T «ELDEH VEILING. Derde Blad BINNENLAND Historische overleveringen van Nederlandsche plaatsen Vraagt Uw leverancier uitsluitend eieren van de VA» ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1928. DE PRINS NAAR DE ZUIDERZEE WERKEN. De Prins is voornemens op Vrijdag 28 September a.s. een bezoek te brengen aan de bij en aan de Noord-Hollandsche kust in uitvoering zijnde Zuiderzee werken. DE NIEUWE BURGEMEESTER VAN ROTTERDAM. De officleele bevestiging. De benoeming van mr. P. Droogleever Fortuyn, lid van de Tweede Kamer en van den Haagschen gemeenteraad en oud-wet houder van de residentie, tot burgemees ter van Rotterdam is thans officieel afge komen. Bij Koninklijk besluit is de benoeming geschied met ingang van den ook reeds genoemden datum van 16 Ootober. MILITAIR EERBETOON BIJ DE OPENING DER STATEN-GENERAAL. Zooals reeds dezer dagen werd bericht, lag het in het voornemen ditmaal ook het korps Mariniers te Rotterdam te doen deelnemen aan het eerbetoon en het af zetten van den weg, bij de opening der Staten-Generaal op Dinsdag 18 dezer. Nader kan thans worden medegedeeld, dat een deel van dat korps de eerewaoht zal vormen aan de Ridderzaal, bij aan komst en vertrek van de Koningin, den Prins en Prinses Juliana. Het zal zijn een afdeellng van het korps Mariniers ter sterkte van 75 hoofden, on der bevel van den kapitein. Het eene ge deelte van deze afdeellng zal zich opstel len Noordwaarts, het andere gedeelte Zuidwaarts van den hoofdingang. Bij deze eerewacht zal zich bevinden de comman dant van de afdeellng Mariniers. Een ander gedeelte van het korps ma riniers, ter sterkte van 50 hoofden, onder bevel van een luitenant, zal dienst doen aan weerszijden van de Heulstraat en aan een zijde in het Noordeinde, n.1. het ge deelte langs het gebouw der Nederland- sche Bank. De mariniers zullen de groote tenue dragen. Overigens wijkt het aandeel dat de mili tairen bij de a.s. opening van het nieuwe zittingjaar der Staten-Generaal is toebe deeld niet af van het programma van voiige jaren. DE WEG DEN HAAG—ROTTERDAM. Aan de N, V. Aannemingsmaatschappij v/h Zanen en Verstoep te Gouda ia voor 682.000 opgedragen bet maken van de aardenbaan RijswijkRotterdam. DE NATIONALE LANDSTORMDAG. Met 20.000 man op 27 September naar den Haag, Ter gelegenheid van het tienjarig be staan van den Bijzonderen Vrijwilligen Landstorm zal op 27 September a.s. een nationale landstormdag op Houtrust wor den gehouden. Uit alle deelen des lands zullen de vrijwilligers van den B. V. L. en van de vrijwillige landstormkorpsen motordienst, vaartuigendienst, spoorweg dienst en luchtwachtdienst, naar schatting een kleine 20.000 man, in den Haag samen komen, om in verschillende optochten met muziek naar het Houtrust-terrein te mar- cheeren, waar dien middag de heeren Duymaer van Twist, dr. J. Th. de Visser, mr. D. Fock, H. Oolijn, mr. P. Droog leever Fortuyn en mr. dr. L. N. Deckers het woord zullen voeren. De organisatie. Degenen, die aan den landstormdag op 27 September zullen deelnemen, en daar- voor de reis naar den Haag uit alle pro vinciën zullen maken, doen dit grooten- deels op eigen kosten; slechts voor hen, die de kosten niet kunnen dragen, wordt van andere zijde vergoeding verstrekt. Uit de openbare kas zijn voor dezen land stormdag geen gelden gevraagd of ver kregen. De kosten van dien dag worden intusschen op 75 mille geraamd, doch men ls dan ook reeds ln het voorjaar be gonnen, daarvoor te sparen. Bijna allen zullen ln burgerkleeding den landstormdag bijwonen; alleen de lei dende officieren zullen in uniform ge kleed zijn. Alle verbanden en afdeellngen zullen hun vaandels meenemen. Muziek zal o.a. worden gegeven door de Kon. Mll. Kapel en door de Marinekapel. In de lucht zullen vliegers in reuzenlnitialen B. V. L. schrijven. DE NIEUWE WET OP DE NAAM- LOOZE VENNOOTSCHAPPEN. Treedt op 1 April 1029 in werking. Bij, Kon. besluit van 8 dezer, St.bl. no. 864, is de inwerkingtreding van de wet van 2 Juli 1928, St.bL no. 216, tot wijzi ging en aanvulling van* de bepalingen omtrent de naamlooze vennootschappen en regeling van do aansprakelijkheid voor het prospectus, bepaald op 1 April 1929. BELANGSTELLING VOOR BERGEN EN BERGEN AAN ZEE. Ook In den nazomer. Bergen en Bergen aan Zee hebben ook dezen zomer hun reputatie van druk be zochte badplaats en vacantle-oord schitte rend bevestigd. Het aantal gasten steeg ln het drukst van het seizoen tot over de Ingezonden Mededeellng. Wekelijks versche aanvoer uit de stad en omgeving. De vrouwtjes van Stavoren. Onder de steden, die in Nederlandsche overleveringen een plaats innemen, staat Stavoren vooraan. Er zijn tijden geweest, dat Stavoren en Makkum en Hindelóopen aan de Friesche kust, gelijk Enkhuizen en Hoorn en Medemblik aan de Noord-Hol landsche of eigenlijk de West-Friesohe kust, plaatsen waren van groote beteeke- nis. Dat hier rijkdommen van voor dien tijd ongekenden omvang lagen opgesta peld, in koopwaren, die verder over de omliggende landen werden verspreid, en dat groote sier werd gemaakt door dege nen, die deze rijkdommen vereenlgden, dat weten wij, en wij weten ook, dat om standigheden, gelijk de economische ge schiedenis deze in zoo groot getal te zien geeft, vooral in die gevallen, dat men niet tijdig de bakens heeft weten te verzetten, hebben bijgedragen tot het verval, dat langzaam maar zeker gekomen is, en dat enkele dezer levende steden heeft ge maakt tot wat men overigens geheel ten onrechte villes mortes noemt. Maar voor Stavoren kennen wij dan nog een bijzondere reden, en dat is de spilzucht van het vrouwtje van Stavoren, dat der Goden toorn op zich laadde en het Vrou wenzand deed ontstaan, dat de haven dicht en niet langer toegankelijk maakte. Dat is echter maar het eene vrouwtje van Staroven. Zij was geweldig rijk; haar man had haar vele pakhuizen met goe deren, en niet minder schepen, nagelaten. Zij was rijk, maar zy was ook flink, en zij behield zelf het beheer over de uit gebreide bezittingen, die de hare waren, maar met haar rijkdom, met haar voor spoed stegen ook haar Ingeboren hoog moed. En zoo gebeurde het, dat eens op een dae toen het mooiste harer vaar tuigen reeds gereed lag om uit te zeilen, zy den schipper by zich Uetkomen.en hem gebood om van de reis, die hij stond te ondernemen, iets moois iets heel btf- zonders iets buitengewoon kostbaars met zich te brengen. Want zy wilde, dat ieder in de stad er van zou spreken; dat zij be- niid zou worden door al de andere koop- bouwen, rjk geiyk zy. „Gy hebt dever ste reizen gemaakt," aldus sprak zy tot „„Vitnnflr- eii weet wat gewoon en ongewoon is; breng my iets wat tot hiertoe de oogen in Stavoren en daarbuiten niet hebben aanschouwd, en gij zult beloond worden als geen ander." De schipper ging, in arrenmoede het hoofd schuddend. Want alles wat kost baar was in de handelssteden, die hy had besocht, aan de Scandinavische en aan de Dultsche kusten, was reeds in het bezit van zyn gebiedster. Onvervaard toog hy aan den gang, en waar hU kwam, ging hy naar de kostbaarste winkels en verzocht het schoonste te toonen, dat men hem toonen kon. Maar telkenmale was hy te leurgesteld, want wat hy zag, mocht mooi en belangwekkend zyn, het voldeed niet aan de eischen van zyn gebiedster. Zoo strekte hy zyn tocht steeds verder uit, en zoo kwam hij in Danzig, het toen onaf- hankeiyke, machtige Danzig, dat een der voornaamste steden van de Hanze vorm de. Hy had er veel van gehoord, want reeds vóór hem waren er tal van Neder landsche schippers geweest, geiyk er na hem ook zouden komen, die aan Dan zig hebben gegeven dat eigenaardige karakter, dat de stad heeft: niet Duitsch, niet Poolsch, maar Hollandsch en Vlaamsch. Hij ging door de nauwe gas sen, die de haven van de stad verbinden met het middengedeelte, waar het raad huis en de beurs gelegen zyn, en zijn oog speurde in de winkels. Hy ging naar binnen, maar ook hier vond hy niets. Totdat zyn weg hem voer de langs een der oude hoven met die prachtige voorportalen, waarvoor Danzig bekend en beroemd is. En daar zag hy, de eenvoudige schipper, iets wat hem kostbaarder leek dan zilver of goud. Hy zag er de mooiste tarwe, die hy ooit had gezien; en aangezien hij kon bieden el- ken prijs, die hem goeddacht, had hy den koop spoedig besloten. Gelukkig zyn op dracht te hebben volvoerd, spoedde hy zich huiswaarts, waar zyn gebiedster hem reeds lang, verwachtte. Want zy was on geduldig, zy vreesde niet, dat zij niet ge hoorzaamd zou worden, maar zy verlang de, als een kind naar een stuk speelgoed, naar dat kostbaarste, dat de oude schip per haar zou brengen. Zy zag met hoog moed uit naar de huizen in de nabyheid van de hare in de toen rijke en machtige stad, die Stavoren vormde, en zy dacht by zichzelf, dat over wellicht slechts en kele dagen zy zou hebben, wat geen dezer andere vrouwen had en zy verheugde zich reeds over de blikken van afgunst, die haar zouden worden toegeworpen. En toep kwam de voor haar verheugen de dag, dat de nadering van het schip haar gemeld werd. Als altijd, wanneer een schip van een verre reis terugkwam, drong de menigte naar de haven. Zij ont zag zich niet vooraan te dringen; zy wilde de eerste zijn om den schipper te spreken. En zij vroeg hem wat hij met zich had ge 8000. Wel had) men zich aan zee zoowel als in Bergen-binnen meer van' het voor seizoen voorgesteld1, doch het weer werkte in dien tijdl zeer tegen. De Augustus maand! heeft echter veel goed gemaakt Deze maand was beter dan andere jaren eni opmerkelijk was ditmaal, dat na 15 Augustus het bezoek nog zoo druk waa Verleden jaar had1 het hotel Nassau Ber gen te Bergen aan Zee in de tweede helft van Augustus 17 gaston, terwijl er nu tot het ©inde dier maand nog ruim ,70 pen siongasten waren. UIT HET GRAFISCH! BEDRIJF. Hel pensioenfonds ln werking. Naar wij vernemen heeft de pensloen- oommiseie uit het grafisch bedrijf beslo ten met ingang van 1 Januari 1929 het pensioenfonds ln werking te doen treden. Het zal ln eigen beheer worden genomen. De premies worden van de loonen afge trokken. Binnen eenige maanden zullen een directeur en een administrateur wor den benoemd. K. V. K. HOLL. NOORDER KWARTIER. Woensdag werd ten stadhuize te Alk maar een vergadering gehouden van de K. v. K. voor Holl. Noorderkwartier. De voorzitter, de heer S. W. Arntz wijd de eerst eenige woorden aan de nagedach tenis van burgemeester Burger, en her innerde daarna aan het Middenstandsoon- gres. Naar aanleiding van een schrijven in zake zilverbons werd opgemerkt dat de ervaring heeft geleerd dat verscheidene takken van handel, alsook het publiek Srijs stellen op het behoud der zllverbons. tocht tegen de handhaving der riJks- daalderbons overwegend bezwaar bestaan, dan zou door de uitgifte van vyigulden- bons aan dezen wensoh tegemoet geko men kunnen worden. De heer Grondsma stelde voor den Minister te vragen zyn in vloed te willen aanwenden om de beoog de uitgifte door de Ned. Bank gedaan te krijgen. Hiertoe werd besloten. Op voorstel van den heer Schmalz werd besloten nu reeds aan de directie der Spoorwegen te vragen om den volgenden zomer 8-daagsche abonnementskaarten ln te voeren tegen goedkoopere prijzen, dan nu het geval is geweest. Inzake de winkelsluiting werd na ver schillende besprekingen n.a.v. adressen van andere Kamers ten slotte met 8 tegen 6 stemmen besloten den Minister te vra- bracht, en hy noemde haar de tarwe. Hy wachtte op haar goedkeurend, haar in stemmend antwoord; immers hy had geen moeite ontzien; zyn gedachten waren steeds met haar wensch bezig geweest. Maar de rijke, trotsche vtouw, die slechts iets wenschte, dat haar ulteriyk aanzien kon verhoogen, voelde zloh op deze wyze als bespot. Zy meende dien spot te lezen in veler oogen, waar hy Intusschen niet was, want de verstandlgen, die haar om ringden, begrepen de waarde van deze tarwe, dat kostbare voedsel, dat over achtte haar bevelen in den wind geslagen. En zy was rijk en machtig genoeg om het te toonen. Zy trad op den man toe. „Schipper, waar is uw tarwe geborgen?" „Aan stuurboord", klonk zyn antwoord. „Dat men dan die lading aan bakboord weer in zee werpe", klonk het scherp en smalend uit haar mond. Waarom zou men haar niet ge hoorzamen? Zelfs onder de omstanders was er geen, die afkeuring toonde; zy was een rijke vrouw; zy kon doen wat zij wilde, en zy, de mannen en vrouwen van Stavoren, waren ook rijk genoeg. Maar zy spotten vergeefs, want het was alsof de tarwe. Zy was vergramd, vertoornd; zy boord geworpen was om aan een toornige gril van een spilzieke en trotsche vrouw te voldoen, bleef waar zy was gevallen. De haven verzandde, veel sneller dan men had gedacht; steeds nieuw zand scheen door het oude te worden aangetrokken, en al spoedig was de haven van Stavoren, eens open voor elk schip, nauweiyks meer toegankeiyk. Op dat zand, hetwelk het Vrouwenzand werd geheeten, ging een volgenden zomer graan als vanzelf groeien. Maar ten onrechte verheugde men zich over dezen nieuwen rijkdom, want al was het hoog van halm, er was geen korrel voedsel in. Als deze trotsche vrouw de armste werd van allen, die in Stavoren, door haar en haar overmoed werden getroffen, dan was er eene, die aan haar zyde heeft moeten gaan. Dat was dat andere vrouwtje van Stavoren, dat niet alleen trotsoh en spil ziek was, maar onbarmhartig en onver draagzaam. Ook zy bezat vele schepen, en op een goeden dag, dat vyf dezer sche pen zeilree lagen, zat zy, de blanke arm steunend het blanke hoofd, door de kleine ruiten te zien naar het bonte schouwspel, dat de straat en de haven opleverden. Zij zag rustig naar buiten, totdat opeens ge joel, ln de onmiddelijke nabijheid harer statige woning, haar verraste. Het scheep- vaartbedryf heeft te allen tijde tot de moeilijke, de riskante bedrijven behoord; in den ouden tijd nog meer dan tegen' woordig, en zjj, vrouwe Margaxetha, wist 8en de Zondagwlultlng uit de wet te llch- in. Zonder stemming werd goedgekeurd een voorstel De Raat om er op aan te dringen dat het werktydenbesluit niet zal worden ingevoerd, alvorens de wet op de winkelsluiting in het Staatsblad ttfaai Met 8 tegen 7 stemmen werd verwor pen een verzoek van Tilburg om den per soon, die na 8 uur koopt evengoed straf baar te stellen als den winkelier. Vragen werden gesteld door den heer M. A. Kolster over de wyze waarop den Helder van de nieuwe situatie, ontstaan door afsluiting van de Zuiderzee, voordeel zal kunnen trekken. De voorzitter stelde voor een commis sie te benoemen, die het beoogde onder zoek zal doen. Z]j zal het recht krijgen om deskundigen buiten de Kamer om by- stand te vragen. Nadat de heer Blaauwboer er op had gewezen dat er reeds een Zulderzeeoom- missie bestaat en dat hij zich met het voor- stol kon vereenigen als deze commissie in het onderzoek de leiding behield, werd aldus besloten. Naar aanleiding van een opmerking van den heer Grondsma over verminde ring van de lasten der Zuiderzeedijken door het Hoogheemraadschap daar deze dyken toch gewone polderdijken zullen worden, antwoordde de voorzitter dat de belasting inderdaad zeer onsympathiek was omdat de groote steden er niet aan meedoen. Over deze quaestie zal een oonferentle met het bestuur van het hoogheemraad schap worden aangevraagd. Den heer Grunwald bevreemdde het dat de quaestie Twuyverweg nog steeds niet opschiet. Hy zag er een tralneeren ln door de Langedyker gemeenten. Nadat de verschillende standpunten der Langendy- ker gemeenten en Alkmaar hog eens tegenover elkaar waren gesteld vereenig- den de heeren zich met een voorstel Rin- gerg om direct naar den minister te gaan en diens tusschenkomst in te roepen, DE TOL TE MUIDEN. Een nieuwe verkeersregeling smoort biet verrei De burgemeester van Muiden heeft, in overleg met de hoogere autoriteit, een nieuwe verkeersregeling vastgesteld, die hedenmorgen in werking treedt Uit de richting Amsterdam moeten alle auto's, evenals dit Zondag het geval was, om Muiden heen rijden, dus over de hulp- burg om naar het Gooi te gaan. Hiervan zyn de autobussen van de „Gooi Express" uitgezonderd. Wielrijdere en motorwiel- ryders mogen naar eigen verkiezing van de hulpbrug gebruik maken of door den tol gaan, in het laatste geval moeten zjj tolgeld betalen. Het verkeer van Naarden moet door de dorpsstraat tot de Tolbrug rijden. Wie daarvoor niet te vinden is moet links af slaan langs de Heerengracht en krijgt ge legenheid over de hulpbrug te gaan. Pos ten van marechaussees en gemeente- het even goed als haar tydgenooten en voorgangers. Men kon nooit weten en dus ging zy zien, de straat op, waar zy al Bpoe- dlg ln een grooten hoop volks tereoht kwam, allen starend naar een ln lompen gehulden man, die op den grond neerlag, en van honger en uitputting biykbaar be wusteloos was. Schamele kleeren omhul den zyn ledematen, die biyk gaven van doorgestane ellende. Het volk verwachtte medeiyden van de rijke vrouw, voor wie dit medeUjden immers niets zou beteeke- nen. Hoe gemakkeiyk kon zij niet een paar lieden roepen om dezen man naar haar huis te dragen; hem voedsel en ver kwikking te schenken, die hem een ander mensch, een werkeiyk mensch zouden ma ken I Hoe gemakkeiyk zou zy hem niet werk kunnen geven, dat hem ln het leven hield! Zelfs de machtigste mensch, zoo was van den kansel geleerd, vermag niets te gen de macht van den dood. Maar hier scheen het byna alsof de macht van deze ryke vrouw sterker was dan die van den dood, want één woord van haar en dit slachtoffer was aan de hand van den dood ontnomen. zy zag naar het bonte tafereel Zy zag de kleeren der burgers, grof, ruw ge maakt. Zy zag naar de vrouwen, van wie er meer dan één knappe gelaatstrekken had, enkele jeugdiger dan de hare. Maar ook die vrouwen, haar gewaden waren niet kostbaar genoeg om haar schoonheid te doen uitkomen. Met een glimlach van zelfvoldoening zag zy neer op haar eigen kostbaar gewaad; op de sieraden, die het blanke van hals en gelaat zoo goed de den zien. De omstanders vergisten zich; zy hiel den dezen glimlach voor een van bemoe diging jegens den arme, die daar uitge strekt lag en meer met bewegingen dan met woorden om hulp smeekte. Maar trotsoh richtte de vrouw zich op, en ruw, in elk geval wreed klonk het van haar lippen, dat ln Stavoren geen plaats was voor bedelaars en nietsnutters. „Wilt gy niet werken, zoo maak U dan voort; wilt gy werken, sta op en ga uw gang. En gy* lieden, die zoo nieuwsgierig staat te ga pen, waarom zyt gy van uw arbeid weg- geloopen; waarom reppen zich niet uw hand?" Ruw, wreed en toornig klonk haar stem. En zy was machtig, geiyk die andere vrouw, die jaren later de kostbaarste tarwe in zee zou doen storten, ter wille van een gril zy werd gehoorzaamd, en men wendde zich van haar af. Maar toen zy poogde zich van den arme af te wen den, leek het als hield hy haar blik vast. Leek het als zag zy niet slechts het scha mele lichaam met de uitgeteerde trekken, iBgooafto Mededeellng. (767) V\OES\- politie zullen op den smallen weg en bfj de hulpbrug het verkeer regelen. Den heer Floris Vos ls aangezegd;, dat hy bij herhaling van pogingen om het verkeer te belemmeren ln arrest zal wor den gesteld. Hei ls te verwachten, dat ongetwijfeld tegen ajs. Zondag gearrangeerde relletjes door de getroffen maatregelen zullen uit blijven. De ambtenaar van hei O.M. heeft het beslag op de vrachtauto van den heer Vos opgeheven. Florfe Vos heeft 14 dagen vacantle. Naar het Hbl verneemt, heeft de heer O. B. te Blaricum, die eiken ochtend de zen tol passeert in zyn auto, den tolgaar der een bedrag ter hand gesteld, waaruit voor de eerstvolgende veertien dagen het tolgeldl voor den heer F. Vos is betaald. De heer B. meent dat de wantoestand te Mui den inderdaad uitstekend gedemonstreerd ls, zoodat alle automobilisten den heer Vos zeer dankbaar mogen zyn voor zyn optreden doch dat het nu welletjes ls, aangezien hei te betreuren zou zijn als by voortzetting der demonstratie moord en doodslag het gevolg zouden wezen, iets wat niet uitgesloten ls. maar als zag zy een dreigend omhoog ge heven vuist, die haar toeriep dat zy ge vloekt was. Was het slechts haar verbeel ding, of wees hy op haar schepen, die daar zeilree lagen, en vloekte hy deze met haar? Trotsch nam zy den kostbaren ring van haar vinger, wierp die ln zee en riep, dat eerder die ring zou terugkomen dan dat haar schepen zouden vergaan. Dagen vergingen, weken en maanden. Schepen gingen in dien tyd uit en kwa men dikwerf eerst na langen, langen tyd terug. Bleven ook niet altijd by elkander, raakten in verschillende koers. Maar van de schepen van vrouwe Margaretha kwam er geen een terug, niet na een half, niet na een heel jaar. Aanvankeiyk was er nie mand, die ongerustheid toonde; het waa zoo dikwyis voorgekomen. AanvankeUjk ging vrouwe Margaretha niet 's avonds of 's ochtends aan het havenhoofd kyken naar ©enig zeol, dat in de verte te ontdek ken viel. Aanvankelijk wenschte zy haar vyf schepen ten volle en geheel, maar op den duur verminderde haar eisch, en nam zy met vier, met drie, met twee, ja zelfs met één schip genoegen. Haar keuken was goed voorzien, haar geldbuidel was nog niet leeg, maar zy zag het einde reeds naderen. Totdat op een goeden dag een man door de straten liep, die op haar deur den klopper liet vallen, en de dienstmaagd toeriep, dat hy een visch had zoo groot, zoo kostbaar, dat zy slechts voor vrouwe Margaretha bestemd kon zyn. Het was een prachtige visch; men riep vrouwe Margaretha ln de keuken en-ook zy sloeg vol. bewondering het beest gade. Men maakte het gereed voor het middagmaal, en plotseling rolde iets hards voor de voeten van de vrouw. Zy zag op, en bleek van schrik herkende zy haar ring met den kostbaren diamant, dien zy eens aan de zee had gegeven om nooit weer te keeren. Al haar rijkdommen, die haar nog geble ven waren, bood zij voor wie haar den ring wilde ontnemen, maar niemand wilde haar helpen. Wanneer jaren later de uitgeteerde ge stalte van het vrouwtje van Stavoren, dat het Vrouwenzand deed ontstaan, en zoo doende tot den ondergang der stad voer de, aan de hulzen heeft geklopt om een bete broods, dan heeft zy wellicht ontmoet de schim van vrouwe Margaretha, die eens den armen uitgeteeiden man vergeefs om hulp deed smeeken, in het gezicht van haar ryke en overladen woning. Alle deu ren bleven voor haar gesloten, en zy was armer dan deze armste vroeger' was ge weest, want zy vond zelfs geen mede lijden, zy vond niets dan afkeer en af schuw. Het zyn geen aantrekkelijke vrou wenfiguren, die de overlevering uit Sta- voren tot ons brengt! Begrijpelijkerwijze is het laatste woord in de tolkwestie bij Muiden nog niet gespro ken. Integendeel, zooals de heer Zonne veld, consul van den A.N.W.B., gisteren avond in „De Tel." schrijft: de strijd gaat pas beginnen. Reeds eerder had dit blad uiteengezet, dat wat het Waterschapsbe stuur waaronder de tol ressorteert deed, onrechtmatig was. Immers, het niet- betalen van tolrechten is een zaak van civielrechtelijken aard en nimmer kan men door middel van marechaussées een wei gerachtig automobilist dwingen. Men had de automobilisten dan ook eenvoudig door moeten laten na proces-verbaal te hebben opgemaakt inzake de weigering van betalen der tolgelden. Daarna kon een civiele actie worden ingesteld, doch dit is juist wat men niet wil. Het blad is dan ook hevig, veront waardigd over het feit, dat de regeering door het posteeren van marechaussées, me dewerkt aan het doorvoeren van een cn- rechtmatigen eisch. In het nummer van gisterenavond is, zooals we zeiden, de heer Zonneveld, consul van den A.N.W.B., aan het woord. Uit diens schrijven nemen wij het volgende over: Hoe men ook denken moge over de wijze, waarop de heer Floris Vos een einde tracht te maken aan de tolkwestie te Muiden,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 9