volgens la de vierde supplementaire begroo ting, die een uitgaaf van 41/» milliard mark voor ealarisverhooging van de ambtenaren voorziet in behandeling gekomen. Verschil lende sprekers wezen er op, dat deze salaris- verhccgingen dringend noodzakelijk zijn. £k ooromynistischo afgevaardigde Koenen bradht In dit verband do onder net Sakeiscb wpoorwegpereoneal hceracheruic entstemming ter sprake. De kapitalisten, meende spreker ontduiken voortdurend de belastingen, en zoowel de meerderhetdssoc 1 aliston als de on- afhankdlijken hebben verklaard, dat de ar beiders dit niet langer kunnen dulden. Aan millionairs maakt men geschenken van hon derdduizenden, maar voor de spoorwerklie- den, die minder dan 24,000 mark per jaar verdienen, blijft niets over. Indien de Rijks dag dergelijke „Schweinereien" toelaat.... Hier onderbrak voorzitter Loebe den spre ker, om hem tot de orde te roepen. Koenen verzekerde echter geen andere uitdrukking te kennen om de houding der meerderheid van den rijksdag te bestempelen. ENGELAND. Wandaden in Ierland. De Iersche quaestie. Londen, 23 Jan. Misdadigheid en wette loosheid steken (het hoofd in Ierland op. Twaalf gewapenden deden Zaterdagnacht een inval in 'het postkantoor te Dublin; zij maakten de telefoontoestellen onklaar en stalen vijfentwintig rijwielen. De „Daily Ohronlcle" meldt, dat de auto mobielen van den onderkoning en van een lid van den staf door gewapenden, zich noe mende „moonrlders", voor het republikein- sohe leger zijn opgeëisoht. Na een poging van burgers, om zich van een politieauto, waarin zidh een agent in burger 'bevond, meester te makeni, werd te Tralee drie uur gevochten; er waren eenige lichtgekwetsten. 'De politie, gewapend met geweren, revolvers en 'bommen, chargeerde in de straten. Het pufbllek, dat in een paniek stemming verkeerde, zocht den heelen nacht toevlucht in de kerken. Dc bezuiniging. Londen, 23 Jan. Ter voortzetting van de regeeringspolitiek in zake bezuiniging en ontwapening wordt officieel medegedeeld, dat aan de groote maritieme basis van Ro- syth orders zijn ontvangen, dat krachtens het vastgestelde program het aantal werk lieden tot een maximum van ongeveer 2600 man moet worden verminderd. Deze vermin deringen moeten geschieden vplgens een maatstaf van 200 man per week. In het ge heel zuilen ongeveer 8000 man binnen de ko mende drie, vier maanden ontslagen zijn, waardoor een besparing van 100.000 pd. st. per jaar zal zijn bewerkstelligd. VEREENIGDE STATEN. De Ver. Staten en1 de bijeenkomst te Genua. Londen, 21 Januari. De Westminstter Ga- zette verneemt op hoog gezag uit New-York, dat Amerika Poincaré op de bijeenkomst te Genua of elders niet zal steunen in zijn eisch tot stipte toepassing van het verdrag van Versailles. Voorts zou Washington niet willen deelnemen aan een beraadslaging waarbij men de vraagstukken der qaneties het herstel en de schadeloosstelling ter zijde zou laten, aangezien men in Amerika deze vraagstukken beschouwt als de grondslagen van het geheel. De katocnprljzen. Een vergissing. Het rapport van het department of agriculture van 18 December schat den Amerikaatnschen katoenooigst 1.800.00 balen of 27 percent hooger dan op 3 Doto'ber, terwijl verklaard wordt, dat de schattingen voor September en October te laag zijn geweest. In de bladen wordt veel ontstemming aan den dag gelegd over deze vergissing; be weerd wordt, dat het departement reeds tus- solienl Juni en October gemerkt moet tob» ben, dat de aanplantingsrapporten te laag waren, maar daar niets van heeft vermeld terwijl het bovendien had moeten waar schuwen, dat het niet in staat was geweest om een behoorlijke oontróle op de opgaven uit te oefenen. Men vreest, dat tengevolge van deze vergissing, het departement een groot deel van het langzaam verworven ver trouwen in de oogstepgaven zal verliezen. Van verschillende andere zijden wordt ech ter aangevoerd, dat in elk geval deze ver gissing een weldaad voor het Zuiden is ge weest, door de groote verbetering in den fi- naneieelen toestan, weike er door weixi veroorzaakt en dat deze verbetering doorge werkt heeft op het ?eheele oeconoanische leven in de Vereen igde Staten, Maar met dit al zijn in ons land de prijzen van verschillende katoenen goederen weer omhoog getoopen, niet alleen door het be- rioht, dat er minder katoen zou komen, doch voornamelijk door de ontstane speculatie in dat artikel De drankwet in Noord-Amerlka. De ambteneren, die waken voor de nale ving van de drankwet hebben te New-York Donderdag weer eens een goeden slag ge slagen. Het was dien dag heel mistig. Een Engelsch stoomschip liep dientengevolge o' 15 mii'1 ten Zuiden van Sandy 'Ho-ik o- eer daar verankerden schoener, welken het den boeg indrukte. Het zeilschip liet zioh daarop door de stoomboot op sleeptouw nemen om zich aan de quarantaine te onderwerpen Hier ontdekten de ambtenaren, dat het schip voor 150,000 dolars drank aan boord had. Zij namen l;et schip in beslag en stelden den schipper, die geweigerd den naam van den geconsigneerde te noemen, in hechtenis. De schoener was den 3en Januari van de Baha- ma-eilanden vertrokken, zoogenaamd naar St. John, Nw-Brunswijk. De verhouding der vloten. In de Europeesche editie van de New- York Herald treffen wij het volgende, op merkelijke bericht aan, Donderdag uit Was hington aan het blad geseind: „Het vlootverdrag tussohen de Ver. Sta ten, Engeland en Japan, gelijk het vandaag is openbaar gemaakt, maakt geen gewag van de verhouding 553. Naar verluidt is dit w°";1 :cs"hi<>d uit inschikkeUfkheid jegens de Japaneezen, daar het vermelden van de verhouding een schijn van minder waardigheid od hun land zou werpen. Deze verhouding is echter tóch middellijk aange geven door de cijfers, welke de begrenzing van de geheele tonnemmaat vaststellen." Het verdrag in zijn huidigen vorm, zoo deelt de Herald verder mee, mist de afdee- ling met betrekking tot de versterkingen in den Stillen Oceaan, welke aanvankelijk op verzoek van Japan was opgenomen. Men heeft besloten, ast deze efdeeling zal wor den opgenomen lp. het verdrag dex vief rooto 'mogendheden, dat in het bijzonder e vraagstukken van den Stillen Oceaan regelt. „De tonnemaat voor moederschepen voor vliegtuigen is van 27,000 tot 88,000 ton per schip verhoogd. Ten aanzien van de wape ning van koopvaarders bepaalt het gewij- zige verdrag, dat de dekken zoo versterkt mogen worden, dat zij zeeduims kanonnen kunnen dragen. 'De 'bepalingen nopens de af te danken sdhe- pen zijn vrijwel onveranderd gebleven. Men zal binnen1 zes maanden na het van kracht worden van de overeenkomst met het sloo- pen moeten beginnen en er binnen achttien maanden mee gereed moeten zijn. Het tijd perk, waarin in de vlootsterkte geen wijzi ging zal worden gebracht, blijft op tien jaar gesteld. Naar aanleiding van de onmiskenbare toe neming van de misdadigheid in de Ver. Sta ten, heeft de gouverneur van den Staat New- York, Miller, in een rede het vraagstuk be handeld, waaraan die toeneming eigenlijk is toe te schrijven. Miller wijst in dit verband op de algemeene neiging van onzen tijd om boven zijn inkomsten te leven. Verder laakt hij den invloed van het vlotte, jachtende le ven, en.het drankverbod. Zooals gouverneur Miller 'het geestig uit drukt, is de eerste aanleiding voor de meeste misdrijven van dezen tijd in de VeT. Staten hierin te zoeken, dat „bijna iedereen wenscht het levensdrama te genieten, in een fauteuil d'orchestre, terwijl er niet voldoende geld is om iedereen zulke dure plaatsen mogelijk te maken". Bovendien leven de Amerikanen in een zoo koortsachtig tempo, dat zij zegt Miller noodzakelijkerwijs op orde en wet inlhreuk moeten maken. Voorts is ook duar wijst de gouverneur op de misdaad „gemotoriseerd". Daarmee bedoelt Miller den noodlottlgen invloed van het gemak, waarmee de moderne bandieten zich meester maken van een auto of een motorfiets om met den buit te ontko- men. Tenslotte vermeldt hij den slechten in vloed, geoefend door de anti-drankwet geving. Deze laatste heeft een algemeene minachting in het leven geroepen voor de wet, en een gevoel van vijandschap jegens de politie. Er in diepe verbittering over wat het publiek voelt als een Inbreuk op de persoonlijke vrij heid. RUSLAND. De Prawda van 8 Januari bevat bijzonder heden over den toestand in het gebied der Tsjoewaschen: Op ontzettend groote sohaal wordt vee verkocht. Speculanten koopen de paarden bij partijen op en vervoeren die naar de landbouwende gouvernementen, op welke manier zij tientallen en honderden millioe- nen verdienen. In verband met de omstan digheid, dat alle boeren gedwongen zijn hun have te verkoopen om brood te kunnen koo pen, is het aantal winkels én magazijnen aanzienlijk uitgebreid. Voor eenige poeden graan worden geheele boerenwoningen schuren etc. afgestaan. Op de stations treft men maasa's emigranten aan, die trachten een plaatsje in een trein te 'bemachtigen. Een typhus-epidemie is uitgebroken; in sommige dorpen is in ieder huis een typhus-patiënt. Velen zouden gaarne in andere streken gaan werken, maar kunnen dat niet, daar hun de middelen ertoe ontbrekenl De boeren wach ten óp den zaaitijd en op het zaaikoren, maar vele vragen zioh bezorgd af: hoe de velden op tijd geploegd te krijgen, wanneer er nog slechts een derde van het aantal paarden over is. En in andere, nog meer ge teisterde streken, bedraagt het verlies aan vee zelfs 70 percent. OOSTENRIJK. Communistenproces. Weenen, 28 Jan. Naar uit Boedapest wordt gemeld begon aldaar heden een communis ten-proces, waarbij meur dan 800 personen als beklaagden en ruim 1000 getuigen zijn gedagvaard. Zoowel de deelnemers aan het communistenoongres, die vóór de Derde In ternationale hebben gestemd, als de terro risten, die den aanslag in den Senaat heb ben gepleegd, zullen worden bereoht. Ingezonden mededeellng. RIEP Als voorbehoedmiddel wordt geprezen i ,Vul een glas halfvol met warm water en roer daarin een eetlepel Abdijsiroop. Hiermede vijf maal daags goed gorgelen BINNENLAND. Faillissementen in Nederland. Volgens mededeelingen van het Handels informatiebureau van van der Graaf Co.'s Bureaux voor den Handel zijn over de af- geloopen week, eindigende 20 Jan. in Ne derland uitgesproken 28 faillissementen te gen 88 faillissementen in dezelfde week van het vorige jaar. Van 1 Januari tot en met 20 Januari 1922 114 faillissementen tegenover 88 over het zelfde. tijdperk van het vorige jaar. De Nederlandsche Staatsleenlng. Naar de N. Ct. verneemt, heeft een ont werp van wet tot het aangaan van een geld- leening, groot 360 millioen, ten laste van den Nederlandschen Staat, het departement van financiën verlaten. De werkloosheid. Aan de werklieden der flesschenfabriek Leerdani-Vlaardingen is aangezegd, dat het geheele bedrijf Maandag 23 Januari zal wor den stopgezet. Een 300-tal werklieden wor den hierdoor werkloos. De werkloosheid in scheepsbouw. Het percentage der werkloosheid in de Am- sterdamsche scheepsbouwnijverheid is gedu rende den loop van 1921 over het algemeen be trekkelijk gunstig geweest in verhouding tot dat in andere bedrijven. Er stond werk op sta pel, dat moest worden afgemaakt. Geleide lijk zijn nu de schepen afgeleverd en komen geen nieuwe bestellingen binnen. Gehoopt was op nieuwe mailschepen voor de „Ne derland", waardoor een aantal werklieden aan den gang zou kunnen blijven. Nu er echter voorloopig van dien bouw niets komt, zal de Nederlandsche Scheepsbouw Maat schappij, welke thans reeds een 400 man heeft ontslagen, geleidelijk tot verdere in krimping van personeel moeten overgaan. Het ziet er dan ook naar uit, dat het werk- loozenper'centage in deze industrie tegen den zomer aanzienlijk zal toenemen. Zee- en Landmacht. Naar wij vernemen, wordt overwogen om voor eervol ontslagen subalterne zee-offi cieren de gelegenheid open te stellen om wederom in hun vroegeren rang in dienst te treden. In aanmerking komen zij, die de marine na 1 Jan. 1919 hebben verlaten en die de vereischte bekwaamheid en geschiktheid be zitten. Belanghebbenden zouden zich voor inlichtingen tot het Departement van Mari ne kunnen wenden. De toestand van de „K. II". (Vragen van Kamerleden.) De heer Hugenholtz heeft den Minister van Marine a.i. gevraagd: lo. Is het juist, dat de „K II" met spoed in gereedheid wordt gebracht om naar In- dië te vertrekken? 2o. Heeft de K II dezelfde soort van elec- tri9che batterij van Amerikaansch maaksel als de „K IV"? 3o. Is het juist, dat in sommige cellen van de electrische batterij der „K II" 50 tot 70 gasvorming is waargenomen? 4o. Is het juist, dat de eenig overlevende van de slachtoffers van de ontploffing aan boord van de „K IV", even vóór het ongeluk plaats greep, belangrijke gasvorming in de cellen der electrische batterij heeft gecon stateerd? 5o. Is de Minister, bij bevestigende beant woording van de vragen lo. en 2o., bereid het vertrek van de „K II" op te schorten tot dat uit het onderzoek naar de oorzaak van de ontploffing aan boord van de „K II" zal zijn gebleken of de K-booten, voorzien van Amerikaansche batterijen, aan meer gasvor ming onderhevig zijn dan de andere, niet van Amerikaansche batterijen voorziene K- booten? 6o. Is de Minister bereid het verslag van het onderzoek In vraag öo. bedoeld te publi- ceeren? De Vri.lz.-Dem. Bond. Na de heer Teenstra heeft nu ook de heer Koster bedankt voor een candidatuur van den Vrijz.-Dem. Bond. Hij berichtte dit aan het Hoofdbestuur in een uitvoerig schrijven, met de mededeeling, dat hij in het hier vol gend bericht daarvan mededeeling zou doen aan de pers: „Naar wij vernemen, heeft dei heer W.O. A. Koster aan het hoofdbestuur van den Vrijz. Dem. Bond medegedeeld, niet bereid te zijn een candidatuur voor de Tweede Kamer te aanvaarden." Hoogachtend, (w.g.) Koster. Het bestuur van den Vrijz.-Dem. Bond vond hierin echter aanleiding de geheele brief aan de Telegraaf ter publiceering te geven. Naar aanleiding daarvan schreef de heer Koster aan dat blad: „Ik was voornemens mijn bedanken als candidaat voor den Vrijz.-Dem. Bond in den meest soberen vorm te publlceeron. De heer Oud echter acht het oorbaar een brief door mij aan het hoofdbestuur van den Vrijz.- Dem. bond geschreven te publiceeren, bui ten mijn wil en voorkennis en voordat dit hoofdbestuur er kennis van kon nemen. Mij lijkt dit even onkiesch als onbeschaafd. „Nu echter de heer Oud mijn heengaan geruchtmakend wil doen zijn, stel ik er prijs op te verklaren, dat een der hoofdzaken van de ontbinding der Vrijz. Dem partij wat niet beteekent het venoren gaan der Vrijz. Dem. gedachte te zoeken is in het feit, dat de partijsecretaris, de heer Oud, bij de voorbereiding der candidatuurstelling en de uitwerking van het referendum slechts één doel voor oogen heeft gehad: „Hoe kom ik weer in de Tweede Kamer". In verband met de vele oonfllcten heeft de Telegraaf nog even geïnformeerd naar de juiste cijfers van het referendum. De uit slag is opgemaakt volgens het z.g. punten- stelsel. Het aantal stemmen, dat iedere can didaat verkreeg, werd met een bepaald cij fer vermenigvuldigd. Dit resultaat bedroeg voor den heer Oud 42612, voor den heer Teenstra 86679, voor den heer Ketelaar 36493, voor den heer van Beresteijn 88459 en voor den heer Koster 81854. Deze heeren verkregen zoodoende achter eenvolgens de plaatsen van 8 tot en met 7. Zooals men weet was de eerste voor Mr. Marchant en de tweede plaats voor een vrouw (Mevr. Bakker-Nort). Uit de vriJz.-dem. Kamerfractie. Het hoofdbestuur van den Vrijz. Dem. Bond heeft in zijn gisteren gehouden ver gadering besloten: lo. tot het bijeenroepen van den partij raad tegen 6 Februari a.s. 2o. tot het uitschrijven van een buitenge wone algemeene vergadering der partij op 18 en 19 Februari, ten einde maatregelen te treffen tot aanvulling der candidatenlijst, noodig geworden, doordat enkele candidaten hun bereidverklaringen hebben teruggeno men. Afschaffing Zomertijd. Verschenen is de Memorie van Antwoord betreffende het voorstel van wet van den heer Deckers c.s. tot afschaffing van de jaar- lij ksche vervroeging gedurende den zomer, van den wettelijken tijd. Het volgende is er aan ontleend: Dat vele leden overwegend bezwaar tegen dit wetsvoorstel maakten, wordt door de voorstellers betreurd, terwijl zij van mee ning zijn, dat de bezwaren in hoofdzaak be rusten op misverstand. Eenerzijds toch wor den de voordeelen van den zomertM te hoog aangeslagen en anderzijds worden de na- deelen te gering geschat. De tweede genoemde voordeelen van den zomertijd, het eene van byglënischen card: het gezonde genot van lange avonden, het andere eoonomischen aard: besparing van kunstlicht, worden niet door de voorstellers ontkent Zij meenen echter, dat, wat het eerstgenoemde betreft, hetzelfde resultaat kan worden bereikt, indien des zomers het openbare leven in het algemeen en dus ook de arbeidstijden op fabrieken, werkplaatsen, kantoren enz. alle een uur vroeger begin nen zoodat zij ook een uur vroeger kunnen eindigen. Het tweede voordeel wordt, nnHr de meenlng van de voorstellers, wel geheel of althans grootendeels te niet gedaan door de economische nadeelen, die de zomertijd voornamelijk aan de landbouwproductie be rokkent. Waar vele leden meenen, dat de zomer tijd slechts „voor sommige groepen" van landbouwers „eenig ongerief" veroorzaakt, wijzen de voorstellers op het adres inzake den zomertijd, gezonden aan den Raad van Ministers door den Chr. Boeren- en Tuin- dersbond in Nederland, het Kon. Nederl. Landb. Comité en den Nederl. Boerenbond gezamenlijk dus door den geheelen geor- ganiseerden Nederlandschen landbouw waarin met grooten aandrang verzocht wordt de wet op den zomertijd af te schaf fen. Ook de tuinbouw, die toch al zulke uiterst moeilijke jaren meemaakt en al zoo zwaar te lijden heeft, ondervindt van den zomer tijd ernstige schade. Eveneens dwalen zij, die meenen, dat door den zomertijd slechts „eenig ongerief" zou worden veroorzaakt. In de Memorie van Toelichting is, volgens de meening van de voorstellers, voldoende aangetoond, dat het niet tot ongerief beperkt blijft, maar dat er werkelijk nadeelen worden geleden, zoowel in het akker- als in het veehoudersbedrijf. Behalve de nadeelen, die de landbouwer in zijn bedrijf van den zomertijd ondervindt, zijn er ook nog nadeelen van hygiënschen aard: de verkorting der nachtrust en de ar beid op een vochtigen bodem en in gewas sen, nat van den dauw. Onbegrijpelijk is het verder, dat sommige leden meenen, dat, „ter wille van een kleine minderheid", gestreefd zou worden naar op heffing van den zomertijd. Hetgeen deze le den aanduiden met „een kleine minderheid" is in werkelijkheid de geheele plattelands bevolking. Het geheele leven ten plattelan- de moet zich richten naar de eischen van het landbouwbedrijf. Indien dus de landbou wers zich houden aan den zomertijd en de rest der bevolking ten opzichte van alle „maatschappelijke handelingen" aangewe zen is op den officieelen zomertijd, veroor zaakt dit in het dorpsleven veel ongemak en wrijving. Eenige leden wezen er nog op, dat, toen de zomertijd in 1916 en 1917 bij wijze van proef werd ingevoerd, van bezwaren niet veel vernomen is, en dit verwondert hen blijkbaar. Men bedenke echter, dat van de zijde der landbouwers toen ter zijde geen bezwaren zijn naar voren gebracht, omdat wij toen leefden in een tijd van zoodanige schaarsch- te aan brandstoffen, dat men gedwongen was, tot de invoering van den zomertijd als noodmaatregel over te gaan. Van de voorstellers is voorhands niet te verwachten, dat zij gevolg kunnen geven aan den wensch van de commissie van rap porteurs om hun wetsvoorstel in te trekken, te minder, daar hun niet is gebleken, dat de regeering binnenkort te dezer zake zelf een ontwerp zal indienen. Boterpolltiek. Ook de melk weer duurder? 's-Oravenhage, 21 Jan. In dezelfde week dat de boterprijzen tot een niveau gedaald waren, lager dan wij het in jaren gekend hadden, kwam het besluit van den Minis ter van Landbouw af, waarbij de uitvoer van melkproducten vrijgelaten werd. Evenals in de oorlogsjaren slaagden de belangheb bende orgunisaties er in. den Minister voor zich te winnen, waarbij de belangen van den Nederlandschen consument voor de zoovecl- sto maal op den achtergrond gedrongen wer den. Niet zoodra toch was het hek van den dam, of de groote organisaties begonnen den prijs op te zetten; men was niet langer op net kleiAe Holland aangewezen. In hoofd zaak is het thans Frankrijk dat belangrijke partijen boter van Holland betrekt, hetgeen reeds ten gevolge heeft gehad, dat in slechts één week tljds, de groothandelprljs met 50 cent per kilo gestegen isl Nog een andere factor werkt intusschen mede, om de boterprijzen omhoog te voeren. Door de zuivelorganiqaties wordt n.1. de voorradige boter zeer schuarsch afgeleverd, of om het duidelijker uit te drukken: de bo ter wordt kunstmatig vastgehouden, ten ein de zoodoende betere prijzen te kunnen be- diygen. Gesteund door het opgeheven uit voerverbod, meent men deze taktiek zonder gevaar te kunnen toepassen, omdat immers het Buitenland nu openstaat, om de op gelegde boter tot verhoogde prijzen te be trekken. Zooals reeds met een enkel woord bericht werd, heeft men den minister met dezen toe stand telegrafisch in kennis gesteld, doch naar ons ter oore kwam, moet Minister van Wsselsteyn niet voornemens zijn, in dit op zicht aan de zulvelorganisaties eenige be perkende bepalingen voor te schrijven. Toch zou reeds zeer veel bereikt worden, indien de Minister aan het recht tot vrijen uitvoer, de voorwaarde verbond, dat de boter welke beschikhaar is, ook voor de binnenlandsche handelaren onbeperkt verkrijgbaar moet worden gesteld. Hierdoor zou. tenminste .wat het binnenland betreft, een rem voor onge motiveerde prijsopdrijving der laatste we ken gevonden zijn, Wat de prijs-politiek der boter-organisa- ties betreft, moet er nog op gewezen worden, dat indien de boterprijzen niet zéér spoedig dalen, ook de melkprijs weer naar boven zal gaan! De belangrijke daling der melkprij zen was immers mogelijk, door telkens weei te verwijzen naar de zuivelwaarde der melk. Maar nu de kansen gekeerd zijn, en de zui velwaarde, dank zij de bovenbeschreven tac tiek, zoo gestegen is, zijn de boeren niet voornemens langer genoegen te nemen met een hun opgedrongen lageren melkprijs, die niet meer in verhouding staat tot de oogen- blikkelijke zuivelwaarde der melk. In Januari van het vorige jaar werd in verband met de toenmalige melkschaarschte in ons land den veehouders verboden kaas te maken. En nu, een jaar later, is er melk in overvloed in ons land, zóó zelfs, dat even door de boter- en productenfabrieken, vóór de opheffing ven het uitvoerverbod, zoo wel als de „zelfkazende boeren" de,melk in de groote steden, (vooral den Haag en Rot terdam) tot elk aannemelijk bod" aan den melkhandel aangeboden werd. Moet onder die omstandigheden het pu bliek straks een hoogeren melkprijs betalen, omdat de boterpryzen kunstmatig opgejaagd worden? Waarom grypt de regeering dan tlianH niet lo? Of woelen U plattelands- stemmen betalen die de OMlltls van de Juni- stembus verwacht? Met politiek |5 bet slecht boterhammen smeren 1 Telegraaf. F. A. van Braam Houckgeest fen het korps Mariniers. De oud-kolonel der marniiers J. R j, Ph Cambier schrijft aan het Hblü.: Van Braam Houckgeest werd officier in een tijdperk toen er stemmen bij de marine opgingen om het korps mariniers op te hef fen, ^n met woord en daad heeft Uy, Van jeugdig officier af, steeds gestreden voor het behoud der mariniers, en aangetoond dat een dergelijke afschaffing geenszins in het belang zoude A'ezen van onze zeemacht, en wat meer zegt van ons land met zijn prachtige koloniën. Na eene reis met de „Wassenaer" in de Middellandsche Zee ge maakt te hebben werd hij officier-instruc teur bij de opleiding van kadets der mari niers tot officier. Hij bestudeerde de ge schiedenis van het Ned. Zeewezen, en schreef in gemeenschap met P. A. Leupe, oud-majoor, het werk „De Geschiedenis der Mariniers van 1666 tot heden", dat in 1867 het licht zag. In hetzelfde jaar werd een proef genomen of mariniers aan boord van een oorlogsschip nog noodig waren. Op ons eerste pantserschip, het ramtoren- schip „Prins der Nederlanden", dat 1 Mei te Birkenhead in dienst kwam, onder com mando van den kapitein ter zee M. H. Jan sen, zijn eenigen tijd geen mariniers inge scheept geweest. De proef mislukte echter, en er embarkeerde daarna een uitgelezen detachement op dezen bodem, waar over in September 1868 de le luitenant van Braam Houckgeest het bevel kreeg. In 1869 en '70 had de expeditie naar de kust van Guinea plaats, waaraan deelgenomen werd door Z. M. „Vice-Admiraal Koopman" en „Amstel", en het detachement mariniers op eerstge- noemden bodem stond onder het bevel van den len luitenant van Braam. De landings- divisiën van beide bodems ontscheepten, en bestreden gemeenschappelijk met onze hulp troepen, negersoldaten door Nederlandsche militairen aangevoerd, de opgestane Com- mendeezen. In eenige gevechten blijven wij overwinnaars, en bij de bestorming van Kas- si-Krom, dat ingenomen werd, waarna de opstandelingen zich onderwierpen, werd van Braam gewond. Voor zijn toen gehouden ge drag werd hij gedecoreerd met de Willems orde 4e kl. In boekvorm heeft de overle dene dezen krijgstocht beschreven. Na de mislukking van de eerste expedi tie tegen Atjeh in 1873, werd tot een twee den krijgstocht tegen dat rijk besloten, en ter versterking van het Oost-Indische leger ging in dat jaar een eerste detachement van 300 mariniers, staande onder het bevel van den kapitein Van Braam Houckgeest, naar Oost-Indië. Dit detachement werd per parti culier stoomschip overgevoerd naar Padang, waar het ontscheepte, om deel uit te maken van de daar gevormd wordende le of reser ve-brigade onder den luit.-kol O.I.L. Karei van der Heijden. 28 Nov. 1878 was onze zee- en landmacht, thans onder opperbevel van den luit.-generaal Van Swieten, ten tweede male in de wateren van Atjeh vereenigd. Nadat de troepen ontscheept waren, die zich met groote verliezen van den missigit mees ter maakten, werd de le brigade ter aanvul ling uit Padang ontboden. Op 20 Januari 1874 ontscheepten de daartoe bchooronde mariniers te Penagoeng, die duarna deelna men aan do omtrekking van Kotta-Radja door het leger, en weldra was de Kraton ons. Bij Kon. besluit van 6 Oct. 1874 werden onderscheidingen uitgereikt aan hen, die in den strijd tegen Atjeh hadden uitgeblonken, waartoe de kapitein Van Braam behoorde, die benoemd werd tot ridder in de orde van den Ned. Leeuw. In Nederland teruggekeerd streefde Van Braam er ernstig nanr om de mariniers te verheffen, iets waartoe hij vopral In staat was gedurende de elf jaren, die hü korps commandant was. Hl| trachtte aan de oefe- ningen van den troep een richting te geven overeenkomstig de hooge eischen van be kwaamheden, die door hem gesteld werden, en tevens een uitstekende krijgstucht te on derhouden. Baanbrekers stuiten dikwijls op moeilijkheden; zoo ging het ook met dezen commandant. Hij ondervond tegenwerking, zoowel openlhk als bedekt, en had het ver driet door zijn optreden vroegere vrienden ln volslagen vilanden te zien veranderen. Z. M. Willem TTI schatte don kolonel Van Braain Houckgeest zeer hoog, en benoemde hem 4 Mei 1886 tot zijn adjudant in buiten gewonen dienst. De bedoeling van den ko ning was hiermede zoowel den persoon, als het korps te onderscheiden. Werkloozen-uitkeerlng aan Noordzee- visschers. Gelijk men weet mag in den regel de uit- keering uan werklooze arbeiders, die tegen werkloosheid verzekerd zijn, niet meer be dragen dan 70 van het gemiddelde dag loon van den verzekerden arbeider. Waar echter de vissoliers meestal „op ze gen varen" en de verdiensten dus zeer uit- eenloopen, hebben alle vakbonden, die vis- schers georganiseerd hebben, sedert 1918 een uniforme uitkeering verstrekt, naar ge lang van een aangenomen loomiorm in de verschillende plaatsen. Tot half December 1921 werd op deze wij ze van doen door niemand eenige aanmer king gemaakt. Iedereen begreep, dat het niet anders kon, en dat menschen, die vol gens zekere klasse contributie betalen, ook volgens die regeling behooren te ontvangen. In 't laatst van December echter schreef de Dienst der Werkloosheidsverzekering vóór, dat de bonden zich zeer nauwgezet hadden te houden aan de 70 bepaling. De Chr. Zeeliedenbond, die 't meest in 't gedrang kwam, verzette zich met de meeste kracht tegen deze bepaling. Het resultaat was gunstig. Dezer dugen ontvingen de Gemeentebe sturen een circulaire van den „Dienst", waarin o.m. het volgende voorkomt: „Ter bepaling van die gemiddelde dage- Uiksche verdienste kan echter worden reke- ning gehouden met: a. het over den tijd van uitoefening der Noordzee-visscherlj verdien de loon; b. de waarde der verstrekkingen in natura, welke gemiddeld kunnen worden bo-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 2