HELOERSCHECOURANT
TRAINING-
PERFECT -CORSETTEN
Vierde Blad.
Alléén-verkoop
Coutil-Corsets vanaf f 1.25
Sport-Corsets f 2.75
Buikband'Corsets,, f3.75
I. GRUNWALD, i
VAN ZATERDAG 17 MEI 1924.
Gemeenteraad v. Helder,
gehouden op Donderdagavond 15 Mei.
(Voortzetting van de zitting van
Dinsdag 13 Mei).
Afwezig de heer Borkerl
Voortgegaan wordt met de afwerking
der agenda van j.L Dinsdag.
Aan de orde ia:
Grondbedrijf.
Voorstel om te besluiten tot wijziging
van de tot dusver gevolgde grondpolitiek.
De heer Zondervan meent, dat na
hetgeen hierover in de bladen is geschre
ven, niet veel meer over de zaak te zeg
gen valt. Het betreft hier meer een begin-
selkwestie en na de aanvullende nota (zoo-
als men weet was in dit schrijven nog
eens duidelijk gestipuleerd, dat de bedoe
ling van het College was naast erfpacht
tevens verkoop mogelijk te maken, Red.)
is de zaak duidelijker voor den Raad ge
worden. Zijn de toestanden hier ter stede
nu van dien aard, vraagt spr., dat zij1 wij
ziging van de tot dusver gewijzigde poli-,
üek noodzakelijk maken? Neen, meent
spr. Ook op het oogenblik bestaat toch ge
legenheid tot koop. Spr. zou het betreuren
als men nu de zaak van die erfpacht weder
ondersteboven zou werpen. Als argument
wordt aangevoerd, dat op erfpachtgronden
zoo slecht hypotheek kan worden verkre
gen; de banken geven over t algemeen
thans al geen hypotheken meer, dat doen
de particulieren. De zaak van den Haag
is niet zuiver gesteld, meent spr., na eene
discussie in den Raad over verkoop en
erfpacht heeft men het erfpachtstelsel ge
huldigd. In tal van andere gemeenten
wordt erfpacht Ingevoerd.
Spr. dient een amendement in om al
leen dan tot verkoop over te gaan indien
het bebouwde terreinen betreft en reeds
bewoonde perceelen. Men zegt dat dan
tweemaal ov erschrijfkosten moeten wor
den betaald, Spr. meent, dat men voor den
bouw een voorloopig contract kan krijgen,
zonder diat men daarvoor dan kosten vah
overschrijving betaalt. Op deze wijze voor
komt men speculatie. Luat men het be
ginsel van de erfpacht niet loslaten en
elk geval op zichzelf bezien. De finan-
tieele strop zal, mee<nt spr., lm de toe
komst niet zoo groot worden.
De heer v a n O s neemt het den heer
Zondervan niet kwalijk, dat hij in deze
mistast. Spr. heeft zich over dat kranten
geschrijf verwonderd; wat den vierstar-
schrijver in de Held. Ort betreft, spr.
heeft altijd respect gehad voor diens werk
kracht, zijn ruimen blik, enz., maar hij
haalt in de Held. Crt. thans dingen naar
voren, die niet in den haak zijn. Hoe komt
heit, dat tal van gronden, die t.hnna in par
ticuliere handen zijn, niet worden be
bouwd'? Omdat er nog altijd het bouwver-
bod op rust. De onderhavige zaak is be
sproken in de Commissie voor het Grond
bedrijf, en de heer Zondervan was de
eenige, die met dit voorstel kwam. Voor
de s.d.a.p. is het een zuiver principieele
zaak om te zeggen „niet dan over mijn lijk
zult gij grond verkoopen".
Spr. gaat den oorsprong van het Grond
bedrijf na. Deze ligt in het uitbreidings
plan der gemeente. Het aanvankelijk ont
worpen plan van den heer Kastelijn was
niet grandioos genoeg; er moest een ander
en beter komen. Spr. is van meening, dat
het eerste praktischer en doelmatiger voor
onze gemeente ware geweest. Het plan-
van Boven intusschen is zeer fraai en
prachtig uitgewerkt, maar bet kan voor
alsnog niet verwezenlijkt worden.
Het werd' intusschen met vrijwel alge-
meene stemmen aangenomen en er werd
een begin van uitvoering aan gegeven. Er
zat aan vast een onteigeningsplan en een
bouwverbod, waardoor allerlei terreinen
al werden vastgelegd voor de toekomst.
Nu komen verschillende menschen, die
zeggen, het kost zooveel geld. Ja, natuur
lijk doet het dat. Spr. heeft zich nimmer
de illusie gemaakt, dlat het winst zou op
leveren. Maar wij moeten toch ook con-
stateeren, dat het asoeot van de gemeente
de laatste jaren aanmerkeliik is verbeterd.
al van flinke, breede verbindingswegen
zijn aangelegd, vieze en onooglijke sloo-
ten gedempt. De Ruyghsloot ware nim
mer verdwenen, wanneer deze grond in
particuliere handen ware gebleven. En als
wij dezen grond stuk voor stuk van de eige
naars hadden moeten koopen, waren wij
veel duurder uitgeweest. Dat alles komt
ten voordeele van het plan-van Boven.
De praktijk heeft geleerd; dat het altijd
moeilijk was hypotheken te krijgen, en te
moeilijker waar het erfpiachtterrednen be
treft. Om, zooals de heer Zondervan wil,
gelegenheid tot koop te gewen na den
bouw, is te laat. Immers, men moet dan
rechtens betalen van den vollen opstaL
Men kan wel een voorloopig oontract ma
ken, indien de erfpacht blijft, doch niet,
indien men van erfpacht tot koop over
gaat Waarom nu dien verkoop tegenge
werkt? vraagt spr. Men bevordert daar
door geenszins den bouw. Eeni bouwer
heeft den grond natuurlijk liever in ei
gendom en1 wij hebben het immers in han
den dten bouw te regelen? Ook vroeger ge
schiedde dit al; spr. wijist op de vele ter
reinen, die destijds de heer Janzen hier
aankocht, en waarbij ook beperkende be
palingen voor den bouw gemaakt werden.
Voor speculatie mafce men zich niet zoo
bang; verkoop en dius speculatie en con
currentie kan een stuwkracht worden voor
eventueels industrie, enz. Men kant met het
contante geld, dlat men bij verkoop ont
vangt, weer aflossen, en wat speculatie
betreft: wat is er tegen, dat men een bou
wer in de gelegenheid stelt wat te ver
dienen? Waarom dien menschen een
sipaak in 't wiel gestoken?
(De Raad is •tamelijk rumoerig gewor
den; verschillende raadsleden in de nabij
heid' van de perstafel zitten onderling te
praten, zood'at de spr., die ver van de pers
verwijderd' zit moeilijk is te volgen).
De heer van Os zet voorts uiteen, dat
ook d" gemeente den straataanleg in hanr
den heeft, en men dius voor den aanleg
van kleine, onoogelijke straatjes, zooals
gevreesd wordt, indien men weder gaat
verkoopen, niet behoeft te vreezen. Door
krantengeschrijf late men zich niet ver
leiden. Wij moeten natuurlijk doorgaan
het uitbreidingsplan uititevoeren, maar wij
mogien bet particulieren, die willen bou
wen, niet onnoodig bemoeilijken. Spr. be
grijpt althans niet wat er tegen het voor
stel van B. en W. is.
De heer Sohoef f el enber ger
merkt op, dat de zaak twee kanten heeft:
zoowel in de redeneering van den heer
Zondervan als in die des hoeren van Os
is veel waars. Spr. wil de puzzle in een
paar woorden oplossen: het doel, waar
mede indertijd het erfpachtsbeginsel is
aanvaard, is bereikt, het uitbreidingsplan
wordt afgewerkt. Spr. is daarom voor ge
legenheid tot koop, met de beperking, dat
de grond niet aan derden verkocht mag
worden.
Geroep: Dat kan niet, dat is in strijd
met d'e wet!
De heer Schoaf felenberger: Er
is in deze zaak met een ding geen reke
ning gehouden, n.1. den aard der gemeem-
"te. De vraag is zal Helder vooruitgaan of
achteruit? Spr. persoonlijke mieening is,
dat wij hier op de wip zitten: nu eens gaan
we wat vooruit, dan weder achteruit, en
dit heen en weer gaan drukt allereerst op
huizen en grond. De gemeente zal eerder
achteruit, dan vooruitgaan, en het is op
het oogenblik het belang der gemeente te
verkoopen. Wat dat niet verkrijgen van
hypotheken betreft, de oorzaak daarvan
zit dieper dan in de malaise op finamfcieel
gebied' alleen. Een hypotheekhouder geeft
uitteraard liever geld op gekochten grond
dan op erfpachtsgrond. Men verkoope dus
onder de voorwaarde, dat niet worde ge
speculeerd1 met den grond. Een voorloopig
oontract waarvan de heer Zondervan
sprak, kan niet worden gemaakt, zooals
spr. nader uiteenzet.
De heer Bok heeft dit, voorstel met
volle sympathie begroet, omdat spr. dit ai
jaren heeft zien aankomen. In de meeste
gevallen is spr. niet met aankoop van
grond meegegaan, slechts in die gevallen
waarin het grond betrof nabij de bebouw
de kom was dat wel het geval Maar men
is thans reeds zeer ver van de bebouwde
kom geraakt, en vele malen is spr. over
dezen aankoop met vrees vervuld gewor
den. Hoe kunnen mijn oollega's raadsle
den daartoe overgaan? zoo vroeg hij zich
meermalen af. Er is tenslotte in het wilde
weg gekocht. Al deze grond kan de ge
meente niet rendabel maken, er zijn en
kele terreinen verpacht als weiland, en
reeds is hiervoor vermindering van pacht
aangevraagd. Tot nog toe is dat steeds ge
weigerd, maar het is de vraag of wij dat
op den duur kunnen volhouden. Spr. is
geen deskundige; hij heeft zich intusschen
laten inJ:chten, dat het veiliger is op eigen
grond te bouwen dan op erfpachtgrond en
dit betreft ook het verschaffen van hypo
theek. Er is op het oogenblik wel behoef
te aan bouw, en dOor de gelegenheid tot
koopi open te stellen, zal men dien lust
daartoe aanmoedigen, meent spr. Nog in
geen 50 jaar zijn we aan sommige thans
aangekochte gronden toe, en wij zullen er
inet verkoop gemakkelijker afkomen dan
met erfpacht.
De heer v a n D a m heeft honende woor
den gehoord omtrent het „vrije Neder
land!" (dit betrof een interruptie, Red.),
maar spr. meent, dat onze vrijheid juist
bestaat in het beschermen van den ver
koop aan derdien.
Voordeelen van de gemeente-erfpacht
zijn nadeden voor den erfpachter. Men
heeft gezocht naar een compromis in deze.
De gemeente krijgt jaarlijksche lasten en
het nageslacht blijft .zitten met onbetaalde
strateru. In den erfp achtsanon zit alleen
de rente, het voordeel voor de gemeente
is de waardestijging van den grond, maar
d'ie is niet erg reëeL En over 75 jaar kan
de waardie van het geld wel heel anders
zijn geworden. In dien Haag heeft imen
thans een erfpachtsfonds ingesteld. Voor
de gemeente is erfpacht altijd een groot
risico. Hier is het beginsel gehuldigd alles
in erfpacht uit te geven dan loepen we
niets mis, geen winst, maar ook geen ver
lies. Gezond beginsel' is het risico niet,te
'groot te maken, als men wil profiteeren
van de waardestijging moet moet men niet
alles voor erfpacht aankoopeu.
Voor spr. is de weg, dien de gemeente
moot volgen deze: te onderzoeken in
welke richting die waardestijging is te zoe
ken en die blokken vast te houden voor
erfpachtsuitgifte. Voordeelen van' verkoop
zijn het contante geld en vermindering
van het risico. Dat laatste is thans heel
groot en het is het belang van de ge
meente heel wat grond te verkoopen.
De heer De Zee heeft met belangstel
ling het betoog van den heer van Os ge
volgd.
Als spr. de zaak juist ziet, en de Raad
het voorstel van B. en W. aanvaardt, zul
len er oogenblikken kom én, da¥ de ge
meente voor de tweede maal, om het hui
selijk uit te dtrukken, er naast staat. De
gemeente heeft voor tamelijk düur geld
gekocht en als het voorstel van B. en W.
wordt aangenomen, zullen natuurlijk de
particulieren beslag leggen op die beste
gronden. Wij vernietigen op deze wijze
bet erfpachtstelsel', dat indertijd1 aanvaard
is om speculatie te voorkomen. Spr. wil
d'e toekomst liever wat optimistischer be
zien dan de andere hoeren, en meent, dat
straks heel wat perceelen aan die nieuwe
straten gelegen, In waarde zullen stijigen.
Reeds thans zijn tafl van particuliere hui-
Ingezonden Mededeellng.
der
Kanaalweg 74. Ksizorstraat 116. I
zen in waarde gestegen, spr. wijst b.v. op
de zijstraten van de Sluisdijkstraat, waar
de woningen zeer in waarde zijn geste
gen. Dergelijke speculaties kan de ge
meente door haar stelsel voorkomen. Spr.
wil intsschen elk geval op zichzelf bezien.
De heer VanBreda brengt allereerst
dank aan den heer van Os voor de kra
nige verdediging van de voordracht
Als het advies van den heer Zondervan
ware opgevolgd, zouden we deze discus
sie niet hebben gehad. De zaak is inder
daad reeds uitvoerig besproken in de
Held. Crt, en hoewel het geen gewoonte
is, dat van de bestuurstafel wordt inge
gaan op courantenartikelen, wil spr. toch
ditmaal een uitzondering maken en den
vierstarschrijver van antwoord dienen op
zijn vraag, in het numimer van 29 April
gedaan, waarin hij naar de beteekenis
vraagt van het bedrag van 107475.—
voor straten.
Dit is geld', geleend voor bestfating,
rioleering en bouwrijp maken van terrei
nen. Mot het grondbedrijf zijn deze gelden
nog niet verrekend. Daaromtrent zijn nog
nadere voorstellen van B. en W. te ver
wachten.
Dat overigens .de geachte inzender be
zwaren maakt tegen overneming van een
deel dier kosten door het grondbedrijf
mag merkwaardig heeten, wijl bij de vast
stelling van den erfpachtscanon, toen de
heer De Zwart als wethouder van het
grondbedrijf fungeerde, van hetzelfde be
ginsel werd uitgegaan.
Bij dit voorstel (no. 232 van 1021) is be
sloten om de kosten benoodigd voor het
aanleggen van straten, rioleering e.d. in
de toekomst voor de helft (toen geschat op
1.665.612.971/,) en wat betreft de reeds
aangelegde werken geheel (toen reeds oen
bedrag van 446,366,05) ten laste te bren
gen van het grondbedrijf.
De geheele Raad vereenigde zich met
deze voordracht van B. en W.
Het is zonderling, dat die doet voor
komen, alsof hij ter zake geheel is inge
wijd1, zoo uitvoering ingaat op dat bedrag
van 107.476.voor straten e.d., waar ih
1921 voor d^t doel reeds 446.366.05 was
uitgegeven, welk bedrag thans is geste
gen tot 862.297,60.
Omdat de inzender inderdaad' óf niet op
de hoogte is öf zich de zaken niet goed
meer herinnert, vraagt hij dan zeker ook
of dat bedrag van ruim. 100.000.de
volle kosten van aanleg der straten e.d.
uitmaakt of een deel daarvan en noemt
hij dat bedrag zelfs vrij hoog.
Nadat het thans in behandeling zijnde
voorstel eventueel zal zijn aangenomen,
zullen Burgemeester en Wethouders op
nieuw voorstellen bij den Raad indienen
omtrent het gedeelte der kosten van be
straten e.d. dat voor rekening van het
grondbedrijf moet worden genomen. (Zie
de nota van den Secretaris).
Voorts verliest d'e heer jnjinit het oog,
dat de gemeente-secretaris niet het betoog
van den heer Van Steenbergen onder
schrijft, maar alleen het door dien heer
naar voren gebrachte VLissingsche geval
vermeldt. -
De commissie door het VLissingsche ge
meentebestuur ingesteld achtte met het
oof op de credietkwestio verkoop beter
dan uitgifte in erfpacht.
Daarop komt de Secretaris tot de con
clusie, dat Helder eerder is te vergelijken
met Vlissingen dan met Den Haag, wat
wel niemand zal ontkennen.
Ook wordt door jij: betoogd, dat een ar
gument van Dr. v, d. Meuten wordt weer
gegeven zonder mededeellng vani de te
genargumenten.
Waar Dr. v. d. Meuten erkende een
voorstander van het erfpachtsstedsei te
wezen en hij nochtans verklaarde van de
waardevermeerdering der .gronden in d'e
toekomst voor den Haag geen grooten
dunk te hebben, zal dit argument, afkom
stig van een medestander van den heer jij:
Vel geen weerlegTino behoeven. Boven
dien is in den Baagischen Gemeenteraad
dit argument door niemand bestreden.
Ook wordt aangevoerd, dat "rond aan
het Suuikanaal voor f 20.— per M.2 ver
kocht wordt. Indien dit heeft plaats gehad
en niet voor eenige meters, maar voor
een belangrijk kwantum dan gelieve jij:
man en paard' te noemen. Dezerzijds wordt
dan ook vermoed, dat de door jij: bedoelde
winst, welko in den Haag behaald zou
zijn, van hetzelfde gehalte is, beter gezegd
eenzelfde oppervlakte betreft, als de al
hier verkochte hoeveelheid' grond' A 20
per M2. Ware het anders, de Haagsche
voorstanders van erfpacht door dik en dun
zouden' op die woorden van Dr. van der
Meuten wel gereageerd hebben gelijk j4
hier doet.
Inderdaad heeft j4 gelijk, wanneer hij
beweert, dat de gronden aan het Spul
kanaal in waarde zijn gestegen tengevolge
van de door de gemeente aangebrachte ver
beteringen. Het is alleszins rationeel, dat
dit waardevermeerdering aan de gemeente
ten goede komt. Maar of de gemeente hare
gronden, die in waarde zijn gestegen nu
verkoopt of in erfpacht uitgeeft, ih beide
gevallen komt de waardevermeerdering
aan de gemeente Helder ten goede. De
kwestie van erfpacht of koop heeft hier
alzoo niets mee te maken.
Nu wordt verder wel aangevoerd, dat
erfpacht toch noodig is. omdat verkoop
alleen past in liet systeem van geen of
weinig waardevermeerdering, maar hier
worden twee dingen met elkaar verward:
waardevermeerdering reeds tot stand ge
komen en waardevermeerdering in de toe
komst. Wiaar laatstbedoelde waardever
meerdering onwaarschijnlijk is te achten,
doet de gemeente verstandig geen wissels
op de toekomst te trekken, en direct de
reeds verkregen waardevermeerdering te
realiseeren, hetzij door uitgifte in erf
pacht, of door verkoop al naar gelang, het
of het ander meer gevraagd wordt.
De vergelijking met het levensverzeke
ringsbedrijf gaat geheel mank. Hier toch
kan men wiskundig berekenen, hoeveel
voor uitkeeringen benoodigd' zal zijn en
in verband hiermede de premie bepalen.
De kwestie van de stijging van grondprijs
zen ig niet wiskundig na te gaan; zij is
verschillend voor iedere plaats en voor elk
tijdsgewricht en afhankelijk van tal van
factoren, in het bijzonder economische,
die van' te voren niet zijn te voorspellen.
Inderdaad zal men bij een grondbedrijf
op den duur met eenige zoo goed als
waardelooze terreinen blijven zitten. Dit
is zoowel het geval bij verkoop, als bij uit
gifte in erfpacht. De rompslomp het
dekken voor de verliezen uit die onver
koopbare grondstukken ontstaan' is
vooral niet grooter bij verkoop dan bij' het
erfpachtstelsel Het laatstgenoemde
systeem vordert een zeer uitvoerige en
ingewikkelde administratie: boetebeding
op de voldoening van den canon, over
dracht van het erfpachter echt, splitsing
van het recht, overlijden van den erf
pachter, aanwijziging van ééh verantwoor
delijk persoon bij overgang op meerdere
personen, vervanging van dezen, verant
woordelijken persoon, hypotheekverlee-
ning, dio alle min of meer de medewer
king eischen van het "College van B.
en W.
Het is zeker, dat deze rompslomp veel
grooter is dan het beleggen van gekten
bij verkoop van grond verkregen. Daaren
boven kunnen de leeningen, aangegaan
voor aankoop van gronden, waarbij, ver
vroegde aflossing mogelijk is, geheel wor
den afgelost.
Tot zoover deze nota.
Spr. komt nu op de verschillende spre
kers van hedenavond. De heer Zondervan
heeft ridderlijk gezegd, dat de kwestie
van de erfpacht een beginsebkwestie is.
De heer Wibaut gaat nog verder en zegt:
het komende geslacht moet den grond ge
heel vrij hebben. Men schat de kwestie
van de hypotheek voor erfpachts- of eigen
grond wel wat laag; verschillende bouw
ondernemers zouden zeer gaarne grond
koopen. De erfpachtscanon is een soort
tweede hypotheek.
Wjj staan hier te Helder niet alleen
voor dit vraagstuk. Maar men schijnt de
zaak verkeerd te begrijpen, er is toch dui
delijk gezegd,'dat ook de erfpacht blijft
bestaan, evenals het bouwverbod enz. Ook
de heer de Zee maakt daartegen 'geen be
zwaar, wil alleen een andere regeling heb
ben. Spr. geeft den Raad in overweging
dit thans te aanvaarden, dan komt in den
volgenden Raad het voorstel omtrent de
nadere voorwaarden. Door de taxatie-
commissie zal worden uitgemaakt in wel
ke klasse de terreinen vallen. Spr. gelooft
niet, dat in dergelijke regeling eene spe
culatie zit, ook bij den erfpachtscanon is
rekening gehouden met dien kostprijs der
gemeente.
Spr. heeft verschillende artikelen gele
zen over andere gemeenten, waar allengs
meer en meer tot verkoop is overgegaan
en het erfpachtsbeginsel meer en meer
wordt losgelaten. Mr. Ankerman oordeelt
verkoop een primair en erfpacht een se
cundair belang. Andere deskundigen zeg
gen iets dergelijks. Verliezen heeft de ge
meente tengevolge van het bouwrijp ma-
ben van den grond niet te duchten.
Den heer Schoeffeleaberger antwoordt
spr., dat de wet niet toelaat dien verkoop
aan derden te belemmeren. Het amende-
ment-Zondervan kan niet worden aan
vaard, omdat men dan tweemaal de kosten
van overdracht zou krijgen, en men mag
den bouwers de noodige energie niet ont
nemen door hen onmondig finamtieele las
ten op te leggen.
De heer V a n O s wenscht nog op en
kele opmerkingen nader in te gaan. De
heeren van Dam en Bok willen verkoopen
evenals spr. Spr. wijst op den grooten
vooruitgang van den laatsten tijd, ons zie
lenaantal is thans-boven de 30.000 geste
gen, en het zal nog steeds moedig zijn hul
zen te bouwen. De heer Bok moet nu niet
over dat uitbreidingsplan gaan praten, hij
heeft er indertijd zelf aan meegewerkt
Wij hebben herhaaldelijk in het gedrang
gezeten bij onzen straten-aanleg, en de
heer Bok had dan met een voorstel moe
ten bomen1 om het uitbreidingsplan niet
uit te voeren. Wij- dienen daar nu op voort
te bouwen.
De heer de Zee is bang, dlat na 75 jaar
de grond erg in waardie zal zijn gestegen.
Natuurlijk zal de gemeente, als ze dan erf
pacht wil tobben, de eigenaars schadeloos
moeten stellen. De groote stijging der.
huizenprijzen is evenwel piet voortgeko
men uiit stijging van den gromd, maar pit
die van grondstoffen, en loopt overigens
thans reedis weder terug.
Het door den vierstarschrijver genoem
de cijfer is wel juist; het betreft het spul-
kanaal, wiaar door toevallige omstandig
heden deze grond te krijgen was. De bere
kening is voor de gemeente preci es klop
pend, zooals spr. nader becijfert.
De heer Zondervan meent, dlat het
geen de heer van Os aanvoert, al een be
wijs is voor wat zal geschieden en van wat
thans reeds geschiedt: een particulier pro
fiteert nl. van den grond, die door de ge
meente bouwrijp is gemaakt, zooals aan
den Singel. Wat betreft die moeilijkheid
om aan hypotheek te komen, de heeren
bouwers weten er nog wel aan te komen,
en laat de gemeente dan een hypotheek
bank stichten, wat is diaar tegen?
(Uitroepen van verwondering, schrik,
enz. Gefluit en rumoer).
De heer Zondervan, voortgaande,
wijst erop, dat na 75 jaar van den opstand
niet veel meer over is. Spr. geeft nog
meerdere voorbeelden, o.a. aan den
Ruyghweg, waar door een bouwvereeni-
ging gebouwd werd', hetwelk, na het be
kende droevige verloop, met een zoet
winstje weder voor particulieren beschik
baar werd gesteld, enz.
De heer Van Dam: De heer Zonder
van praat over realiseeren van die waarde
maar de gemeente realiseert de vermeer
dering der waarde bij eersten verkoop.
De heer de Zee merkte op, dat na het
vastgelegde uitbreidingsplan-wellicht nog
wat betaald' is. Het kan inderdaad' voor
komen en ig niet prettig, maar het gaat
er voor de gemeenschap om wat het beste
is. De koop er neemt d'e beste 'grond. Ja,
maar de pachter ook. Dit is zuiver een
kwestie van een compromis. Overigens
moeten wij niet achter ons zien of er wel
eens waardestijging heeft plaats gehad,
wij móeten in de toekomst zien.
De heer Verstegen: De kwestie is
minder eenvoudig dan sommige leden
meenen. De kwestie van erfpacht of ver
koop heeft een gemeensohapsbeteekenis.
Men kan zich plaatsen op het oud-liberale
standpunt van den heer van Dam, omtrent
„vrijheid", men kan ook meer het
moderne standpuntzijn toegedaan, dat
de gemeenschap in het algemeen belang
heeft in te grijpen. Dit zijn principieele
verschillen, en als ieder op zijn eigen
standpunt blijft staan,, redeneert men
langs elkander heen en komt niet verder.
Het eene is dus gemeenschapszin, het
andere is het „laat maar gaan"-standpuni
der liberalen.
Om speculatie tegen te gaan heeft de
gemeente 'grond in bezit gekregen, hoofd
zakelijk aan de 'grens der bebouwde kom,
mede om te voorkomen, dat bet bouwrijp
maken den grond niet te duur zou maken.
De gemeente heeft daarmede succes ge
had en1 de heer van Os heeft dat voor
treffelijk uiteengezet. Daarna komt deze
heer met zichzelf in tegenspraak door te
zeggen: hoe zal dit in de toekomst gaan?
Want wij zien thans op-erfpachtsgrond
bouwen op plaatsen, waar wij dit niet had
den verwacht.
Als wij' den door den heer van Dam
aangegeven' weg opgaan, en bepaalde
blokken voor verkoop aanwijzen, is daar
dit gevaar aan verbonden, dat de Raad
dan straks voor de vraag zal komen te
staan het uitbreidingsplan te wijzigen en
verschillende bouwverboden op te heffen.
De heer Bok: Dat is uit den tijdL
De 'heer Verstegen: Uit den mond
van iemand als de heer Bok apprecieer
ik deze uitlating ten zeerste. Deze zaak
is er eene van de toekomst. Als het uit
breidingsplan wordt gewijzigd, kan de
eigenaar zijn terrein verkavelen en er
allerlei kleine straatjes op projecteeren.
Met het amendement Zondervan kan dat
worden voorkomen.
De heer van Dam vraagt voor de
derde maal het woord.
De Voorzitter weigert dit, omdat
we op die manier niet tot een eind komen.
De heer van Dam dringt aan, doch
legt zich tenslotte neer bij 's Voorzitters
leiding.
De heer van der Veer meent, dat de
heer Zondervan een zeer slecht boer zou
(zijn, hij' zou geen kwartje verdienen. Spr.
meent, dat ais wij met verkoop een paar
stuivers kunnen ontvangen, wij daarmee
onze schuldenlast kunnen afdoen. Wij
moeten thans 0 rente opbrengen ter
wijl we maar ongeveer l1/» ontvangen.
We moeten zaken gaan doen en niet maar
vasthouden wat we hebben. De soc.-dem.
willen niemand iets laten verdienen, maar
ze halen wel alles naar zich toe. Het is
toch geen misdaad als men tracht wat te
verdienen.
De heer van Breda citeert een uit
spraak van den heer Ankerman en wijst
er op, dat het geenszins de bedoeling ia
het uitbreidingsplan te wijzigen. Spr. is
dankbaar voor de discussie, die ten op
zichte van verdere voorstellen nut op
leveren zal.
De beer Zondervan handhaaft zijn
voorstel (verkoop alleen van bebouwden
grond). Het wordt verworpen met 15
tegen 5 stammen. Vóór- resp. tegenstem
mers waren de heeren Zondervan, He|j-
blok, Boogaard, de Zee en Verstegen.
Tarief Waterlevering.
Voorstel tot wijziging van art. 4 der
Verordening, bevattende de voorwaarden,
voor de levering van water door de ge
meente Helder.
Held. Crt., 29 April.
De heer Zondervan heeft de vorige
maal deze aangelegenheid reeds ter spra
ke gebracht. Ter wille van het juiste ver
band w'1 spr. evenwel thans nogmaals de
groote lijnen ervan aangeven. Deze ta
rieven zijn opgesteld in aansluiting op
liet verschil in nieuwe huurwaarde, en
dat is nogal aanmerkelijk. Wij meenden,
dat de bijlage conform de begrooting was
opgesteld, maar het blijkt, dat de prijzen
voor 'het oververbruik nog scherp ver
hoogd zijn 1).
In de oorspronkelijke bijlage stond
voor het meerverbruik (dat is het ver
bruik boven het tariefsmaximum) een
prijs van 40 cent den meter; in een ver
beterde bijlage, is deze prijs verhoogd tot
niet minder dan 62 oent den- meter!
Redactie.