Tweede Blad.
VAN DONDERDAG 19 JULI 1923.
PLAATSELIJK NIEUWS.
R L. Vries, t
Te 's-Gravenhage is, in den ouderdom
van ruim 98 jaren, overleden, de heer B. L.
Vries, oud-leeraar aan het Koninklijk In
stituut voor de Marine alhier. De heer Vries,
die leeraar was in trigonometrie en algebra,
werd in 1891 gepensioneerd.
0. PlutJlaar. t
Gisteren overleed1 te Amsterdam een onzer
vroegere plaalsgenooten, de heer 0. Plujjlaar,
in den ouderdom van 81 jaar. Vooral op het
gebied, van duiken was hij zeer populair in zijn
tijd; wij willen even memoreeren, waaraan hij
zijn krachten heeft gewijd. Bij het vergaan van
den rammonitor „Adder", bij het stranden van
de „Logmodart" (Callantsoog), bij het bergen
van de katoenlading der „Saphire" (gestrand
op den Razende Bol), bij de aanvaring met
„Hercules" en „Schorpioen" in de haven van
Helder, het zinken van de „Thorbecke II" in
het Noordzeekanaal en vele andere werken
heeft hij zijn diensten gegeven. Zijn borst was
versierd met de gouden medaille voor 36-jari-
gen dienst (Marine) en de Orde van Oranje
Nassau.
De begrafenis heeft plaats Zaterdag 21 Juli
as„ op de Oosterbegraafplaats te Amsterdam.
Den 17en Juli slaagden te Amsterdam
voor het M.U.L.O.-dipl. A: O. Botumia, A.
Sieuwertsen, M. Roskam, D. Duyvelshoff en
W. de Jongh, leerlingen der openbare M.U.
L.O.-echool aan de Molenstraat.
Bij het gisteren te 's-Gravemhage ge
houden examen slaagden voor tweeden offi
cier groote vaart de heeren D. Stevenson, P.
A. Pueok en B. Visser alhier.
Onze vroegere plaatsgenoot de heer H.
Iko te Weltevreden is geslaagd voor het
machinisteiidlploma A.
Den 16en dezer slaagden te Amsterdam
voor het M.UX.0. examen (diploma A) al de
mannelijke oandldaten van de Chr. M.U.LX).
school alhier, n.L P. Kxuyff, 0. Riekwel en
J. Vonk.
De nieuwe weg Helder—Callantsoog.
Men schrijft ons: i
Nog maar enkele weken, en wij kunnen hij
„de Kaap" omrijden. De nieuwe weg begint te
vorderen en de Witte Villa met speeltuin is
weldra zeer goed te bereiken. Dit wordt dan
een gezellig uitstapje, waarvan wel druk ge
bruik zal worden gemaakt. De inrichting is
thans te bereiken via Julianadorp tot de Cal-
lantaoogervaart; als de nieuwe weg gereed is,
kan men omrijden.
Levensmoede.
Zaterdagavond heeft zich de 46-jarige J.
K. in een bui van zwaarmoedigheid nabij
Koegras voor den trein van 8.06 geworpen.
Beide beenen werden hem afgereden, waar
na hij vermoedelijk is doodgebloed. De ma
chinist van den volgenden passeerenden
trein waarschuwde den stationschef, die een
locomotief met wagen naar de plaats van
het ongeval zond, en den ongelukkige naar
Helder vervoerde.
Ergerlijke manieren.
Een zekere K. reeds eenige malen ver-
baliseerd wegens te snel rijden doet thans
onze stad de eer aan van een morgenritje per
motorfiets, waarbij hij da onhebbelijke ge
woonte heeft met open knalpot en vrijloopen-
den motor een heidensch kabaal te maken,
waardoor oudere menschn en kinderen
om nog niet te spreken van zieken die nog
slapen, ontijdig wakker schrikken. Wfl mee-
nen goed te doen deze wijze van doen eens
te signa-loeren, omdat helaas een verbod om
met open knalpot te rijden hier nog ont
breekt.
Gemeenteraad van Helder,
Geloofsbrieven.
Onderzoek der geloofsbrieven van de
nieuw verkozen raadsleden.
Ingekomen stokken.
a. Beschikkingen van Gedeputeerde Sta
ten ter zake van de dloor verschillende per-
sonetn ingediende beroepschriften naar aan
leiding hunner aanslagen in de plaatselijke
directe belastingen maar het inkomen.
b. Goedkeuringsbesluiten van Gedeputeer
de Staten op:
1. het besluit van don Raad d<L 24 April J.1.
tot aankoop van grond van den polder „Hel-
der en Huisduinen".
2. het besluit van den raad dd. 24 April jl.
tot aankoop van eenige straten van O.
Adriaanse.
8. het besluit van den Raad dd. 18 Maart
jl tot aankoop van den halven eigendom van
een perceel grond voor verbreeding van de
Javastraat van 0. Adriaanse.
4. de vierde suppletoire begrootlng, dienst
1922.
6. het besluit van den raad van 18 Juni J.L
tot het doen van betaling uit den post voor
„Onvoorziene Uitgaven".
6. het besluit van den Raad van 18 Juni j.1.
tpt het aangaan van een geldleening groot
1.860.000.—
7. den staat van af- en overschrijvingen op
oe begrootingen van uitgaven dienst 1923.
c. Jaarverslag van de vereenigüng Am.
bachtsschool voor Helder en Omstreken.
d. Beredeneerd verslag van hetgeen met
betrekking tot verbetering der volkshuisves
ting in de gemeente Helder gedurende het
jaar 1922 is verricht.
e. Adres van Joh. van der Linden te
Utrecht in zake het niet toekennen van een
plaats op die kermis, waarvoor hij de hoogste
inschrijver was.
f. Adres van de afd. Helder van het Ned.
Onderw. genootschap houdende verzoek niet
over te gaan tot de vaste benoeming van
nieuw personeel aan een der gemeente
scholen voordat de nieuwe Roomsch Katho
lieke school en de school aan de Weststraat
door het Bijzonder Onderwijs in gebruik zijn
genomen.
g. Adres van de Afdeolimig Helder van den
R.-K. Bond van Overheidspersoneel „Sint Pau-
lus", houdende verzoek de Gemeentelijke pen
sioenverordening zoodanig te willen wijzigen,
dat aan de Ambtenaren en Werklieden, die
volgens het bepaalde in de Pensioenwet 1922
(vervroegd Pensioen) met recht op het door
hen ingekocht aantal dienstjaren, de gelegen
heid wordt verleend1 hiervan gebruik te maken.
Assistent laboratorium Gasfabriek.
Voorstel om den laboratorium-assistent bij
de Water- en Lichtbedrijven naar groep Hl
der loontabel voor de Ambtenaren over te
brengen.
Bouwverordening.
Voorstel om H. Walboom ontheffing te
verleenen van het bepaalde bij art. 16, lid 1,
der verordening op bet bouwen en op de be
woning ten behoeve van den verbouw der wo
ningen Achtergracht W. Z. mrs. 42 en 43.
Voorstel om H. Dordtmundt ontheffing te
verleenen van het bepaalde bij art. 18, lid 1,
der verordening op het bouwen en op de be
woning ten behoeve van den bouw van per
ceel Schoolstraat no. 6.
Ontslag Onderwijzer.
Verzoek van J. van Hoek om ontslag als
onderwijzer aan school no 4 en ala leeraar
aan de AvondvakteekenschooL
Erfpacht
Voorstel tot uitgifte van grond in erfpacht
aan: W. Kaan, S. van Amersfoort Jzn., de
Ver. Vakschool voor Meisjes, wed. H. J.
Weidexna.
Onderwijs.
Voorstel tot toekenning van vergoedingen
op grond van art. 100 der L.O. Wet 1920 uit
de gemeentekas over het jaar 1921 aan:
a. het bestuur der Vereeniging „Laat de
kinderkens tot Mij komen";
b. het R.-K. Kerkbestuur.
Voorstel om verlenging van vrijstelling te
de heffing van schoolgeld voor de Avond
vakteekenschooL
Bestrating Slulsdljkstraat
Voorstel inzake de bestrating der Sluls
dljkstraat.
ElectriclteltsbedrlJf.
Voorstel tot het leveren van electrisohen
stroom aan den lichttoren te Huisduinen.
Onderwijs.
Voorstel om verlenging van vrijstelling te
vragen voor het geven van onderwijs door
het Hoofd van schiool 14.
Schoolbouw.
Voorstel om afwijzend te beschikken op
•het adres van de firma Starrenburg en Boer-
dijk en de metselaars, opper- en timmerlie
den bij den schoolbouw Van Galenstraat
werkzaam, tot verlenging van den arbeids
duur tot 81/» uur per dag.
Straatnamen.
Voorstel tot het geven van namen aan
straten.
Onvoorziene Uitgaven.
Staat van betalingen tilt den post voor on
voorziene uitgaven.
Mededeeling omtrent het beleggen van
gelden.
Reinigingsdienst
Voorstel om afwijzend' te beschikken op het
.voorstel van W. O. van Breda en 3 andere
leden van den Raad om de reorganisatie van
den Reinigingsdienst niet uit te voeren, alvo
rens het plan van den Directeur van Gemeente-
Werken in den Raad ls behandeld.
Bedrijven..
Voorstel tot aanvulling van de verordening
betreffend© het financieel beheer van de Ge
meentebedrijven'.
Gemeente-rekening.
/Benoeming van leden van de commissie
voor het nazien der gemeente-rekening.
Ter visie.
Mededeeling omtrent de bevinding van de
Oommissie van onderzoek naar de kwaliteit
van het gas.
Rondvraag.
mm
mmamrn
op Dinsdagavond 17 Juli, aanvang 8 uur.
Afwezig de heeren Staalman en Baak.
Als eerste punt der agenda komt aan de orde:
Daartoe wordt een commissie, bestaande uit de
heeren Adriaanse, Poll en Kuiper, benoemd, die,
vergezeld door den secretaris, de vergadering,
welke tijdelijk geschorst wordt, verlaten. Bij
momde van den heer Adriaanse wordt na her
opening rapport uitgebracht en geconcludeerd tot
aller toelating, waarmede de Raad zich vereenigt.
De notulen van 24 en 30 April en 13 Mei 1923
worden vervolgens vastgesteld.
Zonder discussie passeeren achtereenvolgens
den hamer:
Voorgesteld wordt de stukken e voor ken
nisgeving aan te nemen, waarmede de Raad zich
vereenigt.
Beide stukken worden gereiwoyeerd naar B.
en W. om prae-advies.
Achtereenvolgens worden zonder discussie of
stemming de volgende voorstellen aangenomen:
(Held. Crt 17 Juli)
(Held. Crt. 17 Juli).
De heer G r u n w a 1 d oordeelt inderdaad den
toestand in de Sluisdijkstraat slecht. Evenwel
vindt ook spr. een herbestrating voor het oogen-
blik te kostbaar, doch geeft den Raad in over
weging de bestrating geleidelijk te doen vernieu
wen, b.v. verdeeld over twee of drie jaren. Als de
bewoners van deze straat moeten wachten op
aanleg van den in het prae-adviea bedoelden weg,
kan dat nog wel lang duren, en zijn de bewoners
daarmede niet geholpen. De toezegging op deze
wijze is ietwat vaag, en In geen geval kan de toe
stand aldus blijven. Spr. zal gaarne vernemen wat
de juiste bedoeling is van deze bijlage.
De heer Boogaard herinnert aan het adres
van de Parallelbewoners. Z. i. heeft dit dan de
voorkeur en moet de Sluisdijkstraat, hoe noodig
ook een verbetering is, wachten.
De heer V a n O s wijst er op, dat in de stukken
de kosten geraamd worden op f 4800. Spr. had
het reëeler gevonden, indien B. en W. het ver
zoek ronduit afgewezen hadden. Toen vroeger
met de zware wagens van de reiniging door deze
straat gereden werd, had deze bestrating zin, nu
is zij een last geworden voor de bewoners. Als
de Raad niet tegen de kosten opziet, laat men dan
liever den knoop doorhakken en de straat ineens
afwerken. De steenen, die er uitkomen, zijn im
mers nooit weg. Die doortrekking van den Mid
denweg kan ,nog wel tien jaar duren.
De heer Adriaanse: De bedoeling van het
College was, den verzoekers niet direct af te wij
zen, omdat wij erkennen, dat de toestand onhoud
baar is. Voor zoover mogelijk zal het slechtste
worden hersteld; wij meenden evenwel, dat in de
naaste toekomst zeer wel een gelegenheid zal
komen de keien te benutten, maar wij vonden
geen vrijheid nog dit jaar een dergelijk groot be
drag uit te geven. De kwestie van den Parallel
weg is verschoven tot de begrooting; mogelijk
kan dan deze aangelegenheid ook ter hand wor
den genomen.
De heer Grunwald is door deze nadere toe
lichting eenigszins ibevredigd, omdat de kuilen in
de straat althans worden geslecht. Op de begroo
ting voor het volgend jaari plaatse men een post
voor herbestrating.
De Voorzitter merkt nog op, dat wij ons
hebben te houden aan de begrooting en niet
steeds aan alle verzoeken van inwoners kunnen
voldoen, indien daar geen gelden voor zijn, ge
voteerd.
Conform de voordracht' besloten.
(Held. Crt. 17 Juli).
Aangenomen.
(Held. Crt. 17 Juli).
Aangenomen.
(Held. Crt. 14 Juli).
De heer Van Os zal, na hetgeen door spr.
in November j.1. is gesproken, niet opnieuw zijn
standpunt hieromtrent uiteenzetten. Maar de hou
ding van het College in deze aangelegenheid ver
baast spr., omdat het hier een verzoek betreft van
het georganiseerd overleg. Spr. heeft de vorige
maal gewaarschuwd, dat er, bij handhaving van
den 8-urigen werkdag in de bestekken, onrust zou
kamen in de bouwvakken, maar men heeft niet
willen luisteren. Thans, nu nagenoeg de heele
wereld den 81/»-urigen werkdag heeft ingevoerd,
vormt Helder vrijwel een unicum.
De heer H e ij b 1 o k zal niet betwisten, dat het
hier een voorstel van het georganiseerd overleg
betreft, maar het grootste deel rvan het personeel
heeft dit voorstel onder pressie moeten teekenen.
Het adres vertegenwoordigt geenszins den wensch
der arbeiders en is daarom van nul en geener
waarde.
De heer Van L 6 o zou gaarne nadere inlich
tingen hebben omtrent het vermeende nadeel, dat
de arbeiders, naar zij zeggen, van de handhaving
van den 8-urigen arbeidsdag hebben. Deze arbei
ders verdienen, bij de 45-urige werkweek, toch
evenveel als particuliere bij de 48-urige? Waaruit
ontstaat dan het nadeel?
De heer Boogaard Omdat op een ander
karwei de firma Starrenburg en Boerdijk 48 uur
laten werken. Als zij nu op de oude loonen werk
ten, zouden ze geen nadeel hebben. De patroon
heeft gesproken van een adres aan den Raad, en
wij weten zeer goed, dat, als de patroon dat zegt,
dit voor de arbeiders een beVel inhoudt.
Mevrouw Van der Hulst heeft het juist
andersom gehoord, naimelijk, dat de arbeiders ge
heel vrijwillig aan den aannemer vroegen langer
te mogen werken. Deze liet hen geheel vrij.
Den heer Bok verwondert het, dat er nog zoo
veel strijd gevoerd wordt om aan dit verzoek te
voldoen. De geschiedenis is eenig in Helder, niet
in het land, want overal elders is de 48-urige
werkdag ingevoerd. Wij spelen gevaarlijk spel
door te voldoen aan het verzoek van B. en W.,
want dan zal men hooger op gaan. Waar een lan
delijk contract is, heeft een gemeente nie,t het
recht daarvan af te wijken.
De heer B o r k e r t brengt hulde aan het stand
punt van B. en W., die ruggegraat toonen en den
arbeider niet zijn eenmaal verworven rechten
weder ontnemen. Dertig jaar hebben wij gevoch
ten voor den 8-urendag, zou men willen, dat wij
dien thans maar zoo weer loslieten? De loondruk,
die gekomen is, is van patroonszijde ontstaan; op
deze manier gaan wij weer terug naar de oude
tijden van 10 uur en meer per dag. Merkwaardig
is het, dat de heer Bok thans van het landelijk
contract spreekt, omdat nergens gebleken is, dat
door langere werktijden meer wordt gepresteerd..
Integendeel, overal is malaise en werkeloosheid.
Het is eenvoudig de laag-conjunctuur, waarvan
de patroons gebruik maken. Er gebeuren op het
gebied van loondruk meer dingen bij Starrenburg
en Boerdijk, en ieder ooganblik moet de gemeente
ingrijpen en de overeenkomsten handhaven. Het
standpunt deaer heeren is cynisch, en van samen
werking tusschen patroon en arbeider is geen
sprake. Wij zien deze zaken anders en wij bren
gen het College gaarne hulde voor zijn houding.
De heer Van Breda ondersteunt het betoog
der heeren Van Os en Bok. Dat de sociaal-demo
craten ook wel anders denken dan de heer Bor-
kert, tooet pr. aan met een citaat uit een rede van
den heer Vnegen -en een artikeltje van Mevr.
Tilanus, overgenomen in „Het Licht".
De heer Adriaanse Is geen vijand van de
48-urige werkweek. Maar spr. geeft zich reken
schap van den toestand, waaronder dit verzoek
plaats heeft. Ten vorigen jare is door de meerder
heid van den Raad de 45-urige werkweek gehand
haafd en zijn de arbeidsvoorwaarden ongewijzigd
gelaten. Zoolang geen landelijk collectief contract
bestaat, zullen geen veranderingen in de voor
waarden aangebracht mogen worden, en misken
B. en W. dus het rechit daartoe. Indien de Raad
een voorstel doet om de 48-urige werkweek in te
voeren, zal spr. gaarne medegaan, doch spr. wei
gert thans af te wijken van het eenmaal genomen
besluit. B. en W. kunnen toestemming verleenen
den arbeidsdag een half uur te verlengen, mits
men dit met 50% toeslag als overwerk betale, en
ook de patroon kan zijn' arbeiders tegemoet ko
men. Het is dus geenszins een veranderde houding»
van den patroon, maar enkel uit overweging, dat
verandering onrechtvaardig zou zijn, dat sjpr. zijn
standpunt handhaaft.
De heer H e ij b 1 0 k wijst den heer Van Breda,
in antwoord op diens -betoog omtrent ae meening
van Vliegen, op uitlatingen van katholieken, die
ook de 45-urige werkweek willen handhaven. Spr.
is het overigens eens met den heer Adriaanse,
waar deze heer meent, dat Starrenburg en Boer
dijk hun arbeiders moeten tegemoetkomen. An
dere werkgevers doen het ook.
De heer Van L o o begrijpt de redeneering van
den heer Adriaanse niet. De arbeiders zelf vragen
3 uur langer te mogen werken, omdat ze anders
nadeel hebben in hun loon. Als -de 48-urige werk
week dus wordt ingevoerd, mag het loon niet
lager worden.
De heer Verstegen: De heer Van Loo doet
alsof hij niets van de zaak. begrijpt. Hij weet even
goed als wij, dat het hier betreft een werk, dat is
aanbesteed in een tijd, toen de loonen hooger
waren dan thans, en bovendien de 8-urige arbeids
dag bestond. Dus de patroon heeft toen hij in
schreef, met deze factoren rekening gehouden, en
als hij thans langer laat werken voor lagere loo
nen, doet hij zijn arbeiders tekort. Het is wel
jammer, dat de gemeente den patroon niet kan
dwingen meer loon te geven. Nu steekt hij het
zelf in dep zak. „Ze vragen er zelf om", zegt de
heer Van Loo. Kan de heer Van Loo zich dan in
het geheel niet voorstellen hoe de arbeiders er
toe kwamen dit te „vragen"? Bovendien zitten
we met de -verordening en -de overeenkomsten. In
ieder geval dient eerst de verordening te worden
gewijzigd, alvorens wij dit toe kunnen staan.
De heer Van Loo: Daar even is bij inter
ruptie door een der wethouders gezegd: „hij moet
zich er maar uit zien te redden". Neen, spr. be
hoeft er zich heelemaal niet uit te zien te redden.
Spr. kan thans rustig voor het verzoek stemmen.
De arbeiders kunn-en van een principe niet eten.
Ze hebben thans nadeel, dus geVe men ze de 48-
urige werkweek. Want die arbeiders mogen er in
geen geval dupe van worden.
De heer Schoeffelenberger: De 8-urige
arbeidsdag is een cultuur-object. Is het standpunt
van den heer Van Loo dat van de vrijzinnigen?
Het is een schandaal, dat Starrenburg en Boerdijk
dit durven vragen en aldus op het loon beknib
belen. Het is infaam!
De heer Grunwald: De heer Van Loo heeft
volstrekt niet gedaan alsof hij het niet wist. Spr.
wenscht van B. en W. de pertinente toezegging,
dat zij Starrenburg en - Boerdijk kunnen verplich
ten tot betaling van het .hoogere loon. Dan kan
spr. zich er mee vereenigen. Kunnen B. en W. die
toezegging niet geven, dan begaat de Raad een
misdaad, als hij de 48-urige werkweek niet toe
staat, omdat de arbeiders dan tegen 45 uur wor
den uitbetaald.
De heer Adriaanse kan onmogelijk positief
zeggen, of B. en W. de firma daartoe kan dwin
gen. Dat kan niet zoo maar even uitgemaakt wor
den. Ten bewijze daarvan leest spr. de betref
fende besteksbepalingen voor. Spr. meening is,
dat hel risico voor den aannemer is, dus ook het
risico van stijgen en dalen der loonen. Niettemin
zal spr. gaarne eens anders standpunt eerbiedi
gen. Maar het betreft hier iets anders. Er is hier
een inschrijving gehouden. Tijdens de werkzaam
heden komt een verzoek tot verlenging van den
arbeidstijd. Nu vallen, naar spr. meening, de ar
beiders In het overwerk. En waar de patroon
heeft ingeschreven op het hoogere loon, moet hij
zich een kleine opoffering getroosten. Spr. heeft
de innige overtuiging, dat het advies van B. en
W. waar en juist is.
De heer Schoeffelenberger: De aanne
mer is verplicht uit te betalen volgens het aan
genomen bestek.
Geroep: Niet waar!
De heer De Zwart: We hebben den 2isten
November 1922 een discussie gehad over den 8-
urendag. De Raad heeft toen beslist omtrent de
45-urige werkweek, en nu verwondert het spr.,
dat bij dit adres niet een sterk protest is ingeko
men van de andere patroons. Want zij worden
onrechtvaardig beconcurreerd, als de Raad hier
omtrent toegeeft.
De heer Bok: Dat is eigen risico!
De heer De Zwart Neen, dat is het niet 1 Bij
de Zuiderzee-werken is ook tijdens de werkzaam
heden de veranderde rijkswet gekomen, maar het
minder uitbetaalde geld kwam ten goede aan het
Rijk en geenszins aan den aannemer. Dit is geen
risico: hier wordt eèn gesloten contract door den
Raad verbroken. Het is zelfs d-e groote vraag of
B. en W. het zullen willen verbreken. De Raad
heeft indertijd de handhaving aan het College ge-
demandeerd.
De heer Bok: Als het verzoek wordt aange
nomen en B. en W. houden zich aan het contract,
dan komt er een verzoek aan den Raad voor een
nieuw contract.
De -heer Grunwald: We houden hier aller
lei principieele redeneeringen, maar de arbeiders
worden de dupe ervan. De heer De Zwart kan mij
niet de gewenschte pertinente verzekering geven.
Thans krijgen de arbeiders minder loon en als
wij doen wat het College wil, heeft de Raad wel
een grooten democratisch-en zwaai genomen, maar
den arbeider zijn loon onthouden.
De heer Adriaanse wil gaarne onderzoe
ken in hoever het mogelijk is een dwingende be
paling als de heer Grunwald verlangt, te maken.
Een pertinente verzekering kunnen wij niet ge
ven. Laat men zuiver dit adres stemmen, ook de
heer Grunwald kan dat doen, indien hij de toe
zegging krijgt, dat wij een deskundig onderzoek
zullen instellen of het mogelijk is den aannemer
te dwingen het hoogere loon te geven.
De heer De Zwart wijst er op, dat de betrok
ken aannemersfirma reeds werklieden tegen lager
loon heeft willen aannemen, doch gedwongen is
door de gemeente dit na te laten. De firma staat
dus gereed loondiefstal toe te passen. Overigens
staan in de bestekken ook allerlei andere gunstige
bepalingen: verlof -bij ziekte e. d. De Raad heeft
de arbeidsvoorwaarden vastgesteld en de nale
ving ervan aan B. en W. gedemand-eerd. Hieraan
valt niet te tornen.
De Voorzitter: Het contract is bovendien
goedgekeurd door 'den Minister van Onderwijs,
zoodat de Raad het recht mist er iets in te ver
anderen.
Den heer V a n O s doet het leed, dat de heer
De Zwart het woobd „loondiefstal" gebruikt,
en woorden als de „zwarte lijst" e.-d. Alles, wat
omtrent arbeidsvoorwaarden in de bouwvakken
wordt bepaald, geschiedt door buitenstaanders.
Volgens de s.-d. bestaan geen goede patroons.
Het cijfer, waarvoor Starrenburg en Boerdijk lij-
schreef, was zeer laag, omdat hij rekening -moest
houden met de lager wordende loonen. Indien
men 'hen nu dwingt loonsverhooging toe te pas
sen, is dat ook loondiefstal op de gemeenschap.
De heer Grunwald wijst er op, dat het adres
al 5 weken oud is, en in dien tijd B. en W. al
hadden kunnen onderzoeken of Starrenburg en
Boerdijk gedwongen hiadden kunnen worden.
Kan het adres thans niet verdaagd worden, vraagt
spr., en na onderzoek een beslissing worden ge
nomen?
De Voorzitter voorziet daarvan niet veel
goeds. De bepaling Is duidelijk. Omgekeerd, als
de loonen stijgen, zal men ook niet zeggen: wij
moeten meer hebben. Het betreft hier een door
den Minister goedgekeurd contract, dat gehand
haafd dient te worden.
De heer Van Breda: De formeele kwestie:
intrekken der verordening, zal wel niet gebeuren.
Hier is een uitzonderingsgeval, omdat inmiddels
de loonen naar -beneden zijn gegaan, en kan, naar
spr. meening, wel afgeweken worden..
De Voorzitter antwoordt den heer Van
O s, dat Starrenburg en Boerdijk geenszins de
laagste inschrijvers waren, doch dat hun het werk
gegund is, omdat zij hier woonden en bovendien
reeds eerder een dergelijk werk hadden verricht.
Wat voor indruk moet het naar buiten maken,
als -wij aan dit verzo-ek gehoor geven?
De heer Bok: Het is het belang van de ar
beiders!
Op deze woorden van den beer Bok ontstaat
een geweldig rumoer. De heer Borkert
schreeuwt opgewonden, dat de grootste reaction-
nadren hier nu praten over arbeidersliefde.
De heer Van der Veer legt de verklaring
af, te zullen voorstemmen, omdat spr. van mee
ning is, dat het onvoldragen kindje van den 8-uri-
gen werkdag wel spoedig zal overlijden en een
voldragen kind ter wereld zal komen.
De discussie wordt gesloten, en het voorstel
van B. en W., in stemming gebracht, met 11 tegen
8 stemmen aangenomen. Tegen stemmen de hee
ren Van Breda, Grunwald, Mevr. Van der Hulst,
Van Loo, Van Os, Poll, Tielrooij en Bok.
De Voorzitter vestigt er de aandacht op,
dat de naam der straat in de bijlage verkeerd ge
speld is. Deze is niet Azaliastraat, maar Azalea
straat, daar de bloemennaam aldus gespeld wordt..
De heer H e ij b 1 o k heeft in de Commissie v.
Publieke Werken -de aandacht gevestigd op de
verwarring met de bestaande Dahliastraat, di$
hierdoor ontstaan kan. Als postambtenaar spreekt
spr. uit ervaring, en weet hij, hoe groot het on
gerief voor het publiek uit dergelijke gelijk klin
kende na-men kan zijn. Spr. stelde voor de straat
Meidoornstraat te noemen.
De heer Adriaanse meende, dat de Comm.
juist bizonder gelukkig met haar naam was ge
weest. Het betreft hier een bloemennaam, in aan
sluiting op de andere namen, en de meidoorn is
een heester. Het bezwaar voor de praktijk acht
spr. niet zoo groot.
De heer Verstegen wijst er op, dat herhaal
delijk in de Cronjéstraat brieven bezorgd' worden
voor de Oranjestraat en omgekeend.
De heer Bok stelt den naam Asterstraat voor,
en na eenige discussie wordt deze door den Raad
aanvaard.
Aangenomen.
(Held. Crt. 17 Juli).
Conform.
De heer Van Breda is teleurgesteld -door dit
antwoord. Op spr. vraag wordt niet geantwoord,
en daarom wenscht spr. ook zijn voorstel te hand
haven. B. en W. zeggen, dat van een „plan" nog
geen sprake is, maar dit woord wordt door den
directeur der reiniging zelf niet minder 'dan 5 maal
gebruikt.
De heer Verstegen meent, dat de bijlage
voor zichzelf spreekt. De heer Van Breda moest
begrijpen, dat Burgemeester en Wethouders tot
vanavond toe volle vrijheid hadden met de uit
voering van het raadsbesluit een aanvang te ma
ken. Dat zij dit niet deden, moest voor den heer
Van Breda voldoende zijn te begrijpen, dat B. en
W. inderdaad het plan niet willen uitvoeren zon
der eerst het plan in den Raad ter goedkeuring
te zenden. Het is reeds eenige maanden oud en
nog is geen stap gedaan om de uitvoering ervan
te verzekeren. Als dit geen bewijs is, dat het B.
en W. ernst is, weet spr. het niet meer.
De heer Van Breda apprecieert dit, maar in
het voorstel van B. en W. staat hieromtrent niets.
Spr. heeft in het belang van de gemeente den of-
ficieelen weg hier gevolgd. B. en W. geven een
half antwoord.
De Voorzitter meent, dat de Raad ver-
fcrouuwen in het College moet bezitten. De voor
stellen zijn in bewerking bij den directeur der
reiniging, en zelfs al wilden B. en W. er den Raad.
mede overrompelen, dan zitten de leden er im
mers zelf bij om dit te verhinderen.
De heer Grunwald protesteert tegen de uit
lating als zou onze houding niet goed zijn. Wij
vonden Het niet goed, -dat het besluit werd uit
gevoerd en hadden bezwaren. Had de wethouder
een precies antwoord gegeven, dan zouden wij
tevreden zijn gesteld.
De heer V a n B r e d a is na de toezegging van
,den wethouder tevreden, en conform de voor
dracht wordt besloten.
(Held. Crt. 17 Juli).
De heer Van Breda vindt het ietwat vreemd,
dat door B. en W. menschen, die geregeld betalen,
mede als wanbetalers worden beschouwd. Want
iooals de redactie van de voorgestelde aanvulling
luidt, krijgt ieder, die, om welke reden ook, niet
dadelijk betaalt, een aanmaning en waarschuwing.
Het groote banksaldo kan ook niet tot oorzaak
hebben deze niet-betalingen. Bovendien bestaat
er toch ook nog een termijn van 14 -dagen zicht.
Naar spr. meening geschieden de incasso's te laat,
en dat is de oorzaak van het groote saldo. Voor
wanbetalers heeft men bovendien den stok achter
de deur gereed liggen inzake afsnijding, enz., en
iader, die van zijn recht om 14 dagen zicht gebruik
maakt, is volstrekt geen wanbetaler.
De heeren Verstegen en Adriaanse
ontkennen beide, dat in de verordening zichtda-
gen voor de kwitanties toegestaan worden.
De heer Van Breda zet nader uiteen, dat een
dergelijk uitstel van 14 dagen soms door allerlei
oorzaken noodzakelijk kan zijn. Men kan op een
oogenblik wel eens geen contant geld hebben,
enz. Spr. zou een termijn van 10 dagen willen
stellen binnen welken nog kan worden betaald
zonder dat dit kosten met zich- brengt. Het heffen
van boeten acht spr. onbillijk. T-aat men de bij
lage aanhouden en herzien.
De heer De Zwart antwoordt, dat het hier
een vaak zeer grooten achterstand betreft. Soms
moet de looper 3 tot 5 maal terugkomen en dien
tengevolge blijft zijn ander werk liggen. Op 'n be
drag van ƒ80.000 zijn soms ƒ30.000 retours. Wat
dat afsnijden enz. betreft, dit middel is som
tijds erger dan de kwaal, daar de menschen dan
nog op hoogere kosten komen als ze weer aan
sluiting krijgen. De bedoeling van de voordracht
is de slechte gewoonte den kop in te drukken, en
de interpretatie zal aldus geschieden, dat de bona
fide-schuldenaren daarvan geen dupe worden.
Conform voorstel besloten.
Gekozen worden de heeren Grunwald, Bok en
Van Breda met resp. 11, 13 en 12 stemmen. Alle
heeren nemen de benoeming aan.
In bedoeld schrijven d.d. 7 Juni van de Com
missie van Bijstand voor de Water- en Lichtbe
drijven wordt o. a. gezegd, dat uit de stukken
blijkt, dat de heer J. H. Staalman in gebreke is
gebleven aan te toonen, dat de Directeur der
Water- en Lichtbedrijven verkeerd heeft gehan
deld. Nu de heer Staalman zich heeft terugge
trokken, kan de Comm. bovengenoemd geen ad
vies uitbrengen over het in -hare handen gestelde
adres van den Bond van belastingbetalenden in
Hollands Noorderkwartier over de kwaliteit van
het gas, wijl dit stuk niet is -behandeld in haar
vergadering.
B. en W. stellen voor een en ander voor ken
nisgeving aan te nemen.
De heer V a n. O s vraagt naar de bestemming
van een half gesloopt en weder opgeknapt huisje
aan den Brakkeveldweg. Wethouder D e
Zwart antwoordt, dat het een afgekeurde en
voor slooping bestemde woning is, die gratis af
gestaan is voor timmermanswerkplaats.' omdat
door allerlei omstandigheden de eigen werkplaats
niet kan worden gebruikt.
De heer Bot vraagt waarom nog geen gevolg
is gegeven aan 's Raads besluit tot verlaging der
rechten van den vischafslag. Wethouder D e
Zwart zegt, dat deze verordening, die de be
lastingen betreft, door de Kroon m-oet worden
goedgekeurd, alvorens zij in werking kan treden.
Intusschen kan met de toepassing wel vast een
begin worden gemaakt en is een betreffende aan
schrijving tot de betrokken ambtenaren gericht.
De heer Grunwald 'bespreekt het adres van
bewoners der Janzenstraat, die verlenging van
deze straat vragen en doortrekking tot den
Ruijghw-eg. Een dergelijke maatregel zal belang
rijke kosten met zich brengen. Het is te betreu
ren, dat geen rekening is gehouden met dezen
wensch, dan waren twee woningen niet gebouwd.
De heer De Zwart merkt op, dat het uitbrei
dingsplan niet door B. en W. is vastgesteld, maar
door den Raad. In 1918 is door den ouden Raad
het uitbreidingsplan vastgesteld, daarin was' de
Janzenstraat niet doorgetrokken en er was een
project gemaakt om den Ruijghweg ten volle te
bebouwen. 6 Weken heeft het uitbreidingsplan
voor betrokken belanghebbenden ter visie gele
gen. Er zijn geen bezwaren ingekomen en onder
vigeur van dit plan heeft de heer Oortgijsen zijn
grond verkocht. Daarna eerst ontstond bij den
heer Oortgijsen het plan om zijn balkenhaven
gedeeltelijk te dempen; ware er toen een uitbrei
dingsplan met de doortrekking der Janzenstraat
geprojecteerd, dan zou een actie tot schadever
goeding zijn ingesteld. Achter dit adre3 zit de
eigenaar van den grond.
Den heer Grunwald was dit onbekend. Wij
hebben evenwel niet te maken met de plannen
van particuliere personen, maar men had bij de
uitgifte der erfpachtsvergunningen toch wel beide
perceelen 'kunnen openhouden. Het is in zooverre
goed, dat deze zaak hier eens besproken is, al is
het jammer, dat men dit niet kon voorzien.
De heer Adriaanse betoogt, dat het goed
gezien is van den ontwerper om het uitbreidings
plan aldus te maken. Anders kregen we weer het
zelfde wat we bij het oude uitbreidingsplan had
den: allerlei kleine, samengedrongen terreintjes
zouden ontstaan. Het tegenwoordige systeem is
verreweg het verkieslijks!.
De Voorzitter wijst er op, dat de Sluis
dijkstraat de hoofdweg in dit plan blijft; de heer
De Zwart zegt, dat het niet de bedoeling is
den bewoners van de Janzenstraat een uitweg te
ontnemen.
Daarna wordt de vergadering gesloten.