel, toegepast op de twee
onverbeterlyke komieken Buziau en Nieuwen-
huyzen' Jr. die ditmaal onder eigen naam
ten tooneele worden gebracht, verricht won
deren. Maar ten opzichte van laatstgenoem
den blykt het niet afdoende: geleideiyk ver
andert hy weer, en in -het derde bedrijf ia
Siem Nleuwenhuijzen rechts een man van 78
of 80 en links nog een jonge man. Het is
maar goed dat het spel dan gauw uit is, an
ders zouden we het heeie proces meemaken
en Siem's wanhoop was niet om aan te zien.
(De bedrijven bieden, als steeds, aardig be
dachte tooneelen en apotheosen; onder de
grappige behooren de verjongingskuur by
prof. Steinach, de huizen-zoekerij van Siem
-en Sam, en voo-ral de biljartscène. Van de
door oostumeerinig en apotheose uitmunten
de scènes zyn uiteraard de slot-apotheosen
aan 't einde van elk bedrijf de fraaiste. Het
slot-ensemble beeldt de terugkomst van
Mefista, die per draadloo'ze telephoon terug
geroepen is, en die met pracht en praal door
den vorst der onderwereld ontvangen wordt.
Om half twaalf gingen de vele bezoekers
voldaan naar huls.
(Door een verzuim waren Donderdag bijna
alle nleuiwe abonnementen of schoolkaarten
niet aan de betrokken stations gearriveerd,
meldt de „Avondp/', zoodat de 'aanvragers
moesten bybetalen.
Het aantal wanboffera liep ln de duizen
den.
Auto-ongeluk.
Een agent van politie trof Zaterdagavond
aan de Witte Brug te 's-Gravenbage een auto
aan en daarnaast, op den grond liggende^
bewusteloos een vrouw. De bestuurder van
de auto vertelde dat hy bedoelde vrouw had
aangereden, komende van den Raamweg, en
dat, doordien de vrouw plotseling terugliep,
de aanrijding onvermydeiyk was. De vrouw
is per auto van den Gementeiyken Genees
kundigen Dienst overgebracht naar het
hoofdhui eau van politie, waar bleek dat zij
was overleden'. Een onderzoek wordt inge
steld. De chauffeur ls in bewaring gesteld.
Het ïyk van de vrouw is herkend als dat van
een 44-jarig kamermeisje ia het hotel Witbs
Brug.
Een1 schipper, die met zyn vaartuig ht de
Lynhaansgracht lag, -kreeg van een! teekenaar
een geheelen inboedel in bewaring. De in
boedel, die volgens de eigenaars een waarde
van 10 14000 vertegenwoordigde, wend
gedeelteiyk ln het vaartuig en gedeeltelik
in een kelder aan den overkant opgeborgen.
De teekenaar moest daarvoor aan den schip
per 7.50 betalen. Een tijdlang werd de huur
betaald, maar toen 'hield de betaling op en
welke moeite de schipper zioh ook gaf, hij
kon het adres van den teekenaar niet te we
ten komen. De schipper kon intuaschea met
zyn vaartuig, dat vol meubelen zat, niets
verdienen. En hij ls toen met zyn huishoud
ster overgegaan omi ln een tijdsverloop va»
een jaar successievelyk den geheelen! inboe
del te beleenen en te verkoopen.
Wegens deze verduistering stond de 69-
jarige schipper en de 52-jarige huishoudster
voor de "Vijfde Kamer der Rechtbank terecht.
Het bleek, dat de teekenaar met betaling was
opgehouden, omdat zy'n financieele omstan
digheden hem zulks niet veroorloofden; het
'bleek echter ook, dat hij de huur niet afbe
taalde, niettegenstaande hy later een erfe
nis had gekregen. Een getuige décharge
verklaarde, dat de teekenaar hem verzekerd
had, dat de inboedel, die hij by den schip
per opgeborgen had, waardelooze rommel
iraa.
Het O. M-, tnï. iervatius, eischïs ïegra
den schlper drie maanden en tegen de huis
houdster twee maanden gevangenisstraf.
Mr. Heidema, die de beklaagden verde
digde, betoogde, dat deze menschen niet zou
den hebben terechtgestaan als de teekenaar
niet zoo verregaand nalatig was geweest ten
opzichte van den schipper. Hjj vroeg
voorwaardelijks veroordeeling.