T Mijnhard! s Tabletten geneesmiddel Tweede Blad. BINNENLAND GEMENGD NIEUWS zijn Uw VAN ZATERDAG 27 MAART 1926. De nood ln de v eenstreken. Uit Drente wordt gemeld, dat de Ko ningin aan de oentrale commissie voor op bouw van Drenthe een belangrijke hoe veelheid kleedingstukken ten behoeve van van de noodlijdenden in de veenstreken heeft gezonden. De L. O.-wert 1924. De interpellatie van verschil lende artikelen. Op de vragen van mej. Westerman be treffende de interpretatie van verschillen de artikelen der Loger-onderwijswet 1920, met name van de artikelen inzake de ver goedingen van gemeenten aan sohoolbe sturen voor de exploitatiekosten en voor inrichting en onderhoud, antwoordde de Minister van Onderwijs, K. en W., dat ook hij van oordeel is, dat het ten goede zou komen aan de paoifloatle op onderwijsge bied, indien de toepassing van de artlke len 72 e.v. en 101 tot en met 108 der L.O.- wet 1920 minder aanleiding gaf tot geschil len tussohen gemeente- en schoolbesturen. Toch ziet hij in een geleidelijke ontwikke ling der Jurisprudentie den eenlgen weg om tot grooter zekerheidheid aangaande de interpretatie dier artikelen te geraken. Het kenbaar maken van zijn persoonlijk inzioht in deze quaesties zou hiertoe al licht niet bijdragen. Verder wijst de minister op de ln de Re- feeringsverklaring op 11 Maart jl. In de weede Kamer aangekondigde voorne men tot het instellen van een Staatscom missie, welke zal hebben te onderzoeken of en op welke wijze met volledige hand having van de beginselen der onderwijs- Eadfloatle daaraan een minder kostbare )epassing kan worden verzekerd. Het komt hem voor, dat ook vereenvoudiging der administratie op den weg dezer com missie zal kunnen liggen. De Staatsmijnen ln Limburg. Een verzoek de mijnen te be zichtigen afgewezen. Op de vragen van den heer L. L. H. de Visser in verband met de weigering door de directie van de Staatsmijnen in Lim burg tot het instellen van een onderzoek in bedoelde mijnen door het plaatsvervan gend lid van den Hoogen Raad van Ar beid, den heer Th. J. Dissel, antwoordde de Minister van Waterstaat, dat het bij onderzoek gebleken is, dat een verzoek van den heer Th. J. Dissel, secretaris van het Nationaal Arbeidssecretariaat en plaatsvervangend lid van den Hoogen Raad van Arbeid, om hem gelegenheid te geven de Staatsmijnen zoowel onder- als bovengronds te bezichtigen, door de di rectie is afgewezen. De directie heeft als reden voor die af wijzing opgegeven, dat zij den heer Dis sel niet wenschte te steunen in zijn stre ven „om het verzet te organiseeren en te ontwikkelen", welk streven blijkt uit een door dezen samengesteld en onder de mijnwerkers verspreid vlugschrift. Aangt-zien de functie van plaatsvervan- gend lid van den Hoogen Raad van Ar beid niet het recht geeft om de Staats mijnen te bezoeken, is de directie van de Staatsmijnen, door bedoeld bezoek niet toe te staan, niet buiten haar bevoegdheid gegaan. Ér bestaat geen aanleiding om de di rectie ten opzichte van het verzoek van den heer Dissel of van soortgelijke ver zoeken een andere gedragslijn voor te schrijven. Het wereld-mlgratle-congres van het Internationaal Vakverbond pn Soc. Arb. Internationale. De commissie van voorbereiding voor het wereldmigratie-congres van het I.V.V. en de Soc. Arbeiders Internationale, bestaande uit de heeren L. Jouheaux, O. Mertens, Joh. W. Brown. L. de Brouckère, O. T. Cramj) en dr. H. Diamaqd, heeft, naar „Het oli meldt, voor het oongTes, dat van 18 tot 21 Mei te Londen) zal bijeenkomen, een aantal resoluties geformuleerd. Deze resoluties betreffen: De regeling van de migratie; beperkende bepalingen, uitsluiting en assimilatie; bescherming van den immigrant; de positie van den immi grant ten opzichte Van da sociale verzeke ring; economische factoren der migratie en arbeidsmigratie-politiek. Uit Brussel wordt de N. Rott. Crt. gemeld: M'gr. Nolens heeft aan den heer Baie, algemeen secretaris van de internatio nale parlementaire handelsoonferentie, bericht, dat Nederland zal deelnemen aan de oonferentie te Londen. Dit zal de eerste maal sedert 1914 zijn, dat Nederland deelneemt aan de werk zaamheden van deze conferentie. x De tram te Alkmaar. De Raad te Alkmaar besloot in zijn Donderdag gehouden zitting met 10 tegen 9 stemmen aan de N. V. die de tractor- tram exploiteert de gevraagde subsidie, waardoor het voortbestaan van dit ver voermiddel zou zijn verzekerd, niet te verleenen, zoodat de tram zal ophouden te rtJden en waarschijnlijk een proef zal genomen worden met autobussen. 6TAAT8BEGROOTTN G 192®. Aan de Memorie van Antwoord oratieenen wij het volgende: Ten aanzien van het vestingstelsel wordt het standpunt ingenomen, dat de verdedi ging van het hart des lands moet worden voorbereid, met dien verstande echter, dat alleen die bestaande werken, welke nog van wezenlijk belang zijn voor de verdediging, of als magazijnruimte worden benut, worden onderhouden. Overigens moeten instandhou ding en verbetering van de iraundatiemidde- lera op den voorgrond staan. Het onderzoek, bedoeld in de voorlaatste alinea van het gestelde onder „Kringenwet" in de Memorie van Antwoord, betreffende de ontwerp-Oorlogsbegrooting 1925, is thans geheel beëindigd; de voorstellen, nopens het in oen) lagere klasse rangschikken, dan wel opheffen van onderscheidene verdedigings werken, zijn ter beslissing aan de Kroon aan geboden. De vermindering, respectievelijk geheele opheffing van de ongemakken, welke de aanwezigheid van de tegenwoordige krin gen der hierbedoelde verdedigingswerken oplevert, zal dus naar alle waarschijnlijkheid binnenkort tegemoet kunnen worden gezien. Overwogen zal worden of eenlge hoogere ondersteuning kan worden verleend aan de weduwen van ln dienst gehuwde, vóór 1919 gepenslonneerde militairen. Het verleenen van hulp aan de weduwen van gewezen militairen, die na het verlaten AMSTERDAMSCHE BRIEVEN. van den dienst zijn gehuwd, ligt niet ln het voornemen. Een wijziging der militaire wachtgeldre gelingen, noodlg geworden door de herzie ning der Pensioenwetten, is aan de Koningin ter bekrachtiging*toegezonden; daarbij wordt, op het voetspoor van de bereids tot stand gekomen herziening van de wachtgeldrege ling voor burger overheidspersoneel, eenrige verruiming overwogen van de bepalingen nopens korting op het wachtgeld tengevolge van inkomsten, uit arbeid ln het vrije bedrijf verworven. Overigens wordt bij de toepas sing dezer regeling, binnen het kader van de geldende bepalingen, een zoo ruim mo gelijk standpunt ingenomen. De oprichting van een patronenfabriek te Dordrecht geschiedt met instemming der Regeering. Het is rul. met het oog op de in- dustrieele oorlogsvoorbereiding een voordeel, wanneer andere fabrieken dan die van het Staatsbedrijf in staat zijn om wapens en munitie te vervaardigen, al zal dat Staatsbe drijf wil zooveel mogelijk in de vredesbe- hoefte van het leger voorzien, zooais b.v. thans met de patronen het geval ia. De ziens wijze, dat door "de aanwezigheid dezer fabriek het gevaar voor oorlog zou worden vergroot, kan de Minister niet deelen. TWEEDE KAMER. Donderdag werd een aanvang gemaakt met de behandeling van dea De heer Braat (platt.) dringt daarbij aan op verlaging van den suikeraccijns en het geslacht, en de heer Beumer (a.-r.) maakt enkele opmerkingen over de behan deling dezer wet. Minister De Geer ant woordt den heer Braat. dat binnenkort een wetsontwerp wordt ingediend tot afschaf fing van de leeningsopcenten op den suiker accijns. Bij de nu volgende worden enkele opmerkingen gemaakt (na het Paaschrecès wordt over sommige kwes ties uitvoeriger gesproken). De heer K. t e r Laan (s.-d.) komt op tegen de uitbreiding van het aantal hoofdofficieren bij; den Ge- neralen Staf. Over deze kwestie wordt nog wat gediscussieerd; de Minister, ofschoon voor versobering, kan geen toezegging doen de gelden voor dezen post terug te nemen, omdat daardoor de heele zaak ontwricht zou worden. De heer K. t e r L a a n wil den post met 1 verminderen, om daarmede te ver hinderen, dat tot de aanstelling wordt over gegaan. Het amendement-K. ter Laan wordt verworpen met 67 tegen 29 stemmen. De heer Van Zadelhoff (s.-d.) critl- seert het gebruik van gifgassen. De comm. heer L. de Visser bespreekt in dit ver band Rusland; alle internationale overeen komsten noemt spr. camediespel; Rusland evenwel, dat aan alle kanten aangevallen werd, moet zich kunnen verdedigen, maar h$t heeft 46 voorstellen gedaan tot vredes overeenkomsten, die alle afgewezen zijn. Hij Du :egt, dat i in Rusland precies is als overal elders in de krijgt het hiervoor met den heer Duys (8.-4.) ernstig aan den stok, die zegt, dat het wereld en het militarisme daar evengoed heerscht als hier. En de heer V a n Z a d e I- h o f f drukt er zijn verbazing over uit, dat de heer Van Dijk deze gifgasserij verdedigt Dezelfde heer bepleit ruimere toepassing van de Dienstweigering»wet, en klaagt over de behandeling van dienstweigeraars. Gok de heer L. de Visser dringt daarop aan. De heer K. terLaan dient een motie in voor een wettelijke regeling voor de mobilisatie slachtoffers. De r.-k. heer Deckers meent, dat er veel te veel met deze men- schen gesold wordt en vindt het voldoende als de Minister de verklaring aflegt, dat hij in die richting werkzaam wil zijn. De motie wordt gesteund door den heer L. de Visser en den heer Oud. Er wordt nog eenigen tijd over gediscussieerd en tenslotte wordt de motie-K. ter Laan aangenomen. Tenslotte nog een vrij onverkwikkelijk persoonlijk feit tusschen de heeren Duys en L. de Vis ser naar aanleiding van een Interruptie van laatstgenoemden. De Kamer ia tot 20 April verdaagd. (We zijn als wereldstedelingeni-in-dera-dop in deze goede stad de laatste jaren al aardig gewend geraakt aan de meest moderne, meest brutale, dan wei meest geraffineerde vennen van straat-reclame. De hevigst-wen- telende electrische zonnen, de vreemdsoor tigs te optochten, de griezeligste biljetten, de grootste borden vermogen ternauwernood even onze aandacht vast te houden.... En zelfs het vliegtuig, dat eenigen tijd geleden tegen het vallen van den avond zijn, in vurige letters, lichtend reclame-woord boven onze hoofden rond deed zweven, kon slechts een matige publieke belangstelling wekken. Oppervlakkig redeneerend zou je dus zoo zeggen, dat het nut van de reclame, de in vloed op de massa, snel aan het afnemen is. Als je er dan toch aan gewend raakt, als 't geen aandacht meer trekt, als 't een het ander doodslaat, dan kun je met dat reclame- maken toch wel uitscheiden.... Zoo denkt men. Maar dat is fout. Op de een of andere wijze zakt als 't ware een voortgezette recla me toch in ons „onderbewustzijn", om er te gelegener tijd, .gelegen" in de eerste plaats voor de reclame-makende firma! weer uit op te duiken. En 't doet er niets toe of onze bewuste aandacht niet al te zeer meer geraakt wordt, of misschien zelfs een bewuste afkeer ondervonden werd. Dit is geen theorie; de cijfers, de statistieken van reclame-campagnes voerende zaken wij zen het met de fe.ten uit. En, zooais een, zich aan de onwrikbare feiten herhaaldelijk stootend phiiosofeerend Franschman het 'eenmaal, ln woede, uitriep: „L n'y a rien al béte qu'un fait...." Maar iaat ons verdere uitweidingen over de wijze waarop de recla me-suggestie werkt voor dezen keer over laten aan de reclame-psychologen en derge lijke deskundigen, die tegenwoordig ai zoo ver zijn, dat zi) zuiver 'wetenschappelijk kunnen berekenen op welke pagina en op welke plaats in een krant de annonce van een bepaald artikel moet staan om onder een bepaalde categorie koopers het meeJte effect te hebben. Laat ons eenvoudig nogmaals meer voor een klein reclame-geruchtje-op- constateeren, dat we hier dus heusch niet straat vervaard' zijn en alleen even de aan dacht spitsen als we b.v. lezen, aat de Schoonheidscommissie geprotesteerd heeft n het vap onder tot boven, met reclames ingen van het hall-afgebroken hoekhuis op den Dam, dat eenmaal café De Bisschop was„01 Ja, dat is waar ook, daar hangt nogal wat....; ik heb 't eigenlijk nooit zoo precies opgemerkt...." Nu hangt die Dam aan alle kanten vol en wie dus daar nog als reclame-maker de.bewuste aandacht van de duizenden, die er dage lijk ach overh-en wandelen, wil trekken, moet wel met iets héél bijzonders komen. Maar ziet: dat héél bijzondere was er dan plotseling een dezer dagen! De drammen forensen, die 's mor gens van hun treinen kwamen, keken er van op: dat was nog 'o watl Die durft!!.... Daar verrees op den hoek van *t plein, naar den kant van de Nieuwe Kerk, een.reu zen-sigaret, grauw van onderen, van boven, triomfeeremd-wit, bet stukje aschl Het gevaarte werd met enkele stevige ijzer- draden in evenwicht gehouden. Naarstig speurde men naar den naam van het nieuwe merk. Men kwam naderbij. Gekl nergens iets van letters te zien.... Tot men, onder aan de sigaret, enkele gemeeüte-weiklieden ontwaarde, die, bij navraag, het raadsel op losten en.de desillusie brachten, 't V as geen sigaret 1 geen reclame, maar niets minder aan een houten proef-inodel van de „monumentale lantaarns", waarmede men ons hoofdplein zal gaan opluisteren en waar, naar men weet, over geprijsvraagd, gede batteerd en geconfereerd werd en waarvoor men tenslotte nog enkele duizenden meer moest uittrekken, omdat men er, toen men ze ging aanmaken, niet kwam met het aan vankelijk aangevraagd en toch al hooge bedrag We zijn nu, met de gemeentelijke autori teiten voorop, aan het „proefkijken". Dat is de bedoeling van het plaatsen van deze^ naam- looze reclame voor den sigaret-in- t-a;ge- meen.... Hoe lang die proef zal duren en wat er onder de gemeentelijke schoonheids- heeren, als resultaat uit zal voortkomen kan niemand zeggen. En of de werkelijkheid, gaat zH door, niet veel beter zal zijn dan vol- K<'ns deze proef door ons leeken verwacht wordt, valt al evenmin te voorspellen. Maar één ding is zeker: het publiek ziet in dezen proef-vorm een sigaret en zal ook in het uit gevoerde ontwerp wel nooit iets anders blij ven zien.... En de Amsterdamsche mond zal er zeker spoedig Iets van maken als „De vier piraatjes op den Dam" of iets dergelijks. U maar t Let eens op! „Efficiënt" ware, had het publiek met zijn eerste diagnose gelijk gehad, zulk een reu- zensigaret-reclame wèl geweest en als zoo danig had zij op de onlangs ln „Bellevue geopende Efficiency-tenitooonstelling kun nen paradeeren.Overigens bemoeit deze tentoonstelling zich minder met efficiency in de reclame, dan wel met de efficiency ln liet bedrijf en op het kantoor. De allermo dernste snufjes op hét gebied der gemecha niseerde administratie treft men er te kust en te keur. Allerlei wonderen der techniek; boekhoud- en telmachines, dictatophones, ik-weet-nlet-hoeveel-dooralagen en in-hoe- veel-kleuren-schrljvende schrijfmachines, automatische huistelefoons, enz., enz., als even zoovele, in staal en rubber uitgekris talliseerde menschelijke hersenideelen, dee len, die we dus binnenkort wei buiten wer king kunnen stellen. E&ficienqy: het is een van de machtswoor den' van dezeni tijd. In 't Hollandsch hebben we geen woord dat dit.... typisch Ameri- kaansche begrip ten volle uitdrukt. Met om schrijvingen als „cordate werkdadigheid", „economische zakelijkheid" of dergelijke ko men we er zelfs niet heelemaal. En dat strekt ons, ln zekeren zin, tot eerl Want in het begrip „efficiency" zit eeni element van verst doorgedreven geloof aan de absolute macht van den, met vennech a n I teerde mid delen, op z'n felst gestreden concurrentie strijd, een element, dat er bij den Hol lander nooit, gelukkig, ten volle zal ingaan. Waarmede ik allerminst wil gezegd heb ben, dat we in onze zaken, bedrijven en ad ministratie» niet wat meer efficiency ge bruiken kunnen! Integendeel De andere elementen, die het begrip inhoudt: ik noem uitbuiting der technische middelen, zuinig heid, hygiëne, vrijmaking van oneconomisch verbruikte arbeidskracht, meerdere zeker heid en nauwkeurigheid zijn altemaal waar devol en het propageeren hiervan, doel ook van dieze expositie, is een goed ding. Of een propageering van het dienstboden- vak, waarmede een oommissie uit een aantal vrouwenvereenigingen zich deze week op een druk bezochte vergadering bezig hield, een góed ding is blijft daarentegen de vraag. Deze propaganda heeft ongetwijfeld haar goede kant, waar zij zich beijvert de ver keerde opvatting te bestrijden als zou huis houdelijke arbeid iets minderwaardigs zijn en arbeid buitenshuis voor meisjes en vrouwen, zooveel beter, „netter" of eervol ler.... En ook waar zij de opleiding voor het huiahoud-vak minstens op het peil wil brengen "van de opleiding voor andere vakken. Maar is zulk een propaganda wel efficiënt? vraagt men zich af en wordt zij niet teveei geweerd met het oog op het verleden en de •leur; en te weinig met het oog op de toe komst en de nu reeds aanwezige mogelijk heden, die de moderne techniek ons ver schaft?.... Fiatwoningen,' liften, stofzui gers, coóperatleve keukens, electrische ovens en kachels, ln 't algemeen: het modernisee- ren van onze woningen, zijn dat niet de din gen, die aandacht vragen voor dat men, wat het plan is, met afgevaardigden van 22 vrou wenvereenigingen ln den lande gaat confe- reeren en congresseeren over de middelen om het aanbod van huishoudelijke hulpkrach ten te vergrooten? De woning en de daarin, aanwezige of aan te brengen aoode hulpkrachten, dat is, voor al het andere, het probleem. Ook in kunst zinnig, aesthetisch opzicht is het dat. Men begint 't, gelukkig, de laatste laren in te zien. Men beschouwt tegenwoordig b.v. een kamer al niet meer als een toevallig, vrij onverschillig „gegeven" waar men wat voor de ramen hangt, wat tegen de muur plakt en op den vloer legt, om vervolgens de meu belen in te dragen. Ramen, vloeren en mu ren kunnen, men leert het meer en meer inzien, ook als zelfstandige factoren mee werken tot het doen van een schoon geheel. Een verschijnsel, dat o. m. met dit eerher stel dezer zelfstandige factoren samenhangt is de meerdere belangstelling, die men is gaan toonen voor de muurschildering. Onze gemeente geeft in dezen een goed voorbeeld. Meerdere muren in gemeentelijke gebouwen en dienstvertrekken werden den laatsten tijd aan kunstschilders ter bewerking ge geven. Zoo krijgt de nieuwe aanbouw van het Stadhuis muurdiecoraties van Chris Lebeau en heeft het nieuwe gebouw van den Gemeentelijken Gezondheidsdienst op de Achtergracht in een der wachtkamers reeds drie muurschilderingen) van Jan Gré- goire, die zeer de aandacht trokken, terwijl een dezer dagen de opdracht tot het décoree- ren van de 'andere wachtkamer verstrekt werd aan den kunstschilder Willem Aron- deus, die als „muur-schilder" in het Rotter- damsche Stadhuis zijn sporen vroeger al verdiend heeft. Ga zoo voort, Gemeente! Een neger-oplichter. Naar aanleiding van de in ons blad van Donderdag opgenomen mededeeling betreffende den negeroplichter, die zich baron Otto de Guric noemde, en die een treffende gelijkenis zou toonen met zijn rasgenoot Georges Carter, kort g6leden in de strafgevangenis opgesloten, deelt een bestuurlid van de afdeeling Haarlem van het Nederl. Genootschap tot zedelijke verbetering van gevangenen aan deNw. Rott. Crt. mee, dat in de strafgevangenis aldaar vertoeft de neger Georges Carter, door de rechtbank te Amsterdam ver oordeeld tot een jaar gevangenisstraf wegens oplichting, welke straf hij in Augustus a.s. zal hebben uitgezeten. Inderdaad blijkt de George Carter, van wlen gisteren sprake was, niet hier, maar in de Haarlemsche strafgevangenis te vertoeven. Hij staat daar ingeschreven als Jockey. Het bedoelde bestuurslid heeft hij mee gedeeld, dat hij twee renpaarden bezit in Maisono Laütte en dat hij vóór zijn veroordeeling (hij is natuurlijk onschuldig veroordeeld) staljockey was bij den heer Brugmann te Brussel. Voor den oorlog had hij die functie bekleed bij baron Edmond de Rotheschild te Parijs. Zijn verloofde woont op een „kasteel" in Bel- ië. Vermoedelijk is dit de comtesse de akowsky, met wie hij in Nizza geweest zou zijn. Van het Belgische kasteel heeft hij een prentbriefkaart laten zien. In bedoelde brief wordt er op gewezen, dat wel verondersteld mag worden, dat deze beminde, zoo zij al een kasteel bewoont, dit dan toch wel in de hoedanigheid van keukenmeisje of iets dergelijks doen zal. Carter blijkt een beminnelijke fantasie te bezitten en smaak te hebben voor romantische namen en verwikkelingen. Toch is het de groote vraag, of George Carter dezelfde is als baron Otto de Guric. Het Haarlemsche bestuurslid wijst er terecht op, dat negers en dat Chi- neezen in hun uiterlijk voor Europeesche oogen zeer veel op elkaar gelijken. Na tyee jaar zulk een heerschap als de hooggeboren heer de Gurio te kunnen herkennen, lijkt twijfelachtig. Ingezonden Mededeeling. «689) De diefstal ln een trein. In aansluiting op een bericht over den diefstal in den trein Amsterdam—Den Haag laten wij nog een stukje volgen van het U. D.: m De Haagsche politie telefoneerde Woens dagmorgen naar Utrecht het verzoek om twee beruohte treindieven aan te houden, wier signalement nauwkeurig overeen kwam met het signalement, dat de Zeeuw- sche buitenman van zijn berooveers had opgegeven. De Utreohtsche recherche toog di rect naar het Centraal Station, omdat ver moed werd dat de gesignaleerden wel met den een of anderen trein zouden arrivee- ren. Werkelijk verscheen één der gesig naleerden op het Stationsplein; hij begaf zloh de stad in, direct gevolgd door recher- cheurs. Even later versoheen de andere «esign al eerde, eveneerts per trein- te trecht aangekomen, in gezelschap van twee kameraden, wier aanhouding niet door den Haag was gevraagd. Zij gingen allemaal de stad in: ook de drie laatstbe- doelden werden achtervolgd door de Utrechtsche recherche. Het waren alle vier bekende kwart jesvinders, die met alle mogelijke druk-bezette treinen plegen mee te reizen, om dan in de ooupé's hun slag te slaan on der argelooze mede-reizigers: verkoop van waardelooze voorwerpen, kaartspelen, spe len met notendopjes enz. De recherche arresteerde den eerst-aan- gekomene op het Vreeburg, de drie ande ren op de Rijnkade en den Steenweg. Men vermoedde dat de twee niet-gesignaleer- den handlangers waren van de wèl-gesig- naleerden en arresteerde daar het geheele viertal, terwille van het onderzoek in de beroovingszaak, die zich afspeelde ln den trein Amsterdam—Den Haag. De Haagsche politie kreeg per telefoon kennis van de aanhouding van de vier kwartjesvinders, onder wie de twee gesig naleerden, en van den Haag kwamen toen eenlge politiebeambten om de vier arres tanten over te nemen. De stationsdiefstallen te Roosendaal. De nltspraak van het Scheids gerecht Het Scheidsgerecht behandelde Donder dag te Breda de diefstallen, aan het sta tion Roosendaal gepleegd door zes arbei ders. Woordvoerder voor St Raphaël waa mr. Ch. Witlox uit Den Bosch, voor de Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegperso neel de wagenmeester C. Jongeneelen uit Roost ndaal. De maatschappij had deze zes arbeiders ontslagen. Van één arbeider, die zes jaar in dienst was en eenige oesters had opgegeten, werd het ontslag niet gehandhaafd, doch hij werd teruggezet op het minimumloon. Een schaalknecht, zestien jaar in dienst, werd voor hetzelfde feit teruggezet tot ar beider op minimumloon. Een andere arbei der, zes jaar in dienst, die een slok uit een flesch had genomen, blijft in dienst op het minimumloon. Een onderwagenmeester, vijf-en-dertig jaar in dienst, die bloembol len had opgeraapt, is ontslagen. Een on- derladingmeester, twintig jaar in dienst, die enkele aardbeien heeft opgegeten, blijft gehandhaafd. Een arbeider, die we gens heling en diefstal "voor de arr. recht bank heeft terechtgestaan, blijft ontsla gen. Gedurende de schorsing blijft het tractement ingehouden. Tusschen de boffers. De stationschef J. Mooren van do Llmb. Tramweg Mij. te Vaals is gisterochtend met '4Jn hoofd tusschen de buffers van de tram geraakt Hij werd levensgevaarlijk verwond. TrelndlefstaL Haagsche rechercheurs hebben Woens dagmiddag in samenwerking met de rijks recherche op het station te Utrecht aan gehouden den 45-Jarigen koopman L. 't H. en den 86-jarigen reiziger E„ bedden wonenden in Den Haag, als verdacht van diefstal van ongeveer 800, in een trein gepleegd ten nadeele van den heer N., Vrijdagavond IJ., toen deze van Amster dam naar Zeeland reisde. De beide aangehoudenen staan bij de politie bekend als kwartjesvinders en werden te dier zake reeds vroeger ver oordeeld. - Brand ln dan Bosch. Een groote brand' heeft Woefisdagnacht bet pakhuis van leer en echoenfournituren der firma E. Aronsohn, in de Orthenstraat in den Bosch, geheel in de asch geleed. Het pakhuis is geheel uitgebrand, met de, Juist thans groote, voorraden. Slechts een kleine partij leder en boeken werden gered. Het archief ging grootendeels ver- loren. Ook eenlge kostbare schilderijen zijn verbrand. De schade wordt geraamd op ses ton. Da firma is op bsurapoll* De resoluties. Internationale parlementaire bsadeis- - conferentie. Hoofdstuk VIII (Oorlog). Vestingstelsel. Krtngeruvel. Oud-ge pensionneerden. De sigaret op den Dam. Ef fictency tentoonstelling, propaganda. Muurschilderingen, Dtenslboden- Wachtgeldregeling. Oprichting van een munitiefabriek. Wet op de Middelen. Oorlogsbegroottng Zenuw 79 hoofdpijn 60 Maag 75 ct Laxcer 60 ct, Staal- 90 ct. Rheumatiek- 75 ct. Keelpijn- 60 ct, hocat 60 Kieipijn 60 ct. Oriep a Influenza 75 i Nier Blaas I gld. Oalsteen 1.50 Wormtabl. 80 Bloedzuiverende 75 ct. Eetlustopwekkende 75 Koorts 60 Verkoudheids 60 ct. Pijnstillende 75 Verkrijgbaar bl) Apoth. en DrogisW Elke ver pakking voorzien van naam Mljnhardt. Let hleropj

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 5