Tweede Blad. VAN DINSDAG 5 DECEMBER 1922. gemeenteraad. Aanvulllngs-agenda. Versohenen is een Aan vulli ngs-agenda voor de Raadsvergadering op Donderdag 7 December 1922. Daarop komen de volgende punten ter be handeling voor: Voorstel tot wijziging der gemeente-be grooting, dienst 1922. Algemeen Weeshuis. Voorstel tot benoeming van regenten en regentessen van bet Algemeen Weeshuis. Ter vocrrlening in de vacature van regent, ontstaan door het bedanken van Th. C. W. van Mierlo, worden aanbevolen: 1. F. H. Nijpels; 2. R. N. van Os. Ter voorziening in de vacatures, welke in gevolge periodieke aftreding op 1 Januari 1922 zjjn ontstaan, doch waarvan de voorzie ning indertijd is uitgesteld, zulks in verband met de toen op handen zijnde reorganisatie van de weezenverplegihg, bevelen B. en W. ter benoeming (zulks te rekenen met ingang van 1 Januari 1922) aan: I. Vacature B. Heijblok—de Graaf: 1. B. Heplok—de Graaf; 2. M. Clercde Bruine. II. Vacature L. de Brujjn: 1. L. de Brujjn; 2. W. F. A. Hagethorn. Ter voorziening in de vacatures, welke in gevolge periodieke aftreding op 1 Januari 1923 zullen ontstaan, worden aanbevolen: I. Vacature A. W. Dekker—Klik: 1. A. W. Dekker—Klik; 2. M. W. van WilligenMelchior. II. Vacature H. F. van Baaren: 1.. H. F. van Baaren; 2. J. F. Stuart. Schoobneubelien. Voorstel nopen® de levering van meubilair ten behoeve der scholen Nos. 11,12 en 18. Weg MiddenvlietGroote Keeten— Callantsoog. B. en W. hebben aan den Raad het volgend schrijven gericht: In Uwe vergadering van 21 Februari 1921 werd in beginsel besloten medewerking te verleenen aan de totstandkoming van den weg Middenvliet—Groote Keeten—Callants oog, terwijl in verband daarmede in Uwe ver gadering van 4 April 1922 werd besloten eeue bijdrage van 60.te verleenen in de te maken kosten van voorbereiding van de tot standkoming van eene rechtwtreeksche ver binding langs den voet der duinen tot Cas- tricum. Wij mogen U hierbij in herinnering bren gen, dat eerst gemeld besluit werd aangeno men op de volgende basis: a. de aanlegkosten van den weg naar Callantsoog zullen bedragen rond 100.000; b. van dat bedrag zal, volgens de voor- loopige toezegging van den Minister van Waterstaat, het Rj|k bijdragen 50 voor het gedeelte Middenvliet—Groote Keeten qn 80 voor het gedeelte Groote KeetenCal lantsoog; c. getracht zal worden van de Provincie eene bijdrage te verkrijgen van 80 der totaal-kosten, overeenkomstig de door den Minister gestelde voorwaarde; d. van het dan nog ontbrekende zal de gemeente Helder voor nare rekening nemen 20 der aanlegkosten van het gedeelte Mid denvlietGroote Keeten en 22 van die van het gedeelte Groote KeetenCallantsoog, zijnde in totaal rond 20.000, terwijl de ge meente Callantsoog zal bijdragen 18 der aanlegkosten van laatstgenoemd gedeelte en bovendien de kosten van aankoop voor dat gedeelte benoodigden grond zal betalen; e. de weg zal worden onderhouden, voor zoover hij loopt langs den polder „Het Koe- grais", door dien polder; voor 't overige ge deelte door de gemeente Callantsoog; f. de aanleg zal worden totstandgebracht door het Bestuur van den polder „Het Koe gras", dat daarvoor eene commissie van uit voering denkt te benoemen, in welke oom miseia dan twee leden vanwege de, gemeente Callantsoog zitting zullen nemen. Werd. zoo is U toen door ons College me degedeeld, van de Provincie de toezegging tot medewerking in den sub o. genoemden zin verkregen, da» zou het Polderbestuur wor den ultgenoodlgd het plan van aanleg met kostenbegrootLng te doen gereed maken, op dat die si ukken aan de autoriteiten ter goed keuring kunnen worden uaiigeboden. De bedoelde aangelegenheid ls thans zoo ver gevorderd, dat de Provincie bij schrijven van 25 Januari 1922 hare medewerking heeft toegezegd, te weten verklaard heeft 80 der kosten tot een maximum van 80.000 te zul len bijdragen, dat bestek en voorwaarden, op enkele onaerdeelen na, door de Gedeputeerde Staten en den Minister van Waterstaat zijn goedgekeurd ep dat ovengenoemde Bewinds man de door zijn Ambtsvoorganger gedane toezegging, hoewel eenlgszins gewijzigd, heeft gehandhaafd. ,.p* wijziging hier bedoeld bestait hierin, v a Mln'8ter bereid is te bevorderen, dat an de aanlegkosten, welke thans worden ge- 08,800 hoogstens, 421/» (*o- mie dit percentage ongeveer oVereen rpst resn W l,'gezegde percentages van 50 tot 001 'ie( wor(it gesubsidieerd VoohI' ",m?,'rnH,al bed''»# van rond J 42000. op het Minister, dat voor dit werk rijn en Ha?"!'1"1 "°K Keen gelden beschikbaar grootin» 'ez« ook niet op de ontwerp-be- liet snMrf'a Li,921? fU" uitgetrokken, zoodat den verWd uL eprder m] kllnnen wor" hreft echv? \ln 1024> ,Z«ne Kxr^lientie van de b®Zw,l«r, dat, ln afwaehtlng uitvoering der wer2*r lilJk8bijdrai«. In®t d® doch moet bet hierin" fl«n«evaTn? In eene op 27 dezer gehouden conferentie tussohen Burgemeester en Wethouders van Callantsoog, het Bestuur van den polder „Het Koegras" en ons 'College was men het er al gemeen over eens, dat het, èn in het belang der totstandkoming van den weg èn met het oog op de wensohelijikheid om de gelegenheid voor productief werk voor de arbeiders te verruimen, alsook omdat het Provinciaal Be stuur als eisch stelt, dat de weg vóór 1923 ge reed moet zijn, gewenscht is zoo spoedig mo gelijk met de uitvoering te doen aanvangen. Daarbjj werd overeengekomen, dat de ge meente Helder het benoodigde geld zal voor schieten en dat het tengevolge der latere be taling van het Rijkssubsidie te lijden rente verlies en eventueele verdere risico's voor door de gemeente Helder en voor door de gemeente Callantsoog zullen worden ge dragen. Onder verwijzing naar de ter visie gelegde stukken en met mededeeling, dat de benoo digde gelden uit leening moeten worden ge vonden, stellen wij U voor, ons te machtigen om, wanneer met den Minister en de Ged Staten volledige overeenstemming zal zijn verkregen, op de voorgeschreven wijze verder aan de totstandkoming van meergenoemden weg mede te werken. Scholenbouw van Galenstraat. Bij raadsbesluit van 9 Augustus 1921 werd besloten tot het stichten van een zevenklas- sige school aan de Van Galenstraat en wer den B. en W. gemachtigd voor de uit den bouw der sohool en den aankoop van meube len voortvloeiende 'kosten een tijdelijk sub sidie uit 's Rjjks kas aan te vragen. Na een langdurige lijdensgeschiedenis en nadat bij Kon. Besluit van 2 September j.1 machtiging tot den bouw der school was ver leend, deelt de Minister van Onderwijs, K. en W. thans mede, dat hij bereid is te bevorde ren, dat in de bouwkosten van die school een tijdelijk subsidie wordt verleend, indien de voorgenomen bouw van het gymnastieklokaal achterwege blijft en overigens met het oog op bezuiniging, met de in dat schrijven ge noemde veranderingen bij de uitvoering re kening wordt gehouden. B. en W. hebben nog getracht, door het aanvragen aan den Minister van een onder houd wijziging hierin te brengen, doch de Minister deelt mede, dat met het oog op de belangrijke geldelijke voordeelen (pl. m ƒ50.000), verbonden aan het wijzigen der plannen, een mondeling orfderhoud niet vruchtdragend kan zijn. B. en W. geven dan ook den Raad in over weging hen te machtigen het noodige te ver richten, opdat de school thans gebouwd wordt overeenkomstig den wensoh van den Mi nister. r.-k. Scholenbouw. In de raadsvergadering van 7 Maart 1922 werd overeenkomstig het door B. en W. ge dane voorstel aan de Stichting „Het Roomsch- Katholtek Onderwijs" medewerking verleend voor de stichting van een jongensschool voor gewoon lager onderwijs, een meisjesschool voor gewoon lager onderwijs en een school voor uitgebreid lager onderwijs, en wel door het beschikbaar stellen van de benoodigde gelden. In verband met dit besluit zijn door de Stichting overeenkomstig de bepalingen der Lager Onderwijswet 1920 de plannen voor den bouw dezer scholen ingezonden. Bij den opzet van deze plannen is, zooals o. m. blijkt uit een bij de stukken ingezonden schrijven van de Stichting, in vele gevallen rekening gehouden met het plan voor den bouw van de school aan de Van Galenstraat, zooals dat destijds aan Z. E. den Minister van Onder wijs, Kunsten en Wetenschappen ter goed keuring was ingezonden. Ook bij de beoordeellng ,van de door de Stichting ingezonden plannen hebben B. en W. veelal een vergelijk met de te bouwen ■school min de Van Galenstraat getroffen en hebben B. en W. de door den Inspecteur van het Lager Onderwijs tegen de plannen ge opperde bezwaren niet steeds tot de hunne gemaakt. Nu evenwel op aandrang van den Minister van O., K. en W. de school aan de Van Ga lenstraat met het oog op bezuiniging aan merkelijk soberder moet worden gebouwd dan oorspronkelijk in de bedoeling ïag, heb ben B. en W. door den Gemeente-Bouwmees ter doen nagaan wélke voordeelen het voor de gemeente zou opleveren, indien de onder- werpelljke R.-K. scholen in denzelfden geest werden gebouwd als de Minister thans de school aan de Van Galenstraat gebouwd wenscht te zien. Deze hoofdambtenaar komt tot de oonolusie, dat ln dit geval voor de ge meente een bezuiniging zou worden verkre gen van ongeveer f 50.000. Naar aanleiding hiervan meenen B. en W., dat het met het oog op de bezuiniging, zoowel als ter wille van hel beginsel van gelijkstelling van het openbaar- en het bijzonder onderwijs gewenscht is, dHt in de plannen voor den bouw der R.-K. scholen de bedoelde wijzigin gen worden aangebracht. B. en W. stellen derhalve den Raad voor de Htlchtlng „Het Roomsen-Kathollek Onder wijs" ln overweging te geven gewijzigde plan- tien met kostenbegrootlng ln te dienen, na dat dHHrointrent tevoren net advies van den Inspecteur van het Lager Onderwijs zal zijn Ingewonnen. Bij adres aan den Raad verzoekt de af- deeling Helder van den Noderlandschen Bouwarbeldersbond om in de bestekken voor werken, die van gemeentewege of met Rijkssteun worden uitgevoerd,- de bepaling op te nemen, dat */4 van de benoodigde metselaars moet bestaan uit personen, die in 1921 gedurende 10 weken aan de spoedop leiding tot metselaar hebben deel genomen. In de toelichting tot het adres merkt adressante op, dat het voor bedoelde perso nen schier onmogelijk is om aan het werk te raken, wijl zij tengevolge van het hier ter stede ver doorgevoerde famllieploegenstelsel steeds worden geweerd en zelfs niet meer In hun oude kwaliteit van opperman worden aangenomen. Ten einde de hiervoor bedoelde spoedop leiding practlsch resultaat te doen afwerpen en om aan den wensch van adressante te- iremoot t© komen, atollen B. on W. den Raad voor om ln voorkomende gevallen, voor zoo ver mogelijk, met het gevraagde rekening te houden. Door de N. V. Bouw- en Exploitatie-Maat schappij „Reinier Aurelia" alhier wordt de erfpacht gevraagd van het terrein, nabij den Ruijghweg, kad. bekend als een gedeelte van perceel Sectie O, No. 6724, ter oppervlakte van pl. m. 6850 M'., voor den bouw van vijf- en-vijftig woningen. B. en W. stellen voor, den gewenschten grond op nader vermelde voorwaarden, in voortdurende erfpacht uit te geven tegen een canon van 0.25 per M'. per jaar. Salarisregeling conciërge® scholen. Door de conciërges van verschillende scho len wordt om verhooging van hun salaris verzocht, zulks in verband met den aan die scholen plaats gehad hebbenden bijbouw van twee lokalen en daarbij behoorende trappen, gangen, privaten, enz. De billijkheid van het verzoek meenen B. en W. zich niet te mogen ontveinzen. Immers zullen de betrokken con ciërges door dien bijbouw meerdere werk zaamheden moeten verrichten. Ten einde de bestaande verhoudingen tus- schen de jaarwedderegelingen der verschil lende conciërges zooveel mogelijk te bewa ren, meenen B. en W., dat een verhooging van 100 per jaar alleszins billijk is te ach ten, waardoor de jaarwedden,van belangheb benden 1000 zullen bedragen. Jaarwedde schoonmaakster politiebureaus. In verband met de ingebruikname van 'het nieuwe hoofdbureau van politie aan de Prins Hendriklaan alhier zijp de werkzaamheden van de schoonmaakster der politiebureaux vanzelfsprekend toegenomen en brengt de billijkheid met zich mee, dat haar salaris in gelijke verhouding verhoogd wordt. Ten einde de noodige uniformiteit in de geldende salarisregeling zooveel mogelijk te bewaren, zijn B. en W. met de Oommissies van Overleg voor Ambtenaars- en Werkliedenaangelegen heden ook van meening, dat, aan belangheb bende een salaris behoort te worden toege kend, overeenkomende met dat, hetwelk ge noten wordt voor een betrekking, die met de hare ongeveer op één lijn gesteld kan worden. Een vergelijking met de betrekking van keukenmeid in het Ziekenhuis, waaraan een jaarwedde verbonden is van 1800, is hierbij volgens de meening van B. en W. het meest op haar plaats. Een desbetreffend voorstel wordt door B. en W. aan den Raad gedaan. Levering schoolmeubeien. Waar de aanschaffing der schoolmeubelen voor de gesplitste scholen 11, 12 en 18 (oud 7a en 7b) een gering bedrag zal vorderen, acht Z.E. de Minister van Onderwijs, Kun sten en Wetenschappen uit zuinigheidsoog punt openbare aanbesteding daarvan niet wenschelijk, naar aanleiding waarvan zij in overweging geeft de benoodigde meubelen rechtstreeks door de gemeente te doen aan- koopen en het betrokken Raadsbesluit, na dat de vereischte goedkeuring van Gedepu teerde Staten ingevolge art. I94f der Ge meentewet daarop zal zijn verkregen, aan Z.E. in te zenden, ten einde'hare goedkeu ring daaraan te kunnen hechten. Rekening houdende met den wensch van den Minister, is door den Gemeente-Bouw meester voor de levering en opstelling van het meubilair bij een vijftal leveranciers al hier, prijsopgave gevraagd. Ingekomen zijn opgaven van: H. R. Rltsema voor f 759.82. O. Klesewetter voor 712.90. A. Klopper voor 686. Oudkerk en Van Praag vóór 580.—. Het laagst ls derhalve ingeschreven door de heeren Oudkerk en Van Praag, ln welk verband B. en W. den Raad ln overweging geven de levering en opstelling van het meu bilair aan deze heeren op te dragen. Overplaatsing onderwijzend personeel Aan de zevenklassige o. 1. school No. 10 (Vischmarkt) zijn twee onderwijzeressen ver bonden, welk aantal voor het geven van on derwijs ln de nuttige handwerken onvoldoen de is te achten. Ten einde dezen toestand niet langer te bestendigen, scheen het B. en W., na advies van de betrokken hoofden der scho len, wenschelijk een onderwijzer van school No. 10 over te plaatsen naar school No. 14 en een onderwijzeres voor laatstgenoemde school, die voor wat betreft het geven van handwerk onderwijs aldaar gemist kan wor den, over te plaatsen naar school No. 10. Waar het ln 't belang van het onderwijs was, dat deze overplaatsing zoo spoedig mo gelijk haar beslag kreeg, ls deze overplaat sing, voorultloopende op 's Raads beslissing, door B. en W. reeds geschied. PLAATSELIJK NIEUWS. Voor het praotljkdiploma Boekhouden, Handelsrekenen, Handelsrecht en Statistiek van het Noderlandsche Handelsinstituut te Amsterdam slaagden bij de examens op 20, 21 en 22 October o.m. de dames K. Dros, M. Verfallle, T. Dunselman en (1e heeren F. J. de Haan, A. Langer els, A. L. Paasse en F. W. L. Buk. Voor het diploma Handelscorrespondentie slaagden de heeren L. Vonk enJ. Grln, allen leerlingen van den heer A. v. d. MelJ, leeraar M. O. Herv. Kerk. Volgens het Handelsblad ls bij de Ned. Her/. Kerk te Huisduinen en te Jullanadorp het actief en passief vrouwenkiesrecht In gevoerd. Leveringen. De levering van bevroren rundvleesch ten behoeve van de troepen ln het garnizoen ge durende het tijdvak 1 Jan.1 Juli 1928 ls opgedragen aan T. Majoor, tegen den prija van 0.68 de K.G. St Nlcolaasvlerin*» ln de fröbelscholen. Naar wij vernemen zal de viering van het St. Nloolaasfeest ln de fröbelscholen plaats hebben Woensdagmiddag van 2 tot 4 uur ln de school op de Vischmarkt, Donderdag van 2 tot 4 uur in die aan de Laan. Tegen de technische herziening van de L. O. wet Men maakt er ons opmerkzaam op, dat de vergadering, welke j.1. Vrijdag ln Casino werd gehouden, niet was belegd door N.O.G. en Bond v. Ned. Ond., doch door het plaat selijk comité van actie, dat samengesteld was uit afgevaardigden van 24 plaatselijke vereenigingen en bonden. Wij haasten ons deze vergissing hierbij te herstellen. 2e ahonrementsconsert (Impressarlo Felix Augusten, Amsterdam.) Maria Pos—Carlofcrtl. Pr. Georg Göhler. A.a Maandag 11 Dec. zal op het 2e abon nementsconcert in Casino zich doen hooren de schitterende zangeres mevr. Marie Pos Carloforti vergezeld van haar eminente be geleider Dr. Georg Göhler. Betreffende het optreden dezer begaafde zangeres schrijft o. a.: De „Telegraaf' 27 4 "20. „Mevr. Marie PosCarloforti, Italiaansche van geboorte, heeft een buitengewone stem, een buitengewone techniek, en een buiten gewone smaak, een buitengewoon hart. Er zjjn weinig stemmen welke het mezzo-voce en het forte zoo voortreffelijk beheerschen: welke alle registers met zoo vlekkelooze eenheid van kleur en in de snelste overgan gen tot haar beschikking hebben..'.. Matthijs Vermeulen. „Algemeen Handelsblad", 27 4 '20. „Maria Pos—'Carloforti zingt de dramati sche recitatieven met zuidelijken gloed, de parelende, flonkerende coloraturen met be-, nijdenswaardig aangeboren gemak. Wdt in der zangeres vertolking voornamelijk opvalt is haar buitengewone vaardigheid en ge schooldheid. De coloratuur beheerscht deze zangeres met wonderbaarlijk gemak." Herman Ruttera. Dr. Minkema heeft zich bereid ver klaard, na 10 Dec. voor de leden on dochters van leden van de vereeniging v. Huisvr. een cursus te geven in „eerste hulp bij ongeluk ken en verpleging." Deze cursus, die 4 maanden zal duren zal worden gehouden in het instituut voor adel borsten van 78 of 89 op Woensdagavond. Zij, die zich nog gaarne hiervoor willen opgeven, gelieve dit ten spoedigste, liefst schriftelijk to doen aan het adres van mevr. Dekker-Klik Westgracht 9. Uit het Politierapport. Gisteravond 8 uur is door een inwoner aan het bureau'Zuidstraat een oud, Zwart gelakt heerenrijwiel gedeponeerd, hetwelk hij even te voren onbeheerd had gevonden onder een der kolenstijgers aan de Buitenhaven. In de<n nacht van Zaterdag op Zondag is door baldadigheid een bord, hetwelk boven een schoenmakerij in ue Oallfornlestraat als reclame was aangebracht, naar beneden ge haald en op straat geworpen. In den nacht van Vrijdag op Zaterdag ls van een achter de woning gelegen erf aan de Sluisdijkstraat een heerenrijwiel ont vreemd. Het rijwiel is lichtgrijs geschilderd met zwart gelakt stuur. Zondagmiddag werd door een agent waar genomen, dat twee plm. 11 jarige meisjes uit een sedert jaren onbewoonde en zeer bouwvallige woning aan den Dijkweg kwa men vluchten alsof iemand haar nazat. Bij onderzoek bleek, aan dien agent, dat ln be doelde woning een individu K. R. aanwezig was. De meisjes, die door den agent onder vraagd werden, verklaarden, dat R. haar op de Dljkstraat had aangehouden en haar had medegetroond naar de woning, vermoedelijk met minder goede bedoelingen, die hij door de komst van den agent, echter niet ten uit voer heeft kunnen brengen. De agent trof hem aan terwijl hij ln verdachte houding stond. Door den winkelier Ooltof, Koningstraat 52, werd aan de politie te 11 uur gisteravond kennlsgegeyen, dat voor zijn woning een persoon schreeuwend op straat lag. Een op onderzoek uitgezonden agent ontmoette on derweg een ander agent die met behulp van een tweetal burgers op weg waren naar het politiebureau met bedoelde persoon. Deze had zich, naar htJ ook zelf verklaarde, met een zakmes over den rechterpols gesneden met de bedoeling een eind aan zijn leven te maken. BH onderzoek bleek, dat de wonde niet levens gevaarlijk was. Hij werd aan het bureau verbonden en daarna naar het marine-hospitaal vervoerd. uit De pers. de marine-begrooting. een pleidooi voor concentratie der marine te helder. In het „Hbl." bespreekt „Marln" de Mari- nebegrooting, waarbij hij den nadruk legt op de te bereiken bezuiniging door conoentratie van de marine en de daarmede verband hou dende Inrichtingen te Helder. De schrijver zegt ln dit artikel onder meer: De Marlne-begrooting 1928 staat geheel in het teekon der zoo noodige bezuiniging, wat ook wel moest, nu ln de Memorie van Ant woord op Hfdst. I door de Regeering werd medegedeeld, dat juist uit zulnlgheldsover- wegingen tot de benoeming van een Minister van Marine whs overgegaan, daar de onder vinding geleerd had, dat hel onmogelijk whs voor een minister om tegelijkertijd aan het departement van oorlog en aan dat van ma rine de hervormingen door te zetten, welke de spaarzaamheid vorderde. Op krachtige versobering wordt aange stuurd en de thans bekend geworden maat regelen ten aanzien van het Marine-Etablis sement te Amsterdam, de voorgenomen cen tralisatie der opleidingen, economischer werkwijzen van 's Rijks werven, enz. gaan reeds in die richting, terwijl nog meer maat regelen ln uitzicht gesteld zijn. Die richting moet het ook uit. Wanneer men nagaat, dat in Nederland, behoudens enkele onderzee booten, pantserbooten en mljnenleggers, zoo mede de vliegtuigen de vloot uit verouderd materieel bestaat, waarop het ontwerp Vloot wet op 1 Januari 1922 slechts ten aeele ge rekend weid en dat voor die vloot ln 1922 aan bedrijfskosten een som van 29 mililoen noodlij was, waaronder circa 4 mililoen aan totaalkosten der opleidingen, dan komt men voor de bedrijfskosten tot het exorbitante be drag van 25 mililoen. Bezuiniging zal moge lijk zijn, mits men zich op het standpunt stelt elke niet strikt noodige uitgave te vermijden en al die maatregelen te nemen, welke eener- zijds <je geoefendheid der vloot kunnen be vorderen èn zelfs bezuiniging mogelijk doen zijn. Is nu een economischer inrichting onzer marine mogelijk? Gp het oogertblik zijn er Inrichtingen der marine te Helder, Amster dam, Leiden, Gorlncbem, Dordrecht, Helle- voetéluis, Middelburg en VHssIngen, terwijl in de marine-kazerne te Rotterdam eèn ge deelte van het korps mbriniers is onderge bracht. Amsterdam zal reeds belangrijk wor den ingekrompen. Dordrecht, komt te ver vallen als de officiers-opleiding geheel te Willemsoord gevestigd wordt en indien1 nog meer concentratie mogelijk is, zal die vooral daarin gezocht moeten worden, dat het ma rine-materieel uit het zuiden naar Helder wordt meegebracht. De marinestaf heeft steeds aan een stelling in het Zuiden van het land vastgehouden, doch op de vloot is altijd een strooming geweest om, behoudens de stationneering van een der grootere mijnen- leggers en pantserbooten op de Schelde, al het andere materieel naar Helder te brengen. Dat zou de oefening van het personeel in sa menwerking met onderzee- en vliegdienst zeer ten goede komen en zou onder het voort durende bevel van' één vlootvoogd ook op veel beter tijdstippen voor gezamenlijke ma noeuvres zjjn te benutten. Tijdelijke stationneering van een gedeelte der vloot in de Zuidelijke wateren blijft dan altijd mogelijk en onze positie op de Schelde zou daardoor niet geschaad behoeven te worden. Opheffing van de maritieme stelling in het Zuiden zou dan mogelijk zijn, de inrichtingen te Hellevoetsluis zouden voor de eigenlijke marine gemist kunnen worden en naast een belangrijke inkrimping aan personeel zou niet alleen bezuiniging op het materieel mo gelijk zijn, maar de actieve -vloot en al haar opvarenden zouden in één hand worden saamgebracht, het euvel der talrijke over plaatsingen, gepaard gaande met hooge ver huiskosten enz. zou gaandeweg beperkt wor den, terwijl de geoefendheid der vloot er slechts bij zou kunnen winnen. Het woning vraagstuk in Helder maakt, dat de opheffing eerst gaandeweg zou .kunnen geschieden, maar als in die richting eenmaal eene beslis sing genomen is, zullen die moeilijkheden ook zeker te overwinnen zijn. Dit punt verdient wellicht thans reeds ernstige overweging in verband met de bij nota van wijziging aangevraagde gelden voor verbouwing van het torpedo-atelier te Wil lemsoord. Wordt tot een verbouwing daarvan besloten, dan zou dat atelier reeds thans zoo zijn in te richten, dat ook later het nu nog te Hellevoetsluis aanwezige torpedo-materieel derwaarts kan worden overgebracht. Ge schiedt die ruimere verbouwing nu reeds, dan zal ze slechts weinig meer kosten en aan de torpedo-voorziening voor de vloot kan deze centralisatie ook slechts ten goede komen. Tijdens het interimaat van den minister Pop werd het aantal vlag- en hoofdofficieren teruggebracht tot respectievelijk 420 en 80. Is met het oog op het betrekkelijk klein aan tal schepen, waarvoor hoofdofficieren als commandant kunnen worden aangewezen, een verdere jnkrimping daarvan ook niet noodig met het oog op zuinigheidsoverwegin gen? Versobering zal ook hier te bereiken zijn door een doelmatiger verdeeling van verschillende functies en het samenbrengen in één hand van wat nu over verscheidenen verdeeld is. Waarom toch geschieden de plaatsingen en de uitzending naar Oost-Ln- dlö van korporaals en manschappen door den commandant der marine te Willemsoord en moeten die voor de officieren en onderoffi cieren van het Departement uitgaan? Wen schelijk ware het alles te brengen onder den vlootvoogd te Willemsoord en zeker zou dit kunnen als de geheele vloot in handen van dien chef wordt gesteld. En ls dit ook niet het meest gewenschte, daar deze chef dan steeds contact heeft met zijn officieren en veel beter dan een afdeellngschef aan het Departement kan beoordeelen wie the right man in the right place ls? Weer een factor die er toe kan meewerken de actieve vloot nog beter tot haar recht te doen komen. Inkrimping van het Departementsperso- neel zal ook wellicht mogelijk blijken en zeker zal dat mogelijk zijn als de nu zoo sterk door gevoerde centralisatie, die bijna alles aan de beslissing van het Departement doet onder werpen, wat losser wordt en meer in handen van den vlootvoogd ligt. Nu wordt vaak de klacht gehoord, dat voor het departement ln de bureauformaties altijd personeel beschik baar is, terwijl de vloot eerst in de tweede plaats komt! En in de drukste tHden der mo bilisatie waren de departements-bureaux toch ook niet zoo talrijk beaet als nu in vredestijd. Versobering in het systeem van opleiding zal ook mogelijk blijken 1 Wat de onderofficieren betreft, geschiedt dit reeds door de opheffing der opleiding te Lelden, nu de onderofficieren ln het vervolg uitsluitend verkregen zullen worden uit de matrozen van de opleiding te Gorinchem. Maar ernstig zal overwogen worden of ver sobering en Inkrimping van de opleiding aan het Kon. Instituut der Marine niet mogelijk ls, door deze opleiding te bekorten. Tijdens de mobilisatie dreigde die opleiding in het gedrang te komen; de toenmalige adel borsten moesten zelfs een belangrijk aeel dier opleiding missen, doch dit belette geenszins, dat zij zich later ook door eigen studie tot zeer bekwame en kundige officieren vorm den. Daarin ligt wellicht een aanwijzing hoe men ook daar tot versobering kan komen, waarbij dan het houden van applloatlecur- n"sri>ti gedurende de wintermaanden voor de officieren, op dezelfde wijze als de cursussen thans bt) de driuidlooze telegrafie en blijkens de Mem. v. Antwoord ook bij dén onderzee- dlenst geccven worden, naast het geven van zekere letdlng ook den lust tot zelfstudie be langrijk ken verhoogen. Wanneer verder op <'en duur de mogeltlkheld ook zou bestaan de Hoogere Marine Krijgsschool van Den HR«g naar het Marine Commandement te Helder over te brgngen, zoodat tot de daar te geven cursussen meer officieren zouden kunnen worden toegelaten ln plaats van zooals thans het geval ls een sterk exclusler karakter te hebben, dan zou ook dit de sympathie voor die Inrichting ln de Marine zelf belangrijk vermeerderen. Bezuiniging op de Inrichting der werven zal dezen minister, die gedurenda verschei dene jaren het beheer over 's RHks werf te Willemsoord voerde, wel het allerbest ziln toevertrouwd. De toestanden, zooals die ln de laatste maanden van dit jaar voorkwamen, dat de reparaties door de vloot zelve moesten geschieden, omdat op 's RHks werf daarvoor geen gelden meer beschikbaar waren, hebben geleld tot den thans in de mem. v. antwoord aangegeven maatregel, dat de uitvoering van herstellingen, enz. 'door Rijkswerven en par ticulieren hepprkt zal worden tot het strikt noodige; aan de militaire vaklieden worden thans reeds de meeste gewone herstellingen opgedragen en de hulp van 's Rijks werf wordt alleen voor grootere opdrachten Inge roepen. Begrooting. Spoedopleiding metselaars. Erfpacht grond.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1922 | | pagina 5