VARIA Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT, Zonderlinge lotgevallen In het Dagelijksch leven van ZATERDAG ZO JUNI 1925 NO. 180 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) ZELFKENNIS DOOR DE FOTO! Niet alleen van bulten maar ook van binnen. Ziet ge, het ia veel gemakkelijker om een ander te helpen bij haar toilettenkens en het resultaat te beoordeelen, dan om zelf goed voor den dag te komen. Men mist immers iedere gelegenheid om zich zelf te bezien en in gang en gebaren gade te slaan! Een spiegel baat maar weinig. Die geeft verkeerde perspectieven en vertelt u niet hoe uw toilet „doet", bij ongedwon gen bewegingen. Slechts een geheel met groote spiegels bezet kabinet zou dit kun nen doen, maar dat is een luxe, die slechts groote modehuizen zich kunnen veroor- loovea We moeten dus op andere middelen zin nen om een onopgesmukt en waarheids getrouw beeld te krijgen van onze ver schijning. Een practlsche Engelache dame, Helen Newton, heeft thans de foto als mode- spiei jel aanbevolen. „Men vrage", zegt ze, „zijn vrienden, zijn vijanden is ook goed, zooveel" moge lijk momentopnamen van ons te maken. En als men dan met de kiekjes alleen is, bestudeert men zorgvuldig hoe de klee- ren vallen en hoe de houding Is. Menigeen zal zich teleurgesteld voelen, omdat ze op de kiek toch niet zoo elegant en zoo chic is, als ze zelf wel geloofde. Maar dan moet de moed niet opgegeven worden: Men kent dan de fouten en men kan op middelen ter verbetering zinnen. Hoe ik aan de idee gekomen ben zegt fnista Newton zal ik u vertellen. Mij ging een licht op over de waarde der foto als rechtspreekster op mode gebied, toen een jong meisje mij, woe dend, een kiekje toonde, dat baar -broer stilletjes van haar genomen had. Ze zag er alles behalve bekoorlijk uit; ze hing met krommen rug tegen een leuning aan, terwijl haar kleeren onorde lijk en zonder gratie om haar heen plooi den. Haar gelaatsuitdrukking was mede alles behalve fiatteerend. Is het niet gemeen van hem vroeg ze. Ik antwoordde echter: Jammer ge noeg heeft de kiek gelijk. Je zit altijd met zpo'n krommen rug en die witte jurk staat je in 'het geheel niet Ze zei er niet veel op, maar ik heb haar de witte Japon nadien nooit meer zien dragen, en als ze zat, had ze later een veel betere houding. De kiek heeft haar een goed lesje gegeven, en dat heeft ze misschien voor velen van ons in petto. HET HORLOGE ALS KOMPAS. In t]]d van nood. Wanneer men des middags om twaalf uur de schaduw van een of andere stiff, van een potlood bij voorbeeld, die in het NELL GWYNN. De Engeische madame du Barry. Wellicht zou men tevergeefs naar twee vrouwen in de geschiedenis zoeken, tus- sohen wie meer overeenkomst bestaat dan tussohen Jeanne Bécu, meer "bekend als Gravin du Barry, die de maitresse van Lodewijk XV werd en Nell Gwynn, ook wel madam Ellen genoemd, die de min zieke Karei U van Engeland in zijn paleis haalde. Beiden zijn uit de laagste kringen voortgekomen, beiden blijven vrij van den in haar toestand zoo licht tot deftige waardigheid verstijvenden invloed van het hot Geen van twee past zich in taal- en manieren aan bij de voorname wereld, waarin zij verkeeren, maar zjjn steeds in haar ongepolijste vroolijkheld en boertige geestigheid echte kinderen des volks. Ook heeft geen van twee er aan ge dacht, om, zooals de Markiezin de Pompa- dour of de Hertogin van Portsmouth, een staatkundige rol te spelen. Een groot verschil is er echter: Terwijl de haat en verachting, in 1789 en later over het Fransche koning-hap uitge stort, ook de millioenen verkwistende Gravin du Barry trof, en zij met een zwarte kool geteekend staat, leeft Nell Gwynn nog altijd in vriendelijke herin nering bij het volk voort. Haar tekortschieten in hetgeen als eerste eisch aan een vrouw gesteld wordt, is v«kg«ten om haar klein bevallig per middelpunt van de wijzerplaat loodrecht op het vlak van deze staat, laat vallen langs de lijn VIXII, dan is deze lijn Noord—Zuid gericht. Maar hoe vraagt ge zal het iets later zijn bij voorbeeld om vier uur? Dan heeft de kleine wijzer, die in twaalf uren eens rond loopt, den dubbelen boog afgelegd van de zon, die vier en twintig uur over eenen omloop doet. Laat men dus op dien tijd de schaduwlijn den boog XIITV midden door doelen, dus langs het cijfer twee vallen, dan wijst de lijn VIXII weder het Noorden aan. En zoo zal het den gansöhen dag zijn, des voormiddags zoowel als des namid dags. Telkens wanneer men de schaduw den hoek laat midden door deelen, dien de kleine wijzer maakt met bovenge noemde lijn, zal deze NoordZuid gericht zijn. Volkomen natuurlijk zal deize aanwij zing natuurlijk eerst dan zijn, wanneer men het vlak van het horloge zoo stelt, dat de stift aan de aardas evenwijdig loopt. Toch zal op hooge breedten, zelfs op de onze, bij horizontalen stand van het horloge de aanwijzing-voldoende zijn om iemand, die den koers kwijt is, op den weg te helpen. DE LEEGLOOPER. Waar liefde woont. Eigenlijk was de man niet meer dan 'n zwerver, 'n vagebond, al bedelde &lj juist niet langs den weg. Hij bezat een kleine lijfrente van 'n oude dame, waarbij hij lang huisknecht geweest was. Die lijf rente was hem voldoende. Net genoeg om te leven, eens of twee maal per week 'n warm maal ii) 'n gaarkeuken en verder brood en worst met slappe koffie, die hij zelf zette op een petroleumstel in z'n armoedig slaapkamertje. Oud was hij nog niet, vijftig ongeveer, maar hoewel hij nog heel goed wat had kunnen verdienen, hij had er geen lust in, was het leegloopen gewend door jaren langen dienst in een deftig heerenhuis, waar de huisknecht haast niets te doen heeft. Als het mooi weer was, zat hij op 'n bank in een of ander park, keek naar de spelende kinderen en de zwanen of naar de tuinlui, die ijverig werkten. Als het regende of koud was zocht hij beschutting in de stationshal of in een wachthuisje van de tram. Vaak maakte hij 'n praatje met iemand die toevallig naast hem zat, en op zijn beschaafde ma nier van oud-huisknecht, vertelde hij dan van z'n armoede, kreeg dikwijls 'n kwar tje of meer van zoo'n toehoorder, die mee lij had met den man, die geen baantje kon vinden. En als de toehoorder geen geld te missen had was er toch wel 'n si gaar of 'n sigaret voor hem. Waarom zou hij dus werken? En nu zat hij weer eens in het park en keek naar de Bpelende kinderen. Een aoontje, en om haar gedachtenis hangt een waas van stralende vroolijkheld en innemende goedheid des harten. Er is nog een verschil: Toen, om op de opneming van Jeanne Bécu in haar paleis een passend stempel te drukken, voor haar een schijn-echtgenoot in den Graaf du Barry was gevonden, werd als onderdeel van de huwelijksaote een val- sche geboorteacte opgemaakt, waarin aan de natuurlijke dochter van den innen Anne Bécu een lang overleden heer Go- mardo, Iemand met een adellijken naam, als wettige vader gegeven werd. Het gevolg was, dat later de bloedver wanten van Gomaid de nalatenschap van de Gravin du Barry aan de familieleden van moederszijde betwistten 1 De afkomst van Nell Gwynn daaren tegen is weinig met zekerheid bekend. Men meent alleen, te weten, dat zij in haar jeugd in de achterbuurten van Lon den woonde en nog jong om wat te verdienen helpster in een taverne werd, waar zij om haar lieve stem en geestige woorden de lieveling van de be zoekers w as. - - Later kwam zij in dienst bij een fruit koopman, die haar o.a. uitzond om sinaas appelen in het theater te verkoopen. Met haar mandje bewoog zij zioh tuaschen de toeschouwers en kwam ook achter de cou lissen, waar weldra een tooneelspeler op haar mooi, guitig snuitje verliefde. Zij was nu eenigen tijd zijn minnares en bij -haar natuurlijke neiging voor het tooneel, duurde het niet lang of zij kende de tooneelspeelkunst En zoo gelukte het haar in 1667 een plaats te krijgen in het theater Drury Larie, waar zij spoedig groote populariteit verwierf. In datzelfde jaar trok zij de aandacht van den geestigen Lord Buckhurst, die haar een jaargeld van 110.toezegde en haar aan het theater trachtte te ont trekken, hetgeen slechts voor een korten klein meisje kwam naast hem op de bank zitten en begon ijverig aan 'n kous te breien. Waarom apeel te niet met de kin deren, iplaats van te breien? - vroeg hij vriendelijk. 't Meisje keek hem aan, zag dat het een goedige oude man was, en vertelde toen, van thuis, waar geen vader was om voor moeder en de drie kinderen te zorgen en dat zij moest breien als ze geen school had.... Om ook te verdienen....! En toen in 'n vlaag van medelijden, stopte de oude huisknecht het kind 'n rijksdaalder in de hand, nam haar de brei kous af en zei: Vooruit ga wat spelen, klein ding.... Het kind speelde even later reofit ge lukkig en de man dacht hoe hij nu het te kort zou aanvullen in zijn beurs. Wat hij daar juist in een opwelling van ge voeligheid weggegeven had, was de helft van zijn wekelijksche rente. En hij zou zoo voelde hij nu ineens het kind elke week wel 'n riks willen geven, alleen maar om haar zoo gelukkig te kunnen zien spelen als op dit moment! Dan kon ze zich vermaken als 'n kind in- plaats van te moeten breien als 'n oude vrouw.... Was het eigenlijk niet heel verkeerd zoo mijmerde hij dat hij zelf daar zat niets te doen terwijl zoo'n jong kind al noodgedwongen werken moest?.... Zoo zat hij lang en peinzend.... En drie dagen later nam hij een betrek king aan als pakhuisknecht, die hij al versoheidene weken achtereen geweigerd had, en het kind kreeg iedere week van het verdiende loon haar riks. T, L. EEN DUUR PORTRET. De wraak van een geniaal schilder. In het laatst van de vorige eeuw leefde in België de schilder Wierts. Hij was in de periode, dat hij naam begon te krijgen en was tevens ais portretschilder in de mode, zoodat het tot den goeden toon be hoorde, zioh door hem te laten schilderen. Zoo kreeg hij op zekeren dag op zijn atelier bezoek van zekeren notaris Van Speek, bekend wegens zijn rijkdom en zijn.... gierigheid. De prijs, die Wierts hem noemde (10.000 Francs) viel hem lang niet mee. Wierts, die in andere omstandigheden wellioht geen oentime had laten vallen, had nu evenwel zooveel schik in den zeer karak teristieken kop van dezen notaris, dat hij zich voor den spotprijs van 8000 Fr. be reid verklaarde Van Speek te schilderen. En het eerste consult van poseeren vond plaats. Nauwelijks had de notaris na de eerste zitting zijn hielen gelioht of Wierts die in een geïnspireerde bui scheen te verkeeren toog aan het werk en schil derde uit zijn geheugen het portret van den notaris zoo snel en zoo welgelijkend, dat hij er zelf verbaasd over was. Het portret was genomen en face, ter wijl de rechter elleboog rustte op een ta fel met papieren en allerlei notarieele stukken. Den volgenden dag na het een en ander geretoucheerd te hebben liet Wierts het portret al meteen bij den no taris brengen. Maar deze was er hoogst verontwaar digd over, dat de kunstenaar het met 't portretteeren van een man als hij zoo luchtigjes had opgenomen. Dat kon nooit HET LOSSEN VAN DE VANGST. tijd gelukte, want zij verscheen weldra weer op de planken. Haar guitig spel trof Karei n, die achter de coulissen kennis met haar ging maken en haar meenam om te soupeeren. Spoedig daarop zag de Lord van haar af, voor een graventitel en een jaargeld. Zij speelde nog door eenige jaren, maar na de geboorte van haar oudsten zoon in 1671 bleef zij weldra voor goed weg. Omstreeks dezen tijd werd zij tot lady van Harer Majeteits Kabinet benoemd en nam als zoodanig baar intrek in het er bleef zij in woorden en manieren, zooals zij vroeger steeds was, zo®der eenig pogen om meer vormelijk of waardig te zijn: zij was jong, dwaas, zij zong en zij lachte, zij was loslippig en een ware durfal. Ze zei de dingen zoo als ze haar voor den mond kwamen. De andere geliefden van Karei wisten hooge titels en groote jaargelden, ge schenken etc. te verkrijgen: Mra. Palmer was tot Hertogin van Cleveland verhe ven en had aan Engeland zooveel mil lioenen gekost, dat het in den tweeden Engelschen oorlog zelfs gelden tekort kwam voor het uitrusten van de vloot; Louise de Querouaille werd Barones van Peteraheid, Gravin van Farnehan en her togin van Portsmouth en wist gedurende de vele jaren dat zij aan het hof heersohte (van 1671 tot aan den dood van Karei) nog meer aan de koninklijke schatkist of aan die van Lodewijk XIV te onttrekken. Nell Gwynn dacht daar niet aan. Alle eerzuchtig streven was haar vreemd. Al leen dat haar twee zonen nog niet als die van de andere koninklijke geliefden titels hadden gekregen, deed haar moederhart pijn. Zij verkreeg wat zij wenschte op haar manier. Eens toen de koning in haar kamer was, riep zij tot haar oudste: Kom, kléine bastaard, kom eens gauw hier. Toen Karei zich ergerde aan dien term, 'n goed portret zijn al leek het dan ook wel. Het was natuurlijk, omdat hij er maar drie duizend Francs voor gerekend had.. Nu had het portret zijn volle aandacht niet gehad en had de schilder er maar wat van gemaakt! Zonder posseeren was een man van zijn karakteristiek niet te treffen.enzoovoort. Zoo mopperde de notaris! En hij zond het portret met een hoogst onbeleefden brief terug. Met 'n paar streken veranderde de ge niale schilder toen opnieuw het geheele portret Het gelaat liet bij duidelijk zoo als het was, maar de houding maakte hij meer gebogen, de oogen loenscher, de kin puntiger, terwijl hij den achtergrond nu veranderde in een steenen muur met 'n tralievenster. De tafel met papieren maakte plaats voor 'n schraag, waaronder 'n bos stroo, 'n kruik, 'n stuk droog brood en wat daarbij hoort Verder schreef hij met groote letters onder het stuk: In de schuldgevangenis! Toen zond hij het doek ter expositie naar den kunsthandel van St Melohior. Heel Brussel bewonderde het stuk, maar geen half uur duurde het of eeu der vrienden van Van Speek kwam er langs en geen vijf minuten later wist de notaris, daten hoe hij was tentoon gesteld Onmiddellijk reed hij naar Weirts, die hem uiterst kalm ontving en zijn dreige menten aanhoorde als waren het loftui- gingen. Het eenige wat hij zeide en dat was antwoordde zij eenvoudig: Welken anderen naam kan ik hem geven? De arme jongen heeft nog geen naam. Eenige dagen later werd hij verheven tot Baron van Beddington en Graaf van Burford en jaren daarna tot Hertog van St. Albans, waarvan de familie nog leeft Met diplomatieke of staatkundige in triges 'hield zij zioh niet op; zij dacht er niet aan, om als de Hertogin van Porths- mouth haar invloed te gebruiken bij be noemingen, om de eerste families aan zioh te verbinden, of Engeland voor hooge jaargelden aan Frankrijk te verkoopen. Als zij een enkelen keer wat deed, dan kwam het uit een zuivere bron voort. Zoo schijnt het zéker, dat na het zien en ondervragen van een armen invalide, die langs de straat bedelde, zij den koning niet met rust liet, voor de bouw van het prachtige invalidenhuis „Ghelsea Hospi ta!" verzekerd was. Toen de koning in later jaren in iuste- looze verveling de staatstukken omgetee- kend liet liggen en den Raad niet wilde ontvangen, kwam Nell Gwynn, tot wie deze zioh in wanhoop gericht had, op haar bijzondere wijze te hulp. Binnen vier en twintig uur had zij met Ealligrew raad geschaft. Deze, die bij den konibg in de gunst stond, trad bij Zijne Majesteit binnen, geheel gekleed voor de reis om afscheid te nemen. Waar gaat de reis heen? vroeg de koning. Naar de hel, sire, was het ant- waord om Olivier Cromwell terug te halen, dat hij hier de zaken wat zal ko men opknappen, nu uw majesteit er niet meer aan doet Karei ontving reeds den volgenden dag den Raad en liet geen stukken meer on- geteekend liggen. Minder geluk had zij, toen de koning eens verdrietig over al de «riüeken in en de waarheid was, dat Van Spook hem dadelijk zwart op wit had gemeld, dat een portret, zoo vluohtig neergegooid immers nooit kon gelijken. Ik uam dus aan dat het niet gelijkend was... Hoe nijdiger de notaris werd, des te on verstoorbaarder werd Wierts. Toen het slachtoffer hem eindelijk aan bood de drie duizend Francs te betalen, vroeg hij er vijftien duizend, wegens de aangebrachte veranderingen en., toen Van Speek daarop niet spoedig genoeg toebeet dertig duizend Francs. En het eindigde hiermee, dat de nota ris ten slotte er in toestemde het gevraag de bedrag te betalen, onder voorwaarde, dat het doek van de expositie zou worden verwijderd. Dit geschiedde. En de notaris kreeg het doek dat nu zijn eigendom was gewor den thuis. Echter alleen om het in een vlaag van woede te kunnen vertrappen, in reepen snijden en te verbranden. Wierts behield 3000 Fr. voor zich en gaf de rest, 27.000 Fr„ aan de armen van de stad Brussel. En de notaris kreeg nooit zijn geschil derd portfetl B. Uitlegging verschuldigd. Vrouw: Waarom vertelde je toch aan onze nieuwe buren, dat je me getrouwd hebt, omdat ik zoo goed kan koken. Je weet toch, heel goed, dat ik zelfs geen aardappel kan koken. Man: Ja vrouw, ik moest ze toch een uitlegging geven.... btiiten het parlement, bij haar kwam en klaagde, dat hem het leven zoo onaange naam gemaakt werd. Wel zei Nell Gwynn jaag ons, jaag alle dames van het hof weg en be moei u alleen met regeeringszaken. Dat deze raad voor Karei onuitvoerbaar was, bedacht zij niet. Trouwens denken en overdenken lag niet in haar aard. Zij had zich aan den koning gegeven en bleef hem trouw voor haar moreel leven, zonder veel redeneering, drijven de op de nawerking der Indrukken uit haar tijd als jong meisje en jonge actrice. Of de koning, in zijn harteloos egoïsme, deze toewijding waardeerde? Hij weerstond alle pogingen om haar van het hof te verwijderen en toen h# stervende was moet hij gezegd hebben: Zorg dat arme Nell geen gebrek lijdt Terwijl na den dood des konings de hertogin van Portsmouth met veel schat ten naar Frankrijk terugkeerde, dat zij als arm adellijk meisje verlaten had, ging Nell Gwynn bijna even arm van het hof weg als zij gekomen was. Zij leefde nog zeven jaar van een klein jaargeld' goed doende aan haar omgeving, en met vrome gedachten vervuld, want de godsdienstige indrukken uit haar jeugd! waren nooit bij haar uitgewisoht In zijn lijrede sprak de Vicar of St Martinus over haar goedheid des harten* haar oprechte boetvaardigheid en voor beeldig einde. Toen dit later aan koningin Mary ver teld werd om den Vicar, den lateren aartsbisschop van Oanterbury, in haar oogen te benadeelen, was haar bescheid: Naar ik hoor, is de arme ongeluk kige vrouw boetvaardig gestorven, want indien zjj geen christelijk einde had ge had, zou de Vicar niet zoo goed over haar gesproken hebben. 't Juttertje 0 B.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1925 | | pagina 11