Populair Bijvoegsel van de HELDERSCHE COURANT. Zaterda0 17 November 1928. UIT VLEGELJAREN i>y hot eerste Zondagmlddngappol na z'n ridderslag, met Plet, do neus, nader had kennis geblaakt, bleken beide geesten zich zeer verwant te govoelen. Hadden ze op het groene laken dien morgen geen enkel punt van overeenstemming kunnen vin den', met betrekking tot Eros bleken zo zeer verwant. En zelfs vela karaktereigen -»»r DE NOODLOTTIGE VERSTROOID- HEID. Het boek met twee auteursnamen. Plotseling stond Henri' op het trottoir stil. Zijn heelo houding, zijn gezicht, ver rieden de hoogste vorwondering, zijn oogen waren wijd opengespalkt. „Het is niet mogelijk," stamelde hij. Hot was helaas maar al te zeer moge lijk. Onder zijn arm hield hij nog maar één pakje, waarin twee boeken zaton, terwyd hij even to voren twee pakjes had. Het andere, dat Hcnrl niet meer zag, be vatte hot manuscript vim zijn roman, dien hij juist voltooid had on voornemens was naar den drukker te brongen. „Dadelijk terug naar hot postkantoor," Ml hij bij zichzelf. Inderdaad was bQ op het postkantoor geweest met een aangoteokond stuk. Op verzoek van den postambtenaar had hij het adres van eon noodzakelijke aanvul ling voorzien on daartoe bolde pakjes uit de hand gelegd. In de haast, omdat versolilllcndle men- schen met ongediuld hun beurt afwacht ten, was hij weggegaan en had uit on achtzaamheid slochta één dor pakjes weggenomen. HJJ merkte hot reeds, toon hij ongeveer vijftig pas gelooipon had on hoopte daarom stellig het kostbaro ma nuscript terug te vinden. Hot lag er ech- tor niet meer. Er stond nog veel volk aan het loket, maar de lessenaar was leeg. „Pardon, mijn! drie minuten geleden heb ik hiér een 'ikke envelop neergelegd). Niemand wist hom in te lichten. Toch had men medoiyden met den man, dio zenuwachtig aangedaan heen en weer liep, „Zaten or waardevolle papieron in do •nvoloppo?" vroog oen dor hoeren. „Nee, maar oen belangrijk manuscript van een zoo juist voltooide roman." Door die modedeeling ging do belang stelling voor het geval geheel verloren. Met hangend hoofd verliet Henri het postkantoor. „Wat imoet ik beginnen?'1 zelde hij op lulden toon tot een damo, dio een poste- reetanto brief had opgehaald, en onge- twyfold in den waan moest geraken, dat die mynheer door liofdesverdriot werd gekweld. Do man ging op eon bank zitten en dacht na. Een individu dat ln staat is oen enve loppe weg to nemen, die Iemand heeft laten liggen by eon loket op het postkan toor, is zonder twyfol een slecht mensch. Maar als zoo iemand, meonendo waarde volle stukken in zyn bezit te krijgen, tot de ontdekking komt, dat dezo hom tot nlots dionen kunnen, zal dit individu toch zeker onverwyid zyn fout horstellen. Wat kan hy <boginnen met hot manu script, mot de velo doorhaling, byna on leesbaar? Niets. Gelukkig hadi Honri aan het slot van rijn work zyn naam en adres geschreven. De kans, dat te eenlger tyd het pakket weer in zyn handen zou ko men, was dus zeer groot. Voor alles echter was het zaak aangifte te doen op het naastbyzyndo politie bureau. Hy had voor zeer vricndeiyko politiebeambten zijn verklaring afgelegd, door K.SMEEEEL VL Het leven is voortdurend veranderen, waaraan ook de „Lustige caramboletrek kers" niet vermochten te ontkomen. Want uiet enkel het feit dat de leden meer vaardig ter queue waren geworden, had de club een meer presentabel aanzien ge geven, ook het ledental was gestegen. Een maand na de geboorte der club na melijk had t dertiende lid z'n intrede onder de vrienden gedaan en was hy door Woest tot queue-ridder geslagen. Een gezamenlyke dronk op het weizyn der club was 't bondgenootschap komen ver stevigen on dies had Rust zyn kans waar genomen dén' nieuwen ridder op het groene lakon verpletterend te slaan. Mot een dlep-ernstig ge laat, het hoofd peinzend voorover, had Het 11 ongelijk gevecht staan bestaren en was-Io tot de profetische slotsom, gekomen dat de dcr- tlcndo man oen oitgelukskind bleek, zeer zeker voor zich zelf.on mogelijk voor de club. En daarom, wanneer Piet de keus was gelaten, had-ie zondes pardon hein Boon deballoteeron. Maar Woest aki president, en Rust ais eersto voorspel ff waren daartegen ern stig ln verzet gekomen, zoodat uit louter dankbaarheid zij den ganschen morgen vry rooken en een simpel glaasje te drin ken hadden gekregen. De nieuwe ridder blaak «an aear mild hoewel hy, hun vriendeiykheid ten spyt, toch een spottonden glimlach op hun ge laat meende to hebben gezien. Iicftrl kwam thuis en op eenmaal ver liet hem hot vertrouwen van straks. Hi, geloofde niet, dat hij zyn manuscript nog zou terugvinden. „Do monschen zyn allemaal slecht," dacht hij. „Degene, die do enveloppe heeft gestolon, heeft ze zeker, nadat hi, tot de ontdokklng is gekomen, dat ze voor hegi waardolooze papieren bevatte, weg gesmeten, in plaats van zich de moeite te goven zo op het Commissariaat vnn Foutie to brongon. Myh work is verloren, beslist verloren," jammerde hy. Hot was inderdaad voor Henri eon zeer onaangenaam geval. De arbeid van een jaar ging voor hem te loor, tengevolge dezer verstrooidheid!. In dil boek had hij zyn talent uitge stort: hy had do personen, die er in voorkwamen, schitterend! uitgebeeld-, de karakters waren prachtig geanalisocrd, Voor oen gedeelte van zyn boek was hy genoodzaakt geweest verschillende wer ken to béstudeoron, want Henri was oen ernstig sehrijvèr, die do eor van zyn vak hoog hield. Ten slotte kwamen or enkele pagina's in voor, geschreven onder den invloed eonor inspiratie, dio hij nooit moor mot dezelfde ontroering zou kunnen uitwerken. v II(J stond nu voor het volgende vraag stuk: Of don roman opnieuw sohryvon (Henri bcsofto dut hy niet moer daartoe ln stnat zou zyn) of In gelatonhoid dozen «lag drngon on dat zou een ramp voor hvm botüokenen: eon jaar vorgeofsoho arbeid, zyn hoop, do room, waarvan hy had gedroomd, was nu opeens wegge vaagd I Dien nacht sliep Honri niet. Don vol genden dag was hy somber en- lusteloos gestemd en besloot thuis to biyvon. Mis schien zou or gobeld worden on zou zyn manuscript bezorgd worden. Er word! een ter niet gebold, dien dag on evenmin daags daarna. „Ik ga kruidenier worden", zei Honri'1, er is niets vorfooiiykors dan het schrijf werk." Een zijner vrinondon gaf hem don raad tn de voornaamste dagbladen eon medo- deoling te doen opnomen, waarin hy een belooning zou'toezeggen, aan hom, die hot boek zou terugbezorgen. Do medodeeling werd geplaatst, zonder eohter hot gewensohto resultaat op te leveren. Henri strekte zyn handen uit en belette komen en dreigde eon zenuwaanval te krijgen, toen op den zesden dag een on bekende verzocht hem te spreken. Do man was groot on mager; hij droog een lange gryzonde baard; onder de dlch- to wenkbrauwen schitterden zyn oogén. In zyn mani-or van- doen lag lots vreemds, on Honri meende, dat de bezoeker met een of ander waan-idee was bezeten. Nauwciyks binnen, begon hy te spre ken. Hy sprak op aarzelenden toon en met onaangename onderbrekingen. „Mynheer", zeido hy, „u hebt eenige dagen geleden het manuscript van uw roman vorloron, nietwaar?" Henr strekte zyn handen uit on belette don man door te gaan. „01.... mynheer!" sprak hy met eon van vreugde trillende stem, „hebt u het gevonden? Welk oen gelukkige tydïng komt u my brengen. U hebt zeker myn advertentie ergens gelezen-I.... Ik zal my aan myn belofte houden en u do be looning uitkeeren." Maar de andere wees het aanbod met verontwaardiging van de hand. vriend reeds en wanneer do speeltijd om, de morgen gepasseerd was, waren hy en Woest, geflankeerd door Ko en Rust, ge zellig discusseerdi huiswaarts getogen. En op het middagappèl, in de „Metro- pole", had! ook het nieuwe lid niet ont broken. Het waren knusse uren, daar op het middagappèl. By het druppelen der pianotonen' op de stemmige namiddag- stilte, had' 'r een kalme sfeer geheerscht De gesprekken aan tafel werden fluiste rend gevoerd en voorzichtig-rustig, ais bevreesd! de stilte storend te breken, was de kellner komen bedienen. Met een zachte ruisching van kleeren langs de aanzittende bezoekers en kl'aar getinkel van leego glazen, by tyd! en wijle, ver richtte de man daar zyn werk. En de be zoekers, in suizenden dommel, wachtten 'r het ontwaken van luide vóóravondjool. Maar door die doezelende middagstilte, ond'er het déoomend gerust, sloop -als eer» wulpseho demon, dat wonder gevoel van U tot U. fetoolscho blikkon gleden hol- moiyk van sexo tot sotxo, on do „Lustige Oaramboletrckkers", met hun ovorgrooto zoemansharten, genoten zwelgend van dit spel dor verborgen gevoelens van haar tot fypra. En omgekeerd. Rust werdl 'r steeds sterk door aange tast. Maar Woest niet mindter. En ook d'o nndore niet. Zoodat in feite do gehoele club onderhevig was aan het spel der woelende natuur. Wat overigens géon wonder kon hoe- ton. Want de bloem der Vlaamscho natie, verdreven door Duitsche stam, was alom in VMssingen vertegenwoordigd'. Dag aan dag, avond na avond, waren d» café'? „Wat ik u verzooken mag, sproot niet van belooning. Do belooning heb Ik reeds ontvangen, omdat ik uw boek heb ge lezen. Mynheer, hot is oen meesterwerkI" Het duizelde don sohryver, „Hoe hoet u?" vroeg hy. „Ik heet Viotor Smit. Die naam zogt u waarsohyniyk niets. Ik bon geen confra ter, hoewel Ik van myn jeugd af drang gevoeld heb tot schryven. Myn opleiding is zcor onvoldoende geweest; ik kan nau wciyks zander fouten schreven Ik heb eèn beroep moeten kiezen on ben kellner geworden. Nu moet u niet denkon, dat Ik daarom uw boek niet zou kunnen bo- (lordeelon on er de schoonheid niet van kan ondervinden, in geestdrift ben ik ge raakt, toen ik het ten eindo gelezen had". Henri was koeler geworden. Ook merk te hy tot zijn spyt, dat de onbekende be zoeker do enveloppe niet in de hand had. „Dus u brengt my nu myn manuscript terug", zoide hy Victor Smit mankte eon ontkennend ge baar met het hoofd. „Noen, mynheer Bok- ker, neon! Ik breng uw manuscript nJet terug. H#t is thuis en ik bewaar het; Ik zo-u -or niet meer van kunnen scheiden! Hot zal my eon troost zyn in myn mislukt loven. Want het wordt tyd, dat ik het u zeg, dio roman is myn eigen leven! Alles wat' u hebt geschreven, heb ik beleefd. In myn sfeer, in myn eigen bescheiden sfeer, maar ik heb het beleefd. Het is myn levensgeschiedenis. Nu begrijpt u zeker, waarom hot rtdj zoo heeft getroffen!" „Toch moet u my", zeidè Honri op vas ten toon, „het manuscript teruggeven, U hebt het u zonder eenig recht toege ëigend". Op dio woordon begon Victor eon ge matigder toon aan te slaan. „Dat is zoo. En ik zal u ook het boek teruggeven, als u my toestaat, wnt ik vraag. Wat ik u wilde vragen, is, dat ik, Viotor Smit, met u als sohryver zal ge noemd worden". „Wat zegt u?" „Ja, ik wensch als uw medewerker ge noemd te worden. Ik heb hot recht uw medewerker to zyn". „U bont gok!" „Ik bon niet gek. Ik ben reeds uw medewerker omdat ik uw boek bewon derd' on bovendien, omdat ik do ontroe rende geschiedenis door u neergeschre ven, heb beleefd. Inderdaad mynhoor Dekker, u kunt, u moogt dat niet weige ren. „En trouwens, wat zou 't u ook hin deren". „Wat, zou me dat niet hinderen?" „Heelemaal niet. Ik vraag alleen, dat mijn nnnm naast dien van, u wordt afge drukt. De auteursrechten moogt u behou den, Vindt u dat nu zoo onmo-geiyk oon gedeelte van uw roem af to staan aan iemndd, die u bewondert?" Henri keek om zich hoen, alsof hij stoun zocht tegen den dwaas, die gevaar- ljjk kon worden. Maar Victor Smit was ln 't geheel niet govaariyk. Iiy sprak kalm; hy dreigde niet. Hy verzocht alleen eon gunst. Wol scheen het, dat hy halsstarrig vasthield aan zyn zonderling idee. „En als ik nu niet wil?" vroeg Honri wanhopig. „Dan", zeido de ander op kalmen toon," zal ik naar huis gaan en uwe papieren verbranden. Uw roman zal tot hot ver leden behooren, zoonis myn eigen roman tot het verleden behoort!" „En nTs ik u laat arrêstecren?" „Zonder bowys of getuigenI Ik zou alles ontkennen. Ik zou volhouden, dat u waan zinnig bent geworden. Maar zoover zal ik 't niet laten komen en u ook niet. U zult my toestaan, wat ik vraag. Wel, zou hot u niet aangenaam zyn uw manuscript gedrukt to zien, met myn nnnm naast don uwen! Is dat nu zoo vree-gelijk? Het Is eon veriangon, dat me imyn hecle lovon ach tervolgd heeft. U kunt me zoo'n Weinig heid niet weigeren. Anderswelnu, anders verbrand ik alles. Honri zat versuft in elkaar gedoken Voor do tweede maal zijn manuscript te moeten verliezen, nu het was terug gevonden. Welk een vreeseiyke kwel ling.die naam van Victor Smit naast den zynen-1.Welk een vernedering!. Wat kon *t hem ook schelen. Hy zou zich tegenover de critiek wel rechtvaar digen, vorklaren hoe ze die dwaze mede werking moesten opvatten. Zyn naam alleen zou men tenslotte onthouden. Alles liover dan do blndTljden niet meer terug te zien, waarin- hy rijn heele ziel, zyn gansehe ik had neergelegd. En zoo goschiedde het, dat het boek vors oh oon met do nnmon Honri Bekkcr en Victor Smit als de sdhryvers, zonder dat iemand het merkte, want het boek had niet hot minste suooes. HOE ZIET DE WERELD ER TEGENWOORDIG UIT? Troost voor onmnzlknlen. Op iedere 8800 zangers zingen or slechts 22 zuivere noten. Edison. Het oudsto en hoogsto bezit. Godsdienst is het oudsto en hoogsto be zit vnn het menschdom, on een bezit waar van het zich nimmer zal laten beroovon. Jam en tanden. De onderstelling dat ovorvloedig ge bruik van marmelade of jam tandbederf in do hand zou werken, wordt niet beves tigd. Tanden, die in marmelade en speek sel werden gelegd, vertoonden na 61 da gen nog geen verandering. Don doorslag voor tandbederf geven koolhydraten, die in gisting overgaan. Mllnch. Med. Wochonschrlft. Spoedig berouw. Een paartje ln Sohotorland, dat eerst slechts vyi maanden was getrouwd, heeft nu reeds een verzoek om eohtsoheidlng ingediend Persbericht Staken en werken. Staak en de geheele wereld staakt met u; werk en ge werkt alleen. Daily Express. Do nltvlndcr van de ansicht, I Het gebruik der gewone briefkaart werd den Ion Juli 1870 door de Dultschers in gesteld. Tydens het uitbreken van den Fransoh-Duitsohen oorlog zond de boek handelaar Schwartz uit Oldenburg een briefkaart naar zyn ouders in Mariënbad, óm hon gerust te stellen over zyn wog- biyven, daar de gewone treinenloop mot het oog op de mobilisatie, gestaakt was. Hij drukte voor de aardigheid op'do kaart een klein cliché van oen artillerist af, het welk toevallig op zyn schrijftafel lag. Al spoedig zonden Duitsche soldaten uit Irankrijk briefkaarten met kleine toeke- nlngon naar huis. In 1876 gaf Schwartz een serie prentkaarten uit, welke de eer ste waren dio in den handel kwamon en door mlllioonon gevolgd zouden worden. Universum. KLEINE WIJSHEDEN. Jaloezie la de kunst om zich zelve nog moer kwaad te doen dan anderen. Een volbloedig mensch schrijft geestig, oen driftig mensch kort, scherpzinnig, de weemoedige omslachtig on duister, de flegmatieke liefst in 't geheel niet In de jeugd droomt men van allerlei dwaalwegen, nooden en avonturen, die men ln het leven dat voor ons ligt, zal moeten doorstaan; en wanneer men in don ouderdom op den afgelegden weg terugziet, kijk eens, dan heeft men dit alles met het hart meegemaakt Arm menscheiyk hertl We zyn gevoe liger voor de geringste beleefdheid, van ecu tegenstander, dan voor do biyken van gehechtheid van een vriend. Er Is ontegenzeggeiyk ln nabootsen of nadoen iets zeer komisch gelegen; want wy schateren het uit by de getrouwe na bootsing van 't geen op zichzelf volstrekt niet kluchtig ls. overvol met Belgische refugiés en de ele gante dames-leden der Vlaamsche „beau monde" oefenden een onmiskenbare aan trekking op de groothartige aspirant-zee vaarders. En wanneer lid dertien -der vréoiyba club ter plaatse was verschenen, had-ie met y'ver een aanvang gemaakt ook mee to spelen dat spannende spel. Lid dertien was een presentabel figuur. Met fijne coupe omsloot een modern cos- tuum z'n teermannelyk lichaam. Z'n gang was lucht en tegelyk veerkrachtig. Z'n kop kloek, met toch iets vrouwelijks; ter- wyl langs z'n scherpe neus een intelli gente blik straalde. Lid dértien bleek een ladykiller". En zoodra hy dan ook dé kans slechts had z'n vleugels uit te slaan, was-i-e met een zoete prooi van z'n roof tocht weergekeerd. Maar wat de ander on niet doden, lid dertien daarentegen wel, dat was verbo den terrein bejagen. Met onergio, oen bo- -oro zaak waardig, was-lo begonnen to oourtl'seoroni by een Hoïlandach dames- (ennlsja En, naar later bleek, niet zon der succes. Toch zou hom dit minder noodlottig zyn geworden, ware hot d-at z'n kloeke k-op do trouwe weerspiegeling van een evon cloekon geest was geweest. Dit echter bleek niet hot geval, fcoodra lid dertieni-Nu was overigens do bedoelde dame een schappen toonden ze later gemeen te heb ben. In die mate tenslotte, dat ze beste vrienden werden- En nu zou de harmonie tusscben beide kameraden zoo gansehe- Mjk volkomen in' het begin tot een hoo- gore eenheid zijn uitgedijd, indien niet een tleere nieasjcsschaduw stordud was tusschenbeide getreden. Lid dértien dan, of later gedoopt „Do Rotterdammer" dit vanwege z'n origi ne had) zich energiek beijverd toenade ring te zoeken tot een „rij". En die „zij", hoewel verloofd, bleek niet ongenegen. En deze nu was de twistappel tusisohen die beide vrienden geworden. Niiet da't Piet jaloersch was. Ook niet dat hy 'n nieuwe vriend het gelukje misgunde. In tegendeel'! Maar Piet, ais steeds voorzich tig van doen, was van meeding dat „De Rotterdammer" zich met z'n minder ge oorloofde verhouding op een te gewaagd pad begeven had. Het was nameiyk be kend dat de dame in quaestie, verloofd was met een stuurmansleerling. En tevens wist elk „inisldor", dat dé betref fende verloofde voor geen klein geruch tje vervaard zou wezen. En waar Plet nu van angst voor een vechtpartij rilde, had- ie voor alle zekerheid z'n vriendenhanden van „Da Rotterdammer" teruggetrokken. Enkel en alleen maar om „safe" te zyn. Tob Nooit Hoekje. Indien gij Iemand wilt bowor- ken, dan moet gij zyn aard en i *ei rijn gewoonten tennen. Bacon. De vraag wordt wel eena gesteld, waar- om deze mensch zooveel gemakkolijker omgnat mot zyn mede-creaturen dan gene, waarom hot don één wol golukt to over tuigen, waar do ander hopoloos faalt, ona. Hot antwoord hierop ls niet ln een paar woorden te goven. Maar toch vullen tor verklaring van dit vorschynsol ookolo fei ten aan te wijzen, die ons, by eenig ver der nadenken, wel tot de goo< e oplossing kunnon brengen. In de oorsto plaata ls hot hier oen kwestie van porsoouiykheld. Men moot, om anderen to kunnon over tuigen Iemand zyn, waar lots van uitgaat. Wnt dit nu preolcs is valt niet mot zooveel woorden to orasohryven, hot Is do sfeer, die mon mot zich draagt, welke ton deze een grooto rol spoelt. En dozo „sfoor" hoe moetïyk te definleeren ook ls kon» neiyk nfhankeUjk van verschillende om- standlgheden. Een opgewekte natuur ls In het vorkeer met do mensohen reeds vool waard, een zekere openhoid workt nltyd innemend en dan ls er nog zoo iets als persooniyke invloed, die voortkomt uit zelfvertrouwen en zelfbeheersching, waar door men, zonder het eigeniyk bewust te willen, in allerlei situaties een.dominee- renden invloed kan laten gelden. Daarnaast zyn tact en intuïtlo twee olgenschappen, welker bezit niet to ver smaden is. Men moet reeds van meet af aan uit zichzelf aanvoelen hoe do ge aardheid is van de persooniykheld, die men wenscht te overtuigen en onze tact moet ons leeren wat daartoe do meest ge wensohto eigenschappen zyn. Bacon heeft het zoo treffend juist gezegd, dat om iemand met sucoes te kunnen bewerken, mon zyn aard en gewoonten moet kennen, zyn strevingen, zyn zwakheden en tekort komingen. Wanneer wy daarop letten in het verkeer met onze medemensohen en- ons bovendien toeleggen op het oultlvee- ren onzer eigen persooniykheld (hier vooral vorming tot een vlot en opgewekt mensch met, by alle welwillendheid, in het karakter oen ondertoon van vastberaden heid) dan zullen heel wat meer biymoe- dtgheid en succes in het leven en heel wut minder strubbelingen en mislukkin gen ons doel zyn. Dt. JOS. DJB GOOK. Vrager te N. GIJ vraagt bns, wnt bo- schavlng eigenlijk is on wy antwoorden u daarop: „Beschaving is toevoegen van nieuwe behoeften. Er is al heel wat ge schreven, oven üo behoeften der men- schon. Een groote firma In Amsterdam, die honderd jaar bestond, had twee étala- gos: een moderne keuken en een koukeu zooals Üie was, toon zy vóór honderd jaar li aar zaken begon. Het was treffend on leerzaam, die étalages te zien. Maar als wy bedenken, dat die voorouders van ons ook aten en dronken, dan moeten wy ons wel eens afvragen: „Is dit alles nu wel noodig". Maar by nadere beschouwing moeten wy toch volmondig 'antwoorden: „Ja". Onze tyd,heeft een ander rhythme dan die van voor honderd jaar en even als hy die op een trap-lift een ongeluk krygt, wanneer hy geen rekening houdt met de snelheid, zoo zal ook hy, dio het rhythme van dezen tyd niet .gevoelt en niet in de behoeften voorziet", die deze tyd eischt, om hem ln eenzelfde tempo te doen werken, een ongeluk krygen, dat niet zoo licht te herstellen is als een ge broken beon. De nieuwe behoeften worden geschapen voor het rhythme van den tyd, waarin wij leven en wy moeten daarin tijdig voorzien, op gevaar van door dat rhythme to worden vernietigd. Verzonden brieven: G. J te H.; K. te II.; L. M. te H. Voor do lezers van ons blad geeft onze psychologische medewerker Dr. Jos. do Oock, van Merlonstrnat 120, 's-Graven- hage gratis zielkundige adviezen, o.m. over de wyze waarop zij hun goest kun- nen verfrisschen en hun wilskracht en energie kunnen versterken. De vragen worden geregeld in dit blad behandeld. Mochten de beantwoordingen te uitvoerig worden dan direct ichriitp- iyk aan de aanvragers. „psychologisch geval". Van naam on origl no aan don grooten Mlohtel Adrlannsz. verwant, zou men van haar een krachtig karakter verwacht mogen hebben. En zeer zeker een' groote vastheid van woord. Nooh het één, noch het ander eohter bleek by haar het geval Met 'elegante gemak- fceiykhéld wist rij eon gegeven woord te vergeten en met baldadige ruimheid van hart, beminde ze zoowel „De Rotterdam mer", als haar ter zee zwervende verloofde. En hare houding liet nog ruimte, meerde, re open hartsvakken te onderstellen. Toch was zy geen favorite der club. En met ontstellende verscheidenheid in waar deering, werd zy door dé leden beoor deeld. „Die neus" bijvoorbeeld, in z'n boos heid over den vroeg verloren vriend, qua- lifiöeerde haar als een „remedie tegen dé liefde", terwijl Ko als robust beoordeelaar, verklaarde haar liever te zien, dan heur groote stamvader in vol ornaat. En „kleine Bedhema", van Kampen, oordeelde laar „een juweel van een kind". Daar tegen echter was Woest heftig in verzet gekomen, die diep ingrijpende bemerkin gen had- En Rust noemde haar een' „ho peloos geval". Zoodat de meerlingen nogal verdeeld bleken te rijn! Nu bleek dit lid dertien koud te laten. Of mogeiyk wol, maakte het 'uni juist warm. Want met groote innigheid.) wus-le z'n kouzo biyvon aanhangen en koppig hield) hy zich' in z'n koers. Eh na verloop van betrekkelijk korten tyd wist elk niet boter of het behoorde zoo. Niet echter haar stoere stuurmans leerling. .1 (Wordt vrvolgd). 't Jutte ije (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 11