VOOR DE KIESE*
VOOR DE VROUWEN.
Ben Zweed, die vond, dat zijn vrouw te
tfdel was, en veel te veel tijden aan haar
spiegel besteedde, wilde wel eens weten,
hoe vaak andere vrouwen haar spiegel
beeld gade sloegen, voor haar tollet, voor
haar kapsel, of eenvoudig voor het plea-
zier zichzelve te bekijken.
Honderden en honderden vrouwen van
verschillende leeftijden, van versdhillenr
de maatschappelijke standen, heeft hij on
dervraagd en ziehier tot welke resultaten
hij gekomen is.
Tot aan haar zesde jaar denkt een kin*
er nog niet vaak aan zich van een spiege
te bedienen. Van zes tot tien jaar daaren
tegen staat een meisje gemiddeld zeven
minuten per dag voor haar spiegel.
Van tien tot vijftien Jaar dient men
minstens een kwartier per dag te rekenen.
Van vijftien tot twintig Jaar bekijkt het
Jonge meisje ongeveer 22 minuten van
den dag zichzelf.
Van twintig tot dertig jaar besteedt een
vrouw minstens een half uur per dag aan
haar spiegelbeeld. Héél dikwijls nog meer
Boven de dertig blijft dat halve uur
steeds het gemiddelde minimum
Zoodat volgens deze statistiek een vrouw
van 70 ongeveer 6000 uur van haar leven
voor den spiegel heeft doorgebracht; 6000
uur, dat is ongeveer 8 maanden, dag en
nacht doorgerekend.
Het gemMdielde voor „de" vrouw in het
algemeen, is vélgens de berekeningen van
den Zweed: een kwartier per dag, maar
hij rekent dan den leeftijd van de geboor
te af.
Zijn berekeningen gelden alleen voor
Zweodsche vrouwen. En dl© leiden tot de
conclusie, dat Zweedsche vrouwen niet
bijster ooquet schenen te zijni.
huwelijksaanzoek, maar slechts op voor
waarde, dat ik een bepaald vetvormende
wortel zou eten, net zoolang tot mijn ge
wicht met dat der sohoone zwartjes over
eenkwam.
Het slanke ideaal, dat tegenwoordig in
de mode Is, valt slechts bij weinig man
nen In den smaak.
Zij, die dit mooi vinden aldus Lady i hiermee dikwijls samengaat.
Mills zijn of geblaseerde stedelingen,
jn statistieken eens in
iad! En de spiegeltjes
van "de handltaschjes had; meegerekend!.
Of bij ons.(HbL)
Als de Zweed
ParijS opgemaakt
Een fHrtcluh.
Een aantal Jonge Parislennes eigen
lijk een pleonasme want is een Parfiae-
naanster niet altijd Jeugdig? van goede fa
milie hebben een vëreenigirg opgericht
van „meisjes, die gelukkig willen zijn in
het huwelijk'*. Als een jongeman door een
harer als verloofd© is aanvaard, trachten
de andteren hem tot flirten te verleiden
en hij wordt alleen als „goed voor het hu
welijk" erkend als hfi aan die verleiding
weerstand biedt Het schijnt dat d© ergste
proef -1- wat men erg pleegt te noemen
dan een autotochtje met een der lief-
talligste en het meest tot flirten geneigde
leden der club is, daar de meeste candst-
daat-leden die proef niet hebben door
staan. Ze kunnen zich troosten met de ge
dachte, dat ze dit dan in elk geval gehad
hébben.
De stichters dezer club mag men er na
tuurlijk niet van verdenken, dat ze haar
organisatie alleen maar in het leven heb
ben geroepen om met ander-vrouw s fiancé
te flirten. Maar re hebben zeker niet aan
de mogelijkheid gedacht: lo. dat hrave
degelijke jongemannen, die nooit van hun
leven er aan gedacht hebben te flirten er
nu den smaak van beet krijgen en 2o. dat
er ook wel gevallen schijnen te zijn, dat
eerst n a het huwelijk de flirtrin WJ den
man ontwaakt.
Een automatische camera.
Ben revolutie op fotografisch gebied?
Een zekere Anatol Josepho, die drie
jaar geleden berooid uit Siberië in Ame
rika aankwam, ia <ïe vorige week plotse
ling een rijk man geworden door den
voordeeligen verkoop van een uitvinding,
n.1. de automatische camera. Een maand
geleden perfectionmeeonde hij zijn vinding
en stelde vijf camera's (photomaton ma
chine, noemt Josepho zijn vinding) op
Broadway te New York op, die een gewei
digen toeloop hadden. Wanneer men een
muntstuk in de machine werpt, maakt zij
automatisch acht fotografieën, gelijk of
verschillend1, al naar gelang degeen, die
zich doet fotografeeren, stil zit of zich
beweegt. Een syndicaat waarvan Henry
Morgenthau aan het hoofd staat, nu heeft
de vinding gekocht voor de soan van
2.400.000 gulden.
Mantels «onder mouwen.
Voor hen, die bet met een flinke somer-
sche warmte gauw benauwd hebben, en
het toch 'buitengewoon anplebsierig vim
den om zonder mantel op straat te zijn,
heeft Vrouwe Mode een prachtige uitvin
ding gedaan
Men weet wel, dat bfi groote warmte,
shantung, t&ftrijde en foulard een heer
lijke niets-wegende^— koele dracht is.
'tls dus een ldeln kunstje om voor de
warme dagen zoo'n luchtig jurkje klaar
te hebben hangen.Maar nu voor hen,
die niet in hun enkele japon wensohen
uit te gaan, wilde Ik dat nieuwste snufje
van Vrouw Mode erposeeren.
De teekeniog zal ons hierbij behulp
zaam rijn:
Wanneer we b.v. lust hebben in een
op de onderdooien. Maar niet, dat dsee In de meeste Afrikaansche landen, die
vogel hier ooit broedplaats aal zoeken, ik bezocht heb, worden de vrouwen geta-
Wanneer men een of twee dagen later op- teueerd en misvormd, om hierdoor rijke
nieuw het prachtkleed van dezen vogel zou mannen te krijgen. Eens deed een hoofd-
willen bewonderen, had men zich te bege- man aan de Tripolitaansche grens mijj>en
ven tot benoorden den poolcirkel, waar hij
nestgelegenheid zoekt, omdat hfi er het
levenslicht heeft aanschouwd.
Strandloopers zijn er nog vele, en se
maken hun snelle vliegbewegingen, zoo-
dat van een ganscbe vlucht op het eene
moment alle lichte onderdeel en naar den
toeschouwer gekeerd zijn, en op het an
dere oogenblik alle donkere bovendeden.
't Zijn voornamelijk gewone bonte strand
loopers, maar ook deze alle gaan Noorde
lijker broeden. Alleen de kleine bonte
strandlooper durft in enkele paren ons
eiland als broedplaats aan. Aan steenen
hoofden en op glooiingen kan men waar
nemen voorwerpen van de soorten paarse-
en k amoet-strandloopera, en de drietee-
nige zandlooper trippelt met verbazend
snelle pasjes op het strand langs de aan-
en afrollende golfjes, om er de medege
voerde kreukeltjes en slakjes weg te pik
ken.
Ook de rotganzen zijn nog niet heenge
gaan. Op de Waddenzee kan men nog
haar eentonig „rott-rot" hooren en hfi het
opvliegen van een groote schare is het
wiekgeruisch wel tot op een uur afstand*
te vernemen.
Wilde ganzen komen nog af en toe een
kijkje nemen op de groengronden, maar
ook zij zullen weldra wegtrekken naar de
groote meren in Zweden, om er te broe
den. Vroeger broedden nog al eenige pa
ren in Friesland, hoofdzakelijk bij Ber-
gum, en eenmaal werd een el op Texel ge
vonden. Thans moeten we deze vogels van
de lijst dter Nederlandache broed vogels
schrappen.
Wanneer we de duinen in gaan, kun
nen we er aantreffen verschillende een
densoorten. De wilde eend broedt reeds
lang ln verborgen hoekjes op wel 12 k 14
eieren. In de plassen riet men soms reeds
wijfjes met jongen, terwijl de mannetjes
zich vermaken met elkander, en gedurig
de waterdroppels als schitterende parels
over de vette vederen laten afrollen.
De wintertaling is heengegaan, om
straks in het najaar weder ln groot aan
tal in de eendenkooien terug te keeren;
maar aangekomen rijn de zomertalingen,
die ook reeds in April eieren hebben.
Deze eieren zijn veel kleiner dan die van
de wilde eend, glanzend geelwit, en in don
zen nesten hebben re een zacht bedje. De
slobeend, ook lepelbekeend genoemd,
broedt nog ln vrfl groot aantal op hét
eiland, en vooral de mannetjes met hun
fraai bond vederkleed trekken algemeen
de aandacht Maar de mooiste eenden zijn
toch de Bergeenden met haar witte, roest
kleurige en zware vederen. De woerden,
die te kennen zijn aan een snavelknobbel,
zitten op den uitkijk, wanneer de eenden
n konijnenholen de groote eieren, soms
tot een getal van veertien, uitbroeden.
Jammer, dat deze vogelsoort zoo sterk ver
mindert ln ons land, doordat men de eieren
met 80 cents per stuk betaalt en men ook
steeds veel geld biedt voor oude en jonge
bergeenden. Alleen op de Oostelijke Wad
den-eilanden komen deze vogels nog veel
vuldig voor.
En zoo zouden we voort kunnen gaan
met het opnoemen van nog meer dan hon
derd soorten, waarvan de meesten pas ln
ifel zullen broeden. Laat ons dan eens
een kijkje in natura gaan nemen, doch we
moeten dan niet bleven langs de drukke
wegen, maar op de eenzame plaatsen ln
polders en duinen rond gaan zien.
die het gevoel toot natuurlijk «jtopP
loren hebben, af modegekken, die
loos alles mooi vinden, wat op een oogen-
blik dernier cri ia De normale man
«whber hout het meest van «en eenigsans
forsohere vrouw, daar hij voelt, dat ril
minder nerveus is en een gelijkmatige
temperament heeft, dat rij het
normale type vertegenwoordigt. De aicn-
t.ers van alle tijden hebben steeds de dl
kere vrouwen berengen en ril hebben me
nigmaal ln verrukking over een kuiltJ
in de w ft Tig, de veriretPn, ui'
BABBELUURTJE OVER MODE.
van onze teekening toont een duidelijk
voorbeeld van deze opzet.
Men kan ook het gehorte tollet van de
zelfde taftztjde nemen. Dit kan dan gegar
neerd worden met wat stiksels of zeer fijn
gestikte plooitjes. De mauwen zouden
„verlicht" kunnen worden door fijne ba
tist of tullen volants zooiets ongeveer
vertoont ons het tweed© figuurtje.
Dan kunnen we ook nog wel iets maken
in twee tinten: De Japon iets donkerder
dan de manteL We gebruiken daarvoor
de dezen zomer zeer moderne linden -
bloesem-tint Daar deze tint voor zich zelf
al voldoende fleur heeft, brengen we niet
nog eens garneering aan. De japon wordt
zeer eenvoudig van de donkere tint ge
maakt en de mantel even eenvoudig van
de lichtere tint xoodat we de opvatting
HET VOGELRIJKE TEXEL.
Wanneer we eens al de vogelsoorten
wilden opnoemen, die zich hier thans op
houden, dan zouden we ongetwijfeld een
groot aantal verkrijgen, want vele soor
ten, die hier niet broeden, toeven nog en
de ongeveer 90 soorten broedvogels van
het eiland zijn grootendeels aanwezig.
In welde en moeras zijn de vele vogels
aanwezig, waarvan men nog zoo dikwijls
de eieren rooft, omdat het geoorloofd1 is,
de eieren van kieviten weg te nemen tot
aan den 'JOen April, terwijl dan de eieren
van andere vogels mede worden wegge
nomen. Pas ln Mei zullen we meer op ons
gemak die nesten kunnen bekijken.
In de kreupelboechjes zijn al weer vele
vogels aangekomen, doch alleen zanglijs
ters, merels en enkele andere maken er
in grasmaand hun nesten. Ook deze soor
ten laten we voor heden rusten.
Maar we zullen even rondzien aan de
kusten, waar men op droogvallende plaat
sen nog ziet rondtrippelen de aardige
steemloopers, thans in het mooie donkere
zomerkleed. Spoedig zullen ze heengaan,
want re broeden in Noordelijker oorden
vooral aan de Oostzeê.
Kan men des winters veelvuldig waar
nemen het eenvoudig pakje van den Goud
kievit, thans ziet men in de duinpiassen
slechts een enkel voorwerp in het prach
tige bruiloftskleed met glimmend zwart
HET SLANKE IDEAAL
Hoe denken de mannen er over?
Een slank figuurtje is voor de moderne
vrouw het hoogste goed, om der wille
waarvan re zich de grootste moeite ge
troost, om alles wat maar uit de verte ge
lijkt op de vollere lichaamsvormen, die in
vroeger tijden bewonderd werden, te ver
bannen.
En heel vaak vooral ln de Engeisoh
sprekende Landen slaagt zoo'n mode-
vrouwtje erin, haar jongensachtig uiter
lijk, nog versterkt door „bohbekopjes" en
taillelooze jurkjes, zoo sterk mogelijk te
mar keeren.
Maarhoe denken de mannen er
over? inden zij de moderne jongens
vrouwtje ook zoo aardig?
Lady Dorothy Mills, de bekende ontdek-
kingsreirigster, die tegelijkertijd een zeer
elegante vrouw is, gelooft van niet. Ieder
volk, zoo schrijft zij, heeft rijn eigen
smaak. In Spanje en Italië houdt men
meer van vollere vormen dan in de Noor
delijke landen. Ook de Fransohman inoet
van de overdreven slankheid der Engel-
sche miss niets hebben, en in Perzië heeft
een vrouw breed© heupen noodig om voor
aanzienlijk door te gaan.
aardig foulard-toiletje, laten we zeggen in
de kleuren wit met mosgroen of écru met
„bois-de rosé", dan kiezen we de kleur der
patronen voor effen foulard. Dit gebrui
ken we dan om de japon mee te garneeren
en bovendien maken we dan een losse
„omhang" ervan, zonder mouwen. Deze
mouwlooze mantel heeft alleen zeer wijde
armgaten en volstrekt geen sluiting, zoo
dat hij alleen maar luchtigjes om onze
schouders hangt. Een en ander maakt
een gekleed effect en is toch een zeer luch
tig zomertoilet.Het eerste figuurtje
krijgen van het derde modeL
Dan rest ons nog een geheel te maken
van shantung. Dit kan men doen door een
combinatie van kleuren zooals b.v. het
origineel was samengesteld: zalmkleurige
mantel op bleue japon, of lila mantel op
zacht-gele japon, of donkerbruin op goud
bruin of soortgelijk. Maar ook heel fijn ls
het geheel van naturel shantung te ma
ken. Men zou dan de randen van den man
tel met een afstekende kleur kunnen gar
neeren.
Uit ervaring.
Schuldenaar, (die rijn schuideischer op
straat ontmoet): „Kan ik u met een snuifje
dienen, mijnheer?"
Schuideischer: Eerst zullen wij eens
over uw rekening pratenlaatst bent u
ook doorgeloopeu toen ik nieste."
Op het ooilege.
Op de laatste waren de studenten
etn beetje rumoerig. De professor werd
eindelijk ongeduldig en riep uit: „Stilte
heeren als 't u belieft! Ik verzeker u, dat
mijn ooren tot aan de laatste bank rei
ken."
Uit de kazerne.
Onderofficier: „Een dapper soldaat moet
in het veld steeds daar te vinden te zijn,
waar de meeste kogels zijn, begrepen? Re
kruut Snor, waar moet je dus te vinden
zjjn?
Rekruut: Jn den ammunitiewagen."
Toen je mijn vader om mijn hand
vroeg, heb je hem toen gezegd, dat je
1000 op de bank hadt?
Ja.
En wat zei hö?
Hij vroeg re mij ter leen.
Vader: „Dat jongmensch komt me hier
te vaak naar mijn zin. Dat moet uit zijn."
Dochter: „Ik doe heusoh alles om zjjn
bezoeken te doen ophouden."
Vader: „Dat 's niet waar. Ik heb je nog
niet hooren zingen, als hij hier was.
Zij (tot hem, die op reis gaat): „Ik ben
bang, dat je mij heelemaal zal vergeten
als Je die bekoorlijke Fran$aise en don
ker-oogige Spaansche schoonen ziet."
H: „Maak. Je maar niet ongerust hoor.
Ik blijf Je trouw. Op schoonheid let ik
niet."
A.: „Sinds mijn val kan ik niets meer
onthouden. Wat ik vandaag doe ben ik
over drie of vier dagen totaal vergeten."
B.: „Zoo, ja, dat is heel erg. Ach toe,
leen me even honderd pop, ik zal ze aan
't eind van de volgende week teruggevenl"
Vergeetachtig.
Jonkheer: Ik heb een ongelukkig ge
brek; ik onthoud wel de namen van de
menschen maar nooit hun gezicht."
Baron: ,,'t Gaat mij bijna evenreo; ik
onthoud de jaartallen, maar vergeet wat
er gebeurd ie."
Jager-gezwete.
maar voor hij de zaal verliet, fluisterde hij
den baron in het oor: „Mijnheer, liegt, u
in t vervolg niet zoover uit elkaar, want
ik weet niet of ik het wel weer zoo bij
elkaar zal kunnen krijgen".
DUS KT.KINK HUILEBALK APRIL
Hos de ion hnnr hielp «m*
op de wereld verschijnen moest
JA wU niet naar de aarde gaan," sohrsk
d*TApril De wil niet, Ik wil niet!"
Vader Tfid keek ontstemd en iel:
bent een erg ondeugende kleine maand ca
ik heb grooten zin, Ja ln een hoek te zet-
bea Maar Maart kan ieder oogenblik te
rugkomen en dan moet JU plaats gaaa
Innemen!"
„O, nee," snikte April bedroefd. „La*
me dezen keer alstublieft overslaan, lier#
Vader Tfid. Laat me hfi d» ander» maan-
den bljjven."
Maar nu werd Vader Tfid toch wht
boos. „Ga nu ©nmdddellfik," bulderde hfi,
de wolkendeur openende.
April ging er luid schreiende door, fri*
toen Maart vroollfk kwam binneastulvea,
al roepende: „O, wat heb lk een plediler
gehad op de aarde! En wat heb lk een
grappen gemaakt!"
Ja," mopperde April bfi ziehself. JEfi
vindt het niet «tb naar de sarde te ouui.
Zfj houdt er wel van. Maar lk vind het
akelig, o, o, o!"
JZeg eens even," Je sslt de heele aarde
verdrinken, els je soo doorgaat," frida
Zon. „Wat scheelt er toch aan?"
„Ik heb geen zin, om naar de Atrte te
gaan, maar lk moet toch van Vader rjJdL
O, ik zal den herten tijd door huilen, lot-
dat lk terug mag komen!" antwoorden de
kleine huilebalk.
De zon hield nadenkend afin kin rag «c
zei toen: „Zoo, dat ls een prettig voorat*,
zicht voor de menschen. Zs houden h wie-
maai niet van regen."
„Dat kan me niets schelen. Ik kan toch
niet ophouden met hullen," schreide April
„Nee seg, kijk eens, wat een mooie zak
doek ik hler heb voor Je traantjes!" riep
de Zon eensklaps uit, terwfil afi een wat
ten wolkje plat streek.
Dat vond April sód grappig, dat se plot
seling luid lachte.
„Wat wordt het *n heerlijk weer. t Lfikt
ineens wel zomer," zelden de menschel op
de aarde en zetten de ramen open. De aoo
had Aprils traantjes gedroogd.
Maar na een kort poosje begonnen se
alweer te stroom en en de menschen do
ten de ramen weer even snel als rij m
geopend hadden.
..Wat een kleine baby," plaagde de mm
„Kijk eens naar me. April"
April keek even op en vond hst mxft
dwaas gericht, dat de zon trachtte ook t»
huilen, dat se plotseling wesz lach«a
moest.
Maar hoeveel moeite de sou sfeh ock
gaf, ze kon niet maken dat April's verdrM
heelemaal overging. Telkens na een vroo-
lfike bul, kreeg April weer heimwee si
begon re weer te hullen. Ja, als de dd
niet soo haar beat deed, de arme April
wet op te vroolfiken, souden *11* dmd-
schen op de aarde een ergon hekel an
haar hebben. Nu zfin ze bUJ met eiken
zomerpohen dag, met elke vroolfike >u.
van de kinderachtige maand. Ze hojeo
ieder jaar weer, dat de zon maar veel
dwaze Invallen zal hebben, om April te
laten lachen, zoodat de lente-fee niet tel
kens ln haar werk gestoord wordt door
sombere wintereche dagen. Dan zou April
een van de liefste maanden van het h*els
Jaar wasem
RAADHELü
Feuilletons
Eaaeheboouj
Uurwerken
Italiaan
u 1 e r e n
legen
m m e r
r a a n
1 m
a
n.
e° d"
NIeowe raadsels.
Sohrijf onder elkaar:
Ken bloem, die vele baloons versiert; een
Europeesch land; een andere naam vöor
indlasn; een plaatsje waar veel bloemen
gekweekt worden; een dikhuidig zoog
dier; een bewoner van een der Zuid
Europeesche landen; een plaatsje aan den
Atnstel; een nieiajeHnaam.
De beginletters der woorden, die alle
uit 8 letters moeten beataan
wederom het eerste woord.
Het geheel
Holland.
Het eerste deel Is een windstreek hei
tweede deel sen vlsoh; het derde dee
een verzamel ng hoornen en het vierd
deel een klinker.
Ingez. door Greta Kroonstulv»
Hoede oplossingen van beide raadi*
ontvangen van:
vormen
is een plaatsje in Noord-
T U i T, w u.t aj-~'»
i' 5- f A. B.; J. 8. en J. B.; 1/0.5
D n' v5 en M A. D.; G. A.
"S v-D-; A. E-H. F.; P. fl. G.;
u' U 2' G,; k. T. d. G^: H.5
B*011D- A. J. 4. a w.
Y' v 'w' ^-5 H. de L W.; L. v.l M.;
Jw Y,; J ™°-: P'; B K' PT' 5,;
JJ - ÊL; J. en F. r. 8.; J. en A. afl. T-;
T; T. V.; M. H. tf.; A. W.; L W
A- U. I sn IC
a
IJdelheid der IJdelheden.
Corry Brem.
Een baron had op zekeren dag eenige
vrienden ten zijnent genoodigd. Aan
stonds liep het gesprek over jachtavon
turen. „Ja zeide de baron met zekeren
trots: „eens schoot ik een hert door het
oor, en bij nader onderzoek bleek het, dat
de kogel de achterpoot was uitgegaan."
Natuurlijk werd dit door de vrienden
niet geloofd.
De knecht moest komen om het te be
vestigen: „Wel", zei George. „zeker hee
ren, zoo is 't..., maar het hert krabde zich
juist achter het oor, waardoor de kogel
het oor ingaande aan den anderen kant.
terwijl hij zich krabde, de poot raakte".
Na deze uitlegging waren de vrienden
voldaan en George kon vertrekken
jj Ingez. door Allerdun.