van vrijenHEn trouwen.
Populair Bijvoegsel van de
heldersche courant,
Zonderlinge lotgevallen
in het Dagelijksch leven
van ZATERDAG 6 DEC. 1924.
Nr. 152 (AUTEURSRECMTEN VOORBEHOUDEN)
UIT DE OUDE DOOS.
Antieke Zeden en Gewoonten uit onze elf Provinciën.
Als de dag van trouwen nadert
Nu we zoo langzamerhand verschillende
en naar het ons voorkomt: voorloopig
genoeg zaken hebben aangehaald in
verband met het vrijen van onze voor
ouders, gaan we eens over tot het eigen
lijke einddoel van alle vrijen.
Het trouwen 1
De aandachtige lezer(es), die waargeno
men heeft in hoevele dingen het vrijen
van vroegere geslachten afweek van het
tegenwoordige, zal hij voorbaat overtuigd
wezen, dat ook bij het trouwen heel wat
anders te pas (kwam. En met reden 1 Het
trouwen in vroeger dagen had heel wat
voeten in de aarde.
En- voor ik tot bijzonderheden feom wil
ik al dadelijk stilstaan bij één kenmer
kend onderscheid, rul. de pracht en praal
van het vroegere huwelijk.
Wij, moderne menschen, worden al so
berder. Zelfs breekt hier en daar de zucht
al baan om zooveel mogelijk de vroegere
huwedijkskleeding af te schaffen. De ge
vallen zijn niet meer zeldzaam, dat een
jong meisje in een correct mantelpakje
en de jonge man in een tiptop colbertje
trouwt
Vroeger was dat heel anders.
Wanneer een vader zijn dochter uithu
welijkte, werd er degelijk alle moeite ge
daan om het geval luister bij te zetten. Het
moest een vertooning worden! Vooral een
vertooning. Wat anders altijd nagelaten
werd, dat kwam bij een trouwpartij naar
voren. De spaarzaamheid en de karigheid
oude karaktertrekken van ons Hollan
ders schenen dan opeens niet meer te
bestaan I Neen dan liep het wel eens de
spuigaten uitl
Iedereen zal begrijpen, dat ik niet over
drijf, wanneer ik vertel, dat er in vroeger
dagen zelfs verordeningen zjg. keuren
bestonden tot beteugeling van uitspat
tingen bij bruiloften!
De tekst van deze verordeningen liet
geen twijfel over. In een volgend opstel
zal ik er ettelijke voor u overschrijven.
Vooraf echter wil ik u de gelegenheid
geven om te oordeelen, dat deze keuren
werkelijk geen overbodige weelde waren.
Maar dat ze eigenlijk brood noodig waren.
En dat er zelfs bij het bestaan van deze
keuren nog op een zonderlinge manier
werd „bruiloft gehouden", dat het de
moeite waard is een paar staaltjes te ver
halen.
Als eerste staaltje van pracht en pronk
bij een eerste klas bruiloft vertel ik u dan
van Hertog Karei den Stoute. De schrijver
Streezo vertelt in zijn „Leefwijze der Ne
derlanders", dat op diens bruiloft o.m. na
gemaakte walvisschen in de zalen werden
rondgeleid. Zij werden vergezeld van op
vernuftige wijze rond dansende zwijnen,
zingende ezels en apen, die op vedels
speelden!
Als attractie bovendien waren daar ge
durende den duur van het feest (dat tus-
schen twee haakjes niet in één dag afliep!)
zjg. Donderbanketten.
Door de'zich openende zoldering van
de zaal kwam dan op een gegeven oogen-
■blik een wolk naar beneden, die met het
geluid van eèn zwaar onweer losbrak en
een hagel van lekkernijen, koeien en sui
kerwerk en een regenbui van welriekend
water op de gasten deed neerkomenl
Opmerkelijke berichten zijn er ook in
de werken van Mr. G. van Hasselt, aan
gaande de pracht van de banketten ter
gelegenheid van het huwelijk van Hertog
Karei van Gelder. De stad Zutphen, waar
het feest plaats had, was voor deze gele
genheid haast tot één bruiloftshuis inge
richt. De straten waren met groote
scheepszeilen behangen en de wjjh
stroomde uit fonteinen op de hoeken van
sommige straten.
Tot een levend bewijs van de daar ge-
dat de heer Nioolaas van Adrlchem, Abt
datde beer Nicolaas van Adriohem, Abt
van Egmomd, in den loop van den dag
stierf door het overmatig gebruik van
wijn en spijzen!
Zoodat ik maar zeggen wil.
En er waren niet veel omstandigheden,
die zulk een feest konden verhinderen. O,
neen. Al was de tijd van het jaar nog zoo
slecht, al was er oorlog of honger in het
land. Al moest het geld ervoor worden
geleend: bruiloft moest er worden ge
houden!
Als de vader eenmaal zijn toestemming
gegeven had, dan werd alles op haren en
snaren gezet om de vertooning van het
bruiloftsfeest door te voeren.
Een ietwat grievend staaltje te dien op
zichte 'bezitten we in een oude schilderij,
voorstellende een overdadige bruiloft met
gerechten van paardevleesch en lijnkoe
ken en wafelen. Deze bruiloft werd gehou
den tijdens den heersohenden hongersnood
hij' de belegering van de stad Middelburg
in 1574.
Slechts in éên enkel geval werd- nog
al zonderling juist voor die tijden van
alle pracht en praal bij de bruiloft afge
zien^ En dat was wanneer de bruidegom
zich kennelijk de rechten van den echt
genoot te vroeg had veroorloofd Het
versje zei:
Een bruidje zonder maagdekrans
Krijgt een bruiloft zonder glans!
En daar hield men zich aan. Dan waren
er geen koeken en geen kransen en geen
vlaggen.
Schetsen uit IJmuiden,
door
CAREL i. BRENSA.
11 in
DOOR DEN KIJKER.
In Zeeland 'ging men zelfs zoover, dat
wanneer er een bruid als Jongedocfhter"
was aangeteeikend en haar eerste 'kind
werd te vroeg geboren dan werd op last
van de vroedschap of van den kerkeraad
het gemelde woord in de registers.
doorgehaald!
(Wordt voortgezet).
Een Salomo's oordeel.
Jansen ent Peperman waren twee onge
veer gelijke menschentypen. Ze waren
beide ten naastenbij even oud: Ze waren
renteniers en bovendien'buren.
En zooals dit natuurlijk vanzelf spre
kend was: Ze hadden altijd wat tegen
elkaar te vitten en te ruziemaken. En aan
gezien ze allebei den geheelen dag zoowat
niets te doen hadden, waren ze er lang
zamerhand toe gekomen om den tijd: te
dooden met het uitvinden van de meest
ingenieuze onaangenaamheden tegenover
elkaar.
Ze zaten elkaar dwars als twee straat
jongens, die vechten. Ze wisten niet wat
'ze moesten verzinnen om elkaar het leven
zuur en bitter te maken.
Jansen en Peperman kwam ook hierin
nog overeen, dat ze beiden een papegaal
hadden. Kort na elkaar gekocht omdat de
een niet voor den ander wilde onderdoen.
Gewoonlijk hingen de papegaaien over
dag buiten tegen den achtermuur,,
En zoo gebeurde het, dat toen op een
zomeravond Jansen zijn Lorre naar bin
nen haalde, deze ineens tot groote erger
nis van zijn patroon begon te roepen:
Jansen is eten varken!
Lorretje.Wat beteekent dat?
riep Jansen verontwaardigd.
Varre-kenscheeuwde Lorra
Ha! dadht Jansen dat is een
ui van m'n vriend Peperman. Die belee-
digt me zoo in an'n eigen huis.Wacht
maar.
En sindsdien schonk Jansen buitenge
woon veel aandacht voor de lorre van
zijn buurman. Telkens als deze buurman
niet thuis was, nam Jansen de gelegen
heid waar om diens vogel eenige lieflijk
heden te leeren.
En op zekeren dag was ook vriend Pe
perman niet weinig verbaasd van zijn
eigen lieve lorre te hooren:
Peperman ls een ezel!
Hou je bek! schreeuwde Peper
man woedend.
Ezel!.herhaalde de onbeschaam
de vogeL
En van dat oogenblik af was het levén
voor de beide buren onuitstaanbaar. De
papegaai van Jansen riep pit den treure:
Jansen is een varken.!.. En niets ver
mocht den vogel bewegen van- zijn laatste
lievelingsroepje afstand te doen!
Niet minder werd het geduld van Pe
perman op de poef gesteld
Peperman is een ezed! riep de an
dere papegaai den heelen dag door enri
zijn oor.
En wat de buren In het geniep ook de
den. De papegaaien waren bedorven. Er
was niets aan te doen.
En de bedde aartsvijanden konden het
ten leste niet meer uithouden. Zij daag
den elkaar voor den kantonrechter.
Op een zekeren morgen begaven bei
den zich naar het gerechtsgebcpw
ieder gewapend met het oorpus deliotd: de
papegaai. Ze wilden het den rechter met
eigen ooren laten hooren.
den 'beginne was het een houten gebouwtje
met in (toofdzaak een grooten vlaggestok.
Aan dezen vlaggestok werden de verschil
lende teekens, en vooral' seinen geheschen.
Bij dag vlaggen en wimpels, bij' nacht lan
taarns.
Dat deze manier van doen voor vijftig,
zestig jaar geleden toen er nog geen elec-
trisch licht en nog geen telegraaf, laat staan
Morse-teekens of Radiografie 'bestonden,
nog al wat te wenschen overliet, laat zich
begrijpen.
Ook de IJmuider Semaphoor was in dit
opzicht voor jaren terug een primitieve in
richting vergeleken bij de tegenwoordige.
Het was ook een houten gebouwtje op den
top van het hoekduin. En om maar iets te
noemen: Alles ging met lampen met dood
gewone ouderwetsche petroleumlampen. De
beide punten van de uitgestrekte pieren en
de punten van de daarbinnen liggende strek
dammen werden jaren lang verlicht met
olie-lampen. De vuurtorens werden verlicht
met reusachtige olie-lampen. Daarin woonde
een torenwachter, die niet veel anders te
doen had dan de lampen lederen dag schoon
te houden, de roet weg te vegen en de pit
ten bij te 'knippen.
Alle stormseinen), veiligheids- en haven
lichten, etc. waren.... oliepitten.
En ieder zal beseffen vooral de Helde
naren, die zelf min of meer met dit bijltje
gehakt hebben en zich de dagen van Olim
en de olielampen nog herinneren wat het
beteekende om in stormweer de olielampen
bij te houden en te zorgen, dat ze weer bran
den gingen ais ze waren uitgewaaid.
Daarover alleen zou een interessant ver
haal te schrijven zijn.
De Semaphoor van IJmuiden is tegen
woordig een stevig vierkant steenen ge
bouw, waarop een machtige stellage staat
van zware ijzeren binten en halken. Het ge
heel staat juist op de punt van de haven-
invaart en vlak naast de buiten-vuurtoren.
Het vooraanzicht op de eerste verdieping
is bijna geheel van glas, waaromheen een
ballustrade loopt. Van hier uit heeft de
semaphoorwacht een ruim en vrij' uitzicht
over de geheele haveninvaart, terwijl ze te
vens achteruit de monding van het Noord
zeekanaal en de sluizen overziet.
In het wachtlokaal bevinden zich verschil
Verklaar mij wat u hier voert zei
de rechter. En meteen hoorde hij uit de
linkerhoek van de zaal:
Jansen is een varken!.
En van de andere kant werd er geroe
pen:
Peperman is een ezel!
Asjeblieft geen beleedigingen hier!
riep de rechter ernstig.
Toen wezen de twee vijanden op 'hun
papegaalep en legden dien rechter de
zaak uit.
Gij hebt eikaars papegaaien' dus be
dorven? vroeg d© rechter, terwijl hij
met moeite zijn lachen bedwong.
Jansen is een varken!.obreeuw
de de papegaai.
Peperman is een ezel.... riep de
andlere er tusschen.
De rechter zette een ernstig gezicht en
zei:
Luister naar mij.Jansen, geef
uw papegaal aan mijnheer Peperman.
en gij Peperman, geef de uwe aan mijn
heer JansenZiezoo.Nu kunt gij
beiden met uw vogel naar huls gaan.
En gij zult tevreden zijn!.B.
DE BEGRAFENIS VAN HERMAN
HEYERMANS.
Fantasie en.werkelijkheid!
Herman Heijeimans is begraven en de
goê-gemeente is het erover eens, dat het een
teraardebestelling was, zoo ontroerend van
nobele pracht, zoo merkwaaTdig van alge-
meene deelneming en zoo In het oog loopend
van vertoon als er in jaren niet heeft plaats
gehad.
Het was een koninklijke begrafenis.
En daarom lust het mij hier een klein
citaat te geven uit een heel oud1 Schetsje van
wijten Heijermans zelf verschenen als
een z.g. „Falklandje" in het Algemeen Han
delsblad" voor jaren geleden en laatstelijk
•uitgegeven door de W.-B. in het jaar 1906.
Het schetsjje heette: „Mjjn Begrafenis!"
En hier is dan verder Samuel Faikland
aan het woord:
...."Wanneer Ik zeer pertinent verklaar,
dat ik volkomen tevreden ben met mijn
maandelijksch budget, heelemaal geen be-
geeren heb naar brandkast, noch andere vei
ligheidsmaatregelen, 't opperbest kan stellen
met driecentssigaren enzoovoort dan zal
niemand mij waarschijnlijk aanzien voor een
dier mopperende burgerluidjes, d'ie over den
„rijkdom" chagrineeren en „rood" stemmen,
omdat 'n ander meer duiten heeft.
'Maar töch heb ik wel eens 'n bul van lui-
iekkerlandsverlangen en in het bijzonder
hoop ik ter gelegenertijd een éérste klas
begrafenis te hebben. Dikwijls dacht ik wel
bij mezelf als ik er weer en nog eens over
peinsde, dat 'n éérste klas begrafenis zoo
verieideljjk-sympathiek is dat zulk een
fantasie infaam, ziekelijk is. Wat kun je er
aani doen? De een smulhannest de ander
fokt hondjes.Ik ben dol, Ti zeg 't zonder
eenig grapje, haast zou ik er mijn woord van
eer op geven: op 'n echte-rijke, deftige be
grafenis.
Wanneer ik een eerste klas begrafenis zie
trekken door de straten, heeft dat altijd' iets
touchants voor me. Ik verbeeld me lijk te
zijn. Ik stel1 me voor, dat i k onder dat zwarte
laken lig, dat die kransen voor mij zijn.
Ais er veel volgkoetsen zijn, vind' ik dat aan
genaam en de belangstelling der omkijkende
menschen gaat me persoonlijk aan het hart.
Ik herhaal, dat het geen spot is.
lende natuurlijk eerste klas kijkers,
waardoor de wachtslui de territoriale zee
streek en alles wat daarin gebeurt bespieden,
En van hieruit geeft zij door middel van
verschillende teekens op de hooge stellage
te verstaan wat er gebeurt.
En.wat er moet gebeuren!
'Want de Semaphoorwachter is ten op
zichte van den havendienst van IJmuiden
wat de officier van de wacht is op de brug
van een schip. Hij ziet alles en regelt alles
en commandeert zoo noodig.
Dat regelen1 en commandeeren doet hij' nu
door middel van de „stellage" in de eerste
plaats. En zij, die in IJmuiden hekend zijn,
kunnen dan van de Stellage ook alles af
lezen, alsof het een aanplakbiljet was.
[Men leest er in de eerste plaats van af
hoe hoog het water is in de sluis. Bij dag
geschiedt dit door middel van zwarte ronde
en driehoekige schijven. Er zijn vier ronde
en vier driehoekige schijven boven, elkaar.
Vertoont zich de bovenste ronde schijf in
de stellage, dan staat er 80 palm water in de
sluizen. Eike schijf die daarbij komt rekent
voor tien.Moet er een onderdeel van tien
worden bijgevoegd, dan vertoont zich naast
de ronde schijven een of meer driehoeken.
Deze tellen ieder voor twee. Zoodat op deze
wijze steeds het juiste pahngetal is aan te
geven.
'Aangezien bij nacht deze donkere schijven
niet zouden zijn waar te nemen, worden ze
dan vervangen door liohiten. Roode lichten
en groene en witte. Met de groene en witte
geeft men weer de palmhoogte aan. Het bo
venste groene licht teil weer voor 80 en ieder
groen licht daaronder voor tien. Ieder wit
licht daarbij' rekent voor twee.
De roode lichten worden in de eerste plaats
gebruikt om aan te geven, dat er in de slui
zen gespuid' wordt Een driehoek van roode
lichten beteekent spuien in één sluis. Twee
driehoeken van dezelfde lichten 'beteekent
spuien in allebei de sluizen.
Deze zelfde driehoeken van rood licht ver
toon en zich dan op de koppen van de sluis
en daarmee houdt b.v. de loods, die een schip
binnen brengt rekening.
Zoo gaat het maar voort. Het Semaphoor-
gebouw onderhoudt verbinding door middel
van teekens met de buiten de pieren sta-
tionneerende loodsboot Zij signaleert de in
'n Eerste klas begrafenis is de grootste
fuif van je leven, als je zeil onder de kran
sen ligt
Ze kost je, om te beginnen, persoonlijk
geen cent geen minuut finantieele zorg.
Je nabestaanden betalen. Die deelen ook in
de eer van de eerste klasse. Uit de benauwde
doofpot van je klein burgerlijkheid' wori je
plotseling kosteloos in het volle straten-
lawaai gebracht gereden in je eigen equi
page met bedienden in ornaat die nu res
pect voor je hebben. „Mijn jongen" zeg
je tot jezelf „wat verheffend en touchant
als je letterlijk begraven ligt onder kransen.
Als je goedi telt al je familie, je ooms, je
neven bij elkaar, krijg je nog meer volg
koetsen, dan de meneer, die daar rijdt
Wat zal' dat deftig en aandoenlijk zijn, mijn
jongen".
„Je heele leven ben je door geen lakeien
bediend en nu Ibopen er dozijnen om je kist
en bij de portieren van elke volgkoets."
Wat staat hun dat costuum, de zwarte
livrei, 6choon. Welk een tonige eenvoud van
zwarte tressen. Je boft, mijn jongen
eindelijk steek je dan eens anderen de oogen
uitHet heeft lang geduurd, maar nu
ben je er! Adie slager, kruidenier, groente
boer, bakker, melkboer, huurbaas, belasting
autoriteiten, kleermaker!.... Adie!.... Ik
lach jullie uit Ik onder mijn deftig zwart
laken en mijn kransen: Ik, die hier alleraan-
genaamst lig, terwijl mijn ergste vijanden,
zelfs mijn huren, goed van me dienen te
spreken en niemand' iets van me te vorderen
heeft. Mijn jongen dit is de couronnement
de 1'édifice.Een eerste klas begrafenis is
de grootste ibofferij 'n vriendelijk feest
zonder grauwen morgen of haarpijn....
Alles concentreert zich opeens om je hean.
En die dure kransen.En die dure koet
sen.... En die dure rukken en overhem
den...."
Werkelijk, het denkbeeld van met veel
ceremonieel, veel nette rijtuigen, veel kran
sen, begraven te worden is een vertroos
tende eindgreppel op het grasveld van het
leven, waar we rustig te grazen loopen, bafig
voor 'n molshoop
Ik misgun.' een doode zijn stoet geenszins.
Het lijkt me volkomen gezellig door veel
menschen te worden weggebracht van
'n genoeglijkheid zonder einde, veel statie,
veel uitpakkerjjgeen katterigheid.
'Zoo is het sarcasme van Heijermans aan
hem zelf tot werkelijkheid geworden....
SINTERKLAASVIERING OP TEXEL.
De wijze, waarop de Texelaars het St.
Nioolaasfeest vieren, is, naar ik meen, nog
weinig bekend en komt ook op andere
plaatsen „aan den overkant" niet voor,
tenminste niet in dien vorm. Dit kinder
feest bij uitnemendheid met zijn gouden
poëzie en romantisehen achtergrond, de
laatste jaren helaas eenigszins in degra
datie, is op Texel baast nog van meer
beteekenis voor de volwassenen, dan voor
de kleintjes. De oorsprong zal misschien
wel te diepen zijn uit de geschiedenis van
oeuwen herwaarts, maar ligt in ieder ge
val lang niet zoo voor de hand, als die
van Paasohvuren, welke trouwens op
Texel ook nog voortleven, of liever voort-
smeulen als „Meierblitsen" of Meierblut-
sen". Zoo klein van omvang Texel ook is,
zijn er toch nog zeer uiteentoopende
dialecten te bespeuren, evenals er ook
verschil is tusschen de. bevolking van het
oude en van het jonge gedeelte. De typi
sche manier waarop de „jarigheid" van
dep goeden heilige gevierd wordt, is ech
ter over het 'geheele eiland dezelfde. Hier
ligt nog terrein braak voor den folklorist.
Het feest bestaat uit twee gedeelten:
„ouwe Sunderklaas" en nuwwe Sunder-
klaas", respectievelijk op 12 en 5 Deo.
Het zijn allebei verkleedpartijen en het
tweede feest is een getrouwe herhaling
zicht zijnde schepen en seint hun binnen
komst direct door naar Amsterdam. Zij roept
door een sein aan de stellage de loodsboot
naderbij' als dit noodig is.Zij annonceert
door middel van twee vlaggetjes of het eb
is of vloed: Zij houdt jaren lang de registers
bij van de 'binnenkomende en uitgaande
schepen. Zij bedient een op het hooge duin
staanden mast, waaraan door middel van
zwarte 'ballen of roode lantaarn of roode
lantaarns de in aantocht zijnde storm te
lezen is.En vooral': zijl is de ziel van een
van de grootste verschrikkingen van IJmui
den. N.1. de „Zeekoe"!
De Zeekoe, dat is een geweldige misthoorn
van buitengewoon onsympathieke capaciteit.
Zij staat op het uiterste punt van de Zuid-
pier en blaast onverschrokken) al is het veer
tien dagen aan één stuk, zoodra het dik en
mistig word't op zee.... Achter het Sema-
phoorgebouw ligt een groote ketel, waarin
saamgeperste lucht verzameld' wordt en met
deze lucht blaast de Semaphóor en. bootst
een doordringende loei na van een koe....
Maar dat is dan ook het eenige wat je de
Semaphoor kwalijk te nemen hebt.
In hoofdzaak is de „Semaphoor" als sym
bool' een merkwaardig verschijnsel. Ze ls
de trouwe wachter van de zee. De eerlijke
waarschuwer en inMchtingen-gever. Wat
wij1 van de zee en van de schepen nog niet
zien, dat heeft zij al lang gezien en waar
schuwt ons als het noodig is.... De Sema
phoor is een prachtig symbool. Het is een
al-ziend oog en het al-hoorend oor. Het is
de onontbeerlijke en onschatbare bemidde
laar geworden tusschen de ondoorgrondelijke
zee en ons, simpele menschen.... Het is
een trouwe wachter, die hoog boven de men
schen uitsteekt, want ze kent geen voorkeur,
ze kent geen intrige en geen kwaadspre
kerij. Ze kent geen vleierijl en geen zucht
naar gewin.
Ze kent alleen haar hooge en onverander
lijke plicht voor het heil van de menschen!
In dit opzicht kan ze ons vaak tot voor
beeld zijn en tot diep nadenken stemmen.
(Wordt voortgazet).
't Jutte rt je
0
Door CAREL BRENSA.
Oorsprong en beteekenls van
de „Semaphoor" voor de zee....
Het woord' „Semaphoor" is eigenlijk een
verbasterde samenstelling van twee Griek-
sche woorden, die ik hier niet neerschrijven
kan, omdat mij de lettertypen ontbrekea
Deze woorden zijn in het Hollandsch over
gezet: „Teek en" en „Ik draag".
Semaphoor beteekent dus „Teekendrager".
En in de periode van de oude Grieksche
beschaving in den tijd, waaruit het eigen
lijke woord1 stamt, werd dan ook de Sema
phoor voor verschillende doeleinden ge
bruikt. Men had1 teekendragers voor allerlei
en aan deze teekendragers herkende men in
den regel den aard1, de geboorte, den land
aard van stammen, van volken en groepen,
die de Spelen bezochten en van de legers,
die aan de oorlogen deelnamen. Want Grie
kenland bestond in dien tijd uit een samen
voeging van verscheidene staten en rassen:
zooals tegenwoordig de Vereemgde Staten
van Amerika.
De teekendragers, dat wanen zoo ongeveer
de banierdragers van onze vakvereenigingen,
onze corpsen, etc.
Maar langzamerhand heeft het woord deze
beteekenis verloren. In onze dagen geldt het
nog maar voor een enkele soort van teeken
drager: De teekendrager, die staat op ver-
schillende plaatsen aan de kusten van de zee.
Het zijn tegenwoordig huisjes met de
meest volledige deininriohtingen, die aan de
kust van de zee staan en de meest beteeke-
nende verbinding vormen tusschen het leven
ter zee en het landt
In de helft van de vorige eeuw werd alge
meen de behoefte gevoeld' aan betere wijze
van communicatie en aan een betere inlich
tingendienst, aan betere hulpmiddelen in tijd
van nood' en aan hetere regulatiediensten aan
belangrijke havenmonden.
Toen k wam men weer op de gedachte van
de Teekendragers. En het gevolg was het
ontwikkelen van de Semaphoor-huisjes.
De eerste van deze semaphoor-inrichtingen
verrees in het jaar 1862 aan de Fransche
kust. Spoedig kwamen er meer. En toen de
proeven bleken te slagen en deze wijze van
verbinding en regulatie gunstige resultaten
brachten, volgden andere landen het goede
voorbeeld. En langzamerhand verrezen langs
verschillende kusten soortgelijke teeken
dragers.
Ook langs onze eigen kust
En een daarvan nu staat recht tegenover
het kustfort aan de buitenhaven van
IJmuiden.
De uiterlijke en Innerlijke Inrichting van
zoo'n Semaphoor onderging in den loop der
jaren reeds belangrijke veranderingen, i In
Brensa.