Zonderlinge lotgevallen in het Dagelijksch leven VAN 'S LEVENS WIJSGEERIGEN KANT naar de Kaja-kaja's, kwam met nieuwe woorden terug, deed dagen achtereen het zelfde, trachtte het verband tusschen de verschillende woorden te ontdekken, ver geleek ze,.om aldus achter het geheim der taal te komen. En mijn streven werd met gunstigen uitslag bekroond: na ongeveer twee maanden was ik de taal voldoende gang aan de 'gedachten geven. Geheimzinnig ruischt de nachtwind door de boomen, onduidelijke vage denk beelden vervullen 'emenschen brein. De grillige schaduwen leggen zich over de aarde. De bleeke schijn van de maan heeft ln alle landen en bij alle volken en rassen aanschouwde,""leek het mij niet ongunstig I Vooral bfl al die klassen der bevolking, hier een missie te beginnen en ik ging met wier beroep het meebrengt, dat zij zich de stoomboot naar de Kei-eilanden terug, veel ln de open lucht ophouden en die om de eerste missionarissen te halen, die daarom veel op de natuur moeten letten, met onvennoeiden ijver en geduld hun die ook buitendien ^gevolge^hunner zware taak zouden beginnen eenzaamheid een meer peinzenden aard emoed, epaald hebben en een ln zich -gekeerd gemoed, vormde zich langzamerhand een d maangelool. Boeren, jagers, herders hingen dat ge- oof aan, deden steeds nieuwe ontdek kingen en waarnemingen en wonnen voor hun fantastische voorstellingen steeds nieuwe aanhangers. Wel leven wij ln een tijd van snellen vooruitgang op materieel en Intellectueel gebied, maar het bijgeloof geheel weg te ruimen is nog. steeds niet gelukt. Groote Wat de bodem nog ln rttnl lagen der maatsohapplj zijn er nog innig aan gehecht. In het Oostenrljksohe kustland aan de brekende deel van het rokje wordt ingevuld met geplisseerde baantjes, dus het model letje is vlug klaar. De geheele figuratie op het lijfje wordt geborduurd metj wat aardige kleuren wasch- echte zijde, b.v. in de kleuren, geel, huza- renblauw en rood of oranje. Het halsje wordt puntig ingesneden en daaruit wordt een eenvoudig overhemd kraagje gezet. De buitenlijn van dit kraagje en het achterdeel der manchetjes krijgt een breede bies van een afstekende kleur shantung. En dan ligt daar nog zoo'n mooie lap stevig fraise linnen. Daarvoor zoeken we niet lang; die maken we zoo: OUDE ARMBANDEN. schoot verborgen houdt. In een der graven van de koningen der I Adriatisohe zee heersoht nog een uitge- eerste Egyptische dynastie, welkd oorspron- breid ep zeer volledig maangeloof. kelijk door Amélineau werden ontdekt, en Zoo stollen de mensohen zich er voor later door Prof. Flinders Petrie gedurende en handelen ook daarnaar, dat een huwe- 1899 en 1000 zorgvuldig zijn onderzocht, liik, gesloten bij wassende maan, het paar vond deze laatste, verborgen in een gat van steeds geluk en toenemende welvaart zal den muur, een gedeelte van een mummie- brengen, maar dat, als de eoht gesloten arm, waaraan nog vier armbanden waren, wordt gedurende de belde laatste maanj Het graf, waarin die vondst werd ge- kwartieren, er ongeluk te waohten is, daan, was dat van Koning Zer, den twee den koning van dc eerste dynastie, die on- wveer 4500 v? Chr. regeerde en de arm banden hebben dus een eerbiedwaardigen ouderdom. terwijl ook de kinderen, die bij klimmende maan ter wereld komen, |achoon, Blank en groot worden. Men begrijpt alleen niet, dat niet leder een er voor zorgt op het gunstige maan- tljdstip ln het huwelijk te treden. Dan waren er óf geen ongelukkige De oudste groep Egyptische juweelen, die men tot nu toe kende, was de verzame-1 huwelijken meer, óf geen ling van armbanden, kettingen, en andere langer bestaanbaar wezen, if loof en loglsoh redeneeren vijandig aan elkaar. bllgeloof zou 1. Maar bljge- schijnen Om het boerenbedrijf schijnt de kulsohe Luna zioh Inzonderheid te bekommeren. ZIJ stelt er groot belang ln en heeft ln allos de hand. Het zaaien gebeurt ln het kustland dan Dc eerstgenoemde juweelen ziin zeer fiin ook noolt andorB dan b8 a*gaande maas JTi» uffiTtaSJ Oolt„,oor don homoog», gelden bUxond.r* Hcrhor. .+::i op de maan betrekking hebbende regels. op de maan betrekking hebbende regels. Het eerste hooi mag enkel bij afnemende sieraden, door de Morgan in 1894 te Da- choer gevonden, bij de pyramide van Oeser tesen III, en heeft waarschijnlijk toebe hoord Aan een der prinsessen. Maar er be staat een zeer groot verschil tusschen de sieraden van Dachoer en deze armbanden, Zij zijn trouwens door een tijdruimte van ongeveer 20 eeuwen gescheiden. De eerstgenoemde ju bewerkt en tischen stijl, Deze braceletten zijn zuiver handwerk .OOT, .m „oltioo1. en er is geen spoor van navolging. Boven- gemaaid, daar het in andere dien is elke armband oorapronkeHjk. Perioden gemaalde door het vee niet graag wordt gegeten, althans hun niet Men mag het wel een gelukkig toeval bekom^ noemen dat zulk een schat tot nu toe be waard werd. Het graf, waarin hij gevonden werd, bleef tot in de regeering van Amen- .hetep III, een der koningen van de r8e dynastie, vermoedelijk ongeschonden. Toen werd het leeggehaald en geplunderd, waarbij waarschijnlijk één der werklieden den arm met de braceletten van de mummie der koningin afbrak en in het gat stopte, dat in den muur was gemaakt, bij het zoe ken naar andere, verborgen schatten. Het graf werd ingericht tot Osiritempel waartoe er 0. a. een trap in gebouwd werd, vlak bij het gat, maar niemand scheen op het stuk arm te letten, dat zoo dichtbij ver borgen'was. Gedurende meer dan duizend jaar stroomden de pelgrims naar den Osiri awi ti_ i HnCZ Ui«idniat ArJfr r de ,£°Pten ve£ Ite f?aan- wa* daarvan op z'n best 'te maken in rknl Amélineau doorzochl is voor iai3 het nu eens eindelijk echt heer- tcndÜ JUiin 5! en j .omn"- lijk weer is. Met al dat wachten op warm h u werd met ont- Lonnjg voorjaarsweer is de tijd inmiddels dekt, totdat hij ten laatste gelukkig gevon- hard opgeschoten. Het zou er nog van kun- den werd door de werklieden van Flinders nen komen, dat bij het nen van „de zonnedag' JAGEB-GEZWET8. Een baron had op zekeren dag eenige vrienden ten zijnent genoodigd. Aanstonds EEN GRAPPIGE EEREPOOBT. Heb je wel eens heel aandachtig een rups BABBELUURTJB OVER MODE. Eenvoudige japonnen. 't Is nu net „heerlijk weer" om in je naaikamertje onder te duiken, op te snor ren, te bekijken, te keuren je lapjes en na totdat hij ten laatste gelukkig gevon -r FlinJe" l nen da* bij het onverwacht verschij- elne, die er vc or zorgde, dat dtze onschat- nen van )|f]e zonnedag" er toch nnn bare stukken afgebeeld en beschreven wer- Lezellie frisch iurkie klaar hinv dfen, en thans in het groote Egyptische mu- le docn. Komaan dus, snel aan 't werk! Wat gluurt daar voor een aardig goudbruin shantung tusschen het stapeltje stofjes van daan? Mooi artistiek kleurtje. Daar maken we iets gezélligs van. Wat zegt U van dit modelletje? seum te Kairo veilig rusten. B. BET MAAN-BIJGELOOF ONDER DE| BOEREN VAN HET OOSTEN» BUKSGHE KUSTLAND. Het. ia oen merkwaardig verschijnsel, dat bij bijna alle volken der aarde aan den invloed der maan in elk opzloht een I voel krachtiger werking wordt toege schreven, dan aan die der zon. De natuurmensch ia er zich zeer wel van bewust, dat de schitterende daggodin onmisbaar is en alle leven te voorsohijn roept en onderhoudt. De zon is daarom dan ook voor vele volken een beeld der godheid. Gebeden stijgen tot haar op, zoowel aan het strand der zee als aan de oevers der rivieren, 1 op bergtoppen en in dalen, zoo goed als in de grootste tempels met goud en juweelen versierd. Van de zon stamden de grootste vor stengeslachten af en haar gang regelde reeds van den aanvang af de indeeling van den tijd. Men wist, dat men haar alles te danken had en dat bewustzijn sloot do mogelijkheid uit om haar met eenig bijgeloof, met onduidelijke of ge heimzinnige voorstellingen te verbinden. Welk een andere rol speelt daarentegen de maan ln het denken en voelen van den natuurmensch. Hij ontwaart bij zlchzelven een angstig voorgevoel, een onverklaar baar geheimzinnig ontzag, als hij aan den donkeren, nachtelljken hemel de zilver witte sikkel ziet voortschuiven, of waar neemt hoe haar volle, geelroode schijf, zich boven den horizon verheft. Bij dag is alles leven, beweging, licht, helderheid en warmte, door de zon te voorschijn getooverd, bij nacht is dat anders. Dan breidt de slaap zijn vleugels uit over alle schepselen, mensch, dier en plant. Overal heerscht rust, terwijl de duisternis en de koelte een gansch anderen Nietwaar? Dat is toch een ideaal jurkje voor de morgenuren. Al weer een recht lijfje, met de sluiting middenvoor. Het aan dit lijfje gezette rokje is een weinig klok- vormig gesneden. De bies op het lijfje en rokje zijn van hetzelfde materiaal. Het kleine bobby-kraagje is het nieuwste snufje. Ziezoo dit „costuum" kan tenminste snel in elkaar gezet. En mi nog iets voor dat euke frotté. Ook daarvoor hebben we nog een geschikt model in petto: Eenvoudig en lief, niet waar? Het geheel gladde lijfje heeft aan voor- en achterkant een smal rokbaantje aangeknipt. Het ont liep het gesprek over jachtavonturen. „Ja", bekeken of ben je zoo kinderachtig om zeide de baron met zekeren trots: „eens rupsen „zoo griezelig te vinden? Dat laat- schoot ik een hert door het oor, en bij nader ste denk ik toch niet voor jullie. Nu, als je onderzoek bleek het, dat de kogel de achter- dan eens goed een rups bekijkt, zul je zien, poot was uitgegaan". dat ze zes pootjes heeft dichtbij haar kop Natuurlijk werd dit door de vrienden en verder nog een massa stompjes, die niet geloofd. eigenlijk geen pootjes zijn, maar toch den- De knecht moest komen, om dit te be- zelfden dienst kunnen doem Ik zal jullie vestigen: „Wel", zeide George, „zeker eens vertellen, hoe de rups die stompjes heeren, zoo is het.maar het hert krabde gekregen heeft. zich juist achter het oor, waardoor de kogel Het was de trouwdag van Titania, de het oor ingaande, aan den anderen kant, Elfenkoningin en heel Elfenland was druk terwijl hij zich krabde, de poot raakte". in de weer om er een schitterenden feestdag Na deze uitlegging waren de vrienden van te maken. Kabouters liepen af en aan, voldaan en George kon vertrekkenijverig als de bijen. Ze maakten een keurig maar voor hij de zaal verliet, fluisterde hij mospad heelemaal van onder een bloeienden den baron in het oor: „Mijnheer, liegt U appelboom, waar het huwelijk gesloten zou toch in het vervolg niet zoo ver uit elkaar, worden, tot het paleis in Tooverland. Juni, want, waarachtig, ik vrees, dat ik het niet de liefste hofdame van koningin Titania, meer bij elkaar zal kunnen krijgen". kwam kijken, hoe het werk vorderde en gaf aanwijzingen, hoe het pad met bloemen be- HET EI VAN NEWTON. strooid moest worden door de kleinste, teerste elfenmeisjes. Ze vond, dat het pad De groote Newton was op zekeren mor- keurig gemaakt wa», maar toen ze aan het gen zoo verdiept in een vraagstuk, dat hij eind ervan kwam, sloeg ze van schrik haar niet^ bij zijn^familie aan tafel wilde komen handjes ineen. „O, kaboutersl" riep ze uit: Nu is er Men zond daarop een van de „Wat ben jullie dom geweest, dienstboden naar zijn kamer met een thee- geen eerepoort en ln de verte hoor ik de ontbijten, dienstboden naar zijn kamer met een thee-1 geen ecrepi stoof, een keteltje kokend water en een ei. muziek al naderen. Wat moeten we be- Het meisje moest het ei koken, en blijven ginnen? tot haar meester het had opgegeten. Hij Daar kwamen twee groote rupsen aan wcnschte echter alleen te zijn, stuurde haar kruipen, met lange donkerbruine haren en weg, en zei, dat hij het zelf wel zou koken, witte en oranje grepen. Ze leken precies Het meisje legde het daarop naast zijn op de rupsen, die we tegenwoordig nog horloge op tafel met de boodschap, dat het zien, behalve dan dat ze alleen maar zes precies drie minuten moest koken. Ver- pooten hadden bij hun kop, zoodat ze bij volgens ging zij heen. het loopen hun achterlijf omhoog gebogen Maar vreez'end dat hij het geheel ver- moesten dragen of achteruit aansleepen, geten zou, kwam zij even later nog eens wat erg vermoeiend was. kijken, en vond hem in gedachten verzon- „Lieve mevrouw Juni", zeiden ze: „Mo- ken, met het el in zijn hand, terwijl zijn gen wij U misschien helpen. Kijk, laat ona horloge in het keteltje lag te koken. een Lange ooren. Op de laatste bank waren de studenten n beetj et je rumoerig. De Professor werd elk aan een kant van het pad gaan staan met onzen kop naar buiten gekeerd. Als we dan de staarten omhoog heffen, maken we een prachtlgen boog. En wanneer U dan nog wat bloemen tusschen onze haren strooit, dan weet niemand, dat wij het zijnl" „Ta, ja", riep Juni. „Gauw maarl" Vlug stonden de rupsen met de staarten omhoog, vlug versierde Juni den boog met [bloempjes en juist op tijd stonden de ka bouters aan weerskanten van het mospad geschaard, want daar naderde al de brui lof lofts-stoet - - - - 1 „O, wat een prachtige eerepoort1', zei eindelijk ongeduldig en riep uit: „Stilte als koningin Titania in het voorbijrijden tot °eheft, heeren, Ik verzeker U, dat Tunj fin qqJj iconinjg Oberon knikte goed- mijn ooren tot aan de laatste bank reiken?burend. Juni vertelde, hoe lief de rupsen geweest waren en koningin Titania noodig- Vergeetachtlg. de de eerepoort dadelijk aan haar feestmaal. tu v u 1,1. Toen mochten ze bovendien nog een wensch Jlonkheer: „Ik heb een ongelukkig ge- brek; ik onthoud wel de namen van de men- n a* ur. J^VI..r^L^Ï.Ï5 evenzooik ons Hjf maar zoo weinig pooten. S lv-J H W,!eetWlter Zoudt u ons som. wat pooten kunnen geDeurd 18 I schenken?" Koningin Titania glimlachte en ant woordde: „Het spijt me wel, maar ik kan Uit de kazerne. Ook deze jurk is weer zeer gemakkelijk te maken, 't Model is ook geheel recht; maar het rokdeel is aan de zijkanten eenigs- zins „klokkend". Het handwerk geeft U wat extra werk, maar in de stille avond uurtjes gedaan, geeft 't zeer veel voldoe- mng._ Met een rijgdraad wordt eerst de richting aangegeven op den rok. Daarna maakt ge van een waschSaar soutachje in een frisschè kleur het aardige lusjesfiguur randje. Zoo ook langs het hals splitje, het Kant der mouwtjes. kraagje en de onderï Rijkdom. Vreemdeling: „Wat is dat voor een klein octavo-deeltje?" Buitsch taalkundige: „Dat is een nieuwe uitgave van de regelen der Duitsche Gram matica". Vreemdeling: „En wat zijn al die kwarto- deelen er naast?" Duitsch taalkundige: „Dat zijn de, uit zonderingen op de regels". Onderofficier: „Een dapper soldaat moet me niet bemoeien met het werk van Moeder ih het veld steeds daar te vinden zijn, waar Natuur". de meeste kogels zijn. Begrepen? Rekruut _De rupsen keken heel teleurgesteld en de Elfenkoningin vervolgde: „Doch misschien kan ik jullie toch helpen". En ze gaf de rupsen elk verscheidene kleine stompe din getjes, die net heele kleine pootjes leken en die ze'heel goed bij het wandelen konden gebruiken. Van dien dag af hebben alle rupsen meer ïor, waar moet je dus te vinden zijn?" Rekruut: „In den ammunitiewagen". Juiste opmerking. Kinderjuffrouw: „Mina, je bent zoo on gehoorzaam, dat als alle kindertjes waren Hl. als jij, men wenschen zou, dat er in 't geheel I dan zes „pooten". geen bestondenl" Kleine Mina: „Dat zou heerlijk zijn, dan RAADSELS, waren er ook geen kinderjuffrouwen, zoo- als U!" I Oplossingen der vorige raadsels. Heel sDsn. „Ik dacht laatst eens heel slim gedaan te hebben", zei een dikke meneer. „Vertel op", vroeg zijg magere vriend. „Ik zal je zeggen.Iemand in de pro vincie, van wien ik geld kreeg, zou me vijftig gulden over de post zenden. Nu is het bekend, dat geld een bijzondere lucht heeft, zoodat je dat aan een pakje kunt ruiken of er specie in zit. Ik schreef den meeren, tegen den reuk van het geld- sna I. Men kent de vogel aan zijn veeren. [enkel, warmer, Don, teen, azijn, geven. n. w 111 d w 11 I n li t v 1 1 c h muts n s m P je?" .,Hm, en hoe liep het af?" „O, het pakje kwam jn beste orde aan, maar omdat het geparfumeerd was, maakte mijn vrouw het open, zoodat ik van die v'jfti£ gulden nooit een cent heb terug gezien". Bnel beraden. Ik heb eeni vrouw, snoefde de heer L. :ln den kring zijner clubgenooten, die ln tegenwoordigheid ven geest, door nie mand' kam worden1 overtroffen. Oordeel zelf. Hr fcwaim een oude diaane bij ons op be zoek, een ondeugend praatziek: en op den toop toe kwaadsprekend, leelijk onbe trouwbaar mensch en lk Ik liet natuur- Ijk de dames alleen. Een uur later, in de meenlng, dat imfln vrouw zich wel van het lastige beizoek ont slagen zal hebben, steek ik mijn hoofd door de kier van de deur en roep ik gek scherend! naar (Manen: Jta de oude kat al weg?" Meteen kom' lk die kamer ln en stel u mijn schrik voor, toen lk de bezoekster met fonkelende oogen voor mij rie staan! MtJta, vrouw redde echter de situatie door met een allerliefste stem te zeggen: J awel, man, ik heb de oude kat van morgen in een sluitmand naar het asyl laten brengen. the t w 1 r g d r o ze w ij n Ik t Goede oplossingen van beide raadsels ontvangen van B. B.; W. B.; K. en M. B.; Q. A. en M. A. D.; D. en J. D.; A. E.; G. H.; C. de H.; J, K.; P. K.; T. W. K.; W. G. K.; C. en B. K.; A. K.; G. K.; C. en M. M.; C. T.; G*T.; R. V.; W. W.; J. H. Nieuwe raadsels. I. Welke woorden staan hier: I I be IJ k. I B, t w z p8r II. XXXXXXXX Op de staande en lig- X gende kruisjeslijn komt Xde naam van iets, dat X we tegenwoordig vaak X 1 zien. X Op de ie rij het ge- X vraagde woordop de X 2e rij een aanzienlijk persoon op de 3e rij het hoogste doel op de 4e rij een soort raadselop de 5e rij een viervoetig dier; op de 6e rij niet gierigop de 7e rij een bijwoord van plaats op de 8e rij een medeklinker. Oor tv Brena. 1 g

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 16