T Tweede Blad. VAN ZATERDAG 14 DECEMBER 1921. HET PROVINCIAAL WATERLEIDINGBEDRIJF. IV. (Stoit). Höt aai niemand bijzonder vreemd toe schijnen, dat er in de Provinciale Staten, na de onaangenaamheden met het Electrlsch bedrijf groot e vrees 'bestond omtrent de toe komst van dit groote nieuwe bedrijf der ge westelijk© watervoorziening. Iin de zomer2iitünig van1 dit jaar werden reeds sombere voorspellingen gedaan omtrent de verliezen, die ook deze nieuwe provinciale onderneming zou lijdien. De (heer Hendrix, lid van God. Staten, heeft toen toegezegd, dat de Staten zoo spoe dig mogelijk in de gelegenheid zouden wor den gesteld, omtrent de toekomst van het P.W.N. zich een oordeel te vormen. Hij, erkende daarbij', dat dit bedrijf zeker niet zal zijn een melkkoetje. Er is ook nie mand, die indertijd met die bedoeling aan de totstandkoming heeft medegewerkt. Ook 'zouden er nog vele tmillioenen in ge stoken moeten worden, vóór er van een be vredigende voorziening sprake zou kunnen zijn. In de winter zitting, die 6 dezer Is 'geopend, hebben Gedeputeerde Staten nu een over zicht vam de mogelijke ontwikkeling van dit 'bedrijf overgelegd. Wij ontïeemen daaraan het volgende: „Bij de samenstelling van het werkplan voor het P. W. N. is de leidendie gedachte geweest, dat het buizennet eerlang de kom men van alle Noordhohandsohe gemeenten, die geen eigen watervoorziening hebben, moet bereiken. Uitgaande van dezen grondslag ie het buizennet ontworpen, hetwelk op ©ene kaart, die ter griffie voor de leden Uwer vergadering ter inzage ligt, is aangegeven en (waarmede volgons de telling üer per- oeelen op de beschikbare kaarten ongeveer 80 der bevolkiflg, die Op 1 Januari 1921 in de aansluitbare gemeenten aanwezig was, zal worden bereikt. In werkelijkheic zal dit percentage vermoedelijk hooger zijn, iomdat het 'kaartmateriaal reeds vri; verouderd is en er, vooral in den alleriaat- sten tijd, veel bijgebouwd is. Ondersteld is, 'dat van1 dit projeoteerende buizennet slechts dan nog uitbreidingen zullen worden 'gemaakt, indien Öe renta biliteit daarvan verzekerd Is door de on middellijk of in de naaste toekomst te ver wachten wateropbrengst, hetzij dat deze volgens de normale tarieven wordt verkre gen, dan wel' door vrijwillige (tijdelijke) bijdragen of subsidies op het vereischte peil wordt gebracht. Het geprojecteerde hoofdbuizennet is berekend op een vermogen, dat toereikend is voor de voorziening van alle binnen ©en afstand van 40 M. van de leidingen gele gen peroeelen, waarbij, met inbegrip van water geleverd voor neringen, industrie, veehoudensbedrijven, enz., gerekend werc op ©en maximum-verbruik per etmaal van 76 L. per bewoner der aansluitbare per ceelen. Bovendien is het (hoofdbuizennet zoo wijd ontworpen, dat op elk punt daarvan, zelfs op het uur van maximumvorbTuik voor brandlblussdhing nog ©en hoeveelheid van 18 'M'. per uur onder ©en druk van 16 k 18 M. boven het terreimpeil beschikbaar is. Door aan deze laaitóte voorwaarde te voldoen, beschikt het net over ©en zeer groot reserve-vermogen, hetwelk nog ver meerderd wordt, doordiat bij het dichter aanhalen van zijn mazen, zich geleidelijk meer verbindingen zullen vormen, die tel kens voor den aanvoer van (het water (nieu we wegen zullen openen. Ten slotte is nog rekening gehouden iinet den te verwachten aanwas der bevol king, waarvoor, afgaande op de in de vo rige jaren plaats gehad hebbende toene ming, ©en aangroeiing met 1 per Jaar gedurende 80 jaar werd ondersteld. Door het tot stand brengen van verbindingen tuisschen de verschillend© eerder gemaakte leidingen zal het 'buizennet ook diaartna nog jarenlang toereikend kunnen zijn. Zonder dat de op de kaart aangegeven volgorde, .waarin de buizen zullen worden gelegd, ook maar ©enigszins als ©en bin dend program1 mag worden beschouwd, wordt er op gerekend, 'dat het' net, zooals het Is ontworpen, ln ©en tijdsverloop van 6 jaren zal kunnen zijn voltooid," Uit een bij het rapport overgelegde staat blijkt, dat het in het bedrijf gestoken kapitaal in 1920 8.610.000 bedroeg len dat daarin tot en met 1925 nog de volgende bedragen noo- dig zijn: 1921 1.900.000 1922 8.250.000 1924 1926 1.050.000 2.840.000 Verder tot 1950 elk jaar nog 25.0000, zoo dat im dat jaar totaal 10.700.000 in het be drijf der watervoorziening zit. De vermoedelijke exploitatie zal' dan verder zoo zijn, dat tot 1930 verlies wordt geleden om daarna te verkeeren in overschotten. Het beboeft immers geen betoog, dat ©en buis door ©en groot deel van bet platteland van onze provincie niet direct rendabel is; doch dit 'geUeidelijik wordt door de aanslui tingen, die er op zullen komen. Hoe het verloop daarvan zal zijn, is natuur lijk nooit precies te voorspelen, zoodat de cijfers veronderstellenderwijze zijn geplaatst op deze bijlage, rekening houdend© met de ervaringen. Zoo neemt de directeur aan, dat tot 1925 d© exploitatiekosten 40% van het er in ge stoken kapitaal zullen zijn en dat die geleide lijk zullen dalen totdat zij in 1940 op 35% komen, wanneer zij Constant op dat percen tage blijven. De rente ten afschrijving van het kapitaal wordt op 0.64% gesteld', eveneens ©en ge middeld bij wijze van (annuïteit berekend cijfer. De uitkomsten -zijn dam zóó, dat in 1920 een verlies van ƒ24.000 werd 'geleden, in 1921 ©en winst van 32.490 is begroot; doch daarna tot 1920 een ötijgend verlies wordt verwacht, dat irn 'genoemd jaar de 180.070 (beeft bereikt. 'Daarna daalt dit verlies geleidelijk, om in 1986 nog slechts ƒ1770 te zijn. Totaal zal er dan 1.482.700 verlies zijn ge leden, welke verliezen in de jaren 1987 tot en met 1950 door 1.791.770 winst wederom zijn gedekt Over 30 jaar, kam men dus zeggen, heeft de provincie haar gewest vam water voor zien, zonder dat het 'geld heeft gekost, tenzij mien de rente van de verliessommen daartoe nog wil rekenen, waardoor nog eenige jaren langer zal moeten worden geëxploiteerd, voor alles gelijk is. Natuurlijk is zulk ©en rekening vam 80 jaar vooruit altijd wat. voorzichtig te beschouwen. Men gaat van bepaalde grondveromderstel- 1'ingen uit, die tenslotte na eenige jaren heel anders kuminen blijken. Alles bijeen echter gelooven wij, dat de Directeur van het P. W. N. bij zijn ramimgen- en veronderstellingen aan den veiüigen kant is gebleven. Hij' heeft het miet mooier voorge steld dan het kam zijn en alleen zeer bijzon dere omstandigheden, b.v. ©en "nieuwe oor logsperiode, zouden hier, veranderingen kun nen brengen, die miet voorzien rijm en ook thans niet kunnen worden voorzien. Een voordeel is, dat dit bedrijf, in tegen stelling met het PJEjN., rechtstreeks aan de verbruikers levert, zonder tusschenkoimst deT Gemeente of andere lichamen. Vrees voor onvoordeelige contracten, die nog lang loepen, is hier dus miet. Onder de bekwame, rustige leiding vam den heer Van Oldenborgh zal dus het pro vinciaal waterleidingbedrijf zich normaal ontwikkelen en zijn zegenrijke werking eer lang overal im omia Gewest doen gevoelen, waar zonder 'de provincie nooit sprake van een behoorlijk© watervoorziening zou zijn 'ge weest Helder, 18 Deo. 1921. M. GEMEENTERAAD. Schoolgeld Burger-Avondschool. De vigeerende verordening op de heffing van schoolgeld voor de Burgeravondschool alhier dateert van 1 October 1901, terwijl ze sedert dien datum nimmer aan ©en herzie ning is onderworpen. Dat het bedrag van het daarin' bepaalde schoolgeld miet imeer in overeenstemming is miet de tegenwoordige waard© van het geld ligt voor de hand. De hoogere exploitatiekosten wettigen dan ook zeer zeker.een verhooging. In verband hier mede schijnt het B. en W. alleszins billijk en gewenscht ©en wijziging der betrokken verordening voor te stellen. Voorts komt het hen wenschelijk voor ten behoeve van den zomercursus, die in den loop van dit jaar bij wijze van proef is ingesteld en waarvoor geen schoolgeld wrd geheven, ook een ma tig schoolgeld te heffen, nu het bestendigen van 'genoemden cursus in het belang van het onderwijs is te achten. In het verslag uit gebracht door de leeraren, verbonden aan dezen cursus, werd ook aangedrongen op het heffen van een matig schoolgeld, ten einde de leerlingen hierdoor te prikkelen den cursus zooveel mogelijk te volgen. Waar momenteel voor het bezoeken der Burgeravondschool een schoolgeld wordt geheven van 1,— voor elke maand, dat de leerling den cursus bezoekt, schijnt B. en W thans een bedrag 2.niet te hoog, terwijl een bedrag van L— voor elke maand dat de leerling den zomercursus bezoekt oJ. ook niet overdreven hoog is te achten. Alhoewel wordt voorgesteld het school geld te verdubbelen, zal de opbrengst slechts een' tegemoetkoming blijven in de voor re kening der gemeente komende kosten. Over 1018 waren de uitgaven n.1. 160Q6.68l/i Voor rekening der gemeente bleef 16008.B81/, 1500.— Subsidie fan het Departement van Marine 1102.24 (op brengst schoolgelden)) 18844.281/», ter wijl deze bedragen over 1010 en 102Q res pectievelijk 17248.83 1500— 1147.50) of 14600.88 en 15844.07 1600— 1079.—) of 18205.07 waren. Im verband met de reorganisatie van de tegenwoordige Burgeravondschool in een Avond-Vakteekensohool, wordt voorts een wijziging voorgesteld van de betreffende Verordening. Vergoeding bizonder onderwijs. Indien in een gemeente aan een openbare school meer onderwijzers werkzaam zijn dan het aantal, waarvan ingevolge art. 56 der La- Ser Onderwijswet 1920-de jaarwedden door et Rijk aan de gemeente worden vergoed, heeft het bestuur eener overeenkomstige bijzondere sohool in die gemeente op grond van art. 100 dier wet aanspraak op vergoe ding uit de gemeentekas van de jaarwedde en wedden van even zooveel aan die scholen verbonden onderwijzers boven het aantal, waarvan de jaarwedden, on wedden ingevol ge art. 07, door het Rijk aan de besturen worden vergoed. Naar aanleiding hiervan hoeft het Be- stuur der Voreenlging „Laat de Klndor- kens tot Mij komen", gemeend aanspraak te kunnen maken op deze vergoeding en wel ten behoeve van de lagere school aan de Koningstraat, en verzocht de jaarwedde te willen vergoeden van één onderwijzeres over het tijdvak van 1 September 1020— 1 Januari 1921. In een uitvoerige toelichting en becijfe ring stellen B. en W. voor aan het Bestuur der Vereeniging „Laat do Kinderkens tot Mij komen", over 1020 uit de gemeentekas een vergoeding toe te kennen van f 509.17, en teekenen aan, dat door toepassing van art. XVII, 8e lid der Wet van 14 Juli 1919 (StbL No. 493) genoemd bedrag van 509.17 uit 's-Rijks kas aan de gemeente kan wor den gerestitueerd, in welk verband zij den Raad machtiging verzoeken zoodanig res titutie aan te vragen. Muziek In café's. In de vergadering van den Raad van 0 December j.1. werd de voordracht met be trekking tot het adres der afdeeling Helder van den Nederlandenschen Bond van Kof fiehuis-, Restauranthouders en Slijters ter nadere overweging aangehouden. In het voorstel hebben B. en W. duidelilk doen uitkomen, dat het verleenen van dis pensatie van een verordening, houdende verbod tot het maken van muziek en der gelijke aan niemand anders dan den Bur gemeester kan worden opgedragen. Indien de Raad zulks niet, mocht wen- schen, aldus B. en. W. kan eventueel nog de geheele verbodsbepaling geschrapt wor den, waardoor dus ieder de vrijheid krijgt om in zijn café muziek te laten maken, be houdens de bevoegdheid krachtens art. 188 der Gemeentewet aan den Burgemeester toekomende. Voorts wijzen B. en W. er op dat de Kroon steeds bevoegd blijft, ingevolge art. 45 der Drankwet in door haar aan te wijzen gemeenten, het toelaten van muziekvertoo- ningen en andere publieke vermakelijkhe den zonder toestemming van den Burge meester te verbieden. In verband met het bovenstaande blijven er derhalve twee mogelijkheden voor den Raad open: öf het adres voor kennisgeving aan te nemen, waardoor de bestaande toe stand gehandhaafd blijft, óf art. 00 sub b der Algemeene Politie-verordening in te trekken, met als gevolg het als het ware ongelimiteerd toelaten van muziek voor alle voor het publiek toegankelijke lokaliteiten. Stichting Marine-monument. Het Oomitó itet het verleenen van steun aain de nagelaten betrekkingen van slacht offers van marinerampon en tot het oprich ten vam een Mariine-imioaiument, verzocht bij adres toestemming tot stichting van dit mo nument te Helder en tevens om die fundeering en opstelling voor. rekening van de Gemeente te doen geschieden. Volgens adressant zal het gedenkteefcen een sieraad voer de gemeente Helder worden en bestaan uit ©en groeft) van drie beelden in zandsteen 'Op ©en voetstuk van geringe hoogte, waarachteT een zuil. B. en W. stellen de keuze van Helder als plaats oor het monument zeer op prijs en zulks meer waar deze stad airm is aan his torische 'bouwwerken. 'Tegen de oprichting bestaan bij het Col lege geen bezwaren, weshalve zij verzoeken hen te machtigen een (nadere plaat? daarvoor aan te wijzen, waarvoor het Havenjplein b.v, ware te nemen., omdat het monument daar ook uit een aesthetisdh oogpunt het best zal Wat de opstelling en fundeering betreft, de Gemeente-Bo uwmeesterdie daaromtrent een becijfering heeft getmaiaM, is van oordeel, dat 'daarmede een bedrag van rondi 8000 gemoeid zal 'zijn. Met het oog op den zorgvollen finamcieel'n toestand der Gemeente meenen B. en W., dat een dergelijk bedrag niet behoort te wor den gevoteerd. In verband echter met het feit, de 'gelden van het Comité na oprich ting van het monument dienstbaar zullen worden gemaakt aan de ondersteuning van nagelaten betrekkingen van slachtoffers van zeerampen (in (het algemeon) schijnt de op richting van het gedien'kteeken in het welbe grepen belang der gemeente te zijn, B. en W. stellen daarom, voor ©en bedrag van ten hoogste f 1500 toe te staan voor bo venomschreven doeL Opcenten Vermogensbelasting. B. en) W. hebben tot den Raad het volgend schrijven gerioht: De in 1920 gewijzigde bepalingen der Ge meentewet openen de mogelijkheid om thans ten behoeve der gemeenten opcenten te hef fen op de Vermogensbelasting. Lettende op de noodzakelijkheid om het bedrag der inkomstenbelasting, waarvan de opbrengst als sluitpost der begrooting dient, zooveel mogelijk te beperken, meenen wij daarom met de Oommissie tot herziening der belastingen, dat van de bevoegdheid tot heffing dezer opcenten zal moeten worden gebruik gemaakt. Dat het ook in de bedoeling der Regee ring ligt om uit de overige bronnen van be lasting'op voldoeüde wijze te putten, blijkt uit do dezer dagen door den Minister van Binnenlandsohe Zaken tot de Gedeputeerde Staten geriohte aanschrijving inzake de vaststelling van het vermenigvuldiglngscij- fer voor de heffing van den hoofdelijken omslag. Daar het belastingjaar voor de heffing der Vermogensbelasting loopt van'1 Mei tot on met 80 April, zal met de voorgestelde boffing eerst met het nieuwe belastingjaar een aanvang kunnen worden gemaakt. Het komt ons gewenscht voor om het maximum der belasting, ctoor de wet toe gelaten, tot heffen, dj. 100 opcenten. Wij stellen U met verwijziging naar de op deze zaak. betrekking hebbende stukken en op advies van genoemde Oommissie voor om met ingang van 1 Mei 1022 op de hoofd som der Vermogensbelasting 100 opcenten te heffen. (De opbrengst zal vermoedelijk ongeveer 12.000 bedragen. Red.) Subsldieerlug Handelsschool Alkmaar. In de vergadering van 80 Maart 1921 be sloot do Raad in de ongedekt gebleven kos ten van de Hoogere Handelsschool der ge meente Alkmaar tot wederopzeggens aan die gemeente een bijdrage te verleenen. Voor 1921 bedroeg deze bijdrage f 225 per leerling, terwijl ze voor 1922 vermoedelijk 200 zal bedragen. Nu intusschen ook in deze gemeente een Hoogere Handelsschool tot stand is gekomen, ls het naar de mee ning van B. on W. wenschelijk om de vraag onder de oogen te zien, of ook thans nog met het verleenen van bijdragen moet wor den voortgegaan. Indien deze bijdragen niet meer worden verleend, zullen geen leerlin gen uit deze gemeente meer tot de school worden toegelaten en zal den leerlingen, die thans de school bezoeken, den verderen toegang tot het volgen der .lessen worden ontzegd dit laatste zou met zich me debrengen, dat die leerlingen naar een andere sohool zouden mioeteh worden overgeplaatst, wat met het oog op de onderbreking van het onderwijs dier leerlingen naar de meening van B. en W. niet is aan te bevelen. Het zou daarom aanbeveling verdienen voor 1922 en even tueel volgende jaren de bijdrage alleen te verleenen voor die leerlingen uit deze ge meente, die op 1 Januari 1922 de school be zoeken, hetwelk naar alle waarschijnlijk heid met één leerling het geval zal zijn. B. en W. stellen voor dienovereenkomstig te besluiten. Straatnaam. B. en W. stellen voor de nieuwe straat, welke de verbinding vormt tusschen den BrakkeveldWeg en de Leliestraat, Dahlia straat te noemen. AMSTERDAMSCHE BRIEVEN. ROND DEN DAM. De „kletsbuis". Het „georga niseerd overleg". Kersttijd. Theatertentoonstelling. Verleden Zondag zijn wij, di w. z. de daar toe uitgenoodigde pers, getuige geweest van de jongste triomf der moderne techniek. De Nederiandsche Seintoestellenfabriek toch heeft, in samenwerking met de Marooni- miaatschapp'jj ©en dienst georganiseerd (met Oentrale in Zamdvoort), waardoor (bin nenkort het geregelde „draadloos-telefoni sch©" verkeer met Engeland een feit zal zijn. De. proef gesprekken slaagden uitstekend en het zal niet lang meer duren of vanuit ons land kan iedere aangeslotene op het Rijks telefoonnet spreken met ieder gewenscht nr. iin Engeland'. En izoo gaat de teiefxm voort afstanden te overbruggen en de mien- scben nader tot elkaar te brengen. En dat niettegenstaande jammerklachten van hen, die in dit modern verschijnsel' niets anders zien dan een uiting van de menschehjke nieuwsgierigheid en ,/praaütust". Louis Couperus, onze „maltre charmeur", die thans vanuit Indië de „Haagsche Post" van reisindrukken voorziet, schold de tele foon voor „kletisbuiB" en stak zijn afkeer van den ratelenden en schorren „onrustverwek- ker" niet onder stoeien of banken. En er zijn er velen, die hem in hun afkeer -volgen, al baseert zich bij' de moesten dan dat gevoelen juist op de tegenovergestelde gronden als bdj den schrijver van El ine Vere. Voor den aestheet toch is de moderne techniek vooral als ©en on-schoon iets doemwaardig: voor hèm is de telefoon ©en 'Onding, wijl zij de menschelijk© stem voor ©en deel het „le vende" ontneemt en haar, die stem, min of muer ver-mechaniseert en ver-automatiseert. Voor de anderen echter is juist de telefoon nog niet automatisch genoeg en oonoentree- ren zich de ergernissen juist op het ©enige ,/meniscbelijlke", dat nog in dit communicatie middel schuilt: de telefoonjuffrouw I De praktijk des levens houdt matuurlijk<!) alleten rekening met de ergernissen dezer laatste categorie van menschen; vandaar dan ook, dat er hard' gewerkt wordt aan de „ver wijdering van de telefoonjuffrouw" en men hier in A'dfim in de nieuwe Oentxales reeds m©t een „half-automatisch" systeem werkt. En Ibdjtoa tezelfdertijd, dat men de proeven met „draadloos-spreken" mat Engeland nam, heeft men ook geëxperimenteerd" met het V'öÜedig-automatisch systeem, waarbij de abonné zelf zijn eigen verbinding tot stand kan brengen. Ook deze proeven slaagden uit nemend, zoodat inderdaad de laatste dagen van de „juffrouw" en van de mindiefelijke twistgesprekken tusschen „juffrouw" en „abonné" wel 'geteld schijnen. De erger nissen van de categorie /practici" zuilen dan voor het grootste gedeelte wel zijn weggen - men. iDe ergernissen van de „aestheten" zul' len zich 'dan, zoo mogelijk nog wel vermeer deren wat natuurlijk op dien 'gang van „zaken" niet den minsten invloed heeftl Althans oppervlakkig beschouwd!I Niet alleen langs den weg der kletsbuis" wordt in deze tijden het contact tusschen menschen, hetzij particulier, hetzij 'groeps gewijze steeds nauwer en intensiever. De International© wereld is van „conferenties" vol en ontelbaar zijn ook in het binnenland de domttnlssies en vergaderingen, waarin men naar „de" bevredigende formule zoekt. Bij onze Gemeentebedrijven kent men dergelijke vergaderingen al sinds jaren onder den naam van het „georganiseerd overleg". Dit over leg heeft, naar aanleiding van een reeds In 1919 gevallen Raadsbesluit, plaats tusschen de „hoofden van.dienst", respectievelijk „het Arbeidsbureau" ten stadhulze en de afge vaardigden der organisaties van gemeente- Werklieden". Uitgezonderd dit „overleg", dat tot nu toe nog alleen maar competent ls te beraadslagen over loonfcwesties, leeft men heg altijd onder het thans wel zeer verouder de „Werklied enreglement". Eenigen tijd geleden deelden (B. en W. nu echter aan den Raad mede, dat binnenkort oen voordracht van hen te verwachten viel, ter algeheel© herziening van bovengenoemd Reglement. Onder meer zou daarin voorko men de bepaling, dat het „georganiseerd overleg" zich in de toekomst ook zou uit strekken over arbeidsvoorwaarden, die niet direct verband houden met de loonregeling. Intusschen schuint het aangaande deze voor dracht in dien boezem van B. en W. niet te vlotten. Wethouder Wierdiels is, naar ver luidt, al aan zijn 10e ooncept-voordracht, waarbij hij wensoht te komen tot volledige medezeggingsschfip van die werklieden. Do wi eerderheid van het College, en, merk waardig genoeg: de sociaaldemocraten in het bijzonder schijnen ©en diergelijke voordracht niet te kunnen goedkeuren, wordt die voordracht aangenomen, dan zou dit vol gens hen niet beteè'kenon ©on volledig mede- zegglhgssohap, (maar ©en "overheersohlng der werklieden in het georganiseerd1 overleg en om dit zóó maar voetstoots te aanvaarden, daartoe toonen zij zich, hoe zeer ook van goeden willeI toch nog niet.... revolu- tlomrair genoeg! Bij de 10e concept-voor dracht van wethouder Wlerdels toch wordt voorgesteld om, indien men in het georgani seerd overleg niet tot overeenstemmlnig geraakt, de beslissing aan 'den Raad' over te laten. De meerderheid van B. en W. rede neert nu, volgens officieus communiqué in de bladen zóó: Men moet uitgaan van de ver onderstelling, dat beiderzijds bij het» overleg naar een /compromis" zal gestreefd worden en dat gevallen waarin (niet tot overeenstem ming gekomen wordt, uitzonderingen zullen zijn. Wordt nu echter de voordracht aange nomen, dan loopt men gevaar, dat de organi saties, als zij niet geheel hun' zin 'kunnen krijgen, steeds in hooger beroep zullen gaan bij den Raad. Het is een eigenaardig conflict: de Katho lieke wethouder Wierdels, aan de zijde der werklieden, contra de sociaal-democratische meerderheid van B. en W.i Het lijkt voor velen de omgekeerde wereld en met span ning ziet men in de hoofstad den afloop van deze dreigende wethouders-crisis tegemoet! De wereld keert zich dan ook, in dezen tijd, zooals ieder jaar niet Kerstmis, het ©ogenblik van „zonnewende", oiml 3h deze /donkere dagen" vóór. hét Christe lijk feeSt, dat overigens ook al lang vóór onze jaartelling onder allerlei rassen en gods diensten gevierd werd, heeft men de voor bereidingen om den 25sten den „terugkeer naar het licht" te gedenken. En uit »teed* meerdere étalages in onze winkelstraten straalt het zacht-roode licht tusschen het sparren- en hulstgroen u tegemoet; terwijl de Singel, tusschen Munt en Koningsplein, één groene chaos is van ontelbare sparren, die straks, in vel© binnenkamers, als Kerst boom 'het gouden licht zullen uitstralen. M deze tot „menscheüjkheid" stemmende dagen gaat veler gedachte zeker uit naar de nog altijd onmenschelijke toestanden in Rus land en menige beurs gaat open Vandaar dan ook, dat de in het Stedelijk Museum gearrangeerde tentoonstelling van kunstwerken, bestemd 'txm verloot te worden ten bate van de hongerenden in Rusland", zich in een druk bezoek verheugen mag. Ve len namen een lot en verschaften zich daar mede naast het besef een goede daad ge daan te hebben de kans op het bezit van ééln der inderdaad belangrijke kunstwerken, die men' 'hier geëxposeerd vindt. Kunstwer ken, waaronder er voorkomen van Vincent van Gogh, Anton Maiuve^ Mendea da Oosta, Toorop e.a. In Januari zal dit museum zijn deuren openen voor een niet minder (belangrijk© expositie. Dan toch 'zal men er een merk waardige verzameling voorwerpen, décora- ontwerpen, boeken, enz., enz. aantreffen, 'be trekking hebbende op het „modem© theater". De organisatie van een en ander is grootem- deels te danken aan den architect WijdeveJd, die zich in de kunstwereld o. a. door de lei ding van de redactie van het tijdschrift /Wendingen" reeds ©en goeden naam heeft gemaakt. Vele buitenlandsohe - grootheden zullen naar aanleiding van deze tentoonstel ling naar Amsterdam komen en er in lezin gen enz. hun denkbeelden omtrent het mo derne itooneed en 'zijn toekotmst den volk© kond doen. En ongetwijfeld zullen zij dan oonstaiteeren, dat ons Hodlandsche tooneel niet achterlijk, maar integendeel veeleer aan de spits staat. Royaards met Strindberg'a /Droomspel", Verkade met ,/De Geile Mantel" en Musch met 'het expressionistisch© /Vrij heid", vormen, op de plaats van die „spits" ongetwijfeld' ©en waardigheid. BUITENLAND. DUTTSCHLAND. De ondergang der Dultsche vlooi Het hieronder volgende verhaal ia out- ï©end aan een werk over de 'Duitsch© marine, uitgegeven door den vice-admiraal van Man» tey; het is de treffende beschrijving van den ondergang van de Duitsche vloot voor Soapa Flow, aooals die sober en suggestief wordt medegedeeld door den korvetten-kapitein Ferdinand Böhmer, commandant van hol 1 linieschip „König Aiibert". Maandag, den 23en Juni 1919, liep de wa penstilstand af. Was op dat tijdstip de vrede niet geteekend, en dat geloofde te Scapo Flow niemand, dan was het alleszins waar schijnlijk dat de Engelschen onmiddellijk de vijandelijkheden zouden openen en da schepenl bezetten. Bet was evenwel onzt plicht, dit kostbare oorlogsmateriaal niet ia handen des vijands te laten vallen, het even wel, daar een andere moeglijkheid niet be stend, te vernietigen. Dat kon het grondig- ste' geschieden door de schepen tot zinken ta brengen. Den volgenden dag riep ik het klein© hoopje mannen, waaruit op dit oogenblik de bezetting van het door mij gecommandeerd© Linieschip bestond, tezamen en deelde hun de bedoelingen van den eskaderchef alsook zijn beweegredenen mede. Zonder uitzond©- ring werd het bericht met enthousiasme ont vangen. Dadelijk vingen, met ©en ijv-jx, en een opgewekte stenumlnig, die aan de eersta dagen na de mobilisatie herinnerde, de nlef zeer omvangrijke voorbereidingen aan. Een roelbfirkas en een jol was alles wat wij aan booten gereedmaakten. De voorbereidingen onder water, zooals het afnemen der afslui tingen der onderwatertorpedobulzen, waren lang vóór dien tijd genomen.-Plannen wer den gemaakt en overwogen of de groot© mo torsloepen niet zouden kunnen worden uit gerust, en wij in de algemeene verwarring, die aanstonds bij den vijand ontstaan zou, beproeven zouden de haven uit te komeni zee te kiezen en te trachten naar Noorwegen te komen. Voor dezen toch meldde zich het gezamenlijke personeel als vrjjwiliger aan, ofschoon in elk geval toch ©en 800 mijlen openl zee waren af te leggen Dit plan leed evenwel schipbreuk, doordat de motoren der sloepen zich niet meer in 'goeden toestand bevonden. Zelfs zij, die niet vrijwillig aan boord w»- ren gebleveni, waren als een blad aan den boom omgekeerd. Overal vroolijke gezichten en glanzenldo oogen Een machinedrijver had met de laatste post slechter berichten van huls gekregen en op zijn dringend verzoek de toezegging gekregen, dat hij met de eerst- volgende gelegenheid naar huis zou worden gezonden Op mijn opmerking, dat daar nu wei niets van zou kunnen komen, antwoord de hij opgewekt: „Dat geeft ook niet, over ste. maar ik wil dit veel te graag meemaken!*. Als een lachenden zomer dag breekt de eenentwintigste Juni tt> K-apa Flow aan Stralend rees do zon aan den diepblauwer* hemel; een zacht westelijk briesje rimpelde de oppervlakte van het water. Het bewa kingseskader, het eerste Britsche Ilniesche- peneskader onder bevel van vice-admiraal Freemantle, gaat tegen 9 uur zeewaarts met de bedoeling oefeningen! te houden De ge legenheid is gunstig. Zal het vandaag ge- schieden of eerst Maandag na afloop van den wapenstilstand? Zoo vraagt ieder ideh af; aller oogen) zijn met spamiing gerichl op het vlagschip van admiraal von Reuter, vanwaar de beslissing moet komen. En zij komt. De matroos-seiner ijlt achter uit en brengt mij het bericht: Signaal van het vlaggeschip. „Brug doorloopend bezet houden" Alzoo toch vandaag, denk ik bij mijzelf, en) werkelijk, na nauwelijks tien mi nuten komt dé matroos-seiner weder aan- geloopen en meldt haastig: „Paragraaf 11 van vandaag. Bevestigen". Dat beteekenJt: Schepen dadelijk tot zinken' brengen, ont vangst van het signaal bevestigen Wij hebben geen haast, wij zijn het derde schip in de rij, van het vlaggeschip af ge rekend, en het signaal moet nog door d© gansche lange rij loopen/ tot het tenslotte bij de torpedobooteni komt Het is evenwei van belang, dat het door gegeven la vóór de Engelschen onze beöoeling beaneiHrea. Juist heeft d© haarkuaurtenaar sdefa 1928 „8.080.000

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1921 | | pagina 5