DE DEFENSIE-BEGROOTING.
Derde Blad
BUITENLAND.
BINNENLAND
TWEEDE KAMER.
»AH ZATERQAB IS DECEMBER 1928
4«^pwaSUd^W?eniaChap T,erneemt ta
Aepi ?58 °P ^en Konin«
door iir Hulh Y°lbraciht
W»1p« «n 3^- D® Prins van
YnrV k ®n de hertogin van
York bevonden zich bij de Koningin ter-
hETUigee°nP^awReRChiedde- De prin'8> de
«m hSf elf's^S.11 V6rUeten het pal®*
een6gJiepnrifl'V0Cht was Selocaliseerd en
att.nt T - 6Jrvan reeds 's ochtends af-
Sï^fï? jf6i 4vochtafzetting was het,
tT"raaar,d® doktoren hadden gezocht,
A 5g met naaId' en x-stralen
den zieke hadden onderzocht.
VAT^®" echter was de goede plek niet ge-
f De infectie, die zich had vastge
zet.in de rechterlong, had zich door het
geheele lichaam verspreid, en dit had de
aanleiding gegeven tot de ongerustheid
der laatste twee dagen.
De verbetering gedurendé den nacht
van Dinsdag op Woensdag was „een
■wonderbaarlijke terugkeer van de alge-
meene infectie tot een plaatselijke in
fectie."
Dit wordt als een góed teek en be
schouwd, daar het nu mogelijk wei* gewor
den voor de doktoren om tot actief ingrij
pen over te gaan.
Meer bezorgdheid.
Naar men verneemt, heeft het avond
bulletin van gisteren aanleiding gegeven
tot meerdere bezorgdheid, ofschoon men
er den nadruk op legt, dat men het niet
als onrustbarend behoeft te beschouwen.
De vooruitgang van den patiënt moet
langzaam zijn en dikwijls met spanning
gepaard gaan, maar gisteren is de voor
uitgang weer tot stilstand gekomen.
De regelmaat van den pols is de belang
rijkste factor.
DONAU-LANDEN.
WEER EEN WAPENSMOKKELARIJ
NAAR HONGARIJE ONTDEKT.
Op e$g.yeicr te Weenen
De Weensche Arbeiter Zeitung meldt,
dat op het veer van de Donaustoomboot-
maatschappij aldaar het personeel, dat
met de lading belast was, door een toeval
ontdekt heeft, dat verscheidene kisten van
een zending van een Weensche expedi
teursfirma voor Boedapest, die aangege
ven was als bestaande uit ruwe olie
motoren, onderdeelen voor machinegewe
ren Inhielden. De zending is in beslag ge
nomen en de politie stelt een onderzoek in.
VEREENIGDE STATEN.
DE AANSLAG OP HOOVER.
Volgens berichten uit Buenos Aires
heeft een der in verband met den ontdek
ten aanslag op Hoover gearresteerden be
kend dat hij een bom op de rails wilde
lecc°n, kort voordat de trein, waarmede
Hoover reisde in Buenos-Aires binnen
liep.
ZUID-AMERIKA.
HET GESCHIL TUSSCHEN BOLIVIE
EN PARAGUAY.
De Pan-Amerlkaansche con
ferentle tot bemiddeling bereid.
De pan-Amerikaansohe conferentie heef
een motie aangenomen. waarin zij Boliv
en Paraguay haar goede diensten aan
hiadt tot biilegging van het grensgeschi
en besluit de speciale commissie tot onder'
zoek van het geschil te handhaven.
QOST-INDIË.
EEN PAAL OP EEN SPOORBAAN.
gffi ls, vermoedelijk met het doel sabo-
tage te plegen.
de en zeer eenvoudige wijze van omgang
van het Belgisch kroonprinselijk paar.
Belden namen deel aan deksporten, aan
ae bals en aan het Sint-Nioolaasfeest, bij
welke gelegenheid de passagiers Arabi-
sohe geschenken aanboden, ook voor het
Stockholm aohtergebleven prinsesje,
hetgeen prinses Astrld tot tranen toe be
woog.
De kapitein van de Insulinde kreeg een
uitnoodiging om, nadat het kroonprinse
lijk paar van zijn reis teruggekeerd zal
zijn, een bezoek te brengen aan bet paleis
te Brussel
DE COMMISSARIS DER KONINGIN IN
NOORD-HOLLAND NAAR INDIE.
De commissaris dier Koningin Noortd-
tolland, jhr. mr. dr. A. Röëll, als voorzit-
ier van de vereeniging Koloniaal Instituut
aenoemd tot regeeringsgedelegeerde op
het in Mei a.s. te Batavia te houden Paci-
7°j .^ce-congres, zal begin April naar
Indië vertrekken en waarschijnlijk niet
vóór einde Juli in Nederland terug zijn.
Gedurende do afwezigheid van jhr. Röell
zal het lid van Ged. Staten, de heer J. N.
Hendrix optreden als waarnemend-com
missaris der Koningin.
OVERHEIDSPERSONEEL.
Salarisactie.
Het moderne comité ter behartiging van
de algemeene belangen van overheidsper
soneel heeft twee vergaderingen gewijd
aan een uitvoerige bespreking van de pas
tot stand gekomen technische herziening
van het Bezoldigingsbesluit, waarbij aller
eerst werd vastgesteld, dat de bij het op
treden dezer regeering in Maart 1926 door
iet A.C.O.P. ingezette salarisactie ten be-
lieeve van het rijkspersoneel geen volle
dig resultaat heeft opgeleverd. Het comité
lan dan ook geen rust rondom de sala-
rieering van het rijkspersoneel aanvaar
den, welke opvatting steun vindt in de
verkiezingsprograms van verschillende
politieke partijen, met name in die der
leide grootste, de R.-K. Staatspartij en de
S.D.A.P., welker vertegenwoordigers te
zamen de meerderheid in de Tweede Ka
mer uitmaken.
Het comité zal het zich tot taak stellen,
iet inzetten van een nieuwe salarisactie
voor te bereiden, waartoe een commissie
werd benoemd, die een volledig salaris
program zal uitwerken.
Meer speciaal zal deze commissie de
onderlinge verhoudingen-der verschillen
de groepen nog eens nauwkeurig nagaan,
en in het bijzonder aandacht schenken aan
die groepen, welke ook ditmaal niet op de
plaats zijn gekomen, welke voor haar in
het Bezoldigingsbesluit had behooren te
worden ingeruimd.
In het salarisprogram zullen de wen-
schen der niet-aangesloten bonden worden
verwerkt, en ter zake zal overleg met de
soc.-dem. Kamerfractie worden gepleegd.
Ter ondersteuning van de te voeren
salarisactie zal bet oomiité in 100.000
exemplaren een specialè krant uitgeven,
en verder ligt het in dé bedoeling, te zijner
tijd een salariscongres te beleggen.
In verband met een passage in het ver
kiezingsprogram der S.D.A.P. werd verder
besloten, tot het partijbestuur het verzoek
te doen richten, in dat program op te ne
men, dat aanstelling van overheidsperso
neel bp arbeidscontract uitzondering be
hoort te blijven en aanstelling in vast
dienstverband regel.
Aan de heeren Van Meurs, Luberti en
Noordhoff werd opgedragen, na Je gaan,
welke stappen door het comité moeten
worden gedaan naar aanleiding van de in
diening van het wetsontwerp tot regeling
van de financieele betrekking tusschen
het Rijk en de gemeenten.
NEDERLANDSCH SYNDICALISTISCH
VAKVERBOND.
Men schrijft aan de N. R. Crt.:
In het vorige jaar hebben zich, in ver
band met de fusieplannen van het Ned.
Synd. Vakverbond en het Nat. Arb. Secre
tariaat, verschillende organisaties van
eerstgenoemde vakcentrale afgescheiden
en het Synd. Verbond van Bedrijfsorga
nisaties gesticht. De leden van het Ned.
Synd. Vakverbond en het Synd. Verbond
van Bedrijfsorganisaties hebben nu weer
een voorstel van de betrokken besturen,
om opnieuw te fuseeren, bekrachtigd. De
fusie zal 1 Januari a.s. ingaan. De vak
centrale behoudt den naam van Ned. Syn
dicalistisch Vakverbond. In het reglement
zal worden bepaald, dat de nieuwe vak
centrale een intensieve propaganda moet
voeren tegen het parlementarisme, terwijl
de leden geen zitting mogen nemen in
openbare lichamen.
DE ZUIDERZEEWERKEN.
Belangrijke schade aan de
tijdelijke werken.
In verband met een gerucht, als zouden
de laatste stormen aan de Zuiderzeewer
ken een schade van ruim een millioen gul
den hebben toegebracht, verneemt het
Hbl., dat de definitieve werken de stor
men goed doorstaan en geen schade ge
leden hebben.
De in uitvoering zijnde werken, alsmede
die, welke in tijdelijken toestand verkee-
ren, hebben wel schade beloopen en uit
den aard der zaak is die schade wegens
de groote lengte dier werken vrij belang-
riZoo heeft de binnenkant van den dijk
Wleringen-Medemblik, aan de Westzijde
dus den invloed der stormen ondervon
den alsook de oostelijke steenglooiing
van'den proefpolder bij Andijk; laatstbe
doelde dijk zou, wanneer de Zuiderzee
reeds drooggelegd ware, de thans berok
kende schade niet hebben geleden.
Hoe groot precies het bedrag der in het
Vergadering van Donderdag 18 December
RIJKSBEG ROOTING 1929.
Hoofdstuk VU (Departement tob
Defensie).
Aan de orde is Hoofdstuk VII der Rijks-
begrooting voor 1929.
D» algemeene beschouwingen werden
geopend.
Zal d« Marine nadeel ondervlnr
den van de samenvoeging?
(De heer Van Rappardi (V.-B.) betwijfelt
alsnog, of de Minister het zai kunnen bol
werken het Departement van Defensie zoo
danig .te leiden, dat de afdeeling Marine
daarvan geen 'nadeel ondervindt. Spr. zal
echter 's ministers daden afwachten Spr.
betreurt in hooge mate, dat geen gelden
zijn aangevraagd' voor het bouwen van nieu
we schepen, die moeten dienen als reserve,
doch alleen gelden ter vervanging van oude
schepen. De „Java" en de „Sumatra" zullen
verplicht zijn 1931 en 1932 Voor herstel naar
Nederland uit Indië terug te keerem
'Waarom dan geen nieuwen kruiser ge
bouwd? Het materieel zai:-nu niet in con
ditie gehouden kunnen worden. Half werk
is géén werk, onvoldoende reparatie is geen
reparatie. Overhaasting schaadt; afraffeling
der reparaties is uit een booze. Het perso
neel, onkundig van de behandeling van het
moderne materieel, is ondeskundig. DaaTom
is spr. zeer teleurgesteld, dat de regeering
geen reserve-kruiser bouwt. Verder moet
men een reserve in ons land hebben van
minstens één kruiser en Vier jagers. Deze
reserve kan ook voor vlagvertoon dienen.
Engeland en Japan begrijpen 'beter de psy
chologische beteekenis van vlagvertoon. Met
het oog op onze handelsrelaties kan vlag
vertoon niet achterwege blijven.
Onze belangen ln de West.
Ook aan Curacao mochten onze oorlogs
schepen wel eens een bezoek brengen. De
beteekenis van dat eiland voor het handels
verkeer is de laatste jaren geweldig toege
nomen. Wat wördt er thans gedaan om de
Nederiandsche belangen |n de West-Indi
sche wateren te behartigën? Zoo goed- als
niets.
De opleiding der marlne-offlcleren.
Bij- de opleiding onzer marine-officieren
dient meer aandacht te worden besteed aan
sociale opvoeding. Zij moeten intusschen
medeleven met de schepelingen en hun on
dergeschikten niet als machines beschou
wen. Spr. wenscht ook een systematische
specialisatie in de verschillende technische
vakken. De moderne marine-officier moet
gespecialiseerd- zijn; hij kan niet meer de
„allround'" man zijn van vroeger. Men' kan
niet tegelijk een goed artillerie- en torpedo
officier zijn of leider Vftü een drasdloozen
dienst. Tot het marine-personeel moeten
slechts zij worden toegelaten, die beseffen,
De algemeene beschouwingen.
De bezuiniging van den Minister
ls geen bezuiniging.
De heer K. ter Laan (s.-d.) zal op de be
ginselen omtrent het militairisme en de ont
wapening thans niet terugkomen. Spr. be
paalt zich tot het beleid van den Minister.
Deze geeft cijfers omtrent de bezuiniging
op de militaire uitgaven. Inderdaad is de
begrooting thans 31 millioen lager dan
in 1922. Maar die 81 millioen zijn ver
dwenen om andere redenen, vooreerst dooi
de verandering in de prijzen, waardoor alles
goedkooper werd; ln de tweede plaats door
dat men zonder het leger ln te xrimpen de
traktementen belangrijk heeft verlaagd. Dat
is inderdaad een bezuiniging. Maar spr.
vraagt of deze rechtvaardig is. Bij het on
derwijs heeft men inrichtingen, die noodig
waren, stopgezet of achterwege gelaten. Iets
dergelijks heeft men bij het leger niet ge
daan. Daarbij1 is geen beperking of inkrim
ping geschied. De Minister heeft integen
deel zijn inrichtingen nog uitgebreid. Dat
geldt voor de munitie, de kanonnen en de
vliegtuigen. Alleen onder het personeel is
huisgehouden. De cijfers aan pensioenen
en wachtgelden moeten dientengevolge stij
gen. De Minister heeft een aantal onder
officieren weggewerkt. Spr. erkent dat niet
als bezuiniging, hoewel de Bezuinigingscom
missie van de Maatschappij voor Nijverheid
en Handel dit toejuicht. Maar die Maat
schappij is dan ook een maatschappij van
kapitalisten, wie het niets schelen kan of er
onderofficieren worden weggewerkt, De
zelfde commissie zegt, dat Onderwijs en
Arbeid1 bij de bezuiniging niet mogen ach
terblijven en dat dan Defensie zal moeten
volgen!
Spr.'s groote grief is, dat men zich aan
de belofte van versobering niet heeft ge
houden. Toch komen wij' er met deze de
fensie niet. Ons ontbreken een groot aantal
kanonnen van modern kaliber, voldoende
kleeding en uitrusting, munitie, vliegtuigen;
onze weermacht is ook te klein en op het
gebied van chemische strijdmiddelen heb
ben wij vrijwel niet9. Wij zijn dus volkomen
machteloos. Bescherming van onze bevol
king tegen een gasaanval van het buitenland
is onmogelijk. Verschillende deskundigen
op militair gebied erkennen dit. Deze Mi
nister is echter den Minister van den moord.
De Minister van Defensie, de heer Lam-
booy: .Welneent"
Spreker brengt eerbiedige hulde aan wij
len generaal Koolemans Beijnen. Deze mi
nister is zoo vaak ingeeaan tegen de demo
cratische eedachte dat hij herhaaldelijk met
deze Kamer in botsing kwam. Deze minister
is het type van een militair, die de burger
belangen niet begrijpt.
Va n de
terecht
fusie kwam weinig
DE BELGISCHE KROONPRINS EN
KROONPRINSES OP HUN REIS
NAAR OOST-INDIE.
4A j aroT** MO0 Kroot prooioa UÜI uouiag uoi au uw
De heer Duymaer van Twist (a.-r.) con
stateert dat van de fusie der Departementen
A - van Oorlog en Marine tot op heden weinig
dat hun werkkringen IndnHigt met^nu^en is terecht gekomen. De afdeelingen Oorlog
>T~ A en Marine staan eenvoudig naast elkaar.
Zelfs de poging om de comptabiliteit van
beide samen te voegen is mislukt Of er in
de toekomst van die fusie meer zal komen,
betwijfelt spr. Aanvankelijk verwachtte de
Minister een bezuiniging van Vh millioen
in de concentratie der luchtvaartdiensten.
Thans heet het: inzake de concentratie der
vliegdiensten staan de plannen van onder-
geteekende nog niet vast. Van de fusie der
Departementen werd een bezuiniging van
een ton gouds in uitzicht gesteld. De ton is
een halve ton geworden. De kosten der
samenvoeging hebben 30.000 'bedragen.
De Minister zegt, dat de fusie voor hem als
Minister een groot voordeel is, omdat hij
zijn taakverdeeling beter kan regelen en
steeds voor beide afdeelingen 'bereikbaar is.
Ziedaar de vruchten van de fusie! Wat het
eindcijfer betreft, is spr. het met den Mi
nister eens, dat daarop thans niet zoo heel
veel meer te bezuinigen valt. In sommige
onderdeelen is het mes wel wat diep gezet.
Voorzichtig met de eenzijdige
ontwapening.
Spr. wijst erop, dat wiji met de eenzijdige
nationale ontwapening nog zeer voorzichtig
moeten zijn. Paul Boncour (s.-d.) wil de
landsbelangen van, Frankrijk gewaarborgd
zien- Welk rechtgeaard Nederlander wil de
landsbelangen van Nederland niet gewaar
borgd zien? Spr. komt thans tot 's Minis
ters marinebeleid en klaagt erover, dat onze
vloot niet voldoende op peir wordt gehou
den en te veel geteerd wordt op wat aan
wezig is. Waarom niet tijdig met de ver
vanging van het oude materieel aangevan
gen? Met het vlootplan staat ook in onmid
dellijk verband het personeelvraagstuk. Met
de opleiding van het personeel is heel wat
tijd gemoeid. Hoe zal na 1930 in een be
hoorlijke bemanning voor de vloot in Indië
worden voorzien? De Minister is terecht
van oordeel, dat vlagvertoon behoort tot de
taak onzer marine. Maar hoe wil hij, dit mo
gelijk maken als ook pantserschepen we
gens ouderdom van de sterkte zijn afge
voerd? Er ls ook een tekort aan personeel.
Hoe denkt de Minister daarin te voorzien?
Waar blijft de bezuiniging?
De heer Van de Bilt (r.-k.) kan zich in
het algemeen met het 'beleid van dezen Mi
nister vereenigen. Met de Regeering stemt
spr. in, wanneer zij verklaart, (fat'zij bij- het
streven naar inkrimping der bewapening
rekening moet houden met den stand der
werkelijke bewapeningen in het buitenland.
Dit standpunt strookt met dat der R.-K.
Staatspartij. Spr. heeft nooit geloofd aan
bezuiniging uit de fusie der beide Departe
menten van Oorlog en Marine voortvloeien
de. Hij vraagt dus niet: waar blijft nu die
bezuiniging? Napleiten wil spr. niet. Maar
wanneer de Minister zegt, dat htf nu zijn
tijdverdeellng beter kan regelen, dan vraagt
spr.: ls het Departement er voor den MI-
ïister of de Milist*} vooj hst Departement?
dan een klein verlof naar Nederland-, In 1930
zullen de laatste twee jagers in dienst kun
nen worden gesteld'. De artillerie-bewape
ning zal door een Nederiandsche firma ge
leverd worden. Spr. is in het algemeen
zeker er voor, dat een Nederiandsche firma
dergelijke leveranties doet. Maar heeft de
Minister er zich wel van vergewist, dat dit
geschut inderdaad deugdelijk! zal zijn en dat
men inderdaad te doen' heeft met Neder-
landsch fabrikaat? Is het juist, dat de Ne
deriandsche firma, die eerst veel hooger had
ingeschreven dan de buitenlandsche firma,
eerst- op het laat9te momentde eannemins-
som aanmerkelijk heeft verlaagd?
De concentratie der vliegdiensten.
Spr. komt tot de concentratie van de vlieg
diensten. Hoe heeft de opdracht aan de
commissie geluid? Omtrent de samenvoe
ging der vliegdiensten worde niet zonder
nader overleg met de Kamer beslist. De
Minister zegt, dat twee pantserschepen in
het voorjaar voor den dienst gereed zullen
zijp. Spr. zou gaarne willen vernemen, of
deze beide schepen in het voorjaar in 1929
inderdaad ook in dienst gesteld zullen- wor
den. Spr. hoopt, dat de Minister hem wel
willend zal tegemoet treden, bij de-ze deside
rata, en dat het IMarine beleid inderdaad bij
dezen Minister zal- blijken in goede handen
te z]jn.
De bezuiniging bij Defensie.
De heer DeckeTS (r.-k.) zegt, dat het nie
mand zal hebben verwonderd, dat verschei
dene leden meenden, dat deze Minister niet
voldoende heeft bezuinigd. Het is maar dé
vraag, wat men onder voldoende bezuini
ging verstaat. Sinds 1922 i9 er 32 millioen
op de Defensie-begrooting bezuinigd, waar
van 1926 tot thans, acht en een half millioen.
Hoe meer er bezuinigd wordt, des te moei
lijker woTdt verdere bezuiniging. Spx. wil
de Defensie-uitgaven tot het noodzakelijke
minimum beperkt zien. Maar bezuiniging
op kleeding en bewapening wordt afkeu-
rlngswaardig, zoodra zij beteek ent onthou
ding van het noodzakelijke.
-De tijd tot vermindering der legersterkte
ls nog niet gekomen. Noch Geniève, noch
Locarno, noch het Kellogg-ipact zijn vol
doende waarborgen voor den vrede. WH
kunnen een defensie-instituut voorshands
niet missen. Onze defensie-uitgaven, gege
ven de geografische positie van ons land,
zijn zeker niet bovenmatig. Ons defensie
apparaat moet in staat zijn, zijn taak naar
behooren te vervullen.
Als een middel tot bezuiniging houdt spr.
nog steeds de samenvoeging der Departe
menten van Oorlog en Marine. Die bezuini
ging is er nog niet, maar deze kan men
thans ook nog niet verwachten, zoolang de
definitieve organisatie er nog niet is. Minder
juist acht spr. de meening van den Minis
ter, dat er nog wel meer zou zijn bezuinigd,
Indien de Kamer de Capitulantenwet niet
had verworpen. De Kamer Immers achtte
dit middel tot betuinlglng oideugdeltfk.
Spr. hoeft «ich Indertijd' welbewust (Verzet
tegen betuiniging, voortvloeiende uit ver
zwaring der personeel» lasten. Daarom was
hH tegen de Oapltulantenwet. Spr. bepleit
uitgesteld pensioen voor de gepaaporteerde
mannen der zeemacht met 10 tot 16 aienst-
jeren, na W-jarigen leeftijd.
Gep. onderofficieren.
-Wat de gepensionneerde onderofficieren
der zeemacht betreft, die tijdens de mobili
satie dienst deden bij den: landstorm, deze
dienen eveneens verbetering, in hun pen
sioen te krijgen. De uitgetrokken gelden
voor de drie onderzeebooten wil de Minister
terecht geleidelijk over de verschillende
dienstjaren verdeden. Spr. echt de perso
neel -reserve bijl de zeemacht te klein en de
promotiekans, al is zH verbeterd, te gering.
Dat het geschut voor de helde nieuwe pant
serschepen hiji een Nederiandsche firma is
besteld, juicht spr. toe. Het verheugt spr.,
dat de Minister en de gouverneur der Aca
demie te Breda het belang beseffen van een
sociale opleiding der officieren. Dit is ech
ter eveneens noodig voor de marine. SpT.
bepleit de nautische vorming der officieren
van de mariniers, men) leide ze op aan het
Instituut voor de Marine, in de omgeving
der zee en der zeelieden. Ook is spr. voor
specialiseering in de opleiding der zee-offi
cieren.
Allerlei.
Spr. komt er tegen op, dat militair per
soneel naar Indië wordt gezonden in de
derde en de vierde klasse. Moet het artil
lerie-instructieschip naar Indië gezonden
worden? De commandant is daarvan een
tegenstander en ook schouten bij nacht Fock
en Tromp schijnen daartegen te zijn. Laat
de Minister een bevredigende verklaring af
leggen. Het zwemvlot te Vlissingen ligt nog
steeds op een- ongeschikte plaats. Het onder
zoek van den Minister naar de gelegenheid
aan katholieken gegeven tot vervulling hun
ner godsdienstplichten, schijnt onvoldoende
te zijn geweest. De voorschriften zijn wel
goed, maar de uitvoering laat vaak te wen-
schen. Eindelijk zegt spr. iets over de ver
binding met de vliegkampen. Het bootje
naar de Kooijl is veel te klein, autobussen
zouden niet duurder zijn; daar kunnen ook
veel' meer passagiers mede worden vervoerd.
De verstrekking van lectuur aan provoost-
arrestanten kon wel wat ruimer zijn. De
verpleegsters aan het Marine-hospitaal 'te
Den Helder kunnen wel een uur krijgen om
des Zondags ter kerke te gaan.
Vergadering van Vrfldag 14 December.
Voortgezet wordt de 'begrooting van
Defensie.
De heer J. J. O. van Dijk (a.-r.) meent,
dat van fusie der militaire departementen
geen spTake is, doch slechts van een neven
schikking. zoodat de bezuiniging niet groot
zal zijn. Hij hoopt, dat de Minister geen
beslissing zal nemen over de concentratie
van de vliegdiensten zonder er de Kamer in
te hebben gekend. Spr. heeft ernstig be
zwaar tegen het steeds verminderen vah
posten voor nieuwen aanbouw.
Spr. dringt aan op een reserve ln Neder-
lang voor datgene wat in' loddö wordt ge
bruikt. Wat de „Gelderland1"'betreft, spr.
acht het bedenkelijk, dat dit schip in Indië
opleidingsschip moet wezen. Voor uitbrei
ding van het vliegtuigmateriaal zijn geen
gelden 'Uitgetrokken, terwijl het aantal vlieg
tuigen-overjarig is. Spr. dringt er op aan,
dat men meer zal letten op de nieuwe ge
vecht svormen bij de landmacht.
De vergadering duurt voort.
De heer Van Zadelhoff (8. D.) consta
teert dat de meeste sprekers hier geen
enkel woord over de ontwapening hebben
gezegd. WH plaatsen de ontwapening
voorop in onzen verkiezingsstrijd. Zelfs
al gebeurt er internationaal op dit gebied
niet zoo heel veel, dan moeten wij toch
van dat defen'sieapparaat, dat oorloga-
apparaat afkomen. Door dit ln stand te
houden kunnen andere landen zich weer
op ons beroepen; om het eveneens in
stand te houiden. Zoo draaien we in een
cirkel rond.
Spr. komt thans terug op ontwapening
en 'gaat den stand van de beweging daar
voor in ons land na. Onze strijd daarvoor
ontmoet in alle kringen steun; het aantal
strijders tegen oorlogs en oorlogstoerus
ting neemt met den daig toe. Ook uit chris
telijke kringen wordt het aantal stemmen
vóór ontwapening steeds talrijker.
Wat hebben al deze hoopvolle ver
schijnselen tot den Minister te zeggen?
Het antwoord van den Minister is de be
grooting, zooals die daar ligt. Deze be
draagt ruim 99 miliioeii.
De Minister van Defensie, de heer Lam-
booy: „Weet u ook, hoe hoog de begroo-
tinig van MacDonald was?"
De heer Van- Zadelhoff: ,jWij hebben met
dezen Minister te maken!" Verminderd op
de militaire uitgaven is er niet. Alle be
tuigingen van vredelievendheid en dat Ne
derland is vóór internationale ontwapening,
zijn heel mooi te Genève, maar hier houdt
men leger en vloot ln stand en evenals de
andere volken doen wJjj aan de oorlogsvoor
bereiding mee.
iWie de militaire lapdsverdediging aan
vaardt, die geelt ons volk aan zelfmoord en
zelfvernietiging prijs.
De beer Oud (v.-d.) 'bepleit hulp aan de
oud-gepensionneerden van land- en zee
macht, wier nood dringend is. Spr. noemt
daarbij: in de eerste plaats de vrijwilligers
bij den landstorm, die vóór 1922 vielen
onder de Pensioenwet van 1901 en die bij
de mobilisatie dienst hebben gedaan, waar
door ziji uitzicht op pensioen verkregen.
Deze actieve militaire jaren worden echter
niet met pensioen vergolden, omdat men in
1926 verzuimd- heeft een overgangsbepaling
voor hen te maken. In de tweede plaats
noemt spr. de invaliden.
Men zou zich aan een illusie schuldig
maken door te meenen dat de vrijzinnig
democraten bij de verkiezingen hun begin
sel van de nationale ontwapening zouden
prijsgeven en daarvoor geen propaganda
zouden maken.
De heer Van Rappard (lib.): En het loe-
lateni toodxt men het Regeerlngeprogram
«nghland.
wt toeitand van den koning^
Woensdagnacht om 1 uur 40 ls op de
Kofn Knllsat-Ledokombo een zware
die daar „oer-
buitengewoon opgetogen over de innemen-
nog niet worden opgegeven.