n. Het geheel bestaat uit 4 lettergrepen en is een snel vervoermiddel. m i Ik zal ze leeren, hijgde zij, terwijl zij haar zoontje weder by zijn oor pakte en hem meenam. Ik zal ze leeren er onderuit te ko men of ik zal ze laten dansen. Ga je weer Indianen bevechten? Denk je er over om fier op den top van de ongenaakbare rotsen te staan en de vlakte onder je te bedekken met de bloedige ïyken van je ontelbare Slachtoffers? Zal je nog eens ,Jhist" zeggen op een toon, die geen wederspraak duldt? In het want springen en met een donderend be vel de volle laag geven aan den met schat ten beladen koopvaarder, om daarna de hand der ontferming uit te strekken naar de wonderschoone maafd in de hut des ont zielden gezagvoerder en met haar te trou wen? En, zal je dat nog eens wagen? En steeds hamerde zy op den gillenden jongen, totdat zijn gebeente rammelde en hij voor eeuwig afstand deed' van al die heer- ïykheden. Kom dan mee, zei zy en pakte hem in zy,n kraag. Laat ik je weer snappen met laadstokken en vleeschmessen en ik beloof je dat je zult denken, dat de springende, huilende, kronkelende, onweerstaanbare prairiebrand met een woesten kreet van triomf over de sidderende vlakte is gestoven en en terecht gekomen in je broek, om daar te biyven zitten! - T Het onderzeesch wereldkabelnet. In hooge mate van elkander afhankeiyk, spreekt 't van zelf dat er hauw verband be staat tusschen onderzeesche telegrafie en wereldhandel. Vandaar dat alle Staten, voor- naimeiyk de zee- en koloniale mogendheden, hun uiterste best deden om door uitbreiding en verdere volmaking van hunne onderzee sche kabelliniën te voldoen aan de door hunne commercieel© belangen gestelde ei- schen. Zoodoende werden de mazen van het wereldnet ieder jaar dichter. De eerste kabel werd ^gelegd tussöhen Dover en Galais en in 1851 voor het .pubiek verkeer opengesteld. In 1913 was de totale lengte van alle onderzeesche kabels, die den aardbol omringden, 519.300 K.M. Zelfs ty- deng den wereldoorlog werd het net uitge breid, terwyi in de daaropvolgende jaren vel© nieuwe lijnen aan de reeds bestaande werden toegevoegd, zoodat in 1922 het on derzeesche kabelnet 3.566 ïynen omvatte met een totale lengte van 590.183 K.M., zy'nde 14.7 maal den omtrek der aarde. Verreweg het grootste gedeelte is eigendom van parti culiere qnderriemingen, terwijl een klein .ge deelte, hoofdzakelijk korte kustlynen, staats eigendom is. Sedert 1913, doch vooral in de laatste ja ren, hebben de meeste landen een grootere bedrijvigheid aan den dag gelegd by het tot stand brengen van nieuwe onderzeesche ka belverbindingen. In dit opzicht neemt Ne derland de eèrste plaats in. Hoofdzakeiyk door verbetering van het onderzeesche ka belnet in Ned.-Indië, heeft ons vaderland zijn kabelnet 114 uitgebreid. Daarna vol gen Italië, Zweden en Japan, respectievelyk met 93 62,2 en 59 Van het geheele wereldkabinet zy'n 272.400 K.M. of 46.2 Britsch eigendom. Daarna volgen de Vereenigde Staten van Amerika met 141,282 K.M. of 23,9 Frankrijk met 65.030 K.M. of 11 (hieronder begrepen de kabelverbindingen der Fransehe koloniale gebieden in Azië en Afrika) en vervolgens de „Pacific Cable Board", die het beheer heeft over een onderzeesch kabelnet van 17.430 lyM. Laatstgenoemde lijnen zyn ge- meenschappeiyk eigendom van Groot-Brit- tannië, den Australischen Statenbond/ New Zealand en Canada, terwijl die- Ujst gesloten wordt door Denemarken, Japan en Neder land. Duitschland, dat in 1913 met 114 kabels ter gezameniyke lengte van 43.300 K.M. of 8,1 van alle onderzeesche kabels ter we reld, de derde plaats innam in de rij der eigenaars van genoemde verbindingen,, heeft by het Verdrag van Versailles al zyn lange overzeesche kabelliniën moeten af staan, en zoodoende 37.000 K.M. verloren. In 1922 behoorden aan het Duitsche Rijk 108 kabels met een totale lengte van 3.275 KJM., hieronder begrepen een nieuwe DuitschZweedsche kabelverbindingtus schen Zarrenzin en Tzelleborg, die in den herfst van 1921 werd gelegd in aansluiting aan een andere reeds bestaande lyn, zoo dat Duitschland tegenwoordig door twee kabels met Zweden verbonden is. Beide ver bindingen zyn Duitsch eigendom. De totale lengte van het Duitsche kabelnet bedraagt? thans niet meer dan 4.446 K.M. Een reis om d!e wereld ln een Jacht van 100 ton. De bekende Fransehe lawntennisspeler Alain, die van Cannes uit geheel alleen in een klein jacht van 100 ton een zeiltocht om de wereld maakt, heeft thans Amerika be reikt na 142 dagen varen. Hy werd eenige keeren overvallen door een orkaan en moest eenigen tijd alleen van drinkwater leven. Hy was twee dagen lang bewusteloos en werd geheel uitgeput opgepikt door het Grieksche stoomschip „Byron", 190 myi van de kust. Hy hoopt zyn reis om de wereld voort te zetten. HOE ZIET DE WERELD ER TEGENWOORDIG UIT? Dat is niet veranderd. ziet U, reiniging van'de lokalen is natuurlijk zeer noodig en goed. Maar wat de huisgenooten betreft: Vangen en dan doodmaken! Dat biyft het eenige wat er op zit! (Vragenrubriek: Haagsche Crt.) I 'n Ongeorganiseerde. Van alle staatsambtenaren in Frankrijk is de heer Deibier, de beul, de eenige, wiens salaris sinds den oorlog niet verhoogd ge worden is! Evenmin heeft hy nog ooit eenige duurtetoeslag genoten. (Aux Ecoutes). Woningnood ln Rome. De Paus heeft kortgeleden oude gevange nissen in het Vaticaan laten inrichten voor kardinaalswoningen. Want vele kardinaals beschikken over niet meer dan hoogstens 20.000 of 30.000 Lire en een kardinaal was derhalve dakloos, omdat zyn huisheer de huur van zyn woning alleen tot 75.000 lire had opgeslagen. (Matin). Dat zegt de Duitscher. De bodem van Nederiandsch-Indië is ver reweg de rijkste en tegeiykertyd de minst geëxploiteerde van geheel de wereld. Hy kan nog werk verschaffen aan milliöenen mannen en in den loop van den wederop- bóiflt van onze verwoeste wereld, zal dit land evenals Holland zelf nog een histori sche rol van beteekenis kunnen gaan ver vullen. (Der Konlectionfir). De Staat moet bijpassen! Wylen Sir E. Cassell heeft een kapitaal nagelaten van ruim 6 millioen pond sterling. De Staat is er natuurlijk by om zyn deel en de succesierechten werden geschat op onge veer 2.400.000.... Dat wais een buiten kansje. Maar in het vermogen was dit bedrag juist aanwezig in stukken van de Overwinniings- leening en de erfgenamen1 hebben het recht met deze stukken te betalen. Dit zou nu nog niets byzonders zyn, omdat de staat dan tóch vroeger het baarbedrag voor de stukken ontvangen heeft. Maar de zaak is, dat de staat om de animo wat te verhoogen de stukken vroeger heeft verkocht tegen... 85 pCt., met de belofte te zyner tijd terug te zullen nemen tegen de nominale waarde. Sir Cassell heeft dus indertijd voor de aam doelen1 betaald 2.040.000 en hy levert ze door middel van zyn erfgenamen nu weer in tegen 2.400.000. De staat krygt dus net jes de stukken terug en moet aan de erfgenamen.360.000 bypassenl (Evening News). Leve de overwinning! Door het bestaan van 'meer dan twee mil lioen werkloozen verliezen wy in een jaar meer, dan wy aan ^schadeloosstelling kun ne# bntvangen van Duitschland gedurende meer dan dertig jaar!. (Asquith in een rede. Wat vroeger niets waard was Het olieverfportret van Nell Gwyne door Pieter Lely, deed langen tyd in een achter buurt dienst als vulsel voor een gebroken ruit; een dokter heeft het er toevallig ont dekt. Op de laatste veilingen was het 't meest beteekenende nummer. Een advocaat te Liverpool kocht voor 3 shilling een prachtig staal van oude Griek sche beeldhouwkunst. Een Amerikaansch mu seum heeft het kortelings overgenomen voor.200 Guinjes. In een uitdragerij te Parijs kochf ©en verzamelaar voor een halven Franc een ori- girineele teekening van Raphaël. Op dit oogenblik is deze teekening 20.000 maal hel bedrag waard. (E. Page Gaston over: Het verza melen van Kunst voor z'n ge noegen en voordeel). De politieke mode. Tusschen de politiek en de mode bestaat aityd een onmiskenbaar verband, De Engel- sche koloniale politiek bracht de Indische turban in de mode.. Sinds er van Japan sprake is op politiek gebied is de Japansche mode sterk toegenomen. Het Maroklto- avontuur bracht de losse heupsjerpen en in dien laatsten tyd zagen we de legeruniformen van den grooten oorlog op verschillende ma nier in de hoeden en mantels.van de dames, zelfs van de heeren, opgang maken. We zyn benieuwd of we dientengevolge binnenkort iets van Spanje of Italië of Grie kenland zullen dragen. (Opgang). Wie niemand vleit en toch vrienden heeft, moet wel een- buitengewoon voortreffelyk mensoh zyn. Niets is erger dan de halve waarheid. Geen vrouw met „bobbcd" haar. „Myn man wil niet hy my blijven, omdat ik1 myn haag kort heb geknipt", zoo verklaarde mrs. Violet Naude, een Londen; che typiste, die tegen haar echtgenoot een eisch had in gediend wegens moedwillige verlating, voor de rechtbank van South^M. De echtgenoot, Regihald Naude, die zich .Internationale opera-zanger" noemde, voer de nog de volgende redenen voor het verla ten zyner vrouw aan: Zy kan wasschen noch naaien. Zy heeft gespeeld' en haar gelaat geverfd. Zij heeft my 400 leugens verteld, waarvan ik er 350 kan bewyzen. Waarschyhlyk zouden de ove rige 50 leugens er niet zoo zeer op aanko men, voegde hy er aan toe, maar ik wil een vrouw met lang haar hebben. De man werd veroordeeld tot het betalen van een wekelyksche toelage van, 15 shilling. BABBELUURTJE OVER MODE. Fluweel en haar gebruik. De laatste modejaren zyn we heel rijk geworden aan soorten fluweel. Men heeft tegenwoordig oon maar eens 'n paar en volstrekt niet alle soorten te noemen: velours chiffon (een zeer dunne en zachte fluweel), velours de chasé (een geribte velvet), velours dammassé (met patronen beperst fluweel), velours panne (een pluche-achtig fluweel), z.g. zyden peau de pêche (een zeer dun en soepel, pluchig uitziende fluweelsoort met een „zyden" achterkant), etc. Dit zyn nog maar een paar en van de nieuwste. Al deze fluweel-differenties komen tegen woordig te pas by het maken en vervolma ken van de vrouwen-bovepkleeding. De zaak is nu maar om zoo ongeveer te weten in welke gévallen de eène soort en in welke gevallen de andere soort de voor keur verdient. Hoe en wanneer zullen we al deze soorten aanwenden? Het lijkt me aanbevelenswaardig eenvou dig i qp klein recept te schrijven: Velours chiffon wordt gebruikt voor mid dag- en avondtoiletten. Velours de chassé wordt meestentyds ge bezigd v voor mantels en manteloostuums. Ook wel voor 'sterke Japonnen. Velours Dammiassó vinds zyn bestemming hoofdzakeiyk in ayondmantels en middag- japonnen. Velours panne hyna uitsluitend voor chique mantels en'<soortgelyke avondman tels. Zijden peau de pêche is byzonder luxieuze stof en wordt daarom ook haast enkel ge bruikt voor byzonder luxueuze kleeding- stu'kken. Meestal komt zy in aanmerking voor mooie, ruim geplooide avondmantels of dito cape'a Vaak ook wel voor gedra peerde avondjaponnen, waarby dan mees tentyds de daareven genoemde eigenschap pen zoodanig in de .verwerking zyn aange wend, dat zobwel de fluweelen als de „zij den" kant behut is. De manieren waarop dit gebeuren kan, zouden hier moeilyk in het klein bestek kunnen worden verteld. Maai- het ligt voor de hand, dat deze wyze van toepassen een uitstekend en elegant geheel moet tot stand brengen. lEOQUK Der langen Rede kurzer Sinn d.w.z. de eigenlyke reden, .wa'arvoor deze geleerde toe spraak werd gehouden is eenvoudig de volgende: 'Afgezien natuurlijk van het feit, dat vele dames en vrouwen, vooral de ouderen, van een en ander grondig op de hoogte zyn is het waar, dat de jongere vrouwen, die ten opzichte van dé kleeding en de grond stoffen nog „ryp" moeten worden in de tegenwoordige chaotische, hoeveelheid stof fen maar niet zoo ineens over voldoende warenkennis beschikken. Er gaan zoo goed- als bij andere din gen vaak jaren overheen, vooraleer de vrouw is doorgedrongen -in de diepere we tenschap, van stoffen en kleuren en toepas singen op het gebied van ha ar eigen klee- ren. En het is toeh zoo een voorrecht om als vrouw komende ln een zaak goed en kordaat te kunnen voordragen wat men wenscht, zelf precies te wetèn wat men noo dig heeft en waarvoor men het noodig hoeft, dus niét, eenerzijda de stofverkoopstcr tót wanhoop te hoeven brengen en anderzyds' niet van de meerdere of mindere kennis van de verkoopster zelve afhankeiyk te hoe ven zyn. En van al de wetenswaardigheden op het gebied van de stoffenkund© (ik zou haast durven zeggen: de toegepaste stoffenkunde) wil ik er nu een enkele noemen. Dat was „der Rede kurzer Sinn": Dat iedere fluweelsoort zoogoed als de meeste andere stoffen wel degelijk haar eigen eisehen en eigen karakter- heeft, waardoor ze als het ware voor bepaalde toe passingen voorbeschikt wordt. Zoo zal b.v. velvet niet kunnen worden gebruikt voor avondjapon, maar daarente gen weer zeer goed Voor middagjapon, man tel e.d. Zoo zal eveneens velour chiffon uiterst fyn zyn voor avondtoilet en absoluut niet geschikt voor „straaf'-mantel. Daarentegen zal het zich weer by uitstek leenen voor avondcape. En aldus zóu men geruïmen tijd kunnen doorgaanl Men denk© niet dat een zoodanige rede neering overbodig is; want in het algemeen worden de stoffen ver van zeldzaam ver keerd 'gebruikt. Ten slotte nog een1 paar modellen- Het eerste plaatje vertoont een wandel- japort. Als materiaal was gebruikt marineblauw velvet, waarby de toegepaste garneering be stond uit wit gelakte houten kralen. Model No. II stelt voor een middag japon van zwarte velours qhiffon. De garneerstuk- ken zyn van zilverkleurige crepella, welke garneerstukken op zich zelf weer bezet zijn met boogjes van smalle zacht zyden bandjes. Dit laatste model is een buitengewoon rijk gehouden avondmantel. Zy is vervaardigd uit perlgrijs velours panne. De borduursels waren uitgevoerd met antiek blauwe koord- zyde en zilverdraad.' Terwyl voor de bont- afzetting grijze vos gebezigd was. Een hoogst fyne en kostbare mantel dus. Mme Corry. Citroenen. Als men een citroen slechts voor de helft gebruikt heeft, kan men Se andere helft we kenlang bewaren, zonder dat de vrucht be schimmelt, door haar op het doorsnedevlak in een schoteltje met een jeetje azyn te leggen. Als' de citroenen goedkoop zyn, komt by menige huisvrouw de gedachte op: „Zoo mooi en tegen denzelfden prys als nu moest ik ze over een paar maanden kunnen krijgen!" Citroenen zyn op verschillende manieren uitstekend te bewaren. Vóór alles moet imen lucht en warmte buitensluiten. Men kan' de citroenen wegbergen in keukenzout, zoo, dat ze geheel daardoor omgeven zyn en elkaar niet aanraken. Ook in droog zand, asch of kaf hou den ze zich langen tajd goed. Om ze ongeveer een jaar te kunnen bewaren, is het noodig de opening, waar eens de steel zat, met lak of was dicht te maken, waarna men de vruchten verpakt in gerstestroo. Als poetsmiddel zyn uitgeperste citroenen, die ontdaan zijir van faun -genrigen" schil, uit-- stekend geschikt. Het overgebleven vrucht- vleesch vormt een zeer goed'poetsmiddel voor allerlei metalen en is volkomen onscbadelyk. Wat niet al met het gele schilletjeen het, sap van deze vrucht gedaan kan worden 1 De mees te moeders weten wel, hoe gunstig citroensap, met water vermengd; bij kinderen werkt. Met citroensap en zout verwijdert men zeer snel vlekken aan de handen, die ontstaan zyn door het schillen of schoonmaken van groenten, vruchten of aardappelen. En de schil? Een reepje ervan, meegestoofd in vruchten of som mige toespyzen, geeft aan het gerecht een fijn aroma, terwyl de geraspte schil zeer ge wild is in verschillende koude of warme pud dingen. Behalve de pitjes kan van den citroen alles worden gebruikt Ondersteuning. Zeg, ik was kort geleden ln de kerk, toen Liesflet trouwde.,..Ze was zoo onder den indruk dat haar vader haar gewoon moest ondersteunen.. Ja En tegenwoordig moet haar man daarbij ondersteund wordenNu onder steunt de vader ze allebei! Niet zoo erg Jansen: Ik hoor dat De Graaf tegenwoor dig haast lederen avond vallen uitzet voor zyn vrouw Pieterse: Vreeselyk! VreesehjkJalou sie?. Jansen: Nee.... Muizenl MOLLIE's VERJAARSGESCHENK. „Van .harte geluk' ge wenscht met je ver jaardag, mijn lieveling," zei moeder, toen Mollie over haar bed1 bukte, om haar te kussen Mollie's moeder was erg ziek geweest én nu was ze nog niet sterk genoeg, om al vóór het ontbyt op te staan. „Ik vind het erg 'jammer dat ik niet meer dan dit voor je verjaardag heb kunnen sparen," zei moeder, en ze gaf Mollie een gulden, „maar de dokter heeft zoo veel gekost, myn kindje." 00 veel rA dat weet ik wel, moesje. Ik dank U wel ÏT' ze1^ Mo2L1fl erg in haar ^éik. „Nu kan ik toch een verfdoos koopen!" Na schooltijd liep Mollie naar een winkel waar ze dikwyls verfdoozen voor het raam, had' FW Onderweg stond ze stil, om nalfSnine tekeningen te kyken, die op de asphab S teekend waren. (In sommige groote steden waar de straten vamasphalt zijn Sen daar rtc tteeten'ingen °P gemaakt met. krijt De teekenaar vraagt dan van de voorbiiean' gers een kleinigheid). Mollie hield! teekeningen en' deze vond ze al heel aardig. Er zat een jongen.' by en Mollie zag, dat er in ziin pet, die naast hem op den grond lag, slechte eenige centen waren. Boven de teeke ningen had de jongen geschreven: „Lieve menschen, myn moeder is ziek. Geef toch een kleinigheid voor myn teekeningen. Mollie las de woorden twee keer over. „Arme jongen, zyn moeder is ziek", dacht ze. „En zy heeft geen geld en kan geen dokter bételen om haar beter te maken!" Mollie was een heel' goedhartig meisje, maar' ze verlangde 'toch ook zoo heel erg naar een verfdoos. „Ik kan wel op een verfdoos wach ten," fluisterde ze 'by zichzelf. „Maar zyn moe- dei- kan niet beter worden, als ze geen geld heeftHet was een heele stryd voor Mollie, maar eindelyk haalde ze toch den gulden uit haar zak en legde hem ip de pet. „Ik vraag alleen maar klein geld, jongejuf frouw,".zei de jongen blozend. „Hou hem alsjeblieft," zei Mollie. „Ik mag er mee doen, wat ik wil. Ik vind je teekeningen erg mooi en je moeder kan niet beter worden, als ze geen geld heeft!" 1 „O, ik dank U wel. Het is een heeleboel," zei de jongen weer.1 iMollie liep glimlachend door, maar na eenige oogenblikken hield' een oude dame haar staan de en zei: „Wat 'hen, je een dwaas meisje, oon zooveel geld aan een bedelaar te geven 1" „O, nee," antwoordde Mollia. „Hy is geen bedelaar. Hy heeft mooie teekeningen gemaakt om geld voor zyn moeder te verdienen. Ze is ziek en kan niet werken!" „Zoo," zei de oude dame. „Hoe weet je, dat alles waar is wat die jongen vertelt?" „O, daar ben ik zeker van," riep Mollie uit. De oude dame lachte vriendelijk. „Ik ben er niet zoo zeker van. Maar ik geloof, dat je veel te veel zakgeld^ krygt en dat je daarom zoo verkwistend bent" „O, nee, ik ben vandaag jarig," legde Mollie uit, „en moesje had me dien gulden gégèven voor een verfdoos." De oude dame zweeg even en Mollie wilde haar goeden dag zeggen om naar huis te gaan. Toen vroeg d'e dame: „Zoo, ben je jarig van daag. Wel, wel. En waar woon je?" „In de Prinsenstraat 82," antwoordde Mollie. „Nu, ik hoop voor jou, dat het verhaal van den jongen waar is 'en dat je je cadeautje niet- voor niets hebt weggegeven." Toén Mollie mef haar moeder koffie dronk, vertelde ze, wat ze met haar gulden gedaan had. Juist toen ze klaar was met vertellen, werd er gebeld' en Mollie liep haastig naar de deur, om te zien, wie er op 'bezoek kwam. „Een pakje, jongejuffrouw," zei een jongen. „Een pakje!" riep Mollie opgetogen uit. Ze nam het aan en bracht het naar binnen. Gauw het touwtje los, het papier er af en daar zag Mollie: ....een verfdoos. „O, moesje, moesje, wat een prach tige!" „Maar lieveling, wie kan je die nu gestuurd hebben?" vroeg moeder verbaasd, terwyl ze met Mollie de rijen tubes en de penseelen en de verfpotjes bekeek van de mooie, groote verfdóos. Er staat geen naam op," zei Mollie, toen ze de doos en het papier onderzocht. „Zoek dan eens op den grond, of je niets hebt laten val len!" En ja, daar vond Mollie nog een reepje papier, waarop geschreven stond: „Lief, jarig meisje! Wil je alsjeblieft deze verfdoos aan- psyien van een eenzame oude vrouw. En mijn beste wensdhen voor een prettigen ver jaardag." „O, moeder," riep Mollie uit. „Dat moet van die oude dame zyn, die ik gesproken heb." Daar werd weer gebeld en Mollie vloog naar de vqordeur. De oude dame stond op de stoep. O, ik dank U wel voor dé prachtige verf doos," zei Mollie. „Ik kwam juist eens ky'ken, of je die ont vangen had," zei de dame. Toen kwam moeder ook aan de deur en vroeg.of dé dame thee bleef drinken. Dat deed ze graag en moeder en zy werden al gauw goede vriendinnen. „Uw kleine meisje was wijzer dan ik," zei de bezoekster, „want het verhaal van den jon gen is waar. „Ik vroeg zyn adres en ging eens kyken met myn neef, die dokter is. De vrouw moet versterkende middelen hebben en dan zal ze spoedig beter worden. We hebben al af gesproken, dat ze dan-met haar jongen by my in huls kómt." „O, wat bent U goed," riep Mollie uit. „Jy bent een lief meisje, Mollie," zei de dame, en iik ben eenl eenzame oude vrouw. Ik denk er over, of jy en je moeder zin zouden Rebben om Zaterdagmiddag met my een auto tochtje naar buiten te maken." ,,0,-moederI' riep Mollie: „Wat zou dat ver rukkelijk zyn. Toe, zegt U !ja!" En moeder zei „ja" en het was een heerlyk ritje en nu gaan Mollie en haar moeder haast eiken Zaterdagmiddag met de oude dame rij den. Mollie's moeder is weei* heelemaal opge knapt door de 'buitenlucht en Mollie is zoo gehückig als maar mogelijk is. En de moeder van den kleinen teékenaar is huishoudster by de oude dame, terwyl dé jongen een teeken- school mag bezoeken. En dat alles door Mollie's verjaarsgeschenk! RAADSELS. Oplossingen der vorige raadsels. L Kameel. IL V k u 8 s t u u r s t e r r e n vuur t o r e n s c h O 1 e n m a r k t m e n s Goede oplossingen van beide raadsels ont vangen van: H. A.; O. B.; P. en O. B.^ N. de B.; A. B.; B. O.; D. en V. D.; G. D.; O. D.; O. G.; A. de G.; B. en T. G.; W. G.; M. S. de G.; A. de G.; M. H.; J. L. de J.; W. K.; W. K.; J. J. K., B. K.; P. L.; C. J. v. M.; A. N.; T. N.; M. O.; F. G. v. P.; P. J. R.; A. R.; Jo de S.; C. S.; Henny S.; J. S. S.; J. G. S.; L. V.; O. V.;1 K. V.; S. WA. IJ. Nieuwe raadsels. I. Noem vijf achtereenvolgende dagen in een week op zonder d. De eerste twee lettergrepen zyn een vloei stof, de derde lettergreep is een insect en de vierde wordt gebruikt by het inspahnen van een paard.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1923 | | pagina 12