B VOOR DE KINDEREN
3j
KLEINIGHEDEN.
f
DB NATUUR BEDT ZICH ZELVE.
Geen beslommeringen!!
Zaagt ge ooit van uw mot zorg ge
kweekte kamerplant bruin geworden
bladeren wederom groenen? Neen, boe-
zeer ge bet mocht betreuren, ge wist dat
de aangetasten, zoo al niet dadelijk, dan
toch langzaam zouden wegkwijnen en
et erven. Maar ge wist ook dat de natuur
zich zelve zou redden; want onder aan uw
plant werd1 ge kleine, jonge uitspruitsels
gewaar. Frisch en gaaf als ze waren, was
het u een lust aan te zien; en terwijl
gij die oude bladeren aan hun lot overliet,
wachtende dat de tijd ze tot de dooden
zou vergaren was het u een vreugde den
onluikenden wasdom gade te slaan; uw
verwachting hechtte zich aan het jonge
leven, dat immers het oude vervangen
zou.Ziedaar het zuivere beeld van een
opvattóng, waarbij we ons zoo wèl zouden
bevinden, indien we ze tot onze opvatting
zouden maken in dezen tijd zoo aambei
en neerdrukkend. Er zijn zoovele toestan
den om ons heen die van bederf en ver
val getuigen, wanverhoudingen hebben
zich vastgeworteld', kanker heeft het
friasche, bloeiende leven gestuit. Laat ons
toch niet blijven vasthouden aan he\
denkbeeld, dat we datzelfde zullen zien
verbeteren; het aangetaste heeft daartoe
geen levenskracht meer, maar moet een
langzamen dood sterven. Wat helpt bet)
ons daarop blindi te staren en onze erger
nis voortdurend nieuw voedsel te geven?
Daar zijn nieuwe toestanden, die bezig
zijn zich te vormen, en het is wonderlijk
wanneer we eenmaal gaan letten op
wat zich voor de toekomst ontwikkelt en
voorbereidt, dan zien we hoe de natuur
zioh zelve helpt, dan nemen we waar hoe
sterk haar levensstroom is en hoe onver
nietigbaar haar kracht,
We hooren de klagers klagen, maar
gaven onderwijl onze oogen den kost. Da
gelijks hooren we de verzuchting slaken:
het oprichten van 'een huishouding is
schier een onmogelijkheid geworden. Wo
ningnood, dienstbodenschaarste, duurte
van levensmiddelen, fabelachtige prijzen
van meubelen dat alles staat heden ten
dage het huwelijk in den weg. En, terwijl
we geheel onder den indruk zijn, zie,
daar snellen ze voorbij, de jeugdige paar
tjes, te voet of per rijwiel, bij tien- of
bij twintigtallen, volstrekt niet ontmoedigd
of bezwaard, volkomen bereid om te za-
men dat onmogelijke huwelijk te sluiten
en die dreigende toekomst in te gaan. Ze
zullen er wel iets op vinden; wat, dat is
hun nog niet duidelijk. Maar ze willen
met elkaar het leven in warm klopt
het hart, aterk bruist het jonge bloed
meent ge soms dat bezwaren hen zullen
weerhouden?
t t t
Overlading bij het onderwijs! Wat
wordt er over geschreven, gedacht, en ge
streden! Hoe worden ze beklaagd, de
arme zwaar belasten, wier afgematte her
senen telkens en telkens meer moeten
opnemen van onverwerkbare stof! Waar
moet het heen? Waarheen? Ach, de
jeugd vindt wel een uitweg. Naar het
wielrijden, naar het zwemmen, naar ten
nis en voetbal, naar wedstrijden, zoowaar
naar Olympische Spelen! Heeft men ooit
de sport zoo'n rol zien spelen, zoo'n
vlucht zien nemen als juist in dezen over
laden tijd?
De wereld is godsdienstloos.Hoofd
schuddend en afkeurend wordt het oog
gevestigd op de velen, die de gewoonte
ter kerke te gaan hebben afgeleerd.
Maar zijt ge des Zondags vroegtijdig
op 't pad, dan ziet ge, lang vóór dat de
kerkdeuren zich ontsluiten vele heilbe-
geerigen wachten. En bulten het kerke
lijk leven om, hoe doet de godsdienstige
behoefte zich gelden en getuigt zij van
haar leven door tal van geestes-stroo-
mingen, die, ofschoon langs nieuwe
banen, toch alle lelden naar omhoog,
omdat er in de ziel een herinnering Is en
een verlangen, die belde niet sterven
kunnen.
Vrouwen wijden zich aan maatschappe
lijke belangen, verlaten haar woning,
wijden het beste deel van haar krachten
aan wetenschap en kunst. En haar kinde
ren laten ze over aan vreemden? Ach,
geen nood. Maak u er niet al te bezorgd
over! Zaagt ge ooit zooveel jonge moe
ders, die zelve haar kinderwagentjes rjjr
den? Zie, ginds in' de laan! Die blonde,
met haar zachten blik, heeft in de rij der
meisjestudenten gezeten; die andere, met
haar donker zielvol oog, heeft menige
vrouwenbijeenkomst geleid en de gave
des woords was haar niet ontzegd.
Maar beiden hebben ze haar tijdelijk
streven ten offer gebracht, omdat in haar
ontwaakte een drang sterker dan alle an
deren; omdat diep verlangen haar be
wust maakte van een roeping die, zoolang
de vrouw bestaat, haar hoogste, haar hei-
00 b®Mt d® natuur het red
middel; zoo voert zij steeds naar het ware,
het zich onsterfelijk vernieuwende
terug!
B.
stroomzwenkingen, overeenkomende met krokodillenhuld gegarneerd, doen praqh-
een reeks van muzikale tonen, worden tig dienst voor de eerste warme dagen,
te dien einde in een wisselstroom omge- Verder kunnen we den geheelen zomer
zet en weergegeven. Een hooge toon door van deze kleedingstukken genieten,
geeft een snel wisselende stroom en een;daar er in dat jaargetijde genoeg dagen
lage toon een minder snel wisselende, komen die niet geschikt zijn voor de dun-
De verhoudingen der enkele phasen van
de stroomperioden komen overeen met de
verhoudingen der intervallen van den
toonladder. Tot het tot stand brengen van
dezen muzik alten stroom gebruikte hij een
phonograaf, waaraan een microphoon is
aangebracht. Op de cylinder der phono
graaf wordt een toonladder geteekend en
daarna het apparaat in werking gesteld;
het microphoon levert dan de wissel
stroom als men inplaats van een toon
ladder een muziekstuk kiest, dan veroor
zaakt de wisselstroom, als men hem door
het menschelijk lichaam laat gaan, den
indruk van het stuk. Deze uitvinding zou
voor doofstommen van bijzondere waaide
zijn; op deze manier zouden zij toeganke
lijk kunnen worden gemaakt voor muzi
kale indrukken.
Een monument voor twee mannen.
Weinige monumenten hebben een zoo
zeldzame gesohiedenis als dat van den
beroemden Engelschen admiraal Holmes.
Dit standbeeld was namelijk geenszins
bestemd voor den dapperen admiraal op
gericht te worden, maar moest een stand
beeld voor Lodewijk de XIV, „den Zonne
koning" van Frankrijk worden. De En'
gelsche vloot kaapte echter het schip
waarop zich het monument van den vij
andelijken koning bevond en de over
winnende admiraal beval, het standbeeld
te onthoofden en liet er daarna een af
beelding van zijn eigen hoofd opzetten.
Egyptisch brood.
De Egyptische bakker tracht uit zoo
weinig mogelijk meel een zoo groot moge
lijk brood te bakken. Zijn brood is dan
ook weinig anders dan een groot gat,
waaromheen zich een korst bevindt. He
deeg wordt gerold als koekendeeg en de
einden worden samengevoegd, waarna de
overhitte het geheel opblaast tot een bal-
lonvorm.
De Pelikaan.
Algemeen wordt geloofd dat de peli
kaan wanneer hij jongen heeft, zich de
borat openmaakt en de kleinen met zijn
bloed voedert.
Niets ls minder waar.
De pelikaan is een zeer vraatzuchtige
vogel Hij is een uitstekende duiker en
vangt veel groote en kleine visschen, die
hij zeer gulzig inslikt. Voor de jongen is
hij goedaardig. Onderaan den snavei
heeft hij een krop, waarin vele visschen
geborgen kunnen worden; is deze krop
vol, dan gaat hij onmiddellijk naar het
nest en weet door den krop met krach';
tegen de borst te duwen, de visschen
weer te voorschijn te brengen. Aangezien
natuurlijk het bloed der visschen den
borst en snavel van den vogel kleurt,
heeft men de verkeerde gevolgtrekking
gemaakt, dat hij de jongen met zijn eigen
bloed voedert.
Jagerlatijn.
Tien duizend millloen bommen en gra
naten! Net leg Ik op een haas aan, toen
aan de andere zijde nog een haas door
mijn hond opgejaagd wordt: fluks mik ik
met het rechteroog op den eenen en met
het linkeroog op den anderen haas, brand
los, mis ze alle twee en nu heb ik me
de beide oogen verrekt!
Snelle rechtspleging.
In Texas werden een boer twee paar
den ontstolen. De dief was bekend, maar
't was ondoenlijk hem te achterhalen.
Dadelijk werd nu naar de omliggende
plaatsen geseind met verzoek om dief en
paarden bij eventueele aankomst in be-
ag te nemen.
Eenige uren later kwam het volgende
lakonleke bericht: „Paarden hier, dief
opgehangen".
MUZIEK EN ELEOTBICITEIT.
Een Amerikaansche uitvinder heeft
met veel succes getracht, muziek zonder
bemiddeling van een muziekinstrument
maar direct door een electrischen stroom
voort te brengen. Omgekeerd zou het nu
aan een Fransche geleerde gelukt zjjn
muziek in electrieltelt om te zetten. De
ne zijden, tule of voile toiletjes.
BABBELUURTJE OVER MODE.
Chique modellen voor de wandeling,
Met een grooten Vos-bont óf met een
kiemen Marter gewapend, kunnen we^J
een aardig voorjaarstoiletje nu rustig de
schoone warme zomersche dagen van
Maart „trotseeren".
Maar
mantel
Allerliefst en gekleed zijn die model
letjes waar een bolèro-vorm op de een of
andere wijze in verwerkt is. Een aardig
voorbeeld hiervoor is de le teekening.
Als materiaal werd een fijne donker
blauwe traver-stof gebruikt. De bolèro-
vorm is op aardige wijze gegarneerd met
wieltjes van soutache, en langs de randen
geboord met lichtgrijze crêpe de chine.
Van deze zelfde crêpe de chine is ook de
onderblouse.... Het rokje heeft een heel
prettige en aardige vorm: De achterbaan
is geheel glad, maar het voorbaantje is in
wijde klokvorm gesneden, wat voor 't loo-
pen zeer aangenaam is. Typisch is ook de
wijze van opzetten aan het lijfje, 't Is in
één woord een alleraardigst wandeltoi-
letje.
Het tweede model is wat meer „gepo
seerd" dan het eerste kleedje. Evenwel ls
het van donkerblauwe of -bruine zware
zijde gemaakt jeugdig en elegant, zoo
dra het met slangenhuid ls opgewerkt
Het spreekt vanzelf dat men bij een der
gelijke mantel geen aparte bont of bontje
kan dragen. Aardiger is het om, zooals
ook op de teekening staat, een warmge-
tinte roos op een der revers te dragen.
Voor een oudere dame ls dit model heel
mooi van zwarte zijde of van fijne zwarte
stof.
Oom (tot zijn nichtje): En kindje, heb
je den stap nu wel goed overwogen? Be
denk het wel, trouwen is een ernstige
zaak.
Nichtje: Zeker oompje! Maar.... zit
ten blijven vind ik toch veel ernstiger.
Rechter: Kunt u me ook zeggen of
de beklaagde veel dronk als hij alleen
was?
Getuige: Dat kan ik u werkelijk niet
zeggen; ik ben nooit bij hem geweest als
hij alleen was.
Het oog van de Maatschappij.
Een inlandsch werkman kreeg, toen hij
aan de machine stond, kokende olie in een
van zijn oogen. De dokter kwam er aan
te pas, en na korten tijd was de wond ge
nezen. Maar het oog was de inlander kwijt,
Dies schreef de dokter aan den chef der
maatschappij: „Is 't met uw goedvinden,
dat ik voor den man een glazen oog be
stel?" Het antwoord kwam prompt op tijd:
„Accoord. Maar in geval van staking of
ontslag moet het oog aan de maatschappij
worden teruggegeven."
DE TUINMAN EN DE KABOUTERS.
Er was eens een tuinman, die een groo
ten tuin bezat, met vruchtbaren grond,
waarin hij fijne groenten en vruchten
en bloemen kweekte. Maar hoe groot de
tuin ook was en hoe vruchtbaar de aarde
ook was, de tuin leverde nooit genoeg op,
zoodat de tuinman altijd even arm bleef.
Hij begreep er niets van: hij was toch
dag in dag uit In den tuin bezig, soms
zelfs Zondags en altijd weer bleven er
rik*
ezl
blo men staan verwelken, omdat du tuin
man geen tijd had, ze af te snijden, of
vruchten verrotten aan heesters of hoo
rnen omdat hij geen tijd kon vinden, om
ze te plukken. Vrienden hadden hem al
eens den raad gegeven, er een knecht bij
te nemen, maar dan bromde hij: „Ja,
makkelijk praten. Werk genoeg voor
twee, maar geen geld genoeg voor één."
Op een mooien avond in de lente zat de
tuinman op de bank achter zijn huls. IHJ
keek naar zijn tuin en zei met een diepen
zucht: „Nu moet ik morgen dat bed om
spitten, in dat bed zaaien, daar dunnen
en de spinazie snijden. Dat kón toch niet
op één dag. Maar overmorgen 1» er weer
genoeg ander werk. Ik weet me g.en
raad. Als dat zoo door gaat, moet ik eer
het herfst is mijn tuin verkoopen, om
mijn schulden te kunnen betalen. En wat
dan?"
„Ja, wat dan?" klonk opeens «en fijn
stemmetje. „Uit bedelen gaan zeker. De
flinke knappe tuinman een bedelaar!
Hi, hi!"
„Wie lacht me daar uit in mijn onge
luk?" vroeg de man, boos rondkijkend.
Eest zag hij niemand, maar plotseling
ontdekte hij naast zich op de bank een
klein kereltje, een kaboutertje, dat hem
met spottende oogjes aankeek.
De man stond op en liep zijn geheelen
tuin rond, overal nauwkeurig kijkend
hoever hij met werken gekomen wag en
wat er bet eerst gedaan moest worden.
Het schuurtje met gereedschappen liet hij
openstaan, al dacht hij wel, dat de ka
bouters niet met die groote spaden, har
ken, messen en andere dingen zouden
kunnen werken. Dien avond ging hij
vroeg te bed om den volgenden ochtend
goed uitgerust te zijn voor de hem op
gelegde taak.
Je begrijpt, dat hij den volgenden och
tend dadelijk zijn bed uitsprong, toen de
eerste zonnestralen hem wekten. Gewoon
lijk bleef hij, nog wat liggen, om goed
wakker te worden. Maar de gedachte aan
den kabouter maakte hem nu wel ineens
goed wakker en welk werk er gedaan
moest worden, dat zou hij wel zien. Zoo
dra hij gekleed was, liep hij naar buiten.
Wel, kijk daar stonden drie manden spi
nazie klaar. En de helft van het leege
bed was omgespit. En het andere bloem
bed was voor de helft in vakken verdeeld,
terwijl een bordje in elk vak de naam
aanduidde van het erin gezaaide zaad. En
daar stonden manden vol afgesneden
tulpen en narcissen. Wacht, dat deel van
er *An i.-u* - - het keurig om rifa taak zou de man eerst maar doen. Als
onder te drncrin tacr^Pe de chlne-japon dan straks de vrachtrijder langs kwam,
dame Ln \00r een oudere dan kon die alle versch gesneden bloe-
A-r „n o "vi~~men bij de bloemisten in de stad brengen.
De man zocht evenveel gelijke manden
als er reeds gevuld stonden en zorgde,
dat ze alle nnet zoo vol werden. Juist toen
de vrachtrijder kwam vragen of er nog
wat te bestellen was, stonden alle manden
klaar^^^^^
In dit geval staat het gedistingeerder
om inplaats van het slangenhuid, een uit
klagen zwart peau-de-suède-band te ge.
oruiken of een mooi bewerkte tres.
lu t „jeugdige" geval is het keu
er een
fijner sCt. chlne-toile«e
Uit het Politie-rapport.
ook een dun stoffen of zijden tenitni?r8t 8l°®Sen z® verscheidene rui- .Jonge longe" zei de vrfiohtrH,w
OM ».t lomerbont ot togem <3 top te dMMa dan S* tkmTi
mand meer voor vragen dan anders!"
„Probeer het maar," antwoordde de
tuiniman. „Ik kan het geld beet gebrui
ken!"
Na het ontbijt ging hij aan het spitten.
,Eerst het zwaardere werk maar," dacht
hij. ,yDan kan ik bij: het middagmaal wat
uitrusten. Maar dan moet ik ook zorgen,
dat ik er vóór dien tijd klaar mee ben."
Ijverig trok hij aan het werk en toen
zijn oude buurman een praatje kwam
maken over de heg, toen spitte onze tuin
iman even regelmatig door als tevoren,
inplaats van als gewoonlijk op zijn spade
leunende een pijpje te stoppen en een
half uurtje te babbelen. De oude man zei
tenslotte: „Wat zeg je weinig! Heb je
het druk?", waarop de tuinman antwoord
de: ,Ja buur, kom liever vanavond: een
poosje, als de zon onder ls!"
Juis toen het bed omgespit was en de
tuiniman de spade naar het schuurtje
bracht, rdep zijn vrouw hem voor het
middageten. Na afloop daarvan zaaide
hij de tweede helft van het bloemenbed,
juist zooals de kabouters de eerste helft
gedaan hadden en daarna sneed hij even
veel manden spinazie als er 's ochtends
klaar gestaan hadden. Toen liep bij even
als den vorigen avond zijn heelen tuin
rond, om te zien, of hij niets vergeten
had. In den tuin vond hij niets, maar in
het schuurtje zag hij, dat de kabouters de
helft van zijn messen hadden geslepen en
de helft van zijn manden hadden schoon
geboend. „Ja," bedacht de tuiniman, „dat
kon ik eigenlijk altijd wel 's avonds doen,
na afloop van het werk. Dan zit ik over
dag nooit meer verlegen om een scherp
mes of een schoone mand."
Na het avondeten, toen de oude buur
man het beloofde praatje kwam maken,
vond hij den tuinman in het schuurtje
bezig ziin messen te slijpen en zijn man
den te boenen, waarna hij met een heel
wat geruster gevoel op de bank achter
het huis zijn tuin overzag dan den vori
gen avond.
Den volgenden dag en de daaropvol
gend© dagen ging het evenzoo. lederen
ochtend stond de tuinman vroeg op,
zorgde, dat de vrachtrijder pas gesneden
bloemen mee naar de stad kon nemen en
werkte verder zijn taak af, zooals de ka
bouters hem hadden voorgedaan. Ja dik
wijls deed hij meer dan zijn taak. Nooit
zag men meer verwelkte bloemen of ver
rotte vruohten. Nooit verbabbelde de
tuinman overdag zijn tijd en eiken avond,
als het in den tuin te donker was, wist hij
nog kleinere werkjes te doen in het
schuurtje.
Na eenige weken waren zijn bloemen
in de stad bekend als de meest frissche,
terwij! zijn groenten en vruchten ook
steeds beter betaald werden, dan die van
anderen. Na een half Jaar had de tuin
man al zijn schulden betaald en nu
schaamde hij zich nog langer de hulp van
de kabouters-te gebruiken. Daarom ging
'nij op een donkeren regenachtógen avond
het was nu herfst naar bulten en
riep: „Kaboutertjes, die me geholpen
hebt, och wil je even komen?" En zie,
daar stonden ze al, vijf mannetjes.
Voor de tuinman hen kon bedanken,
begon de kabouter, dien hij reeds eerder
ontmoet had, te spreken: „Nu wil Je ons
zeker bedanken, hè. Maar dat ls heele-
maal niet noodlg. Kijk, wij waren bang,
dat Je den tuin zoudt moeten verkoopen.
Wie weet, waar de grond dan voor ge
bruikt zou worden. En dan waren wij on
zen tuin kwijt. Want eiken nacht ls de
tuin van ons en van de elfen. Daar dan
sen en spelen wij. Och er zijn nog maar
zoo weinig tuinen overgebleven. En daar
om zijn wij heel dankbaar, dat je ons zoo
goed geholpen hebt Nu moet Je echter
een knecht er bij nemen en die juist zoo
leeren werken als je zelf dit half Jaar ge
werkt hebt Dan houdt jij Je tuin overdag
en zult een rijk man worden en wij be
hoeven den tuin 's nachts niet te missen.
Goeden avond!" En est! Weg waren de
kabouters. Nooit heeft de tuinman ze
weer gezien en ook nooit heeft hij hun
hulp noodlg gehad!
RAADSELS.
Oplossingen der vorige raadsels.
Hebben ls hebben, maar krijgen de
kunst. Hyena, rijtuig, Kan, Amsterdam,
ben, b!J, bier, kersen, Herman, been.
n
Egmond. Helloo.
Nieuwe raadsels.
I
X Op de kruisjes-
'X' lijnen moet de naam
X komen van een boom
X Op de le rij een
XXXXXXXXX klinker; op de 2e
rij ook een boom
met erg beweeg
lijke blaadjes; op
de 8e rij iets, dat
voor levende wezens; op
de 4e rij een man door misdadigers ge
vreesd; op de 5e rij het gevraagde woord;
op de 0e rij een voorwerp uit het huis
houden; op de 7e rij een meubel; op de
8e rij een lichaamsdeel; op de 9 rij een
medeklinker.
IL
Welk spreekwoord staat hier?
..t.. a b z ad
r d.
Goede oplossingen werden ontvangen
van:
C. A.; J. A.; F. A. d. B.; H. B.; J. B.;
J. B.; M. B.; R. B.; S. B.; D. en V. D.;
M. G. D.; S. A. en H. D.; W. O. v. D.;
W. D.; A. E.; W. F.; A. v. G.; O- G.J
N. v. G.; P. S. E. G-; A. H.; A. H.; N.
H.; C. K.; E. K.; G. K.; H. K.; M. K.;
P. K.; T. W. K.;G. L.;A.M.;A. v.d.M.J
J- M.; J. d. M.; K. M.; D. N.; J. N.; P.
N.; A. A. v. P.; J. J. p.; P. deR.jS.T;
8. T.; W. T.; C. V.; J. V J. d. V.; N.
V-; A. W.; E. W.; M. W.; M. H. W.J
X
X
onmisbaar is
ihlic
'IS1B0
'frisch. Daar kan je wel een kwartje de W. W.j s.'su Al. y.'ï.
DE CHARLESTON UIT DE MODE!
Charleston gaat uit de mode,
Nu, het wordt een beetje tijd,
Want met dat gelcring-lcrang, kronkel,
Raak je gauw je nieren kwijt.
'k Weet het nu niet van mijzelve,
Dokter» wijzen op 't gevaar,
En wat dokters tot je zeggen,
Is de meeste tijd wel waar.
Al» de Jazz weer eenmaal weg la,
Worden vrouwen weer een vrouw,
Blijven thuia weer bij hun kleintje,
Trekkend, aan het wiegetouw,
Mannen zullen man weer worden,
Mammie doet het werk weer thuia,
Vader schudt dan vol verlichting
Af het Charlestonnen kruis.
Man en vrouw leeft weer tevreden,
Gaan gezellig met elkaar
Een partijtje zit te kienen,
't Wordt een goede tijd, voorwaar.
Jonge meisjes blijven thuis weer,
Kousen stoppen enzoovoort,
En mama zegt met een glimlach:
Nu is 't weer zooals het hoort!
JAN MENS.
m
„Zoo," zei de tuinman. „Lach jij me
uit. 't Is mooi om Iemand, die arm is te
bespotten. Geef me liever goeden raad.
Ik heb altijd gehoord, dat kabouters erg
wijs zijn!"
„Het doet me plezier, dat je tenminste
naar goeden raad wilt luisteren. En daar
om willen we je helpen! Vannacht zullen
wij arbeiden in je tuin. Wót we doen,
vertel ik niet. Dat zie Je morgenochtend
pas. Dan moet jij echter morgen precies
evenveel doen als wij vannacht gedaan
hebben. Dus opgelet, hoor! Als je Iets
vergeet, dan is het dadelijk uit met de
hulp!" En voor de tuiniman Iets kon ant
woorden, was de kabouter verdwenen.
Corrv Brens.
wm -p Klaar