HELDERSCHECGIRAHT TWEEDE EN LAATSTE BLAD PLAATSELIJK NIEUWS. BINNENLAND VAN DINSDAG 8 JUNI 1926. Gereformeerde Kerk. I>e bij de Geref. Keik alhier beroepen predikant, Ds. Steen van Zoutkamp, heeft het beroep aangenomen. Ministerieel bezoek. De minister van marine ad-interim, do heer Lambooy, is Zondagavond, vergezeld door kapitein-luitenant tbr zee Van Hen gel, werkzaam aan het departement van marine, en door den adjudant van den mi nister, luitenant t. z. Ie klasse Ter Mijte- len, naar Nieuwediep vertrokken, waar gisteren een bezoek is gebracht aan den onderzeedienst en daarna aan de werf. 2e Gent. doneert te geven door het Stedelijk Muziekkorps. Directeur J. ter Hall, op Woensdag 9 Juni 1926, des avonds van half 9 tot 10 uur, in de Muziektent Plantsoen. Programma: 1. L'Entrêe des Gladiateurs Marche Triomphale, J. Fucik 2.. Ouverture zur Opera „Der Oalif von Bagdad", Boieldieu 8. Air aus „Renaldo i'ilr, Hobo-solo, Handel 4. Suite d' Ballet d' 1'Opera Gomique „Marion", Sam Flossing 1 Prélude, 2 Rigaudon, 3 Badinago, 4 Intermezo, 5 Gavotte, 6 Ronde Finale. 6. Potpourri Sur 1'Operette „Die LustigeWitwe", Lehar 6. Feestmarsch J. ter Hall NederL Bond van Abstinent studeerenden (Men schrijft ons: Op initiatief van de afdeeling Alkmaar der Vereeniging NJB.A.S. (Neder! Bond van abstinent studeerenden!), dus jonge meni- schen, die de geheelonthouding zijn toege daan, werd Zaterdagavond ji. in „Musis Sacrum" alhier een propaganda-avond ge houden met het doel alhier ook een afdeeling te vormen. Een kernachtige toespraak van den heer Bob Agter, bondsvoorzitter, van Utrecht, sloeg geweldig in. Zang en "muziek, bene vens een schimmenspel veraangenaamden den avond! en na afloop traden negentien nieuwe leden toe, terwijl zeer waarschijnlijk meer zullen volgen. Het bestuur van de afdeeling Helder is als volgt: Voorzitter de heer Gjjs van der B,ulst; Secretaresse Mej. Bets Bos, onderwijzeres te Oudesluis; Penningmeesteres Mei. Janny Dunk; terwijl de heeren K es van der Kooij en Willem de Zwijger mede een bestuurs functie verkregen. Hoogere Handelsschool. WiJ verwijzen naar de advertentie in dit nummer betreffende de* aanmelding van nieuwe leerlingen' voor de Hoogere Handels school. Dep. Helder do- Maatschappij tot Nut van 't Algemeen. Het Dep. Helder van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen is buitengewoon actief. Het was op initiatief van den heer Kamman, hoofdonderwijzer hier tor plaat se, dat 8 jaar geleden een cursus in car- ton werd opgericht, waaraan door 8 leer lingen werd deelgenomenhet jaar daar opvolgend kwam een cursus voor hout- arbeid tot stand met 16 leerlingen en nu dit jaar was het een pitrietcursus. dio bij den bestaanden cartoncursus gehouden werd, met niet minder dan 59 leerlingen» Het was de heer Dissel, ®io de leiding van dezen cursus op zich nam en di e uren en uren van zijn vrijen tijd besteedde om de kinderen de eerste beginselen, van het voor hem zelf nog nieuwe vak, te leeren. Sucoos hoeft de heer Dissel evenwel ge had, en de opoffering van zijn tijd was niet tevergeefs, dat konden we op de ten toonstelling van Zaterdag zien. Zaterdagmiddag werd het werk van do kinderen, dat ze in de afgeloopen drie maanden Qp de beide cursussen hadden gemaakt, tentoongesteld. Op de overdekte speelplaats van school 5 (Parallelweg) kwamen de genoodigden en belangstel lenden bijeen. Wij merkten o. m. op den burgemeester en mevr. Houwing, het raadslid, den heer Bok, en de hoofdon derwijzers, de heeren Avenarius, De Bruin, Van Heusden, Lunshof en Langhorst e. a. De heer Kottman, secretaris van het Dep. Helder, heette de aanwezigen har telijk welkom. Spr. zei, dat het hem een bizonder genoegen deed, dat zoovele» aan de uitnoodiging gevolg hadden gegeven. De tentoonstelling, een vervolg op die van den houtsnij-cursus van verleden jaar, was georganiseerd om te laten zien wat de kinderen presteerden op het gebied van cartonnage en pitriot. Dat de cursus werkelijk in een groote behoefto voor ziet aldus de heer Kottman bewijst het aantal leerlingen van 60 voldoende. Met lust hebben de kinderen den cursus gevolgd. Het cartonnagewerk was in handen van mej. Visser en den heer Kamman; voor den pitrietcursus was den heer Dissel na lang zoeken gevonden. Namens de kin keren (die in hun beste pakjes aanwezig waren) dankte de heer Kottman mejuffr. Visser en de beide heeren voor de moeite, die zij zich getroost hadden. Het tweede doel van de organisatie van do tentoonstelling was om de uiet-ledeu bekend te maken met het werk van de Maatschappij. Het Dep. begeeft zich op alle gebied. Maar vooral ligt het in de bedoeling van het bestuur om kinderen gedurende de wintermaanden bezig te houden. De heer Kottman spoorde ten slotte aan tot het lidmaatschap van het Dep. Een contributie van 3 gulden per jaar kan geen bezwaar zijn, als men ziet hoe veel er gedaan wordt. Na den heer Kottman voerde de heer Kamman het woord. Het deed spr. genoe gen te zien, dat er zooveel collega'? aan wezig wören? Spr. zeide dat het in de bedoeling lag, indien dit mogelijk was, dit werk op de lagere school in te voeren. Volgens spr. waren daar echter nogal bezwaren aan verbonden. Als „cursus" kon deze proef geslaagd heeten. Spr. stelde zich gaarne beschikbaar eventueele inlichtingen te verstrekken en bezwaren mee te deelen. Om nu op do tentoonstelling terug te komen, kunnen we beginnen met te zeg gen, dat er heel aardig werk bij was, Als men nagaat, dat het werk gemaakt is gewordeq door kinderen van p!m. 10-13 jaar en dat er waarlijk leuke portefeuilles, doosjes, portretlijstjes e. a. dingen ge maakt waren en dat er vooral knap pi- trietwerk bij was, kon men concludeeren, dat de tijd hierapn gegeven, zeer nuttig besteed was geworden. De meeste dingen waren 'gemaakt op eigen initiatief van de kinderen. Het groote nut van dit werk lijkt ons dan ook al direct, dat het in hooge mate de zelf standigheid van de kinderen bevordert en dat komt hun te pas, ook in de toe komst. Wij gelooven dan ook, dat bij den volgenden cursus de deelname zoo groot zai zijn, dat er wellicht te veel kinderen zullen zijn voor één cursus. Weck-demonstratle. in do kloine zaal van „Casino" zal blijkens een in dit nummer voorkomende advertentie een Weck-demonptratie plaats hebben op Donderdagmiddag a.s. Voor het vrouwelijk deel van onze ge meente zal deze zeker wel van hplang zijn. Wij verwijzen naar de advertentie. De Oosterscho feesten. De Oostersche feesten behooren weer tot het verleden. Wie er nog aan twijfelt of zij wel een succes geweest zijn, zal hier zeker van genezen zijn, als wij hem mcedoelen, dat het bezoek, in de enkele dagen dat de feesten plaats hadden, ruim 7000 personen bedroeg. In den nacht van Zondag op Maandag moet het bezoek vooral overweldigend groot geweest zijn. Onze politie.» De kleeren maken niet de mannen. Zaterdagmiddag zag ik den eerste loopen. 't Was, zoo uit de verte beschouwd, een kranig offleiertje. Donkerblauw laken- sche tuniek, elegante, pet naar Duitsch modelwat krijgen we nu dacht ik bij mezelf Een officier van het Duitsche leger, dat niet meer bestaat?... Naderbij, gekomen bleek het agent te zijn in nieuwe uniform. Hij glunderde toen hij me zag. Ik bekeek hem van onderen naar boven en van boven naar onderen, en zeide toen bewonderend „Nou, nou!" Hierbij doet de toon alles; je kan met dit woordje van drie letters velerlei gemoedsaandoeningen weergeven. Mijne intonatie was die van oprechte be wondering, hij voelde het ook als zoodanig en als een achttienjarige jongenmet-een- nieuw-pak-aan keek hij me aan, zeggende „Netjes, meneer, he?" Alle dienstmeisjes, die we passeerden, lieten de glazenwasscuerij en stoepschoon- makerjj in den steek. Natuurlijk, neem het ze eens kwalijk. Erger was, dat er bij waren, die tegen ons lachten. Ik laat in het midden of dat geschiedde tegen agent dan wel tegen uw onderdaniger; dienaar, constateer alleen, dat we allebei getrouwd zijn. Niet, dat ik in 't algemeen iets tegen lachende meisjes heb, maar je weet nooit of ze tegen of om je lachen, dn dat irriteert wel een beetje. Een dikke moeke, dio wat verder op straat stond, sloeg de handen in elkaar van verbazing. „Kijk nou toch eens aan I" riep ze, „daar heb je agent in een nieuw pakkiel" We glunderden allebei tegen het dikke moeke. Een bejaard man, vermoedelijk ietwat conservatief, bleek er minder goed over te spreken. „Wat een geldweggooierij 1" riep hij uit, en keek agent een beetje boos aan. „Maar oude heer", was mijn antwoord, u hebt toch zoker ook wel eens een nieuw pak noodig? En vindt u dit niet veel.eleganter dan die ouderwetscho lange soepjassen en die leelijke petten?" „Heeren binnen het, effectieve heeren", zei de oude baas. „Nou dan „Nou dan Het mankeert er maar aan, dat ze een korte broek met bloote knieën krijgen, dan zijn het heelemaal sjieke lui!" „Voel je er niets voor, oude heer, dat we in onze zich meer en meer moderni- seerende stad een politiecorps hebben gekregen, dat er wat „steedscher" uitziet en in kleeding zich aan den modernen tijd heeft aangepast Maar hij was al doorgeloopen, luisterde niet meer. Een hopeloos goval van conservatisme. Gelukkig waren er ook, dio or anders oyer dachten. Er klonken bewonderende uitroepon uit veler mond, ook wel want niet ieder heeft den euvelen moed zich te familiariseeren met den heiligen Hermandad verstolen blikken van ter zijde, maar die alle de nieuwe uniform prezen Agent deed verder zijn plicht en surveilleerde. Zondag kwam ik den tweede tegen. Hij zat op de flets en kwam ergens in het Tuindorp uit een straat. „Wat is dat zei mijn vrouw, toen zij de-Duitsche pet zag. „Het is niet wat, het is wi e", school meesterde ik; „en hef is agent van de Prins Hendriklaan in zijn nieuwe uniform". „Kranig 1" beweerde mijn vrouw. „Niet waar?" vroeg ik, „let eens op die twee borstzakken, daar komen de processen- verbaal in I" ,,'t Zou zonde wezen", meende mijn vrouw, „als ze in zoo'n mooie uni form nu een vechtpartjjtje"moesten mee maken". „O", zei ik, „daarvoor hebben ze de oude uniform nog, die trekken ze aan als er een knokpartij in 't zicht is.. Maar dat komt hier weinig voor, gelukkig I" „Je krijgt nu langzamerhand een groot- steedsch idee hier", merkte mijn vrouw weer op. „Zeker", was mijn antwoord, „jammer maar, dat er nog te veel gras tusschen al die mooie steenen van het trottoir groeit. In ee'n rechtgeaarde stad heeft het gras geen tijd om tusschen de steenen te groeien". Wij waren inmiddels op den Polderweg gekomen en stonden vol bewondering te kijken naar het fraaie plantsoen bij den watertoren." Dat is er, sinds dit plantsoen weder voor het publiek gesloten is, wel op verbeterdonze ?tadstuinman, Elinga, heeft met veel kennis van zaken en liefde voor zijn vak, hier een border aangelegd, die er zijn mag. Daar bloeien thans sier lijke lupinen in velerlei kleuren, en ele gante irissen naast felle papavers, en heele bedden staan er van bloemen, waar van ik den naam niet weet... Wel ge lukkig zijn de bewoners van dit deel van den Polderweg, die daar het gratis en onbelemmerd gezicht op hebben. "Nabij het Koningsplein zagen wij agent***** ook in gloednieuwe uniform. „De stad knapt er heelemaal van op", meende mijn vrouw. „Was dat Borkert, die de politie halveeren wilde?" vroeg ze. „Borkert of Zondervan", was mijn antwoord, „maar toen kenden ze de nieuwe uniform nog niet. Als ik wat te zeggen heb, wordt het politiecorps ver dubbeld. Allemaal in de nieuwe uni form. En door de heele binnenstad'wil ik ze verspreiden, enkel als decoratie, bij wijze van donkerblauwe irissen of paarso lupine. Maar helaas, ik ben maar oen krantenmannetje en heb dus geen invloed 1" „En 't geld is op ook!" voegde ik er bij. Toen waren we thuis en deed ik er verder het zwijgen toe. Uit het Politierapport Zaterdagavond werd er door een bewo ner van de Balistraat aangifte gedaan van vermissing van een paar klompen van zijn erf. Een naast hem wonende jongen had dien morgen vroeg, toen hij dé achterdeur opende, iemand achter het kippenhok zien wegvluchten. Zaterdagavond werd er aangifte gedaan door een jongen, wonende in de Vosstraat, dat hij een oogenblik tevoren, toen hü in de Koningstraat reed door een anderen wielrijder was aangereden, waardoor het voorwiel van zijn rijwiel werd vernield. Zaterdagavond werd per telefoon kennis gegeven dat in een verlofzaak aan den Kanaaiweg gevochten werd tusschen twee marine-schepelingen. Een agent begaf zich er heen en vernam dat de schepelin gen, die de inventaris wilden stukslaan, vertrokken waren. Zaterdagavond werd telefonisch kennis gegeven dat er op den zeedijk ter hoogte van den Kruisweg een man lag. Een bri gadier en een agent begaven zich erheen en troffen er een zeemilicien aan, die on der drankinvloed verkeerde. Hij werd door eenige andere schepelingen naar de Marinewerf overgebracht. Zaterdagavond werd door ee nrijwielhan- delaar aangifte gedaan dat hij dien mor gen aan een hem onbekend man een rij wiel had' verhuurd, hetwelk nog niet was teruggebracht, zoodat bedoelde man zich vermoedelijk aan verduistering heeft schuldig gemaakt Aan het adres dat de man had opgegeven bleek hij niet bekend te rijn. Zaterdagavond trof een agent op de Bot- brug een tweetal personen aan, die met elkaar aan het vechten waren. De agent scheidde do vechtenden, waarna do orde hersteld was. 'Zondagmiddag viell een stoker van de ma rine, die ondei drankinvloed.verkeerde, door een winkelruit op den Kanaaiweg. De man weigerde met een kameraad' mee te gaan, die hem naar boord' wilde brengen. Een paar .uur later werd er kennis gegeven door een bewoner van den Kanaaiweg, dat er een dronken schepeling op rijn erf lag. Een tweetal agenten begaf zich er heen en trof daar denzelfden man aan, die tevo ren door het ruit gevallen was qji eenigen tijd: op het erf had gelegen De man werd door de agenten van het erf verwijderd, waarna hij in staat bleek te zijn behoorlijk zijn weg te kunnen vervolgen Gisterochtend werd er door een bewoner van de Breewaterstraat aangifte gedaan, dat hij even tevoren door een bewoner van' de Keizerstraat mishandeld! was. Hoogere Handelsschool en H.B.S. litt econ. afdeeling. II. In de laatste zinsnede van bovenstaand! artikel, opgenomen in ons nummer van Za terdag, komen twee zinstorende drukfouten voor. Deze zin moet aldus luiden: „Het diebat kan dan verder op reëele basis gevoerd worden, terwijl hetr nu dreigt te ontaarden In een vaag geredeneer en bet lanceeren van algemeenheden, die bitter weinig tot verduidelijking der kwestie bijdragen". Correspondentie, (Wegens plaatsgebrek moesten ©enige ingezonden stukken tot liet volgend num mer blijven liggen. Bezoek van oorlogsschepen aan Amsterdam, De groote Amerikaansche kruiser „Pittsburg" die ook verleden jaar een bezoek aan Amsterdam heeft gebracht, kwam Zondag weer in de haven van de hoofdstad om daar tot 17 Juni verblijf te houden. De belangstelling van de zijde van do Amsterdammers was buitengewoon groot, niettegenstaande do regen een verblijf aan den waterkant nu juist niet bizonder aangenaam maakte. De menigte van eenige duizenden menschen groeide aan, toen ter begroeting van den kruiser saluut schoten van de in de haven liggende „Gelderland" en de beide Zweedsche oorlogsschepen klonken, die door de „Pittsburg" beantwoord werden. Door de Ned. Amerikaansche Kamer van Koophandel, in verband met het verblijf van de „Pittsburg" een uitvoerig programma met sportdemonstraties, feestelijkheden en bezichtigen van musea en bezienswaardigheden, opgesteld. Rotterdam ln eer hersteld. BIJ de Belgische carcas&en be smetting aangetroffen. Rotterdam is volkomen gerehabiliteerd wat betreft de beschuldiging, als zouden met mond- en klauwzee besmette, in En geland ingevoerde varkens van Rotterdam afkomstig zijn. Toen bet s.s. „Schokland" in de Rotten- damsche haven arriveerde, waren er 261 varkens, die men via België ingevoerd bad en daarbij beeft men besmetting aange troffen. De pooten der dieren waren ver wijderd. Men weet niet, of de afzenders dit hebben gedaan dan wél of zulks in En geland is geschied, opdat men een bewijs in banden heeft Aan den kop heeft men echter geconstateerd, dat de dieren lijden de zijn geweest aan mond- en klauwzeer. Mocht het invoerverbod langen tijd ge handhaafd blijven, dan.acht men dat voor Nederland een groote ramp. Eigenlijk vond men het onbillijk, dat Nederland door een invoerverbod is getroffen, wijl immers de besmetting afkomstig is Belr giscihe varkens. Wij zijn het slachtoffer van onze eigen welwillendheid. (TeL) Proeftocht van die „P. O. Hooft". Het nieuwe stoomschip „P.O. Hooft" van de Stoomvaart Mij, „Nederland", dat te SI Nazaire gebouwd wordt, zal eind Augustus zijn proeftocht doen. De vermiste Ioodsschoener niet gevonden. Men meldt aan de N. R. Crt, van Ter schelling: Een Terschelllnger visscher ha<I gerap porteerd, dat hij het wrak van den Ioods schoener no. 2. had gevonden. Het Zater dag ingestelde duikeronderzoek heeft ech ter aan het licht gebracht, dat het niet was dé Ioodsschoener, doch het wrak van de lang geleden daar gezonken stoomboot „Otto", die geladen was met straatkeien. De Sumatra. Fotowedstrijd. Naar aanleiding van het aanstaande eerste bezoek aan deRotterdamsche haven van Hr. Ms. nieuwen kruiser „Sumatra", heeft de afdeeling Rotterdam van de Kon. Neder! Vereeniging „Onze Vloot", in overleg mot de Amateur-Fotografen- Vereeniging Rotterdam, een fotowedstrijd voor amateurs uitgeschreven. Voor de beste ingeleverde amateur-opname van de Sumatra bij aank omst, verblijf of vertrek to Rotterdam stelt de vereeniging Onze Vloot oen voorwerp op fotografisch gebied naar keuze, tot een maximum bedrag van f 40, teiy beschikking. Dultsch-Nederlandsch handelsverdrag. Actie tegen de Duitsche valorisatiewet De vereeniging Effeotenbescherming te 's-Gravenhage heeft zich tot den minister van buitenlandsohe zaken gewend en ver der tot de roomsch-katholieke, antirevo lutionaire, chr.-historische, vrijheidsbond- sche en vrijrinnig-democratische Kamer fracties met het dringende verzoek, bij het Duitsch-Nederlandsohe handels-verdrag geen credietverlenging aan Duitschland toe te staan, tenzij een betere valorisee- ring van de vóóroorlogsschulden, in han den van Nederlanden, verkregen ia De beer Van Urk heeft In zijd vervolgartikel gesproken van allerlei idealen die groeiende zijn, en die roepen om hervorming van het M. O. Dat zijn grootendeels moeilijke problemen, die niet alleen de H.B.S.A. raken, maar het geheele onderwijs, in al zijn geledingen. Door in een artikel, dat de H.B.S.A. verdedigt, die proble men ter sprake te brengen, kan de indruk ge wekt worden, dat die school nu eens de oplossing zal brengen Dat is natuurlijk niet zoo. Ik pro testeer ook tegen de afkammende critiek op aas onderwijs. De Nederlandsche ingenieur, de Neder! rechtsgeleerde, de Neder! econoom, de Neder! industrie en handel, de Neder! kunst, het Neder! Zeemanschap en de Neder! vak arbeider staan in het buitenland in zeer hoog aanzien. Men moet ook eens een woord van waardeering voor ons werk laten hooren, dat hebben wij hard noodig; dat zou ons goed doen, en ons idealisme sterken. Dat voortdurende ge- critiseer maakt vele leerkrachten moedeloos 'en koudl Ik geef den heer Van Urk de verzekering, dat de genoemde onderwijsproblemen de volle be langstelling van het personeel der handelsscho len hebben. Initiatief, zelfwerkzaamheid, ver dieping en Jiet aankweeken van 'n idealistische le vensbeschouwing, dat zijn juist de principes van ons handelsonderwijs. Wij weten o, zoo goed, dat daarvan het succes onzer leerlingen in het maatschappelijk leven afhangt, en ook hun ge luk. Juist, omdat wij voeling houden met de maatschappelijke practijk, weten wij, dat de middelmatige leerling, die werklust, initiatief en verantwoordelijkheidsgevoel heeft, het zeer dik wijls verder brengt, dan de intelligente, die ge noemde eigenschappen mist, of slechts in geringe mate bezit, en juist daarom weten wij ook den middelmatigen leerling te waardeeren, helpen hem op en steunen hem. Want wie weet, welke groote maatschappelijke deugden in hem slapen? O, wat een wanbegrip is er toch ten opzichte van dat mooie handelsonderwijs, wat een vooroor deel, wat een verkeerd inzicht 1 De heer Van Urk noemt de handelsschool weer de economische schoolt Ik zeg daartegen over, dat dit niet zoo is, aan de litteraire vor ming wordt zeer veel tijd besteed; wij wen- schen te zijn en te blijven, wat het maatschap pelijk leven eischt, litterair en economisch. De heer Van Urk keurt deze combinatie als onlo gisch af. Waarom? Ik begrijp dat niet. Wel meen ik uit zijn artikel te mogen opmaken, dat hij zeer gaarne zou wenschen, dat aan de H. B. S. A. het litteraire onderwijs domineert, en het economische teruggedrongen wordt, ten minwte tot het allernoodzakelijkste beperkt. Ook dit standpunt acht ik onverdedigbaar. Want men mag van een onwikkeld mensch in den te gen i»-oord!pen tiid toch wel maatschappelijk in zicht. vorderen. De economische problemen spe len tegenwoordig een overheerschende ro! De verhouding van onderneming en organisatie, (trusts, kartel9, vakvereenigingen) producentcn- en consumentencoöperaties, geld- en credietpro- blemen, medezeggingschap, goede, betrouwbare administratie, en vooral alle factoren, die de ef ficiency dér onderneming beïnvloeden, dat alles staat in het middelpunt der belangstelling. Voor duizenden is diep economisch en bedrijfhuis- houdkundig inzicht en de daaruit onvermijde lijk voortvloeiende gemeenschapszin onontbeer lijk noodig, voor ambtenaren, bedrijfsleiders, journalisten enz. enz. De maatschappij is tegen woordig een organisatie van organisaties. Tan gevolge daarvan zijn de vroegere individneele belangenconflicten uitgebreid tot belangenconflic ten tusschen groote vakvereenigingen en dit heeft eei^ goeden, maar ook een zeer gevaarlij ken kant, want het kan voorkomen, dat een machtige vereeniging haar belang wil doorzetten ten koste van de gemeenschap en een ernstig conflict dreigt de welvaart van duizenden. Slechts het inzicht, dat ons aller welvaart het product van allen is, dat vernietiging van wel vaart van de eene groep, van het eene volk, "on vermijdelijk de armoede van de andere groep, van het andere volk na zich sleept, kan tot maatschappelijken vrede leiden. Noodig is ge meenschapszin, waardeering voor eikaars arbeid, "belangstelling voor de publieke zaak. En dat is groeiende, dat voelt men. En als nu in Tiet han delsonderwijs de maatschappelijke vérhoudingen worden onleed, en aan de moraal getoetst, tot in de cel van het maatschappelijke productie apparaat, n.1. het bedrijf toe, dan verricht die 'school daarmee een prachtig idealistisch werk. Ik zeg, tot in het bedrijf zelf, want daar wordt het lot der duizenden beslist Om dit artikel niet te Jang te maken, laat ik hieronder nog eenige korte opmerkingen volgen: De heer Van Urk schrijft: „De 3 eerste ja ren zijn op de H.B.S. gelijk ze thans zijn, pas in de 4e en Se klasse heeft de splitsing plaats. In de eerste drie jaren moeten de toekomstige H. B. S. A.'ers hun aanleg dus maar geweld aandoen." Ik vermoed', dat de wiskundige eischen in die drie klassen te hunnen behoeve niet ver minderd kunnen worden, want de eischen van het eindexamen t. d. o. blijven dezelfde. Tijdige overgang naar een handelsschool is dan veel aanbevelenswaardiger, „Men behoeft eerst op 15-j. leeftijd te beslis sen over de te volgen studie-richting." Ook voor de leerlingen van de 3-j. en 5-j. handelsschool staan vele andere scholen open, als kweekschool voor onderwijzers, techn. scholen, suikerschool, middèlb. landbouwschool, koloniale landbouw school, textielschool, tooneelschool, opleidings scholen voor leerares bij het meisjes vakonder- wijsc, Academie voor lich. oef. enz. „De H. B. S. A. is zeker ook een groot belang voor de minder gesitueerden, opdat niet een dikwijls zeer kostbaar studiejaar verloren ga". De minder gesitueerden moeten voor de H. B. S. A., zooals de heer Van Urk die wil, oppassen. Zij kunnen aan een universiteit zeker niet verder studeeren. Zij moeten op 18-j. leef tijd hun brood éaan verdienen, meestal in de practijk. Dit is trouwens met het overgroote deel hier in Helder het geval. Slechts een zeer gering aantal ouders kan een f 1500.of meer per jaar uitleggen om hun kind naar de universiteit te sturen I Eenige uuchterheid is hier wel noo dig. Groote ondernemingen houden zeer dikwijls vergelijkende examens, waarbij goed economisch inzicht, flinke administratieve kenni9 en ook handelscorrespondentie wordt gevorderd. Ik zou daaromtrent frappante staaltjes kunnen mcedee- len. „Indien het aantal leerlingen in de 4e klasse de 27 overschrijdt, dan komen de kosten voor rekening van het Rijk. Wij verwachten, dat dit spoedig het geval kal zijn.., zoodat de Gemeente alleen de zaak op gang behoeft te maken.'' Ik antwoord! daarop: Dat is nog de vraag. Voorspellen is gevaarlijk. De bevolking en de bevorderingen op een school zijn van vele fac toren afhankelijk. Daaromtrent kan niets voor uit gezegd worden. „Nadat bij de K. B.^kan 1923 de instelling der A.-afdeelingen mogelijk was gemaakt, deed dit instituut zeer snel zijn intrede en in waarheid kon men zeggen, dat het in een behoefte bleek te voorzien." Een gewaagde bewering: kan de heer Van Urk ook cijfqrs geven over de bevolking der H.B.S.A. in den lande? En weet de heer Van Urk, dat verreweg het grootste gedeelte juist is georiënteerd? Het gaat werkelijk niet aan, de eischen van de harde practijk te verwaarloo- zen; dit leidt onvermijdelijk tot verwaarloozing van de belangen van de verreweg grootste groep van jongelui, die op 18-jarigen leeftijd een be trekking moeten zoeken. De uitingen van den heer Van Urk omtrent het gymnasium, kan ik laten loopen. Ze raken de belangen van de handelsschool *iet. Maar de H.B.S.A. i9 een sfinx; men weet'niet, wat men er aan heeft. De heer Van Urk heeft niet de bedoeling, de handelsschool in de wielen te rij den, dat weet ik. Maar hij maakt het leerplan niet; daar zal 'sGravenhage ook nog wel den noodigen invloed' op uitoefenen. Ze weten daat1 zeer goed, dat de H. B. S. A. slechts dan tot een bloeiende inrichting kan uitgroeien, als zij rekening houdt met de eischen der practijk. De „concurrentie" (het spijt mij, dat ik dit woord moet gebruiken) op vele plaatsen tusschen H. B. S. A. en Handelsschool spreekt daarom trent boekdeelen. Ik spreek ten slotte van harte de hoop uit, dat dit artikeltje er toe moge bijdragen, dat veel wanbegrip, vooroordeel en verkeerd inzichte van ons mooie handelsonderwijs wordt overwonnen. A. ZUIDERVLIET.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1926 | | pagina 5