T binnenland gemengd nieuws V Tweede Blad VAN ZATERDAG 28 MAART 1925 De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Holland'» Noorderkwartier heeft het volgend schrijven aan der Directeur-Ge neraal der Posterijen en Telegrafie ver zonden: De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Holland's Noorderkwartier, gevestigd te Alkmaar, bijeen in hare algemeens leden vergadering do. 26 Maart 1926, gehoofd hebbende: lo. de uiteenzettingen van den wnd. Hoofdinspecteur der Posterijen en Telegrafie, den heer Duynstee, en die van den heer Truffino, chef der afdeellng Postdienst, 2o. het oordeel van de bedrijfsgroepen, waarvoor de leden der Kamer geacht mogen worden onderscheidenlijk zit ting te hebben genomen in de Ka mer van Koophandel voor Holland's Noorderkwartier, ten aanzien van het traagstuk der voorge stelde versobering van den Dienst der Pos terijen en Telegrafie in Nederland, is van oordeel: 1. dat het doel van het Hoofdbestuur der Posterijen en Telegrafie om te trach ten, bij een voortdurende sluitende begrooting van haren dienst, in de naaste toekomst, een aanmerkelijke verlaging der Posttarieven in te voe ren, moet worden toegejuicht, 2. dat echter zoowel de Handel in dit Gewest, als de Kamer van Koophandel, ongaarne zullen zien, dat de Dienst der Posterijen en Telegrafie daardoor minder goed zal functionneeren dan in de vóóroorlogsjaren, 8. dat zij zich dus ln geenen deele er mede kunnen vereenigejj, dat d6 In krimping van den Dienst verder zal gaan dan een terugkeer tot den toe stand van 1914, tenzij, dat het hoofd bestuur zou willen verklaren, dat ver dere beperkingen van den dienst slechts door haar zullen worden inge voerd, na gepleegd overleg met en gunstig advies van de Besturen der Gemeenten en de Kamers van Koop handel, opdat daardoor worde bereikt, dat de plaatselijke belangen van Han del en Industrie, welke uit den aard der zaak niet over denzelfden kam kunnen worden geschoren, ten volle tot hun recht zullen komen. In bepaalde gevallen zal dan, na gemeen schappelijk overleg, vermoedelijk wel een regeling kunnen worden getroffen, waar door op practische wijze Uwe plannen met de belangen van Handel en industrie In haar District ln overeenstemming kunnen worden gebracht. De Wee ter Schelde. Men meldt ons uit Brussel aan de N. R. Ct: Volgens inlichtingen van particuliere zijde past het ontwerp-verdrag tusschen Nederland en België op de Wester Schel de de drie groote beginselen toe, die neergelegd zijn in de internationale over eenkomst van Barcelona, n.1. ten le de vrijheid van koopvaart op de internatio nale stroomen, ten 2e de gelijkheid van behandeling voor den eigendom en de vlag van elk land, ten 8e de beperking van heffing van rechten. Beide eerste punten strekt het verdrag ook uit tot tij den van oorlog. De Schelde beneden Antwerpen zal ten allen tijde vrij en toe gankelijk zijn voor de vlag van elke na tionaliteit, met uitzondering van oorlogs schepen. De heffing van rechten is uit drukkelijk beperkt tot de loodsgelden. De betrokken regeeringen verplichten zich de schepen op de Neder Schelde aan gee nerlei visitatie of welke belemmering om welke reden ook te onderwerpen. De ver drag sluitende partijen beschouwen het als een eerste beginsel, dat de Wester Schelde en zijn toegangen tot de volle zee, zoowel als de Schelde stroomafwaarts van de haveninrichtingen van Antwerpen ten allen tijde, wat de bevaarbaarheid be treft, moeten beantwoorden aan de om standigheden vereisoht door de vorderin gen van den scheepsbouw, zoowel als door de groeiende behoeften van de scheep vaart. Er wordt een commissie van beheer in gesteld, welke uitgebreide volmachten krijgt. Zij kan zoowel bij afzonderlijk be sluit als in den vorm van algemeene regle menten maatregelen nemen ten behoeve van de scheepvaart, en met name ten aanzien van de verlichting, de betonning, het plaatsen van merkteekens en derge lijke op de oevers enz. De commissie be staat voor de helft uit Belgen en de helft uit Nederlanders en benoemt zelf haar voorzitter, die geen overwegende stem heeft- Het verdrag omhelst ook het beginsel van arbitrage. In geval er geen overeen- stemming over een bepaald besluit kan worden verkregen zal de zaak naar de beide regeeringen worden verwezen. Komen die ook niet tot een vergelijk dan zal een scheidsgerecht het geschil oplos sen. Te veel studenten. De minister van onderwijs heeft aan curatoren en senaten der rijksuniversitei ten advies gevraagd nopens de vraag, op welke wijae het aantal studenten der rijks universiteiten sou kunnen worden be perkt De zomertijd. De Eerste Kamer tegen afschaffing? April komt h€t wetsontwerp tot afschaffing van den zomertijd in de Eerste Kamer in behandeling. Naar de „leiogr. uit betrouwbare bron verneemt kan verwacht worden, dat 28 29 Eerste Kamerleden zich zullen Verklaren tegen het wetsvoorstel tot afschaffing van den Zomertijd. Mochten van hen bij de stem ming geen, of slechts zeer enkele leden ontbreken, dan zou dus de handhaving van den Zomertijd verzekerd zijn. De Pensioenwet De Algem. Militaire Penaioenbond, de Kon. Nederl. Bond van Oud-onderofficie ren, de Eerste Nederl. Bond van oud- onderofficieren, de Nederl. Vereeniging van oud-onderofficieren der Zeemacht en de Borid van reserve-onderofficieren heb ben aan de Tweede Kamer' een adres ge zonden inzake het ontwerp Penisoenwet voor de vrijwilligers bij den landstorm. Zij verzoeken aan de Kamer, haar mede werking te verleenen, opdat aan de reeds gediend hebbende en thans nog dienende vrijwilligers bij den landstorm pensioen aanspraak zal worden toegekend, overeen komstig de van regeeringszijde gedane toezeggingen. Het Amsterdamsche meelbeslult Zooals bekend, is het besluit van den Raad der gemeente Amsterdam inzake gemeentelijken meelaankoop door Ged. Staten niet goedgekeurd. Naar aanleiding hiervan hield de Raad van Amsterdam zich Donderdagmiddag bezig met de vraag of van dit besluit al of niet in be roep bij de Kroon zou worden gegaan. De meerderheid van het College is van meening, dat geen beroep moet worden ingesteld, de minderheid daarentegen had een nota ingediend, die zich met deze zienswijze niet kon vereenigen envoor ziening bij de Kroon. De minderheid bij monde van den wethouder Wibaut, nam de motiveering van Ged. Staten nogal onder de loupe om op grond daarvan tot instellen van beroep te concludeeren, de meerderheid, bij monde van den burge meester, stelde zich op meer opportum standpunt (dw.z. zij acht den tijd niet ge schikt). Maar zeer zelden hebben Ged. Staten een besluit van den Amsterdam schen raad vernietigd, en bovendien, ge> steld, dat de Kroon inderdaad het besluit zou handhaven, zou over twee maanden, als de vergunning tot meelaankoop zou worden verleend, geen enkel lid van het College er meer aan denken het besluit uittevoeren. Verschillende leden critiseeren het feit, dat een „minderheidsnota" is ingediend bij deze nota van B. en W. Dat achten zij niet in den haak en niet behoorlijk. Daartegenover wijst wethouder de Miranda er p, dat deze zaak een politieke zaak is geworden en dat Ged. Staten meer zijn opgetreden als arbiters dan als toepassers van de wet Zij traden eigen lijk andermaal op als Raad van Amster dam. Met 28 tegen 20 stemmen werd in de avondzitting het voorstel-Wibaut c.s. om bij de Kroon voorziening aan te vragen verworpen. Deze zitting was overigens vrij rumoe rig, naar aanleiding van een interpellatie- Drabbe. De Raad had indertijd een mo- tie-von Frijtag Drabbe aangenomen naar aanleiding van de verwerping der melk- voordracht de Miranda, waain werd aan gedrongen op een ander onderzoek naai de leverantie der melk, en dit onderzoek opgedragen aan den wethouder de Miran da. De interpellatie strekte thans om B. en W. te vragen naar de redenen, waar om juist aan dezen wethouder dit onder zoek was opgedragen, en de interpellant ontzag zich niet om allerlei verdachtma kingen elf beschuldigen naar den heer de heer de Miranda te werpen. De heer Erftemeyer, een fractiegenoot van den heer Drabbe, zeide zelfs, dat verschillen de organisaties buiten den Raad niet met den wethouder de Miranda willen onder handelen, opdat de notulen later niet zul len kunnen worden verdraaid. Hij moet natuurlijk deze woorden intrekken, doch zij beteekenen wel de stemming, die bij andersdenkenden tegen dezen wethouder bestaat. De S. D. A. P. en de heer Flmmen. De voorzitter van het partijbestuur der S. D. A. P., de heer W. H. Vliegen, dient den heer Edo Flmmen als volgt van ant woord: „Ik weiger mijnerzijds met u elke uit eenzetting en aan u elke beantwoording van elke vraag, zoolang gij niet zonder omweg of slag-om-den-arm hebt geant woord op mijn vragen, die deze zijn: „Weet gij iets van in de sociaal-demo cratische beweging in Nederland bestaan de of plaats gehad hebbende corruptie, ja of neen? „Zoo ja, noem dan de feiten, met man en paard. „Zoo neen, zeg dan het neen is. „Ik ben niet aan het onderzoeken of Fimmen bijgeval aan het lasteren of aan het praatjesmaken is geweest, die vraag staat op het tweede of derde plan. Ik ben bezig uit te vorschen ingevolge mijn be lofte aan het partij-congres, of in onze beweging corruptieve toestanden bestaan, of partjjgenooten al of niet bij corruptieve handelingen betrokken zijn. „Wilt gij niet antwoorden, het is uw zaak. In het geval dat we hier voor ons hebben is het uitblijven van antwoord misschien wel het duidelijkste antwoord. Maar door wedervragen laat ik mij van de quaestie* waarom het gaat, niet afbren gen. De slotzin van uw stukje laat vermoe den dat gij iets te antwoorden hebt Mij dunkt dan moest het voor u een gewe tensvraag zijn om dit terstond en k;aa: «a duidelijk te doen, zonder er op fee wachten dat men u de woorden uit de keel wringt." De Nederlandsche scheepsbouw. De Nederlandsche werven volop werk. Uit Londen wordt aan het HbL gemeld: Lordt Bearsted verklaart in de „Times" dat van de order op 15 tankschepen elk van 2300 tons, 13 schepen aan de Neder landsche werven zijn gegund. De schr. meent dat de Nederlandsche werven thans vol zitten met bestellingen en geen verdere contracten kunnen sluiten. Het Hbl. teekent bierbij aan: BQ informatie ter bevoegder plaatse ia ons gebleken, dat de Nederlandsche wer ven op het oogenblik inderdaad niet te klagen hebben over gebrek aan bestellin gen. De opmerking van Lord Bearstel, dat onze scheepsbouw geen verdere orders zou kunnen accepteeren, is, in niet al te absoluten zin, eveneens juist De oorzaak daarvan is echter niet zoozeer, dat de capaciteit van onze werven zou te kort schieten, maar wel, dat men reeds gerui- men tijd te kampen heeft met gebrek aan werkkrachten. Het gebrek aan werkkrachten geldt zoo wel voor den bouw van zee- als van rivier schepen. Immers bij een grootere bedrij vigheid in den zeescheepsbouw, worden uit den aard der zaak al spoedig werk krachten aan de kleinere werven onttrok ken, die trouwens op het oogenblik even eens in bevredigende mate van bestollin- gen zijn voorzien. Overigens dient niet over het hoofd te worden gezien, dat de bedoelde orders op tankschepen destijds zijin geplaatst teg< n bedragen, die bijna geen winst laten, zoo dat het feit geen verwachtingen behoeft te wekken omtrent de flnancieele resul taten. Daaruit volgt dan tevens dat men de concurrentie-mogelijkheid der Neder landsche werven niet dient te onderschat ten, iets waaraan men zich ln het buiten land nogal eens schuldig maakt De Anglo-Saxon Oil Co. Ltd. heeft bij een D u 11 s c h e werf vier motortankboo- ten besteld, elk 10,000 t groot, voor een bedrag van 800,000. Het personeel van de Hollandsche spoor. Naar het „U. D." verneemt heeft de directie der Nederlandsche Spoorwegen bepaald, dat het personeel van de Hol landsche Spoor, dat deelgenoot is van het pensioenfonds, voortaan niet meer op 60-jarlgen leeftijd ontslagen wordt, dooh dat bedoelde ambtenaren en beambten ook na het hereiken van dien leeftijd ln dienst gehouden kunnen worden, tenzij hun werkkracht, geschiktheid, bekwaam heid of dienstijver van dien aard zijn, dat op hun langer behoud geen prijs wordt gesteld. Bij de Staatsspoor heeft altQd de bepa ling gegolden, dat het personeel op 66- jarigen leeftijd den dienst moest verlaten. De Wethouderscrlsis te Rotterdam. Mri van der Hoeven bedankt opnieuw. In weerwil van het feit, dat Donder dagmiddag mr. A. van der Hoeven weder om tot wethouder van Financiën werd gekozen, duurt de wethouderscrisis voort. Want Donderdagavond is wederom na langdurige discussie verworpen het voor stel Schouten o.s. tot verhaal van 87»% pensioensbijdragen op het gemeenteper- soneel. Zooais men weet, had de Raad ditzelfde voorstel op 27 Febr. verworpen, wat voor den wethouder van Financiën aanleiding was af te treden. De drie rechtsche raads fracties hadden, toen in een vorige ver gadering geen wethouder kon worden be noemd het voorstel opnieuw ingediend, teneinde het mr. Van der Hoeven moge lijk te maken aan te blijven. Tot het middernachtelijk uur werd over het voorstel gediscussieerd. In de middagzitting kon het niet aan de orde komen, omdat wegens een meenings- verschil door de heeren dr. Van Rave- steijn en Van Burink obstructie was ge voerd. Bij ieder agendapunt en onderdee- len er van hielden zij langdurige redevoe ringen, tot zij ten slotte verklaarden de obstructie te zullen eindigen. Toen het ten slotte op stemmen aan kwam, werd het voorstel met 22 tegen 21 stemmen verworpen, waarbij de stem van den heer Corermans den doorslag heeft gegeven. Het resultaat van de stemming was voor mr. Van der Hoeven aanleiding, zijn benoeming tot wethouder van Flnanoiën niet te aanvaarden. De beroovlng van 28,006. De beroofster S. S., die de vorige week ln een pand aan de Prinsenstraat te Rot terdam een caféhouder uit Dordrecht be roofd heeft van 1 23,000, is overgebracht naar het huis van bewaring. De vrouw is nog slechts 21 jaar en ge huwd met zekeren E. M., een echtgenoot, die den bekenden L. H. v. d. 8., die het vorig jaar wegens de poging tot beroo vlng met behulp van een auto in het Sterreboech te Schiedam werd veroordeeld tot 7 jaar gevangenisstraf, voor haar heeft opgezooht. v. d. S. leefde met de toen nog minderjarige 8. 8. Om te zorgen, dat ze bij haar misdrijven niet naar een tucht school of rijksopvoedingsgesticht werd ge zonden, had hij voor een bedrag van en kele honderden guldens M. bereid gevon den ten stadhuize te verklaren, dat hij in het vervolg lief en leed met 8. 8. zou deelen. Onmiddellijk na de trouwplechtig heid had M. de vrouw weer aan haren souteneur overgedragen. Het onlangs gemelde Utrechtsdhe ge val van een meisje, dat men had laten trouwen om haar aan een vonnis van den kantonrechter ta onttrekken, wee dus niet AMSTERDAMSCHE BRIEVEN. Een stijgende bloei van de natuurweten schappen en de techniek; een voortdurend, strjjdvaardig-gespannen verhouding tus schen kapitaal en arbeid, waarbij heit in eersten aanleg om hert materieele gaat, ten slotte nog een wereldoorlog met zijn ma laise en andere nasleep, een en ander even eens nauw verbonden met de „stoffelijke werkelijkheid", zietdaar het beeld, in korte trekken, van de laatste halve eeuw. In zoo'n tijd, waarin de bewust© aandacht van de menschheid bijna geheel op de bui tenwereld gericht werd, heeft, zou men, oppervlakkig redeneerend, geneigd zijn te zeggen, de innerlijke wereld, waaruit de kunst opbloeit, weinig kans. De werkelijk heid spot echter veelal met al te gemakke lijke (logische) redeneeringen en zoo ook hier. Juist in deze laatste halve eeuw gaf, en seker niet 't minst in ons land, een merkwaardige bloei van vele kunsten te aan schouwen. (Dat die bloei - zich niet in de dikte der kunstenaarsbeurzen afspiegelde, doet in dit verband niet ter zake). Daar had den we, om te beginnen, de bekende 80-er beweging in de litteratuur; dan het ontstaan der_ nieuwe, krachtige stroomingen in onze schilderswereld gewekt, voor een groot deel door onzen Vincent van Gogh; de opleving, onder aanvoering van Berlage van onze bouwkunst, die zich in enkele jaren zoo krachtig ontplooide, dat men van uit het buitenland ln steeds grooler getale ter bede vaart optrekt naar haar producenten; het feit, dat de muziekbeoefening qualltatief zoowel al» quantitatief op een ongekend hoog plan kwam te staan en dat we, voor 't eerst weer na honderden jaren op enkele belangrijke, Nederlandsche componisten kunnen wijzen (Diepenbrock, Zweers, Pij pers, Vermeulen); het ontstaan en de krach tige bloei van de moderne kunstnijverheids beweging; tooneel-hernieuwers en hervor mers als Rooyaards en Verkade; en ten slotte zelfs ln een; kunstuiting, die hier van oudsher nooit bijster heeft willen gedijen, het beeldhouwen, talenten van het kaliber van een Rëdeker, een Polet, een Krop.... Inderdaad een merkwaardig verschijnsel. Direct afleidbaar uit de materieele omstan digheden Is het niet, tenzij men dezen kunsthloei juist als een reactieverschitnsel wil zien op een verwarde, droeve, dishar monische buitenwereld, waaruit men „vlucht", om In.... den Droom zijn heil te zoeken. Misschien is 't wel zoo; misschien ook grijpen op het terrein der kunstschep ping factoren ln die niet onmiddellijk ver band hpuden met de ons bekende (economi sche) buitenwereld1. Hoe het ook zij: het feit is er en Is verheugend. De Vereeniging „Kunst aan het Volk", die in de hoofdstad de laatste jareö een be wonderenswaardig organisatie-vermogen ont wikkelde en reeds bij vele duizenden haar leden telt, meende dan ook den tijd gekomen om een tijdelijke uitkijktoren op te richten teneinde het publiek in staat te stellen even aandachtig terug te kijken over den in de laatste halve eeuw door onze vaderiandsche Muze afgelegden weg. Zij stelt zich voo. in den komenden herfst een tentoonstelling in te richten in ons Stedelijk Museum, waarin de „Ontwikkeling der Nederlandsche Kunsten in de laatste halve eeuw" overzich telijk zal worden gegeven. Het Gemeente bestuur toonde zich reeds zeer voor dit plan te interesseeren en verklaarde zich niet al leen bereid de aangevraagde subsidie te ver leenen, maar stelde zich tevens eigener be weging, met een spontaan gebaar, garant voor een gedeelte van het eventueele deficit. Wèl een bewijs van een uitzonderlijke inge nomenheid met het plan! Want van „spon tane" gebaren pleegt een gemeentebestuur .over het algemeen weinig last te hebben. En in 't bijzonder het Amsterdamsche niet. Maar zóó weinig spontaan als het zich deze week ter gelegenheid van de laatste Raadszitting vertoond' heeft, vertoonde h t zich misschien nog nooit! De voordracnten, d'e anders den Raad van de zijde van B. en W. bereiken, mogen dan al eens duidelijk de sporen dragen van een „compromis", dat tenslotte ln den boezem van het Gemeent - bestuur, na langdurige binnenskamersche beraadslagingen, bereikt werd', zij kwa men tot nu toe toch altijd als een door het Gemeentebestuur in zijn eeheel gesteund plan of voorstel ter Raadstafel. Ditmaal kon echter blijkbaar geen accoord bereikt worden tusschen de geëerde „meer derheid" van B. en W. en de niet minder eeëerde „minderheid" en besloot het geaobte college dus maar met twee, geheel tegen elkander ingaande voordrachten ter tafel te komen. Het eene van de „minderheid"; het andere van de „meerderheid". Hoe men zich, vindt dit novum in 't vervolg navolging, de vervoeging van het werkwoord ,Jbe- sturerf' voorstelt, blijft een raadsel. Dat echter niet ik, maar het Gemeentehes/uur heeft op te lossen. Ik had me tot nu toe altijd verbeeld, dat een van de eerste regelen van de democratische moraal dit was: het door de minderheid eerbiedigen van de he sluiten der meerderheid. Maar.... hier dan maar even de feiten. Het ging om het kitsen door Gedeputeerde Staten van het zg. meelbesluit, waarbij B. en W. door den Raad gemachtigd wébden, voort te gaan met den aankoop van meel. De limiet van een daardoor eventueel door de Gemeente te lijden verlies stond volgens Gedeputeerden niet vast genoeg en het risico werd h. i. te groot. Overigens oor deelden zij, dat de Gemeente hier ging tre den op een terrein, dat eigenlijk aan den Staat behoort. In zekeren zin toch kon men hier spreken van een „crisis"-maatregel en dergelijke maatregelen worden door het rijk genomen. De minderheid yan B. en W. wenscht thans, dat de Gemeente een beroep doet op „de Kroon" om het besluit van Gedepu teerden te vernietigen; de meerderheid daarentegen wenscht zich bij de gevallen beslissing neer te leggen. De eerste maakt van de zaak een „principiëele" kwestie en kwam dan ook, bij monde van wethouder Wibaut, verklaren, dat het hier ging om Ged. Staten een» op hun plaat» te zetten en hen te wijzen op het feit, dat rij op on wettige wijze zich bemoeiden met zaken, die alleen de Gemeente aangingen. De heer Wibaut ontpopte zich daarbij als een.... ijverig-juridisch formalist en citeerde aller lei wetten, artikelen uit de Grondwet, para grafen uit het boek van mr. Oppenheim, en wat niet al meer. De Burgemeester, als woordvoerder van de meerderheid daaren tegen, ontpopte zich als.... volslagen op portunist en verklaarde, dat, zoo de min derheid principieel dan ook misschien al ge lijk mocht hebben, de heele beroeps-actie tóch niets zou geven, omdat als de beslissing van de Kroon „afkwam", practlsch toch niets meer zou te hereiken vallen. „Het sop is de kool niet waard", sprak hij. Én waar schijnlijk zal de meerderheid van den Raad ook wel zoo denken, in zooverre men wel niet noodeloos „in beroèp" zal wenschen te gaan. Principieel© uiteenzettingen tegen over Gedeputeerde Staten kan men immers ook wel op andere wijf kenbaar maken dan door middel van een langdurige procedure, die geen enkel practisch resultaat kan hebben. Hèt belangrijke in deze geschiedenis*blijft echter ongetwijfeld deze nieuwe wijze van „regeeren", van „besturen" door middel van een „minderheid" en een „meerder heid"! Er schijnt in deze maand Maart, die zoo wel in de natuur als in de besturende col leges de zaken wonderlijk door elkaar gooit, een bijster gunstige sterren-constellatie te bestaan voor„den ouden dag". Plotse ling, van allerlei kanten, kwamen plannen opzetten om het lot van de „ouden van da gen", die moeilijk in het leven kwamen te staan, te verzachten. De Gemeente kwam met een plan tot inrichting van behoorlijke verpleeglokalen voor „zieke ouden van da gen*; een onbekende weldoener wenscht, in samenwerking met de betrokken vakver- eeniging, een tehuis te stichten voor oude, rustende verpleegsters; in „Parkzicht" had de oprichtingsvergadering plaats van een „Tehuis voor Ouden van dagen" en dan is er nog een pltfn, ook reeds in het begin stadium van uitvoering, voor een „Tehuis voor Heeren", waarin oude vrijgezellen een passend milieu zullen vinden. De laatste jaren had men wel al reeds de zoo sympa thieke Vereeniging „Pro Senectute", die zich op dit gebied bewoog maar nu, in deze Maart-maand, komt deze vlaag van goed-gerichte weldadigheidszin wel zeer sterk, ook van andere zijden opzetten. Wèt men ook tegen deze hondsche Maart- maand moge inbrengen: waar zij haar „oude-dag-sterren" in zulk een gunstige constellatie bracht, zal haar véél vergeven worden!.... April zal moge haar zon het feest luister bijzetten! de drie Indië-vliegers uit bet luchtruim op Schiphol neer z/en dalen en hen in triomftocht de stad zien binnenvoeren. Aan de organisatie van deze huldiging wordt reeds hard gewerkt. Een fakkeloptocht zit zoo goed als in elkaar; een grootsche zangerthulde wordt op touw gezet; harmonie-corpsen en vereenigingen worden gemobiliseerd1.... Hopen wij, dat het in derdaad een groot9ch „feest wordt! Het vliegend driemanschap heeft het zeker aan ons verdiend! nieuw. In het misdadigersmilieu van Rot terdam had al vroeger dit procédé toe passing gevonden. De aangehouden koopman J. K., als Jaap bekend, die de verhuurder van het huis in de Prinsenstraat is, is vrijgelaten. Gearresteerd is de koopman J. Cr uit de Lange Waranda, wlen medeplichtigheid aan de berooving ten laste wordt gelegd. Gerold. Een aannemer heeft aangifte gedaan, dat hij Woensdagmorgen ln de Marnix- straat bij de Rozengracht te Amsterdam van een hem onbekend persoon een vuist slag heeft gekregen, waardoor hij op straat viel. Benige oogenblikken later miste hij zijn portefeuille, inhoudende 2200 aan bankpapier! De vadermoord te Groningen. De rechtbank te Groningen deed Don derdag uitspraak in de zaak tegen de ge broeders Feenstra, die 24 Deo. LI. hun vader Jan Feenstra hebben gewurgd. De reohtbank achtte den primair ten laste gelegden doodslag niet bewenen en ver- oordeelde Jan Feenstra wagons mishan deling, den dood tengevolge hebbende, tot twee jaren gevangenisstraf en Wouter Jaoob Feenstra wegens medeplichtigheid daaraan tot één jaar gevangenisstraf, bei den met aftrek van preventieve heohtenla. De eisch was respectievelijk drie en één jaar geweest. Treurig. Van een arbeidersgezin te Parijs waren de drie kleine kinderen, vijf, vier en twee jaar oud, eergisteren alleen thuis. De va der was naar zijn werk, de moeder was u'tgegaan om dagelijksche inkoopen voor bet gezin te doen. Men veronderstelt, dat de kipderen zioh vermaakt hebben met het aansteken van stukken papier aan een brandende kachel, die in 'het vertrek stond en zoo brand gesticht hebben. Hoe het rij, toen de moeder thuiskwam, vond zij haar kamer in lichte laaie en de drie kinderen dood bij de deur, gestikt in deu rook. Melk met 55 slootwater. Een landbouwer te Ammerzoden ia, door de Tielsche rechtbank, veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf, wegens vervalschlng van melk, met 55 sloot water. De eiach was drie maanden. (TeL) Pe reorganisatie der Postertyen. De ontwikkeling der Nederlandsche kunsten tn de laatste halve eeuw. „Besturen". De oude dag. Openlucht-theater op Franken- dael. De vliegers-hulde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 5