IELDERSCHE COURANT Tweede Blad. T VAN DINSDAS 6 SEPTEMBER 1921. Dansinstituut B. H. Polak. Leger des Holle. Openbare Leeszaal en Bibliotheek. Protestvergadering van het personeel ln Overheidsdienst Wy moeten zorgen, dat die aanslag ge pareerd wordt. Ik vind, dat wy nog dezelfde tactiek van vroeger moeten toepassen. Wy zijn niet de prullen, waarvoor men ons aan ziet. Ik noodlg de heeren uit diezelfde actie van vroeger voort te zetten. (Luid applaus). GEMENGD NIEUWS. Een spoorkaarten-wanbof. Verduistering ram eau Inboedel PLAATSELIJK NIEUWS. Den Ben September slaagde te 's-Gra- venihage voor de Hoofdakte, onze vroegere plaatsgenoot de heer S. van Amersfoort Sz. Da heer W. Klerk alhier, slaagde te Amsterdam voor het hoofdakte-examen. [Het (welbekende dansinstituut aan de Dijksrtraat bestaat in den .tegenwoordigen vorm in dit seizoen 20 jaar. De familie Polak heeft van oudsher een goede reputa tie als dansonderwyzers, bijkans een eeuw wordt door haar onderricht in deze kunst gegeven; gedurende het bestaan van het Kon. Inst. der Marine o.a. is steeds door een lid dezer familie het dansleeraarsohap waar genomen. Een breede schare van leerlingen en oud-leerlingen met de respectieve ouders heeft steeds weer het onderwijs van de fa milie Polak getoond1 te waardeeren. De goede principes omtrent dansonderwys zijn bij traditie van de vroegere geslachten over genomen, en steeds zorgde de firma met haar tijd mede te gaan door de conferen ties hij te wonen van de meest bekwame dan^leeraren in binnen- en buitenland. Vele ouders, waaronder paedagogen, gaven steeds hun volle tevredenheid te kennen over bet onderwijs der firma Polak; om een goed oordeel hierover te kunnen vellen, moet men het onderwijs persoonlijk bijwo nen en dein dansonderwijzer gedurende zijn lessen observeeren. Twintig jaar ia nog geen tijdperk dat aan leiding geeft tot een jubilé. Maar toch is het wel de [moeite waard melding van dit feit «0 maken. Hetgeen wij bij deze doen. A.a. Zondag zullen de samenkomsten' In het Leger des Hoils, alhier, geüeid worden door lult-kolonel J. G. Brouwer, den chef secreta ris van het Leger des Hella in Ohina. De kolonel, die ruim 80 jaar officier la van het Leger des Hella, was ln 1894 de Plonler^offl- cier van. het prachtige werk van het Leger ln Nederl. Indië, en is momenteel de tweede officier ln bevel van het Leger ln China. De samenkomsten, die de kolonel hoopt te leiden, vangen aan 'a morgens om, tien uur en avonds half acht. De leeszaal werd in de maand Augustus bezocht door 1087 mannen en 188 vrouwen^ totaal 1225 personen. Uitgeleend werden 882 studieboeken, 1661 romans en 1858 kinder boeken, totaal 8401 banden. De navolgende werken werden aange schaft: Aves: De praotische vogelvriend. Beekman: De hoenderwereld. Canfleld Fl- sbher: Moeders en kinderen. Ooppius: Planten en wieden in het kinderhart. Huizenga: Een en ander over voeding, de Jong: De magie bij de Grieken en de Ro meinen. Kuiper: Ademhalingsgymnastiek. Kwast: Beknopt leerboek der handels- aardrijkskunde. Laszwltz: Auf zwei Pla neten. Ligthart-Llon Oachet: Door „Erets- Israël." v. Overeem: Leerboek van het handelsrekenen, 4 dim.; Tafels voor samenr gestelden interest en annuïteiten. Peder- sen Bjergaard: Praotische hoenderteelt. Roels en v. d. Spek: Psychologisch onder zoek op de school. Schmldt: Het mensche- lijk lichaam. Suyver-Lnadré: Behandel ling der wasch. Thijssa fin Tepe: Hat in tieme leven der vogels- Gisterenavond belegden de Oentrale van Vereenigingen van Personeel in 's Rijks dienst, biet Comité van Neutraal Overheids personeel en het Comité tot behartiging van d'e algemeene belangen van Marine-Personeel (Oaimbo) gezamenlijk een protestvergadering in het gebouw voor Evangelisatie, Palmstraat. Aanleiding tot deze vergadering was bet schrijven van den Minister van Financiën aan de Tweede Kamer, houdende een verzoek om de ontwerpen van wet, regelende de pen sioenen van Burgerlijke en Militaire ambte naren van de agenda af te voeren, wijl de Minister voornemens is technische verande ringen in deze wetsontwerpen aan te brengen. Aangezien het gevaar niet denkbeeldig is, dat hierdoor van behandeling van deze zoo uiterst belangrijke wetsontwerpen niets .terecht zou komen,hadden de besturen van bovenge noemde vereenigingen de leden dier organi saties opgeroepen, om dat alles niet zonder verweer te laten passeeren. Men wilde het personeel Ln de gelegenheid stellen aan den vooravond van het bijeenkomen der Tweede Kamer gezamenlijk te pretesteeren tegen de reactionnaire handelwijize der Regeering. Bij den aanvang der vergadering was het gebouw met pl. m. 80Ó man tot den nok .bezet. De vergadering wordt geopend door den heer Baak, die den talrijk opgefcomenen een hartelijk welkom toeroept. Hij zegt, dat uit de opkomst wel blijkt, dat het punt dé volle aandacht verdient. Hij brengt een woerd van dank voor die groote 'belangstelling, die niet hoeft te verwonderen .trouwens, omdat het vraagstuk van zoo groot belang is. Ieder heeft er op gewacht, dat deze zaak aan de orde zou komen. Door de verandering van Minis ter. is er echter ook verandering van inzicht gekomen. De beidé nieuwe Ministers, de hoe ren De Geer en Van Dijk, hebben nieuwe inzichten over deze zaak. Vrijdag waren de organisaties per telegram naar Den Haag ge roepen; een 70.000 man was daar vertegen woordigd. De conclusie, waartoe men kwam, was, om alle organisaties 'hiertegen in het geweer te roepen. „Cambo" en „Ons Belang" waren dan ooik in Den Haag vertegenwoor digd. De tijd was te kort om alle vereenigin gen hierover vooraf te doen vergaderen. Een 20-tal organisaties hier ter plaatse zijn aan geschreven om deze vergadering bij te wonen. Er moet een daad geschieden. Er moet ook uit de Noordpunt van Noord-Holland een protest gehoord worden, maar daarnaast zal uit alle oorden van het land het regenen van moties tegen deze daad van de Regeering en zal het der Regeering gezegd moeten worden, dat het'dit jaar zal moeten gebeuren. Er is ook een audiëntie gehouden. De Minister was optimistisch gestemd, en meende, dat de zaak nog wel voor November aan de orde kon komen, doch wij hebben wel eens ondervon den, dat men niet altijd zegt wat men meent. Want als de Begrootingen aan de orde ge steld worden en daarna wellicht de Grond wetswijziging, dan komen de Pensioenwetten in het gedrang. Dit uitstel vreezen wij dat tot afstel zal voeren. Heden zullen we niet praten over de tech- nisohe aangelegenheden van de wetsontwer pen, doch de bedoeling is om een motie te stellen, die aan de Vergadering der Tweede Kamer zal worden opgezonden. Thans geef ik het woord aan den heer Prins. (Luid applaus). De heer Prins zegt hierop o. a.: Wanneer ik zoo om mij heen zie, en al die militairen en burgers zoo broederlijk bijeen zie, moet ik allereerst een woord van dank uitbrengen voor de groote opkomst. Wij heb ben rekening gehouden met de groote be langstelling en de grootste zaal gehuurd, die op het oogenblik te verkrijgen was. In „Ca sino" wordt op het oogenblik opgevoerd „Lach er tnaar om". Wij zullen opvoeren: Huil er maar om. Want de heer Baak heeft het 'zoo juist gezegd: het is een hopeleoze toekomst. Wij hebben Vrijdagavond over deze zaak reedé in Den Haag vergaderd. Dat wij zoo broederlijk samen kunnen gaan, komt hierdoor, wijl ons aller belangen door dit uit stel in het gedrang komen. Het militaire per soneel is er echter nog slechter aan toe dan het burgerlyike personeel. De wetten brengen wat verbetering aan allen.... dioch de mili tairen, die er het slechtst aan toe zijn, worden door dit uitstel het meest gedupeerd. Uitstel van behandeling is voor ieder een teleurstel ling, doch voor het militaire personeel het grootst. Met de burgers houdt het pensioen verband met de verhoogde loonen; bij de mili tairen' is het verschil -tusschen het laatst ge noten tractement en het pensioen veel te groot. Voor een matroos is het pensioen slechts 20 percent van het tractement; voor onderofficieren no'g geen 25 percent. Dat uitstel is dus voor allen een ramp, doch voer de (militairen nog de grootste. Die samenkoppeling van de pensioenen voor militair en burgerlijk personeel heeft niet altijd bestaan. Verschillende Commissies zijn hiervoor werkzaam geweest, die heel weinig voeling met elkaar hebben gehad. Het militaire wetsontwerp was het eerst aan de Kamer ingediend1. Toen het Voorlooplg Verslag over dit wets ontwerp verscheen, werd daarin de wensche- iijkheid betoogd, dat die wetten gelijktijdig in behandeling zouden worden genomen. De Kamer knoopte een restrictie daaraan vast, n.l. deze, dat de stand'pensioenen verhoogd zouden' worden. Minister Pop heeft beproefd daaraan gevolg te geven, doch het stuitte op allerlei 'bezwaren. Hij drong ook op spoedige behandeling aan. Minister Pop zag in, dat als in het burgerlijk ontwerp nog wijzigingen zouden worden aangebracht, die ook in het militair ontwerp 'dienden te wordén opgeno men. Minister Pop tilde daar niet zoo zwaar aan; hij kon die wijzigingen dan nog wel foij aanvullingsnota aanbrengen. Het militaire wetsontwerp werd den 12den Mei ingediend; andere wetten (werden er eoh ter voortdurend tusschenin geschoven. In- tussohen werd' er absoluut niets gedaan om de kleine pensioenen verhoogd te krijgen en dat was wel een grievende teleurstelling voor al die kleine pensioentrekkers. Nu was aller oog gevestigd op den 7den September. Toen wy dit het minst vermoed den, kwamen deze 'brieven van de belde Mi nisters den 80sten Augustus (bij den Voor zitter der Tweede Kamer. Wat wy zoo lang gehoopt haddén, werd' thans met één slag den bodem ingeslagen. •De Minister zegt, dat deze afvoering voor looplg is, doch de Kamer heeft na behande ling van zooveel ernstige ontwerpen geen tyd meer voor de pensioenwetten. En intus sohen wordt niets 'gedaan, om die ellendige kleine pensioenen te verhoogen. De Minister van Financiën is er mee be gonnen, Minister Van Dyk ls hem gevolgd Ook hy vraagt heel kalmpjes om afvoering van de agenda. Hy vaart nu ln één schuitje met den nieuwen Minister van Financiën. Nu mag Minister De Geer de hoop uit- spreken, dat het slechts een voorfoopige af voering van de agenda .betreft; wy zyn reeds zoo dilkwyis teleurgesteld, dat wy hieromtrent niet veel hoep kunnen koesteren. De strekking van de artikelen zullen wy thans niet behandelen; de tyd voor het aan brengen van de hoognoodige verbeteringen is voorby. Daar hebben wy te zyner tyd aan gewerkt. Op het oogenblik zijn wy byeenge- komen om uiting te geven aan onze groote teleurstelling en te beproeven om te redden, wat nog te redden is. Zelden zal er een ver gadering geweest zyn, die zoö eenstemmig dacht als deze -byeenkomst. Nu ikunnen wy wel vragen «m die wetten nog vóór de Begrootingen te behandelen, doch dat is ons doel niet. Als de Minister weet, dat wy genoegen zouden nemen met een zoogenaamde „voer ioopige" afvoering, dan gingen zy getroost hun gang. Voorioopig hebben de besturen dus vastgehouden aan den datum van 7 Sep tember. Uit verschillende plaatsen moet de Kamer te weten komen, dat wy geen genoe gen nemen met uitstel. ÏDe bedoeling is om de Kamer tot het inzicht te brengen,' dat wy de behandeling wemschen vóór het sluiten van de zitting. Wanneer nu de Tweede Kamer het voorstel in behandeling neemt om de wets ontwerpen voorioopig af te voeren, dan ho pen wy, dat de verschillend© leden de Re geering aan het verstand brengen, dat zy dat uitstel niet zullen gedoogen. Of wy er veel hoop op hebben? Eigenlijk niet. Er zal wel een meerderheid gevonden worden in de Kamer, die op het voorstel dér Regeering zal ingaan. Wy moeten de Tweede Kamer echter doen weten, dat zoo een aanslag op onze gerechtvaardigde verwachtingen door ons met protest wordt begroet. Moet het dan onverhoopt worden uitge steld, dan verwachten wy, dat althans een tydstip wordt bepaald voor de behandeling, opdat van uitstel geen afstel komt. Wy zyn eigenlijk over dit onderwerp spoe dig uitgepraat, wyi allen het over deze zaak hartroerend eens kunnen zyn. Wy bedoelen alleen een pretest van al onze organisaties en correspondentschappen tegen dezen aan slag. (Luid applaus). Hierop verkrijgt de heer Byboer het woord. 'Deze wil ook nog even het woord' voeren over desa aangelegenheid. Alle gepraat over deze zaak is uit den 'hooze. Ieder weet hoe slecht de pensioenen op het oogenblik zyn. Tijdens de mobilisatie, in 1915, zyn de mili taire pensioenen met 40 peroent verhoogd. Wanneer zulke hoeren ons moeten regee- ren, dan weten wy. waar wy aan toe zyn. Jarenlang hebben wy voor onze belangen ge vochten; de Regeering haalt een streep door al onze verwachtingen wanneer wy niet door gezamenlijke actie het zoo brengen, dat wy kunnen zeggen: Hoeren, zoo gaat het niet langer I Wy eischen van U, dat U ons recht laat geschie den. Generaal Bosboom zeide: Laat ons de standpensioenen verhoogen. Ze zyn dan heel zoet. 40.zullen wy ze er by geven. Dan willen ze wel voor f 7.achter de broodkar loopen. Een oud-onderofficier heeft daar nog pas een ingezonden stuk over geschreven. Zoo behandelt men ons, omdat wy ons jaren lang door de mooie praatjes om den tuin heb ben laten leiden. En wanneer de nieuwe pensioenwetten er zijn, dan hebben wy ook nog niet alles ver kregen, waarop wy recht hebben. Wanneer er door iemand tegen de krygstucht wordt opgetreden, kan hy zonder pensioen aan den dyk worden gezet. Daartegen moet ge waak zaam zyn. Wy zyn overal opgetreden om ons goed recht te bepleiten. Wy hebben toezegging op toezegging gekregen, dat er met onze belan gen rekening zou worden gehouden. Wanneer wy niet oppassen, worden die pensioenen, die ons in uitzicht zyn gesteld, nog verlaagd. Wanneer die zoogenaamd voorioopig worden afgevoerd, worden ze misschien nog wel ver minderd'. Er is my een geval békend van een gepensionneerd onderofficier op 750. Daarvan moet hy man, vrouw en 2 kinderen onderhouden. De man zelf kan byna niet loopen, zyn vrouw is rheumatisch. Daarvoor hebben we een bedellyst moeten laten rond gaan om in het allernoodza'kelykste te voor zien. Wy hebben nog veel meer gevraagd aan den Minister. Wy hébben gevraagd om een voorschot op het verhoogde pensioen voor die armoeiyders. Neen, was het antwoord van den Minister. Daar kon niets van komen. Nog een ander geval is my bekend van een onderofficier met f 1018 pensioen. Daarvan moet hy 3 .kinderen onderhouden. Ik behoef niet te zeggen hoe groot de armoede is, die in dat gezin wordt geleden. Ook daar hebben we weer met een 'bedellyst moeten loopen,, want steeds grooter armoe en steeds verder afzakken is daarvan het noodlottig gevolg. Dat is de schuld van de Regeering en dat wordt er niet beter op, nu er uitstel ih het zicht is. Door de a.s. Grondwetsherziening komen de heeren niet aan de pensioenwetten toe. Daarom druk ik U ernstig op het hart, om desnoods door openbare demonstraties te verkrijgen, dat de ontwerpen op 7 September in behandeling zullen komen. (Applaus). Hierop kry'gt de heer Verschuur het woord. Deze zegt: Dat ik hier het woord- vraag, is om iets te zeggen aan het Marine-personeel. Men hoort van hen nog zoo vaak: Wat kan my het sche len; nog 10 jaar, dan ben ik er pas aan toe. Dat. is -een verkeerde redeneering. Het H.B. is en 'blijft wakker. Menschen, die in het jaar 1918 reeds zaten uit te kyfcen, hebben niets ontvangen; '19 kwam en het jaar '20 kwam; nog niets. Nu hébben we '21, nog niets. Straks staat '22 voor de deur; ik vind, dat het eind er van zoek is. Het georganiseerd Ma- rine-personeej moet de actie verscherpen: Wy zyn geen stukken modder. Menschen met een tractement van 60 krijgen 16 pensioen. Dat is geen toestand. Wij moeten die ouderen steunen in hun actie. Wij moeten zorgen, dat ook voor ons in de toekomst een behoorlijk pensioen is weggelegd.. In October komen we voor de Grondwets herziening te staan; dan komen we voor Kamerontbinding. Dan komt den 8den Dins dag ln September '22 de nieuwe Kamer bijeen, als we heelemaal geen tegenleggers hebben. 'De Regeering is ook niet gek; die wil pro- fiteeren van den -loondruk, die in den lande gaande ls. Dan ls er geen sprake meer van dat wy gepensionneerd worden naar ons laatste tractement. De heer Bosman vraagt thans, waarom al leen het mindere personeel hier protesteert; de officieren hebben hier toch ook belang by. De beer Baak antwoordt, dat de heeren officieren blykbaar de meening zyn toege daan, dat, als de kleintjes door hun actie iets gedaan krijgen, de groeten daar van zelf ook van zullen profiteeren. De heer Baak, vervolgende, zegt, dat de heer Prins gesproken heeft van de revue: „Lach er maar om", doch uit het gesprokene van de heeren Byboer en Verschuur blyfctf, dat hier wel degeiyk gesproken mag worden van „Huil er maar om", wy zullen U ln onze actie wellicht nog 'meermalen noodi'g hebben. Thans zyn wy tot ons doel gekomen. Wyi er onder de aanwezigen wel geen verschil van meening zal bestaan over het doel, waarvoor deze vergadering is belegd, zou ik een motie aan de vergadering willen voorleggen, die, wanneer ze aangenomen wordt, morgenoch tend -telegrafisch aan de Tweede Kamer zal worden bekend gemaakt. Wy zullen deze motie in de zaal laten uitreiken en ik zal ze voorlezen. Deze motie luidt: Motie. Het burgerlyk overheidspersoneel en de (militairen van Land- en Zeemacht, op 6 September 1921 te Helder in openbare ver gadering (bijeen; overwegende, dat spoedige verbetering van de pensioenwetgeving een dringende eisch is; overwegende, dat eerst na zeer langdurige voorbereiding de betrekkelijke wetsont werpen by de Tweede Kamer der Staten- Generaal aanhangig zyn gemaakt: overwegende, dat de ontwerpen op de agenda der Tweede Kamer een plaats ge vonden hebben en de Kamer in hoofdzaak voor de afhandeling der burgeriyke en mili taire pensioenwetten den 7en Sept. aJs. zal by'eenkomen; kennis genomen hebbende van de brieven van de Ministers van Financiën en van Oor log van 26 en 30 Aug. 1921, gericht aan den Voorzitter der Tweede Kamer en bevatten de het verzoek om de ontwerpen der pen sioenwetten van de agenda der Kamer voor 7 Sept. as. af te voeren; overwegende, dat de vrees dat uitstel van behandeling met het oog op de Staats begroting 1922 en van andere omvangryke wetsontwerpen, beteekenen zal uitstel voor zeer langen tyd, dat de belangen van zeer velen daardoor ernstig worden geschaad, groote onrust en misnoegdheid in de krin gen van ambtenaren en militairen daarvan het gevolg zullen zyn; protesteert krachtig tegen het pogen om de behandeling van de ontwerp-pensioen- wetten wederom en wel voor onlbepaalden tyd te verdagen; .besluit de Volksvertegenwoordiging met den meesten aandrang te verzoeken het voorstel om de pensioenwetten van de agenda der Tweede Kamer voor 7 Sept. a.s. af te voeren, te verwerpen en er by de Regeering op aan te dringen de zeer spoe dige behandeling van de genoemde wetten te bevorderen. Discussie. Over deze motie wordt thans van gedachten gewisseld. •De heer Verhoef komt op voor de belangen van de leden van de Vereeniging „Pensioen- belang". Verschillende leden dezer vereeni ging zyn met deze actie niet gehaat. Hy kan zjch dan ook niet namens de geheele vereeni ging voor deze motie verklaren. Wel vindt hy persoonlyk de motie heel goed, misschien over het geheel nog niet krachtig genoeg, dooh als hy zich voor deze motie verklaart, dan is dat persoonlyk, echter niet namens de Vereeniging, die hy vertegenwoordigt, want deze vereeniging heeft geen gelegenheid ge had zich hierover uit te spreken. (De heer Blom wenschte den laatsten regel van de motie wat scherper geredigeerd. Wy moeten niet spreken van verzoeken, maar van eischen. De heer Bruul spreekt in gelyken geest als de heer Verhoef, nJ. ook hy komt op voor de belangen van de leden van „Pensioenbelang", die met deze actie niet gebaat zyn. iDe heer Van Stralen vindt de motie ook niet scherp genoeg. Hy wenschte de actie een meer demonstratief karakter te geven. De heer Heyboer sluit zich aan by de spre kers, die de motie te zacht vinden. Zy moest meer een wanhoopskreet zyn. Vooral voor hen, die tusschen de jaren '18 en '20 zyn ge pensionneerd, is deze -teleurstelling ontzet tend. Hy wenschte de Regeering scherper in gebreke te zien gesteld. Het is geen kinder werk; wy mogen nu eindelyk mannenwerk van de Regeering verwachten. De heer Veenstra vraagt, wat er gedaan wordt, indien de Regeering deze motie naast zich neerlegt. De heer Verstegen (uit Haarlem) wy&t er op, dat de Minister zich wel heeft uitgespro ken ten gunste van het premlevrij pensioen, doch dat hy zich niet wilde uitlaten over de mogeiyke verlaging van de 50 en 70 procent. Spreker wil nog iets aan de motie zien toe gevoegd. De heer Heyblok spreekt namens de mo derne organisatie van ambtenaren. Hy wraakt het, dat er geen gelegenheid is geweest, om zich hierover als organisatie uit te spreken. Hy kan dan ook niet als organisatie, wel persoonlyk zyn stem aan de motie geven. De heer Baak en hierna de heer Prins be antwoorden de sprekers. Zy wyzen er op, dat de tyd heeft ontbroken, om -de organisaties hierover te hooren. Ootk stellen zy in het licht, dat er hier geen byzondere, doch algemeene belangen moeten worden behartigd. Dat de motie te zacht zou zyn, kan niet worden toe gegeven. Wat het demonstratieve karakter der actie aangaat, wy weten nog niet, waartoe do Vergadering in Den Haag -besluit. De Besturen zullen al het mogelijke in het werk stellen, -om de actie tot een goed einde te brengen. De Kamerleden zullen niet met rust worden gelaten; men zal in Den Haag ge noegzaam van onze gevoelens op de hoogte worden gebracht. Er zyn onder die leden, die met geen hefboomen ln beweging zyn te brengen. Echter zal door ons niet gerust wor den. wy moeten echter ln de lijn biyven. Naiar aanleiding van deze laatste woorden vraagt de heer Snor nog, of de Tweede Ka mer ten opzichte van het personeel altyd ln de iyn ls gebleven. En als ze dan met geen hefboom in beweging zyn te brengen, of er dan geen andere middelen daartoe kunnen worden aangewend. De heer Reus spreekt zyn voldoening uit over deze actie en zegt de besturen daarvoor dank. Hij drukt de aanwezigen op het hart, goed toe te zien, wie van de Kamerleden voor het voorstel van de Regeering stemmen, om daarmee by voorkomende gelegenheden reke ning te houden. Hierop wordt de motie met algemeene stem men 'behoudens dan de restrictie van de vertegenwoordigers van de Vereeniging „Pensioenbelang" aangenomen. Nadat de heer Baak nog kennis heeft ge geven van een paar ingekomen brieven van deni Chr. Bond van Arbeiders in Publieke Werken en van de Afd. St. Paulus van Ned. R.-K. Overheidspersoneel, (berichtende, dat zy zelfstandig actie voeren in deze zaak, als mede van den Alg. Bond van Polltie-ambte- naren, behelzende, dat zy ten zeerste sym- pathiseeren met deze actie, sluit de Voorzit ter met een opwekking om niet te versagen, deze goed geslaagde vergadering. Revue-gezelschap Henrt ter Hall. Elk jaar komt het revue-gezelschap Henri ter Hall eenige avonden zyn voorstelling geven, en steeds trekt dit een dankbaar pu bliek. Was het nu wonder, dat in het ver bouwde en aanzieniyk vergrootte Casino-ge bouw ditmaal weder een, zeer groote menig te was opgekomen om de nieuwe revue „Lach er maar om!" te zien? Wij hebben reeds over het vernieuwde „Casino" geschreven. De verbouwing is nog niet -gereed, en slechts de komst van den heer Ter Hall was oorzaak, dat men voorioopig de zaal in gebruik nam. Wij komen dus later nog wel op de verbouwing terug, wanneer de officieele opening van de zaal plaats beeft. Wel kunnen wy zeggen, dat de directie ,van het revue-gezelschap al haar volledig requisiten-materiaal heeft meegebracht, waardoor de opvoering geheel ln grand style ykon geschieden en in niets afwijkt van die in de plaatsen met groote tooneelzalen. Een 80- tal verschillende doeken,, door het gezel schap meegebracht, hangen in de hemelhoog© verwulften van het tooneel en worden met touw- en katrolwerk (op het oogenblik óók nog door voorloopige Installaties) op en neer gelaten, zy vormen fraaie, smaakvolle achtergronden, waarop de figuurtjes d# verschillende dames ln haar schilderachtige oostumes, prachtig uitkomen. Dit, gevoegd hy de tallooze, vaak verrassende lichteffecten, maakt deze revue tot een lust voor de oogen. Het is bekend, dat de heer Ter Hall zeer veel werk maakt van de decors en de eostu- meering zyner vrouwelijke rrtisten; wy zijn er zeker van, dat het vrouwelyk deel zynen bezoekers vakkundig als ze zyn op dit ge bied! de overstelpende pracht der oos- tuums en het feillooze van den snit, de kleu renweelde, de keuze der stof en wat dies meer zy, met oprechte bewondering zal hebben aanschouwd of nog zal aanschouwen. Het ware wel interessant van een vrouw daarover eens een zaakkundige beoordeeing te lezen. Want vrouwen bezien die dingen uiterst critisch en scherp. Hoe het zy, ons leekenoordeel was: hei la verbysterend Welk een uitgezochte ver scheidenheid van costuums die alle een of ander begrip symboliseeren. En hoe prach tig is alles in styl gehouden! Neem bijvoor beeld we doen maar een greep de ver- rukkelyk schoone toiletjes uit den „ouden" tyd: hoe geestig waren daarop de gezelschaps spelen, die ze symboliseerden, aangebracht! Kyk eens naar die fleurige, wondere Indische oostumes. Er is hier veel fantasie by, maar hoe smaakvol is die fantasie! Zie eens in het eerst© bedrijf de Harlekinade met zyn bonte wemeling van costuums! En meen niet dat het geen heusch satyn of zyde of hoe al die stoffen heeten mogen, is. O neen, daar houdt mevrouw Ter Hall (we weten allemaal wel dat zy de ontwerpster ervan is) niet van. Neen, t is allemaal solied werk, en mag critisoh bezien worden. Kortom, de aankleeding van de revue is boven onzen log verheven, en vormt, met de aardige muziek wel de grootste aantrek- kelykbeid ervan. Want de revues zelve Ter Hall spot er ditmaal zelf mee, waar hy zyn commère laat zingen, dat de krant on voldaan schrijft: „Steeds 't zelfde menu" bieden weinig variatie. Deze revue wykt in zooverre gunstig van de andere af, dat zij inderdaad een soort intrigue bezit; het is n.1. een variatie op de Faust-1 ogende. De koning der duisternis, Mephisto, trekt er nu niet zelf op uit,, hy heeft van die ééne maal met dr. Fa-ust genoeg! maar stuurt ,zyn dochter Mefista. Van haar bevindingen op de bovenwereld geven drie bedrijven vol afwisseling een idee. Geestig ls daarby aan gebracht de uitvinding van den Oostenrijker dr. Steinach om oudere menschen weer jong te maken. Het middel, toegepast op de twee onverbeterlyke komieken Buziau en Nieuwen- huyzen' Jr. die ditmaal onder eigen naam ten tooneele worden gebracht, verricht won deren. Maar ten opzichte van laatstgenoem den blykt het niet afdoende: geleideiyk ver andert hy weer, en in -het derde bedrijf ia Siem Nleuwenhuijzen rechts een man van 78 of 80 en links nog een jonge man. Het is maar goed dat het spel dan gauw uit is, an ders zouden we het heeie proces meemaken en Siem's wanhoop was niet om aan te zien. (De bedrijven bieden, als steeds, aardig be dachte tooneelen en apotheosen; onder de grappige behooren de verjongingskuur by prof. Steinach, de huizen-zoekerij van Siem -en Sam, en voo-ral de biljartscène. Van de door oostumeerinig en apotheose uitmunten de scènes zyn uiteraard de slot-apotheosen aan 't einde van elk bedrijf de fraaiste. Het slot-ensemble beeldt de terugkomst van Mefista, die per draadloo'ze telephoon terug geroepen is, en die met pracht en praal door den vorst der onderwereld ontvangen wordt. Om half twaalf gingen de vele bezoekers voldaan naar huls. (Door een verzuim waren Donderdag bijna alle nleuiwe abonnementen of schoolkaarten niet aan de betrokken stations gearriveerd, meldt de „Avondp/', zoodat de 'aanvragers moesten bybetalen. Het aantal wanboffera liep ln de duizen den. Auto-ongeluk. Een agent van politie trof Zaterdagavond aan de Witte Brug te 's-Gravenbage een auto aan en daarnaast, op den grond liggende^ bewusteloos een vrouw. De bestuurder van de auto vertelde dat hy bedoelde vrouw had aangereden, komende van den Raamweg, en dat, doordien de vrouw plotseling terugliep, de aanrijding onvermydeiyk was. De vrouw is per auto van den Gementeiyken Genees kundigen Dienst overgebracht naar het hoofdhui eau van politie, waar bleek dat zij was overleden'. Een onderzoek wordt inge steld. De chauffeur ls in bewaring gesteld. Het ïyk van de vrouw is herkend als dat van een 44-jarig kamermeisje ia het hotel Witbs Brug. Een1 schipper, die met zyn vaartuig ht de Lynhaansgracht lag, -kreeg van een! teekenaar een geheelen inboedel in bewaring. De in boedel, die volgens de eigenaars een waarde van 10 14000 vertegenwoordigde, wend gedeelteiyk ln het vaartuig en gedeeltelik in een kelder aan den overkant opgeborgen. De teekenaar moest daarvoor aan den schip per 7.50 betalen. Een tijdlang werd de huur betaald, maar toen 'hield de betaling op en welke moeite de schipper zioh ook gaf, hij kon het adres van den teekenaar niet te we ten komen. De schipper kon intuaschea met zyn vaartuig, dat vol meubelen zat, niets verdienen. En hij ls toen met zyn huishoud ster overgegaan omi ln een tijdsverloop va» een jaar successievelyk den geheelen! inboe del te beleenen en te verkoopen. Wegens deze verduistering stond de 69- jarige schipper en de 52-jarige huishoudster voor de "Vijfde Kamer der Rechtbank terecht. Het bleek, dat de teekenaar met betaling was opgehouden, omdat zy'n financieele omstan digheden hem zulks niet veroorloofden; het 'bleek echter ook, dat hij de huur niet afbe taalde, niettegenstaande hy later een erfe nis had gekregen. Een getuige décharge verklaarde, dat de teekenaar hem verzekerd had, dat de inboedel, die hij by den schip per opgeborgen had, waardelooze rommel iraa. Het O. M-, tnï. iervatius, eischïs ïegra den schlper drie maanden en tegen de huis houdster twee maanden gevangenisstraf. Mr. Heidema, die de beklaagden verde digde, betoogde, dat deze menschen niet zou den hebben terechtgestaan als de teekenaar niet zoo verregaand nalatig was geweest ten opzichte van den schipper. Hjj vroeg voorwaardelijks veroordeeling.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5