GEMENGD NIEUWS
op n om Met binnenhof.
Den (Haag, 16 Juli.
Van de crisis. Ter
Ongeluk door onhandigheid.
Ingezonden Mededeellng.
smaakt als room
8. 2—16.
Dwaze profetieën.
Hall-Staalman.
Week-kroniek.
Te-scherpe kritiek.
Voorspeld is, dat de op 29 Juni JJ. ont
stane kabinetscrisis kort zou duren.
De wel zéér-dwaze profetie! Indien
ooit, sinds den jare 1848, eene poli
tieke situatie in Nederland „omneveld",
moeielijk op te lossen is geweest, dan
tooh wel in midzomer 1926. Twee dagen
vóórdat het kiezersvolk zijn votum uit
bracht, diende het sinds 1918 besturend
Ministerie-Ruys de Beerenbrouok aan
vrage tot ontslag bij de Kroon in.
Nogmaals gezegd: daardoor werd toch
ten duidelijkste te kennen gegeven, dat,
de ministers, hoe ook de uitspraak van
het kiezersvolk zou wezen, niet imeer
de verantwoordelijkheid wenschten te
dragen.
Trouwens, voor de zóóveelste maal
zij 't gezegd, het Kabinet-Ruys JU (hoe
duidelijk is 't door de Rechtsche bladen
„onderstreept"!) heeft zijn tijd gehad.
ik voeg hier dadelijk bij: dit ministerie
heeft in zeer sterke mate ervaren, aan den
lijve, dat ondank 's werelds loon is.
Wederom, van volmaakt-onpartijdig
standpunt gezegd: Dit Ministerie had
eminente leden.
Ik noem1: de Excellentiën De Visser,
Van Karnebeeik, Heemskerk.
De premier, een zeer bekwaam man, is
geen „kracht van den eersten rang". Geen
leider, geen bestuurs- en bestiers-kracht
van de allerhoogste soort.
Er valt, ook van onpartijdig stand
punt, kritiek te oefenen op de gestie
van dit Kabinet.
't Staat rotsvast.
Maar, bij de kritiek op het gevoerde
Regeeringsbeleid vergeet men toch al te
zeer, welke moeilijkheden deze Raad der
Kroon had te overwinnen.
De minister van Financiën heeft aange
kondigd, dat de Staatsbegrooting voor
1926 „sluitend" zal zijn.
Dat is, op zichzell beschouwd, een ver
blijdend bericht.
Neen,
op 29 Juni ontstane
niet.
k op te lossen is de
binets-crisis stellig
De poging om eene periode van minis-
terie-Ruys IV voor te bereiden, is (mag
men veilig zeggen) mislukt.
Trouwens, er Is toch wel heel-weinig
„politiek doorzicht" noodig om te beseffen,
dat een Kabinet, hetwelk zoovele nederla
gen in het Parlement had te verduren,
waarvan vele in normale omstandigheden
„verpletterend" zouden zijn geweest,
geen parlementaire levenskracht meer
bezit.
De premier, mr. Ruys, zat in het hoekje,
waar tot 't allerlaatste toe, de zwaar
ste en felste slagen vielen. v
Eene herleving van dit Kabinet zou
slechts beteekenen: verscherping der con
flicten in de reeds zóó deerlijk verzwakte
Rechtsche Coalitie.
Daarmee, als onvermijdelijk gevolg,
het gevaar, voor Rechts, dat zéér kort na
het weder-optreden van dit Ministerie een
conflict in het Parlement zou plaats
hebben.
Met welk resultaat?.
Met Kamer-ontbinding enkele weken of
maanden na het „beroep op kiezersvolk",
den len Juli '25 gedaan?....
Of: Kamer-ontbinding?
Dit alles is Immers absoluut ondenkbaar.
Uit de Rechtsche sfeer is gekomen het
„desideratum", de wensch: wij hebben
nieuwe menschen noodig!"
Zeker, daartoe moet 't ook geraken.
De beteekenis van het kiesvotum-l Juli
is ongetwijfeld: Rechts!
Maar ook: met andere menschen aan de
groene tafel.
H. M. de Koningin heeft in deze „naar
willekeur", in historisch-parlementairen
zin opgevat, te beschikken, te beslissen.
Maar wij weten van onze schrandere
Landsvrouwe genoeg om te kunnen be
seffen, dat onze Koningin de beteekenis
van het 1 Juli-votum zal begrijpen en toe
passen in de parlementaire praktijk.
Er zijn nu „nieuwe menschen"
noodig aan de groene tafel, nogmaals ge-
zegd.
Terwijl de „politieke lijn" van 1918
wordt in 't oog gehouden. Gemakkelijk is
allerminst deze „puzzle" op te lossen.
Hopen en vertrouwen wij, dat de be
dachtzame wijsheid in deze vanuit het
Haagsche Noordeinde zal worden betracht.
De ojf 1 Juli ge- en herkozen Tweede
Kamerleden hebben hun mandaten aan
vaard. Ook: de heer Abr. Staalman. Schoon
hij vele- vele stemmen minder kreeg dan
zijn concurrent Henri ter Hall.
In intellectueele waardij staan deze bel
de heeren niet ver van elkander.
Maar hier rust, zal ieder toegeven,
op den heer Staalman de zedelijke plicht
om zijn zetel in te ruimen voor den heer
Ter Hall. De Intellectueele waarde der
hooge vergadering zal door dit geval niet
veel vermeer- of verminderen.
Op den Middenstander Abr. Staalman
rust i. c. zware moreele plicht.
Moge hij gehoor geven aan de uitspraak
eerlang te vellen door het hoofdbestuur
van den Vrijheidsbond.
Nadat ik mijne Week-kroniek reeds had
afgezonden, kwam het bericht, dat H. M.
de Koningin, tegen alle verwachting in,
aan den heer H. Colijn de opdracht tot
Kabinets-formatie heeft verstrekt.
Na al wat in de katholieke en de chr.-
historische pers is „bespiegeld" over het
zeer-ongewenschte van een ministerie-
Colijn!....
't Is lichtelijk-raadselachtig. Zou zulk
Ministerie langer dan op z'n allerhoogst
drie maanden „parlementairen levenstijd"
hebben?..
Iemand van onbetwist gezag gaf mij
heden aan iets als eene „verklaring". Hij
wilde mij doen begrijpen, dat de Kabinets
opdracht aan Minister Ooljjn eene zéér
wijze daad van H. M. is.
Wijl, wanneer de heer Colijn erken
nen moet de onmogelijkheid, voor hem, tot
vorming van een Ministerie, de politieke
toestand veel zuiverder zou zijn geworden.
Ik geef de opmerking van 'den gezag
hebbende zonder verdere commentaar.
Of mijn zegsman 't bij het rechte eind
heeft; dat zal de naaste toekomst moeten
leeren.
Mr. ANTONIO.
ECONOMISCH WEEKOVERZICHT.
De hoofdschotel is en blijft rubber,
waarbij de rest in het niet verzinkt. Wie
kijkt er naar suiker, koffie, thee of olie,
om maar niet eens scheepvaart te noemen?
Sinds ruim drie weken is het publiek veel
meer belang gaan nemen bij rubberwaar
den, gestimuleerd door de constante rij
zing der rubberprijzen, welke nu reeds een
niveau van 2.85 per pond hebben bereikt.
Tot dusverre kwamen de kooporders van
meerendeels kapitaalkrachtige zijde, en
dan meestal met contante betaling, zoodat
de markttoestand gezond is, allengs ech
ter is de speculatie ook een woordje gaan
meespreken en speciaal la hausse, waar
door de markt zeer eenzijdig is geworden
en gevoelig voor elke reactie van den rub-
berprijs te Londen, welke de leidraad is
voor de geheele rubber-speculatie. Af en
toe ziet men enorme koersverschillen met
name in Hessa Rubber, voor welk aandeel
zelfs een oogenblik 440 is betaald, doch
in een paar minuten scherp tot 410
reageerde. Het wordt eigenlijk vervelend
om steeds al het masis der rubberwaarden
te beschrijven, men weet het nu langza
merhand wel, en de speculatie zit te azen
op een ander object, doch die zijn er helaas
maar weinige. Vroeger ging er in Konink
lijke Olie om, wat er thans in rubber ge
beurt, doch thans ziet men verschilletjes
van lè3% per dag en in Consols even
zeer. Suikerwaarden "kijkt niemand naar,
slechts is H.V.A. een weinig in de belang
stelling, doch lang niet wat het behoort te
zijn, andere waarden als Vorstenlanden,
Poerworedjo, enz. worden genonchaleerd.
De artlkelprljs is dan ook zoowel in New-
York als hier te lande en elders voortdu
rend gedrukt en het ziet er niet naar uit,
dat er In de eerste maanden eenige verbe
tering komt. Wat kan een fabriek ook ver
dienen, als de kostprijs 9.— en de op
brengst ƒ10.— is? De dividenden zullen
er dan ook in 1926 naar zijn.
Een zeer gunstige tendenz ontwikkelde
zich de vorige week voor aandeelen Red-
jang Lebong, die tot circa 886 zijn op-
geloopen om 812 Dinsdag J.1. te
blijven. De aankoopen werden vermoede
lijk voor Indische rekening uitgevoerd en
daar de meerderheid der stukken in Indlë
wordt vastgehouden is de markt hier klein
en kan slechts tegen oploopende prijzen
aart de geregelde vraag worden voldaan.
Er !a alle reden voor, nat deze aandeelen
zijn gestegen, aangezien de productiekos
ten over de eerstq 5 maanden zijn gedaald
met ƒ80.000, terwijl de opbrengst ruim
ƒ240.000 is gestegen, zoodat de kansen
op verhoogd dividend belangrijk geste
gen zijn.
In overeenstemming met de rubber-
markt is ook de tabaksmarkt vast geweest,
waarbij vooral Senembahs sterk werden
gekocht en een koers van 440 bereikten,
terwijl ook Deli Maatschappij een hoogen
koers van 410 haalden, wat met het oog
op dividendkansen wel wat hoog is te noe
men, mede in verband met de niet altijd
gunstige oogstberichten.
Niettegenstaande de groote beursomzet-
ten is het geld nog steeds zeer ruim ver
krijgbaar om en nabij 2
De wisselkoersen varieeren zeer weinip
meer de laatste dagen en daarin gaat weer
veel minder om, misschien doordat de aan
dacht meer op de effectenbeurs is geves
tigd.
BINNENLAND.
Een geheimzinnig geval.
In het bosch achter de uitspanning De
Tan bij Zeist, goed verscholen tusschen
het dichte hout, is, naar „Het Volk" meldt,
een karapeertent gevonden, die waar
schijnlijk reeds eenige weken onbewoond
bleef. De politie vond in de tent de uni-
formkleeding van een vaandrig van de
genie, benevens allerlei, dat voor een pio-
nio noodig is. Alle tafelgerei, dat van
goede qualiteit bleek, was geroest, wat er
mee op wijst, dat het geruimen tijd niet
werd gebruikt. Behalve'nog een koffer,
boeken enz. werden ook een geladen brow
ning benevens een paar doozen patronen
aangetroffen. Gelet op den omvangrijke
en verre van waardeloozen inventaris,
baart het verwondering, dat een en ander
zoo lang onbeheerd bleef.
Tent en Inhoud werden naar het politie
bureau overgebracht. Een onderzoek
wordt ingesteld naar den eigenaar.
Terwijl de vleesohhouwer G. Wijnoogst
te Lunteren Woensdagmiddag een varken
met een schiet,™ aak er wilde dooden, heeft
hij, ibij ongeluk, zidh zelf in den buik ge
schoten. Zwaar gewond is hij naar- het
Diaooneaeenhu ls te Arnhem overgebracht.
Een vechtpartij.
Woensdagnacht omsteeks half-een wer
den de politie en de geneeskundige dienst
in den Haag gewaarschuwd, dat er een
vechtpartij had plaats gevonden op het
Lange Voorhput aldaar, waarbij een
persoon ernstig gewond zou zijn. Toen
de politie ter plaatse kwam, vond zij een
man, ernstig gewond, op den grond lig
gen. In het ziekenhuis bleek dat hij een
diepe steekwond in den buik gekregen
had. Men oordeelde zijn toestand levens
gevaarlijk.
Bij het politioneel onderzoek bleek dat
het de 32-jarige J. M. was, wonende op
den Gedempten Burgwal. Hij verklaarde
door iemand, wiens naam hij niet wenschte
te noemen, met een scherp voorwerp,
vermoedelijk een dolk, gestoken te zijn.
Uit enkele uitlatingen van den gewonde
kreeg de politie echter toch eenig ver
moeden omtrent den dader en in den
loop van den nacht werd als de vermoede
lijke dader aangehouden A. J. O. P. in
zijn woning aan de Spekstraat.
Uit het verhoor, dat de beide personen
moesten ondergaan, bleek, dat tusschen
hen reeds lang een veete bestond.
Wie de aanleiding tot de steekpartij is
geweest, staat nog niet volkomen vast;
de betrokken personen geven elkaar de
schuld. P. verklaart wel te hebben gesto
ken, maar uit noodweer te hebben ge
handeld, daar de ander hem bedreigde.
Hij is voorloopig opgesloten.
De toestand van B. is zeer zorgwekkend.
De beroovlng van 23.009.
De Rotterdaimsahe rechtbank veroor
deelde Woensdag de 21-jarige gehuwde
vrouw, die betrokken was bij de beroo
vlng van den Dordtschen hotelhouder
voor 23,000 in een pèroeel aan de Prin
sestraat, ter zake van 'het uitlokken van
diefstal, tot één jaar gevangenisstraf. De
eisch was twee jaar.
Fietsendieven.
De recherche te Amsterdam heeft dezer
dagen aangehouden een 20-jarigen blik
slager en een 22-jarigen werkman, die
op heeterdaad werden betrapt op het ste
len van een fiets op de terreinen van het
Binnen-Gasthuis te Amsterdam. Een yer-
der onderzoek bracht aan het licht, dat
beide mannen reeds eenige malen aan
dergelijke diefstallen zich hadden schul
dig gemaakt Reeds thans is gebleken, dat
hun de diefstal van zeven fietsen kan
worden ten laste gelegd, die aan den open
baren weg onbeheerd stonden in verschil
lende stadsgedeelten. Deze fietsen zijn in
beslag genomen. De aangehoudenen wer
den in hun bedrijf eenige malen geassis
teerd door een 20-jarigen chauffeur, die
eveneens is opgesloten. De werkman
schijnt als leider van het bedrijf te moe
ten worden aangemerkt. De aangehou
denen zullen morgen ter beschikking van
den officier van justitie worden gesteld.
In deze zaak is Tevens een 18-jarige ma
gazijnbediende gehoord; hij wordt ver
dacht van heling van een der fietsen.
BUITENLAND.
De Parijsche ondergrondsporen.
De Parijsche correspondent van het
„Handelsblad" schrijft aan zijn blad over
Parijsche toestanden en bedrijven.
Het leven en vooral het werken in een
stad van den omvang van Parijs zou on
mogelijk zijn zonder een goede organisatie
van het vervoer.
Het beste zooal niet het aangenaamste
•middel is daartoe doorgaans de onder-
grondsche spoorweg. Voor den vreemde
ling, die hier voor het eerst de enorme
verkeersdrukte met haar opstoppingen in
het centrum van Parijs ziet, is het haast
onbegrijpelijk, dat daar beneden het stra
ten-oppervlak nog eens een haast even
intens vervoer van personen plaats heeft.
Was dat er niet, dan zou trouwens de
voortbeweging in de drukste quartiers
vrijwel onmogelijk worden.
De eerste métro-lijn, die in de dwarste
van den ingang van het Bois de Boulogne
naar dien van het Bois de Vincennes
loopt, is van het jaar juist vijf-en-twintig
jaar oud, hoewel reeds in 1856 plannen
hieromtrent ter sprake kwamen.
Het net van den Métropolitain is ver
deeld in drie afdeelingen.
Voor zoover het thans gereed is heeft
het een totale lengte van ongeveer honderd
kilometer dubbel spoor. Het wordt nog
gedurig uitgebreid met nieuwe lijnen of
doortrekking van de bestaande, zoodat
men steeds nader komt aan het ideaal, dat
elk punt van de stad langs ondergrond-
schen weg van elk ander punt te berei
ken is.
We spreken altijd van den „ondergrond-
sche", maar deze benaming is niet heele-
maal juist, omdat er verschillende punten
zijn, waarop de lijn naar boven komt.
De financieele regeling tusschen stad
en maatschappij is weer een van de vor
men van régie intéressée, gevolg van een
herziening der bestaande overeenkomsten
in 1921 en 1924. In de eerste plaats krijgt
de stad tien centimes van elk eerste-klas
kaartje, dat op het oogenblik zestig cen
times kost (de tweede kost vijf-en-dertig
centimes) van elk retourtje, die voor de
tweede klasse alleen des morgens voor
negen uur worden uitgegeven, en waar
van de prijs 40 centimes is. Daarbij komt
dan voor de stad nog eentiende centime
voor elke tien millioen vervoerde personen
per jaar boven de tweehonderd millioen,
tot een maximum van een halve centime,
welk maximum op het oogenblik sinds
lang bereikt is. Het vervoer beliep in 1928
ongeveer zeshonderd millioen passagiers;
het record van één dag werd bereikt op
3 Décember, met meer dan twee millioen 1
Voorgesteld wordt thans de tarieven te
brengen op 75 centimes in dd eerste en
45 in de tweede klas, terwijl de retourtjes
vóór negenen voortaan 60 centimes zullen
gaan kosten.
Om in het geweldig intense vervoer te
voorzien op de drukke uren worden de
passagiers letterlijk de overvolle wagons
binnen geperst, en kunnen de deuren
haaBt niet dicht! is het aantal treinen
zeer groot. Op de uren van grooten toe
loop volgen ze elkander op met een tus-
schenruimte van een en driekwart minuut,
hetgeen de mogelijkheid geeft op zulk een
lijn 20.000 passagiers per uur te vervoeren.
De snelheid die de treinen bereiken kun
nen is theoretisch 60 kilometer per uur,
maar door het groote aantal stations en
de bochten wordt praktisch niet meer dan
gemiddeld 20 tot 23 kilometer per uur ge
haald. Dit is echter al heel mooi, want
men komt zoodoende toch van elk punt
van de stadsgrens wel binnen het kwartier
in het centrum.
Naast de groote Compagnie du Métro
politain bestaat een tweede maatschappij,
de „Nord-Sud", die slechts één Hjn, met
vertakkingen, exploiteert, en die van jon
geren datum is.
Het groote voordeel van het ondergrond-
sche net is vooral de snelheid van het
vervoer, die nooit bereikt kan worden door
de bussen en trams, die zich door de over
volle straten een weg moeten zien te ba
nen, en de eenvoud van het tarief. Ge
neemt'aan den ingang uw kaartje, en
moogt daarop net zoo lang overstappen en
rondrijden als ge maar wilt. Gecontroleerd
wordt in de treinen alleen in de eerste
klas, en ieder moet zelf maar weten waar
hij uit- en overstappen moet. Er hangen
trouwens overal groote kaarten, de aan
duidingen zijn duidelijk en overvloedig,
en het personeel behulpzaam.
De aardbeving in Callfomlë.
Onder dezen titel schrijft de New York-
sche oorrespondent van de N. Rott Crt.:
De Vereenigde Staten zijn te groot....
Men heeft er sedert lang alle gevoel voor
afimetingen. van welken aard ook ver
loren. Niet alleen dat het land te groot is,
maar alles wat er mee in verband staat is
te enorm. Bovendien werkt de natuur er
toe mee om alles zoo buitensporig groot
te maken of te laten schijnen, dat men
enkel nog in belachelijke termen denken
en spreken kan, wil men eenigen indruk
maken.
Om te beginnen ziet men nergens zulke
groote aardappelen: vijftien centimeter
lang is voor een Amerikaansche aardap
pel heelemaal niets bijzonders en doordat
de aardappel hier bij voorkeur gepoft ge
geten wordt en dus in zijn volle grootte
geserveerd wordt valt bij een maaltijd
zoo'n schotel kokkers den Europeaan da
delijk op. De Amerikaansche kersen zijn
zoo groot als onze pruimen, de radijsjes
zoo groot als onze roode bieten, de blauwe
boschbessen als onze tafeldruiven.... Ha-
gelsteenen waarvan drie of vier je hand
vullen, een regenval die niet bij centime
ters maar bij de voet wordt gemeten....
alles en gros.
Het weer is altijd zoo, dat het menschen-
offers eischt: in de warmte bezwijken
zwakken van hart, in de koude bevriezen
armen, iedere sterke windstorm schijnt
het klaar te spelen zoodanig takken, uit-
hangborgen, enz. af te slaan dat er voet
gangers en passagiers van autobussen
doodelijk getroffen worden,
Dagelijks worden er dranksmokkelaars
doodgeschoten of ook wel eigenaars van
luxueuze jachten, die voor dranksmokke
laars worden aangezien. Moord en dood
slag heerschen aan alle kanten. Inbraken
en oplichtingen bij de dozijnen, slachtof
fers bij grootere en kleinere branden bij
de honderden, iederen dag opnieuw en
iedere week in even grooten getale....
Dit alles om u te bewijzen, dat een bin-
nenlandsche aardbeving niet den minsten
indruk op ons afgestompte bewoners der
Vereenigde Stateq maken kan. Een bui-
tenlandsche aardheving is weer wat an
ders, dat valt onder een geheel andere ca
tegorie van gevoelens, maar hier te lande,
neen.
Waar het voor den lezer op neer komt,
is het aantal omgekomenen, en of per
slot de oorzaak van het omkomen een
aardbeving, een tornado, een brand, een
oproer, of een moord op te groote schaal
is: wat doet dat er toe? Een aardbeving
behoort tot de natuurverschijnselen, die
wel niet op geregelde tijden verschijnen,
maar waar men toch te zeker van kan zijn
dat ze zoo nu en dan komen.
En zoo kan men begrijpen, hoe het
komt dat de Amerikanen als een volk
zich kunnen opwinden over het lot van
een enkelen levend in een onbereikbare
grot begraven man, en een ieder dagen
aaneen zich bezig schijnt te houden met
de vraag: „Zullen zij hem kunnen bevrij
den?", of ook hoe een stad als New York
dagen achter elkaar in rep en roer kan
zijn over een jong meisje dat dicht bij
het ouderlijke huis op een avond wordt
aangerand en vermoord, en hoe het hoe
genaamd onberoerd blijven kan bij de be
richten, die inkomen over de rampen ver
oorzaakt door een aardbeving, een tornado
of een treinongeluk van grooten omvang
De Amerikaan is niet ongevoelig. Inte
gendeel. De Amerikaan is haast overge
voelig. Maar het hangt er geheel van af
wat zijn gevoelens opwekt.
Zooals men uit de telegrammen weet,
zijn er bij de aardbevingen in Oalifornië
om en bij Santa Barbara dit keer slechts
een betrekkelijk klein aantal dooden te
betreuren. De materieele schade is vrij
belangrijk. Santa Barbara is een stadje
van kleine afmetingen, en een aange
brachte schade van ten minste 25 millioen
dollars is niet gering. Maar de veronge
lukte menschen en de aangebrachte scha
de zijn niet het belangrijkste wat er van
Santa Barbara te vertellen is, want iedere
aardbeving eischt offers. Het ls de hou
ding der stadsautoriteiten, die den vreem
deling althans stof tot nadenken geeft
Men kermt niet over de opgelegde beproe
ving, men spreekt met geen woord een
deelneming uit over het lot van de ver
ongelukten en de achter gebleven familie
leden. Niets van dat alles. In de door de
stadsautoriteiten uitgezonden berichten ls
er slechts een groote vreugde en, laten
we zeggen opgeluchtheid te lezen: nu zijn
we van zelf al dat oude zoodje kwijt ge-
zooals we altijd gehoopt hadden eens te
zullen bezitten. Komt medeburgers, helpt
ons zoo spoedig mogelijk een leening te
sluiten van 20 millioen, en w\j zullen
u laten zien, wat Santa Barbara praeatee-
ren kan. Wij zullen een model-stad bou
wen.
En de. pers huldigt het plan, spreekt
over de energie van den Amerikaan, v oor-
uit.stilstand is achteruitgang
raakt, en kunnen we een stad bouwen,
De overstroomlngen In Korea.
Berichten over 3000 dooden.
De „Times" verneemt uit Tokio, dat
daar uit Korea berichten zijn ontvangen,
omtrent groote overstroomingen ln het
gebied van de Rakuto-rlvier, waarbij 8000
personen zouden «zijn ongekomen. Een
hulp-expeditie is uitgezonden vanuil
Seoul. De spoorwegverbindingen zijn ge
deeltelijk verbroken.
008T-EVDIE.
Betooging van Chlneezen.
Een telegram uit Batavia van Donder
dag meldt, dat bij de openingsvoorstelling
op dien avond van het Harmstoncircus te
Medan een betooging van honderden Chl
neezen heeft plaats gehad, nadat den vo-
rigen avond pamfletten verspreid waren,
waarbij de Chineezen opgewekt wer
den het circus te boycotten. De Chinee
zen jouwden en wierpen steenen, waarop
de politie het terrein afzette, en de voor
stelling doorging. De hoofdcommissaris
van politie, de heer 0. H. Keyzer en de
eigenaar van het circus, de heer Harm*
ston, werden door een steen in het gelaat
gewond. De politie arresteerde twee Chi
neezen; tien Chineezen rosten een politie
agent voor de Deli-bioscoop af.
DAMRUBRIEK.
Alles betreffende deze rubriek te adres-
seeren aan:
Den Damredacteur der Heldersche
Courant,
Valeriusstraat 64huis,
Amsterdam.
Onderstaand schitterend eindspel ont>
leenen wij aan „Het Damspel":
Zooals bekend, zijn standen van drie
om één bijna altijd remise; dit is een
der fraaiste uitzonderingen.
Het naspelen is leerzaam, doch vooral
interessant.
De naam van den auteur is onbekend.
Stand in cijfers:
Zwart dam op 16.
Wit dammen op 85 en 45, een schijf
op 50.
Wit Zwart
1. 46-84 dreigt 84—48, 60-44 enz.
1. 162 ls dus gewonnen.
2. 8439 27 weer de eenige, want op
216 zou 8948 en 6044
volgen.
8. 6045 7—2. Op 7—16 volgt W. 85—
49 (Z. 162 gedw.) en W. 89
80, 4540 enz. Dezelfde drei
ging als bij de vorige zetten,
maar thans in andere richting.
4. 8549 Handhaaft de dreiging en
dwingt Zwart terug naar 16.
L 216 is n.1. gedwongen.
5. 4540! Het is interessant te zien, hoe
Wit, door Zwart ingesloten te
houden op de linie 2/16, zijn
eigen stukken ongehinderd ln de
ge wenschte stellingen brengt!
6* 167 gedwongen.
6. 39841 Het is duidelijk, dat Zwart niet
op de lijn 1/46 kan blijven, na
•7—1 zou hij, door W. 49—44,
n.1. tot overgave gedwongen
worden. Ook naar 2 kan hij
niet, zoodat Blechts de velden
U en 16 resten. Door eerst naar
11 en daarna naar 16 te gaan,
kan hij den tegenstand langer
rekken dan door andersom te
spelen. Dus:
6- - 7-11.
i. 841! welke trouwens ook op 6.
7—16 zou zijn gevolgd.
112 1116 maakt geen ver
schil en op 11—16 of 11—28
of 11volgt 49—44 en 16.
8. 4084! de beslissende opmarsoh!
9. 84—29 16—2.
10. 49—85 2—16.
U. 1—7 16 2.
12. 29—24 2 80.
18. 86 24.
1 «ertien zetten 1 en de een nog mooier
en verrassender dan de andere!
„Wel ls het damspel een moo! spel",
zegt men onwillekeurig na het naspelen
van een dergelijk stukje 1
1