Bramlage's VolksHinpagazijn Weststraat II, Halder. Oud ea vertrouwd adres.
GEMENGD NIEUWS
H f H:||
LENTEVREUGDE.
Zooals in ze© d© onweerstaanbare drang
der haring naar 'het bekken van de Zui
derzee zich laat gelden om aan 'het gewel
dige probleem der eeuwige schepping te
voldoen, zoo gaat het ook in de binnen
wateren.
Ook daar ontplooit zich weer het nieuwe
leven. Ook daar ontstaat weer de eeuwige
strijd va nte worstelen, te overwinnen of
onder te gaan.
Het wriemelt en het krioelt weer in die
duinslootjes. In dat aoetwatergebied
heerscht weer een onuitroeibare strijd
tussohen de kleinen en' de grooten, de
slimmerikken en de schijnbaar onnooze
len. Vele schepselen, evenals in de woe
lige menschenimaatschappij, leven daar
ten koste van elkaar, doch in dat wereldje
onbewust, uit puren levensdrang.
En het schijnt, dat in ieder wezen de
voorjaars- en lenteontbolstering als een
tornadovlaag huishoudt, die het rustige
in hem vernietigt en het groeiende in
laaiende ontplooiing zet.
Dan heeft de jeugd geen rust meer in
huis. Dan krijgen ze een hekel aan de
kachel. En als de zon de natuur in pur
peren en gouden gloed zet, is er geen
houden meer aan.
Dan moeten ook zij naar bulten; ze
krijgen larie aan het huiswerk, dat ze voor
school moeten maken en al je wil en al
je overreding heb je noodig om te voor
komen, dat er niet al te veel eenen en
nullen op het rapport zullen prijken.
Niet, omdat ze speciaal willen gaan
luieren, doch omdat ze weg willen uit de
mufheid der school en de on-Daltonsche
wijze, waarop men meent hun de wijsheid
te moeten inpompen.
Ze willen naar bulten; ze willen wat zien
van het leven in de slooten en plassen. Ze
willen proefondervindelijk nagaan hoe dat
leven van die krioelende menigte zich ont
wikkelt en hoe de gedragingen zijn dier
vagebondeerende wezens.
Daaraan willen ze uren en uren beste
den. En als die drang in hen zit, knijp
dan maar een oogje toe; zorg natuurlij^
dat het heir van nullen en eenen zoo klein
mogelijk zij, doch laat ze in dat stadium
van lentevreugde-drang een weinig gaan.
Maak de kinketting van het brieschen-
de paardje een weinig los; gesp de kluis
ter af en laat het de manen vroolijk wap
peren in den verkwxkkenden voorjaars
wind.
Met toffeebusjes en plantentrommel;
met stikkenzak en een sinaasappel of
appel zijn ze den koning te rijk. Zoo be
last en beladen trekken ze hun tijdelijk
koninkrijk tegemoet. Daar in de duin
pannen en bij de slootjes zijn ze in hun
lusthof, waar geen tijd is en geen school-
sche wijsheid.
Zomen ze dan ook een paar uurtjes over
tijd terug, doe dan ook eens een enkelen
keer of er voor u, hoogmogende, ook geen
tijd heeft bestaan voor een wijle en zorg
dat de wereldsch-hongerende maag van
uw spruit, die slechts bovenaardsche dorst
naar natuurwetenschap had gekend, ste
vig gespijzigd wordt
Kijk ook niet te veel naar zijn schoe
nen, doch laat hem, veiligheidshalve, die
been-attributen in uw keukentje uittrek
ken, opdat er geen zandwoestijn kome in
uw woonvertrek. Bekijk dan op het zijltje,
waar ZJ5D. zijn voeten heeft geplant, of
daarop geen scherp-omlijnde „prenten"
zich afteekeoen. En is dat wel het geval,
laat hij dan die voetschablonen uittrek
ken, laat hij zijn lichaamsextrkniteiten
krachtig overwasschen en sta dan klaar
met een paar droge kousen, opdat hij ver
schoond zal blijven van verkoudheden
met de zeer schadelijke gevolgen daarvan.
En als ge al die zorgen en voorzorgen
hebt genomen, denk dan even aan je eigen
jeugd terug en leer je te verplaatsen in
de gedachtenwereld van dien tijd. Dan
zult ge zonder wrangheid en opgetogen
de schatten kunnen bewonderen van het
geen uw natuurvorsoher in zijn toffee-
ibusje en zijn plantentrommel en onder
zijn pet heeft meegebracht. f
Want zit er een watertor in het toffee
busje en heeft hij 'bovendien een kleurig
salamandertje, dan is het lang niet uit
gesloten, dat, terwille van den vrede, het
salamandertje onder zijn pet een toe
vluchtsoord heeft gevonden.
In de zuurtjesflesch of in het aquarium
is het dan weldra een chaos van planten
en diertjes en het klimt, het zwemt en
'het sluipt daar in alle richtingen.
Wat ge denkt te zijn een propje plan-
tenvezeltjes is niets dan een omhulsel van
een kokerjuffertje, dat op die wijze het
veege lijf weet te bergen voor de ver
woede aanvallen van watertor of schor
pioen.
De 'bootsmannetjes zwiepen met hun
lange roeispanen het zilverglinsterend
lichaam voort en toonen zich matador in
het rugzwemmen, terwijl ze nu en dan
argelooze doch moorddadige aanvallen
doen op de juffertjes, die zich in een riet-
schachtje verborgen hebben, doch nu en
daó even met den kop te voorschijn ko
men om, met hun pootjes, zich voort te
klauwen.
De slakken schuiven, zich draaiend en
krommend, langs het watervlak voort of
wrijven zich langs den fleschwand voor
waarts.
Salamander en kikkertje komen zich
koesteren op een drijvend houtje en trach
ten droomend te mijmeren over het
drukke gedoe daar in dat waterwereldje
onder hen.
Prachtige plantjes hangen beweging
loos in het water, of, zoo ze worden vast
gezet in den bodem, staan rechtop en bie
den al die waterbewonertjes heerlijke
schuilhoekjes of prachtige instrumenten
om hun gymnastische ongebondenheden
op bot te vieren.
Dat allemaal zijn de voorgeneuchten
van de paaschvacantie. De jeugd droomt
er al van en proeft zoo nu en dan een
stukje van de in wording zijnde vacantie-
taart. Agpstonds is die klaargebakken en
nog een paar weken, dan happen ze daar
van groote hompen en ze zijn nog lang
niet verzadigd al is de taart, tot de laatste
kruimels, reeds door hen verzwelgen.
Met dat in het vooruitzicht zijn ze nog
wel aan hun schooldagtaak te krijgen,
doch in hun doening leeft al reeds de
paaschgedachte, vertolkt door het woord:
paaschvacantie.
Een rare traktatie.
Autobas omgeslagen.
Een ontploffing in een geheime branderij.
Engelsch schip bij Goeree gestrand.
sistentie vertrokken. Er bestaat geen
direct gevaar.
Van drie zieke stoelt jee.
Men schrijft aan het „Hbl.":
Op den zolder van een rijkskantoor er-
geps in de provincie stonden, zielig in een
donker hoekje, jaren lang reeds, drie ma
gere, zieke bureaustoeltjes. Hopeloos zieke
stoeltjdfe: het eene had twee van zijn vier
pootjes totaal verloren, het tweede leed aan
zeer ernstige ruggegraatsverkromming en
het derde zou allang bezweken zijn aan al-
gemeene lichaamszwakte, wanneer 't niet
van nature gezegend was geweest met een
uiterst taai gestel.
De korte rok.
Een medewerkster van de Figaro heeft
welijks de knie bedekt, de rok niet meer
dan een herinnering is. Er is te veel open
ruimte tusschen japon en bodem, waarin
de het naakt nabootsende vrouwebeenen
iets afwijkends zijn. Die tusschenruimte
moet tot negen-en-twintig centimeter op
zijn hoogst teruggebracht worden en op
die manier zullen aardige beenen vol
doende, de andere te veel gezien worden.
Haar hospita vermoord.
Te St. Petersburg hebben een tweetal
vrouwelijke studenten in de medicijnen
terecht gestaan onder beschuldiging haar
hospita vermoord en beroofd te hebben.
Het lijk van de vermoorde vrouw is met
volgens de regelen der chirurgie geam-
porteerde ledematen aangetroffen.
Shaw en de theaterdirecteuren.
Een Europeesche fakir.
'n Toespraak.
LAATSTE BERICHTEN.
Begrafenis luitenant van Veldhuizen.
Onder zeer groote belangstelling had
hedenmorgen 10 uur de teraardebestelling
plaats van den le luitenant der artillerie
G, van Veldhuyzen, slachtoffer van het
tragisch aüto-ongeluk aan de Binnenhaven.
De begrafenis had plaats met militaire
eer. Eenige hoofdofficieren der landmacht
een zestal 2e luitenants, die als slippedra-
gers fungeerden, een groot aantal subalterne
zeeofficieren, alsmede twee afdeelingen sol
daten, volgden den stoet
Langs Koningsplein en Polderweg stond
een dichte menschenmenigte.
Het verder verloop dezer plechtigheid
wordt lït ons nummer van Dinsdag opge
nomen.
Engelsch stoomschip vergaan.
Hoek van Holland, 28 Maart, j Het Brit-
sche stoomschip „Aysgarth Frose dat
gisterenavond 8 uur uit den Nieuwen Wa
terweg naar Londen was vertrokken, ver
keert op 4 mijl afstand van het vuurschip
„Maas" in zinkeilden toestand. De beman
ning heeft het vaartuig in eigen sloepen
verlaten, en is later door het Nederl. stoom
schip „Maasdijk" opgepikt en te 7 uur
hedenmorgen te Hoek van Holland aange
komen. De bootsman is verdronken. Het
schip is 582 ton groot en eigendom van de
reederij W. S. Kennagh te Leith.
De ramp is veroozaakt door de hevige
slagzeeën, die tijdens den storm over het
schip sloegen.
TELEGRAFISCH WEERBERICHT
naar waarnemingen verricht den
morgen van 28 Maart 1925.
Medegedeeld door het Kon. Nederlandsol»
Meteorologisch Instituut te De Bilt.
Hoogste barometerstand 771.7^ te Blacksod
Laagste barometerstand 747.6 te Jan-
mayen.
Matige Noordelijke tot Westelijke wind,
zwaarbewolkt tot betrokken, wellicht en
kele regen- of hagelbuitjes, iets k«ider.
SPORT.
VoetbaL
Nederland—Dui toehland.
Gevestigd sedert
1864.
COLBERT-COSTUUMS,
nieuwste modellen en dessins,
f 14, 16,18, 20, 22, 24, 26,28, 30, 36, 38,40.
SOLIDE MANSBROEKEN
f 8, 3'/» 4,4'/, 6, 6,6'/» 7, 8, 8'/* 8,10.
KINDERPAKJES
f B'/t, 7«/« 8, B»/«, 11.
OVERHEMDEN BOORDEN.
DASSEN ZELFBINDERS.
FUIFPARTIJ.
Ze hadden 't goed afgesproken: Wim
zou, als hij van de werf kwam, zich gauw
scheren, verkleeden, en dan zouden ze om
1-62 naar Amsterdlami gaan voor een fuif-
degje.
't Was al lang in de pen, dat ze t er
samen eens van zouden nemen, en eens
aan die fuif zouden gaan. Ze waren nu drie
maanen geëngageerd en nooit was er eens
een extra'tje geweest. Nou was Wies erg
zuinig en ze zei maar steeds: „We moeten
sparen, Wim, voor ons huishoudentje".
Wim, die een beetje artistiekerig aange
legd was, antwoordde dan telkens: „Bahl
sparen, hoe burgjeritykl" Maar gaf Wiegje
altijd toe.
Wim had die eigenschap altijd op „zwart
zaad" te zitten, 't Begon al op „Grooten
Verzoendag", dat was de dag van liet trak
tement, die Wim met veel originaliteit en
symboliek aldus noemde, omdat deze dag
hem weder voor eenigen tijd1 met zijn, cre
diteuren verzoende. Althans met sommi
gen, niet met allen, helaas. Want vóór
Wim aan den laatsten toe was, was zjjA
portemonnaie leeg en voor die rest van de
maand deed hij dan maar weer zoo'n
beetje, leende wat hier, leendé wat daar,
maar zorgde altijd voor sigaren- en' soheer-
oenten.
Waar hij al dat geld liet, Wies be
greep het aiel WüMeli trcuv«o« óók
niet; nou ja, hij ging wel eens mee naar
„Bellevue" of zoo, maar maakte daar vol
strekt geen regel' van. Aan zijn kleeren
verdeed hij het ook niet. Hij zag er, vol
gens Wies, altijd' uit „als een schooier".
Wies-zelf was een tip-top-dametje met een
keurig japonnetje en kousjes in kleur,
snoezige lakschoentjes, echt sjiek, hoor!
Maar Wim, 't was treurig, zoo zorge
loos als-ie waa 't Was waar, hij gaf veel
geld uit aan boeken, en Wies had al in
stilte wat op zij gelegd om hem te verras
sen met een boekenkast, en ook meende
Wies, dat-ie wel eens aan ziin moeder geld
gaf.Enfin, hoe dan ook, Wim was een
schat, kort en goed! En altijd oourt
d'argent.
Als 't zoo tegen dien vijftienden liep, was
Wim in den regel vrijwel radelooa Zijn
crediet was op, zijn voorraad sigaren dito,
en zijn portemonnaie dleponeerde hij dan
in de lade van zijn waschtafeL „Voor het
slijten", beweerde Wim. Zoo'n portemon
naie was er op gemaakt om gevuld te zijn,
en sleet maar, als-ie leeg in den zak zat.
Dat was nu wel weer praotisch van Wim,
zooals de lezer gereed© zal toestemmen.
Een paar dagen kon Wjm dan nog teren
op zijn vindingrijkheid..Hij ging bijvoor
beeld naar zijn gewonen sigarenwinkel en
kocht zijn kwantum sigaren. En dan zocht-
le met een döod-onsohuldig gezicht, quasi
in atyn sakken naar tfn portemonnaie, om
tegenslotte tegen de juffrouw te zeggen:
„o gossie, juffrouw, heb ik diaar mijn por
temonnaie thuis laten liggen". En de juf
frouw, met nog onschuldiger gezicht:
„Komt wel terecht, meneer" 1 Nou, terecht
kwam het wel, ziet-u, en per slot van reke
ning was Wim tegenover zijn geweten ver
antwoord, omdat hij inderdaad zijn porte
monnaie thuis had laten liggen. Maar t
werd, als je dien tamc in een paar winkels
hadl toegepast, tenslotte een heele admi
nistratie.
Zoo, met vallen en opstaan, redde hij het
veege lijf tot den laatsten der maand. Dan
deed hij zooveel mogelijk alles af. sloeg
van alles in, hing een paar dagen den
brani uit, rookte zelfs civaretten! om daar
na weer zijn portemonnaie enzoovoort
zie boven).
"t Spreekt vanzelf, d!at een dergelijke ad
ministratie niet op buitenissigheden was
ingericht Dé fiscus bijvoorbeeld kwam al
tijd op ongelegen oogenblikken; vroeger
kon hij 't met „waareohuwing", „aanma
ning" en „dwangbevel" nog wel eens rek
ken tot dén eersten der maand, maar te
genwoordig met dat nieuwe systeem was
ook dat weer lastiger geworden.
Met zijn kleermaker had' hij een afbe
talingssysteem ingesteld. De man leverde
periodiek zijn colbertje, en elke maand
kwam-ie om de centen, 't Gebeurde een
«nkalan koer, dat Wim niet «huis gaf; dat
was dan omdat de portemonnaie op 't punt
stond naar die la der waschtafel te verhui
zen. Zijn oude pak was altijd juist versle
ten tegen dat hij „an" was met betalen, en
zoo liep dit automatisch en op rolletjes.
Wiegje deed haar best in den ontred
derden finantieelen toestand van haar
amant eenige regeling te brengen.
„Kijk eens, Wim," zei het aanvallig©
kind, „nou leg je iedere maand tie* gulden
op zij voor de belasting. Dan ben je altijd
klaar als er betaald moet worden; zoo'n
aanmaning kost ook al weer geld".
„Wies," zei Wim, „je bent epn snoes.
Maar deze maand kan ik ze niet missen.
Ik wou voor jou een ringetje koopen. Vol
gende maand."
Maar de volgende was zijn hoed versle
ten en moest hij een nieuwen koopen.
„Wies," zei Wim, „weet je wat we doen
moesten?"
Wies wist het niet
„We moesten maar trouwen, Wies".
.Jongen, je bent niet goed," zei Wies.
„Ik heb niets van mijn uitzet klaar, en
dan, we zijn nog maar drie maanden ge
ëngageerd1".
„Nou ja, officieel", antwoordde^ Wim,
„maar we kennen mekaar veel langer".
Wies gaf echter niet toe.
„Zie Je, Wies", betoogde Wfan, „dan
kom ik elke maand met een bom geld
thuis «b gooi dat jou ia dan schoot. Ik
ben dan met eere van den rommel af. Een
behoorlijk zakgeld zul je me toch wel ga
rand eeren, niet?"
,3a. ha, die Wim", lachte Wies. Maar
ze gaf niet toe. Ce que femme veut, Dieu
le veut.
Maar zoover had Wim Wies dan toch
bepraat, dat ze 't er eens van zouden ne
men. Een fuifparty ln optima forma. Dis
Wies had zoo weinig verzet ln haar leven
tje, altijd stond ze maar ln dien winkel,
zoo'n enkel fuifpartijtje kwam haar wel
toe. En Wies, die toch eigenlijk dolgraag
wou, had tenslotte toegestemd.
„Kost dat niet veel geld, Jongen?" had
ze, een beetje angstig, gevraagd.
„Wol nee, kind", gaf Wim ten ant
woord, „we gaan natuurlijk in t begin
van de maand, op Zaterdagmiddag. We
gaan met den trein van twee uur naar
Amsterdam, loopen wat winkels te kijken,
dan een fijn dinertje 'bij Kras of zoo, en
dan 's avonds naar t Leddscheplein. Jij
logeert dan 'bij je tante, ik ga naar m'n
broer, en dan Zondag. nou dat zien
we wel. Nooit te veel plannen in
maken I"
„O Jongen, t is dol!" juichte Wies.
„Maar t geld?"
.-Ach wat, geld", blufte Wim, „dat
koetlaat eens kijken.vijfentwin
tig gulden samen".
„Wat «an ««ld toch", wchtte Wl*
Ze snakken onbewust naar de vacantie.
Roblnson.
Te Delft kregen het zes knapen op
school te kwaad. Met verwrongen gelaat
strekken klaagden zij over buikpijn en
hadden diarrhée. Uit het onderzoek van
de recherche bleek dat een der jongens
zijn kameraadjes getracteerd had op het
een of ander purgeermiddel dat met de
schoonmaak thuis te voors<Aijn was ge
komen.
Gistermiddag is op den Rijksstraat weg
naar Arnhem te Amersfoort een autobus
van de Eerste Ned. Kunstzijdefabriek te
Ede, door het breken van de vooras, om
geslagen. Behalve de chauffeur, bevond
zich in den wagen een tiental meisjes. De
chauffeur en twee der passagiers werden
gewond. De marecbaussée hebben de
autobus in'beslag genomen.
Donderdag had in een huis in de Vio-
toriastraat te Berlijn een hevige ontplof
fing plaats. Toen de brandweer ter plaatse
kwam, stond reeds de geheele woning in
brand. De vrouw des huizes en een gast,
een zekere koopman Genz, hadden vele
brandwonden en werden naar het zieken
huis gebracht Bij het blusschen van den
brand kwam men tot de ontdekking, dat
deze ontstaan was door een ontploffing
ten gevolge van onvoorzichtigheid in een
in het huis voorbeeldig ingerichte gehei
me branderij. De brandweer waarscnuwde
de politie, xlie het materiaal in beslag nam.
Beide gewonden zullen in arrest gesteld
worden.
Bij Goeree is gestrand het Engelsche
stoomschip „Innisholm" van de reederij
H. Davies te Londen. Het schip was op
weg van Gorkum naar Londen en is 468
ton groot Twee sleepbooten zijn ter as
De leider van dat kantoor, op wiens In
ventaris deze stoeltjes nog steeds vermeld
stonden als in 't volle bezit hunner licha
melijke krachten, nam op zekeren dag een
stuk papier, mqldde zijn onmiddellijken chef
hoe droevig het met gemeld drietal gesteld
was en verzocht machtiging om ze op te
ruimen en Van zijn inventaris at te voeren.
De chef plaatste op het voorstel een kant-
teekening en zond het door naar zijn chef,
aan wien het was om een eindbeslissing te
nemen.
Twee maanden later bereikte den verzor
ger van het drietal de officieels opdracht om
ze ten verkoop over te dragen aan den
naastbij wonenden ontvanger der registra
tie, zijnde de officieel© schakel tusschen den
staat en particulieren, wanneer de staat zich
gaat bewegen op handelsgebied.
Met een ijver, een veel betere zaak waar
dig, trachtte deze zich te kwijten van de
hem opgedragen taak, maar mager, uiterst
mager bleef weken lang het resultaat van
zijn hardnekkige pogingen. Weliswaar toog
er zoo nu en dan een handelaar in tweede
handsartikelen, tuk op een voordeelig
koopje, naar het bewuste hoekje op den
zolder van het bewuste rijksgebouw, maar
teleurgesteld keerden ze telkens terug en
maanden lang bléven de stoeltjes wachten
op een kooper, die hen kwam verlossen uit
hun donkere eenzaamheid. Tot er eindelijk
weer een handelaar kwam kijken, die tevens
knutselaar was en daarom kans meende te
zien uit het zieke drietal één gezond exem
plaar op te bouwen en nog wat brandhout
over te houden.
Hij ging naar den rijksschakel, deed zijn
bod, liep nijdig weg, omdat een veel hooger
bedrag werd gevraagd, en kwam na een
paar dagen nog eens terug om zijn eerste
bod wat te verhoogen. Met het voor alle
partijen heugenis wekkende resultaat, dat
„de niet meer voor gebruik geschikte voor
werpen, aanwezig op den zolder van het
rijkskantoorgebouw te X., voor de somma
van dertig cents aan Mozes Zadoks waren
overgedragen."
Dertig cent! Zoo maar! Een meevaller
voor 's rijks kasl
Wie rekent, waar zóó'n resultaat bereikt
werd, de vele uren tjjd, die verschillende
ambtenaren hadden te besteden aan 't be
schrijven van vellen papier om den gehee-
len koop beklonken en bezegeld te krijgen?
En zullen Üe zich nu nog blijven roeren,
de booze tongen, die steeds nog durven vol
houden, dat het rijk niet altijd en niet overal
kloek en vastberaden vóórgaat op den weg
van versobering en zuinig overleg?
bezwaar tegen de al te korte rokken, die
de mode voor dit voorjaar voorschrijft
Met de korte rok van 1920, zegt zij, zou,
vergeleken bij die, welke thans gedragen
wordt een koorknaap behoorlijk gekleed
zijn, maar de schaar is in deze lente zoo
zichtbaar aan het knippen geweest, dat
de scheiding tusschen mode en schaamte
wel bijkans uitgesproken is. Al wil de
mode-medewerkster der Figaro zich bij
het beoordeelen van de voorjaararok-19251
uitsluitend op esthetisch standpunt plaat
sen, zij wil toch niet in de eerste plaats
tegen dat kleedingstuk inbrengen, dat ze
het nadeel heeft te veel leelijke beenen zoo
maar te laten kijken. Want alleen het
feit, dat iets mooi is, zou toch niet vol
doende mogen zijn om het dan maar te
toonen ook. Waar zou die theorie ons niet
kunnen heenvoeren I Rodin zou, zoo hij
al lang niet dood ware, het verdwijnen
van de rok niet overleefd hebben. Zij
schonk, wat zijn oog voortdurend zocht:
lijn. Een „mooie lijn" te hebben is een
voorrecht van de vrouw, dat nu verloren
zal gaan omdat met een japon, die nau
Bij de behandeling voor de rechtbank
konden niet voldoende bewijzen van
schuld worden aangevoerd; alleen kon
bewezen worden, dat z}j bij den moord
een rol hadden gespeeld. De eene werd
veroordeeld tot vier jaar cellulaire ge
vangenisstraf, de andere tot twee jaar
voorwaardelijk.
Bij gelegenheid van de jaarlijksche ver
gadering van de Vereeniging van Thea
terdirecteuren, eergisteren te Londen ge
houden, las de vice-voorzitter de volgen
de vermakelijke correspondentie met Shaw
voor:
„Waarde G. B: S. De Engelsche
theaterdirecteuren van Inverness tot
Piymouth houden hun jaarlijksche ver
gadering op 19 ^laart en zouden daarbij
de tegenwoordigheid op prijs stellen van
den man, aan wiens tooneelstukken ze de
laatste tien jaar niets dan geld hebben
verloren. Ze wenschen hun „vrijgehou-
dene" van aangezicht tot aangezicht te
zien, kom dus onverwijld".
Het antwoord kwam van Madeira, waar
de schrijver, naar men weet, den winter
heeft doorgebracht:
„Ongetwijfeld zullen de verzamelde
theaterdirecteuren van Inverness tot Ply-
mouth een overweldigenden aanblik op
leveren bij hun vergadering in restaurant
Gatti, maar ik ben te oud om mij aan
dergelijke sensaties persoonlijk nog te
mogen wagen. Hierbij voor allen mijn
groeten! Maar welk een uitgezochte ge
legenheid overigens voor een.... mo
dernen Guy Fawkes!"
(Guy Fawkes was een der medeplich
tigen aan het bekende Engelsche bus-
kruit-complot. Hij werd gearresteerd, in
den Tower geworpen, door folteringen
tot bekentenis gebracht en 81 Januari
1606 terechtgesteld).
Te Berlijn is in een kring van genees
kundigen een demonstratie gehouden,
waarbij werd aangetoond hoe een Euro-
peesche fakir, zonder blijkbaar eenige
pijn te voelen het doorsteken van den
arm met naalden kon doorstaan. Daarbij
trad geen bloeding op. To Rhama (zelf-
bedwinger) noemt zich deze fakir, die
vroeger chemicus was en zich door sys
tematische auto-suggestie dezen staat
van gevoelloosheid verwierf, nadat hij
in den oorlog zwaar verwond was ge
weest en vele maanden lang verpleegd
was geworden.
Bij een demonstratie in Spanje kreeg
To Rhama eens een infectie, toen hij
zich schoon hij wel wist dat hij zich
onvoldoende geconcentreerd had met
de niet gedesinfecteerde naalden had la
ten doorsteken.
Een der artsen maakte de opmerking,
dat in Frankrijk zulke verschijnselen bij
zware hysterie meer dan eens konden
worden geconstateerd en een ander wees
er op, dat in de oude littferatuur over hek
sen het niet bloeden uit wonden als een
heksen-teeken werd beschouwd.
Bij het vijf en twintig jarig jubileum
van den hoofdonderwijzer hield een van
de meesters een toespraak. Hij eindigde
met de volgende woorden: En als ik nu
ophoud met spreken en ik verzoek tot slot
een driewerf hoera uit te roepen dan
hoop ik van harte dat daarbij de heele
school invalt
Verwachting:
Zondag a.a. opent bet Amsterdamsche Star
dion voor de tweede maal in dit seizoen zijn
poorten voor een wedstrijd van on« nationale
elftal, dat tot beden nog geen nederlaag boekte.
Nu gaat het tegen de Duitsohers, die juist zoo
wat een jaar geleden te zeifder plaatse een
1—0 overwinning behaalden, welke niet ge
heel verdiend was. Onze herinnering aan deze
ontmoeting is: een saaie wedstrijd. Het spel
van onze Oostelijke naburen, waarover te vo
ren zoo'n roeping uitging, viel org tegen: bet
was een en al short passing. Zonder eenige
afwisseling maar goed toegepast. De bulten-
spelval van Tetzner werkte toen fnuikend,
doch kon het eenige doelpunt niet voorkomen.
Hoe staan wij er nu voor?
Laten wij direct zeggen, dat het Nederland-
sche elftal wat goed heeft te maken. Voor den
oorlog was het voordeel meestal aan onzen
kant, ja werd geen wedstrijd verloren. Wij
boekten de .volgende resultaten:
24 April 1910 te Arnhem, 42.
16 Augustus 1910 te Kleef, 12.
24 Maart 1912 te Zwolle, 5—5.
17 November 1912 te Leipzig, 28.
5 April 1914 te Amsterdam, 44.
Toen kwam de oorlog en bleek sinds dien
vooral het Zuid-Duitsche spel sterk verbeterd.
De clubs Fürth en Nttrnberg speelden daarbij
een groote rol.
10 Mei 1923 werd er weer gespeeld en te
Hamburg sleepte onze I verdediging een gelijk
spel (0—0) uit het vuur. Op 21 April 1924
volgde de reeds genapmde wedstrijd in het
Stadion (01), waardoor de verhouding werd:
Nederland 7 3 8 1 18—15 9 128
Duitechland 7 1 8 8 15—16 5 0.71
Tot heden wae dus ons land dooreeogeno
men sterker. De vraag is nu of dit zoo blijven
zal. Het antwoord is moeilijk, want beide elf
tallen zijn in het tusschenliggende jaar sterk
gewijzigd. Bij de Duitschers zijn nog 2, bij de
"5- -