Populair Bijvoegsel van de
HELDERSCHE COURANT.
Zaterda0 17 November 1928.
UIT VLEGELJAREN
i>y hot eerste Zondagmlddngappol na z'n
ridderslag, met Plet, do neus, nader had
kennis geblaakt, bleken beide geesten zich
zeer verwant te govoelen. Hadden ze op
het groene laken dien morgen geen enkel
punt van overeenstemming kunnen vin
den', met betrekking tot Eros bleken zo
zeer verwant. En zelfs vela karaktereigen
-»»r
DE NOODLOTTIGE VERSTROOID-
HEID.
Het boek met twee auteursnamen.
Plotseling stond Henri' op het trottoir
stil. Zijn heelo houding, zijn gezicht, ver
rieden de hoogste vorwondering, zijn
oogen waren wijd opengespalkt.
„Het is niet mogelijk," stamelde hij.
Hot was helaas maar al te zeer moge
lijk. Onder zijn arm hield hij nog maar
één pakje, waarin twee boeken zaton,
terwyd hij even to voren twee pakjes had.
Het andere, dat Hcnrl niet meer zag, be
vatte hot manuscript vim zijn roman, dien
hij juist voltooid had on voornemens was
naar den drukker te brongen.
„Dadelijk terug naar hot postkantoor,"
Ml hij bij zichzelf.
Inderdaad was bQ op het postkantoor
geweest met een aangoteokond stuk. Op
verzoek van den postambtenaar had hij
het adres van eon noodzakelijke aanvul
ling voorzien on daartoe bolde pakjes
uit de hand gelegd.
In de haast, omdat versolilllcndle men-
schen met ongediuld hun beurt afwacht
ten, was hij weggegaan en had uit on
achtzaamheid slochta één dor pakjes
weggenomen. HJJ merkte hot reeds, toon
hij ongeveer vijftig pas gelooipon had on
hoopte daarom stellig het kostbaro ma
nuscript terug te vinden. Hot lag er ech-
tor niet meer. Er stond nog veel volk aan
het loket, maar de lessenaar was leeg.
„Pardon, mijn! drie minuten
geleden heb ik hiér een 'ikke envelop
neergelegd).
Niemand wist hom in te lichten. Toch
had men medoiyden met den man, dio
zenuwachtig aangedaan heen en weer liep,
„Zaten or waardevolle papieron in do
•nvoloppo?" vroog oen dor hoeren.
„Nee, maar oen belangrijk manuscript
van een zoo juist voltooide roman."
Door die modedeeling ging do belang
stelling voor het geval geheel verloren.
Met hangend hoofd verliet Henri het
postkantoor.
„Wat imoet ik beginnen?'1 zelde hij op
lulden toon tot een damo, dio een poste-
reetanto brief had opgehaald, en onge-
twyfold in den waan moest geraken, dat
die mynheer door liofdesverdriot werd
gekweld.
Do man ging op eon bank zitten en
dacht na.
Een individu dat ln staat is oen enve
loppe weg to nemen, die Iemand heeft
laten liggen by eon loket op het postkan
toor, is zonder twyfol een slecht mensch.
Maar als zoo iemand, meonendo waarde
volle stukken in zyn bezit te krijgen, tot
de ontdekking komt, dat dezo hom tot
nlots dionen kunnen, zal dit individu
toch zeker onverwyid zyn fout horstellen.
Wat kan hy <boginnen met hot manu
script, mot de velo doorhaling, byna on
leesbaar? Niets. Gelukkig hadi Honri aan
het slot van rijn work zyn naam en adres
geschreven. De kans, dat te eenlger tyd
het pakket weer in zyn handen zou ko
men, was dus zeer groot.
Voor alles echter was het zaak aangifte
te doen op het naastbyzyndo politie
bureau. Hy had voor zeer vricndeiyko
politiebeambten zijn verklaring afgelegd,
door
K.SMEEEEL
VL
Het leven is voortdurend veranderen,
waaraan ook de „Lustige caramboletrek
kers" niet vermochten te ontkomen. Want
uiet enkel het feit dat de leden meer
vaardig ter queue waren geworden, had
de club een meer presentabel aanzien ge
geven, ook het ledental was gestegen.
Een maand na de geboorte der club na
melijk had t dertiende lid z'n intrede
onder de vrienden gedaan en was hy door
Woest tot queue-ridder geslagen. Een
gezamenlyke dronk op het weizyn der
club was 't bondgenootschap komen ver
stevigen on dies had Rust zyn kans waar
genomen dén' nieuwen ridder op het
groene lakon verpletterend te slaan.
Mot een dlep-ernstig ge laat, het hoofd
peinzend voorover, had Het 11 ongelijk
gevecht staan bestaren en was-Io tot de
profetische slotsom, gekomen dat de dcr-
tlcndo man oen oitgelukskind bleek, zeer
zeker voor zich zelf.on mogelijk voor
de club. En daarom, wanneer Piet de keus
was gelaten, had-ie zondes pardon hein
Boon deballoteeron.
Maar Woest aki president, en Rust ais
eersto voorspel ff waren daartegen ern
stig ln verzet gekomen, zoodat uit louter
dankbaarheid zij den ganschen morgen
vry rooken en een simpel glaasje te drin
ken hadden gekregen.
De nieuwe ridder blaak «an aear mild
hoewel hy, hun vriendeiykheid ten spyt,
toch een spottonden glimlach op hun ge
laat meende to hebben gezien.
Iicftrl kwam thuis en op eenmaal ver
liet hem hot vertrouwen van straks. Hi,
geloofde niet, dat hij zyn manuscript nog
zou terugvinden.
„Do monschen zyn allemaal slecht,"
dacht hij. „Degene, die do enveloppe
heeft gestolon, heeft ze zeker, nadat hi,
tot de ontdokklng is gekomen, dat ze voor
hegi waardolooze papieren bevatte, weg
gesmeten, in plaats van zich de moeite
te goven zo op het Commissariaat vnn
Foutie to brongon. Myh work is verloren,
beslist verloren," jammerde hy.
Hot was inderdaad voor Henri eon zeer
onaangenaam geval. De arbeid van een
jaar ging voor hem te loor, tengevolge
dezer verstrooidheid!.
In dil boek had hij zyn talent uitge
stort: hy had do personen, die er in
voorkwamen, schitterend! uitgebeeld-, de
karakters waren prachtig geanalisocrd,
Voor oen gedeelte van zyn boek was hy
genoodzaakt geweest verschillende wer
ken to béstudeoron, want Henri was oen
ernstig sehrijvèr, die do eor van zyn vak
hoog hield. Ten slotte kwamen or enkele
pagina's in voor, geschreven onder den
invloed eonor inspiratie, dio hij nooit
moor mot dezelfde ontroering zou kunnen
uitwerken. v
II(J stond nu voor het volgende vraag
stuk: Of don roman opnieuw sohryvon
(Henri bcsofto dut hy niet moer daartoe
ln stnat zou zyn) of In gelatonhoid dozen
«lag drngon on dat zou een ramp voor
hvm botüokenen: eon jaar vorgeofsoho
arbeid, zyn hoop, do room, waarvan hy
had gedroomd, was nu opeens wegge
vaagd I
Dien nacht sliep Honri niet. Don vol
genden dag was hy somber en- lusteloos
gestemd en besloot thuis to biyvon. Mis
schien zou or gobeld worden on zou zyn
manuscript bezorgd worden. Er word! een
ter niet gebold, dien dag on evenmin
daags daarna.
„Ik ga kruidenier worden", zei Honri'1,
er is niets vorfooiiykors dan het schrijf
werk."
Een zijner vrinondon gaf hem don raad
tn de voornaamste dagbladen eon medo-
deoling te doen opnomen, waarin hy een
belooning zou'toezeggen, aan hom, die hot
boek zou terugbezorgen.
Do medodeeling werd geplaatst, zonder
eohter hot gewensohto resultaat op te
leveren.
Henri strekte zyn handen uit en belette
komen en dreigde eon zenuwaanval te
krijgen, toen op den zesden dag een on
bekende verzocht hem te spreken.
Do man was groot on mager; hij droog
een lange gryzonde baard; onder de dlch-
to wenkbrauwen schitterden zyn oogén.
In zyn mani-or van- doen lag lots vreemds,
on Honri meende, dat de bezoeker met
een of ander waan-idee was bezeten.
Nauwciyks binnen, begon hy te spre
ken. Hy sprak op aarzelenden toon en
met onaangename onderbrekingen.
„Mynheer", zeido hy, „u hebt eenige
dagen geleden het manuscript van uw
roman vorloron, nietwaar?"
Henr strekte zyn handen uit on belette
don man door te gaan.
„01.... mynheer!" sprak hy met eon
van vreugde trillende stem, „hebt u het
gevonden? Welk oen gelukkige tydïng
komt u my brengen. U hebt zeker myn
advertentie ergens gelezen-I.... Ik zal
my aan myn belofte houden en u do be
looning uitkeeren."
Maar de andere wees het aanbod met
verontwaardiging van de hand.
vriend reeds en wanneer do speeltijd om,
de morgen gepasseerd was, waren hy en
Woest, geflankeerd door Ko en Rust, ge
zellig discusseerdi huiswaarts getogen.
En op het middagappèl, in de „Metro-
pole", had! ook het nieuwe lid niet ont
broken.
Het waren knusse uren, daar op het
middagappèl. By het druppelen der
pianotonen' op de stemmige namiddag-
stilte, had' 'r een kalme sfeer geheerscht
De gesprekken aan tafel werden fluiste
rend gevoerd en voorzichtig-rustig, ais
bevreesd! de stilte storend te breken, was
de kellner komen bedienen. Met een
zachte ruisching van kleeren langs de
aanzittende bezoekers en kl'aar getinkel
van leego glazen, by tyd! en wijle, ver
richtte de man daar zyn werk. En de be
zoekers, in suizenden dommel, wachtten
'r het ontwaken van luide vóóravondjool.
Maar door die doezelende middagstilte,
ond'er het déoomend gerust, sloop -als eer»
wulpseho demon, dat wonder gevoel van
U tot U. fetoolscho blikkon gleden hol-
moiyk van sexo tot sotxo, on do „Lustige
Oaramboletrckkers", met hun ovorgrooto
zoemansharten, genoten zwelgend van dit
spel dor verborgen gevoelens van haar
tot fypra. En omgekeerd.
Rust werdl 'r steeds sterk door aange
tast. Maar Woest niet mindter. En ook d'o
nndore niet. Zoodat in feite do gehoele
club onderhevig was aan het spel der
woelende natuur.
Wat overigens géon wonder kon hoe-
ton. Want de bloem der Vlaamscho natie,
verdreven door Duitsche stam, was alom
in VMssingen vertegenwoordigd'. Dag aan
dag, avond na avond, waren d» café'?
„Wat ik u verzooken mag, sproot niet
van belooning. Do belooning heb Ik reeds
ontvangen, omdat ik uw boek heb ge
lezen. Mynheer, hot is oen meesterwerkI"
Het duizelde don sohryver,
„Hoe hoet u?" vroeg hy.
„Ik heet Viotor Smit. Die naam zogt u
waarsohyniyk niets. Ik bon geen confra
ter, hoewel Ik van myn jeugd af drang
gevoeld heb tot schryven. Myn opleiding
is zcor onvoldoende geweest; ik kan nau
wciyks zander fouten schreven Ik heb
eèn beroep moeten kiezen on ben kellner
geworden. Nu moet u niet denkon, dat
Ik daarom uw boek niet zou kunnen bo-
(lordeelon on er de schoonheid niet van
kan ondervinden, in geestdrift ben ik ge
raakt, toen ik het ten eindo gelezen had".
Henri was koeler geworden. Ook merk
te hy tot zijn spyt, dat de onbekende be
zoeker do enveloppe niet in de hand
had.
„Dus u brengt my nu myn manuscript
terug", zoide hy
Victor Smit mankte eon ontkennend ge
baar met het hoofd. „Noen, mynheer Bok-
ker, neon! Ik breng uw manuscript nJet
terug. H#t is thuis en ik bewaar het; Ik
zo-u -or niet meer van kunnen scheiden!
Hot zal my eon troost zyn in myn mislukt
loven. Want het wordt tyd, dat ik het u
zeg, dio roman is myn eigen leven! Alles
wat' u hebt geschreven, heb ik beleefd. In
myn sfeer, in myn eigen bescheiden
sfeer, maar ik heb het beleefd. Het is myn
levensgeschiedenis. Nu begrijpt u zeker,
waarom hot rtdj zoo heeft getroffen!"
„Toch moet u my", zeidè Honri op vas
ten toon, „het manuscript teruggeven, U
hebt het u zonder eenig recht toege
ëigend".
Op dio woordon begon Victor eon ge
matigder toon aan te slaan.
„Dat is zoo. En ik zal u ook het boek
teruggeven, als u my toestaat, wnt ik
vraag. Wat ik u wilde vragen, is, dat ik,
Viotor Smit, met u als sohryver zal ge
noemd worden".
„Wat zegt u?"
„Ja, ik wensch als uw medewerker ge
noemd te worden. Ik heb hot recht uw
medewerker to zyn".
„U bont gok!"
„Ik bon niet gek. Ik ben reeds uw
medewerker omdat ik uw boek bewon
derd' on bovendien, omdat ik do ontroe
rende geschiedenis door u neergeschre
ven, heb beleefd. Inderdaad mynhoor
Dekker, u kunt, u moogt dat niet weige
ren. „En trouwens, wat zou 't u ook hin
deren".
„Wat, zou me dat niet hinderen?"
„Heelemaal niet. Ik vraag alleen, dat
mijn nnnm naast dien van, u wordt afge
drukt. De auteursrechten moogt u behou
den, Vindt u dat nu zoo onmo-geiyk oon
gedeelte van uw roem af to staan aan
iemndd, die u bewondert?"
Henri keek om zich hoen, alsof hij
stoun zocht tegen den dwaas, die gevaar-
ljjk kon worden. Maar Victor Smit was ln
't geheel niet govaariyk. Iiy sprak kalm;
hy dreigde niet. Hy verzocht alleen eon
gunst. Wol scheen het, dat hy halsstarrig
vasthield aan zyn zonderling idee.
„En als ik nu niet wil?" vroeg Honri
wanhopig.
„Dan", zeido de ander op kalmen toon,"
zal ik naar huis gaan en uwe papieren
verbranden. Uw roman zal tot hot ver
leden behooren, zoonis myn eigen roman
tot het verleden behoort!"
„En nTs ik u laat arrêstecren?"
„Zonder bowys of getuigenI Ik zou alles
ontkennen. Ik zou volhouden, dat u waan
zinnig bent geworden. Maar zoover zal
ik 't niet laten komen en u ook niet. U
zult my toestaan, wat ik vraag. Wel, zou
hot u niet aangenaam zyn uw manuscript
gedrukt to zien, met myn nnnm naast don
uwen! Is dat nu zoo vree-gelijk? Het Is eon
veriangon, dat me imyn hecle lovon ach
tervolgd heeft. U kunt me zoo'n Weinig
heid niet weigeren. Anderswelnu,
anders verbrand ik alles.
Honri zat versuft in elkaar gedoken
Voor do tweede maal zijn manuscript
te moeten verliezen, nu het was terug
gevonden. Welk een vreeseiyke kwel
ling.die naam van Victor Smit naast
den zynen-1.Welk een vernedering!.
Wat kon *t hem ook schelen. Hy zou
zich tegenover de critiek wel rechtvaar
digen, vorklaren hoe ze die dwaze mede
werking moesten opvatten. Zyn naam
alleen zou men tenslotte onthouden.
Alles liover dan do blndTljden niet meer
terug te zien, waarin- hy rijn heele ziel,
zyn gansehe ik had neergelegd.
En zoo goschiedde het, dat het boek
vors oh oon met do nnmon Honri Bekkcr
en Victor Smit als de sdhryvers, zonder
dat iemand het merkte, want het boek had
niet hot minste suooes.
HOE ZIET DE WERELD ER
TEGENWOORDIG UIT?
Troost voor onmnzlknlen.
Op iedere 8800 zangers zingen or slechts
22 zuivere noten.
Edison.
Het oudsto en hoogsto bezit.
Godsdienst is het oudsto en hoogsto be
zit vnn het menschdom, on een bezit waar
van het zich nimmer zal laten beroovon.
Jam en tanden.
De onderstelling dat ovorvloedig ge
bruik van marmelade of jam tandbederf
in do hand zou werken, wordt niet beves
tigd. Tanden, die in marmelade en speek
sel werden gelegd, vertoonden na 61 da
gen nog geen verandering. Don doorslag
voor tandbederf geven koolhydraten, die
in gisting overgaan.
Mllnch. Med. Wochonschrlft.
Spoedig berouw.
Een paartje ln Sohotorland, dat eerst
slechts vyi maanden was getrouwd, heeft
nu reeds een verzoek om eohtsoheidlng
ingediend
Persbericht
Staken en werken.
Staak en de geheele wereld staakt
met u; werk en ge werkt alleen.
Daily Express.
Do nltvlndcr van de ansicht,
I Het gebruik der gewone briefkaart werd
den Ion Juli 1870 door de Dultschers in
gesteld. Tydens het uitbreken van den
Fransoh-Duitsohen oorlog zond de boek
handelaar Schwartz uit Oldenburg een
briefkaart naar zyn ouders in Mariënbad,
óm hon gerust te stellen over zyn wog-
biyven, daar de gewone treinenloop mot
het oog op de mobilisatie, gestaakt was.
Hij drukte voor de aardigheid op'do kaart
een klein cliché van oen artillerist af, het
welk toevallig op zyn schrijftafel lag. Al
spoedig zonden Duitsche soldaten uit
Irankrijk briefkaarten met kleine toeke-
nlngon naar huis. In 1876 gaf Schwartz
een serie prentkaarten uit, welke de eer
ste waren dio in den handel kwamon en
door mlllioonon gevolgd zouden worden.
Universum.
KLEINE WIJSHEDEN.
Jaloezie la de kunst om zich zelve nog
moer kwaad te doen dan anderen.
Een volbloedig mensch schrijft geestig,
oen driftig mensch kort, scherpzinnig, de
weemoedige omslachtig on duister, de
flegmatieke liefst in 't geheel niet
In de jeugd droomt men van allerlei
dwaalwegen, nooden en avonturen, die
men ln het leven dat voor ons ligt, zal
moeten doorstaan; en wanneer men in
don ouderdom op den afgelegden weg
terugziet, kijk eens, dan heeft men dit
alles met het hart meegemaakt
Arm menscheiyk hertl We zyn gevoe
liger voor de geringste beleefdheid, van
ecu tegenstander, dan voor do biyken van
gehechtheid van een vriend.
Er Is ontegenzeggeiyk ln nabootsen of
nadoen iets zeer komisch gelegen; want
wy schateren het uit by de getrouwe na
bootsing van 't geen op zichzelf volstrekt
niet kluchtig ls.
overvol met Belgische refugiés en de ele
gante dames-leden der Vlaamsche „beau
monde" oefenden een onmiskenbare aan
trekking op de groothartige aspirant-zee
vaarders.
En wanneer lid dertien -der vréoiyba
club ter plaatse was verschenen, had-ie
met y'ver een aanvang gemaakt ook mee
to spelen dat spannende spel.
Lid dertien was een presentabel figuur.
Met fijne coupe omsloot een modern cos-
tuum z'n teermannelyk lichaam. Z'n gang
was lucht en tegelyk veerkrachtig. Z'n
kop kloek, met toch iets vrouwelijks; ter-
wyl langs z'n scherpe neus een intelli
gente blik straalde. Lid dértien bleek een
ladykiller". En zoodra hy dan ook dé
kans slechts had z'n vleugels uit te slaan,
was-i-e met een zoete prooi van z'n roof
tocht weergekeerd.
Maar wat de ander on niet doden, lid
dertien daarentegen wel, dat was verbo
den terrein bejagen. Met onergio, oen bo-
-oro zaak waardig, was-lo begonnen to
oourtl'seoroni by een Hoïlandach dames-
(ennlsja En, naar later bleek, niet zon
der succes.
Toch zou hom dit minder noodlottig zyn
geworden, ware hot d-at z'n kloeke k-op
do trouwe weerspiegeling van een evon
cloekon geest was geweest. Dit echter
bleek niet hot geval, fcoodra lid dertieni-Nu was overigens do bedoelde dame een
schappen toonden ze later gemeen te heb
ben. In die mate tenslotte, dat ze beste
vrienden werden- En nu zou de harmonie
tusscben beide kameraden zoo gansehe-
Mjk volkomen in' het begin tot een hoo-
gore eenheid zijn uitgedijd, indien niet
een tleere nieasjcsschaduw stordud was
tusschenbeide getreden.
Lid dértien dan, of later gedoopt „Do
Rotterdammer" dit vanwege z'n origi
ne had) zich energiek beijverd toenade
ring te zoeken tot een „rij". En die „zij",
hoewel verloofd, bleek niet ongenegen.
En deze nu was de twistappel tusisohen
die beide vrienden geworden. Niiet da't
Piet jaloersch was. Ook niet dat hy 'n
nieuwe vriend het gelukje misgunde. In
tegendeel'! Maar Piet, ais steeds voorzich
tig van doen, was van meeding dat „De
Rotterdammer" zich met z'n minder ge
oorloofde verhouding op een te gewaagd
pad begeven had. Het was nameiyk be
kend dat de dame in quaestie, verloofd
was met een stuurmansleerling. En
tevens wist elk „inisldor", dat dé betref
fende verloofde voor geen klein geruch
tje vervaard zou wezen. En waar Plet nu
van angst voor een vechtpartij rilde, had-
ie voor alle zekerheid z'n vriendenhanden
van „Da Rotterdammer" teruggetrokken.
Enkel en alleen maar om „safe" te zyn.
Tob Nooit Hoekje.
Indien gij Iemand wilt bowor-
ken, dan moet gij zyn aard en
i *ei
rijn gewoonten
tennen.
Bacon.
De vraag wordt wel eena gesteld, waar-
om deze mensch zooveel gemakkolijker
omgnat mot zyn mede-creaturen dan gene,
waarom hot don één wol golukt to over
tuigen, waar do ander hopoloos faalt, ona.
Hot antwoord hierop ls niet ln een paar
woorden te goven. Maar toch vullen tor
verklaring van dit vorschynsol ookolo fei
ten aan te wijzen, die ons, by eenig ver
der nadenken, wel tot de goo< e oplossing
kunnon brengen. In de oorsto plaata ls
hot hier oen kwestie van porsoouiykheld.
Men moot, om anderen to kunnon over
tuigen Iemand zyn, waar lots van uitgaat.
Wnt dit nu preolcs is valt niet mot zooveel
woorden to orasohryven, hot Is do sfeer,
die mon mot zich draagt, welke ton deze
een grooto rol spoelt. En dozo „sfoor"
hoe moetïyk te definleeren ook ls kon»
neiyk nfhankeUjk van verschillende om-
standlgheden. Een opgewekte natuur ls In
het vorkeer met do mensohen reeds vool
waard, een zekere openhoid workt nltyd
innemend en dan ls er nog zoo iets als
persooniyke invloed, die voortkomt uit
zelfvertrouwen en zelfbeheersching, waar
door men, zonder het eigeniyk bewust te
willen, in allerlei situaties een.dominee-
renden invloed kan laten gelden.
Daarnaast zyn tact en intuïtlo twee
olgenschappen, welker bezit niet to ver
smaden is. Men moet reeds van meet af
aan uit zichzelf aanvoelen hoe do ge
aardheid is van de persooniykheld, die
men wenscht te overtuigen en onze tact
moet ons leeren wat daartoe do meest ge
wensohto eigenschappen zyn. Bacon heeft
het zoo treffend juist gezegd, dat om
iemand met sucoes te kunnen bewerken,
mon zyn aard en gewoonten moet kennen,
zyn strevingen, zyn zwakheden en tekort
komingen. Wanneer wy daarop letten in
het verkeer met onze medemensohen en-
ons bovendien toeleggen op het oultlvee-
ren onzer eigen persooniykheld (hier
vooral vorming tot een vlot en opgewekt
mensch met, by alle welwillendheid, in het
karakter oen ondertoon van vastberaden
heid) dan zullen heel wat meer biymoe-
dtgheid en succes in het leven en heel
wut minder strubbelingen en mislukkin
gen ons doel zyn.
Dt. JOS. DJB GOOK.
Vrager te N. GIJ vraagt bns, wnt bo-
schavlng eigenlijk is on wy antwoorden
u daarop: „Beschaving is toevoegen van
nieuwe behoeften. Er is al heel wat ge
schreven, oven üo behoeften der men-
schon. Een groote firma In Amsterdam,
die honderd jaar bestond, had twee étala-
gos: een moderne keuken en een koukeu
zooals Üie was, toon zy vóór honderd jaar
li aar zaken begon. Het was treffend on
leerzaam, die étalages te zien. Maar als
wy bedenken, dat die voorouders van ons
ook aten en dronken, dan moeten wy ons
wel eens afvragen: „Is dit alles nu wel
noodig". Maar by nadere beschouwing
moeten wy toch volmondig 'antwoorden:
„Ja". Onze tyd,heeft een ander rhythme
dan die van voor honderd jaar en even
als hy die op een trap-lift een ongeluk
krygt, wanneer hy geen rekening houdt
met de snelheid, zoo zal ook hy, dio het
rhythme van dezen tyd niet .gevoelt en
niet in de behoeften voorziet", die deze
tyd eischt, om hem ln eenzelfde tempo
te doen werken, een ongeluk krygen, dat
niet zoo licht te herstellen is als een ge
broken beon. De nieuwe behoeften worden
geschapen voor het rhythme van den tyd,
waarin wij leven en wy moeten daarin
tijdig voorzien, op gevaar van door dat
rhythme to worden vernietigd.
Verzonden brieven: G. J te H.; K. te
II.; L. M. te H.
Voor do lezers van ons blad geeft onze
psychologische medewerker Dr. Jos. do
Oock, van Merlonstrnat 120, 's-Graven-
hage gratis zielkundige adviezen, o.m.
over de wyze waarop zij hun goest kun-
nen verfrisschen en hun wilskracht en
energie kunnen versterken.
De vragen worden geregeld in dit blad
behandeld. Mochten de beantwoordingen
te uitvoerig worden dan direct ichriitp-
iyk aan de aanvragers.
„psychologisch geval". Van naam on origl
no aan don grooten Mlohtel Adrlannsz.
verwant, zou men van haar een krachtig
karakter verwacht mogen hebben. En zeer
zeker een' groote vastheid van woord.
Nooh het één, noch het ander eohter bleek
by haar het geval Met 'elegante gemak-
fceiykhéld wist rij eon gegeven woord te
vergeten en met baldadige ruimheid van
hart, beminde ze zoowel „De Rotterdam
mer", als haar ter zee zwervende verloofde.
En hare houding liet nog ruimte, meerde,
re open hartsvakken te onderstellen.
Toch was zy geen favorite der club. En
met ontstellende verscheidenheid in waar
deering, werd zy door dé leden beoor
deeld.
„Die neus" bijvoorbeeld, in z'n boos
heid over den vroeg verloren vriend, qua-
lifiöeerde haar als een „remedie tegen dé
liefde", terwijl Ko als robust beoordeelaar,
verklaarde haar liever te zien, dan heur
groote stamvader in vol ornaat. En
„kleine Bedhema", van Kampen, oordeelde
laar „een juweel van een kind". Daar
tegen echter was Woest heftig in verzet
gekomen, die diep ingrijpende bemerkin
gen had- En Rust noemde haar een' „ho
peloos geval". Zoodat de meerlingen nogal
verdeeld bleken te rijn!
Nu bleek dit lid dertien koud te laten.
Of mogeiyk wol, maakte het 'uni juist warm.
Want met groote innigheid.) wus-le z'n
kouzo biyvon aanhangen en koppig hield)
hy zich' in z'n koers. Eh na verloop van
betrekkelijk korten tyd wist elk niet boter
of het behoorde zoo.
Niet echter haar stoere stuurmans
leerling. .1
(Wordt vrvolgd).
't Jutte ije
(AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN).