STOOMT AARTBERICHTEN. Tl11? den brand Oostoian, waar de styfseUabnek „de Arend" in vlammen opging etc. De sport is vertegenwoordigd door kieken van den Nooid-Holl. wegwed strijd en het vertrek der Noord-HoiL schaatsenrijders naar Davos. nog alechts door «en opening ln den nek f j111 hal€n- Het kunstmatig strot- Wht°°i Merop 8*zet 611 8al aan de nicht, dezelfde vlbreerende beweging, die e natuurlijke stembanden veroorzaken. 0611 buikje werd deze luoht naar den mond geleid en daar met behulp van lip pen en tong tot verstaanbare taal gearti culeerd. liet klonk allen veel monotoner dan gewone spraak. Het was voor den uitvinder niet gemak kelijk het toestel volgens zijn denkbeeld uitgevoerd te krijgen. Het behoeft ge lukkig te zelden gebruikt te worden, uan dat een fabriek er iets aan zou kun nen verdienen. Ten slotte werd het ver- \aardigd in d© laboratoria van de Ame rican Telephome Oompany, waar men de met telefoon-studie verkreigen kennis van de menschelijke stem ook aan het appa raat ten goede kon laten komen. De chemie van honing. In „The Lancet" wordt de aandacht ge vestigd op de waardjevolle eigenschappen van honing, die een snel resorbeerbaar voedöel! is. De honing is tegenwoordig niet mijer zóó in tel als hij vroeger Was; toch verdient hij wei weer meer gebruikt te worden. Een gemiddelde van dertig analyses geeft de volgende samenstelling in percenten: water 17,2 vruchtensuiker 894 druivensuLker 84 dertrine 0,45 rietsuiker 0,40 mierenzuur 140 eppeteuur 0,30 azijnzuur 0,20 was 0,90 eiwitten 1,80 miner, zouten 0,75 ombepaald! 8,80 Onder de minerale zouten bomen calcium, magnesium, ijzer en phos- phorzuur voor; ander de onbepaalde stoffen waren1 harsen, gomstoffen, kleurstoffen en vluchtige oliën. De saraenslteMng is dus vrij gecompli ceerd, maar de hoofdbestanddeelen zijn de monosacchariden vruchtensuiker en dniivemsuiker. De calorische waarde van honing is hoog; een ons correspondeert met ongeveer 300 calorieën; bijna even veel als onopgeloste rietsuiker. Het is niet geheel bekend waar al die bestand- deelen vandaan komen. De suikers ko men direct uit den nectar en de sappen van de plant De herkomst der dertrinen is onbekend. De eiwitten komen van het stuifmeel der planten. De was is een stofwisselingsprodukt van de bij; de productie van honing en was staan bij die bdj in omgekeerde even redigheid; vermeerdert de een, dan ver mindert de ander. Het voornaamste be standdeel van de was is de palmitinezure ester van myricyllaloohol. Ook andere esters komen erin voor. Het percentage organische zuren is hoog, soms tot 2 De (echte) honing bevat ook vitaminen, zoowel het in velt als in water oplosbare vitamine. Bovendien; zijn er enkele fer menten in gevonden, b.v. de invertase, die de rietsuiker splitst. De nectar van d% planten, die rietsuiker bevat, wordt in d'ee ,ki die bij omgezet dloor fermenten, die door klieren in den krop en de borst van de bij worden afge scheiden. Maar deze omzetting is niet volledig en gaat nog door als d!e honing in de graat is gedeponeerd. Een voordeel van honing is, dat hij Een ander gevolg van dat conflict .is, dat de eendenhouaers dood' verlegen zitten om puf, en dat er voor dat eendenvoer eveneens ongekend hooge prijzen worden besteed. Inderdaad zitten de eendenhouders met de handen in het haar en daar de proeven van Dr. Te Hennepe te Volendam, om dé eenden zonder vischproducten te voéden, nog niet voldoende gegevens voor den algemeenen eendenboer bevatten, moeten en zullen ze vischvoeder zien te bemachtigen. Zoodat zich het eigenaardige feit voordoet, dat de eenden schoot gaan met het voedsel, dat eigenlijk voor de menschen bestemd is en dat b.v. de sardientjes worden opgekocht om, ergens in het Waterlandsche gebied, de snateraars tot spijs te dienen. Het spreekt vanzelf, dat, volgens de nog altijd gangbare noodwendigheid van „vraag en aanbod" de prijs, ook van sardien, hoog is. Ligt het niet voor de hand, dat- men hun kert naar wat beter weer, opdat de visschers- vloot kan uitvaren.- Zoolang het conflict te IJmuiden duurt, zullen de prijzen der vischsoorten hoog blij ven en daarvan zou men in grootere mate hier kunnen profiteeren als het weer wat gunstiger was. Alle vischsoorten zijn thans hoog in prijs. Te voldoen aan de groote vraag is er thans toch niet, doch de menschen, die, óf geld te veel hebben, óf visch als een soort medicinaal voedsel moeten gebruiken, zullen die hooge prijzen óf achteloos besteden, óf met woede in het hart hun penningen uittellen. De een z'n dood is de ander z'n brood. Weinigen zullen er zijn, die daarom zullen wenschen, dat het conflict nog lang zal du ren, doch ze zullen er zijn, en die zijn van het genre uit den oorlogstijd, toen er einde lijk vrede in 't zicht was en die enkelingen spraken van: als de vrede losbarst. Laat ons hopen, dat IJmuiden spoedig van deze ramp bevrijd zal zijn, want dat het daar aan de grens van een débflcle staat, be hoeft wel voor hen, die willen nadenken, geen betoog. Robinson. LANGS DE STRAAT. zeer snel in het darmkanaal wordt opge nomen, zoodait hij nooit aanleiding geeft tot omgewemschte gistingen in den darm. Daarom is hij in sommige gevallen, voor zuigelingen en kinderen h.v. te verkiezen boven rietsuiker. Door de vetzuren, die hij bevat, bevordert hij de spijsvertering en den stoelgang. Nagemaakte honing; die hoofdzakelijk uit druivemsuiker bestaat, mist al de bjj- bestanddeelen en is dus ais een minder waardig product te beschouwen. EEN BEPERKT VOORDEELTJE. Er is een veel gebruikt spreekwoord, dat wel niet steeds letterlijk moet worden opge vat, doch dat in zijn figuurlijken zin veel waars bevat. De een z'n dood, is de ander z'n brood. Een ongedacht gevolg van de trawlersta king is, dat onze botvisschers vooral daarvan een voordeeltje ondervinden. Nu is hun dat voordeeltje door iedereen, geloof ik, wel gegund, want men weet te goed hier wat er aan vast zit om de bot, buiten Harssens, te bemachtigen. Doch zoo ongekend hoog de prijs, voor bot besteed, thans is, mag zeker wel een unicum worden genoemd. En in hoofdzaak is dat te wijten, of te danken, aan het niet varen der trawlervloot, zoodat de grootstad Amsterdam, met haar ge meentelijke winkels, niet weet hoe aan visch te komen en er mannetjes op uit heeft ge stuurd om (toch maar een staartje in de win kels ten verkoop te kunnen aanbieden. Zelfs in den oorlogstijd heeft men voor bot niet zulke hooge prijzen besteed als thans het geval is. Als men weet, dat voor 1 K.G. ruim 1.werd betaald, kan men even een bere kening maken, wat elke hap visch, ddo men tusschen de kiezen krijgt, dan wel aan waar de vertegenwoordigt. AI happende zuilen velen met mij die be rekening niet kunnen maken, doch zonder te happen zullen we er toch ook wel ongeveer een slag naar kunnen slaan. Want voeding voor de middelmoot der menschen zal het wel niet zijn; ook zal de staart en kop van het mehschdom er wel nuchter van blijven, alleen het neusje van den menechenzalm zal zich kunnen verlusti gen in het consuineeren van dergelijke, naar centen riekende, visch. We zullen trachten niet Jaloersch te wor den op die botversllndera en we zullen kalm vJ afwacnten ons vischje te verorberen totdat wedstrijd tusschen den wind en het water De Pot. Habent sua fata libelli Dit, waarde lezer, is Latijn en beteekent: „Boeken hebben hun lotgevallen". Moge het onderstaande verhaal u doen zien, dat ook petten ze hebben! Vrijdagmiddag 12 uur op de Kerkgracht. Onze nijvere bevolking, voor zoover zij bui tenshuis haar brood verdient, spoedde zich bij het slaan van twaalven huiswaarts. Van alle kanten kwamen ze aan, te voet, per fiets, van noord, zuid, oost en west. Het stadsbeeld op dat uur, is dan zeer levendig. De krach tige wind speelde met al die fietsende en loopende menschen zijn spel; jassen deed hij open waaien, rokken om de beenen fladderen, handen naar de hoofddeksels grijpen. Nog andere, raarder dingen deed hij, waarop wij niet nader kunnen ingaan Plotseling, bijna tegelijkertijd, ontrukte hij aan een tweetal voorbijgangers hun hoofd deksels. Nummer één, wiens hoofddeksel evenals de machinerie van Elettner's rotee- rende zeilschip, draaiende bewegingen maak te, vertoonde een versch-geknipten, tot na genoeg één millimeter ingekorten krullebol, Het lijkt mij onverantwoordelijk midden in den winter met zulke kort-geknipte haren rond te loopen. Dat groeit voorloopig niet weer aan.... Zijn hoofddeksel kwam, na eendge malen in levensgevaar te hebben ver keerd, doordat een paar ijverige school meisjes er haar voetjes op wilden zetten, on beschadigd in het rechtmatige bezit van den eigenaar terug, Erger was het met nummer twee gesteld. Nummer twee was per fiets, en, vóór hij zich rekenschap gegeven had van het gebeurde, lag zijn hoofddeksel in het kanaal. Het was, voor een val in het kanaal, een bij uitstek ge schikte pet. Zij was hoog van structuur, en bevatte een buitengewoon groote ruimte, waarin zich de lucht kon optasten. Boven dien was zij uitzetbaar. Geen wonder, dat de pet zich in het kanaal wonder in haar element bevond. Zij dreef, zooals alleen een dergelijke pet drijven kon, met een zekere trotsch- heid, een fierheid, een zuiverheid van lijn, een sierlijkheid van houding, die bewonde renswaardig waren. De krachtige wind bo vendien deed de pet zeilen alsof zij van ouds- hen een hecht en zeewaardig zeilschip ware geweest. Waarlijk, deze aanblik van de zei lende pet was een lust voor het oog, Toen de eigenaar van het voorwerp zich rekenschap gegeven had van hetgeen er met zijn hoofddeksel geschied was, hjj zijn rijwiel tot stilstand had gebracht, en was afgespron gen, was de pet bereids een paar meter naar het midden van heit kanaal gedreven. Aan vankelijk glimlachend, maar, naarmate het voorwerp meer en meer afdreef, somberder kijkend, stond de eigenaar ernaar te zien. Zijn niet geknipte! haren fladderden in den wind; zijn hart ging uit naar zijn pet, d'e, helaas! op dat oogenblik eenonbereik baar ideaal voor hem was geworden. Natuurlijk stond er oogenblikkelijk een jongen bij het geval. Natuurlijk stond er na twee seconden een tweede jongen. Maar de derde jongen, die voorbijkwam, had klaar blijkelijk te veel honger om zich te laten af leiden door een te water gewaaide pet, en ging door. Meer en meer dreef de pet af naar het midden van het kanaal, minder en minder werd de kans, dat de eigenaar zijn eigendom ooit terug zou krijgen. Zelfs de beide jon gens, die stonden te kijken, vonden het een hopeloos geval, absoluut zonder eenige ro mantiek. Maar zie: daar was lijn in drie drijvende pet, die pet leek, daar ln dat grauwe water, langzamerhand een bezield voorwerp te wor den, dat welbewust een vastomlijnd doel na streefde. Om het maar in 't kort te zeggen: de stroom voerde de pet mee en zelfs leek en in de wiskunde konden uitrekenen, dat zij zeer spoedig aan den overkant zou zijn ge komen. De kwestie was maar of zij zoolang zou blijven drijven. Want van de fiere, trot- sche, hooggebolde pet, die daar te water was gewaaid, was reeds niet veel meer over. Meer en meer doordrong haar het water, meer en meer zonk zij omlaag, en het werd thans een De wind won het, zij het ook op het nip pertje: als een onooglijk, kletsnat vod je voer de hij de pet tenslotte naar de overzij. He laas! eenzaam en verlaten, door niemand op gemerkt, dreef zij tegen de schoeiing aan en, als het lot niet spoedig keerde, zou zij daar toch nog den roemloozen dood van voortij dige ontbinding gestorven zijn. Maar daar kwamen bereids twee aardige meiskes aangestapt Wellicht hadden zij het pettebeest aangezien voor een poesebeest of een half verdronken hondje. Haar jonge oogen speurden scherp ln de verte en hiel den het vreemde voorwerp vast en, naderbij gekomen, posteerden zij zich ter weerszijden van de aangespoelde pet Als fiere amazones hielden zij wacht trouwe wachteressen ble ken zij te zijn, die, evenals de legendarische zuster Anna spiedden of rij niets zagen komen. En van den anderen kant kwam toen, op de fiets, ijlings een blootshoofdig man aan- gepeddeld. Zijn ongeknipte haren wapperden in den wind, hij leek, zoo uit de verte, een jonge Siegfried. Stormen noch koude konden hem deren; glimlachend kwam hij aange sneld. Gudrun en Brunnhilde. de beide Wal kuren, voor deze speciale gelegenheid door irnige soliditariteit verbonden, wezen hem den weg:"hieher mit dem Ross! heia heil zoo riepen ze boven den storm uit En Siegfried kwam, Siegfried wrong zich tusschen het prikkeldraad door, daalde af langs de hermen van het kanaal en haalde met levensgevaar het sliknatte hoofddeksel uit het water om hoog. Daarna plantte hij fier zijnen helm op de wapperende haren en haastte zich naar huis om zijn bereids koud wordende erwtensoep te gaan eten. Zoo ziet u, dat inderdaad ook petten hun lotgevallen hebben, en dat men wijs zal doen bij harden wind zijn hoofdeksel stevig te be vestigen. Want de wind is een rare snaak, en niet steeds zijn er aanvallige meisjes hij de hand om de wacht te houden. Hij Het zoo spoedig mogelijk den hoofd- maohinist en mij waarschuwen, zoomede den sarang en zijn tendals. Nu kwam 't er op aan dien stoker naar dek te krij gen. Over de stookplaats terug, met geen tien politie-agenten, dus toen door de ma chinekamer, wat ook lang niet gemakke lijk ging, daar hij steeds gebonden moest blijven. Lieten wij hem even los, dan sprong hij als een kikker in de rondte, steeds blazende en spuwende. Ik vroeg den sarang: „wat Is er nu Stwmvaartmaatschappij Nederland. Jan Pieten». Coen, arr. 9 Jan. te Batavia. Roepat, paea. 8 Jan. Gibraltar. Rondo, vertr. 9 Jan. v. Padang. Sumatra, vertr. 8 Jan. v. Sabang. Joihan de Witt, vertr. 8 Jan. v. Oolomfco. Rembrand, vertr. 9 Jan. v. Genua. Banka, paee. 7 Jan. Gibraltar Bengkalis, paes. 5 Jan. Gibraltar. Billiton, arr. 8 Jan. te Antwerpen. Karimata, arr. 7 Jan. te Livorpool. Madoera, vertr. 7 Jan. T. Galveston. Manoeran, arr. 8 Jlan. te Antwerpen. Kon. Ned. 8tb. Kil. Berendce, arr. 8 Jan. te A'd&m. Oerea, vertr. 7 Jan. v. Deagateh. Hennee, vertr. 6 Jan. v. Conetanttnopel. Ino, arr. 8 Jan. te A'dam. Juno, arr. 8 Jan. te A'dain. Oreetee, arr. 7 Jan te Cometanaa Pollux, arr. 6 Jan. te KimaaeL Rhea, paes. 7 Jan. Dungeneee. Saturniua, arr. 8 Jan. te R'dam. Stella, paee. 7 'Jan. Gibraltar. Neptunus, arr. 8 Jan. te Bari. Teluue, vertr. 8 Jan. v. Alexandrii. Theeeus, arr. 8 Jan. te Barcelona. Veeta, vertr. 8 Jan. r. Gibraltar. Zeoie, vertr. 8 Jan. v. Malaga. Lima, arr. 9 Jan. te A'dam. Nero, vertr. 9 Jan. v. A'dam. h«t trawit lacoiifliet zal zijn opgelost I wie haar zou bezitten. BIJGELOOF VAN DEN OOSTERLING. Het bijgeloof speelt een groote rol in het leiven der inlanders. Een onzer lezers, de heer J. van Os, machinist bij de Stoom vaart-Maatschappij „Nederland", zendt ons daarvan een treffend' staaltje, dat hij persoonlijk medemaakte. Wij, „wijzer" en „verstandiger" westerlingen, zullen wel licht om de angsten van den hier bedoel den Lascaar lachen, men moet zich evenwel in diens geestestoestand inden ken en zal dan beseffen, dat 's mans doodsangst toen hij zich van den duivel bezeten waande, zeer reël was. De schrij ver, die het geval in levendige kleuren schildert, heeft dit ook ervaren en doet dit in zijn verhaal uitkomen. Wij geven hem hierbij gaarne het woord. "t Was op den 30en November, onge veer 's morgens 7 uur, (ik zelf had de wacht in de machinekamer), toen plotse ling onze eenige dynamo vreeselijk begon te vonken. Ik zag direct dat er iets niet in orde was en stopte onmiddellijk. Na onderzoek bemerkte ik al spoedig, dat de askoppe- ling gebroken was, en wel zoo, dat van repareeren door mij zelf geen sprake was. Na overleg met gezagvoerder en hoofd machinist werd besloten, voor den komen den nacht, alle beschikbare olielampen klaar te maken. Nu moet men weten dat we hier varen op de Java-Bengal-Line en onze beman ning uitsluitend bestaat uit Lascaren, d.w.z. Eng. Indiërs. Deze menschen zijn van nature al vreeselijk bang en daarbij zeer bijgeloovig. Zij gelooven beslist aan den duivel, zooals men verder zal hooren. In den vooravond werden dan ook alle machinisten gewaarschuwd om toch voor al goed uit te kijken naar stokers en olielui. Tegen dat 't donker werd werden alle bruikbare olielampen aangestoken en op verschillende plaatsen in de machinaka mer en stookplaats opgehangen, 't Was voor ons, als verwende machinisten der S.M.N., (natuurlijk vrat *t licht 'betreft) een fantastisch gezicht, hier en daar een olie lamp. Mijn rondgang op de stookplaats makende, bemerkte ik al spoedig, dat de stokers zeer onrustig en schuw waren, zich absoluut niet durfden te bewegen en bij de geringste beweging hier of daar, schuw om zich heen keken. Voornamelijk schrikten zij, als ik onverwachts op de stookplaats kwam en mijn schaduw voor mij uitging. De reden, waarom die menschen zoo schuw en bang waren, was, omdat er al sinds jaren (ik geloof zelfs al ruim 7 jaar) zich een duivel aan boord bevind, die zich steeds schuil hield ln S.B. kolenbunker. Nu alles zoo goed als donker was, waren zij natuurlijk bang, dat de duivel hen pakken zou. Om negen uur werd mijn wacht afge lost en kwam de wacht op van 91. De 4e machinist nam de wacht van mij over. 't Dynamo-geval werd nog even bespro ken, en ik wenschte hem goede wacht, heim eerst nog eens even' opmerkzaam ma kende op de schuwheid der stokers. 't Was omstreeks elf uur, toen ik met schrik wakker werd door de stem van den hoofd machinist, die zei: „Kom direct, een stoker gek geworden." In minder dan geen tijd was ik bij de 'hand en beneden. Wat ik daar zag was meer dan treurig. Wat was er n.1. gebeurd'? Een stoker was met heldenmoed naar de W.O. ge gaan, maar daar 't overal donker was, be kroop hem al gauw de vrees en maakte hij weer zoo vlug mogelijk, dat hij bene den kwam. Boven op de stookplaats ko mende, stootte hij waarschijnlijk zijn hoofd, zég zijn eigen sohaduw, schrok en kwam hollende beneden onder 't uitstoo- ten van verschrikkelijke kreten. (Dit laat ste heb ik vernomen van den ton machi nist.) De 4e machinist nam direct maatrege- en, liet hem binden aan armen en beerven en bond hem zelf vaat aan een daar aan wezig ijzeren atut eigenlijk gebeurd?" „O" antwoordde hij, „de duivel heeft hem gegrepen eni dien zullen we er wel even uitslaan." Maar met dat alles wilde hij niet mee naar boven, doch aan zijn haren trekkende en onder veel lawaai hebben ze hem boven ge kregen. Toen hij goed en wel even aan dek was, werd hij kalmer. Nu werd hem ge vraagd: „wat voor een duivel was 't? een Ohineesche of een Koelie-duivel?" Hij zeide „een Koelie-duivel". „Waar is "Wj,r D j Venna, vertr. 7 Jan. v. Patra*. dan?" werd er weer gevraagd Jn mijn Adon^ arr 9 Jml RvlanL nek", antwoordde hij weer. Na een paar Are8j arr g t0 Talcahuano. vragen en daarop antwoord gegeven heb- Buterpe, vertr. 8 Jaa. v. Gporbo. bende, sprong hij steeds op, stootte af- Mtnerva, arr. 8 Jaa. te Algiers, sohuwelijke kreten uit en spuwde steeds tusschen zijn tanden door. 't Was treurig om te zien, en toch moesten we er bij blijven. Op een gegeven moment vroeg hij om geslagen te worden, waarna ze hem links en rechts op zijn gezicht sloe gen, wat hem schijnbaar goed deed. Toch 6ItfS<mZ"vértr 9 Ju v. A'dam. wilde door 't slaan de duivel niet weg. gon. Hollaadsche Lioyd. daar moesten andere middelen voor té SaMand, arr. 8 Jan. te Bramereh&ven. baat genomen worden. Zeelandia, vwtr. 8 Jan. v. Southampton. Nu is er Steed9 één van hun volk, die Amstelland, arr. 8 Jan. te R'dam de functie van priester of voorzanger ver- Maailand, pas». 7 Jan. Fernando Noronba. vult. Deze moest nu den duivel verjagen, maar had er niet veel zin in, omdat hij (held als hij was) zelf doodsbang was. Maar na lang gepraat stemde hij toe en daar begon de verdrijving. Eerst werd de man languit op dek ge legd, de voorzanger had een kopje met ze kere vloeistof bij zich (wat dat was kon £k niet gewaar worden) en nu werd er steeds onder 't prevelen van een gebed in 't kopje geblazen. Nadat dit een poosje geduurd had (al dien tijd bleef de stoker stil liggen). T T werden er met een tooverstokje wijde cir- J,ul9 Jan R daan. kels om hem heen getrokken. Daarna werd nr - T v er weer een gebed gedaan en de vloeistof Wami '8 J<UL' te Vera Cru*, in zijn neusgaten gespoten. Dat vond die Veendam, pa*s. 9 Jan. Cape Race. stoker lang niet lekker, hij sprong op, zoo- ver 't touw het hem toeliet en schreeuwde: „De duivel, de duivel komt! daar is hij. lich, licht, sla hem van mijn gezicht af met een schoen 1" Nadat dit inspuiten drie keer gebeurd was, ging hij rechtop zitten en zei doodbedaard: „De duivel Is weg", waar na hij weer gewoon op wacht ging, maar toch den volgenden morgen bont en blauw was, met opgezwollen lippen. Gelukkig heeft 't geval zich niet herhaald Kon. West-Indische Maildienst. Poaeldon, vertr. 9 Jan. v. A'dam Venezuela, vertr. 9 Jlan. v. A'dam Jan v. Nassau, vertr. 6 Jan. -v. Kingston. Amersfoort, vertr. 6 Jan. v. CrlstobaL Amsterdam, vertr. 6 Jan. v. Cu moot Oberon, pass. 9 Jan. te Aaoren. Jason, vertr. 7 Jan. v. Payta. Van Rensslaer, paes. 8 Jan. Floros (Aaoren). Bacchus, vertr, 4 Jan. v. Sanchez. Prins der Nederlanden, vertr. 8 Jan. A'dam. Florapark, arr. 7 Jan. te Antwerpen. Halcyon Lijn. Tot zoover het verhaal van den heer van Os. Een indruk te geven van het fantas- tisoh-lugubre schouwspel, dat deze vertoo- ning aan boord maakte, is, zoo zegt hij, WesterdijV, arr. 9 Jan. te Neiw-York. Heemskerk, arr. 8 Jan. te Beira, Leerdam vertr. 8 Jan. v. Vi^o. Nijkerk, vertr 5 Jan. v. Walvischbaal. Randfontein, vertr. 7 Jan. v. Zaneibar. Grootendijk, pass. 8 Jan. Scllly. Lochkatrine, arr. 5 Jan. te San Francieoo. Maasdam, vertr. 7 Jan. v. Vera Cru». Burgerdijk, arr. 8 Jan. te R'dam HollandAustralië Lijn. Slantar, pass. 8 Jan. Sagrea. HollandBritscb-Indië Lijn. Bovenkerk, paos. 9 Jan. Perim Meerkerk, arr. 8 Jan. te Oocanada. Streefkerk, pase. 7 Jan. Pan tel larie. Koudekerk, vertr. 7 Jan. v. Karachl HollandO.-Azië Lijn. Salawati, arr. 5 Jen. te Yokohama. ondoenlijk. Met hun grijzende tronies ston-1 Gomna, arr. 8 Jan. te Port Sald. den de matrozen en stokers rond den „be zeten" man geschaard, en de schrijver zelf met een kaarslantaarn het schouwspel ver lichtend. 't Was iets echt geheimzinnigs. l) Sarang voorman van alle stokers. Tendals voorman van eiken wacht MARINEBERICHTEN. Gewfjzlgd vaarplan Hr. Ma „Tromp" en „Heamskerck". Hr. Mr. „Tromp": 21 Januari vertrek uit Malaga; 23 Januari aankomst Lissa bon; 30 Januari vertrek uit Lissabon; 6 Februari aankomst te Tunis; 11 Februari vertrek uit Tunis. Verder als het oude vaarplan. Hr. Ma „Heemsfcerck": 21 Januari ver trek uit Malaga; 27 Januari aankomst te Port Mahon; 2 Februari vertrek van Port Mahon; 6 Februari aankomst te Tunis; 11 Februari vertrek uit Tunia Verder als het oude vaarplan. Hr. Ma „Heemskerck". Hr. Ma Heemskerok bevond zich 9 Ja nuari ten 8 uur vjn. 55 mijl Wü.W. van Ouessant Luit. ter zee 2e kl. F. Stam en F. Ji van do Poll zijn uit Ooot-Indië teruggekeerd. De navolgende onderofficieren zijn aange wezen om in Maart a*. naar de tropen te wor den uitgezonden: Timm.-maj. J. W. Renard, ziekeoverpljnaj. W. Helder, eerg.-ziekenverpl. J. J. van Keeoel, mach.dr.-nnaj. J. Prins en J. Witteveen, serg.- kok H. J. Neuveglieee en A. J. van der T Ais reserve wordt aangewezen de eerg.-kok H. van Nielen, Opgave van overgeplaatste onderofficieren. 9 Fabr. 1925: serg.-maj. der inara N. J. Hof land van Wachtschip Willemsoord naar Marine- kaz. Wileknsoord; idem W. Plomp van id. naar id; serg. der mare. H. Kamphorst van ld. id; idem G. van Coesant van id. naar ld.; idem L. Schalier van id. naar id.; Idem J>. Klaucke van id. naar id.; Idem P. J. Stikkelman van id. naar id.; serg.-maj. der mars. J. de Zeeuw van de Kooij naar id.; serg. der mars. A C. de Widt van Kaz. Rotterdam naar id.; idem S. laber van id. naar ld.; idem A. W. v. Diu- tep van id. naar id.; ld. H. Klaucke van Van Speijk naar id.; serg.-maj. der mars. EL J. van Voorst van Wachtschip Willemsoord naar de Kooij; serg. der mars. W. F. B. Nieeseti' van Kaïz Rotterdam naar Van Speijk; idem J. Prins van Gelderland naar Wachtschip Willemsoord; idem P. Romein van Kaz. Rotterdam naar Gelderland; idem W. F. J. v. denderen van Wachtschip Willemsoord naar Kaz. Rotterdam. 15 Jan 1925: serg.-maohinist R. Warrics van Van Speijk naar Kaz. O.zd. VERGADERINGEN, VERMAKELIJK HEDEN, ENZ. VrtJdsg SS Januari. Concert Jnter Noa", Caalno, 8 uur. Oostkerk, .vertr. 8 Jan. v. Huil. Holland—Afrik» Lijn. Heemskerk, arr. 8 Jan. te Beira. Nijkerk, vertr. 5 Jan. v. Walvischbaal Randfontein, vertr. 7 Jan. v. Zanzlbar. Meliekerk, vertr. 8 Jan. ,r. Kaapstad. Salabangka, pass. 6 Jan. Dakar. Rietfontein, vertr. 8 Jan. v. Tanga. Holland—West-Afrik» Lijn. Albireo, vertr. 7 Jan. v. Monrovia. Gaasterland, arr 9 Jan. te A'dam. Vlieland, arr. 7 Jlan. te Dakar. Rotterdamse he Lloyd. Menado, arr. 9 Jan. te R'dain. Tosari, pass. 9 Jan. Gibraltar. Goentoer, pass. 8 Jan. Perim. Medan, pasa 7 Jan. Finisterra. Geroet, arr. 8 Jan. te R'dam. Gorontalo, arr. 8 Jan. te Belawan. Kertosono, arr. 8 Jan. te Bromen. Merauke, vertr. 7 Jan. v. Sua». Patria, arr. 8 Jan. te Rldam. Ineulinde, vertr. 8 Jan. v. Colombo. Kawi, pase. 9 Jan. Kaap del Armi. Soekaboemi, arr. 8 Jan. te Hamburg. RotterdamZuid-Amerika Lijn. Algorah, arr. 8 Jlan. te Montevideo. ALwaki, vertr. 8 Jan. v. Bahia. Alcyone, arr. 8 Jan. te R'dam. Zijldijk, vertr. 7 Jan. v. Rio Grande. Stoomvaartmaatschappij Oceaan. Jiason, paBs. 4 Jan. Gibraltar. Hector, vertr. 7 Jan. v. Port SaidL Melampus, arr. 7 Jan. te Ba,tavia. Teireeias, vertr 8 Jan. v. Port Swettenhaan. Deucallon, arr. 9 Jlan. te A'daan. Teireeias, arr. 8 Jan. te Penangt - Stentor, aar. 7 Jan. te Suez. JavaChina—Japan Lijn. Tji'besar, vertr. 8 Jan. r. N. Orleana. Java—Bengalen Lijn. Oeylon, arr. 7 Jan. te Rangoon. JavaNew-York Lijn. Kambangan, arr. 8 Jan. te Batavia. Bali, vertr. 8 Jlan. Port Said. NIEUWE UITGAVE. Noord-Holland ln woord en Beeld. Verschenen is no. 6 van dit tijdschrift. De frontpagina wordt ingenomen door het portret van Mri Wendelaar, burge meester van Alkmaar. Het nr. bevat weer tal van kieken uit verschillende plaatsen, w.o. actualiteiten als foto's van de ver- keersverbeterinjgen bij Edaun, Monniken- LAATSTE BERICHTEN. Berlijn. 10 Jan. De rechter van inatruo- tie heeft het verzoek tot invrijheidstelling van de beschuldigden ln de Barmat- affaire van de hand gewezen en het ar restatiebevel bevestigd Stockholm, 10 Jan. Do toestand van Branting was gisteren minder gunstig, de u-mverattjur hoog^r en de ralasiafl sneller.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 10