BAGDAD- Jb. HARJER ZOON. &S JSSSf TSSUBSt L SÏÏ&fiS3' 5MSSS vanaf f 5.75 per paar. Schitterende Keurcolleclie -tóii'ïawssaïyyni Einde der Liquidatie van de N, O. T. 2de Nederdlandsche Esperanto-congres. Chaos bfj den Baad van Arbeid te Maastricht Reeda eerder zijn hier malversaties ge pleegd en beambten ontalagen. De politie vaad as toen niet in gemengd. (TeL) Het verblijf ln de tropen van het militaire personeel der zeemacht Nb de 45»te verantwoording is bij de al gemeene vereenlgde commissie ter leni- gin van rampen door watersnood in Ne derland in totaal ingekomen 8.742.614. l„ verschillende dessins, op witte en donkere achtergrond. N.V. Behanger!! en Stoffeerderlj Het legerbestuur heeft het volgende -tele gram van kapitein Van Eek d.d. 20 dezer ontvangen: Bij een gezamenlijke actie van alle troepen onder leiding van kapitein Snell zijn te Kroeëng Batoe dertien kwaad-willigen ge sneuveld, waaronder Teunkoe M-auloed, de hoofdaanlegger van den jongsten overval. Negen karabijnen zijn teruggevonden. Onzerzijds is gesneuveld de Europeesche sergeant Sleeuwaegen; zwaar gewond zijn twee maréchaussées; licht gewond werd de Europeesche sergeant Marx. Moedwillige brandstichting. De directeur van de Handel Mij-. Correljé Co. en zijn boekhouder zijn gevank- lijk uit Menado te Makassar aangebracht, ver dacht van moedwillige brandstichting. De directeur, B., ontkent; de boekhouder legde een volledige bekentenis af. 8T AATSBEGROOTTN G 1926. Hoofdstuk VI (Marine). Hoofdstuk X (Arbeid, H. en N.). Overwerkvergnnnlngen. Ds minister acht den toestand onzer in- duatrls nog steeds zorgwekkend. 2s is re Wettelijke arbeidstijd. Vacantleweek. Premies invaliditeitsverzekering. Vaocinatlebeperking. Het vraagstuk der vaocinatlebeperking ligt voor het Nederlandsche volk meer in de zone van de politieke tegenstellingen dan in die van de neutraliteit. In overeen stemming met de lijnen, die het tegen woordig Kabinet zich voor zijn arbeid heeft getrokken, meent de minister zich van besohouwingen dienaangaande te moeten onthouden. Hanrcommlssiewet en Huur- opzegglngswet Verschenen is het rapport van (ie Staats commissie, ingesteld bij K. B. van 24 Ja nuari 1922 (Vlootcommissie), houdende be schouwingen en conciu9iën over de plannen tot reorganisatie van het beheer der marine. De commissie stelt voorop, dat het feit, dat het grootste deel der vloot bestemd' is voor Ned. O.-Indië, terwijl het veel kleinere deel in Nederland aanwez.g is, er toe nooc- zaakt maatregelen te 'treffen, die een meer economisch gebruik van personen en mate rieel mogelijk maken. Het huidige steise van personeelsvoorziening van de vloot n Oost-Indië moet leiden tot een overcomplet .n Nederland, dat geen volwaardige diensten presteert en daarbij duur ls. Bovendien heeft de bestaande regeling tot gevolg, dat een ruimer gebruik van dienstplichtigen en .«serve-personeel wordt belemmerd. De comm.ssle 1» met de regeering van oordeel, dat een organisatie, az de thans bestaande, wijziging behoeft. Zij' verschilt echter met haar van meening inzake ce wijze waarop in deze een betere regeling ware te .verkrijgen. 1Dè bezwaren welke de commiBSie tegen een splitsing der marine heeft, betreffen in het bijzonder de volgende punten: a. het behoud der staatsmarine uit natio naal en staatsrechtelijk oogpunt; b. het vlagvertoon; c. de personeelsvoorziening, ad a. De commissie kan zich met het denk beeld: „een* marine voor Nederland in Euro pa en een marine voor de belangen in Indië, die zou gebracht worden onder den minister van Koloniën", niet vereenigen'. De verdediging van Nederlandsch-Inddë is niet uitsluitend eene Indische, doch eene nationale zaak, en de commissie kan dan ook niet instemmen met de uitspraak in de me morie van Toelichting „dat de verantwoor delijkheid voor de verdediging van Neder- landsch-Indië in haar geheel moet berusten bij den Minister van Koloniën". Het geldt hier een staatsbelang van de eerste orde en geen zaak van uitsluitend koloniaal beleid. Nederland heeft tegenover Indië plichten te vervullen, waartoe in de eerste plaat» be hoort bescherming der Koloniën. De commissie is van meening, dat- de ver dediging van deelen van het Rijk steeds de taak is van het Rijk als geheel, niet eene zaak, die door het bedreigde deel op zichzelf moet worden geregeld. Hieruit volgt, dat de verdediging van Indië eene zaak is van de marine van den Staat. De Commissie meent, dat het alleen bij het bestaan van ééne Nederlandsche macht mogelijk kan' zijn, om de indeeling van de weermacht ter zee pp eem gegeven oogenblik te wijzigen en deze te bepalen, al naar ge lang de omstandigheden het meest ge wenscht zullen maken. De Memorie van Antwoord moge zeggen, dat er ééne Koninklijke marine zal blijven, doch de praktijk zal anders uitwijzen. Maar bovendien zal, naar het gevoelen1 der Commissie, bjj een dergelijke Koninklijke marine, die in twee afzonderlijke marines verdeeld is, de saftmhoorigheid ontbreken en zal de samenwerking der verschillende on derdeelen ais het er op aankomt, niet verze kerd zijn. Op dezen grond blijft ééne onverdeelde marine onder één leiding noodzakelijk. Ad b. De Commissie is overtuigd', dat voor Nederland het vlagvertoon niet van belang ontbloot is; uit dit oogpunt beschouwd vormt de marine een vredeslnatituut; vlagvertoon is een deel der vredestaak. De Regeering moet daartoe over één of meer schepen kun nen beschikken en voor dat doel niet afhan kelijk zijn van de Indische Regeering. Bo vendien zoud ener groote bezwaren ver bonden zijn aan het op korten termijn uil Indië uitzenden van een schip met Euro peesche bemanning, waartoe het noodig zou zijn om van de overige schepen een deel der Europeesche bemanning weg te nemen, ten nadee'e van den dienst en van de gevechts vaardigheid. Het uitzenden voor vlagvertoon van een 9Chip, dat ten deele een inlandsche beman ning heeft, zou in de meeste gevallen niet gewenscht zijn. Het denkbeeld om het noodzakelijk vlag vertoon te doen geschieden door de kolo niale vloot kan er niet toe bijdragen het aan zien van Nederland te verhoogen. Ad c. De vraag, die alles beheerscht, ls deze: „Kan het personeel op een go-v'en grondslag gesplitst worden?" Hierop een antwoord te geven ls uiterst moeilijk omdat de uitvoerbaarheid afhanrt van vele factoren, waaromtrent men te voren niets met zekerheid zal kunnen zeggen voor rM.SSStmm ïtofsïvS&a™ hKR Mn ringstermljin ;n Öost-Indië weder van twee op drie jaar te brengen en daarnaast de ge- tefMtea to l»™ tot vrijwinigi vis'. soneel ln Nederland moet zijn. voor elke categorie vorderen wlf JuK ^^teanent zouden oïïaïï®fhl1nt n'let 'offisch om het slno- utaii. aanRewezen is om d!i© cplit- moedig treden we de betere periode voor Waalenburg tegemoet. Een der ingelanden meende door op zijn molentje de driekleur te planten, uiting te moeten geven aan zijn vreugd, nu de bemaling „er door" ia. In de Zaterdag gehouden algemeene vergadering van aandeelhouders der Ne- derlandsche Overzee Trust Mij., waarin de eindrekening der liquidatie aan de aan deelhouders werd aangeboden, is deze met algemeene stemmen goedgekeurd. Besloten werd, in overeenstemming nut artikel 12 van de statuten, het saldo der liquidatie ai te dragen san het Kon. Nat. Steuncomité. Dit eindsaldo bedraagt 406.641.40 in contanten, effecten, benevens drie percee- len, gelegen te 's-Gravenhage, welke reeds geruimen tijd in bruikleen aan den Staat der Nederlanden waren afgestaan. S. D. voorstel in zake ontwapening. Verschenen is het voorloopig verslag der Tweede Kamer over het voorstel- Ontwapeningswet van de heeren K. ter Laan c.s. Zeer vele Kamerleden verklaarden aan dit wetsontwerp hun stem niet te kunnen geven, hetzij uit principieele, hetzij om practische redenen. Uitvoerig verdedigden zij hun stand punt, daarbij de bekende argumenten be zigende, waartegenover de voorstanders van het ontwerp de hunne stellen. Verscheidens leden achtten het wets voorstel in strijd met de artikelen 181 en 182 der Grondwet, welke in hoofdzaak be palen, dat alle Nederlanders, daartoe in staat, verplicht zijn mede te werken tot handhaving der onafhankelijkheid van het Kijk, en tot verdediging van het grond gebied. Verscheidene andere leden achtten deze at>n de Grondwet ontleende b°deuk.irfgen onjuist. Zij wezen er op, dat do vooratel- teis zich juist hebben beperkt tot het voor stellen van die van de door hen gewensch- te wijzigingen in de militaire macht, welke zonder wijziging van de Grondwet tot stand gebracht kunnen worden. Wat de vraag betreft in hoeverre de in ternationale verplichtingen eischen, dat Nederland een krijgsmacht onderhoudt, ga ven verscheidene leden als hun meening te kennen, dat iedere staat, die toetreedt tot den Volkenbond niet alleen zijn grond gebied voor operaties moet openstellen, maar ook gehouden is, in zekere mate, zich eerlijk en krachtig tegen iedere daad van aanval te verzetten. Ook het protocol van Genève en de ver dragen van Locarno gaan er van uit, dat elke staat de verplichting heeft om zich te verdedigen, al naar de omstandigheden eischen of toelaten. Den voorstanders van het wetsvoorstel daarentegen ontging, dat de verplichting uit hoofde van het lidmaatschap van den Volkenbond in zich zou dragen de ver plichting tot het onderhouden van een krijgsmacht. Te Genève, zeggen zij, is niet het min ste bezwaar gemaakt tegen de Deensche ontwapeningsplannen. Ook Nederland be hoeft hi. niet verder te gaan, dan de ge ografische omstandigheden veroorlooven en deze omstandigheden maken een gewa pend verzet van eenige beteekenis onmo gelijk. Verscheidene leden vestigen er de aan dacht op, dat uit het wetsvoorstel duide lijk blijkt, dat de voorstellers zich hebben gewaagd aan een poging tot het ontwer pen van een regeling, welke niet geschikt zou zijn, om het onderwerp van een initia tief-voorstel uit te maken. Werd h.L het voorstel aangenomen, dan zou zonder twijfel aanstonds de grootste verwarring ontstaan en zouden na kor ten tijd leger en vloot geheel zijn gedes organiseerd, zoodat ze noch als weer macht, noch als velllgheidsmacht zouden dienen. De ex-keizer. Volgens een B.TA.-telegram uit Genève worden er onderhandelingen gevoerd over het aankoopen van het uitgestrekte land goed met kasteel Travano, op een kwar tier afstands van Lugano, dat bestemd zou zjjn tot verblijfplaats voor den ex-keizer, voor bet geval dat de Groote Mogendhe den hem zouden toestaan Doorn te verla ten om zich ln Zwitserland te vestigen. Te Nijmegen zal op 22. 28 eni 24 Mei as. het 2de Nationaal Esperanto Congres ge houden worden-. Het voorloopige programma zal o. m. bevatten: Zaterdag 22 Mei, non. 4 uur opening in de zaal van het Concert gebouw „De Vereeniiging". (Indien mogelijk zal dien dag een examen ter verkrijging van een Esperan-to-diploma voorafgaan). Na de opening van het Congres zal nog een pro- pagandafeestavond1 plaat9 hebben, waar ver schillende buiten- en -binnenlandsche Espe rantisten het woord zullen voeren. Zondag 28 Mei njm. per extra trams naar Kleef. Maandag 24 Mei vergaderingen, wandelin gen en sluiting. Het Internationaal Esperanto-weekblad „Heroldo de Esperanto" (uigave te Horrem bij Köln) geeft in een uitvoerig artikel met 4 fraaie foto's een waardeerende beschrijving van Nijmegen, de stad- van- het 2de Neder landsche Esperanto Congre9. Het Oongressecretarlaat 'is gevestigd: Heljdenreijckitraat 68, NJjmegea Het onderzoek naar de gepleegde mal versaties bij den Raad van Arbeid werd voortgezet en versdhillende personen wer den verhoord. De administratie moet een chaos zijn. Dé leider, die te veel andere bezigheden had, heeft niet voldoende op een en ander toe gezien. De heer Brautigam, lid van de Tweede Kamer, heeft aan den minister van marine a.i. de volgende vragen gesteld 1. Is het juist, dat bij den rainister'van marine ad interim met betrekking tot het militaire personeel der zeemacht plannen in overweging zijn van de navolgende strekking: a. in het algemeen zal het bedrijf in Nederland telkens niet korter duren dan drie jarenin Indiö drie jaren zonder de vier jaren met gezin voor hen, aan wie het medenemen van het gezin kan worden toegestaan b. uitsluitend voor hen, die in dienst komen om tot matroos te worden opge leid, zal de duur van de eerste uitzending naar Indiè vier jaren kunnen bedragen 2. Indien vraag 1 bevestigend wordt beantwoord, wil de minister dan mede- deelen, om welke redenen van den thans geldenden tijdsduur van verblijf in de tropen ten nadeele van het personeel wordt afgeweken, zoomede of ter zake van deze zeer ingrijpende wijziging het advies van dep geneeskundigen dienst der zeemacht is ingewonnen? 3. Indien het advies, in vraag 2 bedoeld, niet is ingewonnen, is de minister dan bereid, zulks alsnog te doen en dat advies aan de Kamer over te leggen 4. Indien tot invoering van de plannen, onder vraag 1 bedoeld, mocht worden besloten, wil de minister dan de uitvoering er van opschorten, totdat de Kamer ge legenheid zal hebben gehad, omtrent de voorgenomen verlenging van het ver plichte verblijf in de tropen van het marinepersoneel der regeering haar in. zichten kenbaar te maken DE WATERSNOOD. Hulpverleening. Ingezonden Mededeeling. OOST-INDIE. Treffen met de rebellen ln Atjeh. Verschenen is een nota van wijziging o.a. op hoofdstukken VI der Staatsbegro ting 1926. Art. 16 (Aanbouw van schepen en vaar tuigen door particulieren, aankoop van oorlogsschepen, enz. 7.000.000.—) wordt verminderd met 1.9 millioen en gebracht op 5.1 millioen. Art. 17 (Aanschaffing enz. geschut) wordt verminderd met 600.000.en daardoor gebraoht op 3.409.390.—. Aangezien blijkens de toelichting de Minister nog geen gelegenheid heeft gehad om zich t.o. v. de urgentie van den aanbouw van 2 torpedobootjagers (1926) en een onderzeeboot, ter vervanging van de K L een afdoend oordeel te vormen, wordt het wenscheljjk geacht de bedragen, verband houdende met dien voorgenomen bouw, groot 1.2. millioen en f 700.000, zoomede de posten bestemd voor aanschaf fing van geschut voor bedoelde torpedo bootjagers en onderzeeboot, ad f 300.000 en 200.000, voorloopig van de begroo ting af te voeren. Art. 87b behoort met 97.000 te worden verhoogd (en daardoor gebracht op 744.890), aangezien bij de raming van dit artikel, waarvoor ruim 225.000 minder is uitgetrokken dan op de begrooting 1925, rekening was gehouden met de be sparing, welke de herziening van het trac- taat met België zou kunnen medebren gen. Nu op de totstandkoming nog geen bepaald uitzicht bestaat, is verhooging van de onderdeelen I, II en IH met resp. 36 000, 6000 en 56.000 noodig. Verschenen antwoord op is voorts de memorie van Na te hebben vooropgesteld, dat de grootst mogelijke spaarzaamheid moet worden betracht, en met name met rangs- verhoogingen spaarzaam dient te worden omgegaan, deelt de Minister mede, dat hij, uitgaande van het standpunt, dat de Ar beidswet er is om zoo volledig mogelijk te worden uitgevoerd, zal trachten te komen tot een geleidelijke verdere Invoering van dlo wet Deze zal, naar hö vertrouwt, in de eerste plaats den arbeid in winkels en van eiikele groepen van arbeiders buiten fabrieken of werkplaatsen omvatten. BU a« regeling van- de arbeid»- «n rusttijden ,zal vraag onder de oogen worden gezien, of daarmede een wettelijke regeling der winkelsluiting behoort ge paard te gaan. B Het- denkbeeld om de vakvereenlglngen v.ai? ^erkgevera en arbeiders ln het toe. zicht te betrekken, acht de minister aan vankelijk niet voor verwezenlijking vat- paar. den om te hopen, dat de moeilijkste tijd voorbij is, maar er zijn nog zeer groote moeilijkheden overgebleven, die het voor het behoud van werkgelegenheid noodza kelijk doen blijven voorloopig nog nu in het eene, dan in het andere bedrijf een langoren werktijd t.oe te staan. Dergelijke vergunningen zijn uiteraard van langen duur, doch niet in zoo'n mate,, dat zij nog zouden voortduren, wanneer het motief om een afwijking toe te staan, had opge houden te bestaan. De minister kan niet vooraf zeggen, of het aantal overwerkvergunningen zal toe- of afnemen. Wel kan-hij verklaren, dat hij niet lan ger zal laten overwerken dan in verband met de buitengewone omstandigheden voor het in stand houden der bedrijven •n voor ds werkgelegenheid noodig is. De minister betreurt, dat de arbeiders in den scheepsbouw te Amsterdam een houding aangenomen hebben, die tot ge volg kan hebben, dat de soheepsbouwwer- ven in de hoofdstad de moeilijke preiode van thans niet zonder grooten achteruit gang doorkomen. Dit zal in niet geringe mate voor'de arbeiders zelven nadeel me debrengen in den vorm van werkloosheid en van verzwakte bedrijven. Bakkersarbeld. De minister overweegt een wijziging der Arbeidswet ter tegemoetkoming aan de be zwaren, welke deze wet voor de kleinere bakkerijen met zioh brengt. Strekking en inhoud hiervan zuilen eerlang bekend worden. Conventie van Washington be treffende den achturendag. De minister kan nog niet toezeggen, dat een Memorie van Antwoord spoedig zal verschijnen. Behalve, dat van de concur- reerende landen de ratificaties ziel ook nog laten wachten, bestaat de moeilijkheid, dat het ontwerp-verdrag eenige bepalin gen betreft, welker toepasing op ern stige bezwaren zou stuiten. Moederschapszorg. De minister overweegt nog, of er aan leiding bestaat reeds thans de regeling der moederschapszorg ter hand te nemen. Plannen omtrent de regeling van een al gemeene vacantleweek bestaan bij den mi nister niet Ziekteverzekering. De minister acht een verplichte verze kering van arbeiders tegen geldelijke ge volgen van ziekte gewenscht en hij kan zich aansluiten bij het denkbeeld van zijn ambtsvoorganger om de in 1913 tot stand gekomen Ziektewet tot invoering te bren gen, nadat echter te voren in die wet eeni ge wijzigingen zullen zijn aangebracht, voornamelijk met het oog op verruiming van het veld van bewegingsvrijheid van de in de maatschappij opgekomen bijzon dere ziekengeldregelingen. Hoever in die richting zou kunnen worden gegaan, maakt bij den minister nog een punt van overweging uit Van den minister is geen voorstel te verwachten tot betaling van de premies voor de invaliditeitsverzekering door den Staat Radenwet Het ligt voorshands niet in het voorne men van den minister om een inkrimping van eenige beteekenis van het aantal Ra den van Arbeid te bevorderen. Komt de Ziektewet tot uitvoering, dan zal vooral met het oog op de behoeften van het plat teland, het ambtsgebied van een Raad van Arbeid niet al te uitgebreid moeten zijn. Drankwet Aan de beantwoording van de vraag of het rapport van de Staatscommissie-Van der Lande, waartegenover de minister aanvankelijk niet onsympathiek staat, als leiddraad zou kunnen worden genomen bij een herziening van de Drankwet zou een omstandig onderzoek vooraf moeten gaan naar zijn uitvoerbaarheid. Dat onderzoek zou, naar te verwachten is, vrij veel tijd vorderen. Inmiddels roept de Drankwet om voorziening op eenige punten. De mi nister meent daarom terstond tot een her ziening van de wet, los van bovenbedoeld rapport, te moeten overgaan. De vraag, wanneer de huurwetten moe ten vervallen, is in overweging. RAPPORT DER VLOOTCOMMISSIE. Een onverdeelde Marine onder één leiding noodzakelijk. Bezwaren tegen de splitsing. Het vlagvertoon. De personeelsvoorziening. In de eerste plaats zal het de Vraag zijn de voorwaarden, die zullen worden gesteld. Mocht de regeering zich vereenigen met de dienaangaande van de splitsings commissie, dan zijn die voorwaarden, spe- oiaai voor onderofficieren en manschappen, ongunstiger, dan tot nu het geval was. Soo worden door desplitón^ommiMia, voor vergelijking van de kosten in de toe- vZst na de splitsing en nu, aangenomen overeenkomstige tractementen van het door de marine in Indië worden genoten. Ook wat de pensioenen betreft, richt d:e aimmTasle zich naar de voor Indië ontwor- r,'<-Ion waardoor ln menig geval het JSêSS beneden den hoofdofficiersrang la,ger zou w voonvaarden voldoende anl- mo il butaan voor den dienst h« de marine mn°d~ -ent de commissie te moeten ^Een^tweeda punt ls het langdurig verblijf üMet de splitsing zou gepaard gaan een langer verblijf in Indë. De commiss e acht het n'et gewenscht het personee. voor een termijn van 6 jaar naar Indië te Mnfon. al thans indien daarop een verblijf van s.echte een zestal maanden in Nederland zou vol gen-. Deze termijn van 6 jaar zou, naar het advies van den geneeskundigen d en-st mj de zeemacht, met het oog op de voorwaarden van het leven aan boord in de tropen, be zwaarlijk als regel kunnen worden gesteld. Ook ln verband met het medenemen van de gezinnen, welke als regel verblijf moeten houden op de marinekustplaatsen en met het oog cp de veelvuldige afwez'ghe'd- van ce -rez'nshooften, 's een beperkt verb.ijf n Indië hoogst gewenscht. De Oomm'§s!e meen/t» itt ce ffreotte van het Infceemsch personeel h'er in zooverre bu'ten beschouwing kan blijven, omdat èn bij splits'ng èn bij n'et-spl'ts'ng wrekend wordt op 50 van het geheele personee-. Naar het gevoelen der Ccmm «s e meet -"t procent als een maximum worden be schouwd, omdat het van het grootste ie ang 's, dat het Europeesch element het over- heerschende b'JJye. Voorshands zullen, zoo oer ee t e Oom- m'ss'e, de grootte var. het Europeesche en •"e van het inheemsche personeel afharke- 'Uk zijn van de resultaten, we'ke berekt zullen worden bij de opledlng van Inheemsch person 6*61. De commissie wil nog een oogenbl'k s; l- staan bij het overcompleet personeel in Ne derland, d. w. z. het personeel, dat bij de splitsing van het personee! in Nederland met verlof zal aanwezig zijn. Indien men reke ning houdt met den hiervoreri g-enc-mden eisch, dat ln het algemeen een verblijf van 4 jaar ln Indië als maximum moet worden beschouwd, en dus na een zoodanig verblijf dan ls er grond voor de onderstelling, dat bij verlof van eenige maanden noodig zal zijn, een gesplitsten toestand het in Nederland aanwezige overcompleet personeel nog hoo- ger zou zijn, dan bij een ongesplitste marine het geval zou zijn. Gezien de bezwaren- meerit de vlootcom missie, dat 's Land» belang het beste sal worden gediend' Indien een weg wordt ge vonden, waarbij de ongesplitste toestand wordlt behouden, doch waarbö de bezwaren tegen een groot overcompleet ln Nederland vermeden worden, waardoor beteekenende bezuiniging zou worden verkregen. Dé commissie meent ln de hierna vol gende opmerkingen dien- weg te kunnen aanwijzen. Wat het rapport der splitsingscommissie betreft, moet in het oog worden gehouden, dat het weergeeft den uiterlndelljken toe stand bij splitsing, du w. z. dat het dus nog vele jaren kan duren vóór de geschetste ma rine er zal zijn en dfus de berekende bezui niging een feit zou zijn. Het in meergenoemd rapport geraamde bedTag dier bezuiniging wordt beheerscht door de opheffing van het overcompleet en de in uitzicht gestelde lagere traotementen en pensioenen. Uiteraard kan van de commissie niet ver wacht worden de gegeven cijfers, die na langen arbeid1 verkregen zijn, aan *»r. orl- tiek te onderwerpen. Daartoe ontbreken haar ten «enenmale de gegevens. Wel meent de Commissie echter als vast staand te mogen aannemen, dat de bezuini ging een minder gunstig beeld gaat verton nen, wanneer de ontworpen dienstvoorwaar- den noodgedwongen zouden moeten worden verbeterd. 'In de aan het splitsingsrapport toegevoeg de nota der minderheid wordt o. a. de op- merk.ng gemaakt, dat bezuiniging voor ce meeste categor:eën van personeel ook zou kunnen worden verkregen door het loslaten van de regeling van gelijke ,/turns" en door net zoeken naar een goede verhouding t ?a- schen de In Indië en ln Nederland benoo- u.lgilf»iSrJsoneel?3terkten eenerzij ds en de deraijds Van personeel aldaar an- De Commies:e was van oordeel, dat inder- uaad in menig geval ©en zoodanige regeling De Commissie zou in overweging wi'en °Vn, h6t Gemeen den deteche - ,w«rrwiWrê peri<x3e- Vanzelf zaffln ïïi?t„h0tT±.,8a™ensteI1:^ ^n het per Departement van Marine. W at de voorgenomen opheffing van het beidskracht vm TetV^rt^ *eheeVr" D w™* van Mfl-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 6