T
Tweede Blad.
VAN DINSDAG 10 JULI 1923.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Middelbare Handelsdagschool.
Geslaagd zijn: G. Bakker, T. Baljé, J. Bos-
dijk, R. Colpa, L. Hazewlndus, A. Heyblok,
H. van Heuvel, O. Keyser, J. Klop, A. Krom
hout, M. Mariens, H. Maaalrao, L. Mazalrac,
T. Slijpers, A. Visser, N. de Vries, G. Zui-
derviliet.
l>e lieer J. H. van Kampen, commandeur
bjj de Pyrotechnische werkplaats der Marine,
is met ingang van 1 Augustus a.s. bevorderd
tot Baas der ernstvuurwerkers.
Ter voorkoming van intrekkihg der
tabaksvergunning worden belangd
hebbenden er aan herinnerd^ dat vóór 14 Juli
aa. het verschuldigde bedrag voor die ver
gunning moet wordeii betaald ten kantore
van den Rijksontvanger.
Stafmuzlekkorpa.
4e gemeente-concert te geven op Woens
dag 11 Juli van 8 tot 91/, uur in de muziek
tent
1. On to Vlctory Mareh Bldlgood
2. Ouverture Le Barbier de Séville Koestol
8. Waker a. d. Operette „Die Junsfrau voin
Belleville" Mlllöcker.
4. Czardas de 1'Opera „Der Gelat des Wölwoden'
Groesmann
5. Fautaiaie aur Les Clochee de Gonueville
Planquette
6. Aim Meer. Lied ftlr Trombone Böhu'bert
7. Der Bajazzo (Pagllaccl). Fantasie Leotncavallo
Kindervoeding.
De Commissie voor Kindervoeding alhier
heeft van 27 November 1922 tot en met 28
April 1928 per dag aan gemiddeld 60 kinderen
uit behoeftige gezinnen een middagmaal ver
strekt in het vroeger „Algemeen Weeshuls"
Gedurende bovengenoemd tijdvak werden
op 180 dagen 7800 porties eten gegeven.
De nog In het Weeshuls aanwezige gereed
schappen, enz. zijn welwillend voor het boven
genoemde doel afgestaan.
De kosten hebben bedragen, met inbegrip
van aanvulling gereedschappen, reparatie
brandstoffen en loonen, totaal 1959.44.
Onder dit bedrag is begrepen 1276.451/:
voor voeding, is per kind en per dag 0.16.
De Vla Mals.
Dezer dagen ondervond een onzer het weer
eens aan den lijve, dat de Via Mala (slechte
weg) in onze gemeente nog steeds bestaat,
Rijdende over <Te Sluisdijkstraat rammelde zijn
rijwiel zoo geducht door elkaar, dat de ketting
er afliep en hij zelf onverwachts op den be
ganen (niet: begaanbaren!) grond belandde,
Reeds vestigde de heer Storm In een ingezon
den stuk de aandacht der autoriteiten op dezen
voor voetgangers, maar vooral voor motor
rijtuigen en rijwielen gevaarlijken toestand.
Maar de autoriteiten deden tot heden niets
den Directeur der Gemeentewerken ten op
zichte der reorganisatie van de Gemeenterei
niging eigenlijk nog niet gesproken kan wor
den. Wel heeft genoemde hoofdambtenaar het
denkbeeld geopperd om het vervoer en de ber
ging van meststoffen e. cL op andere wijze te
doen plaats hebben dan is aangenomen in de
Raadsvergadering van 24 April j.1.
Waar B. en W. reeds aanstonds, toen hun
dat denkbeeld ter oore kwam, genoemden di
recteur en zijn collega van den Reinigings
dienst in een der vergaderingen ter zake heb
ben gehoord en hun daarna hebben opgedragen
gezamenlijk dat denkbeeld te overwegen casu
quo uit, te werken tot een bij B. en W. in te
dienen plan, zal het den Raad duidelijk zijn,
dat B. en W. voldoende aandacht aan deze aan
gelegenheid schenken en dus niet zonder meer
liet genomen bestuit zullen (uitvoeren.
B. en W. geven den Raad daarom in over
weging, het door de heeren Van Breda
bedoelde voorstel niet aan te nemen.
CJS.
W.'.IWW
SfTEBAAIX
Straatnamen.
Daar de woningen, welke gebouwd worden
door de Woningstichting In het Tuindorp, hare
voltooiing naderen, is het gewenscht, dat een
paar straten, waaraan een gedeelte dier wonln
gen is gebouwd, wordt voorzien van een naam
Zooais uit de betrekkelijke stukken blijkt,
stelde de Woningstichting ons voor, zulks als
gevolg op een onzerzijdsch schrijven, om de
straat, welke tusschen en evenwijdig loopt aan
de Dahlia- en de Tuinstraat, te noemen Azalia-
straat en aam die, welke de verbinding vorm'
tusschen de Tuinstraat en de (Azalia)straat,
den naam Azaliaplein te geven.
De Directeur van Gemeentewerken kan zich.
blijkens zijn advies van 18 Juni j.1., met deze
namen vereenigeo.
De Commissie voor de Publieke Werken
echter acht het niet gewenscht, dat de namen
Azaliastraat en Azaliaplein worden gekozen,
omdat deze namen volgens haar meening veei
gelijken op den naam Dahliastraat, hetgeen
haars inziens aanleiding tot verwarring zou
kupnen geven.
Volgens onze meening is de kans op ver
warring in het onderhavige geval niet groot,
waarom B. en W. den Raad dan ook in over
weging geven om de door Woningstichting
voorgestelde namen aan de bedoelde straten te
geven.
(Wij geven B. en W. in overweging het
voorstel van de Woningstichting niet te volgen
en het beestje bij zijn waren naam te noemen
Anders vervallen wij mettertijd nog tot een
Roode Dendrum weg en een Voiksiaplem.
Red.).
Gemeente-reiniging.
In de Raadsvergadering van 13 Juni j.1.
werd het ondervolgende schrijven gesteld in
handen van B. en W. om prae-advies.
„Aan den Voorzitter van den Raad
der Gemeente Helder.
WelEd.Achtb. Heer.
„Ondergeteekenden verzoeken U beleefd om
„op de agenda der eerstvolgende Raadsverga
dering als punt van behandeling te willen
„plaatsen: 1
„Voorstel om het Raadsbesluit van 24
„April j.1. in zake de reorganisatie van de
ÜGemeentereiniging niet uit te voeren, alvo-
„rens het plan van den Directeur van Pu
blieke Werken in den Raad is behandeld.
Hoogachtend, 1
(get.) W. C. van Breda.
D. H. Grunwald.
Egbert J. Bok.
C. Bot.
„Toelichting: Het komt ons gewenscht voor,
„dat, alvorens bovengenoemd Raadsbesluit tot
„uitvoering gebracht wordt, de Raad zijn oor-
„oeel over het plan van den Directeur van
„Publieke Werken zal hebben uit te spreken.
In verband met een en onder deelen B. en
W. den Raad mede, dat er van een plan van
Schoolgeld Burgeravondschool en Avond
vakteckenschooL
Omtrent de in de Raadsvergadering van
10 Januari 1922 vastgestelde verordening op
de heffing van schoolgeld voor de Burger
avondschool en de daaruit te formeeren
Avond-Vakteeken-school maakte de Minister
van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen,
volgens mededeeling van den Voorzitter van
Gedeputeerde Staten dezer Provincie de op
merking, dat art 4 niet in overeenstemming
is met bepaalde in art 28, le lid der Nijver
heidsonderwijswet waarin is voorgeschreven
dat van lederen leerling der van Rijkswege
gesubsidieerde scholen, bedoeld in art. 11
dier wet, met uitzondering van bedeelden en
van hen', die, schoon niet bedeeld, onvermo
gend zijn, een schoolgeld moet worden gehe>-
iB .en W. meenden niet onmiddellijk ten
Volle aan die opmerking tegemoet te moe
ten komen, waarom zij meergenoemden Voor
zitter mededeelden dat de opneming van art
4 van bovenbedoelde verordening heeft
plaats gehad, omdat de AvondVakteeken-
school wordt bezocht door een vrij belang
rijk aantal leerlingen van 's-RijksW erf al
hier, waarvoor van het Departement van
Marine jaarlij ka een subsidie genoten wordt
van 1500— met de bedoeling dat dan van
deze leerlingen geen schoolgeld wordt gehe
ven .R. en W. verzochten daarom te willen
mededeelen of met een redactie-wijziging zou
kunnen worden volstaan in dien zin, dat de
Leerlingen, welke des daags op 's Rijks Werf
alhier werkzaam zijn, van betaling van
schoolgeld worden vrijgesteld.
Gedeputeerde Staten berichten ons thans
dat noch bij den Minister van Binnenland-
ache Zaken en Landbouw, noch bij den Mi
nister van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen tegen vorenbedoelde wijziging be
zwaren bestaan.
Tn verband met het vorenstaande stellen
B. en W. den Raad voor art. 4 van boven
aangehaalde Verordening zoodanig te wijzi
gen dat dit wordt gelezen als volgt:
„De leerlingen die des daags op 's Rijks
Werf werkzaam zijn, zijn: van de betaling van
schoolgeld ingevolge deze Verordening vrij-
gestel
BINNENLAND.
Kamer van Koophandel en Fabrieken.
Aan het verslag der Kamer van Koophandel
en Fabrieken voor Holland's Noorderkwartier,
gevestigd te .Alkmaar, over 1922, is het vol
gende ontleend.
Wat den handel en de industrie in genoemd
district betreft, blijft hoofdzakelijk de aandacht
gevestigd op de productie van en den handel
in zuivelproducten, die van den tuinbouw, de
visscherijen en algemeene consumptie-artike
len, behalve ijzerindustrie, tabaksindustrie en
een aantal andere.
Ook in dit district deden zich de gevolgen
gevoelen van de snelle daling der marken,
waaraan door de Duitsche export-industrie en
scheepvaart een belangrijke voorsprong werd
ontleend. Van overwegend belang is wel de
kaashandel. Kon in 1921 worden gewaagd van
een vooruitgang van 1 millioen K.G., ook in
1922 is weder ruim 1 millioen K.G. meer aan
de markt te Alkmaar aangevoerd, zoodat het
totaal aantal kilo'p 5.017.8396 bedroeg, een hoe
veelheid-, gelijkstaande met den aanvoer in
I9Ó1. Deze vermeerdering kan haar oorzaak
vinden in de omstandigheid, dat de productie
grooter werd, omdat veel bouwland, dat gedu
rende den oorlogstijd- voor de voedselvoorzie
ning in cultuur werd gebracht, weder tot gras
land werd- gemaakt; dat het aantal zelf kazende
boeren toenam en dat «enige produoenten de
voorkeur eraan gaven hun kaas weder via de
vrjje markt af te zetten, in plaats van over de
exportvereeniging. Door de coöp. zuivelexport-
vereeniging Noord-Holland te Alkmaar werd
2.341.641 K.G. verhandeld, terwijl van de com
binatie Alkmaar—Gouda de cijfers zijn 601.400
K.G.
Er is een strooming waar te nemen, dat ver
schillende producenten er de voorkeur aan
geven de tusschenkomst van de. markt te ge
bruiken, waar zij door onderlinge concurrentie
der handelaren den hoogsten prijs tegen conr
tante betaling kunnen bedingen. Wat den han
del betreft, mag geconstateerd, dat deze zich,
niettegenstaande de omstandigheden, waaron
der d-e zaken gedreven werden, geweldig moei
lijk waren, kranig heeft geweerd. Het valuta-
vraagstuk was een bron van groote zorg. Ook
de veranderingen met betrekking tot de invoer
rechten in verschillende' landen, zooals Frank
rijk, Spanje en Amerika, hebben stagnatie ver
wekt. Hoewel de Fransche en Zwitsersche
regeeringen bij onderling tractaat een gunsti
ger invoerrecht in Spanje hebben bedongen, is
dit onzft regeering niet gelukt, zoodat het ver
hoogde recht van 150 peseta's per 100 K.G. nog
van kracht is, terwijl dit voor genoemde landen
is teruggebracht op 70 peseta's. En dan wordt
door velen nog wel gemeend, dat. Nederland
tegenover Spanje -tot de meest begunstigde
nutie§ behoort, hetgeen- niet het geval schijnt.
Een groot bezwaar voor den kaashandel is
ook het feit, dat in dezen handel de laatste ja
ren het zenden in consignatie plaats vindt,
welke handelwijze zeer nadeelige gevolgen ver
oorzaakt, omdat, zijn de zendingen eenmaal in
liet buitenland, het zeggenschap over het pro
duct aanmerkelijk is verminderd'. De Kamer
meent daarom ernstig te moeten waarschuwen
tégen de gevolgen, die hieraan zijn verbonden
en geeft den raad, deze wijze var/afzet zooveel
mogelijk te beperken.
Daar door lage valuta's de Oostelijke afzet-
gebieden bijkans verloren gingen, was het af
zetgebied klein, waardoor het voor den handel
uiterst moeilijk was de kaas te verplaatsen
zooals men gewoon was, temeer daar waar in
liet beperkte afzetgebied de aflevering in moei
lijkheden was gekomen door een gewijzigd
handelsstelsel tengevolge van genoemde maat
regelen om het artikel aldaar te cousigneeren.
Groote schommelingen deden zich dit jaar in
de prijzen voorzien.
Wat de visscherij betreft, wordt gemeld, dat
zoowel het aantal vaartuigen te Helder aan den
gemeenteafsiag 6560 (v. j. 7490) en de totale
bruto opbrengst der afgeslagen visch ƒ438.435
U 609.783), een beeld geven van den ongunsti-
gen toestand, daarbij In aanmerking genomen
de grootere vangcapaciteiten van de Noordzee-
visschersvaartuigen, welke thans bijna alle zijn
voorzien van motoren. De prijzen voor de uit
de Noordzee aangevoerde visch worden bevre
digend genoemd. De betere haring-, ansjovis-,
geep- en garnalen-vangst konden het niet zoo
goed maken om' het eindresultaat -een beter aan
zien te -geven.
De vischliandel had evenmin goede uitkom
sten. Duitschland, de vroegere groote afnemer,
is thans leverancier. Duitsche vischstoomers
komeni geregeld vangsten te IJmuiden ver-
koopen. Zelfs belangrijke spoorzendingen visch
komen de binnenlandsche en Belgische mark
ten overvoeren. Daartegen is onmogelijk te
concurreeren, wegens de lage valuta's iu dat
land. De belemmeringen bij den export zijn
thans zoo goed als opgeheven. Over bet alge
meen hoort men yan den- vischhandel, als van
vele andere bedrijven, niets dan klaagtonen;
daarbij ziet de toekomst er nog donker uit.
De groothandel in het algemeen en die der
consumptie-artikelen in het bijzonder hadden
veel moeite door de voortdurende daling van
prijzen, de balans in evenwicht to houden en
van de grootere zaken kan gezegd, dat zij met
verlies hebben gewerkt; de laatste zaken leden
de grootste verliezen, omdat die naast groot
handelaar tevens importeur zijn en op de im
portgoederen waren de verliezen groot.
Alle zaken, groot en klein, hadden -te kampen
met veel te kleinen omzet en veel te hooge be
drijfskosten.
In verband' met den handel en de industrie
is de toestand in d-e land- en -tuinbouwbedrijven
in het district van zeer groot gewicht. Ni-et al
leen dat het marktwezen deels afhankelijk is
van de productie van land- en tuinbouw, maar
de voor dit district zoo belangrijke handel in
kaas, andere zuivelproducten, vee, graden, kool,
enz. staat in het nauwste verband' met den toe
stand van den veestapel, de verdeeling van wei
en bouwland en de opbrengst daarvan. \n 1922
leverden de gewassen een buitengewone op
brengst op, maar omdat er over bijna geheel
Europa een goed' gewas is geweest en de toe
stand in de naburige landen, wat de valuta be
treft, steeds slechter is geworden, gingen de
prijzen steeds lager. Een en ander was van
zeer veel invloed op de vraag van onze voor
export bestemde aardappelen en groenten
waarvan de prijzen steeds terugliepen; er was
geen sprake van, dat het tuindersbedrijf loo-
nend kon wezen. i> bedragen, die in het laat
ste halfjaar van 1921 op de veilingen werden
verwerkt, weken dan ook buitengewoon veël
af van vorige jaren; echter dient opgemerkt
dat niet alles door en over de veilingen is ver
handeld, daar tengevolge van den enormen-
voorraad en de lage prijzen een groot gedeelte
voor veevoeder is verkocht en ook wel door de
telers zelf te gelde is gemaakt.
Wat de schapenteelt -op Texel betreft, is 1922
een zeer slecht jaar geweest.
Van Wielingen zjjn in 1922 verzonden 8569
balen gemaaid zeegras. De oogst van dit artikel
was klein, zoodat de voorraad zeer gemakkelijk
kon worden geplaatst. De afzet vond plaats naar
het binnenland, Noord-Frankrijk en Zuid-
België.
Generaal Segov. f
Een dor meest bekende personen uit onze
Indische krijgsgeschiedenis, generaal M. Se
gov, is te 's-Gravenhage, 82 jaren oud, over
leden.
Ruim 85 jaren heeft de thans ontslapene
deel uitgemaakt van het officierakorpa van
het Nederl. Indische leger.
In verschillende rangen heeft hij in zijn
schitterende militaire loopbaan blijken van
krijgsmansdeugd aan den dag gelegd. Hi
was een van de weinigen die het comman
deurskruis van de Militaire Willemsorde
verwierven, nadat hem te voren het ridder
kruis 4e en 8e klasse dier Orde en de Eere
sabel waren toegekend.
In 1892 werd hij tot kolonel bevorderd!, In
1894 tot generaal-majoor en onderbevelheb
ber van de expeditie naar Lombok.
Ter zake van de krijgsverrichtingen al
daar volgde zijn benoeming tot commandeur
in de Militaire Willemsorde.
De Dag en De Nieuwe Dag.
De „N. Rott. Crt." meldt:
Gelijk wij Zaterdagavond- hebben vermeld,
zou Maandag het eerste nummer verschijnen
van het dagblad „De Nieuwe Dag", in plaats
van de krant van den heer Willem Broekhuijs,
nu deze zich -teruggetrokken heeft. Het redac
tiebureau is voorloopig, gelijk vanzelf spreekt,
zeer 1'improviste", gevestigd in het perceel
N. Z. Voorburgwal 258. Drukkers zijn, zooals
we ook reeds mededeelden, de heeren Holdert
Oo.
Toen wij ons Maandagmorgen om inlichtin
gen bij „De Nieuwe Dag" vervoegden, ver
namen wij, dat verschillende niet onbelangrijke
bijdragen ontvangen zijn voor het bijeenbren
gen van de benoodigde garantiesom; o. a., zoo
vertelde men ons, beeft een dame voor een vrij
groote waarde aan juweelen- ter beschikking
gesteld) om deze te gelde te ma ken
-Overigens zitten wij, zoo zeide men ons ver
der, -op betrekkelijk geringe kosten, daar al de
medewerksters en medewerkers dit voorloopig
geheel belangeloos doen. Over salarissen is nog
niet gesproken, en dat komt pas in orde, als
de eerste aanloop geslaagd is.
Natuurlijk, zoo voegde men er aan toe, is de
staf van de verschillende afdeelingen, wegens
d-e veel bescheidener schaal, waarop de onder
neming nu wordt opgezet, veel te uitgebreid,
en daarom is dan ook aan een ieder, die zich
van een andere positie kan voorzien, aangera
den dit te doen. i
Op onze vraag, hoe men eigenlijk het zich
terugtrekken van den heer Broekhuijs er-
klaarde, antwoordde men ons, dat de indruk
was, dat hij „eraf wilde", omdat hij niet de mil-
iionnair is, waarvan bij de allures aannam. (Dit
houdt hij trouwens zelf niet meer vol. Hij be
weert thans, dat zijn heele kapitaal bestaat uit
slechts ƒ10.000 nominaal obligaties der Hol-
landsche Credietbank, en dat de verliezen van
de vennootschappen, waarbij hij betrokken is,
zoo groot zijn, dat het nieuwe blad („De Dag")
er slechts met de grootst mogelijke bezuiniging
had- kunnen- komen).
Reeds eenigen tijd geleden, zoo hoorden wij
voorts, was hij begonnen met moeilijkheden te
maken. Het begon met een telegram, waarin
stond, dat „de.vergadering van aandeelhouders"
der Holl. Credietbank (een van zijn scheppin
gen, Red.) op grond van het feit, dat de van
de „Daily Mail" gekochte (en alweer afbestelde)
Gosspers niet,de in uitzicht gestelde capaciteit
had, besloten had niet verder de oprichting van
het dagblad „De Dag" te financieren, tenzij
een voor den koop van de pers bestemde
ohèque van 5000, welke in het bezit was van
den heer Goedemans, algeméén adviseur van
„De Dag", en aan dezen in blanco geëndos
seerd, den volgenden dag in het bezit der bank
directie zoude zijn.
Werd die niet teruggegeven, dan zou de
Bank den minister van justitie meedeelen, dat
zij niet wenschte mee to werken aan- het ver
krijgen- van de< Koninklijke bewilliging op de
statuten van de N. V. dagblad- „De Dag". Die
chèque schijnt nog altijd in het bezit van den
beer /Goedemans te zijn. Zij zou nu door den
heer Broekhuijs bestemd zijn oin aan de redac
teuren bun salarissen te betalen, inaar de heer
Goedemans zou, op raad van zijn juridischen
adviseur, weigeren haar af te geven en de
redacteuren stellen' zich op het standpunt, dat
zij niets met den heer Goedemans te maken
hebben, maar alléén met den heer Broekhuijs
In verband met bovenstaande is van belang
de volgende brief van den heer Broekhuijs aan
de redacties der bladen:
„Het" is volkomen onjuist, dat ik het land
heb verlaten. Ik woon Piet Heinstraat 100,
's-Gravenhage, en ben thans in- Amsterdam
tel? einde aangelegenheden betreffende „De
Dag" te regelen. Het conflict tusschen den heer
Schröder en mij- is ontstaan door diens aan
koop van een Gosspers met veel te laag pro
ductievermogen. Ik heb Zaterdag een schrijven
gericht aan alle leden der redactie, waarin voor
stellen werden gedaan, doch ik vermoed, dat de
hoofdredactie deze brieven niet heeft doorge
geven. Een chèque van 5000 is thans nog in
het bezit der Schröder-combinatie.
Contracten door mij gesloten zullen worden
nagekomen voor zoover ze niet reeds door de
medecontractanten zijn verbroken. Het contract
met den heer Schröder gesloten, was reeds
eenige weken vervangen door -een overeen
komst met de commanditaire vennootschap
dagblad „De Dag". Nu de geheele redactiestaf
de relatie met mij heeft verbroken, verschijnt
het dagblad „De Dag" natuurlijk niet. Teneinde
mijn standpunt te verdedigen, zal „De Dagr"
echter zoo vaak als ik noodlg oordeel ver
schijnen.
Het is onjuist, wat de heeT Schröder aan- de
„N. Rott. Crt." heeft gezegd, dat gelden als
zekerheidsstelling ten name van mij bij eenige
bankinstelling zouden zijn gedeponeerd. Slechts
eenmaal heeft een redactielid dit verlangd, doch
ik heb dit met de meeste beslistheid geweigerd.
Desgewenscht staat mijn schrijven aan de re
dactie te uwer beschikking. Door zich „los te
maken" van „Broekhuijs en diens omgeving",
heeft de geheele redactiestaf elk recht op
schadeloosstelling verwerkt en- vervalt natuur
lijk mijn voorstel. De heer Schröder -en Ik heb
ben in de afgeloopen week verscheidene tele
grammen gewisseld, die ik alle zal publioeeren."
Uit het bovenstaande blijkt, dat de heer
Broekhuijs aan de oprichting van- „De Nieuwe
Dag", de wijze van aankondiging daarvan en
de medewerking aan het blad- van zoo goed als
den geheelen redactiestaf van „De Dag", een
motief -ontleent om zich verder geheel van zijne
verplichtingen ten aanzien van de redacteuren
ontslagen1 te achten.
„De Nieuwe Dag" is Maandagavond toch
niet verschenen- en wel op raad van den rechts
kundigen adviseur, dat hierop gegrond was,
dat de heer Broekhuijs tot dusverre alleen in
gebreke was gebleven tegenover de enkele
redactieleden, die per week hun salarissen zou
den ontvangen, en niet tegenover hen. die op
maandsalaris waren aangesteld. Deze laatsten
zouden nog niet geheel vrij staan en door hun
medewerking aan de uitgave alle verdere aan
spraken ien rechten- ten opzichte van den heer
Broekhuijs prijs geven. Hieruit schijnt men
dus te mogen afleiden, dat ook „De Nieuw^.
Dag" er althans voorloopig zeker niet komt.
De redactieleden van „De Dag" hebben zich
naar zij aan een persbureau melden
Maandagochtend naar het hurean aan de Rofla-
laan begeven. Daar werd hun de toegang ge
weigerd door mevrouw .Broekhuijs. De redac
tieleden hebben dit door den hen vergezellen
d-en deurwaarder laten corwtateeren.
Naar d-e bladen vernomen zal van de ver
schijning van t dagblad De Dag niet komen.
De geheele organisatie van redactie, admi
nistratie, drukkerij en exploitatie was ge
reed, doch den. laatsten tijd is er „verschil
van meening" ontstaan tussohen den heer
Willem Broekhuys en den hoofdredacteur,
den heer Schröder,met het gevolg, aldus
deelde laatstgenoemde mede, dat de heer
Broekhuys geen enkele verplichting erkent
en gezegd heeft zich van alles terug te
trekken.
De heer Broekhuys bevindt zich in het
buitenland. De gelden, benoodigd voor de
uitbetaling van de week-salarissen werden
Zaterdagmiddag niet ontvangen. De N. Rott.
Crt. vernam nog, dat de cauties bij banken,
welke verschillende leden der redactie bij
hun aanstelling verlangd hadden, alle staan
op naam van den heer Broekhuys. Wat de
contracten betreft, deze waren niet door 'den
heer Broekhuys, maar dbor den heer Schrö
der ond-erteekender zouden nieuwe con
tracten komen, zoodra d-e Koninklijke bewil
liging op de statuten van de vennootschap
zoude zijn verkregen.
Zaterdag was er in -een perceel op de N. Z.
Voorburgwal redactie-vergadering, want al
zal De Dag nu niet verschijnen (de groote
advertenties volgens het bekende model la
gen reeds ter opneming ln de andere 'bladen
gereed), daarvoor in de plaats wil de reeds
geheel geconstitueerde redactie nu trachten
om, gebruik makende van de geheel gereed
liggende organisatie, toch een dagblad uit te
geven onder den naam van De Nieuwe Dag,
die gedrukt zoude worden- bij de firma Hol
dert Oo., in het gebouw Felix Meritis, aan
de Keizersgracht (in vroegere jaren drukker
van De Tijd, het reeds lang verdwenen
ochtendblad van De Echo, en later van de
Christelijke Amsterdammer).
Candidaten Eerste Kamer.
Naar de „Tel." verneemt, zullen vanwege
den Vrijheidsbond bij de Eerste Kamerver
kiezingen voor de groep Noord-Holland—
Friesland candidaat worden gesteld mevr.
Wijnaendta FranckenDyserinck en de
heeren S. v. d. Bergh Jr., dr. J E. van Wei
deren Rengers, K. Breebaart, D. J. van Hou
ten, tnr. J. A. Stoop, EL Edsma en dr. M. de
Hartogh.
De oandidatenlijst, samengesteld door de
leden der Chr.-Hist. Unie in de Prov. Sta
ten van N.-Holland luidt: 1. inr. IL Verkou
teren (aftr. lid), 2. dr. O. J. K. van Aalst,
8. J. ter Haar, 4. A. R. Ophorst, 5. jhr. mr.
D. E. v. Lennop, 6. Mr. L. M. de Jong Schou
wenburg, 7. jhr. mr. P. Teding van Berk
hout, 8. K. Kistemaker.
De oandidatenlijst samengesteld door de
c.-h. Statenleden in Friesland luidt: 1. L.
W. de Vries (aftr. lid), 2. mr. R. Pollema, 3.
H. M. Tromp, 4. B. W. Okma, 6. J. L. Ooster-
hoff.
Deze beide candidatenltjsten zullen- wor
den verbonden tot één üjstengroep. Gemach
tigden voor de verbinding zullen zijmi de le
en1 2e secretaris van de a-h. Unie.
Nederlandsche Spoorwegen.
De directie van de Nederlandsche Spoor
wegen heeft bepaald1, dat de hoogere 'ambte
naren, die na 1 Juli 1923 in.' dienst treden, en
zij, die na xdien datum in het korps zullen
worden opgenomen, niet in aanmerking ko
men voor de toelage van zeven pCt 's jaars.
(„De Rsb.").
Marktk aarten op de Spoorwegen.
(De directie van de Nederlandsche Spoor
wegen zal binnenkort een proef nemen met,
de uitgifte van marktkaarten van kleine
naar grootere stations tegen 'buurtverkeer-
tarief.
HoogovenbedrtJf te IJmuiden.
Naar het Handelsblad verneemt wordt te
IJmuiden in de tweede helft dezer maand
het eerste zeeschip voor het hoogovenbedrijf
verwacht. Het zal -eene lading steenkolen uit
Engeland aanbrengen en spoedig door an
dere stoomschepen worden- -gevolgd.
Penslonneerlng van rijksambtenaren.
In het orgaan van' den Vrijheidsbond, „de
Vrijheid", bepleit de heer Henri ter Hall
een! betere pensiomregedlng voor rijksambte
naren. Na gewezen te hebben op de in den
tegenwoordi'gen tijd allerwege aangeheven
leus van „zuinigheid en spaarzaamheid", be
toogt de schr., dat de Staat der Nederlanden
op geheel onvoldoende wijze zijn plicht je
gens de oud-gepensioneerde militairen ver
vult. Verschillende voorbeelden illustreeren
zijn betoog.
1. Een stoker 1ste klasse der Marine werd
na 25 jaren dienst, waarvan 5 jaar ln de
Tropen, gepensionneerd. kreeg vol pensioen,
hetgeen vermeerderd met 40 toeslag 490
's jaars bedraagt. De man had vier kinderen
beneden 18 jaar. By overlijden 'krijgt rijn
vrouw 160.— 's jaars.
2. Een sergeant-konstabel der Marine, in
het gelukkige bezit van 7 kinderen, tusschen
1 en 18 jaar oud, werd na 28-jarigen dienst
af gekeurd en aan den dijk gezet met 420.—
pensioen. De iman is nu 69 jaar oud en zyn
vrouw mag, als ze weduwe wordt, op een be
drag van ƒ,140.voor onderstand rekenen.
8. Te Groningen woont een oude stakker,
weduwe van een sergeant-provoost der Ma
rine, met haar zoon, die als matroos werd
afgekeurd en 'gepensionneerd. De gratifica
tie van de moeder plus het pensioen van den
zoon bedragen tezamen 290.— 's jaars. Daï
vrouwtje is 75 jaar oud.
4. Een adjudant-onderofficier der Land
macht in 1896 gepensionneerd, had 10 kin
deren, waarvan 8 beneden 16 jaar. Zyh pen
sioen bedroeg 628.— 's jaars op 61-jarigen
leeftyd, of met de 40 toeslag 740.
Zyne eventueele weduwe heeft het vooruit
zicht om met 164.'s jaars te sterven van
gebrek.
6. Een sergeant der Landmaoht, 56 jaar
oud en byna 88 dienstjaren hebbende, werd
met 430.gepensionneerd of ruim 8.—
per week. Later kreeg hy 605.—; zyn
vrouw wordt by overiyden van haar man een
onderstand van 126.per jaar gegaran
deerd.
6. By het Indische leger is het precies
Jietzelfde. Soldaten, in- en door den dienst
afgekeurd, leven op hun 63e jaar van
175.pensioen. Korporaals met 24 dienst
jaren, trekken 808.uit 's Lands kas. Een-
onderofficier 67 jaar oud, leeft van 470.
een adjudant-onderofficier thans 78 jaar, ge
niet een pensioen van 672.
Een oud-bolonlaal met een- pensioen van
8.40 per week, zag zich 'genoodzaakt een
diefstal te plegen om onderdak te krijgen.
Ter vergeiyking geeft de schr. een staatje
van de oud- en d-e nleuw-gepensloneerden.
per jaar be-
1800.—
884.-
884.-
884.-
468.—
2912.—
2666.—
2892.—
1976.—
1664.—
Na de verhooglng met 40
draagt het pensioen voor:
Luitenant ter zee
Adjudant-onderofficier
Sergeant-majoor
Sergeant
Matroos of marinier
Men vergeiyke daarmee nu eens de pen
sioenen voor de later gepensioneerden (pen
sioenwet 1922):
Adjudant-onderofficier
S er geantom-ajOor
Sergeant
Korporaal
Matroos of marinier
Andere landen zyn ons in dit opzicht vóór:
Frankryk, Engeland en België hebben de
oude regeling aangepast aan de nieuwe.
De redactie van „d-e Vrijheid" voegt aan
's heeren ter Hali's beschouwingen de op
merking toe, dat, ofschoon zyn motie ver
worpen is, d-e zaak hiermede niet uit is, en
d-e beschouwingen dus haar waarde be
houden.
Zomerhitte en zuigelingen.
De directeur van den Amsterdamschen ge
neeskundigen en gezondheidsdienst ver
zoekt publicatie van het volgende:
By de thans heerschende zomerhitte moe
ten zuigelingen zooveel mogeiyk daartegen
beschermd worden. De moeders moeten zor
gen, dat de kamers -goed doorwaaien, en dat
d-e zuigelingen zeer luchtig worden gekleed
en toegedekt. Houdt vooral het hoofdje koel;
de hooge temperatuur, welke het gevolg is
van het warm toedekken van de kinderen
uit vrees voor kou vatten, is voor zuigelin
gen zeer gevaariyk. De melk voor de kinde
ren, die ongelukkigerwys geen borstvoeding
hebben, moet buitengewoon -goed worden
verzorgd en koel worden bewaard, door de
flesschen of kommen in koud water te plaat
sen en dit water zooveel als noodfg Is te
ververachen.
Gedurende -het warme jaargetyde ls het
nog meer noodzakeiyk dan anders, dat men
de jonggeborenen onder toezicht stelt van
de oonsultatie-bureaux voor zuigelingen, die,
voor zoover de stad betreft, eiken middag
geopend zijn.