muit EN mm mer; dagen lang zag men hem niet. Zijn vriend, eindelijk eens willende zien. wat er van hem was geworden, werd ontvan gen met het bescheid: „Ga heen, Schab, ik ben bezig een ontdekking te doen!" Toen f5ij onder zijn vrienden terugkwam, had Irinvyi de zakken vol zwavelstokjes, dien hij aan den muur aanstreek en die allen vuur vatten. Om deze te maken liet hij phosphorus smelten in een sterke oplossing van lijm, die hij zoolang roerde, tot de massa koud geworden en de phosphorus daarin zeer fijn verdeeld was. Daarna mengde hij deze- met lood superoxyde en doopte daarin houtjes, wier uiteinden hij te voren in ge smolten zwavel had gedompeld. Irinyi moet zijn uitvinding voor nog geen 350 gulden verkocht hebben aan een koopman, Römer genaamd. Een ander Duitsch tijdschrift zegt, dat Johann Friedrich Kammerer van Lud- wigsburg (Wurtemberg) de uitvinder is, gedurende een eenzame opsluiting wegens politieke vergrijpen zou hij, in 1832, op het denkbeeld zijn gekomen den phospho rus aldus aan te wenden. Intusschen moet de uitvinder daarvan zelf weinig profijt hebben getrokken; brevetten waren er toen nog niet en concurrenten kwamen er van alle kanten opdagen. Tot overmaat van ramp werd de vervaardiging van lu cifers, in 1835, wegens het daaraan ver bonden brandgevaar verboden. Dit ver bod werd later wel opgeheven, maar de uitvinder was in dien tusschentijd krank zinnig geworden. Hij stierf in 1857 te Ludwigsburg, in het krankzinnigenge sticht gen worden. In de Middeleeuwen liet men op het Pinksterfeest soms duiven in de kerk rondvliegen of er werd, als de pries ter het Veni Creator Spiritus uitsprak, van het gewelf, boven liet koor, uit een daartoe gemaakte opening, een duif los gelaten, welke in later tijd vervangen werd door een vergulden houten vogel. Daar dé oudé Gast- en Armenhuizen ge acht werden onder bescherming te staan van den H. Geest als Leidsman der men- schen, komt de duif vaak voor in dèn ge vel van deze huizen, gelijk o.a. het geval is met het Burger Weeshuis te Amster dam. TEGEN DEN SNOR In Engeland heeft men een tijd gekend, dat er een soort van ban rustte op den snor. Toen onlangs een groote Engelsche firma 'haar eeuwfeest vierde, bracht het hoofd der zaak aan eenige verslaggevers in herinnering, dat deze zaak de eerste geweest was, die haar personeel toestem ming gegeven had.... een snor te dra gen. Voor den modernen mensch lijkt zoo iets ongelooflijk vreemd, doch er zullen wel enkelen zijn, die zich het vooroordee herinneren dat vroeger tegen een snor be stond. Engelsche advocaten mochten vroeger geen snor hebben en het gebeurde nog in 1890, dat een beroemd raadsheer van de Engelsche koninklijke familie bij vonnis van de rechtbank bevel kreeg zich zijn snor te laten afscheren en het trof toe vallig zeer ongelukkig, dat het een bij zonder fraai exemplaar was. Het is nog niet zoo lang geleden, dat de bestuurders van de Bank van Engeland een order uitvaardigden, waarbij het aan het bankpersoneel ten strengste verboden werd een snor te dragen „tijdens de kan tooruren". Dank zij de bespotting, die de bankautoriteiten te beurt viel, werd deze merkwaardige order spoedig opgeheven. DE DUIF ALS SYMBOOL. Jansen wilde graag galant zijn tegen over dames, maar meestal liep 't verkeerd met zijn galanterie af. En toen hij op verjaarvledte was bij een vriend, wiens vrouw even oud was als 'haar man, doch het niet wilde weten, sloeg hij weer een flater. Ik scheel tien jaar met m'n man, verzekerde de gastvrouw. er Wie heeft de lucifers uitgevonden? Volgens de meeste handboeken heeft men de uitvinding der lucifers te danken aan twee Duitschers, Römer en PrecheL Maar, als men, op een getuigenis van een vriend van den waren uitvinder, een Duitsch. boek mag gelooven, dan was dit Hongaar, Janos Irinyi genaamd. i deze in 1836, op negentienjarigen leeftijd, als kweekeling aan de polytech nische school te Weenen de lessen volg de van Meissenheim, trof hem de sterke scheikundige werking, die er plaats heeft, ais men lood-superoxyde en zwavel te za- men wrijft. Hij zou toen plotseling op het denkbeeld gekomen zijn, dat het de hevig heid der werking nog zeer moest vermeer deren, als men den zwavel verving door phosphorus. Van de gedachte tot de daad overgaande, sloot hij zich op in zijn ka- De duif was altfld goed. Reeds in overoude tijden was bij de raenschen de duif geliefd om haar rein heid en zachtmoedigheid, een genegen heid welke hier en daar in vereering overging. Lucianus verhaalt dat het bij de Assy- riërs zelfs verboden was duiven aan te ra ken, terwijl zij in sommige landstreken nooit gejaagd zullen worden en de men- schen deze vogels niet eten. Van Semiramis wordt verhaald, dat zij als kind te vondeling gelegd, door duiven gevoed werd en later, in de gedaante van een duif, opvoer ten hemel. In het Zondvloed-verhaal van Noach speelt deze vogel een voorname rol, ter wijl bekend' is hoe de Argonauten, op raad van den blinden ziener Phineus, een duif loslieten,die hun den weg wees te mid den van de bewegelijke Gyameische rot sen. Een duif wees de plaats aan waar het orakel van Dodona moest gesticht wor den en Dodona's priesteressen ontleenden aan deze omstandigheid haar naam Pe- leid'en, d.w.z. duiven, terwijl volgens an deren het omgekeerde het geval is en haar naam aanleiding gaf tot die legende. Ti,jriens de Gulden Sporenslag vlogen eenige raven boven het Fransche leger, terwijl blanke duiven zich boven dat dei- tegenpartij bewogen, hetgeen deze als een gelukkig voorteeken meenden te moeten beschouwen. Volgens een oude volkssage steeg uit de vlammen, die Jeanne d'Arc verteerdén, een duif omhoog, welke de reine ziel van de Maagd van Orleans hemelwaarts droeg. Inzonderheid bij de Christenen stond de duif ten allen tijde in hoog aanzien, waar- van het volksgeloof getuigenis aflegt het welk beweert, dat in alle dieren booze geesten kunnen varen behalve in het lam, dat als symbool van Jezus gold' ©n nog geldt, en de duif, die het zinnebeeld is van de Heilige Geest In Lucas II vers 22 wordt gezegd, dat na den doop van Jezus, de Heilig© Geest op Hem neerdaalde, In de gedaante van een duif. Den H. Vinoentius kunnen wij steeds herkennen aan zijn attribuut, n.1. een duif ter zijde van zijn hoofd, zinnebeeld van in spiratie door den H. Geest. BABBELUURTJE OVER MODE. Costuums voor de tjssport hevige sneeuwstormen, hebben gewoed in Londen"„wij Aillen wel spoedig ook hier winter krijgen"'Zoo melden de laatste krantenberichten. Zou het dus heusch nog gebeuren, dat wij straten, daken en boomen weer gedekt zul len zien met het witte sneeuwkleed? En zou het nog werkelijkheid kunnen worden, om het vroolljk en tierig gezwier, dat leuke bonte gedoe gade te kunnen slaan op de ijsbanen? Stel U voor! Het lijkt bjjina een sprookje. Hoevelen zijn er niet, oud en jong, die er naar snakken), weer eens heerlijk op de schaats te gaan. De ouderen alléén om het genot van 't rijden, het jonge „gedoetje" echter niet alléén om 't rijden, maar boven dien ook wel een heel klein beetje om er zoo dol gezelligjes uk te zien. Want immers het kleedt toch zoo aardig, die leuke wollen trui, die korte pofbroek of wijde, korte plooirokje, met daarbij gedragen de heerlijk warme ijsmuts, 't Is een decoratief gezicht als zoo'n gezellige groep jongelieden zich keurig gelijk voortbeweegt, als 't ware vast- geregen aan eenzelfden langen stok.... Er bestaat een' dikke Ulster-stof. welke een tamelijk hel gekleurde achterzijde heeft (deze soort noemt men double-face). Dit costuum nu is van zoo'n stof gemaakt. De bedoeling is, dat men het costuum aan twee kanten kan dragen, en dat steeds de andere zijde als garneering dient. De naden worden zóó gestikt, dat ze aan beide zijden goed afgewerkt zijn en de buiten- en onder kanten wordeni met tres geboord. De knoo- pen zijn ook aan binnen- en buitenkant gezet. Is het zoo keurig naar den eisch af gewerkt, dan heeft men gelegenheid tot het maken van vier variaties. De stof is b.v. v»«er.1„ kun», vrtod* tjes regeerde. Maar helaas, nu heerschte er droefenis onder het vergeet-mlj-niet- volkje. En geen wonder! In het vergeet-mij-niet-bosehje woon den ook twee vliegen, een vader en een moeder, die Juist een massa kinderen had den gekregen. Ze waren er zóó trotsoh op, dat ze het goud van de vergeet-mij-nlet- hartjès stalen om de vleugeltjes van de vliegenkindertjes mee te bepoederen. De vergeet-mfl-ni duifje* beklaagden zich daarover bij de koningin en smeek ten haar, hen te helpen. IV Koningin zeide, dat ze over een middel na zou den ken. Dè koningin dacht en dacht, maar was nog niet tot een besluit gekomen, toen ze den stap van een mensch hoorde naderen. Als met tooverslag verdween zij en met haar alle andere elfjes. Even later versoheen een professor met een botani seertrommel op 't vergeet-mtj-niet-plekje. .gracht-exemplaartje", mompelde hij. „De echte moeras-variëteit. Maar wat is dat? Vliegen met gouden vleugeltjes? Die soort heb ik nog nooit gezien. Eens onder zoeken thuis!" En de professor pakte voorzichtig het heele kluitje door elkaar krioelende en spelende vllegen-kinder tjes op en stopte ze in zijn trommel! Wat waren de vliegen-ouders verschrikt en bedroefd. Diep ellendig vlogen ze heen al gauw ontmoetten ze een kaboutertje, dat Blauw-schoentje heette, omdat zijn schoentjes even blauw wareh, als de ver- geet-mij-oletjes. Hij was dan ook een on derdaan van de koningin der vergeet-mij- niet-elfjes. Nu hij zag, hoe de vliegen ge straft werden voor hun misdaad, lachte hij hen uit De vliegen deden net of zij hem niet zagen en vlogen door dat zij de goede fee, Medelijden, ontmoetten. Ze vertelden haar, wat er gebeurd was, waarop de fee zeide: „Ja, het was niet mooi van Jullie, dat je het goud gestolen had, maar deze straf is toch wel heel erg. Ik zal probee ren, of ik jullie kindertjes terug kan vin den!" Weg vloog ze naar de koningin der ver geet-mij-niet-elfjes. Samen beraadslaagden ze even, waarna de koningin Blauw- schoentje bij zich riep en hem beval den professor te volgen en te trachten de vliegen-klndertjes te redden. Die arme vliegen-kindertjes waren toch heelemaal onschuldig. Blauwschoentje holde den professor ach terna en eindelijk haalde hij hem In, vlak bij een huis, waar de professor naar bin nen ging door de openstaande serredeu ren. Hij legde den botaniseertrommel op een tafel en liep door zonder te bemerken, dat het deksel, van den trommel open sprong. „Ha," dacht Blauwschoentje, die alles zag om een hoekje van de deur: „Dat treft. Ik wist al geen raad, hoe ik dat ding open moest krijgen!" Ira de zooals bij het origineel: zwart met roode keerzijde. Dan kan men het dragen: le. Zwart jasje met omslagen op rood rokje; 2e. Rood jasje met zwarte omslagen op rood rokje; 3e. Rood jasje op zwart rekje en 4e. Zwart jasje op zwart rokje. Nog even dient gezegd, dat het rokje klokvormig gesneden is. En daar we nu toch aan de wintersporten bezig zijn, is het misschien wel aardig om eens een oogje te wagen aan de practische „ski-costuums". Allicht haalt ge er een ideetje uit voor de ijsgarderobe. In Bretagne werd', en worden misschien "°K\ blj d? jaarlijksche processie te St Aubin du Bois ter eere van den H. Geest, amuletten verkocht in den vorm van loo- den duifjes, welke als beschermmiddel te gen booze invloeden op de borst gedra- Ons eerste voorbeeld vertoont een heel gezellig ,4jspak". Het kan gemaakt van licht-grjjs, licht-beige, iicht-bleu, zacht groen of andere soortgelijke zeer lichte tint velours de laine of wollen serge. Met wat frissche helle kleuren geborduurd en eenzelfde biesje geboord, zal het cos tuum zeer zeker een fleurig effect maken op de ijsbaan. Bovendien kan men het zon der mouwen en das heel goed gebruiken 's zomers voor de tennisbaan. Het garnituur van wit wollen stof (muts met das) maakt men heel makkelijk zelf. Zij, die veel aan handwerken doen, maken er een moolen „tapijitrand" voor in bloem- patroon van niet te harde tintoni. Van een man, die door de politie werd gezocht, waren zes verschillende foto's naar de diverse politiebnreaux gezonden. Aan het hoofdbureau werd boen, na eenige dagen, de volgende brief ontvan gen van een dienaar der 'gerechtigheid in een kleinere stad: „De foto's der zes misdadigers, wier opsporing wordt verzocht, heb ik ontvan gen. Het is imij reeds gelukt vijf ervan in hechtenis te nemen. De zesde wordt ge surveilleerd en zal binnenkort ook wor den ingerekend. verdwenen «h VOOR DE KINDEREN. HOE DE BRUTALE KEVERS GESTRAFT WERDEN. Aan den oever van een klein helder beekje bloeiden een massa vergeet-mij- nletjes, hemelsblauwe bloempjes met hart- jes van zuiver goud. En in elk bloempje woonde een elfje met hemelsblauwe vleu- professor wipte Blauwschoentje op een stoel, van daar op de tafel naar den trommel toe. Met veel moeite lichtte het kereltje het deksel verder op, riep de vliegen-klnder tjes toe, op zijn schoodertjes te gaan zit ten en zich goed vast te-houden en daar ging het er vandoor. Eerst wip op de stoel, wip op den grond en toen hollen, hollen den tuin door en het boech in. Blauwschoentje rustte geen oogenblik vóór hij het vergeet-mij-nietjes-plekje weer bereikt had, waar de vliegen-ouders reeds met verlangen naar zijn terugkomst uitkeken. V at waren ze blij, toen ze al hun kindertjes gezond maar hongerig terugzagen en ernstig beloofden ze, nooit meer het goud der vergeet-mij-nietjes te zullen stelen. De arme professor zal echter op l_JH neus gekeken hebben, toen zijn zeer bi zondere vliegen gevlogen waren! RAADSEL8. Oplossingen der vorige raadsels. L Schaaf en schaar, schaap. IL De kleeren maken den tvc.™ rekenen, leem, draken. Goedé oplossingen van beide raadsels ontvangen van: T? Twen F" A*' M* G- B-i R. B.; A en A. B.; A. en 8. B.; J. C.; V' 4c 4," G- D.; D. en V. D.; 4"xF'/F\, vF en G*; M* t" C.' H*; D* V> G- K-;p- K-1 A K.; O P*; eQ 8.; w. 8.; O. T.; 8. T.; M. en Th. J, V.; R. V.; E. W.; A, W. Nieuwe raadsels. L Welk spreekwoord staat hier? S...6 ...e, ,s ...d.. .o., Ingez. door Bertua Ingelae. KXXXXXXX Op de kruisjcslijnen wkomt van links naar Xrechts of van boven X naar beneden de naam X - van een Nederlandsch X Toondichter. Op de 2e XXXXXXXX Haarlénimeniu!erl de 8e rij een plaatsje In Noord-Holland; op de 4e rij een deel van Groot-Brltan- nieop de 5e rij het aanbreken van den dag; op de 6e rij een boom; op de 7e iü soort verzamelplaats van water vooral bij boerderijen. Ingez. door M. en Th. J. Verbey. Wenken voor Veiligheid en Volksgezondheid. Rijd niet hard en rijd niet onvoorzichtig. Gij hebt anderer recht op veiligheid te eer biedigen. Denk nimmer, dat gij door een signaal te geven, geheel uw plicht hebt g daan: uitkijken en voorzichtig rijden blijft toch geboden. Gezondheidsraad. HET REPAREEREN VAN TRANSATLANTISCHE KABELS. [Defecten aan transatlantische kabels eijn niet zeldzaam. Meestal vindt imen ze in de nabijheid der kasten, waar een schip achteloos zijn anker liet vallen, waar aardbevingen den bodem deden splijten <rf wormen de isolatie hebben in gevreten. Op groote diepten vindt imen ze zelden. Gelukkig maar, want hoe zou den ze daar gerepareerd kunnen worden? Nu geschiedde het nochtans, dat de transatantische kabel AzorenNew-Yo defect was. Deze kabel is 2328 zeemijl lang. Aan* de eindstations staan kunstige apparaten, die met een fijne naald den weerstand in den kabel nauwkeurig re- gistreeren. Iedere kabelmijl heeft een weerstand van 2 ohm, zoodat de normale weerstand 4656 ohm 'bedraagt. Dan is de kabel overal intact. Nü had evenwel New- York slechts 2312 en het andere station Payal (Azoren) zelfs nog maar 1444 ohm. De verbinding was verbroken, er moest dus een of ander defect zijn. Berekenin gen wezen uit, dat dit op een afstand van 1600 mijlen van New-York verwijderd "WftS. De kabel moest dus worden opgehaald en gerepareerd. Hij ligt in dit gedeelte van den oceaan evenwel 3000 vadem diep. De plaats waar de kabel ligt, ligt geheel buiten de route der groote stoomschepen, ver ten zuiden daarvan, en een kabel schip, dat de taak heeft deze reparatie uit te voeren, doorkruist de eenzame om geving. Elf dagen en nachten heeft het reeds vergeefs gezocht. Zijn zware vijf- tandige grijphaak ploegt onafgebroken over den bodem om ergens een kabel- streng te vangen. Langzaam vaart het schip van zuid naar noord en van noord weder naar zuid, en dag en nacht staan dè ingenieurs, die aan 'boord zijn, onaf gebroken te turen naar de dynamometer, waardoor de 6000 meter lange tros loopt Honderd maal ging de telegraaf naar de machine en het schip stopte dan weer om de lijn met behulp van het windas in te halen. Langzaam rolt Me tros over den trommel, Nauwelijks een duim dik is de lijn, die een lengte heeft van 6000 meter en een draagkracht van 40 tonnen. Zes millioen gulden is haar waarde en iedere plotseling, onverwachte draaiing van den wind zou de zwaar belaste lijn kunnen doen knappen. Eindelijk blijft de trekking aan de lijn gelijkmatig, de kabel is gevonden. De haak draagt een snij-inrichting, die den kabel onmiddellijk doorsnijdt en èèn einde vastklemt zoodat men dus slechts één kabeleinde naar boven behoeft te brengen. Het was het stuk, dat met New- York in verbinding stond en dadelijk wordt een verbinding tot stand gebracht met den galvanometer, waarna gecontroleerd wordt of dit stuk kabel nog intact ia Lie ver dan het andere einde te zoeken, legt men een nieuw stuk kabel naar Fayal Immers, de dagelijksche kosten van zoo'n kaibelsahip 'bedragen rond 7000 gulden, en als imen nu weet, dat men in het on gunstige jaargetijde het 'bovenstaande speelt zich in November af soms vele maanden aaneen kan zoeken eer dat tweede stuk gevonden is, 'begrijpt men, dat de regeeringen er de vookeur aan geven een nieuw stuk kabel te leggen. Met behulp van zoeklichten; die in het duister van den stomachtigen regennacht over het dek vielen., werd het oude kabel einde met het nieuwe stuk over eenige meters aan elkaar gekoppeld. Toen gleed het weer in de diepzwarte zee. Nu moet dus de rest van den kabel wor den gelegd. Gemakkelijk is dat werk niet 'bij 5000 meter diepte. De snelheid is pre cies bepaald; met 81/, knoop per uur loopt de zware slang over boord. Gespan nen staan de ingenieurs te kijken naar den wijzer, die de trekkracht van den kabel tusschen den zeebodem en het sohip aan/geeft. Over het algemeen weegt het» losse kabelstuk, dat door het verplaatste water lichter schijnt, ongeveer twee of drie tonnen. Hier evenwel, bij deze ge weldige diepte, sprong de wijzer plotse ling verder. Sneller, steeds sneller rolde de kabel af; men vreesde, dat hij zou bre ken. Hier moesten afgronden in den zee bodem zijn, die den kabel konden doen breken. De geheel© 'bemanning werd ge alarmeerd, één enkele onhandige draaiing van het schip, en honderden mijlen ka bel zouden van de spoel schieten, in dui zelingwekkende vaart alles meesleurend in de diepte. Gelukkig, zoo'n vaart heeft het niet geloopen, Alaar wel heeft de transatlanti sche kabel gedurende vierentwintig uur in onafgebroken gevaar verkeerd. Want eerst na vierentwintig uur werd de bodem weer regelmatig en kon het leggen rus tig verloopen» Galant O mevrouw, zei Jansen, u ziet herusch niet ouder uit dan hl}. Corrle Brens. IJverlg. Zoodra Motorrijder en automobilist.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 8