't Juffertje t Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT S TOONEEL-CAUSERIETJES. van ZATERDAG 12 FEBR. 1927.' WO. 264 (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) „DE OPSTANDIG EN". Woensdag i« Februari in Casino. Wy hebben den lezer beloofd een en ander uil den Inhoud van het ba Woens dag door het geselschap Saalborn op te voeren tooneelstuk „de Opstandigen" mede te deelen. Voor wie het niet mocht weten, *tj gezegd, dat het getrokken ls uit den roman van mevrouw van Ammers- Küller van dien naam, een werk, dat «eer veel opgang gemaakt heeft Nog niet «oo lang geleden heeft de schrijfster hier over te dezer stede voor de Vereeniging van Hulsvrouwen een lezing gehouden, waaruit zij Interessante wetenswaardig heden omtrent het ontstaan van haar boek vermeldde. Het boek is een zeden- spiegeling van Hollandsch leven; speciaal wordt het leven der Nederlandsche huis vrouw en van het Nederlandsche jonge meisje erin belicht De schr. heeft het in drie boeken verdeeld, welke elk om streeks een halve eeuw later spelen, zoo dat we du« achtereenvolgens het leven te tien krijgen van onze grootoudera, onze ouders en het tegenwoordig geslacht. Uit dit werk nu li door den toor schrijver A. Defreane het tooneelstuk trokken, dat hier Woensdag sal worden opgevoerd. Uit het hier volgende over- «icht van den Inhoud zal men zien, dat het een atuk ls vol van aardige tooneeltjea, en tooneel- uit willekeur, maar omdat hij het, naar het Inzicht van zijn tijd, zijn plicht acht over de 'even® van zijn kinderen te richten en te beschikken. In 8«rin van kleurlooze eentonige aegeyjkheid komt een verweesd Franseh nichtje, Marie Ellzabeth Sylvaln, wier moeder, die zich jaren geleden door een rxanschen muziekmeester heeft laten schaken, een nooit uit te wlsschen schan de over de deftige eerzame familie heeft gebracht Als een bonte vreemde vogel komt het jonge luchthartige kind ln het Leidsche huis en maakt op de eenvoudige zedige dochters Saartje en Keejetje, een even verbijgterenden en boeienden indruk als op de drie zoons, van wie David, de zwierige gevierde student, die zijn bewon dering en verrassing op een zeer onhol- landsch-vrijmoedige manier durft toonen, al op den eersten avond haar hart ver overt. Maar ook een andere ervaring doet het Fransehe meisje dien eersten avond op, wanneer ze het waagt haar opinie te genover dien van haar oom te «tellen en zich durft verzetten tegen de beslissing, dat z]j voortaan lnplaats van Marise op zijn goed-hollandsch Miebetje zal worden genoemd. In het tweede tafereel ls de oude Coorn- velt sinds weken ziek. Maohteloos voelt hij, dat de tucht ln zijn huls verslapt, dat er dingen gebeuren, die zijn kinderen zonder zijn afwezigheid zeker niet zouden Za" WoSSTK T^r hTnd ta *1® WhiM nu^° kf de fabriek, zijn afwezigheid niet benutten nen zien, dat het stuk een geweldigen op- Een onhandigheid van zijd dochter Saar- gar.g heeft_ gemaakt, evenals het boek tje brengt den vader een minnevers ln trouwens Het 1« y°°J den toeschouwer handen, dat David voor Miebetje schreef vtn thans zeer^aantrekkeiy^eens het le- en dadelijk besluit hij een eind te maken u.._ over- aan (Hg onvertogenheid en een einde aan de opstandigheid, die met het Fransche ven vtn zijn groot- of misschien grootouders te zien uitgebeeld. Men heeft daar by overlevering wel eens wat van ge boord, en men kan het nu zien. Het tafe reeltje van de Nutslezing, waar ds. Nloo- laas Beets als jong predikant een lezing houdt anti de vrouwenemancipatie, en waar Miebetje 8ylvain den moed heeft openlijk tegen 's predikanten denkbeelden ln oppositie te komen, ls gedeeltelijk his- Nioolaas Beets heeft werkelijk deze le- *ing gehouden en Miebetje Sylvaln heeft dwingt En lnplaats zich aan het werkelijk bestaan als Mina Kruseiman, de regiem van den ouden Lodewjjk te •erste voorvechtster voor vrouwen-eman clpatle. In het derde bedrijf ziet men wat er eigenlijk komen ls. anclpat dan komen de Puc gekomen V tys en Ellys met bobbed van die emancipatie terecht- cks, de Kit- haar en korte rokjes en een berg levenswijsheid. Maar tenslotte aanvaarden se toch de almacht der liefde. Hier volgt de korte inhoud van dit be langrijke en boeiende atuk, dat, wij zijn daar seker van, den toehoorder tot het ein de toe tal bekoren. De eerste twee tafereelen verplaatsen den toeschouwer naar de at&d Lelden ln 1842. In het gezin van den wolwever Ooornvelt op het Rapenburg is, als ln vrij- nichtje in zijn vroeger zoo gedwee gezin Ls gekomen. Eerst wordt David, dan de andere kinderen aan het bed van den va der geroepen, onvermurwbaar dringt hij hen zijn wil op, en een voor een onder werpen ze zich aan zijn gezag. Maar Mie betje niet. Na al haar eenzaamheid en heimwee geeft David haar de groote des illusie, wanneer hij zijn liefde voor haar verloochent otmdat zijn vader hem daartoe regiem van den ouden Lodewijk te onder werpen. loopt Marle Ellzabeth weg uit het kille deftige Leidsche huls, om in den vreemde haar eigen brood te gaan ver dienen. 1872. ZiJ zijn geposeerde, levenswijze en alreeds wat levensmoede menschen ge worden, de Jonge Coornvelts van 1842, zij hebben zelf volwassen kinderen en tegen over de Inzichten en verlangens van die kinderen, staan zy even vreemd en onbe grijpend als hun tirannieke vader dertig jaar geleden tegenover de hunne stond. David Coornvelt, een hooggeacht profes sor in zijn vaderstad Leiden, gehuwd met een rijke en voorname vrouw, presideert een Nuts-vergaderLng waar Nioolaas Beets een lezing houdt over „Denkbeelden van wel alle gezinnen ln dien tijd, de vader den Dag in verband met de Emancipatie onbetwist hoofdpersoon, om hem draaien der Vrouwen". Als de gevierde spreker de zorgen en gedachten van de vrouwen, zijn rede beëindigd heeft, klinkt opeens die den ganschen dag werken en sloven een vrouwestem uit de rijen der toehoor voor «ijn weliyn en tevredenheid. Zijn ders, een stam die David doet verschrik- gesag heerscht oppermachtig, niet slechts ken. die duizend lang begraven herinne- Naar Aanleiding van „De Levende Medusa". door CAREL J BRENSA. ringen ln hem wakker roept. Het 1b de stem van Miebetje Sylvaln, die het on gehoorde waagt, zich tegen de opinie van den grooten Beets teweer te stellen en het goed recht voor vrouwen en meisjes te bepleiten om ft mogen werken lnplaats van haar vaders en broers afhankelijk te zijn. Wannéér, na verontwaardigd tumult, de zaal la leeggeloopen, trachten twee jonge meisjes in contact te komen met de onbekende dame, die den moed had zulke ongewone, opstandige woorden te spre ken, het zijn Lize Wijsman, de dochter van Keejetje Ooornvelt, en Claartje Coornvelt, het eenige dochtertje ven David. Zy zijn „kinderen van hun tijd" deze meisjes, niet meer tevreden met het eentonig vrouwen leven van thuiszitten en wachten op een man: Lize heeft Illusies om te gaan etu deeren „als een jongen", Claartje wil, naar het voorbeeld van buitenlandsche vrouwen, de armen en verdrukten helpen en by Miebetje vinden zy een willig oor en steun voor hun plannen. En wanneer aan daarna David en Miebetje elkaar ont moeten ln de verlaten zaal van het Leid sche Nut, begrypt de Professor tot zijn ontzetting, dat uit het beminnelijke jonge meisje van dertig jaar geledén een van de geminachte strijdsters voor „emanci patie" is geworden, een „blauwkous" die het gezag der ouders tracht te ondermy* nen door de jonge dochters aan te sporen tot opstandigheid. Het vierde tafereel speelt opnieuw ln het huis op het Rapenburg, in dezelfde kamer, naar de smaak van 1870 „gemo- dernizeerd" door Saartje Coornvelt, die er jarenlang met haar man, den „deftigen" majoor Berkhout en haar vier dochters gewoond heeft. Saartje is weduwe gewor den en haar drie broers, David, Hendrik en Nioolaas komen familieraad houden over de verarmde vrouwen, die ze finan cieel wel zooveel dienen te helpen, dat ze, voor het ulteriyk althans, kunnen biyven teven,, in hun stand". Dan durft Baartjes dochter 8ophle het ongeloofiyke: zy slaat het aanbod van de oom af, zy bedankt voor hun aalmoes en verklaart, dat zy en haar zusters van plan zyn zelf haar brood te gaan verdienen Ongehoorde brutaliteit; groote veront waardiging by de deftige heeren Coorn velt, die tot woede stygt, wanneer zy ont- dekkon dat het wéér Miebetje 8ylvain ls, die ook deze meisjes tot opstandigheid heeft aangezet, terwyi bovendien hun zus ter de „blauwkous" gastvrijheid ln haar huls verleent Ook Lize Wygman zoekt steun by Miebetje als ze uit huig wegloopt om haar studie voor dokter door te kun nen zetten, en machteloos staat de groote David Coornvelt tegenover de zwakke vrouw, wier meerderheid hy voelt en vreest, machteloos staat hy tegenover de opstandigheid van de jeugd, omdat hy mist het rotsvast geloof ln eigen overtui ging, dat de onwrikbare kracht van den ouden Coornvelt was. En dan «yn we ln 1920. Weer het oude huls op het Rapenburg, weer dezelfde kamer, ln den styi van 1840 teruggebracht, want „antiek" ls deftig en in de mode. Dr. Elize Wysman heeft na een werkzaam leven van dokter en direc trice van een groot ziekenhuis, haar In trek genomen in bet gezin van haar neef Steven Coornvelt. Zij acht zich een mo derne vrouw, die, al ls ze oud, nog mee kan leven met de jeugd en steeds de kant van den vooruitgang kiest, maar zy be merkt, ln hef zeer moderne gezin, dat «e volkomen vreemd en onbegrijpend staat tegenover de wenschen en problemen van het nieuwe geslacht, tegenover de levens opvattingen van de tegenwoordige vrou wen en meisjes, tot wier vrijwording en bewustwording zyzelf «oo energisch heeft meegewerkt. Zy la ontsteld en bedroefd als ze de theorieën vtn haar nichtjes Puck en Kitty hoort, verontwaardigd over de houding van 8teven, hun vader, die zich kalm neerlegt by 't feit, dat hy gee- De helden vu de „Medusa". Cor Her mus. We leven ln de periode van de helden- vereering. Denk maar eens aan de gebeur tenissen in Helder ln verband met „Opa" Mar als Lou de kraker. Nee maar Ik ver tel u: Wat Cor Hermus als die aioome duikelaar van 'n brandkastenfabrikant met z'n akelige druipsnor en z'n laatste restjes van gedegenereerde deftigheid, Riikers 80e verjaardag. Het ls dus niet z'n articulatie van „Nou-mot-je-'s-goed-be- mwr dan biliyk nadat ik nu al «oo- ',0f| "*«««*- t>;.. veel over de Levende Medusa gecauseerd heb dat we ook de helden van dese Me- gaan herdenken. Is niets tegen Integendeel: Er ls dusa Er alle aanleiding toe. Daar is vooreers Oor Hermus. In mijn gedachte gaat hier Cor Hermus voorop. Sterker: Na hetgeen ik den laatsten tyd van dezen acteur gezien heb, zou ik bet best durven verdedigen om een heel feuil leton over hem te schrijven. Ik mag dezen kerel graag. Ik vind het 'n prachtvent en volstrekt niet omdat hy nou misschien ln een my aangename trant speelt, maar omdat ik overtuigd ben dat hij speelt in een universeele trant. Kortweg: omdat hy waard ls te worden genoemd. In Cor Hermus wordt eigenlyk weer eens duidelijk de stelling gedemonstreerd, dat het toch vooral noodlg is om te ko men tot de „Gelegenheid". Geef Iemand of iets de gelegenheid, anders niets van terecht en anders nooit weten wat er van groeien kan. Wie heeft er ooit serieus van Cor Her mus gedroomd en ooit hem n «en gewel dige gelegenheid ge*hm? Niemand. Her inner u maar hoe hy nog voor enkele Ja- ren by Heyermans werkte. Geen gelegen- h<Nu is eenige malen de kleine gelegen heid gekomen. En nu kunt u zien wat er ▼oor mogeiykheden in "^ken. Ik v<wr mij heb een buitengewone mogelijkheic g sinds ik Hermus meemaakte b^v ln de JtulMnvar. Dat was toevallig ook in dit ihsate*. Dat vu ssmsn ®et komt zuilen er we grypen-zag" daar uitvoerde. Die einde- looze half geïmproviseerde clausen met Nap als den inbreker en met Bets van Berkel als mevrouw.... Daar had ik 'n week aan een stuk naar kunnen luisteren. Ik wil er niet verder over uitweiden, maar voor mijn persoonlijk besef was het byzonder goed. Ik zou in staat zyn om een opzettelyk komisch voor hean te bewerken, alleen om hem eens uitsluitend in een hoofdrol en op het eerste plan te brengen, En ik hoop hier stellig nog eens te be leven, dat de redder van zoovelen m neer B. A. Mullens 'n gelegenheid wei (en durft) te scheppen voor Cor Hermus, zooals hy dat b.v. vroeger eens gepoogd heeft voor Willem Hujsche in „Beverley". Niet omdat dit zoo byster gelukt is, maar omdat wat de eene maal niet lukt de an dere maal wel lukken kan. Laten we het hopen voor Hermus. Nog 'n andere stelling wordt door Her mus gedemonstreerd. Nameiyk de al zoo vaak ondeugdeUjk gebleken stelling, dat we het veiligst doen met op reputatie te letten. Cor Hermus heeft geen reputatie ln den grooten zin van het woord. Net zoomin als u en ik, lezer. Nu zullen we over u en my niet verder spreken, maar van Cor Hermus is het een publieke on juistheid, dat hy geen reputatie heeft. Hy moet haar hebben volgens recht en vol gens noodzaak. Hier staat tegenover dat er meer dan nerfei gezag over zyn kinderen heeft, die Geprezene", ook vóór zijn tijd een. gewone Dorothee, zijn hoogstaande, gestudeerde vrouw een dieip verdriet doet en zich te genover zyn dochter belachelijk maakt door zyn verliefdheid op een jong nientje. In het laatste tafereel is het huwelijk van Steven en Dorothee inderdaad uit el kaar gespat, de kinderen gaan elk huns weegs. Alleen Puck, de cynische, naar eigen meening zoo levenswyze oudste dochter, is nog met Elize Wysman in het oude huls achter gebleven en maakt plan nen voor een groote autoreis. Doch de terugkomst van haar jeugdvriend, Hein van Doeveren, werpt al haar vaststaande theorieën over het ontoereikende van de liefde en de ondeugdeiykheld van het hu» weiyk omver. De macht van zyn liefde, zyn vast vertrouwen in een geluk voor hen beiden, zegeviert over haar twyfel aan zich zelve. Byna beschaamd geeft Puck zich over en aanvaardt zy de almacht van de liefde, zy, die zloh een vrije, llluzle- looze moderne vrouw had gewaand. „Ziet u nu wel", biecht ze aan de oude dokter, „dat wy vijpuwen ln ons diepste hart niet zóó anders dan vroeger zyn?" Doch deze erkenning komt voor Elize Wysman te laat Zy sterft zonder haar geloof ln de toekomst van het jonge geslacht hervon den te hebben, overtuigd, dat het geluk van vrijheid en geiykheld, waervoor^y en haar tijdgenoot en zoo geestdriftig gestre den hadden, slechts „Illusie" ls geweest. Arabische naam. Hy ls geboren ln B72, was weldra wees, en als knaap bekenld om zyne snedigheid. De eerste 40 jaar leefde hij ete gewoon burger. Hy was karavaankoopman van beroep; maakte verre reizen, tot diep in Azië. Wat zyn uiterlijk betreft was hy van middelbare lengte, stevig getouwd en wel revormd. Hy had zwarte oogtuis sluik zwart taar, een arendsneus en gladde blozende wangen (evenals koning David volgens Sam. 16 12). Zyn tanden stonden een wei nig vaneen. Zelfs in zyn ouderdom had hy nauweiyks enikeile grijze harem Hy volgde de mode door byv. zijn' nagels met henna oranjerood te kleuren en zwart glinsterend poeder op zyne oogleden te doen. Hij was er op gesteld een spiegel te ge bruiken of zloh ln een vat met water gevuld ten om zyn tulband ln orde te VAN DE GROOTEN AARDE. DER elök, de dat map DE PERSOON VAN MOHAMMED. Hoe ziet een beroemd man er uit? Nu ja, leder heeft wel iets oveir Moham med gehoord of op school geleerd. Een paar jaartaliea Maar wie web Mohammed1 zelf eigenlijk? Wie beschrijft ons den persoon van Mohammed? Van ouds zyn vele Chris tenen gewend hem te versieren met het epitbon ornans: de valsche profeet. Daarentegen zal1 CarlyLe in zijn Helden en Heïdénvereering hem wel wat te veel geïdealiseerd hebben. Maar wat is de ware middenweg? Wie was de man eigenlijk? Op zulke vraag is het moeiiyk te antwoorden. Neem b.v. een ander veel besproken per soon, bijv. onze tijdgenoot MultatulL Wat was dat nu eigenlijk voor een man? Bewonderaars zeggen: hij was een edel mensen; maar tegenstanders maken U met een handomdraaien wezenlijk dtuidé hy een monster was. Doch wie w as zelf? Dat «ou U alleen weten als U hem ont moet had, en dan.wist U het misschien nog niet. Een merusch is een raar ding; hoeveel te meer een buitengewoon mensch. En dót is Mohammed zeker geweest Deze menschen die natuuriyk evenals wijzelf mengelingen van goed en kwaad waren, zijn m. i. het best te vergeUjken met een parel, dien ik eens ln goud gemonteerd bij een Juwelier zag. Het was een z.g- zwarte parel. Een bijzondere nuanceering van kleur kenmerkte haar. En daarom was ze merk waardig en ik weet niet hoeveel duizend gulden meer waard. Het zleleleven van pro feten is ook eigenaardig genuanceerd. Het is niet te definieeren. Maar onbeschrijfbaar krachtig, Indringend, bijzonder; ln een woord zoo dat de woorden, welke zy spre ken of schrijven, de mensehen prikkelen, beangstigen, veredelen, verontrusten en al wat er maar meer van dien aard is. Wie was nu Mohammed? Wat wy uit koran en overleveringen kunnen opvisschen ls dit: Zyn naam was eigenlijk Moehammed. Dit beteekende: „De Het zou me niet moeiiyk vallen mannen uit dit metier te noemen met de grootst mogeiyke reputatie, die op de Bühne kun nen staan knoeien en het publiek by de geachte neus neimen, dat het meer dan ellendig is. In dit verband zou ik wel eens 'n extra opstel willen wijden aan „Brand kast-scène" ln de Levende Medusa en naar wat er ln die scène gezegd wordt over publiek en spelers etc. Maar Ik zal dat hier niet doen. Ik zal het over Cor Hermus hebben. Cor Hermus is prima. En waarom ls hy dat? Als nrijn persoon- ïyke meening geldt hier: omdat hy een individu ls onder de tooneelspelers. Dat kunnen we van lang niet allemaal zeggen. Want het is 'n eigenaardig soort menschen, die tooneelspelers. En ze wil len ook graag 'n aparte menschensoort zyn. Het zyn groote kinderen, zegt men en je moet ze veel vergeven. Maar ik zie niet ln waarom. Waarom zullen we nu trouw over het hoofd zien, dat de men schen van het tooneel strijk en zet ver keerde dingen doen, terwijl ze zoo graag de allures hebben van in die dingen juist superieur te zyn? Vanuit 'n oogpunt van waarheid' en vanuit 'n oogpunt van paedagogi© acht Ik dit verkeerd'. Ik dacht zoo: wannéér de tooneelspelers klagen, dat het geestelijk element uit de theaterkunst verdwynt, dat het publiek niet meer te vinden, is, dat er zoo weinig waardeering bestaat voor het harde wer ken, enz enzdan. Maar nu zou Ik het er toch over gaan hebben. Oor Hermus is prima althans hy kan by voldoende goede gelegenheid en by ver dere toewijding, by het gunstig saamloo- pen van de omstandigheden in den toe komst uitgroeiden tot een acteur, die ons veel geluk brengeni zal.Ik weet voor myzelf niet zeker of de benaming „Hollandsche Pallenberg" aanbeveling verdient aller- velen zyn, die 'n reputatie hebben en haar- eerst al niet omdat we dan weer echt weinig waard zijn of heelemaal niet meer ir" *-|m 1 Publieke renommee moet geen beoor- cliché krijgen. Maar ln leder geval ls het waar, dat het spel van Hermus by ernstige binnen uit groeiende, dan van uit het die per besef gespeeld komische heeft als bi Pallenberg. Dat is het opmerkeUjke by Hermus. Hi, speelt van binnen uit. Hy is 't zoo echf met zich zelf eens als hy staat te typee ren. Hy gelooft er zelf aan. Hy denkt niet onder het spelen: Kijk nou zal ik zoo'n figuurtje opzetten, ik zal dat ge baartje lanceeren ik zal de man zoo zoo nemen.want dan zal het publiek de juiste fotografie krijgen van de rol. Hermus kijkt den kerel an, die hy spe len zal en het ls niet het publiek, die de figuur te zien krijgt, maar het is Hermus zelf, die de figuur als het ware ziend© om- toovert. Hy neemt voor zich zelf aan dat de Tent zoo en zoo is, en hy krijgt zelf schik ln hem. Daarby voegt hy en dat ls de oplos sing van het raadsel zyn persooniyke Individualiteit Dat is Hermus' kracht voor de toekomst. Hy is 'n Intellect. Neem de komieken. Neem ze van Isi- door Monnickendam en Sylvian Poons tot Jan Musch. Hoeveel zyn erby die in wer- keiykheid beseffen, dat er een onover brug.bare kloof bestaat tusschen de be staanbare komische karakterspelers en den.(voor alles) uiterlijken typeur? Zoo goed als geen. Ze gaan allemaal mank aan het euvel /iat ze zich zelf het liefsf zien in d© bonte maskerade van een o1 ander maatschappeiyk wrak of menschè- ïyke buitenissigheid. Als het maar idioot aanziet Maar dat is het ware niet. Het is wel waar, dat Buzlau ln den re- el onbruikbaar is om ln z'n tooneelklee- ng over het Frederiksplein te gaan, maar daar staat tegenover, dat als je Buzlau z'n clownspak zou uittrekken, hl tocht ln staat zou zyn de diepere kracht van het komlsohe op je te laten Inwerken Als hy maar aan 't werk ls. Dat kun je zelfs van iemand als Jan Musoh niet altyd zeggen. Maar van Cor Hermus wel t Neem nu b.v. de „Medusa". De eerste scène waarin Hermus werkt te spiegele schikken^ »rn tot zyn inner] melden wy van hem over te gaan, ver woorden: „Waar Ik predi- fgods- ter wereld het meest op gesteld ben., dat zyn de vrouwen en de reukwerken. Maar wat my de «lel versterkt dat is het gebed". Het innemende van «yn uiteriyk voorko men werd gekenmerkt dbor een sterke uit drukking van goedheid en minzaamheid. In soera 80 v«rwyt hy zich, dat hy een arme blinde onvrienideiyki ontving. Hy had evenals Plato een heikel aan dichters. Ondanks al zyn huwelijken kreeg hij geen kinderen. Op 26-jarigen leeftijd huwde hy mét een 16 jaar, oudere vrouw, Kadidja, Het heet een gelukkig huwelijk te zyn geweest Maar zou in het 15 jaar ouder zyn dier vrouw een reden liggen, waarom deze bewogen man zich ten opzichte van het vrouweiyk ge slacht zoo eigenaardig gedragen heeft? Niet huwde hy verscheidene vrouwen, waaronder een die nog een 7-jarig kind was; maar hfj had byv. een» een rendez-vous waar hy betrapt werd, ten gevolge waarvan hy dbor zyni geheelen harem met zulk een kleinachting behandeld werd, dat hy een maand lang in een zolderkamertje alléén doorbracht Men ziet: miets unenacheiyks was dezen held vreemd!. Want ja after al, was hy toch een held, een genie. Op 40-Jarlgen) leeftyd) krijgt hy diepe overdenkingen, die op hem den indruk maken van vizdoenen. Hy begint te ken tegen den dienst dér houten a: beeldjes, enz. De dienst van dien eenigen God ls de eenige ware. Dat te zeggen en voor de hel' te waar schuwen, wordt zyn levenshartstocht Zelfs met levensgevaar houdt hy dat tegen leider- een voL Na drie jaar heeft hy pas 18 volge lingen. Op 60-jarigen leeftijd moet hy vluchten. Op 00-jarigen leeftijd sterft hij als heerscher van een wordend) wereldrijk. Een leven van onmetelijken strijd ligt daartusschen. Wat een macht over zyn volgelingen moet zyn uitgegaan van het bliksemend oog van dien man, die niet veel sprak, met «yn bijnaam „alamlenf*, de getrouwe. Van den man met den ader op «yn voor» hoofd, die opzwbl als hy toornig werd. Te recht wordt er van hem gezegd, dat een holle praatjesmaker niet al die volgelingen zou hebben kunnen bedriegen en geen gods dienst zou hebben kunnen stichten. Men schen tot geestdrift verwekken, kan alleen een echt man. En hoe eenvoudig bleef hij. Zijn gewone voedsel bleef gerstebrood. Hy ging zelf naar de markt om eten te kocpen. Melkte zelf zijn geiten, lapte zijn schoenen, veegde zyn vloeren. Ieder mocht hem aanspreken. Zyn grandseignieurach-tige mildheid' was on begrensd. Ondanks zijn aandeel in veel oor logsbuit stierf hy arm. Inderdaad toch ondanks alles een sympa thiek levend mensch. Een lévend mensch. Wat men van $en goedadienststichter als Boeddha byv. niet kan zeggen. Deze is ge heel verstileerd tot iets wat geen mensoh meer is. Mohammed lééft/1 deelingsmaatstaf rijn, want se deugt nooit overdenking ln de eerste plaats dat van ls dis van het alleraarste levend# bericht Hy ls de echtgenoote van de beroemde actrice en hy heeft er strikt genomen nie mendal in te doen. Hy ls advocaat en zit netjes in z'n gekleede jas in z'n eigen def tige salon. Meer niet Het is de actrice, die speelt, dl© te keer gaat die alle drie de plans stuk voor stuk neemt. De advocaat doet niets; hy luistert, hy bUjft zitten en spreekt alleen z'n vrouw zwakjes tegen. Vooral zwakjes, want hy ls 'n held van de koude grond. Hij doet niet anders dan eenige keeren zeggen: Het ls niet waar. lk ben geen idioot lk ben geen suffert, en O ja, o ja. Voor de rest trekt hy zyn das recht want hy is bui tengewoon netjes. En.hy knipt wat met zyn rechteroog, want dat trekt 'n beetje. U moet weten, dat z'n aanminnige vrouw in het hoogtepunt van haar drift hem met 'n ontbijtbordje, of zoo iets ge gooid heeft Daar heeft ny 'n blauw oog van (dat ls z'n eenige tooneelraankleeding voor deze scène, dus minder kan het al niet) eai met dat pynhjke oog trekt hy een beetje. Verder ls hy 'n beetje ver baasd, en 'n beetje ongeduldig tegen z'n onredeiyke vrouw en dat is alles. Dus heelemaal komisch spel van bin nen uit En niettegenstaande deze weinige hulp middelen, ls de scène 'n daverend lach succes, alleen door Hermus. Vraag nu niet naar de volgende scènes. Als hy komt b.v. als Amsterdamsch briga dier met 'n roole neus en 'n uitpuilende dosis brigadiers-eigenwaarde, die er z'n ziel voor over heeft om het dansen op Zondag tegen te gaan. Daar kun je weer uren aan een stuk by zitten, zonder dat het vervelen gaat, dat ls weer net als ln de Muizenval, waar Hermus z'n eigen por tret moet voorstellen in 'n gouden Ujst minuten aan een stuk zonder 'n spier te vertrekken, terwyi het publiek tegenover hem zit te brullen, te proesten, te gieren. Ik geef het u te doen. (W ordit vervolgd.) ku h v i?i w t11" i^er 0m Z^n Plan voor die vervloekte modernl- gepubliceerde kritieken heeft men kun- telt: de stoommachine te verwezenlijken? Eb geloof, dat men van «ulke menschen nooit kan zeggen: hy was een goed of: hy was een slecht mensoh.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 7