KANNEWASSER DE MMIIE DWMS. NIEUWSBLAD VOOR HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA IS ALTIJD GOEDKOOPER •VBffJSBSï 5KLJK Eerste Blad. Nr. 6448 DINSDAQ 31 JANUARI 1928 66ste JAARGANG Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur-Uitgever: O. DB BOER Jr„ HELDER Bureau: Koningstraat 29 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. Dingdag 81 Jan6.12 uur. woensdag 1 Febr514 Ingezonden Mededeellng. PROVINCIALE GEZONDHEIDSZORG. door A. W. MIOHELS. In do jongste begrootingszltting der Provinciale Staten van Noordholland, in December 1927, is eene motie van den heer Ed. Polak overgenomen door Ged. Staten, in welke motie een onderzoek naar de or ganisatie der gezondheidszorg in Noord holland werd gevraagd en welke verbete ringen daarin, zoo noodig, ook van pro- vinciewege zijn aan te brengen. Het vraagstuk Is daarmee als vanzelf in het middelpunt der publieke belangstel ling geplaatst en de versohillende vruch- telooze debatten in de Noordhollandsohe Staten hebben daarmee eindelijk een slot gekregen, afgescheiden van de vraag, of dit slot nu tot eenig bevredigend resultaat zal lelden. De volksgezondheid is een terrein, dat in alle politieke partijen tot een van prac- tiache toepassing en uitvoering wordt ge acht en waarvoor groote belangstelling bestaat. Voor dit doel zijn alle partijen eeniger- mate royaal, men heeft er geld voor over. Het Rijk geeft circa 20 millioen uit voor de bevordering der volksgezondheid, in de gemeenten worden steeds grootere bedra gen beschikbaar gesteld, de provincies doen sinds eenlge jaren eveneens krach tig mee. Noordholland staat daarbij we) vooraan en het is dan ook niet te verwonderen, dat in de Staten dezer prov'noie sinds ja ren een streven merkbaar is, iets meer te doen, dan alleen gelden beschikbaar te stellen, hetzij aan de gemeenten, hetzij aan particuliere instellingen, die zich de zorg der volksgezondheid hebben aangetrok ken. Een zwak punt is» daarbij, dat de staatsrechtelijke positie van de provincie een krachtig, desnoods dwingend optre den in den weg staat, Het Rijk heeft door zijn geneeskundige wetten het oppertoe zicht, de gemeenten zijn bij de Gemeente wet met de zorg der openbare gezondheid belast, maar plaats voor de provinciale overheid daartusschen is er niet. Natuurlijk heeft de provincie de be voegdheid, om verordeningen te maken, die voor de geheele provinciale bevolking gelden; doch voor de naleving daarvan bezit zij de machtsmiddelen niet en daar door zou zij dus aangewezen zijn, de ge meenten als haar uitvoerende organen te gebruiken, die daartoe echter (behoudens dan door de Wet) niet gedwongen kun nen worden. De Wet .tot Instelling van districtsge zondheidsdiensten, door Minister Aalberse in 1920 bij de Kamer ingediend; doch uit zuinigheid opgehouden, is wel het beste bewijs, dat alleen wettelijke regeling de oplossing kan brengen. En in een der eer- ste artikelen van deze ontwerp-wet komt volledigheidshalve zelfs de bepaling voor, dat die gedachte gezondheidsdiensten geen andere bevoegdheid zullen bezitten dan in die wet zelf omschreven. Hoe machtig het Ooilege van Gedepu teerde Staten als toezichthoudend orgaan over de gemeenten en waterschappen ook is, deze lichamen dwingen tot uitgaven voor andere doeleinden, dan bij de Wet bepaald, kunnen zij niet. We gelooven trouwens, dat dit ook zeer goed is; doch we herinneren er slechts aan, om te bewijzen, dat rechtstreeks rege lend en leidend optreden van provincie- wege op dit punt tot de onmogelijkheden behoort. Niettemin doet Noord-Holland zeer veel. Op de provinciale begrootingen vinden we behalve vele kleine subsidies ten bate van allerlei zaken, de volksgezondheid betref fende, tezamen ongeveer 16.000.—, de volgende belangrijke posten. Subsidies aan de gemeenten voor verpleging van on- en minvermogende t.b.o.lijders f 100.000.— Subsidies aan vereenigingen voor uitzending v. zwakke kinderen n. koloniehulzen 180.000. Subsidie a.d. Noord-Holl. Ver. tot Bestrijding der t.b.c. 86.000.— Voor particuliere wijkverple ging 17.000. Voor zuigelingenbescherming 8.000.— Voor gem. wijkverpleging 6.000.— Voor de malaria-bestrijding 8.760 De provincie heeft door garantie van geldleeningen den bouw of de uitbreiding van sanatoria, llghallen en koloniehulzen mogelijk gemaakt, zoo ook van de Na zorg-kolonie „Zonnestraal", te Hilversum. Dit alles is nuttig en mooi en het geeft reeds vele bemoeiing aan Ged. Staten en vooral aan de leden, meer speoiaal met deze zaken belast, omdat de provincie zich uiteraard zeker toezicht en eenige mede zeggenschap voor haar geld voorbehoudt, maar direct optreden, rechtstreeks uit voeren, dat doet de provincie niet. De uitvoering ligt in handen öf van particuliere vereenigingen, zooals de reeds genoemde, öf van de gemeenten, die bij artikel 185 en 179 onder letter 1 der Gemeente-wet daartoe zijn aangewezen. Het Rijk oefent daarbij de voorname taak van het oppertoezicht uit door mid del van zijn Staatstoezicht op de Volks gezondheid, welk orgaan tevens contröle houdt op de besteding der Rijksgelden, voor dit doel toegestaan. De provincie heeft over de rijksinspecteurs eveneens de beschikking; doch moet zich, wat de con tröle op het verbruik der provinciale gel den aangaat, behelpen met het middel, om zich in de besturen der gesubsidieerde vereenigingen te doen vertegenwoordigen door een der leden van Ged. Staten. Overigens is zij niet de meest-belangheb- bende en kan zij naar onze meening best afgaan op de contröle, die èn het Rijk èn vooral de gemeentebesturen als vanzelf uitoefenen, welke laatsten doordat zij in de onmiddellijke nabijheid zitten, en er dikwijls ook financieel veel sterker bij be trokken zijn, die oontröle-maatregelen veel FEUILLETON. door H. BEACH—WEBB. M) „Blauwe ooigen zijn koud. En grijze oogen somber". Er schijnt heelemaal geen sprake in te zijn van bruine oogen; is het „Misschien is dit maar een gedeelte van wat er in het vers staat. Als u wilt, zal ik mij ervan trachten te vergewissen ^OuUdi'. ooïljk, „maar'ik geloof dat I1 hel aBe8n wel af kan; wat vind je hiervan. Lief-bruine oogen zijn t die ik aan- WMaar ze passen niet op mijn gevaL Ik houd van grijzo oogen - in blauwe overgaan en dan in die dansen en schitteren enbetrekkenen recht in je hart kijken' was een masker van beleef^^n7e fich llng, maar op zijn wangen vertoonde zich toch een kleurtje. „Aan welke oogen g «W» b^lnnorihgon boog zich dichter naar zijn bediende to en Mn ootrenblik rustte zijn hand op z«n een laten komen volgens je eigen keus. Krijg geen kleur, Ellison, je bent erger dan een meisje, ais je zoo gauw bloost. Ik hoop eerlijk, oude paai, dat je even veel pleizier zult hebben van het gebruiken van het instrument als ik voor mij ver wacht van de muziek, <Üe jij er op maakt". „Dank u, mijnheer, maar als u begreep wat u van mij verlangt, zoudt u het idee niet opperen dat ik voor u zou spelen". „Je bent een vreemd heerschap met je tegenstrijdigheden. Je bent bijna het hoekje om geweest dloor het leven van een vijand te redden. Maar toch kom je er kalm vooruit, dat je bang bent voor den man met wien je meer dan twee jaren vertrouwelijk hebt omjgegaan." „U legt onnoodige nadruk op belde dingen." „Vind je? Nu, om op het oorspronke lijke thema terug te komen: moet ik uit je woorden begrijpen, dat je weigert van mijn aanbod' gebruik te maken?" „Nee, mijnheer." Onverwachts barstte hij in een schaterlach uit. „Mag ik ook weten, wat zoo grappig is, ouwe paai?" „Het zotte van den toestand trof mij, dat is alles, mijnheer. Dat uw lijfknecht er aanspraak op zou mogen maken uw muzikale behoeften te bevredigen is, dit zult u toegeven, stellig uniek." De vroo- Ujkheid verdween van zijn gezicht en zijn oogen werden heel ernstig. „Ik twijfel eraan, of de eigenlijke moeilijkheden van mijn positie ooit tot u doorgedrongen zyn. U hebt meerals ik doorga, mijn heer, zult u mij van onbeschaamdheid1 be schuldigen." „Nee, werkelijk niet. Je hebt mijn volle permissie om door te gaan. Spreek dua beter kunnen toepassen. Als argument voor direct provinciaal op. treden, zoo dit ai mogelijk ware, kan dus het gebrek aan contróie op de provinciale gelden bezwaarlijk dienen, en dat de Sta ten in 1921 met groote meerderheid eene motie hebben verworpen, waarbij een ge neeskundig ambtenaar ter Prov. Griffie werd gevraagd, achten wij nog steeds een verstandige daad. Zulk een ambtenaar aanstellen, zonder dat men voorts heeft een provinciale dienst, die door dezen persoon zou moeten worden geleid, is geld. weggooien en dit klemt derhalve temeer, wanneer zulk een dienst zonder wettelijke bevoegdheid zou moeten werken. Men kan zich het best een voorstelling vormen, indien men een dienst als de Prov. Waterstaat beziet. Dit is een instrument in de handen van Gedeputeerde Staten. Aan het hoofd staat een directeur, het noodige personeel is hem toegevoegd en hot werk door dezen dienst uitgeoefend is vanzelf de kosten waard. Want deze dienst heeft een wette lijke grondslag. Bij de Grondwet, nader uitgewerkt in de Provinciale Wet en de Waterstaatswetten is aan Ged. Staten het toezicht op de Waterstaat opgedragen. Hier is een wettelijke plioht en daardoor vanzelf wettelijke bevoegdheid. Ged. Staten kunnen deswege dwingend op treden en de Prov. Waterstaat is het werktuig, waarvan dit College zioh be dient. Op het gebied der Volksgezondheid is echter aan de provincie geen enkele wet telijke bevoegdheid toegekend en een dienst met aan het hoofd een Geneesheer- Directeur zou dus niets kunnen uitrich ten. Is het met de Volksgezondheid nu hee lemaal in orde? Er zal wel niemand zijn, en zeker ondergeleekende niet, die dit zal willen beweren. Als st dus in de Staten van Noord-Holland sinds 1917, toen de heer Ed. Polak zijn motie indiende, om een onderzoek naar de ziekenverzorging ten plattelande in te stellen, steeds een zeker gevoel van onbevredigd verlangen uit de debatten blijkt, dan achten wij dit zeer verklaarbaar. We vinden het zelfs niet erg en ook zeei begrijpelijk, dat men, voelende, dat niet alles in orde is, de provincie wil inspan nen, om desnoods zonder wettelijke be voegdheid werkzaam te zijn. Gedeputeerde Staten moeten zich ech ter daarbij steeds rekenschap geven, dat het optreden der provincie, de werkzaam heid der wettelijk aangewezpn organen, nl. de gemeenten, niet mag doen verslappen, maar dat het integendeel die werkzaam heid prikkelt en aanvuurt. Daarbij moet, wat niet afgedwongen kan worden, vrijwillig door overreding worden verkregen. Dit alles gaat uiterst langzaam, omdat Ingezonden Mededeellng Wij Breien de Aller F||nste Wollen K Ijnste Wollen 1 vou8en aan. JAAP SNOR. op maar zeg niet te veel rake dingen opeens." „U hebt meer stemmingen op één dag, dan een ander er in zes zou hebben. U analyseert mijn blikken en mijn handelin gon, en maakt eiken wensch van mij pas klaar naar uw eigen behoeften; de eene minuut begroet u mij als vriend en de an dere vernedert u mij in het stof als uw bediende en eigendom; u daagt mij uit met bijtenden spot en maakt mij dan een compliment over mijn lijdzaamheid; u kwetst mijn trots vrijwel ten doode en dan vertelt u mij, wat een heer ik ben. En het wreedste is, dat ik u het recht heb afge staan om vergelding te oefenen en mij zelf te verdedigen. Mijn eed van gehoor zaamheid heeft u voorgoed de overhand over mij gegeven en mij aan de genade van uw stemmingen overgeleverd." Olaude hield een hand protesteerend omhoog. „Het is maar goed voor je, Ellison, dat ik beloofd heb datgene wat je zoudt zeg gen, niet als een onbeschaamdheid aan te merken, want je hebt je heel wat aange matigd „Maar u hebt het beloofd, mijnheer," bracht Roger haastig in het midden. „Gelukkig voor je; en daar je mi} nu eer hebt aangedaan, zoo ronduit je mee ning te zeggen, kun je ook wel naar de mijne luisteren. Ik benijd jou je baantje niet. Ik ben de baarlijke duivel en alles en nog meer dan jouw verschuldigde be leefdheid je weerhouden heeft erbij te voegen. Toch geloof ik" hij hield even op en voegde er langzaam bij, „dat wij tweeën elkaar nog zullen gaan begrijpen." „Als wij het allebei klaarspelen tachtig jaar te worden, zou ik misschien enkele de besturen der meeste kleine gemeenten het juiste inzicht nog missen in 't groote belang van een doelmatige overheidsbe moeiing ten bate der volksgezondheid, en er als regel niet veel offers voor willen brongen in den vorm van geld. Ziehier dus het conflict. De Staten, die 't niet hard genoeg gaat en de Gedepu teerden, wien geen middelen ter beschik king staan, om op te treden en vlugger re sultaten te verkrijgen. (Wordt vervolgd)- BUITENLAND. ENGELAND. MAARSCHALK HAIG. t Zijn loopbaan. Het overlijden wordt gemeld' van Don- glas Halg, den voormaligen opperbevel hebber van het Britsche expeditieleger in de tweed© faze van den wereLdoorloog. Voor zijn diensten aan zijn land1 bewezen, kreeg hij een regeeringsgeschenk, groot 100,000. Voorts werd hij als graaf Halg en baron Haig; van Bemersyde ln den adelstand verheven. Daar werd hem de „Order of Merit" verleend en uit vrij willige bijdiragen van zijn bewonderaars werd hem het huis te Bemershyde, waar zijn geslacht gedurende langen tijd had gewoond, voor hem aangekocht. Na den oorlog was Haig korten tijd opperbevelhebber van Groot-Brlttannie: toen die positie werd opgeheven, wilde hij geen andere aanvaarden, doch wijdde verder al zijn energie aan de steunverle ning aan oudgedienden. Lord Haig is 66 jaar geworden; waar schijnlijk is hij overleden aan hartverlam ming. De tijding van Halg's dood kwam totaal onverwacht en heeft ln Groot-Brittannlè veel indruk gemaakt. Zaterdag nog vervulde Haig een spreekbeurt te Richmond, waar hij een naar hem genoemde afdeeling padvinders toesprak. Halg was pas op lateren leeftijd ge huwd. De titel gaat over op een zoon var. negen jaar. Van alle kanten komen de meest vleien de getuigenissen over de groote hoedanig heden als militair en als mensch over lord Haig. Painlevé, Fooh, Joffre en in Enge land lord Oxford, Lloyd George en gene raal Hamilton en tal van anderen hebben met uitersten lof over hem gesproken. De voorzitter van het Britsche legioen van oud-strijders zeide, dat het verlies van den president van het legioen onher stelbaar ik Maarschalk Foch en de koning van Bel gië, beiden veldmaarschalk van het Brit sche leger, zijn met 7 Britsche veldmaar schalken gerechtigd om als slippendrager bij de begrafenis van Haig te fungeeren. EEN COMPLOT IN IERLAND. Bijtijds ontdekt Ongeregeldheden. Reuter meldt d.d. gisteren, dat de auto riteiten een complot van de republikeinen zijn op het spoor gekomen, om den kort geleden benoemden gouverneur-generaal, Ingezonden Mededeellng. Als ln deze gure dagen Vaseline Chesebrough Kamferijs James Mc Nelll, te vermoorden. Er zijn speciale voorzorgsmaatregelen door de politie genomen om voor de veiligheid van den gouverneur te waken. In Dublin zijn verleden week nieuwe gewelddaden gepleegd door aanhangers van de republikeinsche idee. Er is ge schoten op den hoofddirecteur van da gevangenis Mountjoy; de man werd- ge kwetst. Voorts werd mede te Dublin, een lersche politie-speurder aangevallen door twee gewapenden. De speurder schoot een hunner dood. Nader wordt gemeld: Gouverneur Mc Neill is onder sterke geleide naar Dublin vertrokken. De po litie verbiedt iedereen, die haar niet be« kend is, het spoorweg-compartiment van ien gouverneur te naderen. EEN UITLATING VAN LORD CUSHENDUN. Honderd Jaar vrede? Lord Cuzhendun, de opvolger van Lord Cecll in het kabinet, heeft in een rede te Belfast verklaard dat „de vrede van de wereld op oneindig stovlger grondslag ge vestigd is dan twee jaar geleden" en dat ,er op zijn minst nog een eeuw zou ver strijken, voor er eenig gevaar voor een dauwen oorlog zou bestaan." BELGIE. HET BEZOEK VAN HET AFGAAN- 8CHE KONINKLIJKE PAAR. Het staat thans officieel vast, dat de ko ning en koningin van Afganistan den 8en Februari ln de Belgische hoofdstad zullen aankomen. Zij zullen in het Noorder station worden ontvangen door koning Albert en kroonprins Leopold. Ingezonden Mededeellng. van uw vele stemmingen kunnen door gronden, mijnheer," hernam Roger aar zelend, „maar zeker kan iemand daar niet van zijn." De avondbladen maakten veel ophef van Martin's wonderbaarlijke ontkoming aan den dood, maar geen van deze scheen iets te weten van den redder behalve dat hij gekleed was in de donkergroene livrei van een chauffeur en dat men hem na het ongeluk had zien spreken met een van de passagiers uit den trein. Over deze kwestie bewaarde Martin een even diep stilzwijgen als over andere, want de dok ters hadden hem verteld, dat hij zijn rug zeer ernstig bezeerd had en toen hij dit vernomen had, was hij verslagen. Hij zette zijn lippen op elkaar met een harde geme lijke uitdrukking, terwijl hij vocht tegen het zware kruis, dat hij over zichzelf had gebracht. Dit kruis en zijn kwellend ge weten waren bijna meer dan zijn forsche schouders konden dragen. Claude las de berichten over het onge luk, glimlachte grimmig bij de vermelding van de donkergroene livrei en schelde toen om Roger „Ga zitten en lees dit eens, Ellison," be val hij. „Als straf voor je brutaliteit, waar mee je vandaag tegen mij opgetreden bent, heb ik lust je aan de bevoegde auto riteiten over te leveren de kerels die medailles voor dappere daden verleenen, zie je. Ouwe jongen, ik ben er trotsch op, dat jij je zoo kranig gedragen hebt." Terwijl Roger achteloos een blik op het bericht wierp, werd iets dat hem een raad sel was geweest, hem plotseling duidelijk, en toen zijn oogen Barton aankeken, blonk er een licht van Innige waardee- Gebrek aan eetlust ring in. „Mijnheer, toen u ontdekte dat mijn livrei sjofel was geworden, had u zeker voorzien dat er kans op was, dat die zou dienen als middel om mij met het onge luk van Martin in verband te brengen?" Er zijn onwaarschijnlijker dingen ge beurd dan dit, Roger." „Ik hoopte aan publiciteit te ontkomen, maar ik had niet op zoo'n edelmoedige hulp van uw kant durven rekenen. Hoor eens, mijnheer, ik wil u voorstellen en ik meen het werkelijk dat u mij toe staat van livrei te veranderen en haar niet heelemaal uit te laten. Na vandaag.ben ik zelfs bereid het clownspakje aan te trek ken, zoodra u maar een woord zegt." „Dank je hoor, je zoudt je bedreiging ten uitvoer kunnen brengen en mij zonder hulp laten zitten. Ik geloof dat het circus van Dooly op het oogenblik in Londen is." „Ik zal 'm niet smeren, mijnheer." Hij wierp de kranten opzij. Daarna herinner de hij zich zijn positie, raapte ze op en vouwde ze netjes in elkaar. „Het ergste van die zeurpieten is dat zij een sensatie moeten hebben, zelfs als ze die met kunst en vliegwerk moeten scheppen. Blijkbaar hebben zij niet veel stof." „Dat zullen we aannemen, als je dat graag hebt, Roger. Is dat niet het klopje van Jlm?" Lane kwam met een stralend gezicht binnen. „Zoo, dat doet me pleizier, je hier weer te zien. Hoe vind je dat vriend Roger er- uit ziet na zijn vacantle?" (Wordt vervolgd). heldersche courant ABONNEMENT PEK 3 MAANDEN BIJ VOORUITBETALING: SK7ïl2W«fy0i tT'P P' Onland f2.-, Ned. 0. en W. resp fOwTfo™f'nV overige landen f 8.20. Zondagsblad resp. I ü.50, f 0.70, f 0.70, f 1.Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.85 ae niummere der Courant 4 et.; fr. p. p. 6 ct ADVERTENTIEN: 20 ct. p. regel (galjard) Ingez. ineded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbel tarief. Kleine ad-vert. (gevraagd, te koop, te huur)v. 1 t/m 8 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres: Bureau v. d. blad en met br. onder nu. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct. Lloht op voor Auto's en Fietsen i zeer netjes voor U de kindaren thuis komen met 'n ruw gezicht en gesprongen handen, wrijf dan die pijnlijke plekken in met Het verzacht en geneest dadelijk. Bij Apoth. eo Drog. in dooien of tubon verkrijgbaar. slechte spijsvertering, schele hoofdpijn, prikkelbaarheid, ver stopping. maagpijn en hartwater. genezen spoedig na gebruik van Foster's Maag- pillen. het tonische laxeermiddel. Foatefa Maagplllen Alom verkrijgbaar f 0.65 per Bacon.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 1