Zonderlinge lotgevallen in het Dagelijksch leven xxxxx xxxxxxSnt d' LIEDJE VAN DE WEEK. VAN EEN MEISJE. Eens leefde, veel jaren geleden, Een maagd als een engel schoon. En alle vorsten in 't ronde Die boden het meisken hun' troon. Zij zeilde: „Hier staat er mijn korfje, Laat zien wat uw liefde mij schenkt. En 'k zal het bruideken worden Van hem die mij 't liefste bedenkt.'1 Een koning, die bracht er zijn scepter, Een ander zijn krone van goud. Een keizer zijn purperen mantel. In golvende plooien ontvoud. Toen kwam er de laatste van allen, Een herder zoo blozend en blij, Die lei er, verbluft dcor die schatten, Al bevend zijn harteken bij. Nu dachten de koningen allen: „Aan mij is de lieflijke bruid!" Och 't meiske, Vat gaf ze om die schatten! Zij koos er het harteken uit. Van Kerckhoven. WM ECHT AMEBIKAANSCH. De rekening. Mark Twaln, de wereldberoemde humo rist, had het dTuk gehad, en nam zich voor een pleizierreisje te maken. Canada trok hem aan, en. te Montreal, waar hij in een kleine spijshuis-herberg was af gestapt, genoot hij de rust en 't genoegen Eindelijk kwam de sarcophaag in handen van een fotograaf, die haar moest fotogra- feeren. De iman ontdekte bij het ontwikke len van het cliché, dat die plaat niet ver- toondte het gelaat, zooals het met enkele sobere, zwarte lijnen op de sarrophaag ge schilderd was, maar het gelaat van een lévende vrouw. De ongelukkige fotograaf stierf enkele dagen nadat hij de foto had genomen. De man, die belast werd met de overbren ging van het voorwerp naar het museum, stierf plotseling, ert degene, die dje kist in het museum plaatste, werdi daarbij ernstig gewond. Een zekere Mr. FHetscher schreef de his torie der mummie en stierf enkele dagen nadat zijn geschrift klaar was. Kort geleden stonden een geleerde en een ingenieur bij de sarcophaag en staken :!em gek met de onheilbrengendie kracht van de mummie. Weinige dagen daarna pleegde 'de geleerde zelfmoord en kwam de inge nieur om bij. een ongeluk. De mummie heeft ook biji de museum suppoosten een slechten naam eiFzij weten te verhalen van een groot aantal onheilen^ welke de priesteres van Ammon Rha reeds berokkend heeft. Niet zonder vrees doen zij. dienst in de buurt van de sarcophaag en vertellen ieder, die het hooren wil, dat de regeering er goed aan zou doen, de mummie weer naar Tnebe te brengen. De „iMathiT-correspondent is naar het museum gegaan en' heeft de suppoosten ge sproken. ^Mijnheerf, zeide een bewaker, spreekt U er alsjeblieft niet over. Er zijn zulke verschrikkelijke dingen mee gebeurd, dat het beter is, er zich niet mede te be moeien". In het museum was geen foto van de sar cophaag te krijgen, In de buurt echter woonde een photograaf, die er nog een paar had. Daarheen ging de „Matlnf'-man en vroeg om een foto van den sarcophaag, die Indertijd door Clarke Davies, zoo heette de gelijk hij het noemde, zonder vrienden te mam, gefotografeerd was. Lachend vroeg dé leven, die je het leven zoo onaangenaam correspondent: „Gelooft U ook, dat de maken. mummie onheil aanbrengt?" Twaln was in zijn schik, en iedereen vond, fot0graaf antwoordde: „Lach alsje- dat hij een prettig gehumeurd heer was. blieft niet, mijnheer! Tenminste lach niet in Eindelijk moet hij weer naar huis. Een uit- mijn huis, want sedert ik haar gefotogra- gever zat hem dwars en ook de centen1 min derden stilletjes aan. i— Mijn rekening? vroeg hij aan de waard. Mijnheer is zoo vriendelijk geweest, dat Ik zoo vrij ben hem een verzoek te doen, «prak de man. Voor mijn eenvoudig kosthuis is het een roote eer geweest, Mark Twain te her- rgen en nu zou het m]j genoegen doen, als mijnheer in het vreemdelingenboek een paar woorden wll'de neerpennen. Geef hier, bromde de schrtiver wre velig. Haaetlg schreef hij: „Het kosthuis X. ie een akelig hol Geen ziertje gezelligheid. Niets geen comfort! De baas is een onbescheiden heerschap, die zijn neus In uw burgerlijken stand steekt, en uw aangelegenheden vertelt aan ieder die het maar hooren wil. Het doet mij genoegen deze waarheden1 te mogen neerschrijven. De baas las die „waarheden" en dankte hartelijk. Mijn rekening? vroeg Twain een twee die maal. Hij kreeg ze en overzag de posten: Logies zonder comfort: 25 dollars. Dienst zonder tact: 10 dollars. Kost (smakeloos): 60 dollars. Schadevergoeding wegens beleediging, verdachtmaking en leugenachtige beoordee ling: 16 dollars. Geef hier het klachteniboek, vroeg Twain, 't Werd hem gebracht De humorist schreef: „In 't vreemdelingenboek schreef ik de waarheid! neer, een waarheid, honderd' dol lars waard. In het klachtenboek schrijf ik de volgende leugen neer: „De baas is een fatsoenlijk mensch. Zijn zaak is waard bezocht te wordenf. Twain nam een velletje papier en pende: „Voor geleverde reclame: 101 dollars!" Hij betaalde de rekening, streek het be drag op van zijn rekening en lachte zelf voldaan: Resultaat, 1 dollar verdiend1. feerd heb, ben ik volslagen blind geworden". En inderdaad: de man was bijna steke- blind. B. WIE NIET RIJK IS MOET SLIM ZIJN. Een nieuwe wijze van versleren. Nog maar 2 a 2l/i maand, en de drukke tijd Voor de schoonmaak komt weer aan en tusschen al de dingen, die dan te voor schijn komen en die „eigenlijk"nergens meer voor dienen, maar V h zonde zijn om weg te doen, bevinden zi waarschijn lijk ook wel eenige rollen t vhang. over gebleven van deze of een vorige kamer- vernieuwing. Hebt ge er wel eens over nagedacht, hoeveel aardige dingen ge met zoo'n over gebleven rolletje nog kunt maken? De bloemen worden heel voorzichtig uit geknipt, met wat lijm goed stevig vast geplakt op het voorwerp dat men wil ver sieren, en daarna, als de lijm droog is, wordt het geheel bedekt met een laagje doorschijnend, kleurloos vernis. Niets is eenvoudiger en toch maakt deze versiering een allergrappigst effect. Wat zegt ge b.v. van deze aardige poe derdoos, oorspronkelijk van wit hout, dat eerst met Ripolin-verf is zwart gemaakt en een heele tijd heeft staan drogen, voor men het behangmotief heeft opgeplakt. Het groote lossere-roos-motief lijkt ons bijzonder geschikt voor de versiering van een zwart- of bruin houten handschoenen doos. Een ten slotte nog een voorbeejdje voor het versieren van steenen of porseleinen voorwerpen, zooals wandbordje, bloem vazen tabakspotten, enz., enz. VAN EEN MUMMIE DIE EEN ONHEILSBODE WAS. Laeh niet, of er gebeurt een ongeluk. JUe Matin" bevatte eens een wonderlijk verhaal. Ware helt In deni zomer in den komkommertijd geweest, dan zou 't een grap kunnen heetlens. Thans verdiende het, al was 't maar om het curieuso, de aandacht Temeer daar eenige feiteni, in dat verhaal genoemd, inderdaad) waar zijh. De geschiedenis luidt aldus: Onder nummer 22542 staat in dte eerste Egyptische zaal van het British Museum te Londen, een sarcophaag met een mummie, welllke, volgens de om het hoofd der mummie gewikkelde beschreven doeken, het stoffe- djik overschot is van de hoogepriesteres van Amman Rha, dien Egyptischen zonnegod, gestorven 16 eeuwen voor Christus in r Tbebe. ■Reeus de overbrenging dier sarcophaag naarJ ^geIand ongelukken ge paard. De Engelschman, die de sarcophaag zoent van een Arabier, verloor spoedig een van zijn armen. Een ander lid van de- expe ditie, aan wien de bewaking der mummie was toevertrouwd, verloor zijn vermogen en stierf spoedig daarna. De derde, die voor het voorwerp moest zorgen, stierf in armoede en dé vierde werd doodgeschoten. Voor een hooge vaas moet men een forsch doch slank motief kiezen, voor een modern grijs of blauw aarden bord ook een moderne gestyleerde bloem-figuur. Men gebruikt hierbij geen Ripolin, daar de natuurlijke kleur van het voorwerp al tijd het mooiste effect maakt, doch wel een laagje vernis. Zullen al die grappige gebloemde din gen met haar sterk sprekende kleuren niet bijzonder aardig staan ln ,Uw zo- mersch landhuisje. EEN 8PAANSCHE GESCHIEDENIS Een Spaansch geteerde, die zich over een riv'iter liet zetten, vroeg aan den veerman: Weet je iets af van de wereldgeschie denis? Neen! Nu, dan heb je de goede helft van je leven verloren. Weet je iets omtrent wis kunde? Ook niet! Welnu, dan heb je de drie vierden van Je lieven zoek gesmaakt. Pas had ons wijsgeertje die woorden uitgesproken, of die boot kwam met een boom in aanraking, kreeg een lek, en zonk. Kan je zwemmen)? vroeg de veerman. iNeen! riep de geleerde. Nu, dan heb je je ganache leven ve teren! Zijn raad. Smith: Ik zou willen trouwen. Wat raad je mij aan? Een mooi meisje of een ge voelig meisje? Smoth (die getrouwd ia): Geen van beidten. Smith: Waarom? Smoth: Mijn vrouw „was" mooi en ge voelig. Nu is ze geen van beidten meer. VOOR DE KINDEREN IN HET LAND VAN WAT OF NIETS. BABBELUURTJE OVER MODE. ren ingprimpeld en een 6 c.M. lager is een ba nd van smeek werk gemaakt. De steek jes zijn in deeelfde kleur als de gekleurde voile. Het schortje daarnaast kan zeer ge schikt van een lap afgepast borduursel gemaakt. Aan dien bovenkant zijn wat plooitjes gemaakt. Een klein snoepdg bosje roofjes stempelt de kleine al tot een toe komstige ooqoette. Hierna komt het boezelaartje van ge- c dzkz bloemd1 cretonne. Zocht gele fond met roee bloempjes en groene blaadjes en Eén der méést an-ontbeerlijke kleeding- steeltjes. Het modelletje is zeer simpel. 6tukken voor „robbedoes Bébé" is wel het Als garneering is aangebracht een jurk-schort. kraagje van effen zaoht geel crêpe Zoo graag als we het t kind gunnen en katoen, zoo fijn als we het vinden oan de kleine Nu volgt 'het schortje van wit etaimine peuter te zien rollebollenzou gauw met lila ruit en donkerder streepen. Het krijgen we niet bezoek of we willen dan is een totaal recht lapje, waarin een paar toch wel 't liefst benjamin's vuile jurk of openingen geknipt zijn voor de armpjes kruippak verdonkeremanenOf, we en wat aan het halsje ingerimpeid is. hebben juist voor de koffie of etenstafel 't Wordt boven de armpjes op de schou- geen tijd' meer om de jeugdige smeerpoets diertjes vastgestikt. nog een ander oostuuim aan te trekken.Het nu komend' schortje is van effen Of, door allerlei omstandigheden is de licht blauw linnen. De sèihelpen zijn ge- nieuwe garderobe van de jongste nog boord met jade-groen linnen. De boom- niet klaargekomen en moet hij (of zij) het pjes zijn donkergroene lapjes, ln de nog «ven „doen'' met de oude kleertjes.rondte vastgezet met de festonsteek, ter- In al deze gevallen komt het jurk-schort, wijl de roode besjes er met «en vlot als een redder in den nood, naar voren, steekje op geborduurd zijn evenals de Want immer* we doen over het smoeze- hekjes, waarachter de boompjes staan. In het Landl van Wat of Niets, h:er heel ver.vandaan woonde eens een) heel eigen aardige jongen, dte heette: „Hoe-heet-je- ook-weer". Die naam is al vreemd genteg, maar de jongen zelf was nog veel vreem der. Hoor maar! Hoe-toeet-je-ook-weer was heelemaal geen arme jongen, maar toch zaten zijn haren altijd even slordig, zijn schoenen waren modderig en zijn kleeren vuil, terwijl hij toch geld genoeg had om «en kam en bor stel en alles, wat hij noodlg had te koopen. lederen morgen kwam er een mijnheer met kammen en borstels aan het huis van „Hoe-heet-je-ook-weer1" bellen. Als „Hoe- heet-je-ook-weer" hem dan vroeg, wat hij wenischte, zeide de heer: „Kijk eens, jonge heer Hoe-heet-je-ook-weer, hier heb ik wat eèn prachtige kam voor U, en zoo'n handig model én een borstel met echt haar". „Hoe-heet-je-ook-weer" keek naar de aan geboden voorwerpen en vroeg dan: ,JZttn dat de beste kam en de beste borstel, die ooit gemaakt zijn?" „Nee, dat nu niet", antwoordde de heer dan verbaasd': „Maar ze zijin toch uitste kend!" „Weg ermee, vooruit die d!ngenl", riep Hoe-heet-je-ook-weer dan boos uit en sloeg de deur hard dicht. Na een poosje w«rd er dan weer gebeld en als Hoe-heet-je-ock-weer dan ging kij ken, stond er een man met doosjes schoen smeer voor dte deur. „Kijk eens jongenheer „Hoe-heet-je-ook- weer", zeide de man: „Hier is schoensmeer, waar uw schoenen van zuilten glimmen als spiegels. ,yO", antwoordde Hoe-heet-je-ook-weer: „Is dat de allerbeste schoensmeer, die er ooit in de wereld gemaakt is?" Dan lachte de man en zeide: „Ja, dat kan ik U niet zeggen, maar goed is de schoen smeer zeker". „Pak je weg", schreeuwde „Hoe-heet-je- ook-weer: „Ik wil niets hebben dan het al lerbeste". Een koopman met kleerborstels, die daar na kwam, werd eveneoo behandeld. Niets wilde Hoe-heet-je-ook-weer hebben, als bet niet het allerbeste was, dat in de wereld ooit gemaakt was. Gelukkig, dat de bakker, melkboer en groenteboer het niet soo nauw namen met de waarheid en Hoe-heet-je-ook- weer steeds verzekerden, dst hun brood, melk en groenten het beate was, wat er in de wereld bestond. Andera was ds jongen al heel gauw van honger gestorven. Maar nu werd Hoe-heet-je-ook-weer steeds slordiger en vuiler, zoodat hfl eerst op school zijn vriendjes verloor en dssrna weggestuurd werd, omdat meester zoo'n vuile jongen niet in school wilde hebben. Hoe-heet-je-ook-weer vond bet wel erg vervelend, maar hjj had zich nu eenmaal in 't hoofd gehaald, dat hij van alle* alechts het beate wilde hebben. En daaraan hield hjj koppig vast. Tenslotte was er geen mensch meer, die zich met Hoe-fceet-je-ook-weer wilde be- nne en.ende jor.gen stierf aan de „eigenaaxdigheidaziekte". Als later de menschen uK het Land van at of Niets nog eens over hem aprJten zeiden ze steeds: -Het is heel verstandig vanalies het beste te willen hebben, maar nog veel verstandiger is het het gcede te nemen, dat je krijgen kunt!" liige of oude jurkje zoo'n gezellig schortje en bébé ziet er weer als herboren en om te steden: uit. Alle mogelijke lapjes kunnen voor die leuke schortjes dienst doen, als de model letjes maar gezellig zijn. Nu en er is aan modelletjes geen gebrek. In afwachting op de vroolijke kinderschaar, maken de schortjes alvast een rondedans. Laten we ze eens op ons gemak gaan bekijken1. We beginnen bij de bovenste in het middenvak en gaan dan verder met de zon jmee (zooals de kinders zeggen). Welnu, het eerste schortje is gemaakt van geruit linnen b.v. roode en witte blokken. Mouwtjes en strook zijn door stikt imiet zwarte stiksels. Op borst en strook zijn een paar pittige puntzakjes aangebracht met een paar roode kwastjes eraan. Dan volgt een heel fijn schortje van wit katoenen voile met banden van rosé of of oranje voile afgewerkt. Het meest be werkelijke van dit modelletje is de sohou- derpas. Aan het halsje is het «enige kee- ^Caast het schort met hoornen bevindt zich het schort met geborduurde bloemen. Dit is gemaakt van wit katoenen voile. De bloemen en bladen zijn met de feston steek opgewerkt in de kleuren oeriae en groen. Ook de buitenranden zijn met oe- rise afgewerkt. Hebt u nog een klein lapje van een groot-gebloemde tolle, maak daar dan die gezellige tuinschort van voor de kleine tuinierster. Zij kan haar zaden of onkruid ontvangen van: dan bergen in die fijne groote zak op 'r H. a.: j a v schort. - - Voor uw kleine jongen, die graag met de damschijven rolt, maakt u dat en wit blokken-schort RAADSELS. OpIoeslDgen der vorige raadsels. Aardbei, IL Het zijn niet alle koks, die scherpe mes- sen dragen. Henk, kers, aak, ra, schoon, Eist, rem, zeker, ijs, poes, den, lied en nooit. j Nieuwe raadsels. Welk spreekwoord staat hier? n h IL X X X X X Op de staande en liggende kruis- jesiijnen komt de naam van een be- X klinker; op de 2e X rij een naam van X eendier;opde8e rij X een jongensnaam X op de 4e rü een ander woord voor klein kind; op de öc rij een der eerste en bekendste Neder- landsche zeevaardeis; op de 6e rij het gevraagde woord; op de 7e rij een ander woord voor gaat verder weg; op de 8e rf) lekkere dingen; op de 8e rij een plaats ui Zeeland; op de 10 rij een lichaams deel, op de lle rij een medeklinker. Ingez. door Andreas Wiersrna. Goede oplossingen van beide raadsels T P U D "7't" A': B- t®r Bi R- B"' T. B.; H. R; J. B.; M. ter B.; M. B.; A. v. A at» i A' A* en A. B.; B. B.; n J' A C-: c- A en M. A. D.; G. D.; D. en V. D.; A. E.; J. E.; D. G.- sprookjes J G.; A. G.; J. Q.; a. G.; P. 8.' E.' G. Terwijl zusje, die veel van houdJt, meer zal voelen voor *t "schortje N. v. 'd. G., M.'h *H "c de H *B ^n met t huisje erop van „Hans en Grietje", D. L; G. J.; a. K.- 'c. on B. K.- 'j. K.- hetwelk imams met een blauw steelsteekje P. K.; H. de L. W - L v d M A M op het roode schortje geborduurd: heeft. D. N.; a. en N N - J O a P J J P Tenslotte nog twee fijne sohortjes van C. b. P.; W. R.; P. v. 8.; W. en C. 8.; wit organdie, beiden snoeplg versierd met fijne steekjes en kleurtjes. Corry Breng. J. 8.; F. en J. H. v. 8.; K. 8.: A. en J. 8.; C. T.; 8. T.; G. T.; W. T.; W. V.; M. en Th. J. V.; R. V.; W. W.; E. W.; A. W.; 1 G- J. W.; P. r. d. WA. IJ. Aüb dte menschen in het Land van vVat of Niets elkander vroegen: „Waarom ziet „Hoe-heet-je-ook-weer" er toch altijd zoo u'lt?", dan was het antwoord: „Och ja, dat Is nu eenmaal zoo'n eigenaardigheid van hem". En zoo was het ook. 1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1927 | | pagina 8