T Tweede Blad. DE BANK VAN WISSELINK VAN ZATERDAG 27 MEI 1922. PLAATSELIJK NIEUWS. Volgestort Kapitaal: f l.OOO.OOO, Reservefonds: f 270.000, Door de leden van den Armenraad is tot voorzitter van genoemden Raad be noemd, in de plaats van Ds. A. E. van Griet- buysen, de heer G. A. Niessink te Huisdui nen. Het Bestuur van den Raad is: Mevr. M. de BoerJongkees. J. Bommel P. van Dalen. J. A. Lijdsman. L. Rumpff, secretaris. De levering van aardappelen ten be hoeve van de troepen in het garnizoen Hel der gedurende de maand Juni is opgedragen aan C. van Os alhier, tegen den prijs van 8.99 per 100 K.G. Candldatnnr Tweede Kamer. In de posteditie vam ons vorig no. zijn abusievelijk de lijsten van Wormerveersche èn Texelsche kiezers (C. Busch en H. Braam) geplaatst onder de lijsten van den Bond van belastimgbebalenden. Dit zijn even wel twee zelfstandige lijsten. In de stads editie is de lout hersteld. De warmtegolf en het onweer. De onweersbui van Donderdagmorgen heeft de atmosfeer opgefrischt, en de schier ondragelijke hitte der laatste dagen gebro ken. De warmte-recordaag van Maandag, waarvan wij melding hebben gemaakt, werd Dinsdag en Woensdag nog overtroffen; in de Bilt steeg de thermometer Woensdag tot 33.6° C., dat is bijna 921/»0 Fahrenheit. Gro ningen meldde omstreeks 34 gr., Maastricht 34.3, VLissingen zelfs 34.9° C.l Deze laatste temperatuur, gelijkstaande met bijna 95° Fahrenheit, (94.82) is in Vlissingen in geen enkelen zomer, laat staan dus in Mei,- ooit voorgekomen. Geen wonder dan ook, dat tallooze onge vallen worden gemeld', waaraan de buiten gewone warmte schuld is. In Rotterdam zak te een 38-jarige havenarbeider, door een 'zonnesteek getroffen), nabij zijn woning in een. Een schilder, door de hitte bevangen, Stortte van een ladder naar beneden. In vrij ernstigen toestand werd hjj naar het zieken huis vervoerd. Op eene wandeling door de duinen van Schoorl naar Bergen aan Zee werd de heer K. uit Amsterdam, die met zijn fechtgenoote een bezoek had gebracht aan zijn broeder, den burgemeester van Callants- oog, door een zonnesteek getroffen. Een ont boden geneesheer kon slechts den dood con- stateeren. Te Zevenaar zijn drie meisjes op de sigarettenfabriek in zwijm gevallen. Wij zijn hier in dit opzicht altijd, in het voordeel, zooals wij de vorige maal al be toogden. Toch hebben wij ook hier van de warmte last gehad, en de onweersbui, die Donderdagmorgen kort maar tamelijk hevig, boven ons hoofd losbarstte, heeft in den let terlijken zin des woords ontspanning ge bracht. 't Begon met geweldig groote druppels regen. Eerst enkele, maar na eenige oogene blikken meerdere, en toen vielen er groote hagelsteenen tusschendoor. Zij, die nog niet het strand bereikt hadden, haastten zich (rechtsomkeert te maken en hun woning op te zoeken. Maar de strandbezoekers zelf wa- iren er, zooals elders in een artikeltje in dit .nummer betoogd wordt, nog het best aan toe, want zij vonden in het 'badpaviljoen een gastvrij en veilig tehuis. 't Slimst was het voor de kinderen, die onderweg waren. Natuurlijk, niemand bad aan zulk weer gedacht, en vele kinderen wa ren dan ook, tezamen met buurvriendjes en vriendinnetjes, met schopjes en emmertjes, vol moed1 den langen tocht begonnen. Alle maal in de beste pakjes, de meisjes in schoo- ne lichte zomerjurkjes, met frissche linten in1 de haren. Och armel hoe keerden ze na 'eenige oogenfolikken huiswaarts! De pas ge kamde en geborsteld© haren hingen in natte, druipende .p'ieken terneer, de mooie jurkjes waren verfomfaaid', alle stijfsel d'r uit, de kraagjes van de jongens gaven blauwe vlek ken op het bloesje. En de haarlintjes ach, ach, wat was alles nat! Af en to© zag j© een oudere met een fiets, waarop een of twee druipende kinderen za ten, en die met een flink vaartje naar huis trapte. Een tentwagentje, waarin een man met een kind, zette gauw den kap op en pikte onderweg een familie op, zoodat het paardje met een gansch vrachtje huistoe reed1. De straten dreven, de goten konden de geweldige hoeveelheden water niet verzwel gen, zoodat het In een oogwenk een ware modderpoel leek. De bui duurde maar kort: hoogstons tien minuten. Toen zakte alles af, de regen hield op, de zon, die af en toe al eens was wezen kijken, begon weer in volle glorie te schij nen, en de straten dampten dat bet zoo n aard had. En een kwartier na d© bui was alles weer bij het oude. Behalve dan de natte bloesjes enzoovoort, en de verregende Zon- düfiffichö ldc^rön.» Dat overigens deze hittegolf blijkbaar slechts van zeer beperkte grenzen was, be wijzen de metereologische berichten. Wil ontvingen Vrijdagmorgen onderstaand be richt uit Engeland: Londen 25 Mei. Een buitengewoon hevig onweder ontlastte zich hedenmorgen over Londen. Een kerktoren in het noorden van I onden werd' door den bliksem getroffen, waardoor een gat van mansgroott© gemaakt Xl. Een aantal huizen werden eveneens getroffen en 'beschadigd. Het onweer werd gevolgd door een welkome ontspanning \an de hittegolf, die men sedert 3 ondervonden. Een merkwaardig t) is het feit, dat, terwijl men in Londen en het Zuidoosten vol was van de wamte, in t overige gedeelte guur weder heelt ge heerscht. In Glasgow en andere deelen Schotland wees d© thermometer hedennacht het vriespunt aan. Eerste Steenlegging Betonwonlngblok. Zooals bekend hebben de faeeren Staalman en Baak een vennootschap gesticht tot nei bouwen van een blok woningen, die princi pieel van de andere woningen verschillen doordat ze van gestampt beton zullen wor den gemaakt. Architect hiervoor is d© heer Tim-man, de Oo. van de Vennootschap, die een vijfentwintig-tal woningen ontworpen heeft. Deze zullen komen op een terrein ach ter de van Hogendorpstraat en Woensdag middag had hiervan de eerste-srteenlegging plaats. Dit geschiedde door den -burgemees ter, den heer Houwing; mede was aanwezig d© wethouder van finantiën, de heer de Zwart, alsmede de gemeente-bouwmeester, 'de heer Kasbelijn. De heer Staalman bracht in zijn toespraak allereerst dank aan deze beide heeren voor hun tegenwoordigheid. Spr. wees op het bizonder karakter dezer eerste-steenlegging. Opzichzelf is reeds het leggen van den eer sten steen van een nieuw blok huizen een gedenkwaardigheid, maar juist omdat het hier iets nieuws betreft, is deze gebeurtenis merkwaardig te noemen. In andere plaatsen is betonbouw al toegepast, hier geschiedt dit thans voor het eerst, en het is dus be grijpelijk, dait de burgemeester hierbij aan wezig wilde zijn, waar het hier een nieuw systeem betreft en de huizen eeni nieuw soort worden. Hoe zijn wij er toe gekomen deze wonin gen te bouwen? vroeg spr. De bestaande woningnood en de heerschende werkeloos heid waren oorzaak, dat de heer Baak teza men met spr. beraadslaagde of niet op de een of andere wijze daarin kon worden voor zien;. In andere plaatsen hadden wij dezen bouwtrant bezichtigd', en geinfonneerd of de betonbouw daar voldeed; wij kwamen tot de conclusie, dat dit de bouw der toekomst zou zijn. Zoo werd, met rijkssteun, hier be gonnen met een werk, dat in d© toekomst nog vaak zal worden toegepast. Maar wij staan hier ook als toekomstige eigenares, aldus ging de heer Staalman voort. Het door ons ontworpen huursysteem leidde ertoe, dat de toekomstige bewoners na een zeker aantal jaren de woningen in eigendom zouden krijgen. Met een kleine hypotheek kan d'at geschieden. Het succes was reeds dadelijk groot; voor de 25 gepro jecteerde woningen meldden zich aanstonds al 127 koopers aan. Getracht zal worden, thans een tweede complex te bouwen. Tenslotte dankt spr. het gemeentebestuur voor zijn hulp en steun, en vraagt die ook voor de toekomst; dankt ook den heer Kas- telijn en de pers voor hunne tegenwoordig heid en noodigt vervolgens den burgemees ter uit tot de plechtigheid te willen over gaan. De Burgemeester, hierop het woord ver krijgend, zal gaarne aan het verzoek van de heer Staalman voldoen. Deze bouw is een bewijs, dat de heeren Staalman, Baak Co. willen medewerken aan de oplossing van den heerschenden woningnood, en willen trachten een© oplossing te vinden nu die in een acuut stadium is gekomen. Spr. hoopt dat in de toekomst de woningnood langzamer hand tot het verleden zal gaan behooren. Nadat de eerstesteenlegging thans door den Burgemeester was geschied, begaven de aanwezigen zich naar de directóekeet waar de gebruikelijke eerewijn en -limonade aan geboden werd. De geprojecteerde 25 woningen zijn in twee typen ontworpen, die echter slechts uiterlijk eenig verschil toornen. De binnen- constructie is voor alle huizen dezelfde. Zij bestaan beneden uit een kamer van 4,23 X 3,40 M., en een kleiner© van 2.20 X 2,26 M., benevens een keuken van 3.10 X 2,30 M. Boven is een groot portaal en drie slaapka mers, resp. 3 X 3, 2,80 X 2,30 en 2,30 X 2,60 M. oppervlak. Verder is er nog een zoldertje en een vlierinkje. Een paar hoekhuizen krij gen een plantsoentje voor hun deur. Zooals gezegd zijn de huizen geheel van gestampt beton; evenwel wordt voor de uit waseming een houten beschot langs de mu ren aangebracht, omdat ze uit den aard der zaak niet zoo poreus zijn als baksteenwonin gen. De huizen zijn over een maand of vier klaar. De Blauwe Week. Een plastische en teekenend© volksuit- druking om iets te kwalificeeren is wel het gezegde „een dood kind met een laan handje". Welnu, dat kan zonder overdrij ving worden geconstateerd van de actie der Heldersche drankbestrijders, die op Hemel vaartsdag hun „blauwe week" inzetten, week, die gewijd is aan die propaganda voor de geheel-onthouding. Er was niet de minste belangstelling voor de openluohtmeeting op het terrein 'naast het Bondsgebouw, met welke meeting de „blauwe week" aanving. In de Prins Hendriklaan hing, hoog tus- echen het groen' der boomen, een doek met een geheelonthoudersspreuk. Verder was er niets, nlöts, niets. Zelfis het feit, dat de toe gang geheel 'gratis was, kon de mensohen niet verlokken tot komen. Te drie uur stond een klein clubje men sohen, in hoofdzaak bestaande uit leden van de verschilende vereenigingen hier ter stede, op het terrein bijeen, in afwachting van het pulbliek, dat niet kwam opdagen. Tegen half vier zou men maar beginnen, in de hoop, dat dan wellicht nog enkelen zouden komen. Dit geschiedde dan ook in derdaad, zoodat er tenslotte misschien een veertig, vijftig mensohen op het terrein ^Er1'waren twee sprekers aangekondigd, doch alleen de heer Bern. C. Franke van Amsterdam, was gekomen. HU vertelde van een Engelsoh propagan dist, die ergens spreken zou en toen, in de zaal komende. daar één man vond. Hij vond het voor d'ezen man niet billijk als hij hem teleurstelde en dus hield hij zijn speeoh voor den ©enen toehoorder. En ziet! deze eene man luisterde aandachtig, en werd la- (ter een vooraanstaand strijder in de gelede ren. En hier was het ©enigszins hetzelfde, en zij, die dezen middag gekomen waren, hadden recht op een rede. Waaraan is dat weinige publiek eigenlijk toeteschrijven? Ach, de mensohen zeggen: wij weten nu wel zoo ongeveer wat de geheel-onthouders wil len. Jawel, maar men handelt er met naar, en weet het dus blijkbaar onvoldoende. H gaat er mee als tijdens den oorlog: wij nen aan de vreeslijke ellende, zij gaat g ons heen, wij denken er naet over na hoe ontzettend groot het leed is, dat doo drank wordt veroorzaakt Wat moet je daar nu, als doen? Van de laten we JOOWtewo- ners onzer stad, waren 0^ 2995 schenen: moeten wij' voor die v g doen van iets, dat ze niet mteressee geloof, dat ik maar naar huis .ga zei de verslaggever. Maar hjj gmt? niet. later hem een van de jongeren vroeg of hij Ingezonden Mededeeling. ANNO 1886 DE BANK: opent Rekening-Courant en Chequerekeningen met rentevergoeding, Incasseert en disconteert Handelipapler op binnen- sn buitenland, n verleent Bedrljfecredieten san Landbouw, Handel an Industrie, belast zich met dan aan- sn varkoop van Effecten voor geldbelegging, neemt gelden In deposito tegen de navolgende rente: met 1 dag opzegging: 3 °/0 voor 1 maand vast: 3'/4 3 ii ii 3'/j 6 ii ii 4 1 iaar 4'/ï - Voor andere termijnen, zoomede voor groote bedragen, kunnen aparte voorwaar den worden vastgesteld. II II verhuurt In hare zwaar geconstrueerde Safe-depoelt loketten, waarvan de huur bedraagt: Model A per Jaar: f 8,— ii e ii f 10, c fiv Dh inrichting biedt tevens gelegenheid tot berging van koffers en tot plaatsing van eigen brandkasten der cliSntsn. nu toch maar niet ©eni verslagje zou geven omdat het zoo'n mooie rede was, toen liet-ie, vol trots, een heele massa aanteekeningen zien: kijk eens wat ik allemaal genoteerd heb! Het bloed kruipt waar het niet gaan kan! Toch is hot met ©enig© aarzeling, dat wij deze paarlon worpen voor de.ja, 't is geen erg aardig woord, wat nu volgt en ik moest hot maar liever niet zeggen. Ofschoon eoni varken heusch een aardig dier is. Dat valt erg mee, alleen je moet met ze om kunnen gaan. Ze hebben een beetje dikke huid, en je moet nogal hardhandig naien-, willen ze er iets van voelen. Maar dan knor ren ze ook van pleizier. En jonge biggetje© zijn wat eenj aardige beestjes 1 Heelemaal rosé lijfjes hebben ze. En omdat jonge var kentjes zulke leuke diertjes zijn, zal ik dan ook maar vertellen wat meneer Franke zoo al zeide. Hij begon met er op te wijzen, dat Neder land jaarlijks 800 xnillioen gulden uitgeeft aan sterken drank, dat is, in 1920, 43, per hoofd van de bevolking. En het ergste is niet, dat dit geld uitgegeven wordt, maar wat er voor gekocht wordt, is een ont zaggelijke hoeveelheid ellende. Ellende aan verwoeste gezondheid, ellende aan onge lukken, ellende aan krankzinnigheid, ellende tenslotte aan (misdaad. Met uitspraken van deskundigen werd dit bewezen. De genees heer-directeur van het bekende sanatorium Hellendoorn, dr. Vos, heeft in een brochure uiteengezet welk verband er bestaat tus- scben alcohol en tuberculose. Wat beweegt de menschen om door te gaan met het gebruiken van alcohol, hoewel ze weten, dat er zooveel maatschappelijke ellende uit ontstaat? In hoofdzaak wel de drinkgewoonte, en eerst als die is uitgeroeid, zal men met vrucht werkzaam kunnen zijn. De invloed van het voorbeeld is groot, en ook van den matigen drinker, ja van hem vooral, gaat een invloed ten kwade uit. De matige drinkers zijn verantwoordelijk voor het gebruik van de niet matige, en het is het gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel, dat den mensch weerhoudt het drankge bruik af te schaffen. .Matigheid zal niet schaden". Hoe matiger gij zjjt, des te schuldiger staat gij aan het misbruik van anderen, antwoordt spr. Dat klinkt hard, maar het is de zuivere waarheid. De sterken verleiden de zwakken; ook de ergste dronkaard heeft niet de bedoeling ge had een dronkaard te worden toen hij zijn eerste glas dronk. De kern van het vraag stuk schuilt dan ook in de matigheid. „Wij willen vrijblijven". Uw beroep op uw vrijheid is valsoh, antwoordt spr. Als gij ma tige drinkers ons overigens gelijk moet ge ven, dat de matigheid het begin is van het kwaad, en als gij dan met een beroep op uw „vrijheid" uw drinkgewoonte verdedigt, bewijst ge daardoor niet vrij te zijn, bewijst ge de slaaf te zijn van uw drinkgewoonte, hoe matig die dan ook zij. Uw vrijheid is onvrijheid, is slavernij. „De drankindustrie zal tenietgaan, daar door ontstaat groote werkeloosheid, enz." Ten eerste zal het ideaal eener drank vrije samenleving niet zoo ineens verwezenlijkt worden. Daarvoor is een overgangsproces noodig, eni in dien overgangstijd zal het thans in den drankhandel gestoken kapitaal gelei delijk een andere bestemming krijgen. Ver der is er gèen enkele industrie in ons land, waar in verhouding tot de daarin gestoken kapitalen een zoo klein aantal arbeiders werken. Indien dus d© drankindustrie ten- onder zou gaan, zou een groot kapitaal vrij komen, dat in staat zal wezen aan veel meer arbeiders werk te geven dan thans het geval is. Het verdwijnen van het drankkapi taal is dus een economische noodzakelijk heid voor de maatschappij. Bovendien werkt de industrie nog op andere wijze onecono misch door haar buitengewoon groot 'brand- stoffengebruik. Wij hebben volstrekt niet de illusie, dat wij 100 van ons gehoor bekeereru. Daar om is de steun noodig van de overheid, van den wetgever, die zich thans al op een stand punt plaatst, dat de verkoop van drank niet gelijkgesteld is met dien; van andere con sumptie-artikelen. Maar wij willen verder gaan en tenslotte de drinkgelegenheden doen verdwijnen. Dat kan alleen indien deze oyertuiging wortelt in den mensch zeiven. Èn in dit verband kwam de spr. thans op het beginsel dur plaatselijke keuze, waarbij in elke plaats de bevolking zelve zich uit spreekt voor het al of niet instandhouden der drankgelegenheden. En zooals tenslotte, dank zij de hardnek kigheid' waarmede de Romeinsohe bevelheb ber Cato in den senaat achter elk zijner re devoeringen de zinsnede invlocht: ik ben van meening, dat Carthago verwoest moet wor den, deze stad verwoest werd, zoo moet iedere drankbestrijder achter elk zijner re devoeringen zeggen: de drank moet uit de samenleving verdwijnen! Toen was het afgeloopen en het zielige troepje dat des sprekers gehoor vormde, verspreidde zich. De zon scheen even stra lend als te voren, de vogeltjes zongen kwet terend in de boomen) en struiken van ons fraaie plantsoentje, juist zooals zij straks deden, de menschen met hun stoomfietsen en ander lawaai maakten precies hetzelfde triestige figuur in de straten als tevoren; en de wereld draaide verder. Zou er heusch één enkel rosé biggetje zijn, dat uit deze trog mee wil eten?. Vergadering 8. D. A. P. Woensdagavond hield de afdeeling Hel der der S. D. A. P. eene openbare vergade ring in „Casino" waar als sprekers optraden de heeren D. C. A. de Zwart, wethouder van Helder en C. Thomassen van Bussum. can- didaat voor de Tweede Kamer. De zangvereeniging „Kunst aan 't Volk", directeur de heer C. W. Rusting, zong eenige van die pakkende, vurige strijdlie deren, die tot het monopolie van de SJD.AJ3. behooren. De Voorzitter, de heer Verstegen opent pijn. kwart voor 9 de vergadering, die min der druk bezocht is dan andere vergaderin gen van de s.d.a.p., maar toch beter dan die van de vrijz.-dem., hetgeen er op wijst, zegt spr., dat er toch nog altijd meer belangstel ling voor onze beginselen is dan onder de vrijzinnigen voor de hunne. Want de heer Marchant was de leider der vrijz. partij, ter wijl Thomassen volstrekt geen leider van de onzen is. De heer de Zwart was de eerste, die het woord voerde. Spr., die eigenlijk naar hij zeide tot de politieke slapers behoort, moest min of meer onvoorbereid hier eene redevoe ring houden. Toen spr. zich een beetje ging voorbereiden, viel zijn oog op een bericht in een R. K. blaadje, waarin stond, dat in geen geval gedacht kon worden aan samen werking met de s.d.a.p. Toen een 25 jaar geleden de partij werd opgericht, was er vaak geen zaal beschik baar voor de verkondiging onzer beginselen. Als strijdpunt stond op het programma alge meen kiesrecht, en alle bestaande partijen lachten ons smakelijk uit over die leus. Het was alzoo uiterst moeilijk onze beginselen toe te passen of ingang te doen vinden. Toch is de soc.-dem. gegroeid, met het resultaat, dat verschillende partijen achtereenvolgens verklaarden vóór algemeen kiesrecht te zijn. En meer en meer is sedert in' sociale rich ting gewerkt geworden: Het staatspensioen is verkregen, en het was juist de partij der vrij!z.-dem., die zich altijd vastklampte aan de verplichte verzekering. De partij en haar invloed is meer en meer gegroeid, maar ook is meer en meer de scheidingslijn getrokken tussch en geloof en ongeloof. Daarom kon bij de recbtsche partijen een groote aanhang van arbeiders blijven, en het is wel typee rend, dat bij deze arbeiders thans meer en meer de oogen opengaan. De oorlog heeft vele begrippen veranderd, en de groote beteekenis geleerd van de ar beidersbeweging. En noodgedwongen heeft men den arbeiders meer en meer zegging schap moeten geven. En het is teekenend, dat zij, die de arbeiders in 1918 gouden ber gen beloofden, thans meer en meer terug krabbelen. Spr. behandelt nu de gebeurtenissen na Nov. 1918: de 8-urendag kon aanvankelijk niet eens op de agenda der Tweede Kamer komen, thans is zij een feit. Als wij nagaan, dat de eerste maal, dat deze eisch op een con gres werd uitgesproken, zelfs de arbeiders er niet veel voor voelden, en we gaan dan na wat tenslotte bereikt is, dan is dat niet het gevolg van „de vaste lijn" van de vrijztoem. noch ook van de propaganda van andere par-t tijen. Neen, dan is dat te danken aan de pro paganda van onszelven, waardoor meer en meer ook andere arbeiders zich achter ons schaarden. De socialisatie is een van de practische punten die tegenwoordig naar voren worden gebracht, en alweder zijn het de kopstukken van de andere partijen, die zeggen, dat het niet kan. Nog heden ten dage geldt de tegenstel ling tusschen geloof e#i ongeloof, en het zijn juist de rechtsche partilen die zich ver- eenigden op dezen grondslag van het geloof. Vandaar dat met name de katholieken het als doodzonde beschouwen met ons samen te werken. Én vóór de verkiezingen reeds kan men bemerken, dat de katholieke leiders hun voelhorens reeds hebben uitgestoken, en men weet nog niet wat er aan de hand is, maar men voelt dat die tegenstelling tus schen geloof en ongeloof niet zal blijven be staan. En deze bewering in dit orgaan van de r.-k. staatspartij geeft ons moed, omdat onze tegenstanders hiermede uitspreken, dat zij erkennen, dat de soc.-dem. wederom een schrede vooruit zal gaan bij deze verkiezin gen. En als het zoover komt, dat wij elkan der zullen moeten vinden op een bepaald program, zal niet allereerst de vraag voor zitten, of wij mede-regeeren zullen, maar wel zullen wij trachten zooveel mogelijk te realiseeren wat wij op ons program hebben staan. Niet de propaganda van den spreker heeft de soc.-dem. gebracht tot haar invloed van thans, maar het roode leger heeft zelf, hoofd voor hoofd, de propanganda ter hand geno men. Het is gegaan als met den sneeuwbal, die steeds grooter wordt: de soc.-dem. heb ben in tegenstelling met de burgerlijke par tijen, die steeds aangewezen zijn op één be paald leider, steeds zelf hun beginselen uit gedragen naar buiten en steeds meer en meer volk toegevoegd aan dat roode leger. Spr. wijst op den grooten invloed van de eigen pers en de propaganda en de noodza kelijkheid om te verspreiden, etc. Na een korte pauze kreeg de heer Thomas sen het woord. Deze wees er op, dat ofschoon de vergadering niet zoo druk bezocht is als andere, de partij het desnoods wel zander vergaderingen kan, als er maar flink aan gepakt wordt. Het is een heele prestatie voor een klein landje als het onze om 50 politie ke partijen uit den grond te stampen. Heel veel teekening is er nog niet in den poli- tieken strijd, en dat komt voornamelijk door de negatieve leuzen van de tegenpartijen. Reactie en bezuiniging, dat is het parool ©n vooral de Vrijheidsbonder zal het u zeggen, dat gij hard moet zijn, niet tegen hem, maar tegen de arbeiders. Wij gaan óók een bezuinigingslied aan heffen, maar daarmee stemmen de anderen niet in. De eerste bezuiniging die op ons pro gram staat is ontwapening. In den loop van het jaar wordt het voor oorlog en marine 140 millioen; er staan er al 182 op papier. En als de militaristen vast op hun voeten komen te staan, wordt er overal afgeknepen, om oorlog en vloot op te voeren. En op 81 December is er niets meer van al die mil- lioenen over. Wat hebben ze er mee gedaan? Ze hebben er 21500 van onze jonge man nen voor uit hun werk gehaald. En wat heb ben ze die geleerd? In de eerste plaats het lijntrekken, en dan hun eigenlijke taak: ver moorden van hun med©menschen. Ook heb ben ze aan een stuk of wat forten gewerkt, maar het geld is hopeloos weg. En dat ge schiedt van geld. dat aaii ons ontnomen is. Er zou voor die 140 millioep nog wel een en ander kunnen geschieden, b.v. op gebied van woningbouw. Een ambtenaar van het Bureau voor Statistiek becijferde dat we nog 160.000 woningen noodig hadden, als we ieder een behoorlijke wilden geven. Welk een ellende wordt in dit cijfer uitgedrukt! In het Volk hebben we er een en ander van kunnen lezen, waar tientallen en honderd tallen gezinnen in zelf vervaardigde krot ten wonen. Dat geschiedt onder de christelij ke regeering van Nederland, die thans den woningbouw tegenhoudt. Wat er uit slechte woningbouw voortkomt aan schade voor de maatschappij, is meer dan thans met 140 mil lioen wordt bereikt. Een ander deel van die milllcenen zouden we kunnen besteden aan behoorlijk volks- onderwijs.Hierop wil men niet bezuinigen! Het resultaat dat men met de hiervoor be steedde gelden bereikt kan men niet op een schaaltje afwegen, maar onze kinderen pro- fiteeren ervan. We zouden het ouderdomspensioen wat kunnen verbeteren. Alweer geen tastbaar re sultaat straks. Maar de levensvreugde, in die gezinnen gebracht, ware niet te tellen. Zou er één In Nederland zijn, die meent, dat we met die millioenen een vijand buiten ons land zouden kunnen houden? Niet één is er, ook geen militarist. Deze oorlog kan ons geleerd hebben, dat we met een paar millioenen niets doen kunnen, daar gaan dui zenden millioenen mee heen. De moderne techniek spot met alles wat wij zouden kun nen doen. Een Amerikaan heeft een schets gegeven van de toekomstige oorlogvoering met gif tige gassen. Eén gifbom doodt in een diame ter van een kilometer alles, mensch en dier. Waarschijnlijk hebben de Duitschers dat ook al gekend, maar niet meer toe kun nen passen. Ze hoeven de grenzen niet over, ze komen eenvoudig door de lucht. Wij soc.-dem moeten beginnen met te zeg gen: wy geven voor den oorlog geen cent meer. De oude Romeinen zeiden: als gij den vrede wilt, bereid u ten oorlog. Deze oorlog heeft ons de onwaarheid ervan ge leerd. Wie den vrede wil, moet zich voor den vrede uitrusten. De militaristen kunnen niet anders dan zich voor den oorlog klaarmaken: zij moe ten op een bepaald oogenblik het volk laten zien dat ze toch óók waar krijgen voor al dat geld. Wagen wij niet te veel als wij ons ontwa penen? Als wij ons wapenen zooals wij thans doen voeren wij ouize jongens ter slachtbank. Er ligt een geheim rapport tei griffie van de Tweede Kamer, waarin staat, dat met de nieuwe ïegerwet onze jongens absoluut on voldoende beschermd zijn. Wij kunnen in de verste verte niet ons voldoende toerusten, en bovendien lokken we oorlogvoerenden uit ons in den oorlog te betrekken. Ontwapenen we, dan zijn we uit krijgskundig oogpunt niets. Wat zou er gebeuren als dan toch een der oorlogvoerende partijen ons land intrekt? Misschien óók met veel moois, maar in elk geval zouden wij een voorbeeld geven, dat van zedelijk oogpunt zoo ontzaglijk in be teekenis is. Ook enkele burgerlijke partijen, van prof. Heeres etc., staan op dit zelfde standpunt. In den ouden tijd, toen het man tegen man ging, kon er nog iets moois In zitten, maar de moderne oorlog wordt ge voerd zonder dat men elkander ziet. Is het wonder, dat nu, na dezen vreeselij- ken oorlog, niet een stem opgaat om een voorbeeld te geven aan andere landen? In dien ooit de gelegenheid schoon was, is dat nu, en daarom staat die ontwapening op ons program. De Vrijheidsbonder zegt: wij kunnen dat niet; uw eigen Belgische partijgenooten wil len een leger. Dit is halve waarheid, zij staan niet op ons standpunt, maar zij gin gen zoover met hun eisch tot ontwapening, dat de katholieken niet langer met hen mee wilden gaan. Bezuiniging op oorlog wijzen de Vrijbelds- bonders af; van Gijn neeit dat te Amers foort gezegd. Ook bulten oorlog en marine is bezuini ging noodig. De arbeiders moeten minder loon hebben, zegt men. Als de Holl. Spoor tekort komt, begint ze op arbeiders te be zuinigen. Maar ze begint niet aan den an deren kant door de aandeelhouders minder dividend uit te keeren. Zou zij dat willen, dan waren de kranten te klein voor alle pro testen. Maar als men op de arbeiders bezui nigen wil, zwijgen alle kranten. Als er niet is, moeten wij er ons bij neer leggen. Maar er is wel, alleen is het slecht georganiseerd: de arbeider komt achteraan als er geprofiteerd moet worden, en vooraan als er bezuinigd zal worden. Is de maatschappij in haar tegenwoordi- gen vorm waard er één stap voor te ver zetten? Waarom moeten er thans in Rus land millioenen aan den hongerdood zijn overgegeven, terwijl in Amerika het graan ligt te rotten, en geen macht ter wereld de leege schepen in Amsterdam en Rotterdam in beweging kan zetten om dat graan te halen. Geen macht ter wereld. alleen het goud, de winst, die kan het. Wy kunnen persoonlek weinig doen. Slechts een 25000 kiezers kuurnen één candi- daat kiezen en als wij niet zoo wanhopig ver deeld waren, zouden we hier straks een so cialistisch ministerie hebben. Want de ar beiders zijn verreweg in de meerderheid. Er zitten er 22 van ons in de Kamer, ook in 1918 waren er 22, maar toen was er nog wat anders: er was de geest, die hen een groote macht gaf. Thans ontbreekt die macht. Spr. wekt de aanwezigen op den goe den geest te wekken in de menschen. Gy moet propagandist worden voor de goede

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 5