Tweede Blad. VAN DONDERDAG 19 JULI 1923. PLAATSELIJK NIEUWS. R L. Vries, t Te 's-Gravenhage is, in den ouderdom van ruim 98 jaren, overleden, de heer B. L. Vries, oud-leeraar aan het Koninklijk In stituut voor de Marine alhier. De heer Vries, die leeraar was in trigonometrie en algebra, werd in 1891 gepensioneerd. 0. PlutJlaar. t Gisteren overleed1 te Amsterdam een onzer vroegere plaalsgenooten, de heer 0. Plujjlaar, in den ouderdom van 81 jaar. Vooral op het gebied, van duiken was hij zeer populair in zijn tijd; wij willen even memoreeren, waaraan hij zijn krachten heeft gewijd. Bij het vergaan van den rammonitor „Adder", bij het stranden van de „Logmodart" (Callantsoog), bij het bergen van de katoenlading der „Saphire" (gestrand op den Razende Bol), bij de aanvaring met „Hercules" en „Schorpioen" in de haven van Helder, het zinken van de „Thorbecke II" in het Noordzeekanaal en vele andere werken heeft hij zijn diensten gegeven. Zijn borst was versierd met de gouden medaille voor 36-jari- gen dienst (Marine) en de Orde van Oranje Nassau. De begrafenis heeft plaats Zaterdag 21 Juli as„ op de Oosterbegraafplaats te Amsterdam. Den 17en Juli slaagden te Amsterdam voor het M.U.L.O.-dipl. A: O. Botumia, A. Sieuwertsen, M. Roskam, D. Duyvelshoff en W. de Jongh, leerlingen der openbare M.U. L.O.-echool aan de Molenstraat. Bij het gisteren te 's-Gravemhage ge houden examen slaagden voor tweeden offi cier groote vaart de heeren D. Stevenson, P. A. Pueok en B. Visser alhier. Onze vroegere plaatsgenoot de heer H. Iko te Weltevreden is geslaagd voor het machinisteiidlploma A. Den 16en dezer slaagden te Amsterdam voor het M.UX.0. examen (diploma A) al de mannelijke oandldaten van de Chr. M.U.LX). school alhier, n.L P. Kxuyff, 0. Riekwel en J. Vonk. De nieuwe weg Helder—Callantsoog. Men schrijft ons: i Nog maar enkele weken, en wij kunnen hij „de Kaap" omrijden. De nieuwe weg begint te vorderen en de Witte Villa met speeltuin is weldra zeer goed te bereiken. Dit wordt dan een gezellig uitstapje, waarvan wel druk ge bruik zal worden gemaakt. De inrichting is thans te bereiken via Julianadorp tot de Cal- lantaoogervaart; als de nieuwe weg gereed is, kan men omrijden. Levensmoede. Zaterdagavond heeft zich de 46-jarige J. K. in een bui van zwaarmoedigheid nabij Koegras voor den trein van 8.06 geworpen. Beide beenen werden hem afgereden, waar na hij vermoedelijk is doodgebloed. De ma chinist van den volgenden passeerenden trein waarschuwde den stationschef, die een locomotief met wagen naar de plaats van het ongeval zond, en den ongelukkige naar Helder vervoerde. Ergerlijke manieren. Een zekere K. reeds eenige malen ver- baliseerd wegens te snel rijden doet thans onze stad de eer aan van een morgenritje per motorfiets, waarbij hij da onhebbelijke ge woonte heeft met open knalpot en vrijloopen- den motor een heidensch kabaal te maken, waardoor oudere menschn en kinderen om nog niet te spreken van zieken die nog slapen, ontijdig wakker schrikken. Wfl mee- nen goed te doen deze wijze van doen eens te signa-loeren, omdat helaas een verbod om met open knalpot te rijden hier nog ont breekt. Gemeenteraad van Helder, Geloofsbrieven. Onderzoek der geloofsbrieven van de nieuw verkozen raadsleden. Ingekomen stokken. a. Beschikkingen van Gedeputeerde Sta ten ter zake van de dloor verschillende per- sonetn ingediende beroepschriften naar aan leiding hunner aanslagen in de plaatselijke directe belastingen maar het inkomen. b. Goedkeuringsbesluiten van Gedeputeer de Staten op: 1. het besluit van don Raad d<L 24 April J.1. tot aankoop van grond van den polder „Hel- der en Huisduinen". 2. het besluit van den raad dd. 24 April jl. tot aankoop van eenige straten van O. Adriaanse. 8. het besluit van den Raad dd. 18 Maart jl tot aankoop van den halven eigendom van een perceel grond voor verbreeding van de Javastraat van 0. Adriaanse. 4. de vierde suppletoire begrootlng, dienst 1922. 6. het besluit van den raad van 18 Juni J.L tot het doen van betaling uit den post voor „Onvoorziene Uitgaven". 6. het besluit van den Raad van 18 Juni j.1. tpt het aangaan van een geldleening groot 1.860.000.— 7. den staat van af- en overschrijvingen op oe begrootingen van uitgaven dienst 1923. c. Jaarverslag van de vereenigüng Am. bachtsschool voor Helder en Omstreken. d. Beredeneerd verslag van hetgeen met betrekking tot verbetering der volkshuisves ting in de gemeente Helder gedurende het jaar 1922 is verricht. e. Adres van Joh. van der Linden te Utrecht in zake het niet toekennen van een plaats op die kermis, waarvoor hij de hoogste inschrijver was. f. Adres van de afd. Helder van het Ned. Onderw. genootschap houdende verzoek niet over te gaan tot de vaste benoeming van nieuw personeel aan een der gemeente scholen voordat de nieuwe Roomsch Katho lieke school en de school aan de Weststraat door het Bijzonder Onderwijs in gebruik zijn genomen. g. Adres van de Afdeolimig Helder van den R.-K. Bond van Overheidspersoneel „Sint Pau- lus", houdende verzoek de Gemeentelijke pen sioenverordening zoodanig te willen wijzigen, dat aan de Ambtenaren en Werklieden, die volgens het bepaalde in de Pensioenwet 1922 (vervroegd Pensioen) met recht op het door hen ingekocht aantal dienstjaren, de gelegen heid wordt verleend1 hiervan gebruik te maken. Assistent laboratorium Gasfabriek. Voorstel om den laboratorium-assistent bij de Water- en Lichtbedrijven naar groep Hl der loontabel voor de Ambtenaren over te brengen. Bouwverordening. Voorstel om H. Walboom ontheffing te verleenen van het bepaalde bij art. 16, lid 1, der verordening op bet bouwen en op de be woning ten behoeve van den verbouw der wo ningen Achtergracht W. Z. mrs. 42 en 43. Voorstel om H. Dordtmundt ontheffing te verleenen van het bepaalde bij art. 18, lid 1, der verordening op het bouwen en op de be woning ten behoeve van den bouw van per ceel Schoolstraat no. 6. Ontslag Onderwijzer. Verzoek van J. van Hoek om ontslag als onderwijzer aan school no 4 en ala leeraar aan de AvondvakteekenschooL Erfpacht Voorstel tot uitgifte van grond in erfpacht aan: W. Kaan, S. van Amersfoort Jzn., de Ver. Vakschool voor Meisjes, wed. H. J. Weidexna. Onderwijs. Voorstel tot toekenning van vergoedingen op grond van art. 100 der L.O. Wet 1920 uit de gemeentekas over het jaar 1921 aan: a. het bestuur der Vereeniging „Laat de kinderkens tot Mij komen"; b. het R.-K. Kerkbestuur. Voorstel om verlenging van vrijstelling te de heffing van schoolgeld voor de Avond vakteekenschooL Bestrating Slulsdljkstraat Voorstel inzake de bestrating der Sluls dljkstraat. ElectriclteltsbedrlJf. Voorstel tot het leveren van electrisohen stroom aan den lichttoren te Huisduinen. Onderwijs. Voorstel om verlenging van vrijstelling te vragen voor het geven van onderwijs door het Hoofd van schiool 14. Schoolbouw. Voorstel om afwijzend te beschikken op •het adres van de firma Starrenburg en Boer- dijk en de metselaars, opper- en timmerlie den bij den schoolbouw Van Galenstraat werkzaam, tot verlenging van den arbeids duur tot 81/» uur per dag. Straatnamen. Voorstel tot het geven van namen aan straten. Onvoorziene Uitgaven. Staat van betalingen tilt den post voor on voorziene uitgaven. Mededeeling omtrent het beleggen van gelden. Reinigingsdienst Voorstel om afwijzend' te beschikken op het .voorstel van W. O. van Breda en 3 andere leden van den Raad om de reorganisatie van den Reinigingsdienst niet uit te voeren, alvo rens het plan van den Directeur van Gemeente- Werken in den Raad ls behandeld. Bedrijven.. Voorstel tot aanvulling van de verordening betreffend© het financieel beheer van de Ge meentebedrijven'. Gemeente-rekening. /Benoeming van leden van de commissie voor het nazien der gemeente-rekening. Ter visie. Mededeeling omtrent de bevinding van de Oommissie van onderzoek naar de kwaliteit van het gas. Rondvraag. mm mmamrn op Dinsdagavond 17 Juli, aanvang 8 uur. Afwezig de heeren Staalman en Baak. Als eerste punt der agenda komt aan de orde: Daartoe wordt een commissie, bestaande uit de heeren Adriaanse, Poll en Kuiper, benoemd, die, vergezeld door den secretaris, de vergadering, welke tijdelijk geschorst wordt, verlaten. Bij momde van den heer Adriaanse wordt na her opening rapport uitgebracht en geconcludeerd tot aller toelating, waarmede de Raad zich vereenigt. De notulen van 24 en 30 April en 13 Mei 1923 worden vervolgens vastgesteld. Zonder discussie passeeren achtereenvolgens den hamer: Voorgesteld wordt de stukken e voor ken nisgeving aan te nemen, waarmede de Raad zich vereenigt. Beide stukken worden gereiwoyeerd naar B. en W. om prae-advies. Achtereenvolgens worden zonder discussie of stemming de volgende voorstellen aangenomen: (Held. Crt 17 Juli) (Held. Crt. 17 Juli). De heer G r u n w a 1 d oordeelt inderdaad den toestand in de Sluisdijkstraat slecht. Evenwel vindt ook spr. een herbestrating voor het oogen- blik te kostbaar, doch geeft den Raad in over weging de bestrating geleidelijk te doen vernieu wen, b.v. verdeeld over twee of drie jaren. Als de bewoners van deze straat moeten wachten op aanleg van den in het prae-adviea bedoelden weg, kan dat nog wel lang duren, en zijn de bewoners daarmede niet geholpen. De toezegging op deze wijze is ietwat vaag, en In geen geval kan de toe stand aldus blijven. Spr. zal gaarne vernemen wat de juiste bedoeling is van deze bijlage. De heer Boogaard herinnert aan het adres van de Parallelbewoners. Z. i. heeft dit dan de voorkeur en moet de Sluisdijkstraat, hoe noodig ook een verbetering is, wachten. De heer V a n O s wijst er op, dat in de stukken de kosten geraamd worden op f 4800. Spr. had het reëeler gevonden, indien B. en W. het ver zoek ronduit afgewezen hadden. Toen vroeger met de zware wagens van de reiniging door deze straat gereden werd, had deze bestrating zin, nu is zij een last geworden voor de bewoners. Als de Raad niet tegen de kosten opziet, laat men dan liever den knoop doorhakken en de straat ineens afwerken. De steenen, die er uitkomen, zijn im mers nooit weg. Die doortrekking van den Mid denweg kan ,nog wel tien jaar duren. De heer Adriaanse: De bedoeling van het College was, den verzoekers niet direct af te wij zen, omdat wij erkennen, dat de toestand onhoud baar is. Voor zoover mogelijk zal het slechtste worden hersteld; wij meenden evenwel, dat in de naaste toekomst zeer wel een gelegenheid zal komen de keien te benutten, maar wij vonden geen vrijheid nog dit jaar een dergelijk groot be drag uit te geven. De kwestie van den Parallel weg is verschoven tot de begrooting; mogelijk kan dan deze aangelegenheid ook ter hand wor den genomen. De heer Grunwald is door deze nadere toe lichting eenigszins ibevredigd, omdat de kuilen in de straat althans worden geslecht. Op de begroo ting voor het volgend jaari plaatse men een post voor herbestrating. De Voorzitter merkt nog op, dat wij ons hebben te houden aan de begrooting en niet steeds aan alle verzoeken van inwoners kunnen voldoen, indien daar geen gelden voor zijn, ge voteerd. Conform de voordracht' besloten. (Held. Crt. 17 Juli). Aangenomen. (Held. Crt. 17 Juli). Aangenomen. (Held. Crt. 14 Juli). De heer Van Os zal, na hetgeen door spr. in November j.1. is gesproken, niet opnieuw zijn standpunt hieromtrent uiteenzetten. Maar de hou ding van het College in deze aangelegenheid ver baast spr., omdat het hier een verzoek betreft van het georganiseerd overleg. Spr. heeft de vorige maal gewaarschuwd, dat er, bij handhaving van den 8-urigen werkdag in de bestekken, onrust zou kamen in de bouwvakken, maar men heeft niet willen luisteren. Thans, nu nagenoeg de heele wereld den 81/»-urigen werkdag heeft ingevoerd, vormt Helder vrijwel een unicum. De heer H e ij b 1 o k zal niet betwisten, dat het hier een voorstel van het georganiseerd overleg betreft, maar het grootste deel rvan het personeel heeft dit voorstel onder pressie moeten teekenen. Het adres vertegenwoordigt geenszins den wensch der arbeiders en is daarom van nul en geener waarde. De heer Van L 6 o zou gaarne nadere inlich tingen hebben omtrent het vermeende nadeel, dat de arbeiders, naar zij zeggen, van de handhaving van den 8-urigen arbeidsdag hebben. Deze arbei ders verdienen, bij de 45-urige werkweek, toch evenveel als particuliere bij de 48-urige? Waaruit ontstaat dan het nadeel? De heer Boogaard Omdat op een ander karwei de firma Starrenburg en Boerdijk 48 uur laten werken. Als zij nu op de oude loonen werk ten, zouden ze geen nadeel hebben. De patroon heeft gesproken van een adres aan den Raad, en wij weten zeer goed, dat, als de patroon dat zegt, dit voor de arbeiders een beVel inhoudt. Mevrouw Van der Hulst heeft het juist andersom gehoord, naimelijk, dat de arbeiders ge heel vrijwillig aan den aannemer vroegen langer te mogen werken. Deze liet hen geheel vrij. Den heer Bok verwondert het, dat er nog zoo veel strijd gevoerd wordt om aan dit verzoek te voldoen. De geschiedenis is eenig in Helder, niet in het land, want overal elders is de 48-urige werkdag ingevoerd. Wij spelen gevaarlijk spel door te voldoen aan het verzoek van B. en W., want dan zal men hooger op gaan. Waar een lan delijk contract is, heeft een gemeente nie,t het recht daarvan af te wijken. De heer B o r k e r t brengt hulde aan het stand punt van B. en W., die ruggegraat toonen en den arbeider niet zijn eenmaal verworven rechten weder ontnemen. Dertig jaar hebben wij gevoch ten voor den 8-urendag, zou men willen, dat wij dien thans maar zoo weer loslieten? De loondruk, die gekomen is, is van patroonszijde ontstaan; op deze manier gaan wij weer terug naar de oude tijden van 10 uur en meer per dag. Merkwaardig is het, dat de heer Bok thans van het landelijk contract spreekt, omdat nergens gebleken is, dat door langere werktijden meer wordt gepresteerd.. Integendeel, overal is malaise en werkeloosheid. Het is eenvoudig de laag-conjunctuur, waarvan de patroons gebruik maken. Er gebeuren op het gebied van loondruk meer dingen bij Starrenburg en Boerdijk, en ieder ooganblik moet de gemeente ingrijpen en de overeenkomsten handhaven. Het standpunt deaer heeren is cynisch, en van samen werking tusschen patroon en arbeider is geen sprake. Wij zien deze zaken anders en wij bren gen het College gaarne hulde voor zijn houding. De heer Van Breda ondersteunt het betoog der heeren Van Os en Bok. Dat de sociaal-demo craten ook wel anders denken dan de heer Bor- kert, tooet pr. aan met een citaat uit een rede van den heer Vnegen -en een artikeltje van Mevr. Tilanus, overgenomen in „Het Licht". De heer Adriaanse Is geen vijand van de 48-urige werkweek. Maar spr. geeft zich reken schap van den toestand, waaronder dit verzoek plaats heeft. Ten vorigen jare is door de meerder heid van den Raad de 45-urige werkweek gehand haafd en zijn de arbeidsvoorwaarden ongewijzigd gelaten. Zoolang geen landelijk collectief contract bestaat, zullen geen veranderingen in de voor waarden aangebracht mogen worden, en misken B. en W. dus het rechit daartoe. Indien de Raad een voorstel doet om de 48-urige werkweek in te voeren, zal spr. gaarne medegaan, doch spr. wei gert thans af te wijken van het eenmaal genomen besluit. B. en W. kunnen toestemming verleenen den arbeidsdag een half uur te verlengen, mits men dit met 50% toeslag als overwerk betale, en ook de patroon kan zijn' arbeiders tegemoet ko men. Het is dus geenszins een veranderde houding» van den patroon, maar enkel uit overweging, dat verandering onrechtvaardig zou zijn, dat sjpr. zijn standpunt handhaaft. De heer H e ij b 1 0 k wijst den heer Van Breda, in antwoord op diens -betoog omtrent ae meening van Vliegen, op uitlatingen van katholieken, die ook de 45-urige werkweek willen handhaven. Spr. is het overigens eens met den heer Adriaanse, waar deze heer meent, dat Starrenburg en Boer dijk hun arbeiders moeten tegemoetkomen. An dere werkgevers doen het ook. De heer Van L o o begrijpt de redeneering van den heer Adriaanse niet. De arbeiders zelf vragen 3 uur langer te mogen werken, omdat ze anders nadeel hebben in hun loon. Als -de 48-urige werk week dus wordt ingevoerd, mag het loon niet lager worden. De heer Verstegen: De heer Van Loo doet alsof hij niets van de zaak. begrijpt. Hij weet even goed als wij, dat het hier betreft een werk, dat is aanbesteed in een tijd, toen de loonen hooger waren dan thans, en bovendien de 8-urige arbeids dag bestond. Dus de patroon heeft toen hij in schreef, met deze factoren rekening gehouden, en als hij thans langer laat werken voor lagere loo nen, doet hij zijn arbeiders tekort. Het is wel jammer, dat de gemeente den patroon niet kan dwingen meer loon te geven. Nu steekt hij het zelf in dep zak. „Ze vragen er zelf om", zegt de heer Van Loo. Kan de heer Van Loo zich dan in het geheel niet voorstellen hoe de arbeiders er toe kwamen dit te „vragen"? Bovendien zitten we met de -verordening en -de overeenkomsten. In ieder geval dient eerst de verordening te worden gewijzigd, alvorens wij dit toe kunnen staan. De heer Van Loo: Daar even is bij inter ruptie door een der wethouders gezegd: „hij moet zich er maar uit zien te redden". Neen, spr. be hoeft er zich heelemaal niet uit te zien te redden. Spr. kan thans rustig voor het verzoek stemmen. De arbeiders kunn-en van een principe niet eten. Ze hebben thans nadeel, dus geVe men ze de 48- urige werkweek. Want die arbeiders mogen er in geen geval dupe van worden. De heer Schoeffelenberger: De 8-urige arbeidsdag is een cultuur-object. Is het standpunt van den heer Van Loo dat van de vrijzinnigen? Het is een schandaal, dat Starrenburg en Boerdijk dit durven vragen en aldus op het loon beknib belen. Het is infaam! De heer Grunwald: De heer Van Loo heeft volstrekt niet gedaan alsof hij het niet wist. Spr. wenscht van B. en W. de pertinente toezegging, dat zij Starrenburg en - Boerdijk kunnen verplich ten tot betaling van het .hoogere loon. Dan kan spr. zich er mee vereenigen. Kunnen B. en W. die toezegging niet geven, dan begaat de Raad een misdaad, als hij de 48-urige werkweek niet toe staat, omdat de arbeiders dan tegen 45 uur wor den uitbetaald. De heer Adriaanse kan onmogelijk positief zeggen, of B. en W. de firma daartoe kan dwin gen. Dat kan niet zoo maar even uitgemaakt wor den. Ten bewijze daarvan leest spr. de betref fende besteksbepalingen voor. Spr. meening is, dat hel risico voor den aannemer is, dus ook het risico van stijgen en dalen der loonen. Niettemin zal spr. gaarne eens anders standpunt eerbiedi gen. Maar het betreft hier iets anders. Er is hier een inschrijving gehouden. Tijdens de werkzaam heden komt een verzoek tot verlenging van den arbeidstijd. Nu vallen, naar spr. meening, de ar beiders In het overwerk. En waar de patroon heeft ingeschreven op het hoogere loon, moet hij zich een kleine opoffering getroosten. Spr. heeft de innige overtuiging, dat het advies van B. en W. waar en juist is. De heer Schoeffelenberger: De aanne mer is verplicht uit te betalen volgens het aan genomen bestek. Geroep: Niet waar! De heer De Zwart: We hebben den 2isten November 1922 een discussie gehad over den 8- urendag. De Raad heeft toen beslist omtrent de 45-urige werkweek, en nu verwondert het spr., dat bij dit adres niet een sterk protest is ingeko men van de andere patroons. Want zij worden onrechtvaardig beconcurreerd, als de Raad hier omtrent toegeeft. De heer Bok: Dat is eigen risico! De heer De Zwart Neen, dat is het niet 1 Bij de Zuiderzee-werken is ook tijdens de werkzaam heden de veranderde rijkswet gekomen, maar het minder uitbetaalde geld kwam ten goede aan het Rijk en geenszins aan den aannemer. Dit is geen risico: hier wordt eèn gesloten contract door den Raad verbroken. Het is zelfs d-e groote vraag of B. en W. het zullen willen verbreken. De Raad heeft indertijd de handhaving aan het College ge- demandeerd. De heer Bok: Als het verzoek wordt aange nomen en B. en W. houden zich aan het contract, dan komt er een verzoek aan den Raad voor een nieuw contract. De -heer Grunwald: We houden hier aller lei principieele redeneeringen, maar de arbeiders worden de dupe ervan. De heer De Zwart kan mij niet de gewenschte pertinente verzekering geven. Thans krijgen de arbeiders minder loon en als wij doen wat het College wil, heeft de Raad wel een grooten democratisch-en zwaai genomen, maar den arbeider zijn loon onthouden. De heer Adriaanse wil gaarne onderzoe ken in hoever het mogelijk is een dwingende be paling als de heer Grunwald verlangt, te maken. Een pertinente verzekering kunnen wij niet ge ven. Laat men zuiver dit adres stemmen, ook de heer Grunwald kan dat doen, indien hij de toe zegging krijgt, dat wij een deskundig onderzoek zullen instellen of het mogelijk is den aannemer te dwingen het hoogere loon te geven. De heer De Zwart wijst er op, dat de betrok ken aannemersfirma reeds werklieden tegen lager loon heeft willen aannemen, doch gedwongen is door de gemeente dit na te laten. De firma staat dus gereed loondiefstal toe te passen. Overigens staan in de bestekken ook allerlei andere gunstige bepalingen: verlof -bij ziekte e. d. De Raad heeft de arbeidsvoorwaarden vastgesteld en de nale ving ervan aan B. en W. gedemand-eerd. Hieraan valt niet te tornen. De Voorzitter: Het contract is bovendien goedgekeurd door 'den Minister van Onderwijs, zoodat de Raad het recht mist er iets in te ver anderen. Den heer V a n O s doet het leed, dat de heer De Zwart het woobd „loondiefstal" gebruikt, en woorden als de „zwarte lijst" e.-d. Alles, wat omtrent arbeidsvoorwaarden in de bouwvakken wordt bepaald, geschiedt door buitenstaanders. Volgens de s.-d. bestaan geen goede patroons. Het cijfer, waarvoor Starrenburg en Boerdijk lij- schreef, was zeer laag, omdat hij rekening -moest houden met de lager wordende loonen. Indien men 'hen nu dwingt loonsverhooging toe te pas sen, is dat ook loondiefstal op de gemeenschap. De heer Grunwald wijst er op, dat het adres al 5 weken oud is, en in dien tijd B. en W. al hadden kunnen onderzoeken of Starrenburg en Boerdijk gedwongen hiadden kunnen worden. Kan het adres thans niet verdaagd worden, vraagt spr., en na onderzoek een beslissing worden ge nomen? De Voorzitter voorziet daarvan niet veel goeds. De bepaling Is duidelijk. Omgekeerd, als de loonen stijgen, zal men ook niet zeggen: wij moeten meer hebben. Het betreft hier een door den Minister goedgekeurd contract, dat gehand haafd dient te worden. De heer Van Breda: De formeele kwestie: intrekken der verordening, zal wel niet gebeuren. Hier is een uitzonderingsgeval, omdat inmiddels de loonen naar -beneden zijn gegaan, en kan, naar spr. meening, wel afgeweken worden.. De Voorzitter antwoordt den heer Van O s, dat Starrenburg en Boerdijk geenszins de laagste inschrijvers waren, doch dat hun het werk gegund is, omdat zij hier woonden en bovendien reeds eerder een dergelijk werk hadden verricht. Wat voor indruk moet het naar buiten maken, als -wij aan dit verzo-ek gehoor geven? De heer Bok: Het is het belang van de ar beiders! Op deze woorden van den beer Bok ontstaat een geweldig rumoer. De heer Borkert schreeuwt opgewonden, dat de grootste reaction- nadren hier nu praten over arbeidersliefde. De heer Van der Veer legt de verklaring af, te zullen voorstemmen, omdat spr. van mee ning is, dat het onvoldragen kindje van den 8-uri- gen werkdag wel spoedig zal overlijden en een voldragen kind ter wereld zal komen. De discussie wordt gesloten, en het voorstel van B. en W., in stemming gebracht, met 11 tegen 8 stemmen aangenomen. Tegen stemmen de hee ren Van Breda, Grunwald, Mevr. Van der Hulst, Van Loo, Van Os, Poll, Tielrooij en Bok. De Voorzitter vestigt er de aandacht op, dat de naam der straat in de bijlage verkeerd ge speld is. Deze is niet Azaliastraat, maar Azalea straat, daar de bloemennaam aldus gespeld wordt.. De heer H e ij b 1 o k heeft in de Commissie v. Publieke Werken -de aandacht gevestigd op de verwarring met de bestaande Dahliastraat, di$ hierdoor ontstaan kan. Als postambtenaar spreekt spr. uit ervaring, en weet hij, hoe groot het on gerief voor het publiek uit dergelijke gelijk klin kende na-men kan zijn. Spr. stelde voor de straat Meidoornstraat te noemen. De heer Adriaanse meende, dat de Comm. juist bizonder gelukkig met haar naam was ge weest. Het betreft hier een bloemennaam, in aan sluiting op de andere namen, en de meidoorn is een heester. Het bezwaar voor de praktijk acht spr. niet zoo groot. De heer Verstegen wijst er op, dat herhaal delijk in de Cronjéstraat brieven bezorgd' worden voor de Oranjestraat en omgekeend. De heer Bok stelt den naam Asterstraat voor, en na eenige discussie wordt deze door den Raad aanvaard. Aangenomen. (Held. Crt. 17 Juli). Conform. De heer Van Breda is teleurgesteld -door dit antwoord. Op spr. vraag wordt niet geantwoord, en daarom wenscht spr. ook zijn voorstel te hand haven. B. en W. zeggen, dat van een „plan" nog geen sprake is, maar dit woord wordt door den directeur der reiniging zelf niet minder 'dan 5 maal gebruikt. De heer Verstegen meent, dat de bijlage voor zichzelf spreekt. De heer Van Breda moest begrijpen, dat Burgemeester en Wethouders tot vanavond toe volle vrijheid hadden met de uit voering van het raadsbesluit een aanvang te ma ken. Dat zij dit niet deden, moest voor den heer Van Breda voldoende zijn te begrijpen, dat B. en W. inderdaad het plan niet willen uitvoeren zon der eerst het plan in den Raad ter goedkeuring te zenden. Het is reeds eenige maanden oud en nog is geen stap gedaan om de uitvoering ervan te verzekeren. Als dit geen bewijs is, dat het B. en W. ernst is, weet spr. het niet meer. De heer Van Breda apprecieert dit, maar in het voorstel van B. en W. staat hieromtrent niets. Spr. heeft in het belang van de gemeente den of- ficieelen weg hier gevolgd. B. en W. geven een half antwoord. De Voorzitter meent, dat de Raad ver- fcrouuwen in het College moet bezitten. De voor stellen zijn in bewerking bij den directeur der reiniging, en zelfs al wilden B. en W. er den Raad. mede overrompelen, dan zitten de leden er im mers zelf bij om dit te verhinderen. De heer Grunwald protesteert tegen de uit lating als zou onze houding niet goed zijn. Wij vonden Het niet goed, -dat het besluit werd uit gevoerd en hadden bezwaren. Had de wethouder een precies antwoord gegeven, dan zouden wij tevreden zijn gesteld. De heer V a n B r e d a is na de toezegging van ,den wethouder tevreden, en conform de voor dracht wordt besloten. (Held. Crt. 17 Juli). De heer Van Breda vindt het ietwat vreemd, dat door B. en W. menschen, die geregeld betalen, mede als wanbetalers worden beschouwd. Want iooals de redactie van de voorgestelde aanvulling luidt, krijgt ieder, die, om welke reden ook, niet dadelijk betaalt, een aanmaning en waarschuwing. Het groote banksaldo kan ook niet tot oorzaak hebben deze niet-betalingen. Bovendien bestaat er toch ook nog een termijn van 14 -dagen zicht. Naar spr. meening geschieden de incasso's te laat, en dat is de oorzaak van het groote saldo. Voor wanbetalers heeft men bovendien den stok achter de deur gereed liggen inzake afsnijding, enz., en iader, die van zijn recht om 14 dagen zicht gebruik maakt, is volstrekt geen wanbetaler. De heeren Verstegen en Adriaanse ontkennen beide, dat in de verordening zichtda- gen voor de kwitanties toegestaan worden. De heer Van Breda zet nader uiteen, dat een dergelijk uitstel van 14 dagen soms door allerlei oorzaken noodzakelijk kan zijn. Men kan op een oogenblik wel eens geen contant geld hebben, enz. Spr. zou een termijn van 10 dagen willen stellen binnen welken nog kan worden betaald zonder dat dit kosten met zich- brengt. Het heffen van boeten acht spr. onbillijk. T-aat men de bij lage aanhouden en herzien. De heer De Zwart antwoordt, dat het hier een vaak zeer grooten achterstand betreft. Soms moet de looper 3 tot 5 maal terugkomen en dien tengevolge blijft zijn ander werk liggen. Op 'n be drag van ƒ80.000 zijn soms ƒ30.000 retours. Wat dat afsnijden enz. betreft, dit middel is som tijds erger dan de kwaal, daar de menschen dan nog op hoogere kosten komen als ze weer aan sluiting krijgen. De bedoeling van de voordracht is de slechte gewoonte den kop in te drukken, en de interpretatie zal aldus geschieden, dat de bona fide-schuldenaren daarvan geen dupe worden. Conform voorstel besloten. Gekozen worden de heeren Grunwald, Bok en Van Breda met resp. 11, 13 en 12 stemmen. Alle heeren nemen de benoeming aan. In bedoeld schrijven d.d. 7 Juni van de Com missie van Bijstand voor de Water- en Lichtbe drijven wordt o. a. gezegd, dat uit de stukken blijkt, dat de heer J. H. Staalman in gebreke is gebleven aan te toonen, dat de Directeur der Water- en Lichtbedrijven verkeerd heeft gehan deld. Nu de heer Staalman zich heeft terugge trokken, kan de Comm. bovengenoemd geen ad vies uitbrengen over het in -hare handen gestelde adres van den Bond van belastingbetalenden in Hollands Noorderkwartier over de kwaliteit van het gas, wijl dit stuk niet is -behandeld in haar vergadering. B. en W. stellen voor een en ander voor ken nisgeving aan te nemen. De heer V a n. O s vraagt naar de bestemming van een half gesloopt en weder opgeknapt huisje aan den Brakkeveldweg. Wethouder D e Zwart antwoordt, dat het een afgekeurde en voor slooping bestemde woning is, die gratis af gestaan is voor timmermanswerkplaats.' omdat door allerlei omstandigheden de eigen werkplaats niet kan worden gebruikt. De heer Bot vraagt waarom nog geen gevolg is gegeven aan 's Raads besluit tot verlaging der rechten van den vischafslag. Wethouder D e Zwart zegt, dat deze verordening, die de be lastingen betreft, door de Kroon m-oet worden goedgekeurd, alvorens zij in werking kan treden. Intusschen kan met de toepassing wel vast een begin worden gemaakt en is een betreffende aan schrijving tot de betrokken ambtenaren gericht. De heer Grunwald 'bespreekt het adres van bewoners der Janzenstraat, die verlenging van deze straat vragen en doortrekking tot den Ruijghw-eg. Een dergelijke maatregel zal belang rijke kosten met zich brengen. Het is te betreu ren, dat geen rekening is gehouden met dezen wensch, dan waren twee woningen niet gebouwd. De heer De Zwart merkt op, dat het uitbrei dingsplan niet door B. en W. is vastgesteld, maar door den Raad. In 1918 is door den ouden Raad het uitbreidingsplan vastgesteld, daarin was' de Janzenstraat niet doorgetrokken en er was een project gemaakt om den Ruijghweg ten volle te bebouwen. 6 Weken heeft het uitbreidingsplan voor betrokken belanghebbenden ter visie gele gen. Er zijn geen bezwaren ingekomen en onder vigeur van dit plan heeft de heer Oortgijsen zijn grond verkocht. Daarna eerst ontstond bij den heer Oortgijsen het plan om zijn balkenhaven gedeeltelijk te dempen; ware er toen een uitbrei dingsplan met de doortrekking der Janzenstraat geprojecteerd, dan zou een actie tot schadever goeding zijn ingesteld. Achter dit adre3 zit de eigenaar van den grond. Den heer Grunwald was dit onbekend. Wij hebben evenwel niet te maken met de plannen van particuliere personen, maar men had bij de uitgifte der erfpachtsvergunningen toch wel beide perceelen 'kunnen openhouden. Het is in zooverre goed, dat deze zaak hier eens besproken is, al is het jammer, dat men dit niet kon voorzien. De heer Adriaanse betoogt, dat het goed gezien is van den ontwerper om het uitbreidings plan aldus te maken. Anders kregen we weer het zelfde wat we bij het oude uitbreidingsplan had den: allerlei kleine, samengedrongen terreintjes zouden ontstaan. Het tegenwoordige systeem is verreweg het verkieslijks!. De Voorzitter wijst er op, dat de Sluis dijkstraat de hoofdweg in dit plan blijft; de heer De Zwart zegt, dat het niet de bedoeling is den bewoners van de Janzenstraat een uitweg te ontnemen. Daarna wordt de vergadering gesloten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1923 | | pagina 5