te betreuren beeft. Er komit nog bij, dat na
de aanneming van het Raadsbesluit we ver
kiezingen hebben gehad1, die tot uitslag had
den, dat de kiezers nagenoeg dezelfde men-
achem, die voor deze belastingverhoog! ng
stemden, wederom afvaardigde. Laten B. en
W. dat aan de regeering antwoorden; dat is
het eenige, wat moet worden gedaan.
Voor den heer Schoeffelenberger
geldt de vraag: kunnen wij de regeering op
dit schrijven een goed antwoord geven?
Inderdaad staan wij met de belastingen aan
de spits en tenBlotte doet het er niet toe of
wij directe of indirecte belastingen heffen,
betalen moet men toch. Thans wordt be
waarheid wat spr. bij de alg. beschouwingen
naar voren bracht, ui. dat de uitgaven ver-
miinderd' moeten worden en ddit ithfiiiB ook
de wensch der regeering.
Raad, zij heeft geen zin en is overbodig.
Thans heeft de heer Van Dam niet over de
salarissen gesproken!, maar hij heeft destijds
wel degelijk gezegd terug te willen komen
op de .thans aangevoerde punten.
De heer Borkert: Het schijnt ge
woonte te worden, dat men de stemmen
tweemaal, ja zelfs driemaal, weegt. We heb
ben dat gehad bij de plannen van de reor
ganisatie der reiniging, bij de begrooting, en
thans wordt weder eene poging gedaan. Nu
door de regeering, die beter deed de finan
cieels gelijkstelling te bespoedigen. De heer
Van Dam wil thans een motie met den stok
achter de deur van salarisverlaging. De heer
Van Dam doet dat diplomatiek en zachtjes,
maar de heer Eijlders heeft het uit de doe
ken gedaan en precies gezegd waar het op
staat. Dat is dan ook de bedoeling der motie.
r rtmia+KaiH 1 Het is hier de kwestie of de Raad rugge-
De heer Smits zal over de juistheid t hebben enl de regeering had
van de Uiteenzetting in het schreven aan beter ^daan döor tegen ons te zeggen: jelui
Ged. Staten niet praten. Inderdaad geeft ditheM h*t hard noodig> Spr. begrijpt niet, als
de uitspraak weer van den Raad en de min- het ]eit verioren is. dat men nog gaat na
derheid kan als mannen van karakter zich breeuwen. Dat doen wij ook niet; wij leg-
daar slechts bij neerleggen. Daarom l«ki ong b„ een beeluit neer. Maar bij elke
het spr. niet goed de motie te aanvaarden, 2e]egenbeid, die zich aanbiedt, nemen wij
m 14 n Tvi A/j A on Tl imiWOTll Itiflflll til 1 -r li
omdat wij daarmede den nieuwen Raad bij
voorbaat binden. Wij dienen voor het op
treden van den nieuwen Raad maatregelen
te treffen, waardoor de begrooting niet
wordt opgehouden. In Amsterdam heeft
men midden in het zittingjaar b.v. de sala-
rieeringen besproken. Thans is de tijdi ge
komen te herstellen wat te herstellen is,
den strijd weer op. Laten we thans voorstel
len van het nieuwe ooilege afwachten.
De heer V a n O s meent, dat er al veel
gewonnen is als door de aanvaarding dezer
motie de meerderheid die kunstjes zijn af
geleerd.
De heer Borkert: Wilt u die kunstjes
maar wij mogen dat niet op den nieuwen een8 opnoemen?
Raad leggen. heer V a n O s Ons is toegezegd een
De heer Grunwald' heeft met be- andere, betere weg. Het is evenwel niet ge-
vreemding de discussies over deze zaak ge
hoord. Spr. zou er niets tegen hebben als
we het volgend jaar een andere belasting
heffing invoerden. De Raad heeft aaartoe de
bevoegdheid. Ook heeft spr. geen bezwaar
om deze verhooging slechts voor een jaar
vast te leggen, maar hij meent, dat het beter
is dat niet te doen. Nu merkt die heer Van
Dam voorwaardelijk voor de begrooting t_
hebben gestemd. Maar de Raad wist, dat d?
begrooting sluitend moest worden gemaak.
schied, hoewel wij deze regeling aanvaard
hadden op die toezegging. En als door de
motie-Van Dam bereikt wordt, dat zoo iets
niet weer kan geschieden, is al veel gewon
nen. Onder die 17 voorstemmers waren er.
die zeer traag hun stem gaven en het vol
strekt niet met de begrooting eens waren.
Blijkbaar zijn de heeren bang voor de motie.
De Voorzitter meent, dat de heer
Van Os het schrijven van B. en W. aan
Ged. Staten niet goed gelezen heeft. Want
en teneinde tot overeenstemming te komen,jaarjn wopdlt aarzeling van den Raad
kwam er een tusschenvoorste^ dat log^ca Maar het is in m
*et.T'.S"ieiï;d C m9t dit «Wren meegegaan en <Mg
andere uitweg over. Spr. geeft den heer
Vaq. Dam in overweging zijn motie in te
trekken, daar zij geen zin heeft. De heer
Borkert meskte terecht op, dat wc te doen
hebben met een besluit van den Raad. De
heer Schoeffelenberger wil belastingverla
ging, maar als wij niet kunnen of willen in
krimpen, moeten we wel tot verhooging
overgaan. Spr. zou deze zaak liever aan den
nieuwen Raad willen overlaten.
Het Ooilege ziet den toestand zeer goed
la Ais deze motie wordt aangenomen, is er
kans, dat de regeering niet zoo spoedig de
zaak regelt, terwijl het toch wenschelijk ls.
dat er zoo spoedig mogelijk eene regeling
komt.
De Voorzitter: Uit de besprekin
gen, welke de gemeente-secretaris gevoerd
heeft met den secr.-generaal van Binnenl.
Zaken, blijkt, dat de regeering al overweegt
de regeling voor een jaar te doen zijn. Bo
vendien zou het weinig geven indieni wij
dit vastlegden, omdat wij dan weder in de
oude verordening vervallen met haar sterke
progressie. En het compromis is juist inge
steld om tevens verzachting der progressie
te verkrijgen. Wij hebben hier met een be
volking van uitsluitend werkende menschen
te doen, en' de hoogere inkomens hebben
toch al te veel geleden om ook nog een te
sterke progressie te kunnen dragen. Ais wij
op ons besluit terugkomen, brengen wij de
gem.rfinanciën in de war; de Ontvanger
wacht om de biljetten uit te geven, en onze
maandelijksche uitkeer!ngen staan stop, enz.
Ook spr. geeft den heer Van Dam in over
weging de motie in te trekken en het raads
besluit te handhaven. Andere maatregelen
moeten! worden voorbereid en daarvoor
komt de nieuwe Raad straks bijeen.
De heer Van Dam heeft veel respect
voor een raadsmeerderhedd Het is spr.
evenwel slechts te doen om een goede pri
cipdeele uitspraak. Nu zegt men anderen
moeten dat uitvoeren. Ja, xna&r op die ma
nier behoeven we niets meer te beslissen.
Hoe dikwijls komt zooiets niet voor. Boven
dien is de nieuwe Raad toch ook vrij in zij;i
handelingen. Gevaar voor terugvallen in de1
oude progressie bestaat niet, want iedereen
weet, dat dat niet kan. Over de salarissen,
heeft spr. niet gesproken, alleen over de
motig. Het bezwaar is voorts geopperd, dat
regeering die zaak zou stagneeren indien
er een motie komt. Maar dat gebeurt toch
thans ook al? Spr. ziet de gevaren zijner
motie geenszins in. Het College zegt, dat het
geen andere wegen ziet zonder de vitale be
langen der gemeente te treffen. Maar spT.
is van meening,, dat deze volstrekt niet wordt
aangetast.
Spr. handhaaft zijn motie; hjj wenscht
een uitspraak van den Raad, hoe deze de
dingen ziet. Wil1 men een anderen weg of
niet' dat is de zaak.
De heer E ij 1 d e r sGed. Staten staan
op het standpunt, dat van de 7 objecten,
door B. en W. genoemd, ook döor den Raad
wordt kennisgenomen. Dat geschiedt thans;
deze zeven punten hebben gedomineerd bij
de behandeling der begrooting. Maar onder
de 17 voorstemmers van de begrooting wa
ren er meerdere, die, zooals spr., van twee
kwaden de minst slechte kozen. En waar
Gedi. Staten thans uitspraak vragen, is die
vraag gebaseerd op het feit, dat de belasting
hier te hoog ls. De Raad kan er zich veilig
over uitspreken; de nieuwe raad blijft geheel
vrij. De motie bedoelt alleen, dat men zich
voor een jaar uitspreekt. Ais men het vol
gend jaar niet tot deze verhooging besluit,
behoeft men toch niet voor een tekort te
staan? Men kan dan immers den factor ver
hoogen. Door de motie spreekt de Raad uit,
dat hij niet anders kan, maar zich voor een
jaar aan deze regeling bindt. Op dien grond
zal spr. die motie steunen.
De heer Smits heeft njet gesproken
over 17 voorstemmers, alleen over een
meerderheid, aan wier besluit wij ons heb
ben te onderwerpen. De motie ls onschuldig,
zegt men, maar wat bedoelt zij dan? ZU ls
niet meer dan een breed gebaar van den
thans ln zijn geheel aan bij den Raad dat
eveneens te doen. De motie laat ons onver
schillig, want het staat van te voren vast,
dat de regeering deze regeling toch ook maar
voor een jaar zal goedkeuren. Heeft het
College in haar schrijven den toestand en
de genomen beslissing niet juist uiteen
gezet? Inderdaad zijn al deze dingen bij de
begrooting verworpen en we kunnen nu
toch niet anders meer handelen? Wanneer
men achter eed zaak staat, die beslist is, is
het niet goed daarbij een aarzelende hou-
men bereikt slechts
lastingen. Er is toen gezegd, dat we de
kwesties van andere heffingen, retributies,
en&, eens nader zouden bezien. Nu heeft ce
heer Van Dam het over zijn kalme wijze
van behandelen. Maar de heer Van Dam
weet zeer goed, dat er maar een klein, seiner
onzichtbaar donderwolkje noodig is voor een
bui, en dan zou hij toch de verwekker daar
van zijn. Want het gaat er niet om hoe iets
gezegd wordt, maar wat er gezegd wordt.
De begrooting is ingediend en naar aan
leiding van de belastingheffing, en boven
dien onder den druk van adressen aan de
regeering, heeft de regeering haar vraag
gesteld. Maar de regering geeft toe, dat het
niet de buitengewone uitgaven zijn, waar
door wij het tekort kregen, doch de met be
hoorlijke finantieele regeling met het RJJ'k-
En dan krijgt men wel een anderen kijk op
de zaak. Nu kan de Raad een van tweeen:
óf hü kan neven,belastingen, enz. opzetten,
óf voet bij stuk houden. Dit laatste lijkt
spr. het meest logische. En wat hebben we
dan aan een motie als dieze? Niemand onzer,
die de wenken der regeering niet au seneux
zal nemen. Een volgend jaar zal de regee
ring natuurlijk een andere Tegeling wen-
schen. Waarvoor dan een motie, die de po
sitie der gemeente verzwakt.
De heer Van Dam vraagt voor de
vierde maal het woord. De Voorzitter
maakt bezwaar, doch de heer Van Dam
protesteert ertegen, dat de heer Verstegen
steeds als hekkesiuitsr fungeert, zoodat men
op diens rede dan niet meer zou kunnen1
antwoorden.
Dientengevolge krijgt spr. voor de vierde
maal het woord.
De heer Van Dam heeft den nieuwen
Raad niet ter sprake gebracht. Spr. heeft
alleen willen vastleggen, dat we de genomen
besluiten voor dit jaaT dienen te handhaven.
De motie dirukt beter 's Raads bedoeling uit
dan de verordening zooals die thans luidt.
De motie is niet zonder kracht of ziel. Ook
Zijn wjj niet lichtvaardig geweest, zoodat
ons een brevet van onbekwaamheid1 zou toe
komen. Maar de kwestie was, dat we plot
seling voor het feit stonden, dat er zooveel
meer moest wezen dan wij dachten. We had
den toen al een tijd over de begrooting ge
sproken en moesten tot een besluit komen.
Spr. verdedigt nader de motie.
De heer Grunwald: Den heer Van
Dam is het te doen om een goede uitspraak
van den Raad. Zijn motie heeft dus volstrekt
niet zoo'n onschuldige bedoeling. Alle' 7 ge
noemde objecten zijn in den Raad behan
deld, doch konden geen meerderheid vinden.
agent noodig, ook voor surveillance op het
strand, voor den weg, enz. En een motorfiets
vervangt wel 10 agenten. De heer Van der
Veer zelf klaagt herhaaldelijk over de hon
den, die de bewoners van Koegras overlast
bezorgen. Als ik dat kwaad zal kunnen op
heffen, moet ik de beschikking hebben over
een man, met eeni motorfiets. Dan kan hjj
zelfs tot de Midden vliet rijden, waar nu
nimmer een agent komt. Gebeurt- er thans
iets, dan krijgen we telefonisch een bood
schap en er moet iemand heen. Maar om
aan de Middenvliet te komen, heen en terug,
kost thans l1/, uur; per motor misschien
een kwartier.
De flets is het geld ten volle waard.
Voor een oorps paotorrijders behoeft de
Raad niet bang te zijn. Toen we indertijd
de fietsen voor de agenten kregen, kon
den we het oorps behoorlijk indeelen.
Iedere stad heeft thans haar rijwielcorps.
Van den aanvang af, dat spr. hier als bur
gemeester optrad, heeft hij Julianadorp,
dat tot dien tijd toe misdeeld was, van
politiehulp voorzien, maar elk bal bijv.,
daar kost thans ll/i uur aan overwerk. Bo
vendien is dit eene proefneming om te
zien welk profijt wij van zoo'n motorfiets
hebben. De Raad zal verstandig doen het
voorstel te aocepteeren.
De heer Van der Veer wilgeens-
zins den burgemeester besnoeien in diens
uitgaven. Toen er destijds een voorstel
kwam om de politie met revolvers te be
wapenen, waren de s.d. ertegen. Wat nog
ten opzichte van den overlast der honden
geschiedt, doet grootendeels de rijks
politie. Wij hebben daaraan een groote
steun in Koegras. Hiermede wil spr. vol
strekt niet beweren, dat de gemeente
politie in haar taak te kort zou schieten.
Dat overwerk in Julianadorp begrijpt spr.
niet Begint dat dan als ze daar weggaan?
Spr. heeft zelf nimmer voor overwerk be
taling gehad. Spr. gaat op dit punt nog
door, betoogt o.a. dat de agenten deze flets
ook voor eigen gebruik zullen gebruiken.
De heer Borkert merkt op, dat de
heer van der Veer verzuimde te zeggen,
dat de s.d.a.p. voor de revolvers stemde
onder voorbehoud dat er een bescheiden
gebruik van zou worden gemaakt Wij
staan op het standpunt dat men de politie
niet mag onthouden hetgeen zij noodig
heeft De Voorzitter bracht de kwestie van
verkeerspolitie ter sprake; Ja, wij komen
straks ook voor dat vraagstuk te staan.
Onze gemeente heeft de laatste jaren meer
het cachet gekregen van een groote pro
vinciestad. Er wordt thans een bescheiden
Ingezonden Mededeellng.
ding aan te nemen;
wat als men zeker is van zijn houding. Deze I motie doen? We
heele zaak is reeds kant en klaar voor ver- overijld hebben geha
zending. Alles wacht op de beslissing van
den Raad. Hedenmorgen is getelefoneerd
met Ged. Staten en gezegd, dat wjj de be
Indien deze motie wordt aangenomen, kan poging gedaan de politie wat beter uit
dë regeering tegen ons zeggen: herzie uw
belastingstelsel Ook bevat de motie een
element van wantrouwen in het College, daar
fit dan de zaken niet goed bij Ged. Staten
zou voordragen. Wat moeten we met die
n er mee, dat we
ld; de heer Van
Dam kon weten, dat de Raad er niet op zal
Ingaan. Dat we den nieuwen Raad niet vast
leggen, ls waar, maar de heer Eijlders geeft
sllssing van den Raad per expresse toezen- al een verdere strekking aan de motie dan
den, dan komt zij morgenochtend in de ver
gadering van Ged. Staten.
Overigens kan spr. reeds thans mede-
deelen hoewel hieromtrent nog geen
voorstellen zijn dat we met een verme-
nigvuldigingscijfer van 0.86 ruim toekomen.
Spr. acht bet niet wensch slijk nog veel
pourparlera hierover te houden; de situa^e
in den Raad is in het schrijven uiteengezet,
maar nu dient de Raad ook achter het Ooi
lege te staan, indien men indruk wil maken.
De heer Van Dam meent, dat de Raad
niet besluiteloos staat als hij zegt de veror
dening tot Mei 1928 te handhaven. De toe
slag was bedoeld als een tijdelijke maat
regel en bij de uitwerking kwamen practi-
sohe bezwaren, zoodal^men tot deze regeling
is gekomen. Voor de verordening wordt nu
de goedkeuring gevraagd van de regeering,
maar de motie betreft de meening van die
minderheid van den' Raad.
(De hoeren Minnes en Geurts komen ter
vergadering).
v Spr. heeft de zaak opzettelijk kalm behac -
deld, teneinde lange debatten te voorkomeL.
Er is nu wel over gesproken, maar men
heeft de zaak niei overdacht. De pensioen-
heffing van 5 kon ln de Cie. van Georg.
Overleg in een maand! tot stand zijn geko
men; het is veel langer geworden evenwel.
Te goeder trouw heeft spr. voor de begroo
ting gestemd, in de verwachting, dat de be
sproken en toegezegde dingen ook inder
daad zouden worden behandeki. Nu de zaak
op verzoek van de regeering hier nogmaals
ter sprake komt, wenscht spr. de zaak zuiver
te stellen.
Spr. heeft alleen gezegd, dat wjj met min
der toe moeten, dat ls niet een kwestie van
kunnen, maar van willen; Van wegen en
nog eens wegen is spr. nooit voorstander
geweest; bij het 'besluit omtrent den bouw
van het nieuwe raadhuis heeft spr. zijn stem
gehandhaafd, ondanks den zigzagkoers van
den Raad1. De regeering heeft de plicht zich
met de gemeenten te bemoeien en wiji heb
ben niet het recht ons daar boos over te
maken. De regeering is onze chef.
De heer Borkert: Maar als onze chef
ons geen materiaal geeft om te werken,
worden wij' wel boos!
De heer Van Dam: Dat de vermenig
vuldigingsfactor 0.86 wordt, ls van secun
dair belang ten opzichte van het principe.
De heer Verstegen begrijpt niet
waarvoor deze motie wordt gesteld. De
nieuwe Raad staat weder geheel vrij, dus
dit is eigenlijk een motie zonder eenige be-
teekenls. En een motie moet toch eene be-
teekenis hebben. Wordt met de motie
bedoeld een terugkomen op 's Raads besluit,
dan ls dit evenzeer verwerpelijk, omdat de
Raad zich daarmede een brevet van onbe
kwaamheid uitreikt De Raad zegt dan: wij
deden iets, dat niet in den haak was en
waarvan wij de draagwijdte niet konden
overzien. En zooiets is van een Raad teveel
gevergd. Bovendien, de voorwaarden waar
onder het voorbehoud hij de stemming voor
de begrooting gemaakt werd, waren niet
die, welke hier thans genoemd' zijn. We wa
ren het eens, dat we alleen lnkomstenbelai-
de heer Van Dam zelf. Reeds daarom is zij
verwerpelijk.
De discussies worden gesloten en de
motie-Van Dam komt in stemming. Zij
wordt verworpen met 14 tegen 4 stemmen.
Vóór stemden de heeren Van eter Veer, Van
Os, Eijlders en Van Dam.
te rusten en wij zullen die poging onder
steunen.
De Voorziter is het met deae be
schouwingen geheel eens. Het betreft in
derdaad een uiterst bescheiden poging het
verkeer te moderniseeren.
De Voorzitter doet voorlezing van
het schrijven aan Ged. Staten. De overwe
gingen van den Raad berustten op goede
gronden, nochtans komen Ged. Staten met
dit schrijven en als de Raad thans mede
werkt, zal dit van Invloed zijn op vlotte
afwerking van het andere punt
Mevrouw vafn der Hulst is nog
niet overtuigd van de noodzaak om terug
te komen op het besluit. Wij hebben dat
met volle overtuiging genomen en daarom
zal spr. thans tegenstemmen.
De heer E y 1 d e r s merkt op, dat het
raadsbesluit genomen werd uit overwegin
gen van billijkheid! Het betreft een be-
drag van 41.000—, waarvan de bios
copen alleen ongeveer de helft opbrengen.
Spr. zou daarom willen voorstellen nu ook
de andere belastingen te verhoogen, dus
alle vermakelijkheidsbelasting te brengen
op 26
In de verordening staat, dat voorstellin
gen met een ideeël doel vrijstelling krij
gen van belasting. Maar ln andere plaat
sen geschiedt dat niet
De Voorzitter: Hier ook niet, ten
zij een zeker percentage van de opbrengst
worde afgedragen.
De heer Schoeffelenberger
waarschuwt voor aanvaarding van het
voorstel-Eylders. Werd dat aangenomen,
dan kregen we geen enkele goede voor
stelling meer, en onze Inkomsten zouden
erdoor verminderen. Als we de 4000.—
op de Inkomstenbelasting leggen, bezwa
ren we den proletariër weer dubbeL
De heer Bok heeft zich verwonderd,
dat de heer Eyldera met dit zijn voorstel
is gekomen. WU zijn daarmede op den
verkeerden weg. Met veel moeite en op
offering krijgen we hier nog eens een
enkele goede voorstelling en dat ls dan
afgeloopen. In andere gemeenten worden
tooneelvoorstelllngen gesubsidieerd en als
de gemeente welvarend was, zou daarvoor
iets te zeggen zijn. Na het schrijven van
motorrijwiel wordt aangenomen met 18
tegen 4 stemmen. Tegen de heeren van
der Veer, Schoeffelenberger, Eijlders en
Geurts.
Belastingen.
belasting op vermakelijkheden in te trek
ken (verlaging biosooopbelasting).
Onderwijs.
Voorstel tot het in gebruik geven vanj Hieromtrent is ingekomen een telegra
een lokaal van school 14 voor het geven! flwh adres van het Hoofdbestuur van den
intrekking medegaan.
De beer Smits constateert, dat thans
de rollen zijn omgedraaid; wie er destijds
tegen stemden, zouden er zich thans bij
willen neerleggen. Er is toen gezegd, dat
Voorstel om, naar aanleiding van een|door verlaging de films op beter peil zou-
"^rijwn van Gedeputeerde Staten het den koraerL ^ft dat betwijfeld, maar
raadsbesluit van 8 Mei j.ltot wijziginghem lj gieken, dat dit inderdaad het
-n de jerordening te^ het heffen jan i geval en natuurlijk komt dit het bios-
1 joopbezoek ten goede. Maar daar spr. een
hekel heeft om met zijn hoofd tegen den
muur te loop en, zal hij noodgedrongen met
dit voorstel medegaan. Indien tot niet-
een
van onderwijs in de Franscbe taal.
Held. Git. 26 Juni.
Aangenomen.
Politie.
Voorstel tot het aankoopen van
motorrijwiel voor de politie.
Held. Cri 26 Juni.
De heer Van der Veer heeft hierom
trent nog hetzelfde standpunt, dat hij vroe
ger innam, en zal tegenstemmen. De ge
meente komt met dezen aankoop voor de
jaarlijksche onkosten van wegenbelasting,
onderhoud, enz, en dat vordert een belang
rijke uitgave. We kunnen langzamerhand
wel een garage oprichten voor onze gemeen
telijke auto, enz. Bovendien kunnen we voor
dit bedrag wel 100 van die motorfietsen
koopen, en er zullen verschillende agenten
op moeten rijden, zoodat het ook al weer
nadeelig is. Bovendien moet de politie zich
toch ook houden aan <te maximum snelheid.
De heer Schoeffelenberger on
dersteunt het door den heer Van der Veer
gesprokene. Met een gewone fiets rijdt men
in 20 minuten de heele gemeente rond. Bo
vendien vindt spr. het politiecorps te groot;
er ls niets te doen en voor f 200.koopt
men een beste fiets.
De heer Geurts vraagt naar het bewijs
van de noodzakelijkheid dezer motorfiets.
Dan zal de Burgemeester wel aankomen met
voorbeelden van ongelukken, die konden
wonden voorkomen als de politie een motor
fiets had, e. d, maar spr. ziet de noodzake
lijkheid van déze motorfiets niet in. Er ko
men telken jare heel wat kosten bij van
reparatie e.d.
De Voorzltter merkt op, dat hij ten
opzichte van de politie steeds met zijn aan
vragen aan den zuinigen kant is geweest.
Zelfs de heer Schoeffelenberger heeft spr.
een paar jaar geleden toegevoegd: niet ver
der met bezuinigen! Daarom verbaast spr.
zich over den heer Van der Veer, die meent,
dat een motorfiets overbodig zou zijn. Spr.
heeft zich nooit laten drijven in een richting,
die voor de politie allerlei uitgaven mede
zou brengen, zooals het aanstellen van een
verkeersagent e.d. Maar hier betreft het
iets wat absoluut noodzakelijk is. Uitvoerig
zet spr. uiteen, dat van het oorps agenten
(81) er feitelijk maar 8 voor den dagelijk-
schen dienst beschikbaar zijn. Zoowat de
helft doet geregeld bureaudlenst en er ls
regelmatige rouleering in vrije dagen, ver
loven!, enz. Daar komen nog bij ziekten
Nederlandschen Bioscoopbond van den
volgenden inhoud:
Hoofdbestuur van Nederlandschen Bios
coopbond heeft met bevreemding kennis
gekregen van door B. en W. aangekondigd
voornemen om herziening tot verkrijging
van door den Raad kortgeleden genomen
besluit tot verlaging vermakelijkheids
belasting.
Hoofdbestuur kan zich niet voorstellen
dat motieven waardoor de Raad zich te
recht heeft laten leiden bij het nemen der
beslissing thans hun grond zouden hebben
goedkeuring wordt geadviseerd, zijn we
nog even ver
De heer Borkert meent, dst het
't best is ais we dat voorstel van B. en W.
aannemen en er bijvoegt hetgeen de
heer Smits beweert omtrent het verhoog
de bioscoopbezoek. Dit zou natuurlijk zeer
gemakkelijk uit de boeken kunnen worden
aangetoond.
De Voorzitter merkt op, dat ook
deze brief al kant en klaar is, geteekend
door den Burgemeester. Hij wordt heden
avond na afloop van den Raad per ex-
zekering geeft dat bioscoopbedrijf niet
meer in staat is vermakelijkheidsbelasting
van vijf-en-twintig procent op te brengen
veroorlooft zich dan ook Uwen Raad eer
biedig te verzoeken raadsbesluit inzake
verlaging der vermakelijkheidsbelasting
procent te handhaven.
De heer Bok merkt op, dat dit besluit
met groote meerderheid doOr den Raad 1b
aangenomen, en dat de Raad het thanB
dient te handhaven. Het bedrijf gedoogt
niet een belastingheffing van 26 en
daarom stelt spr. voor niet op het schrij
ven van Ged. Staten in te gaan.
De heer Borkert: De zaak ls, dat
Ged. Staten de goedkeurig weigeren. Spr.
staat aan de zijde van den heer Bok, maar
spr. weet niet of het mogelijk is, dat de
Raad er zich tegen kan verzetten. Wij
kunnen natuurlijk in beroep gaan bij de
kroon, maar die komt om advies weder bij
Ged. Staten, welke ongunstig adviseeren.
Het zou daarom overweging verdienen
andere middelen te baat te nemen om de
onrechtvaardige belastingheffing van 2L%
te niet te doen. Het betreft hier niet een
kwestie van ruggegraat toonen, maar er
is gevaar voor algeheele opdroging der
bron. Naar spr. is verzekerd zal een der
theaters verdwijnen indien de belasting
weder 26 wordt Ook is er reeds een
betere loonregeling voor het personeel tot
Btand gekomen, die natuurlijk weder te
niet wordt gedaan hiermede.
De heer Grunwald: Toen het voor
stel gedaan werd de belasting voor de
bioscooptheaters tot 26 te verhoogen,
heeft spr. zich daar tegen verklaard, we
gena de onbillijkheid daarvan. Op grond
daarvan heeft spr. thans ook voor verla
ging gestemd, omdat spr. de zekerheid
had, dat het blosooopbezoek erdoor ver
beterd zou worden, en de gemeente dus
geen mindere inkomsten zou hebben. Maar
enz., du» dat spr. een ontzettende politie- de mededeellng van Ged. Staten beteekent
macht op de been heeft, is niet waair. In inderdaad, dat wij last krijgen met de
andere plaatsen van gelijke grootte spr. Kroon; die de verordening niet wil goed-
noemt Breda is die macht veel grooter. keuren, en spr. acht het wenschelijk zoo
Met drukke dagen ls het verkeer op den spoedig mogelijk weder op die 20 terug
ting zouden heffen, zonder verdere bijbe- Huladuiner weg groot. Daarvoor is een te komen, sl kan dit oogenbllkkelijk niet.
Statenvergadering te worden behandeld.
Een of andere toevoeging zal niet veel
bewijzen; zoo kan het verhoogd bezoek
o.a. liggen aan den winterachtigen zomer,
dien we hebben. Uit dergelijke dingen
zyn meestal weinig conclusies te trekken.
En de Raad moet er rekening mee houden,
dat Ged. 8taten absoluut ongunstig advi
seeren.
De heer Boogaard betreurt het, dat
beide voorstellen tegelijk naar Ged. Staten
moeten. Als werkelijk een theater zou slui
ten. zou dat een groote strop voor de ge
meente worden, daar wij dan instede van
vermeerdering, vermindering van het be-
urug krijgen. Spr. begrijpt, dat het voor
den Raad een moeilijk parket is, maar
meent, dat we niet beide vooretellen tege
lijk naar Ged. St moeten zenden.
De Voorzitter: Ze houden met el
kaar verband. Alles is erop ingesteld, dat
morgenochtend dit bij Ged. Staten ligt.
Later kunnen wij alles rustig bezien en
aantoonen. dat de Raad goed deed.
Het voorstel tot intrekking van het
raadsbesluit wordt met 16 tegen 2 stem-
men aangenomen. Tegen mevrouw van der
Hulst en de heer Schoeffelenberger.
Begrooting.
VijOTgtel tot het vaststellen van de 6e
wijzigingHbegrooting, dienat 1826.
Held. Cri. 26 JunL
Aangenomen.
Begrooting.
-Vtot het doen van af- en over
schrijving op de begrooting dienst 1986.
Aangenomen.
Grondbedrijf.
oorstel tot het verhuren van weiland.
Held. Ort 26 JunL
Aangenomen.
Bon ton brug.
Vereoekvan 8. Koevoet, en P. J. Brou
wer om vrijstelling T*n betaling van lol-
Le?r" HS»* VZ e— JmSUTI.