HELDEISCHECOURANT
Vierde Blad.
GEMENGD NIEUWS
VAN ZATF.RDAG 19 MAART 1924,
AMSTERDAMSCHE BRIEVEN.
ROND DEN DAM.
Ik weet niet of 't U gaat als mij,
maar als ik, met de beste voornemens
voor kunst-genieten het Rijksmuseum be
trad, overviel mij altijd na de eerste vijf
minuten een onoverkoombare moeheid
en vervelingEn lusteloos slenterend
langs de kabinetten en door de zalen
kreeg ik dan daarbij, onder de gestrenge
en achterdochtig spiedende oogen van d'e
de ontelbare zwaar-beridderorde bewa
kers, hel gevoel van iets stiekums, erg
ongeoorloofds te doen en onder onverho
len verdenking te staan. Kwam ik dan
nog eens een ©ogenblik los van deze dem
pende gevoelens, en kon ik nog eens even
mijn aandacht wijd'en aan wat er zooal
aan de wanden te kijk hangt, dan ver
wekte deze „kunst"-beschouwing geen
andere emotie in me dan de verachting:
„wat waren er vroeger eon hoop regen
ten; wat aten en dronken onze voorvade
ren aan hun eindelooze schutters- en an
dere maaltijden veel enwat is er toch
allemachtig veel geschilderd".
Stevende ik dan daarna, met een ge
voel van verlossing weer d'e „vrije" straat
op, dan behield' ik in mijn moede hoofd
als herinnering van mijn bezoek slechts
de gedachte, dat het voor kunst-historici
die naar jaartallen en namen zoeken on
getwijfeld wel- een onuitputbaar-rijke bron
moest zijn!
Maar waarvoor is er dan een Museum
en speciaal een Rijksmuseum vraagt men
zich af. Het is er toch zeker niet in
de eerste plaats voor in de kunstgeschie
denis nijver ploeterende vakgeleerden,
die, gunstige uitzonderingen daargelaten,
zoeken naar een koud-systematische vol
ledigheid, met hun achter brillé-glazen
verscholen, studieus-vermoeide oogen.
Opzet en bedoeling van een dergelijk
bij uitstek „algemeen bezit" moet toch ze
ker zijn, den gemiddelde mensch tegemoet
te komen in zijn verlangen naar schoon
heid, hem m.a.w. want dit is hetzelfde,
een sterker besef van levens-volheid
bij te brengenMaar de tot voor kort
nagestreefde volledigheid was voor dien
gemiddelden mensch meer „ledig" dan
vol en velen van hen, hoewel ik dan
niet weet of 't U speciaal zoo ging als
mij kwamen steeds weer even gedès-
illusioneerd, eerder afgemat dan „vol",
van een bezoek aan het Rijksmuseum
vandaan.
Reeds jaren, het zou onbillijk zijn
het niet te erkennen werden deze be
zwaren ook ter bevoegder plaatse, onder
de Museum-autoriteiten zelf gevoeld.
Langen tijd al heeft men over reorgani
satie gepeinsd en een Museum-Commis
sie werd ingesteld, die een lijvig rapport
uitbracht, waarin terecht het streven naar
een verwarrende, doode volledigheid ver
oordeeld en een reorganisatie bepleit
werd' in. dezen zin: dat men alleen in den
vervolge aandacht zou schenken aan „de"
vertegenwoordigende stukken, doeken die
als 't ware de geheel© schoonheid van een
bepaalde periode symboliseeren, dat
men in deze in de algemeene zalen en ka
binetten op sober-smaakvolle wijze, op
voldoende afstand van elkaar zou ophan
gen en dht men verder voornamelijk op
de zolderverdieping afdeelingen zou or
ganiseren, voor hen die als specialisten
naar een min of meer volledig historisch
overzicht zoeken. De nieuwe directeur,
de heer Schmidt Degener, is, dadelijk na
dat hij in functie was getreden, met loffe-
lijken ijver, aan het verwerkelijken van
deze inzichten getogen. De volledige
doorvoering ervan is een Hercules-arbeid.
Men zit vast aan een onnoemelijk aantal
bepalingen, enz., waarmede de legaten en
schenkingen aan het Museum gekoppeld
zijn, en die in vele gevallen de reorgani
satie belemmeren en tegenwerken.
Toch: men kon dezer dagen reeds die re
sultaten van dezen arbeid bewonderen.
Een der groot© zalen werd reeds van al
het overtollige ontdaan, werd sober, rus
tig aangekleed en elk stuk dat er werd
opgehangen krijgt er, omdat het voldoen
de geïsoleerd' hangt, zijn volle waarde.
Heir is de drukkende, benauwende sfeer
van eertijds inderdaad verdwenen en men
beseft er wat een museum, ais het goed
is, ook voor den gemiddelden, kunstmin-
nenden mensch kan zijn. In dteze ge
reorganiseerde zaal zijn o.a. ook de jong
ste schenkingen van de Vereeniging
„Rem'brandt" ten toon gesteld; voorname
lijk een verzameling Italiaansche primi
tieven en stukken uit de Ftorentijnsche
school. Men kan er thans onverdeeld
genieten van de schoonheden van Ma
donna van Fra Amigelioo, van een prach-
tig-ged;anen mannenkop door een Floren-
tijnschen „onbekenden meester,,, van een
Goya, en, last not least van vroege Rem-
brandts: 'n lezend vrouwtje.En in de
naastbijgelegen zaal is het rijk bezit aan
Halsen voor het eerst afzonderlijk bijeen
gebracht.
Deze eerste stap in de nieuwe richting
stemt tot groote dankbaarheid'. In het
koor van lof dat dan ook opsteeg mengt
zich nu echter een nieuwe kritische aan
merking en m.i. helaas niet zonder grond.
Men wijst er op, dat thans de kenne
lijke bedoeling voorzit een overzicht te
bieden van zooveel mogelijk perioden' lüt
zooveel mogelijk landen. Zij 't dan ook al
leen met enkele representatieve doeken.
Wijzer en met meer kans op succes zou
men echter te wetrk gaan, zeggen de cri-
tische stemmen, indien men zich zoo goed
als uitsluitend tot de Hollandsche scholen
beperkte. Het is hier de plaats niet bet
voor en tegen van dit nieuwe probleem
te gaan overwegen. Er zij alleen op ge
wezen als nieuw bewijs voor het onplei-
z'erige feit, dat ménschelijke lof nu een
maal nooit onvermengd kan zijn. En
't doet niets af aan dit andlere feit, dat
ons Rijksmuseum bezig is van een iet of
wat bezijden de wegen liggende biblio
theek voor enkele vak-menschen, herbo
ren te worden tot een rijk en levend bé<
zit der gemeenschap. Ik mocht er dan
ook dezen keer wel wat langer over
schrijven, dan tot nog toe over 't alge
meen den journalist, wat Musea betreft,
betaamde.
Gaat het zien!
Een bibliotheek enkel en alleen voor
vak-menschen heeft, op andere gebieden,
nog zeer zeker wel reden van 'bestaan.
Al hoeft men dat in deze tijden van Volks
universiteiten, Openbare Leeszalen en
wat dies meer zij, niet meer zoo eng be
perkt te nemen als vroeger. Een streng
doorgevoerd isolement is in de huidige
omstandigheden uit den booze en de vak
bibliotheek als zoodanig heeft zorg te
dragen dat er verband blijve bestaan en
een levende wisselwerking zij1 tusschen
haar en de overige openbare boekenver
zamelingen. Van dit m.i. zeer juiste prin
cipe gingen B. en W. uit in hun bij den
Raad ingediende voordracht voor de be
noeming van een nieuwen bibliothecaris
onzer Universiteitsbibliotheek. Zij zou
den n.1. den heer Sevensma, directeur on
zer Openbare Leeszaal aan de Keizers
gracht tevens imet deze functie belast wil
len zien en hem zoodoende tot opperbe-
heerder van onzen gezamenlijben, gemeen
telijken boekenschat willen zien aange
steld. Tegenover het oudere, gedecentra
liseerde stelsel van bibliotheekbeheer,
plaatsen zij' daarmede het jongere, dat
men feeoentraliseerde, sociale zou kun
nen noemen. Het oudere, meer zuiver
„wetenschappelijke" stelsel vindt ook nog
aanhangers: onder ben behooren1 o.m. de
Senaat der Universiteit, haar Rector en
Assessoren; Deze dienden dan ook, inzake
deze benoemingskwestie van tegenover
gesteld advies en1 zouden wederom een
afzonderlijk directeurschap van de Uni
versiteitsbibliotheek willen zien ingesteld.
Daarentegen worden B. en W. in hun op
vattingen gesteund door de Curatoren,
de Commissie voor Bibliotheekwezen.
Men mag als schrijver dezes het stand
punt van B. en W. toejuichen en daarbij
hopen, dat de voordracht door den Raad
zal worden goedgekeurd, een ding valt
hen in deze kwestie echter wel te verwij
ten en dat is: dat er aan de aanhangige
zaak zulk een geringe publiciteit werd
gegeven. Waar zij aan den eenen kant,
wat de zaak zelve betreft democrati
sche opvatting op juiste wijze vertegen
woordigen, daar. worden zij wat die ge
ringe publiciteit in een zaak van zulk een
algemeen en openbaar belang betreft, aan
deze opvatting ontrouw.
In een andere zaak, die van de Stads
schouwburg-kwestie, kan onmogelijk van
een te geringe publiciteit gesproken wor
den. Veeleer van het tegendeel. Door al
les wat in kranten schrijft en door nog
velen daarbuiten is in artikels, adressen
en adviezen de „vaste-bespelers-kwestie"
tot op den bodem uitgeput en uit den
treure herkauwd. En ook ik heb, nood
gedwongen wel min of meer aan dit ake
lig bedrijf moeten meedoen. Het is dus
met een zucht van verlichting, die
waarschijnlijk een gelijksoortige zucht als
echo bij den lezer vindt, dat ik thans met
deze woorden voorloopig een streep on
der de zaak zetten kan. Het „hooge
spel" van Rooijaards in namelijk, zooals
ik voorspeld had, mislukt, en de Raad
beeft met groote meerderheid als vaste
bespeler voor de komende drie jaren de
combinatie Verkade-Verbeek aangewe
zen. Afwachten en de nieuwe Leidsche
plein-bewoners een „Glück auf' toeroe
pen is alles wat tms nu rest te doen. Het
is mogelijk, dat Rooyaards weer in zijn
oude tehuis, het Paleis voor Volksvlijt
trekt (de allerlaatste geruchten gaan in
die richting) eni ook hem kan men op
den nieuw-ouden weg alle goeds toewen-
schen.
En daarmede dan basta; het tooneel is
er opdat erop gespeeld worde en niet
opdat oopy-begeerigen hun blaadjes vul
len met geschrijf over de organisatie van
het tooneel-bedrijf.
Aktualisten en anti-militaristen.
Een verstoorde vergadering.
Het Landelijk Komitee van de Inter
nationale Anti-Militaristen Vereeniging
hield Donderdagavond! in „Handwerkers-
Vriendenkring" te Amsterdam, een ver
gadering als protest tegen de vervolging
wegens het verspreiden van opruiende
geschriften onder de soldaten te Amers
foort.
De vergadering was druk bezocht en
velen voerden het woord. Een der spekers
was midden in een rede, toen plotseling
't was tegen half tien achter in de
zaal een. paniek ontstond. Er klonk ge
roep van „brand". Ieder wilde een goed
heenkomen zoeken^ er ontstond een ge
drang e® achter In de zaal werd gevoch
ten. Tegelijkertijd drong een benauw
de zwavellucht tot in de heele zaal door.
Wat was er gebeurd?
Iri de achterste rijen zaten vijftien le
den van den Bond Van Aktualisten, die
zich voorgenomen hadden de vergadering
in de war te sturen.
Een der Hollandsche fascisten had een
fleschje zwavelwaterstof op den vloer
leeggegoten en deze vloeistof stond dade
lijk in vlam. Dit brandje had de paniek
veroorzaakt. Een detachement politie
agenten, dat buiten op wacht stond,
drong, gewaarschuwd door twee agente) n,
die binnen op post stonden, de zaal bin.
nen. Een hunner vulde buiten zijn p et
met zand', wierp dit op het vuur en doo f-
de zoodoende het brandje. De politie wi, st
daarop spoedig de orde te herstellen.
Het klubje aktualisten wilde dadelijk
het hazenpad kiezen. Vier ontkwamei a,
maar acht of négen werden door cle
agenten opgevangen en naar het burea u
J. D. Meijicrplein overgebracht. Een al c-
tuaiist, die zich nog in de zaal bevonx I,
werd letterlijk de deur uitgeranseld, waai r-
na ook hij in de handen der politie viert.
Inspecteur Cohen stelde dadelijk een
onderzoek ter plaatse irt. De flesch, waar
in de vloeistof gezeten had, werd niet ge-
vondien. Wel werd' in beslag genomen eeia
tasch met rotte sinaasappelen.
Later in den avond meldde zich aan he ,t
bureau een der aktualisten, die ontkomei t
was. Hij verklaarde dat hij het geweest
was, die het fleschje leeggegoten had. Zij: n
bedoeling was niet geweest brand te stich
ten; hij had alleen de vergadering willen
verstoren met den stank dien zwavelwa.-
terstof verspreidt. Waarschijnlijk dooi r
een brandend sigaretteneindje, dat zieli
op den grond bevond, had de vloeisto f
vlam gevat. Hij had niet geweten, dat due
Vloeistof zoo licht ontvlambaar is en waj s
zelf geschrokken toen er opeens brand
ontstond.
Alle arrestanten werden losgelaten, ter-
wijl tegen den dader proces-verbaal wen 1
opgemaakt wegens het verstoren van eer.i
geoorloofde openbare vergadering.
De vergadering eindigde ondertusschem
zonder verdere incidenten, maar den hee>
1 en avond bleef een benauwende zwavel-
lucht in de zaal hangen.
Da moordaanslag te Valkenswaard.
Het gerechtshof te Arnhem heeft Don-
derdag arrest gewezen in de strafzaak:
tegen O. P. de Wert, huisvrouw van M.
Desmet.
Het Hof memoreerde allereerst, hoe
beklaagde door de rechtbank te Der i
Bosch aanvankelijk werd vrijgesproken
de officier van justitie in appèl kwam
met het resultaat, dat het gerechtshof te
Den Bosch haar veroordeelde tot 4 jaren
gevangenisstraf, dat de beklaagde hier
tegen cassatie aanteekende en de Hooge
Raad toen de zaak voor een nieuwe be
handeling verwees naar het gerechtshoi'
te Arnhem.
Vervolgens releveerde het Hof den
inhoud van de verklaringen van de be
klaagde, van de getuigen en de des
kundigen, zooals die voor dit Hof, voor
de rechtbank en voor den rechter
commissaris zijn afgelegd, om dan te
beslissen, dat beklaagde voor het Hof wel
in vele opzichten op hare vroegere ver
klaringen is teruggekomen, doch daarvoor
geen aannemelijke redenen heeft opge
geven, zoodat deze verklaringen hare
volle kracht blijven behouden en zij dus
door het Hof voor de constructie van het
bewijs worden gebruikt, waarna dan volgt,
dat door die bewijsmiddelen het Hof
wettig en overtuigend bewezen acht, dat
beklaagde aan Kerssemakers voor den
bekenden, door hem op M. Desmet ge-
pleegden moordaanslag het middel heeft
verschaft, doordat zij, terwijl zij wist
na alles wat er tusschen haar en Kersse
makers was besproken dat deze voor
nemens was haar echtgenoot van het
leven te berooven, het pistool, daartoe
aan Kerssemakers heeft doen overhan
digen, welk feit door het Hof wordt ge-
qualiflceerd als medeplichtigheid aan
poging tot moord en waarvoor zij tenslotte
wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf
van 3 jaar onder aftrek der geheele
preventieve hechtenis, vóór deze uitspraak
door beklaagde reeds ondergaan en met
last tot hare gevangenhouding.
De Utrechtsche verduisteringszaak.
De arrondissementsrechtbank te Utrecht
veroordeelde mr. J. A. Rosenveldt, ad
vocaat en procureur te Utrecht, tot negen
maanden gevangenisstraf met aftrek van
het voorarrest, wegens het pleggn van
verduistering van 5 6 duizend gulden.
De eisch was één jaar en drie maanden
met aftrek van het voorarrest.
De verdediger had vrijspraak gepleit.
Naar de Telegraaf verneemt, zal mr.
Rosenveldt van dit vonnis in hooger be
roep gaan.
De transatlantische radloproeven van peil
te Lelden.
Den beklaagde H. J. Jesse Jr., oud 18 jaar,
geboren en wonende te Leiden, heeft terecht
gestaan, ter zake, dat hij te Leiden in de
laatste week van December '23 in perceel
Rijnsburgweg 35 heeft aangelegd! gehad! en
heeft gebruikt een niet voor het openbaar
verkeer bestemde radio-telegraaf en -telefoon
en daarmede radiotelegrafiscbe en telefoni
sche seinen heeft afgegeven en uitgezonden
zonder daartoe machtiging te 'hebben verkre
gen van den Minister van Waterstaat.
Volgens bekl. was er van een radio-tele
foon geen sprake. Er werden slechts zenld-
proeven gedaan.
Een getuige-desk. W. verklaarde, dat hij
bij beklaagde heeft gevonden een radio-ont-
vanginrichting en een seintoestel en zeide,
dat hekl. met amateurs in Amerika in verbin
ding heeft gestaan.
Getuige verklaarde op een vraag van den
verdediger, dat een radio-ontvanginrichting
in staat is trillingen ook uit te zenden.
Voorts verklaart getuige-deskundige O.
op een vraag van den verdediger, dat moge
lijker wijze veronderstelde storingen uitge
sloten waren, daar de proeven genomen wer
den met kleine golflengten en dat daardoor
het werken op grootere golflengten niet- kon
gestoord worden.
De verdediger betoogde, dat de dagvaar
ding onjuist en onvolledig was, en dat daarop
geen veroordeeling zal mogen volgen. Er
was geen radio-telefoon. In de wet is straf
baar gesteld het aanleggen en niet het aan
gelegd hebben.
Uitvoerig betoogd© de verdediger, dat deze
radioamateur en proefnemer niet tot doel had
„verkeer", hetgeen die wet steeds aanhaalt.
Er is geen sprake van het onderhouden van
een telegrafische kommunikatie als waarop
de telegraaf- en telefoonnet steeds het oog
heeft. Het gebeurde valt onder het werk van
een laboratorium, dat proeven neemt om met
geringe energie, hier 300 Watts, dat is^oor
een klein elektrisch strijkijzer, een zoo irtoot
mogelijke afstand tq overbruggen zonder van
tp voren te weten wie de signalen za] hooren,
met gebruikmaking van hoog frequente wis-
selstroomen en ongedempte trillingen van
circa 100 meter golflengte. De hoedanigheid
van de in Amerika en Canada ontvangen sig
nalen van pcii wordt per brief en zelfs per
kabeltelegram aan hekl. medegedeeld;
Het staatsmonopolie van het verzenden
van berichten is niet aangetast en belemme
ringen of storingen zijn niet veroorzaakt.
Storing van scheepstelegraafverkeer door een
golf van 90 meter of van 110 meter is niet
mogelijk, ja zelfs bij oordeelkundige behan
deling van goede ontvangtoestellen kan een
verschil van slechts enkele meters hij
deze korte golflengten voldoend© zijn om
elkaar niet te hinderen.
De ambtenaar van het O. M. ving aan in
zijn requisitoir met het uitspreken van een
gelukwensch voor den jongen ttnan, omdat
hij kans heeft gezien een belangrijk resul
taat op radiogehied te bereiken, bewezen door
d© verbinding met Amerika. De ambtenaar
van het O. M. moest er echter aan toevoegen,
dat het nu eenmaal door de wet niet wordt
toegelaten, vermoedelijk met het oog op te
gengaan van spionnage in oorlogstijd. De
beklaagde heeft zijn zeer belangrijke resul
taten in het blad „Radio Expres" No. 1 van
1924 doen mededeelen, waardoor de vermeen
de overtreding van beklaagde aan hel licht is
gekomen.
De ambtenaar vroeg veroordeeling tot een
geldboete van vijf gulden en gaf last tot te
ruggave van de in beslag genomen toestellen.
De verdediger dankte in de eerste plaats
het openbaar ministerie voor dén zeer hu-
manen éisch en duidde aan, dat het wei niet
veel zal voorkomen, dat het O. M., de aan
klager, begint met een geluk wensch aan den
beklaagde. Maar tegelijkertijd wees dit den
verdediger erop, dat er alle kans bestaat, dat
wij over tien jaar om deze vervolging zullen
lachen; hij zou dan zeer blijde zijn van te
voren op het belachelijke van deze vervolging
de aandacht te hebben gevestigd' en daardoor
tenminste zicbzelve niet belachelijk gemaakt
te hebben. („Het Volk").
Gasverstikklng.
De 46-jarige mevrouw L. van R. te
Zandvoort, is door gasverstikking om het
leven gekomen. Toen de echtgenoot
's avonds om half zeven thuis kwam, werd
het ongeval ontdekt. Doktershulp mocht
niet meer baten. Ook het zuurstofappa
raat leverde geen resultaat op. De dood
was waarschijnlijk reeds in den middag
ingetreden.
Griezelige vondst
Bij het wegruimen van de fundamenten
van het Weeshuis te Brouwershaven is
wederom een geraamte gevonden, dat
werd opgegraven 15 C.M. onder den met
leien belegden vloer.
Doodgedrukt
Donderdagmorgen is op het emplace
ment te Winterswijk de rangeerder Lam-
mers tusschen wagons doodgedrukt.
Gistermorgen' is het negenjarig jon
getje O. v. d. Veen bij het dichtdraaien
der spoorbrug nabij het station Hooge
zand doodgedrukt.
Lectuur te water.
Te Delft is gisterochtend omstreeks
balfvijf uur een bestelauto met ochtend
bladen van de „Nieuwe Rotterdamsche
Courant" in snelle vaart tegen het geslo
ten afsluithek van de brug Reineveld ge
reden terwijl de brug voor de scheepvaart
geopend was.
De auto vernielde het hek en kwam in
het Provinciaal-Kanaal terecht. De chauf
feur J. Ewelling en de hulpchauffeur G.
C. Catshoek uit Rotterdam; geraakten
mede te water. Met veel moeite werden
zij gered.
Men deelt ons mede dat de verlichting
ter 'plaatse wel wat te wenschen laat,, de
chauffeur had' echter de roode lantaarn
op de brug wel kunnen zien.
Frankenspeculanten.
Uit Weenen wordt geimeld: Baron Ru-
dolf Fiedler schoot gistermiddag zijn
schoone 20-jarige edhtgenoobe dood en
wondde zich daarop levensgevaarlijk, in
verband met zijn groote verliezen ibjj' de
jongste francspeculaties. Hij is 27 jaar
oud.
Gisteravond is hij in het ziekenhuis te
Weenen overleden. Fiedler en zijn vrouw
'kleedden zich in trouwtoilet om te ster-
yen.
Joseph Kuhn, de directeur van de Cas-
TigLioni-banik, die zich ©enige dag|en ge
ileden uit de vierde verdieping van het
1 bankgebouw wierp, eveneens ln verband
met bij de francspeculaties geleden ver-
1 iezen, is heden overleden.
Vader, moeder en zoon door bandieten
vermoord.
Een boer in de buurt van Amiens, Lam-
1 Durcht genaamd, werd Zaterdagnacht wak
ker door het geluid van voetstappen in de
v woonkamer. Hij riep zijn vrouw, die zich met
1 iem naar beneden haastte. Op de trap kwa-
r nen hen drie gemaskerde mannen tegemoet,
olie het echtpaar neerschoten. In het achter
huis sliepen een zoon en een dochter. Zij
k iwamen op het geluid van de schoten toeloo-
p ien, en werden op dezelfde plaats als hun
o ngelukkige ouders door de bandieten over-
v ellen. De jongen werd met ©en dolkstoot
door het hart vermoord1, terwijl het meisje
a an den arm gewond werd'. Zij' viel en hield
h aar dood' en wist zoo haar leven te redden.
Na het geheele huis geplunderd te hebben,
v tilden de bandieten vertrekken, toen zij op
csn boerenknecht stootten, die hen met ©en
h ooivork te lijf ging. Hij wist een der sohur-
k en ettelijke wonden toe te brengen, doch
w end tenslotte door dezen overweldigd en in
e en vijver geworpen. Dit redde hem het le
ven. Toen de roovers vertrokken waren,
kroop hij uit het water en kon de buren waar
schuwen en het gewonde meisje helpen.
Onmiddellijk werd een klopjacht op de
bandieten georganiseerd, doch deze hadden
blijkbaar reeds een te grooten voorsprong
gekregen.
TEXEL.
Deze week werden van hier verzonden:
93 koeien, 84 varkens, 82 kalveren, 20
schapen, 19 paarden, 5 lammeren.
'Op verscheiden© boerderijen is mond
en klauwzeer uitgebroken. Bij een boer
zijn reeds 80 lammeren gestorven.
Burgerlijke Stand van Texel
van 12 tot en met 18 April 1924.
GEBORENJan Aris, z. v. Willem
Leendert van den Berg en Hendrica Eel-
man; Jacobus, z. v. Witse van Sijp en
Anna Gornelia van den Berg. Marretje
Anna, d. v. Simon Witte en Fenna Vegt.
Oarel Marie, z; v. Dirk Eb'erhard Wilhelm
Carel Boswijk en Clauwersina Maria
Ritmeester.
ONDERTROUWD: Antonius Everardus
Richardus van Frankenhuijzen en Cor-
nelia Anna Reij.
OVERLEDENDirk Blom, 70 jaar,
gehuwd met Antje van der Wijk.d
GETROUWDAndries de Visser en
Dirkje Burgman. Pieter Bakker en Pie-
tronella Geus. Jan de Beurs en Martha
Klasina Suzanna Rab.
Burgerlijke Stand vun Anna Paulowna.
GEBOREN Elisabeth, d. v. P. Ligten-
dag en J. Gommandeur.
ONDERTROUWDGatharina Cornelia
Nap en Pieter Blom. Mathilda Lucie
Fontaine en Petrus Johannes Conijn.
OVERLEDENAangegeven een als
levenloos geboren kind van J. Voort-
huijsen en E. Keuris.
SPORT.
Gymnastiek.
VoetbaL
NederlandDultechland.
De reorganisatie van het Rijks
museum. Rooyaards excit.
Gynuu- en Sportver. „Sparta".
Donderdagavond gaf bovengenoemde ver
eeniging een uitvoering in „Caelno", welke
druk bezocht wae. Het feit, dat alle jongens-
en meisjeaklasseni zouden werken, droeg er toe
bij, dat de jeugd eterk vertegenwoordigd wae
en den orde-oounnissarissen banden vol werk
gaf: bet is nu eenmaal een heele toer om dat
jonge goedje in toom te houden. De heer Kemp
moest dan ook dn den doop van den avond nog
eens speciaal stilte en aandacht vragen.
Overigens heeift de jeugd zich op de planken
flink geweerd. Het 'begon met de jongsten,
Meisjes A., vrije oefeningen en Jongens A.,
stokoefeningen. Voorts Meisjes B. ibrug. Bij
het laatgenoemde nummer zouden we de op
merking willen maken, dat enkele oefeningen
kennelijk boven de krachten van sommige
jongelui gingen, hetgeen min of meer storend
werkte. De groepen van Meisjes C, uitgevoerd
op brug en paard en met de staaf oogstten
terecht flink applaus. Op verzoek gaf deze
klasse ertra nog de vrije oefeningen, uitge
voerd op de N.O.C.-avonden, welke toen goed
werden volbracht, evenals de daarop door
Jongens C uitgevoerde vrije oefeningen. Als
laatste nummer voor de pauze bracht de lat
ei eeling) Tooneelvereeniging „Excelsior" het
blijspel „Stotteraars" voor t voetlicht, waar
van de verdienste was, dat er om gelachen
werd.
Na de pauze was het woord aan de ouderen.
Allereerst hoogrek door de heerenafdeeling.
Hier noemen wij het werken van den heer
Keet, die rustig en correct de zaak opvatte,
wat bij de anderen niet steeds het geval was.
De damesafdeeling werkte aan de brug, het
geen ons wel kon voldoen. De voorbereidende
(heeren-)klasse gebruikte hetzelfde werktuig,
doch hooger gesteld; deze trageefeningen wer
den over t geheel goed, doch ook wel eens
wat te onbesuisd uitgevoerd: het succes ligt
juist in een rustige, gelijkmatige afwerking.
Ais 12e nummer vermeldde het programma
een iantal vraagteekens. Het wae de heer
Kemp, die dit raadsel oploste: een achttal
dames zouden uitdrukkingsgymnastiek uit
voeren. Zij waren daartoe in donker, eenvou
dig oostuum en grijze koueen met zwarte om
windsels gekleed en voorzien van een speer.
Er zou n.1. een speer^gevecht worden uitge
beeld. En achtereenvolgens zagen we dan ook
op de maat der muziek in oefeningen
uitgedrukt: de verkenning, de voorbereiding
tot het gevecht, den aanval en den dood. Het
was een zeer geslaagd nummer, waarmede veel
succes is behaald en voor Helder weer iets
nieuws ten tooneele is gevoerd. Als laatste
nummer de één-acter „Voetbalmaniakken" van
J. B. Schuil, welk stuk ons beter kan bekoren
dan het eerste. Hoewel de avond volgens aan
kondiging te half acht uur aanvangen zou, was
het eerst ruim half éen, toen het bal, waar
mede de avond1 werd besloten, een aanvang
nam. Tooneelstukjes, hoe aardig ook, brengen
dit bezwaar nu eenmaal met zich.
Op Tweeden Paasohdag wordt in het Am-
aterdamsche Stadion opnieuw een internatio
nale wedstrijd gepeeld. De Duitsohers komen
op bezoek, een tegenpartij, waarvan nog lang
niet gewonnen is.
Het Duitsche eltfal.
Nu voor de eerste maal, sedert' den oorlog,
het Duitsche officieele elftaT naar Nederland
komt de laatste ontmoeting hier te lande
gespeeld, had 5 April 1914 plaats toen het Sta
dion voor het eerst in gebruik werd genomen
heeft de Duitsche Voetbal Bond er prijs
op gesteld met de allerbeste ploeg uit te ko
men, die op dit moment samen te stellen viel.
Dit is niet alleen geschied, omdat er in de
zes voorafgaande landen ontmoetingen tusschen
beide landen geen enkel maal van Nederland
is gewonnen kunnen worden (3 maal werd
verloren en even zooveel malen gelijk ge
speeld) imaar ook is zulks gedaan om het
gastvrije Nederland te toonen, dat, ondanks
vele nooden, het Duitsche voetbal sedert 1914
enorm© vorderingen heeft gemaakt. Er is
tijdens den oorlog veel geleerd van Engeleche
'geïnterneerde trainers en nadien hébben een
groot aantal leermeesters emplooi gevonden in
Duitsohland, waar de leergierige jeugd groote
ambitie toonde voor het voetbalspel, ook al
omdat men ook op dit gebied gaarne de gelijke
van Engeland zou willen worden. Men ziet
echter in de Nederlandeche ploeg een dermate
sterke tegenpartij, dat reeds weken geleden
de samenstelling van het Duitsche elftal hoeft
plaats gehad, opdat er regelmatig en gezamen
lijk geoefend' kam worden; wat daarom zoo