T £"00321 TWEEDE EN LAATSTE BLAD. PLAATSELIJK NIEUWS VAN DINSDAG 23 OCTOBER 1928. BEZOEK COMM. DER KONINGIN. De oommissarls dier Koningin in Noord- Holland, jbr. mr. dr. Roëli, vergezeld door jhr. mx. Asoh v. Wjjck, bracht gistermiddag een bezoek aan onze gemeente. De hoeren bezochten enkele plaatsen in den omtrek en maakten van de gelegenheid gebruik het Heldersche Raadhuis te bezichtigen en tevens een afscheidsvisite aan den burge meester te brengen. In de Marineclub werd door den burgemeester den heeren een diner aangeboden. Zij zijn dienselfden avond1 we der doorgereisd naar Alkmaar. MAKLVEVLIEGTUIGEN NAAR INDIE. De minister van defensie heeft thans beslist, dat begin April 1929 een groep van drie Dornler-Wallvliegbooten van de Koninklijke Marine naar Ned.-Indi6 zal vliegen, onder bevel van den luitenant ter zee eerste klase W. H. Tetenburg. OPGEPAST1 Gedurende deze week, te beginnen met heden, zal door Hr. Ms. torpedojager met zoodanige snelheid in het Marsdiep wor den gestoomd, dat door de als gevolg daarvoor ontstane golven gevaar voor een verblijf op het strand bestaai Men zij dus op zijn hoede. WEDEROM EEN TACHTIGJARIGE. Overmorgen (Donderdag) den 25sten Octobor, zal Den' Helder woderom een tachtigjarige in zijn midden tellen, voor wien een kort woord van vermelding wel op zijn plaats Is. Want de oud-schip per J. Duit is niet iemand, die aan den weg timmert, al heeft hjj dan ook en staat van dienst, die getuigenis aflegt van een lang, welbesteed leven. Wij hebben Druit in zijn huisje aan den Parallelweg 27 opgezochtt, waar hij met zijn ruim twaalf jaar jonger echtgenoote woont 't Hangt er niet vol met diploma's, kransen en andere tropeeën. Want, we hebben het al eens meer gezegd: heel vee waardeering was er in de jaren van Duit en Doms Rijkers niet voor dit reddings- week. Maar in de mooie kamer, die uit ziet op de spoorlijn, heeft een groot diplo ma van de Belgische regeering een eere- plaata gekregen in een lijst. Duit kreeg dit in 1897 wegens het redden van 10 Bel gen en 1 Nederlander op 5 November 1896 van den Belgischen stoomtrawler Louise Marie bij strandpaal 8. Zelf vertelt hij er als volgt van: „Tot driemaal toe werd een poging ge daan met de reddingboot van Callantsoog, waarvan M. Mooij schipper waa Bij den derden tocht raakte de reddingboot op een oude mijlpaal, zoodat deze door de boot heenging. Ik zelf wist het strand zwemmende te bereiken. Er werd toen getracht met'de groote vlet d'e beman ning te redden. De voormalige schipper van de reddingboot, Jacob Eakkor, was eigenaar van die vlet en stond er op als schipper mee te gaan. Twee tochten wer den gedaan zonder dat men het schip, dat hevig werkte, en waarvan nu eens de voorkant, dan weder de achterkant onder water kwam, te bereiken- De bemanning der vlet wilde wel voor de derde maal gaan, mits Jacob Duit het bevel der vlet overnam. Ik bracht nu de vlet boven- strooms in zee, en zoo gelukte het mij het schip te bereiken. De bemanning zat in den mast Om verbinding te krijgen moesten vrij het anker in het want wer pen en om de mensohen er af te krijgen moesten zij een voor een worden inge nomen. Telkens als het gedeelte, waar wij bij konden, omlaag ging, sprong er een over Wij moesten dan haast je rep je maken, dat we weg kwamen, anders had den we de boot boven op ons gekregen. Enfin, we kregen ze erin en brachten de mannen in een rijtuig naar Callantsoog. Duit was in zijn tijd een geweldig zwemmer. Zeer veel reddingen heeft haj dan ook remmende volbradrt- Beloo ning? Nihil. Ja toch, h«beeftereen be looning voor gehad. En Duit delft uit zijn paperassen op de strook van een rmUwiföfil van f 50.—, hem door de Uoord- en ZnId-Hollandsche Redding- maatschappij gezonden voor zijïi redding- werk. Maar dat betrof reddingen, zoo zegt hij, en er flikkert iets van humor in de oude, pientere oogen, van vijftig jaren 11'in do'1 andere kamer hangt boven de deur nog een diploma. Het ij» een gekal ligrafeerd en niet onverdienstelijk gete kend stuk. Een oude keukenstoel wordt aangedragen, opdat wij bet op ons gemak kunnen zien. Het is een .dankbetuiging van drie opvarenden van een botter, weïkeïar Duit gereden. Maar hfl deed meer; hij was In die dagen lichtwachter van het kustlicht „Falga" en hij ver leende de mannen hulp niet alleen, hij gaf hun voedsel, verleende hun gastvrij heid, offerde een gloednieuwe Jas op om een gekwetsten arm van een der mannen te sparen.Hijzelf vertelt het in zfln sobere taal aldus: „Op 6 October 1904 was Ik behulpzaam bij de redding van de visschuit H.D. 89, welker bemanning bestond uit drie kop pen, met name J- Wezelman, schipper, J. Vos en O. Labes, matrozen. Deze Vos zan mot zijn arm geklemd tusschen een ijzeren conveinagel en de helmstok van het roer en ging allerverschrikkelijkst te keer. Wat moest ik doen?" Duit beschrijft dan hoe hij na veel moeite er in daagde den man te bevrij den en in de vlet te krijgen. Al aar daar mee was ik er niet. De mannen moesten verpleging, voeding, kleeding hebben. Ik besloot ze bij me in huis te nemen. De arm van Vos zag er leelijk uit, hij was vreeselijk gekneusd. Ik bedacht me niet lang en offerde een gloednieuwe jas, pas veertien dagen tevoren voor 14.ge kocht, om den man van kleeren te voor zien. Mijn vrouw en ik hebben ze ver pleegd, en we ontvingen later het loffe lijk getuigschrift, dat u daar ziet hangen" Veel medailles bezit Duit niet; een vier- tal werden ons getoond, een vijfde is uit geleend en nooit teruggekomen. Onder die medailles is er een van de regeering. Duit heeft ook in den mobilisatietijc nog diensten verricht als sergeant-kust wachter. Hij toonde ons een photo me de jongens van de kustwacht, waarop hj; vereeuwigd is. Al aar Duit, toen was je.laat 'a kijken67 jaar!" „Dat klopt, meneer. In 1907 had ik van de regeering reeds de bronzen eere-me- dallle der Orde van Oranje Nassau ge kregen met oen eervolle onderscheiding, 'k Heb ook nog eens een ouden man ge red van 78 jaar, heelemaal alleen, meneer. Opvarende van een Sohevoningsohe bom- schuit." „Vertelt u eens, Duit, de Koningin1 is ook eens bij u geweest, nietwaar?" En Duit gaat weer aan vertellen. Hij woonde toen in Jiulianadorp. 80 Mei 1919 brachten de Koningin en ae Prins een bezoek aan Hoorn om een krans neer te leggen bij het standbeeld van Jan Pietersz Coen, ter herinnering aan de stichting van Jacatra voor 800 jaar. Van die ge legenheid maakte HAL gebruik een vroe ger gedane belofte om het naar hare dochter genoemde dorpje, een bezoek te brengen. Hare Majesteit en Z.KJ3. Prins Hendrik -bezochten den gepension- neerden lichtwachter Duit en zijn vrouw, spraken hem allerhartelijkst toe en na men vol belangstelling kennis van de me dailles en getuigschriften. Na een bezoek van ruim 12 minuten namen de hooge be zoekers afscheid met een hartelijken handdruk. Duit wordt nu a.s. Donderdag 80 jaar. Hij Is nog gaaf en pittig als iemand in de kraoht van zijn leven; zijn oogopslag helder en tintelend, zijn handdruk krach tig. Een bril Is een voor hem ongekend luxe-voorwerp. Hij is van het IJzersterke ras van ons voorgeslacht. Duit geniet naast zijn pen sioen als lichtwachter een uitkeeiïng uit hot Garnegie-heldenfondis. CONCERT MEVR. NOORDEWIER— REDDINGIUS. Ook Den Helder, waar Mevrouw Noor- dewier vroeger ©enige malen was opgetre den, had gemeend hij de huldiging der zan geres niet te mogen achterblijven en het was een comité uit de burgerij gelukt van de zangeres toestemming te krijgen voor een ooncert hier ter stede, waarbij haar zoon, de heer M. Noordewier Jr., als fluit solist, en de heer G. Robert als organist zou den medewerken. Zeer velen hadden van de gelegenheid de laatste wellicht die hun feboden werd, gebruik gemaakt, zoodat het erkgebouw aan de Weststraat geheel was gevuld Vóór den aanvang heette de heer ir. Mon- hemius de talrijke aanwezigen welkom. Hij' deelde mede, dat het Dubheknannenkwartot dn/ter Noa" onder leiding van den heer Leewens der zangeres Adama van Schel- tema's „Bede" zal itoeatagen bij haar binnen komen, (dit geschiedde aan het ©inde). Voorts verzocht hij de aanwezigen dan te willen gaan staan als stille hulde aan Mevrouw Noordewier. Na afloop zal de hul diging in de consistoriekamer der kerk plaats hebben. Het programma was met zorg samenge steld en bevatte zeer veel moois en onge meens. Van den Amsterdainschen organist en componist van beteekenis, Jan Pietersz. Sweelincfc, die van 1561—1621 leefde en werkte, hoort men niet eiken dag wat; de heer Robert vertolkte een fantasie van de zen meester, en gaf ons gelegenheid Swee lincfc te vergelljkon met A. Gabrieli, die ongeveer zijn tijdgenoot was (15101586). Wel zeer stak daarbij onze tijdgenoot A. Honegger (geb. 1892), af, die in zijn fuga en (koraal1 bitter weinig te zeggen had. Is het niet een toevallige coïncidentie, _in het avondblad van „De Telegraaf' van gisteren de Macht te lezen van den thans in ons land vertoevenden Russischen meester Rachtma- ndnoff, een zeer belangrijk componist, over een te veel aan musici? Voor fMt-soló was J. Quant® vertegen woordigd (1697—4778), fMtleeriaar van Fre- derik den Groote, van wleni de heer Noor dewier een arioso vertolkte. Dit alles evenwel waren 'bijgerechten. De hoofdschotel werd opgediend door de 60- jarige zangeres, die met een vitaliteit en een kracht, die menig jongere haar benijden zou 'kunnen, ons een aantal liederen schonk, die eveneens van klassiek naar modem liepen, om tenslotte met G. F. Handel te besluiten. Al dadelijk de inzet bracht sterke ontroe ring; het was een aria van Bach en de lang- aangehoudem, steeds zwellende Inzet stelde aan de techniek en ademhaling hooge eischen. Maar bij Iemand als Mevr. Noor dewier spreekt men niet meer over zulke materieel© dingen. Twee aria's van Bach, be geleid door orgel met fluit, werden gevolgd door „An Evening HymnT van A. PuroeJl (1658—1696) en een fragment uit een can tate van Buxtehude, (1687-4707). Daarna Ingezonden MededeeUng, VLEKVRIJE Lepels en Vorken vanaf f 6.60 per doz. met volledige ga rantie van de fabri kanten van het Gero-Zilver. kwam de zangeres tot onzen landgenoot Diepenbrock» in 1921 overleden, van wien ■Rij de ,A-bendmahlShymn©" vertolkte, en Mahler, ln 1918 overleden, van wien „Urn Miittornachf* gezongeni werd. De Oostenrij ker wint het o- i. van den Hollander, al geldt Dlepenbrocfc ook voor een belangrijk mees ter en ln deze mooie compositie van Mahler was in de sterke stijging aan het eind weder dezelfde ontroering van het begin. Twee moderne bewerkingen van middel-Noder- landsche liederen (A. van der Horst), ge volgd door G. F. HHndel met- een van diens prachtige liederen besloten den avond. Bij laatstgenoemd had1 alleen de fluit de bege leiding. Het spreekt vanzelf, dat wij ons van eenlge kritiek onthouden: wij hadden slechts te aanvaarden, wat geboden werd, om te be treuren dat het uit was. Na afloop zong het Dubbelmannenkwartet winter Nos" der zangeres de ,3ede* (woor den van Adama van Schéltema) toe. De huldiging. Na afloop van het ooncert had de huldi ging plaats in de consistoriekamer der kerk zooals wij boven reeds zeiden. Nadat mevr. Noordewier, door de leden van het huldi- gingsoomité begeleid, en terwijl het publiek zich van zijn zitplaatsen verhief, dit vertrek bereikt had, nam wederom de heer Monhe- mius het woord. Spr. stelde allereerst de dames en heeren van het comité aan mevr. Noordewier voor, mi. de dames De Boeiv- Jongkees, Houwing—Oalten, Quant—Stie- ler, Rappartl—van Dijk, BrumsenHoger- zeil, Dekker—Klik, Grunwald—-Poppers, Teunevan der Vijgh. Mevrouw Van Maa- nenMartin, (Mevr. De HooghBaueor. Voorts de heeren Leewens, De Böck, Hee- ris, De Hoogh, dr. Kelner, ds. Van der Poel, dr. Vroom. Verhinderd was de burgemees ter, alsmede mr. Essers. Schout-bij-nacht Quant niet zijn adjudant, don heer Hettersohtf, was op het laatste oogenbhk nog gekomen om der kunstenares zijn buide te betoonen. De heeren waren door het bezoek van den commissaris der Koningin in beslag genomen, doch konden nog jbist hier tegenwoordig zijn. Ook de broeder der zangeres, de dichter Joannes Reddingius, tevens «xrganlsator van het meer zakelijke deel der tournée, was aanwezig. Spr. spreekt dus ook namens den burge meester. Er zijn niét veel woorden noodig om de gevoelens te vertolken, die een groot doei onzer burgerij en mij bezielen, nu wij deze gelegenheid aangrijpen, gedrongen door dankbaarheid, u bij' uw veertigjarig jubileum onze hulde te brengen voor alles wat u in al die jaren aan het Nederlandsche volk hebt geschonken. Uw jubileum, is een zeer zeldzaam jubileum en slech ts weinigen is het gegeven een veertigjarige loopbaan ais de uwe te herdenken. Heerlijke rijke gaven zijn u geschonken, waarmede gij op de beste wijze bewoekerd hebt. Ook op het gebied der gewijlde muziek heeft u getoond een kunstenares te zijn bij God's genade. En uw veelzijdigheid is verder alom bekend en herdacht. Wij hopen, dat de Almachtige u nog vele werkzame jaren moge doen beleven. Wij willen geen afscheid nemen, maar, u dankend voor de schoone liederenikeur, een tot weerziens toeroepen. Het comité heeft aan deze woorden, ver ondersteld door den burgemeester te zijn uitgesproken, niet veel toe te voegen; Spr. zinspeelt op een mogelijke herhaling, dankt der zangeres voor hetgeen zij gaf, de bur gerij', die door haar opkomst dezen' huidi- gingsavomd mogelijk heeft gemaakt. Temeer zijn wfj dankbaar, daar wij mevrouw Noorde wier hier geen dom of kathedraal kunnen aanbieden. Gij hebt in1 onze eenvoudige kerk, evenals reeds meermalen vroeger, gezongen als die echte Hollandsche nachtegaal, die trouw bleef aan zijn omgeving en beloften. Iets van eeuwige' jeugdi vinden wij' terug in uw stem. Wij danken ook uw 'begeleiders, waaronder uw eigen zoon, voor hetgeen zij gaven: Ook danken wij u, zegt spr., dat gij1 uw stem niet alleen binnen onze landsgren zen hebt doen klinken, maar tot ver daar buiten eveneens, waardoor u geworden zijt een nationale figuur en een internationale persoonlijkheid. Wij. danken u voor de waar digheid van uw optreden, al die jaren door en de groote waarde uwer toewijding, waar door de naam van Holland is verhoogd onder de volkeren'. Voor uwe zelfverloochening om! de echte kunst, waardoor gij zijt een. jeugdige zestigsten Wij danken u, dat gij de Godsgaven op de rechte wijze gebruikt, den adem, dien Hij u in de neusgaten1 blies en dat, wanneer de klankeü van uw stem in 1 iet Godshuis zijn weggestorven, ons gemoed vol is en daar zekere verborgen tonen (na klinken, ook om Hem en u te eeren, met stamelende woorden, echte geluk- en hiedï- wouschen voor uw jubileum en uw verder leven. Wij denken u, dat gij' de geieede schare rustig hebt gemaakt, hier was nie mand, die u of uw medewerkers afleidde. Wij danken u voor uw veelzijdigheid, welke ik niet ga trachten te omschrijven, omdat het te armelijk en te gebrekkig zou zijn. Als men in1 Indië generaal Snyders den grand old man" noemt, dan noem ik u (met weglating van bet woord old), de grand1 Dutch woman". Geen wonder, dat de groote muziekcentra u altijd hebben vereerd als weinigen. Gij hebt Holland's naam groot gemaakt en hooggehouden door uw stem. Wij danken u tenslotte, dat gij ons veroor looft onzen dank te voegen! bij dien van de duizenden elders, vooral in onze kunst'le vende oentra Teruggeven kunnen wij' u uiterlijk nieta De bescheiden bloemenhulde, welke mevrouw De Boer—Jongkees u na mens het comité wil aanbieden^ moge u alleen symbolisch doen gevoelen, hoe wij uwe stemgaven vergelijken met de orchi deeën en al hare zusteren. Een plant uit de oorspronkelijke natuurwouden, van de tro- perulanden, maaT bloeiend' ini 2000 variëtei ten, tot de grootste, treffendste schoonheid ontwikkeld, gekweekt met de teerste zelfver- loochendst© zorgen; getooid met de verras sendste, heerlijkste kleuren! Wij beschouwen u als de schoonste en beste, de Wlankste en de grootste onzer zangeressen, de Koningin onzer vele uitne mende Hollandsche liederenvertokstere, de vrouw, die kan eni kom Uw zang gaat ais een koninklijk woord van hart tot hart, uw roem van mond tot mond: Ook onzen per soonlijken dank. dat gij dezen beteekends- volleni avond' ons hebt geschonken. Wij dan ken u voor alles met ons geheel© hart. Moge u als kunstenares,als vrouw, aib moeder, gezegend en ten zegeni blijven. Zoo zij het. (Mevrouw Noordewder dankte met een enkel woord voor dese woorden. Er werd thee met gebakjes gepresenteerd en m enlbeef nog eenigen tijd gezellig bij een. Mevrouw Noordewier werden bloemen aangeboden. Inbraak te Hulsduinen. Een bedrag van 1000 gulden gestolen. Was de Inbreker een bekende? Geholpen door de duisternis ln het dorp. Mijn lezer(es) griezel niet. Er is weer ingebroken en ditmaal hoeft de inbreker een goeden slag geslagen, waar hem een bedrag van 1000 gulden in handen viel. Slaolitoffer van deze inbraak is de heer D. v. d. Brande, Huisduinen 47. De heer v. B., die met zijn 24-jarigen zoon dit perceel bewoont, was Zondagavond om ongeveer 8 uur de deur uitgegaan, om den avond door te brengen bij ken nissen op het Galgenveld. De zoon was reeds vroeger van huis gegaan. Toen deze om ongeveer kwart voor elf uit de stad kwam, vond hij het poortje van het erf open, de achterdeur was echter gesloten en onraad bemerkte de heer v. d. B. Jr. eerst toen hij in de kamer was en de deur van de voorkamer open zag staan. Toen hij deze binnenging, ontdekte hjj tot zijn niet geringe schrik,, dat de lin nenkast gedeeltelijk leeggehaald was en het goed in de kamer op den grond ge gooid. Oogenblikkeiyk begaf hij zich naar de buren, die de politie opbelden, waarna de jongeman zijn vader haalde. Wat deze vreesde, n.1. dat zijn spaarduitjes, ten bedrage van pl.m. 1000 gulden, gestolen zouden zijn, bleek bittere waarheid. In de linnenkast, in de voorkamer, was het geld in een bruin lederen portefeuille opgeborgen. De inbreker (laten we ten- j minste maar veronderstellen dat het er een is, hoewel de mogelijkheid ook zeer wel bestaat dat er twee waren) is door de achterdeur de woning binnengekomen Hij heeft daartoe zeer waarschijnlijk den sleutel gebruikt die van deze deur in de boet hing en dit bevestigt het vermoeden dat hier een goede bekende aan het werk is geweest. Na de deur geopend te hebben, is hij regelrecht naar do linnenkast in de veerkamer geloopen. Hij heeft echter eerst zijn voorzorgsmaatregelen genomen, om bij het minste onraad te kunnen vluch ten, door de voordeur op een kier open te zetten en het raam op te schuiven. Daarna heeft hij zijn slag geslagen, en is door de achterdeur verdwenen, na deze gesloten te hebben en de sleutel op zjjn oude plaats te hebben gehangen. Het was een hard gelag voor den heer v. d. Brande, die parkknecht is op het fort Erfprins, toen hij bemerkte dat zijn spaarcentjes van de laatste twee jaar waren gestolen. Wij merkten op dat het toch tamelijk onvoorzichtig was om zooveel geld in huis te hebben, waar het hier onveilig en renteloos lag en op de bank veilig, voor diefstal gevrijwaard was en zijn rente opbracht. »Ik heb er nooit aan gedacht meneer.* Juist, zoo is hot, er nooit aan gedacht, niettegenstaande de vele berichten over inbraak in onze stad. En met den heer v. d. B. zijn er wellicht nog tientallen burgers, die hun spaarduitjes in een kastje opgeborgen hebben en het daar in goed vertrouwen laten liggen, jaar in jaar uit, tot ze misschien ook eens tot de bittere ervaring moeten komen, dat hun geld, waar zij zoo langen tijd over gespaard hebben, door een of ander laag sujet is gestolen. Laat deze les nu ter leering zijn en breng uw geld, dat u niet noodig hebt voor dagelijksch gebruik naar de spaarbank, waar het veilig ge borgen is. Zeer waarschijnlijk was deze inbraak ook niet zoo gemakkelijk gepleegd, wan neer de verlichting te Huisduinen beter ware geweest, maar bij de Egyptische duisternis die er heerscht, had de inbre ker het al zeer gemakkelijk. Vlak voor het huis van den heer v. d. B. staat een gaslantaarn, doch deze heeft nog geen enkele avond gebrand, niettegenstaande dit reeds eenige malen door de bewoners van het dorp verzocht is, daar deze lautaurn op een kruispunt staat en haar Ingezonden Mededeeüuj. Vraagt Uw leverancier uitsluitend eieren van de Wekelijks versche aanvoer uit de stad en omgeving. licht dus onmogelijk gemist kan worden. Waai Huisduinen, wat de verlichting betreft, toch al niet al te ruim is bedeeld, hopen wij, dat de autoriteitep ook daar aan eens hun aandacht zullen besteden, FUSIE-CONGRES DER MARINE BONDEN. Vrijdag hield de Korporaalsbónd zjjn congres, waarin over de fusie-voorstellen zou worden beslist In zijn openingswoord releveerde de voorzitter, korp.-mach. M. Noest, de groote moeilijkheden, waarvoor de besturen en ook het Cambo hebben ge staan in verband met het conflict in den Bond van Mar.-O.O. Het fusievoorstel werd met 12 tegen 8 stemmen en 2 blanco aangenomen. Omtrent het congres van den Bond v. M. M. P., dat Zondag en Maandag gehou den werd, vermeldt „Het Volk": Ook de Bond v. M. M. P. verklaarde zich, met bijna algemeene stemmen, vóór de fusie, in zijn vergadering van Maan dag. De op den beschrijvingsbrief voor komende voorstellen om te komen tot één organisatie van personeel beneden den rang van officier, zoomede uittreden uit het Cambo, werden ingetrokken, on het voorstel om met den Korporaalsbond te lusioneeren met 11 tegen 1 stem aange nomen. Met dezelfde stemmenverhouding werd het voorstel aangenomen, om dil besluit door een referendum te laten sanctloneeren, waarbij 75 van de uit gebrachte stemmen vóór het voorste! zal moeten zijn. Tevens werd besloten, om, als de fusie er op deze wijze niet komt, de samenwerking, zooals die thans bestaat, te handhaven. Ook werd aangenomen het voorstel om de leden van den Bond auto matisch lid te doen zijn van het M.S.F. aangenomen. De afdeeling Oost-Indië werd met deze besluiten telegrafisch in kennis gesteld. HELDERSCHE HOCKEY CLUB. Hier ter plaatse is thans opgericht een hockey-vereeniging, welke den naam draagt van „Heldersche Hockey-club". De vereeniging heeft voorloopig op Zater dagmiddag de beschikking over een deel van het terrein van de voetbalclub „Helder" aan den Bolweg. De oefeningen onder deskundige leiding vangen aan op Zaterdag 27 Oct. a.s. Het Secretariaat is gevestigd bij Mr. Arn. Veldman, Kanaal- weg 7, Tel. 823, waar gaarne alle moge lijke inlichtingen aan belangstellenden worden verstrekt SARDIENVANGST. Weer puffen ze door de haven, het net tusschen zich in sleepende. Vlak bij honk gaan de botters weer hun geluk beproe ven met de vischvangst naar sardien. Er was allang op gevlast, doch de om standigheden waren nog niet van dien aard geweest, dat een poging om sardien te bemachtigen sucoes scheen te zullen hebben. Het weer was te mooi; er zat geen roezemoes in het water en bovendien was de wind te Oostelijk. Vergeleken bij verleden jaar kon men zeggen, dat de sardienvangst laat was. En al zoo'n poos had men reikhalzend naar de invasie van de sardien uitgekeken. Er was al niet veel, dat wat geld in het laad je bracht en daarom was de hoop ge vestigd op sardien en daarna op de haring. Tot tenslotte een span botters de poging ondernamen en met flink succes, want vooral de eerstaangevoerde sardien is flink in prijs, zoodat hoewel de vangst niet overweldigend groot was, er toch een flinke besomming werd gemaakt. Het spreekt van zelf, dat dit resultaat ook anderen aanspoorde hun netten in gereedheid te brengen. En nu de weersomstandigheden zoo danig zijn, dat de sardien zich gedrongen gevoelt zich naar onze zeegaten te spoeden, staat de hoop in het Zenith-teeken en ziet men de botters, broederlijk getweeën uittrekken om óf in de haven, óf op Texelstroom en op de reede hun geluk op de sardienvangst te beproeven. We weten dat de laatste jaren door de motorkracht der schuiten de kansen van vangstresultaat voor de vletten geringer is ge worden. Zij toch hebben af te wachten, terwijl de botters de visch tegemoet stoomen. En bovendien is door de grootere hoeveelheden sardien, die somtijds wor den aangebracht, de prijs minder stabiel, zoodat ook daaronder het vletbedrjjf lijdt. Doch laat ons hopen, dat beide, botter en vlet, een stuk brood aan de sardien verdienen. GEMEENTERAAD. Verschenen is een Vervolg-agenda voor de vergadering van den Raad der gemeente Den Helder, op Dinsdag 28 October 1928. Ingekomen stukken. Goedkeuring van de Kroon op het raadsbesluit van 24 Juli 1928 tot wijziging van de Verordening tot het heffen van belasting wegens vermakelijkheden; Goedkeuring van de Kroon op het raadsbesluit van 14 Augustus 1928, waar bij het heffingspercentage voor de plaat selijke inkomstenbelasting werd vastge steld op 6.1; Volgens in dit nummer voorkomende advertentie zal de heer Hoek van den Rijksvoorlichtingsdienst voor schoen makers en leerlooiers Donderdag een lezing met lichtbeelden houden in het Ge bouw der O. J. V., Spoorstraat. Deze ver gadering die uiterst leerzaam zal zijn, is toegankelijk voor ieder vakgenoot. ,En wat was uw belooning!?" vroeg de ™JeT&n medaille mot getuig schrift van de Belgisdie regeenng'. Verkrijgbaar lo alle goede zaken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 5