Handenarbeid
BINNENLAND
Geachte Redactie,
-
wenscht voor om den directeur van ge
meentewerken te plaatsen in toongroep 8
(salaris 6000—7000). Voorts zouden wij
den adjunct-directeur willen onderbrengen
in toongroep 7 (salaris 4200—6000), een
en ander zooals ook in 1921 werd voorge
steld.
Bij aanneming van dit voorstel zullen de
totaal salarissen voor de betrokken lunc-
tionnarissen jaarlijks in minimum 8400,
In mflTimiim 8800 meer bedragen dan
thans.
Samenvattende hebben wij de eer U voor
te stellen:
a. de loontabel voor de ambtenaren in
dienst der gemeente Helder zoodanig te wij
zigen, dat bij den tak van dienst „Gemeen
tewerken":
1. in groep 8 wordt opgenomen „Direc
teur";
2. in groep 7 vervalt „Directeur" en
wordt opgenomen „AdjunotrDirecteur"
b. ons machtiging te verleenen tot het
oproepen van een Directeur van Gemeente
werken, zoo mogelijk in het bezit van diplo
ma oMelringenieur of als bouwkundig in
genieur of van een daarmede gelijk te stel
len bevoegdheid en met eenige jaren prac-
tische ervaring.
In een verschenen aanvulling op deze
bijlage wordt medegedeeld, dat één lid
van het Ooilege van B. en W. het met het
voorstel niet eens is. De Oommissie van
Bijstand voor Publieke Werken, wier ge
voelen B. en W. omtrent het voorstel heb
ben ingewonnen, is het daarmede ook niet
eens.
Huifr van gebouwen.
Het Prov. Electriclteitsbedrijf Noordhol
land stelt voor ten behoeve van de eiectricd-
teitsvooraiening dezer gemeente contracten
aan te gaan voor huur van:
a. een hoogspanningscel en een Laagspan-
nlngsruknte In het schakelstation, nabij
de spoorweghalte „Koegras";
Ib. de boogspanningsgebouwtjes met in
richtingen te Julianadorp en aan de
Doggersvaart;
c. een complete hoogspanningsinrichting
aangebracht in het aan de gemeente
toebehoorende hoogspanningsgebouw-
tje te Huisduinen.
De gemeente zal voor het gebruik van de
genoemde objeoten als contrapraestatie per
jaar een huur hebben te betalen van:*
lo. voor de sub a. genoemde hoogspan
ningscel en laagspanningsruimte:
9.3 van de bouwkosten van aanbouw
ad 1100;
18.4 van de bouwkosten der inrichting.
geraamd op 1060;
2o. voor de sub b. genoemde hoogspan
ningsgebouwtjes met inrichtingen:
9.3 van de bouwkosten der gebouwtjes
ad 2818.82;
18.4 van de bouwkosten der Inrichtin
gen in die gebouwtjes ad 3752.73;
8o. voor de sub c. genoemde complete
hoogspanningsinrichting 13.4 van de
bouwkosten die inrichting ad 938.60.
Bovendien zal de gemeente voor de opge
stelde meetinrichting in elk der gebouwtjes
een bedrag aan huur verschuldigd zijn van
2.50 per maand.
B. en W. stellen voor hen te machtigen
deze buur-overeenkomst aan te gaan.
De begrafenis van Louis Bouwmeester.
De Amsterdammers hebben 'Jboven alle
Nederlanders het voorrecht, dat zii van al
lerlei gebeurtenissen kunnen profiteeren,
hetgeen hun leven, ondanks de rumoerige
drukte van een groote Stad, afwisselend
maakt en rijk aan gebeurtenissen. Zjj heb
ben zich dan ook nimmer onbetuigd gelaten,
en in vreugde en smart vertoonen zü zich
in de straten. Zij hebben Heijerinans naar
zijn laatste rustplaats gebracht, zjj hebben
de Indische vliegers juichend binnengehaald,
en nu thans de in de hoofdstad zoozeer po
pulaire acteur Louis Bouwmeester de laatste
groote worsteling volstreden had, nu hebben
de Amsterdammers hem, met groote piëteit
en onder doodsche stilte, dë laatste hulde
bewezen, die zij hem konden brengen.
Bouwmeester was, zooals het „Handels
blad" zegt, een vriend van de Amsterdam
mers, die hem zoo graag in hun midden
zagen. Hoewel hij de 'laatste jaren niet meer
in den Stadsschouwburg optrad, is niettemin
zijn naam daaraan altijd verbonden. Het
Leidscheplein is van oudsher de klassieke
plaats geweest waar de muze zetelde, en het
was een sympathieke geste van het gemeen
tebestuur van Amsterdam om den Stads
schouwburg aan te wijzen als de plaats van
waaruit het stoffelijk overschot van Bouw
meester naar zijn laatste rustplaats zou wor
den gebracht.
'In den laten avond van Vrijdag-werd' de
rotonde achter de hall van den Stadsschouw
burg ingericht tot rouwkapel; zwarte klee-
den werden opgehangen, beschilderd met
zilveren emblemen; van de zoldering hingen
lange zilveren kwasten neer, de-vloer was
bedekt met een zwart tapijt. Én in den vroe
gen morgen van Zaterdag, dien vreeselijken
stormmorgen, waarmede de Meimaand ons
begroette, werd het stoffelijk overschot van
onzen grooten Louis uit de ziekenverpleging
naar deze rouwkapel overgebracht. Slechts
een paar taikken witte seringen: laatste groet
van de kinderen, waren op de eikenhouten
kist gelegd.
Vroeg al in den morgen, toen bedienden
van den Stadsschouwburg geluidloos om
gingen, werden de kransen en bloemen aan
gedragen. Het hoopte zich op in de sumbere
rouwkamer tot een levende hoop van teere
kleuren, die hun warme bloemengeuren ver
spreidden In de rondte: zóó groeten de le
venden den doode, die zij liefhadden en ver
eerden om wat hij hen gegeven had, een
lang, lang menschenlevenAlle kransen
en bloemstukken te noemen heeft geen zin;
slechts van enkele willen wij het vermelden.
Zoo hadden de Stadsschouwburg van Gro
ningen en de leden van de N.T.K.V. 'bloemen
en palmen gezonden, witte rozen en serin
gen vertolkten den groet van Willem Men
gelberg en het Concertgebouworkest. „Arti
et Amicitiae" had witte rozen en bleek
blauwe iris gezonden. Elk ^toneelgezelschap,
elk operette-ensemble, elke schouwburg
directie, vele, vele particulieren zonden bloe
men. Heel stil is het in die rouwkapel, waar,
hoog boven de opgetaste bloemen en takken
en palmen, de kleine, eikenhouten kist
staat.
Honderden tooneeloonfraters komen hun
hulde brenger»; menscheh, die in hun leven
met Bouwmeester hebben gespeeld, die zijn
directeur waren of regisseur, zijn confrère,
zijn leerling. Julia Ouypers en Hyman
Croiset en Esther de Boer—van Rijk en Oo
Arnoldi en mevrpuw Holtropvan Gelder
en Ko van Dijk en Nap de la Mar....'en
nog velen, velen meer. ttèfaël Bouwmeester,
de oudste zoon, stond er hij, klein en stil, in
een hoek van de hall buiten de rouwkamer,
en diep ontroerd vertelde hij van het tele
gram van de Koningin, dat hij vanmorgen
gekregen had, van het telegram van het ge
meentebestuur van MaddelharniB, Bouw-
meester's geboorteplaats. En de zestienjarige
Wiesje stond alleen aan de baar en staarde
naar de bloemen en huilde en drukte de
handen harer collega's. Wiesje, die juist haar
teoneelloopbaan begon, toen die van haar
vader werd afgesneden. Alle Bouwmeesters
stonden er, met hun echtgenooten, en om
half elf kwam mevrouw Mann. Minutenlang
bleef zjj aan den ingang van de chapelle
ardente staan, viel toen snikkend in de
armen van Julia Ouypers en ging heen
Later kwam zjj terug om naar al Se bloemen
te kijken, naar al die 'bloemen. De weduwe
van Louis Bouwmeester, Julia Bouwmees
ter—de Boer, bleef bij haar Staan.
Te elf uur gaan de hoofddeuren van den
Stadsschouwburg open. In de vestibule,
naast den tooper, die van de chapelle ardente
gaat, schaart zich een eerewaoht van toonee-
Usten. En die bloemen en kransen worden
naar buitengedragen, rozeblaadjes dwarrelen
neer op den zwarten looper, een tak seringen
laat los en wordt dóór een jonge actrice in
haar taschje geborgen. Het eerste bloemen -
rjjtulg Is vdï, het tweede wordt onder de
peristyle voorgereden en steeds weer worden
de bloemen opgetast: aaronskelken en rouw
violen, en kransen en garven, takken en
bloemtuilen. Dan rijdt de rouwkoets voor en
op hetzelfde oogenblik zet het fanfarecorps
van de politie op het baloon van den Schouw
burg een treurmarsch in, die over het geheel
gevulde Hein en de aangrenzende straten
klinkt. En voor de laatste maal verlaat Louis
Bouwmeester het huis, waar hij een men-
Schenleeftijd lang het Nederlandsche volk
het beste heeft gegeven wat hij geven kon.
Als slippendragers fungeerden mevrouw de
Boer—van Rijk en mevrouw v. d. Horst-
van der Lugt Melsert, en de heeren Jan
Muscb en August Kiehl. En naast de slip
pendragers twaalf confraters, die straks op
het kerkhof de kist grafwaarts zullen dragen.
Doodstil is het op het anders zoo lawaaiige
Leidsche Plein, alle verkeer stond stil, ook
de trams reden niet vpor een wijle. Alle aan
wezigen ontblootten het hoofd toen de kist
uitgedragen weid. In lange, lange rijen volg
den de acteurs en actrices. -
In het eerste .volgrijtuig had plaats ge
nomen de vertegenwoordiger van de regee
ring, mr. C. Feith, in het tweede de kinde
ren: Rafael en Louis Jr„ de dochter Louise
Cornelius—Bouwmeester en Wiesje, de
jongste dochter. Dan Bouwmeesters zuster,
mevrouw Mann, schreiend aan den arm van
mevr. Bouwmeester—Orefio, Louise Bouw
meesterSa ndbergen en de weduwe, me
vrouw Julia Bouwmeesterde Boer..
Andere rijtuigen volgen, waarin familie
leden: schoonzoon, neven, jhr. Van Riems
dijk, Henri ter Hall, den Franschen consul,
enz. Ook de verpleegster, die Bouwmeester
in zijn laatste levensdagen verzorgde en ver
der Schouwburgdirecties, vrienden, enz.
Het Vondelpark was van negen tot elf
gedeeltelijk afgezet, daar zich hier verschil
lende corporaties met banieren enz. zouden
opstellen. De genomen maatregelen bleken
evenwel overbodig, daar de meeste corpora
ties er de voorkeur aan hadden gegeven
rechtstreeks naar het Leidsche Plein te gaan.
Duizenden en duizenden stonden langs den
weg, die gevolgd werd'; de politie had zeer
uitgebreide maatregelen genomen voor af
zetting der wegen; zooals wij reeds zelden
was het tramverkeer in beide richtingen
stopgezet. Bereden politie opende den stoet.
Zoodra de stoet voorbij was, werd de afzet
ting opgeheven.
Langs Stadhouderskade en Westeinde
ging het naar het Frederikspledn naar den
Schouwburg van het Paleis voor Volksvlijt,
de instelling-waaraan de naam Bouwmeester
zoo zeer verbonden is. Hier1 stonden Haghe-
zangera opgesteld en het orkest van den
Paleisschou wburg, versterkt met leden van
de Amsterdamsche afdeeling van den Toon-
kunstenaarsbood, bracht er Chopinte treur
marsch ten gehoore. Dan gaat het verder,
langs Ooeteinde, Amsteldijk, naar Zorgvlied.
Op enkele meters afstand van het graf
van Herman Heijerinans is het graf van
Louis Bouwmeester gedolven. Het is het al
gemeen® gedeelte van de begraafplaats, doch
het graf Is speciaal' gewijd door de R.-K.
geestelijkheid. Op het R.-K. kerkhof is niet
voldoende ruimte voor een gedenkteeken.
Vóór de aankomst waren o. a. op het kerk
hof aanwezig mevrouw Royaards en de heer
Louis Saalborn en nog vele anderen.
Na de plechtigheid in de kapel dragen
kunstbroeders de kist naar de laatste rust
plaats, -pastoor Serbock met het crucifix
voorop. Aan de groeve, terwijl' de geestelijke
de ceremoniën verrichtte, zongen de leden
van de Amsterdamsche Zangvereenigingen
Höndel's „Eoce quo modo moritur". Nadat
de laatste tonen waren verstorven, strooiden
mevrouw de Boer—van Rijk en de heer
Frits Bouwmeester 'bloemen op de kist
Van de verschillende toespraken kunnen
wij, met het oog op de plaatsruimte, niets
vermelden. Mr. O. Feith, secretaris-generaal
van het Departement van Onderwijs, Kun
sten en Wetenschappen, sprak ais verte
genwoordiger van Minister De Visser, de
heer Wibaut namens het Gemeentebestuur
van Amsterdam, jhr. A. W. G. van Riems
dijk namens het Nederi. Tooneelverbond,
Louis Saalborn namens'de Kon. Ned. Ver-
eenlglng .Het Ned. Tooneel" <btt afwezig
heid van dr. Willem Royaards), Aar. van der
Horst voerde het woord namens „Het
SchouwtooneeT, Johan Boskamp namens
de directie van den Frascati-Sohoirwburg en
de operette-artisten, L. M. Smith namens
de Maatschappij „Apollo", waarvan Bouw
meester eere-voorzitter was, Ko Balfoört
namens de Ned. Tooneelkunstenaarsvereeni-
ging, Frank Luns namens de afdeeling Am
sterdam van het Ned Tooneelverbond, A.
Mondt namens den Senaat van het Amster
damsche Studentencorps, Lion van Lier als
oud vriend D. Hamburger Jr. te Utrecht
namens den Ned. Bioscoopbond, en nog en
kele anderen.
Mr. Kokasky dankte namens de familie
voor de belangstelling. Wat deze laatste zeide
was wel treffend en wij zullen met een aan
haling daaruit besluiten.
(Ik spreek hier, zeide mr. Kokosky, gaarne
eenige woorden, -niet zoozeer om hulde te
betuigen aan jelui vader, maar omdat ik het
zoo heerlijk vind om van de gelegenheid' ge
bruik te maken iets persoonlijks te zeggen.
„Nu ge je vader' begraven hebt, kunt ge
allen zeggen: wij hebben allen gedaan wat
wij konden. Gij hebt tegen hem opgezien
als een held; als een .godheid hebt ge hem
behandeld. Jehii zjjt geweest goede, brave
kinderen, jelui zijt geweest zooals kinderen
moeten zijn. En dit kwam omdat je vader
niet alleen was een groot tooneelspeler, maar
ook een goed vader, een beminnelijk
mensch."
Nederland heeft weer een groot mwu
minder..
De Kamerverkiezingen.
Door den Vrijheidsbond worden
in de kieskringen Leeuwarden, Gronin
gen, Held e r, en Assen candidaat ge
steld:
L mr. G. A. Boon; 2. dr. S. E. B. Biere-
ma; 3. D. de Boer; 4. H. A. van Riel—
Smeenge; 5. J. Huges; 6. J_ Dekker; 7.
E. H. Ebels; 8. H. Eisma; 9. A. E. van
Braam Houckgeest-r-Schroot; 10. mr. H.
E. Overing; 11. L. S. Hilarides; 12. G.
Nijenhuis; 13. rar. P. A. Offers; 14. W. de
Geus; 15. E. M. Teenstra; 16. U. D. Rein
ders.
Ter voorziening in de .door het overlij
den van den heer Monté verLoren open-
gekomen plaats op de hoofdlijst der
A p t i-R e v. P a r t ij voor de a.s. Kamer
verkiezingen, is doer het centraal comité
in overleg met het college van gemaohtig-
den bepaald, dat nummers 7 tot en met 13
alle een plaats zullen opschuiven, zoodat
dus no. 13, dr. Scheurer, nu op no. 12
komt, terwijl no. 13 zal worden ingeno
men door mr. Bijleveld; Diens» plaats op
de bijlijst wordt niet vervuld, zoodat deze
na de wijziging slechts 19 namen bevat.
t
Mevrouw W. A. Brouns van Besouw, te
's Hertogenbosch, aan wie de plaats op
een vrije lijst werd aangeboden, waarop
haar verkiezing tot lid der Tweede Ka
mer verzekerd zou zijn, heeft voor die
candidatuur bedankt
De federatie Helder van den Vrijzinnig
Democratischen Bond besloot in een on
langs te Helder en te Hborn gehouden
vergadering om de verkiezing van een
candidaat uit.den kieskring zelf door
voorkeurstemming te bevorderen, nL van
den heer D. Kooiman, lid van Gedepu
teerde Staten te Purmerend. In een thans
te Alkmaar gehouden federatievergade
ring, naar aanleiding van een verzoek
van den heer Kooiman dit besluit in te
trekken werd besloten dat genoemde heer
wel op de lijst gehandhaafd blijft, doch op
zijn verzoek geen bijzondere actie voor
zijn verkiezing zal worden gevoerd.
De Communistische Party.
Het partijbestuur van de Comm. Partij
Holland vergaderde Zaterdagavond, be
handelde het rapport van de delegatie
naar Moskou en de ingekomen resolutie,
en besloot, nhar „De Tribune" meldt,
daaromtrent het volgende telegram naar
Moskou te zenden:
partijbestuur O. P. EL, brief Execu
tieve ontvangen, is met uitzondering min
derheid, met Partij-delegatie van oordeel,
dat drie organisatorische maatregelen on
uitvoerbaar zijn, wijl fraotievorming daar
door wordt gestabiliseerd. P. B. stelt daar
om partijbestuursfuncties ter beschik
king, op zjjn post blijvend tot en op con
gres."
De drie organisatorische maatregelen,
door het partijbestuur bedoeld, zijn dezelf
de waaromtrent de Partijdelegatie reeds te
Moskou uitdrukkelijk haar voorbehoud
maakte, te weten die betreffende de Ka
merfracties, het partjj-seoretariaat en de
redactie.
Het partijbestuur altijd de minder
heid uitgezonderd was namelijk van
oordeel dat door deze drie geformuleerde
maatregelen de fractievorming in de par
tij, in plaats van voorgoed onderdrukt,
juist bestendigd werd.
En al is het partijbestuur van meening,
dat de uitgebrachte kritiek zelve niet vol
komen te rechtvaardigen is, toch wil het,
evenals de partijdelegatie te Moskou reeds
deed, uitdrukkelijk verklaren dat het met
de geoefende kritiek zonder eenig voor
behoud rekening zal houden.
Enkel dus en uitsluitend ten opzichte
van de drie organisatorische maatregelen
moest het partijbestuur op de aangegeven
gronden zijn uitdrukkelijk voorbehoud
maken; rnaty dit voorbehoud der onuit
voerbaarheid verplichtte het partijbestuur
dan ook zijn partijbestuursfuncties ter be
schikking te stellen.
Een geval van schorsing b(J hef
loodswezen.
Op vragen van het Tweede Kamerlid
Duys
heeft de minister van marine geant
woord
Ad 1. In de maand December 1924
heeft ondergeteekende een stoker van het
personeel der betonning en verlichting,
op grond van eeu ter zake ontvangen
Ingezonden Mededeellng.
geeft vaak ruwe, beschadigde en leelijk
uitziende werkhaven. Deze worden echter
weer spoedig gaaf en zacht door Purol.
ambtelijk rapport, gestraft met schorsing
gedurende 7 dagen, met stilstand van
wedde, wegens het, na het ontvangen van
orders, uiten van de woorden: „Zijn wij
beesten of menschen".
Ad 8. Aangezien de aan bedoelden
stoker gedane mededeellng het karakter
droeg van een order, is de motiveering in
overeenstemming met de werkelijke toe
dracht der feiten.
Aangezien de gestrafte o.m. schriftelijk
heeft verklaard, de bedoelde, in verband
met de plaats, waar, en het tijdstip, waarop
zij werd geuit, verregaand ongepast te
achten uitdrukking te hebben gebezigd,
bestond er voor ondergeteekende geen
aanleiding,' te treden in verzoeken tot het
Instellin van een commissie van onderzoek
of beroep (Lo. bedoeld als commissie van
advies).
Een valsche Frans Hals.
Door den heer A. W. M. Mensing, van
de bekende kunstfirma Frederik Muller
Oo., te A'dam, Is indertijd een prooes
ingesteld tegen een Haagschen ingenieur
omtrent een schilderij, dat deze aan den
eersten verkocht had als een Frans Hals.
Er waren evenwel aanwijzingen, dat men
met een vervalsohing te doen had, en drie
deskundigen, Sir Charles Holmes, direc
teur der National Gallery te Londen, prof.
dr. W. Martin, directeur van het Kon.
Kabinet van Schilderijen te 's-Graven-
hage en professor dr. F. E. O. Scheffer,
hoogleeraar In de anorganische chemie
aan de Technische Hoogeschool te Delft
hebben nu een rapport uitgebracht, waar
in zij ooncludeeren, dat bedoeld schilderij
een moderne nabootsing is. Interessant is
de motiveering van deze oonclusie te hoo-
ren.
Er waren al spoedig bedenkingen tegen
de echtheid geopperd, en men vond o.a.
een kleurmenging met een verdacht, don
ker uitziend ultramarijn. Het chemisch
onderzoek wees uit, dat hier inderdaad
kunstmatig ultramarijn was gebruikt,
waarvan de fabricage eerst dagteekent
uit het begin der 19e eeuw. Door Rönt-
gen-photographie werd de aanwezigheid
van twee draadnagels aangetoond, en ver
dere onderzoekingen wezen uit, dat deze
draadnagels waren aangebracht vóór het
paneel beschilderd was. De fabricage van
draadnagels nu dagteekent uit de 19e
eeuw. Ook was er zinkwit gebruikt, waar
van de fabricage dateert van 1781. Dik
wijls wordt de echtheid van een schilderij
onderzocht op alcohol,waartegen de oude
schilderijen goed bestand zijn. De verval-
schers weten dit en bij deze verf bleek in
derdaad lom toegepast te zijn, waardoor
de poetsproef met alcohol geen nadeel aan
de verf toebracht Ook bleek een bizon-
dere zachte verfsoort te zijn gebruikt die
in de dagen van Frans Hals niet gebruikt
werd.
Op» deze gronden werd geconcludeerd,
dat inderdaad het schilderij een verval-
sching was.
dezen aan den schouder werd getroffen,
door een projectiel, ln de gedaante van
een groot stuk afval van vleesch. In woe
de ontstoken vergat de man bijna, dat hij
zijn eigen rechter niet mocht zijn. Doch
ter zake. Ik hoop hierbij in naam van het
pasaeerend publiek te mogen wenschen,
dat deze firma wat voorzichtiger met de
afval omgaat daar m. L zoo'n winkel be
ter tot zijn recht zou komen bij de visoh-
rookerij aan den Ruyghweg, dan ln de
Spooretraat daar de trefzekerheid voor
het publiek geringer zou zijn.
Dankend A. Menschaar!
"Het geval heeft zioh zoo niet voorge
daan. De jongste bediende wilde een klein
stukje (geen groot stuk, zooals de heer
Menschaart voorstelt) naar een hond
gooien, doch trof per ongeluk den heer
Kramer. Bewuste jongen Is door ons daar
voor onder handen genomen.
Wij begrijpen overigens niet dat voor
dergelijke dingetjes ingezonden stukken
moeten geschreven worden. Wfl geven
den heer Mepschaart ln overweging om
meer over belangrijker stukken te schrij
ven.
Hoogachtend,
Slikker,
Ansjovis.
Men schrijft aan de N. R. Ori:
De nieuwe vangst heeft de afgeloopen
week de 10.000 kg. reeds overschreden;
evenals voor de 1924er belooft de notee-
in het Z.-zeegebied een zeer stabiele te
worden: hier en daar zijn reeds afslag-
prijzen van 82 c. per k.g. besteed, een
maximum van jaren achtereen. Ulto-April
werd via de Coöp. Ansj. Verkoop Vereen,
een noteering van 69.— 70 gemeld voor
1924er-ankers en 80 voor de oudere jaar
gang 1923. De verwachting is een gun
stige visscherij.
Het nieuwe koloniehuls te Petten.
In tegenwoordigheid van vele belang
stellenden Is Zaterdagmiddag het nieuwe
herstellingsoord te Petten aan Zee der
Vereeniging „Trein 8.28" feestelijk geo
pend. Reeds Zondag namen 40 kinderen
er hun intrek.
INGEZONDEN.
Geachte Redactie,
ln de Heldersche Courant van Zaterdag
2 Mei j.L, komt een stukje voor, inhou
dende eenige vragen, gesteld door het
Tweede Kamerlid, den heer Ketelaar aan
Zijne Excellentie den Minister v. Marine,
betreffende verplegend personeel werk
zaam in het Marine-Hospitaal.
Ondergeteekenden zouden er prijs op
stellen, door publicatie van dit ingezon
den stukje te verklaren, dat, vooral wat de
eerste vraag betreft, zij het betreuren dat
deze aan Zijne Excellentie gedaan is, daar
de verplegers voor de Marine niet zijn
vervangen door verpleegsters; deze zijn
van de gemeente overgegaan naar de Ma
rine voor de burger-afdeellng.
Was de heer Ketelaar door bevoegden
ingelicht, dan had hjj zeer zeker deze
vraag niet gesteld.
Bij voorbuat vriendelijk dankzeggend
voor de verleende plaatsruimte.
Hoogachtend,
Het Bestuur v.d. Oentr. Ned.
Ambt Bond, afd. Helder.
O. Hejjblok, Secretaris.
Beleefd verzoekt ondergeteekende een
plaatsje voor onderstaande. Bij voorbaat
mijn dank.
Toen ik Zaterdagmorgen omstreeks
half twaalf den slagerswinkel van de fa.
Slikker in de Spoorstraat passeerde, trof
miju oog een minder aangenaam geval,
voor den fruitkoopman P. Kramer, Haar
Aan de Redactie van de
Heldersche Courant
De toepaastng van Art. 87 van het Werk
lieden-reglement voor het Qemeente-
personeel.
Geachte Redactie.
Ons ingezonden schrijven door U in de
H. O. van Zaterdag ji. opgenomen noopte
U tot het in extenso overnemen van het
prae-advies van B. en W. op het adres van
onzen bond en dat van J. 6. Nieuwbuur^,
nopens de toepassing van Art. 87 van het
W.-R
Hoewel de publicatie van dit prae-advies
niet op ons verzoek geschiedde, zijn wij niet
temin Uw redactie daar zeer dankbaar voor,
omdat het ons aanleiding geeft bedoeld prae-
advies aan een critische beschouwing te on
derwerpen, waarvoor U wel zoo welwillend
zult zijn, ons eenige plaatsruimte in uw blad
beschikbaar te stellen.
Het W.-R., zooals het door den Raad ln
zjjii openbare vergadering Van 20 Augustus
1919 werd vastgesteld, bevatte een artikel,
dat als grondslag van een latere wachtgeld
regeling moest dienen. Dit artikel luidde:
In het geval, bedoeld in Art. 26 ten twee
de, sub b, (ontslag wegens opheffing van
betrekking), wordt een werkman in vasten
dienst op wachtgeld gesteld volgens nader
voor elk bijzonder geval of voor elke groep
van bijzondere gevallen door den Gemeen
teraad te stellen regelen, tenzij de betrok
kene bij de opheffing aanspraak op het
hoogste pensioen, dat ingevolge de Pen
sioenwet voor de Gemeenteambtenaren 1918
kan worden verleend, kan (toen gelden.
Indien de betrokkene bi] de ophefting der
betrekking geen aanspraak kan doen gelden
op het hoogste periSben, houdt de uit keering
van wachtgeld op zoodra die aanspraak ont
staat.
Voor ieder die lezen kan, is de laatste
alinea volkomen duidelijk. De gemeente is
verplicht wachtgeld uit te keeren totdat de
betrokkene aanspraak kan doen gelden op
het maximum pensioen. Alleen omtrent de
grootte van het bedrag is in het W.-R. geen
Imperatieve bepaling opgenomen.
In het ontwerp van wet der Staatscom
missie ter voorbereiding van algemeene wet
telijke regelen betreffende den Rechtstoe
stand van ambtenaren (cammissie-Dressel-
huys), dat als leiddraad bij de samenstelling
van ons W.«R. heeft gediend, worden in Art
52, sub 2, regelen vastgelegd omtrent den
duur en het bedrag van het wachtgeld, ter
wijl in Art. 66, sub 1, wordt bepaald, dat
„de tijd gedurende wachtgeld wordt genoten,
geldt voor het pensioen als diensttijd in de
verlaten betrekking".
'Mocht er nog twijfel bestaan omtrent de
interpretatie van deze bepalingen, dan zij
verwezen naar de toelichting bij het wets
ontwerp, dat allen twijfel daaromtrent uit
sluit.
Art. 87 van het W.-R. kan dus geen an
dere bedoeling hebben gehad dan zooals4zjj
letterlijk luidt
Het is voor ons dan ook een raadsel, dat
B. en W. in een serieus gesteld stuk, dat het
prae-advies toch behoort te zijn, beweren,
dat de Raad volkomen vrij is in een beslis
sing omtrent den duur van het wachtgeld
In 1922 werd de nieuwe Pensioenwet voor
ambtenaren ingevoerd, die eenige nieuwe
beginselen bevatte. In Art. 48, sub 2, werd
bepaald:
„Behoudens het bepaalde in het vijlde lid
heeft de ambtenaar na zijn ontslag recht op
pensioen, indien hjj is ontslagen op grond
van opheffing van zijn betrekking of op
grond van een nieuwe organisatie van zijn
dienstvak, aüts hem geen wachtgeld wordt
toegekend of het wachtgeld, dat hl) ontvtng,
vervalt, wordt Ingetrokken of nünder be
draagt dan het pensioen, berekend over zijn
diensttijd."
Dit artikel schiep de mogelijkheid voor de
Gemeentebesturen om personen in baren
dienst, die wegens opheffing van hun be
trekking ontslagen zouden worden, te doen
pensionneerén.
Waar in deze gemeente nog geen wacht
geldregeling voor het gemeentepersoneel be
stondechter het beginsel er van reeds in
het W.-R. was vastgelegd', kwam de vraag
naar voren of het nog in het belang was van
de Gemeente om Art. 87 van het W.-R. in
zijn bestaanden vorm te handhaven. Bij het
vervallen er van had de gemeente groot
financieel voordeel. Bij' handhaving van het
wachtgeld kwamen de kosten ervan geheel
ten laste van de gemeente.
Na ingewonnen advies van de Commissie
inzake -Ambtenaars- en Werkliedenaange
legenheden besloot de Raad ln zjjn verga
dering van 29 April 1924 Art. 87 van het-
W.-R. als volgt tg wijzigen:
In het geval bedoeld in Art. 25 ten twee
de, sub b, wordt omtrent den werkman door
den Gemeenteraad besllBt op welke wijze en
in welke mate hjj tor zake van zijn ontslag
financieel schadeloos zal worden gestold.