VOOR OE VROUWEN VAN DE GROOTEN DER AARDE. te laten voorlezen. Dit gesohiedde. Toen antwoordde Luther dat Öj de boeken als de zijne erkende, doch voor het beant- woorden der tweede vraag een etmaal uit stel vroeg, hetgeen na kort beraad werd toegestaan. LUTHER OP DEN RIJKSDAG TE WORMS. Donderdag 18 April 1621 wordt dan [maasahen wel de moest gewichtige dag uit Duther's leven. Weer begabeft hij zich tegen vier uur naar het gebouw van den I Rijksdag, maar omdat er andere zaken Een zonderling vontengesprek. aan de orde zijn. moet hij wachten en wordt het zes uur vóór hij kan worden Karei V was einde 1620 te Aken tot toegelaten. Reedó begioin het te scheme- Keizer gekroond en reisde begin 1521 rem, zoodat fakkels werdon' aangestoken, naar Worms om daar zijn eersten Rijks- die de benauwde lucht in de zaal nog ver dag te houden. Deze was bijeengeroepen ergerden. Luther kreeg nu gelegenheid 6 Januari maar werd geopend! 28 Januari j zijn standpunt uiteen te zetten. Hij deed 1621 Luther's zaak is niot onmiddellijk het in het Hoogduitsch en' vertaalde het voorgekomen, daar de pauselijke gezant, onmiddellijk daarna, ter wille van den Al ex ander, den keizer trachtte over te Keizer, in het Latijn. Mon drong aan op halen Ivuther zonder vorm van prooes te kortheid. Klaar en duidelijk, pertinent, veroordeolen, omdat de Paus hem reeds en zonder omhaal wenschte men van in twee bullen op 16 Juni 1620 en 13 Ja- |hem te weten waar het op stond. Wel- nuari 1621 openlijk als ketter had ver-i nu, was toen zijn bescheid: dewijl dan oordeedd. Het ging niet aan dat iemand, i Uwe Majesteit en Uwe Hoogheden oen was nog gehoord werd. Er ■waren even- één geven, dat niet stoot en niet bijt: wel 'onder dó Duitsche vorsten, die aan- tenzij ik overtuigd worde door ultspra- drongen op een nader onderzoek; vooral ken dor Schrift of door evidente rede, Frederik do Wijze bepleitte met groote zwicht ik voor de Sohriftplaataen, door mi) energie dat Luther de gelegenheid moest aangevoerd: mijn geweten is gevangen In hebben zich in het openbaar te verdedl- (R>ds woord daar het noch veilig noch gen. Voor den aandrang der Duitsche raadzaam is lot» tegen het geweten te vorston is do keizer bozwekon en zoo doen. Hier sta ik. Ik kan niet anders. God heoft hij Luther gedaagd bij schrijven helpe mij, Amen van 0 Maart 1621 „cum den oerwaarden, Over deze laatste beroemde woorden onzen beminden, vromen doctor Maarten loopen do meenlngon der geleerden ult- Luther", een beleefdheidsformule waar- een. Eón dor ooggetuigen hoeft ze aan- ovor de pauselijke partij zich zeer ergerde, gehaald. De reeds meer genoemdo Spala omdat hot een geëxcommuniceerde gold, tinus vermeldt ze niet bij zUn beschrijving k welk schrijven de keizer Luther beval der Rijksdagzitting. Köstlln hoeft ge- hlnnen 2.1 dagen na ontvangst te Worms meend to kunnen vaststellen, dat niet als te verschijnen. Voor hoen om terugreis Iplechtige woorden aan het eind zijher werd hom een keizerlijk vrijgeleide ge» rede, maar als een uitroep, door Luther gnrandeord. Men verkeerde In het onze- gedankt, toen hy van alle kanten mot in kuro of Luther zou komen. torrupties bestookt werd', deze woorden Zijn vijanden hoopten^ dót WJ weg zon gebruikt zijn en geluid hebben: „Ik kan blijven en door deze ongehoorzaamheid niet anders. Hier sta ik. God' kome ml} den keizer voor goed tegen zich in het ter^hulpe." het traotaat Erubin was er een vlak Bij Jeru zalem. Ook meende men dat er een was in het Noorden des lands, bij Endor. Het ge loof aan de laatste werd bevestigd doorj I Samuël 28, hetwelk verhaalt dat dei rampzalige koning Saul, vóór hij den noodlottigen slag zou leveren, waarin hij sterven zou, te Endor een soort van sibyl- lo raadpleegde, die voor hem in het mid-1 dernachtelijk uur den gestorven profeet Sainuöl uit de diepten der onderwereld, natuurlijk ook langs zulk een schacht,! deed „opkomen". Deze nog gehuld in zijn I profetenmantel voorspelde hem den dood. in verband hiermede is het geen wonder,! dat ook in Openbaring 9 wordt gesproken van den „put des afgronds'V waar rook| uit opging. harnas zou Jagen. Zijn vrienden ontrie- Hoe het ook zij, het resultaat van dezen den hem even sterk den tocht naar gedenkwaardigen dag is geweest, dat Worms. Hjj moest toch bedenken, dat Luther niet herroepen heoft, dat hij rijn Johannes Hus in 1415 eveneens een kei-1 beginsel onverzwakt handhaafde cn dat zerïijk vrijgeleide naar Oonstanz had ont- nu op een andere wijze de strijd tus9ohen vangen, imaar dót keizer SIgiamund trou- oud® on nieuwe ideeën, de worsteling om woloos zijn woord had gebróken en de |d® vrijheid eens Ohristenmensohen tot ren oindo gebracht moest worden. De Rijks dag to Worms ls aanleiding geweest tot 0611 ^rtoohstrf^ lanJTdurlgan en Moedi gen gol fi. brandstapel zijn einde was geweest. Maar tegen de verwachting atfner vij anden en den wensoh van velen zijner vrienden antwoordde Luther: „A'.s de keizer mij roept mag ik niet twijfelen of <K ik word door God groepen; als Ik niet gezond te Worms kan komen, zal lk mij er ziek laten heenbrengen". Hij was vastbesloten en begaf zich zon der aarzelen einde Maart 1621 op weg. Vergezeld werd hij door zijn oollega Ni- oolaag van An.s Arf, een Jong edelman en een meer bejaarden kloosterbroeder. Zij reisden in een open rolwagentje, I DE OUDEN EN DE ONDERWERELD, door de stad Witten berg afgestaan. Rid der Kaspar Storm, de keizerlijke heraut, reed ip vol ornaat to paard voorop en te Erfurt sloten zich Luther's vrienden Jus- tue Jonas en zijn dienaar beiden te paard by het reisgezelschap aan. Vlrgllius en Dante. De poederdoos van do kostjuffroaw. De Talmoed is een onmeteiyke opstape ling van oud-Joodsohe wysheid uit de eerste eeuwen na Christus. Hy bevat een massa afdeelingen, welke men tractaten noemt. Welnu in tractaat Berachoot folio 18b. komt een van die vele Talmoedver- halen voor waarin een verbluffend direc te omgang van levenden en dooden wordt voorgesteld. De zaak is deze. Eert zekere Zeeraj had aan zyn kostjuffrouw geld ter bewaring gegeven. Op een dag komt hy uit de Bchool (synagoge) en ziel de kost- juffrouw was plotseling gestorven. Nie mand wist wanr zy het geld had wegge stopt Maar Zeeraj wlBt raad. Hy tot hanr op de begraafplaats en riep hanr toe: „Wanr ia het geld!1" En zy antwoord de hem. Hoe men zich do zaak moet voor stellen? 'sNaohtB? Zat Zeeraj duar dan >elnzend on halfdroomend neer? In trunce? of hoe anders? Ik weet het niet. Mon vrage ,het een thooloog. Hoe het zy, de kustjuffrouw antwoordde hem: Er staat: „Zij antwoordde hem: Ga, haul het onder den deurpost vandaan." Of bij het daar later ook werkeiyk gevonden heeft meldt de Talmoed niet Muur by voegt er Iets bij, dat aller-1 mon ook al byzondea* voql ultvocron. Of merkwaardigst is. I oen de r®o('s ln d® i u druugt hem langs oen eenvoudig go- onderwereld verkeorende kostjuffrouw sloten jusje als rand óf ook kunt u hem dus de belangen van haar gewezen oom-! lanK8 de shawlkruag van uw gokleede bëhartigd zolde zU: ,J£ec ookt mnt.tni anoiHi,,, jnj. Man: Heeft de wasachery de man chetten gevonden, die de vorige week zoek waren? Vrouw: Neen. Man: Maar ik kan de overhemden zonder de manchetten niet dragen. Vrouw: Dat hebben ze aan de was- schery ook begrepen, want deze week mankeeren de overhemden. DE MUSSCHEN EN DE SCHATKIST. De boeren hebben alle eeuwen door op de musschen gescholden, omdat die bwitaie rakkers van het pas gezaaide zaad pikken en zich te goed doen aan kersen en andere vruchten. Maar de boeren weten best, dat de kleine roover het zaad niet aan zal raken, zoolang hy zyn huikje kan vullen met In secten. Honger alleen maakt hem tot dief. En in ruil voor hot gestolen voedsel doet het kleine vogeltje een massa goed. Het zuivert de hoornen van rupsen en de ko renvelden van insocten, die het graan roo- ven of de ritoe aren vernielen. hUgo Op zekeren dag, toon hU Juist met welge- I Frederik de Groote, de beroemde koning van Pruisen, had «en prachtige boomgaard. aal had béhartlgd zeide zU: „Zeg ook mantel spelden. (D<« Trnnvalso is ook ul- ïün moedor, dat zy my myn kam en tyd aan spelden hoor!) blanketseldoöa tooiende door middel r„tm„ .o_i mensaal had laan myn binnketseldoos toozendo door middel "Een ruime" kraag van echt astrakan van degene die morgen hier komt" Ja, mnakt mv groten mantel dblo en kan lï V,» r Un L HPi levens °P uw donkere mantelpak dienst merkelijk? Degedaobto ls toch zeker, dat doen.... Eon klein gllnster-gespje geeft dn juffrouw deze gewenach-ljuist het gewenachte effect aan het overi gens totaal simpele hoedje.... De hals- 'iÜHHlÉHMi de h te toiletartikelen ook ginds" nog zal uoo- dlg hebben. ettlng en armbanden van Venetlaansche kralon maken hot donkerbruin aatynen tollet tot iota zeer exquis. BABBELUURTJE OVER MODE. Details welke belangrijk zyn. We weten dit reeds lang, dat de moeste toiletten opgesierd zyn, maar soms met een enkel detail en we weten ook dat toch dit enkele detail heel dikwyis hèt cachet uitmaakt van do japon. Wat kan het geen De ouden meenden dat in de aarde v, rschil maken als men van een eenvou dig zwart /ijden of stoffen japonnetje het wit batisten halskraagje en dito manchet-1 schachten bestonden, waardoor men in de onderwereld belandde. De beroemdsto Is J x De rel, w«r<l voor Letter een trl«nr-l4".».^« ^ll» boek z4luer tocht. In de plaatsen', die hy doortrok. J®ïïeldL vu werd1 hy luide toegejuicht. Te WelmaT Pl bt wordt daar gedacht by bereikte hun het bericht, dat de keizer een 10 boorden van Napels Het edict had uitgevaardigd, dat alle boeken ,„nn J™ v ulcanisch terrein, dat in den van Luther, als door don Paus verdoemde p, eeuwen van vorm is veranderd, in ons kettersche werken, aan de overheid moes- viet me*ï wete" boe bet ten worden uitgeleverd. ',s w?8, Mjiar wy moeten Toen stelde Storm de vraag: „Wilt gij 0e, fen Mtgebluachten krater, half nog verder gaan, doctor?" en Luther ent-1 XLlLLLlL een ber8meertje, waur woordde onverschrokken: Jja.M Te Er-L hoven zweefden, zoodat er furt, waar Luther eerst langen tijd had I '1' gee? voge ^l00g- Dlt doorgebracht als student aan de univer-1ZpLge water was door zwarte cypres- siteit, later als monnik in het Augustijner- ^ge.v®n;,i" den °1udenkraterrand klooster, reden de academische hooglee-ln ,dotde ouden zich als den raren, waaronder veertig te paard, hem,lr.F, g yzingwekkende schacht- plechtig tegemoet en' rustte men niet -1Ae°eas vóór hy er in toegestemd had op Zondag T' .erbaaIt Vixgilius, uit het branden- 7 April te preeken. Te Eisenach weid' hy Iv, Zlj? !chip bij ziek, maar herstelde al spoedg weer. Hij y daa,r, van volhardt en daarom waagt men wel eens! 9ne,ge eg®nbeld zom de yeron<fcrstel'ling, dat in dien benarden t nnH^rtproinl rft ,al tyd* waarin zloh voor hem1 de toekomst i (|.inrt/1A bezoekt zoo onzeker en dreigend liet aanzien, het f ?nnnn 9umaeïs^be sibylle, een oude bekende- Lutherüed de str^d- en zege- SmSSS A^f-^S6!6886 T8? AJP°?°J zang van het geloovig vertrouwen of zoo-i IIloeili1kh(^enir nf «?hvii a|lerlel als Helne zegt, de Marselllalse van de Z.,e sibylle zegt o.a.: kerkhervorming ls geboren: wpr«h?^« fga,ng de °nder' Eino feste Buwr lat unsar Gott" wereld, s Nachts en 's daags staat open een fi dat in ^hfer^lle^eX^er- ftA"™ dd^ SS?fk m10, 4^ gezet on waarvan ook in het Hollandsch slechts weinigen ™n anH« moeite verschillende vertalingen bestaan. De drie r Xnmi h«n tin 1, gesproten, even' hooge noten, waarmede de door Lu- mochten LS Ifl Ver" ther zelf geoomponoerdo melodie begint, L00n 'm ««rtl 'In fi ef" heeft men wel de drie bazuinstooten van vnnrhcr -,r cnus, en na allerlei do Kerkhervorming genoemd. Het i, hel 'rffihl'toejSI °m Terhn" geweldigste van Luthers liederen en> 13 toegang- Heine noemt dit forsohe gezang het stryd- vowProse^ina d« knnWtl nlf nn^2' lied, waarmee hy en zyn bondgenooten 3eid En ^-T' Worms binnentrokken. De oude Dom Klï d f trilde by deze nieuwe klanken en de ra- Lche) duisternis'bruldo'honLgebruUvM "lied, waarmee hy zalig nietwaar? Men neme b.v. van een zwart satynen sohoentjo eens het fijne git gespje af, weg is de chic, 't ls elgeniyk niet meer dan een gewoon hulspantoffel tje. Wanneer men gewend ls één of twee elegante ringen te dragen en men laat ze dan af, is 't niet alsof men een paar echt plompe handen gekregen heeft? venschrikten op in hunno duistere toren- den hellehond Cerberus)". De sibylle ver- jaagt de makkers van Aenaes: „Weg Dinsdag 16 April 1521 s morgens omAeneas sla den weg in en haal uw zwaard 10 uur reed Lutiher Wonma Mnnen. In uit de scheede. Nu, Aeneas, komt moed u een oogenwenk waren de straten bezaaid te pas en een standvastige borst". „Dit nu met menschen; want iedereen wilde dien sprak zy on sprong als een bezetene in dapperen, monnik zien. Weldra was het. I den gapenden afgrond. Aeneas volgt haar gedrang zoo groot, dat Luther's wagen)met manlijken moed". Aldus Vlrgiliun sleahts met moeite kon voortrijden. Op 17 Dan laat hy volgen een lang afwisselend April, 'a middags om vier uur, moest Lu-romantisoh verhaal van alle dingen, ther voor den Ryksdag te Worms verschij-1 meest narigheden, welke onze held op zyn nen. Hij had erop gerekend zich te mogen (tocht ontwaart. Zooals men weet heeft \-erdedlgenj bitter moet het hem zyn Dante dit alles later op zyn wlj^e uitge togen gevallen, dat van hem een oatego-1 werkt in zyn Divina Comoedla, waarbij hy riseh antwoord' weid verlangd op twee'het voorstelt dat Virgillus hem als gids vragen: of hy eenige boeken, die hem ge- vergezelt, tbond worden, en die met zjjn naam op den titel verbreid werden, voor de zijne erkende en of hij van zins was hunnen Inhoud terug te nomen en te herroepen ?f wel van plan was re aan te kleven en Jk by te volharden. Luther's reohtsge- l<*s, adviseur vroeg de titels der boeken De bloem haalt het eenvoudige japon netje weer op tot iets fleurigs.... Een chic taschje .maakt het keurige wandel toilet af.... zooals het fyne avond- schoentje het avondtoilet completeert. Heusch, het is waar, de kleinigheden spelen een groote rol en de waarlijk ele gante vrouw is er dan ook zeer kieskeu rig in. Deze gedachtenwereld was in de dagen van Virgillus internationaal. Ook by de Joden kwam ze veel voor. Er leefde onder hen een voorstelling dat er ook in Pa lestina een paar van die „putten van den afgrond waren. Volgent het Talmoed- En zoo zou men door kunnen gaan. Er zyn bewyzen te over, dat de details een voorname plaats innemen. Een halsket ting, een armband, een gesp, een bloem, een doekje, een bontje, men neme wat men wil, maar ieder dingske op zyn beurt kan wonderen doen. Daar hebt u b.v. die fyne en chique hals doekjes; men ziet ze van georgotte bezaaid met fijne glazen steentjes, van cröpe-do- chine bedrukt met de fraaiste tinten, van do mooiste kantsoorten, van gebatikt ver- lours-chiffon etc., eto. Nu bedenkt u eens wat daarmee aar dig te werken ls, opA.v. uw mouwloos en lang gedécolleteerd rtvond-toilet. U draagt dit gaarne wanneer go naar een fyne dansavond gaat, maar voor een schouw burgbezoek b.v. vindt u het te bloot. Wel nu, zoo'n halsdoekje helpt u ineens over de moeiiykheid heen, want het geeft het toilet een ander aanzien cn het verhelpt tevens uw grief. Met een smalle lange slinger bont kan Als een man goeden nacht zegt, betee- kent het dat 11 Li vermoeid is, van een vrouw wil dat zeggen, dat zij het land heeft Heer: Wel ventje waarom wil je niet naar school gaan? Jongen: Och meneer, dat dient ner gens voor, want ik kan niet lezen, schrij ven of wat dan ook. 4nnie: Waarom heb je George afge schreven? Hy hield meer van je dan woorden kunnen zeggen. Betsy: Dat is waar, maar hy wilde zyn geld niet voor hem laten spreken. Strenge ma: Jongmensch heb Je gis teravond myn dochter in de gang gekust? Diplomatiek jongmensch: Ja, dat dacht ik ten minste, maar u ziet er zoo jong uit, dat ik u niet altyd van uw doch ter kan onderschelden. Mevrouw (tot dienstbode die zal gaan trouwi-u): Denk er om Marie, dat het buweiyk een ernstige zaak is. Dienstbode: O ja mevrouw, Maar ik ben naar twee waarzegsters, een clair- •voyante, en een somnambule geweest; ik heh er een droomboek op nagelezen, myn horoscoop laten trekken, en ik ben bij een handiynkundige geweest, en die zeggen allemaal dat alles in orde is. Nu, ik ga niet over één nacht ys. va Je» de rypende ieraon gadeAloeg, zag hy een groote troep nyiseehen, die eohit schrokkerig de mooiste vruchten aanpikten. Hot zag er naar uit of er voor den Koning, die zelf dol op kersen was, niet v«el over zou biyvon. Frederik de Groote ontstak in woede en riep uit: „Wacht maar. schelmen. Het zal je berouwen, -dg) J« de kersen van den Koning van Pruisen durft te stelen-I" Den volgenden dag liet hy bekend ma ken, dat er eon premie gesteld werd op het vangen van mussehen: voor elke vyt mu*- sohenkopjes die gebracht werden, bou d« brenger eon dubbeltje krjtee»! Nu begon er een geweMige slachting on der het arme musschenvoije, want d« Pruisen wildon hun grooten koning graag ter wille zyn en waren bovendien ooit op de belooning gesteld. Uit alle doelen van het ryk werden muaschenkopjeo gestuurd, zóó veel, dat de Koning er verbaaad van was. In één Jaar werden meer dan ander hall millioen vogeltjes gedood. In t tweede Jaar werden er nog sleohta vyftien duleend en in het derde jaar nog ongeveer zeven honderd gedood. Maar heel zelden zag men In eon stad of dorp nog een mussch en de Koning was tevreden: hy dacht den boeren en zichzelf een weldaad bewezen te hebbon on vond het geld uit de schatkist goed besteed. Vol verwachting keek hy uit naar den tyd, dat de kersen weer rUp zouden tiJn. Hoe overvloedig zouden de boomen nu cragenl De Koning bemerkte niet, dat de boomen bedekt waren met insecten, die de blaadjes, aten, de bloesems vernielden. En och arniel' de korenvelden bleven leeg. Zoo gauw zich spruitjes boven de aarde vertoonden, wer den ze opgegeten en zelfs de boeschen za gen ln het voorjaar zóó herfstachtig kaal, dat de Koning en zyn volk leeiyk ongerust werden. De Koning vroeg, wie de oorzaak wist van de groote insectenplaag en wie er raad op wist. En al heel gauw wist de Koning, 'at hyzelf er de schuld van had door zyn verJe!ging9kryg tegen de musschen. Onmiddellijk liet hy nu aankondigen, dat die een paar musschen levend in het ko ninkrijk bracht. een dubbeltje zou krijgen. Je begrijpt, dat deze maatregel opnieuw een groote bres schoot in de Pruisische schat kist. En het volgend JaaT, toen de Koning z'ch te goed deed aan de kersen uit zijn eigen boomgaard, ml by wel eens gedacht hebben, hoeveel die kersen hem nu wel ge kost hadden. RAAD8ELR Oplossingen der vorige raadsels. Haal geen oude koelen uit de sloot, Engeland, Sint. Niklaas, deugniet, keuken, ho. 0. 0. 0. H y o I a m peren e 1 1 0 1 s t r k M y Nieuwe raadsels. Welk spreekwoord lees je hieruit? t 1 n. X. X Op de kruisjes iyn komt de naam van een land. X Op de le ry een deel van X een huis. X Op de 2e rij een deel van Xhet eerste woord. X Op de 80 ry eon deel van een boom. Op do 4o ry een onmisbaar voedings middel. Op do 60 rij een soort aangroelael van de huid. Op do-60 ry oen schrijfbehoefte. Op de 7e rij een middel tegen hoest. Goede oplossingen van beide raadsels ontvangen van: J. A.; F. A de B.; W. O. v. D.; N. A- T. W. K.; L. v d. MJ£. T.; J. W-; P. W.; M. v. d. Z.; S. v. Z. Jana Willeanse, De vorige week had je één woord niet opgelost, waarom je naam niet onder de goede oplossingen vermeld kon worden. die in hoogste instantie reeds veroordeeld eenvoudig antwoord verlangen, zal ik er TV. maakt u wegl gy oningewyden! Doch gy Corry Brens.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1928 | | pagina 12